luws Duitss
Rubriek voor onze Jeugd
Kamer van Koophandel en Fabrieken.
De Journaliste
TWEEDE BLAD
Woensdag 4 October 1828.
Licitameiyke Opvoeding.
Zooals ik aan liot slot vati myn vorig
artikel beloofde, volgt nu eou beschry-
,ving vuil do inrichting ea oxploitatio
liet gemeentelijk voiojzeebad van 's-Grn-
venhagc. Reeds in 1909 word by do be-
handeliag van de begrooting iu deu liaag-
scken gemeenteraad aangedrongen op do
stichting van gemeentewege van een
.volkszeebad te Scheveningen. Echter zoo
ver zou het vooreerst niet komen; aller
lei omstandigheden, die mg niet nauw
keurig bekend zijn, waren oorzaak, dat
uitvoering van dit denkbeeld achterwege
bleef. Wel werd, \oor het eersfr ia 1910,
inet een particulier een overoenkomst
aangegaan, waarbij deze, tegen een jaar-
Ijjksch subsidie van f 2100, op zich nain
gedurende het badseizoen op Dinsdag,
Donderdag en Zaterdag, telkens van 67
.voormiddags en van 5—6 1/2 namiddags
en oorts op Zondag van 07 voormid
dags kosteloos baden te verstrekken aan
allen, dio zich daarvoor aanmeldden. Dezo
overeenkomst werd telken jare, tot en
niet bet jaar 1918, vernieuwd.
Evenwel, in het voorjaar van 1919 von
den B. on W. het noodig aau den gemeen
teraad als hun meening te kennen te ge
ven, dat het belang van het minder ge
goede en onvermogende gedeelte der be
volking medebracht, dat op ruimei
schaal gelegenheid bohoordo to worden
gegeven om goedkoopo en kostelooze zee
baden to nemen, te meer, omdat de open-
baro binnenwateren der gemeente alle
met het oog op do belangen der volks
gezondheid ongeschikt bevonden w:
voor het daarin maken van ecu oponbaro
bad- en zwo»inrichting. Men scheen dus
in dien t\jd nog niet bekend te zyn met
do mogelijkheid eou goedo zwemgelegeu-
heïd to maken met behulp van Norton-
water. Inmiddels ia thans door den Haag-
schen Baad besloten tot \ea bouw vaii
zulk een inrichting over te gaan in het
zuiden der stad.
Om terug te kecren tot het jaar 1919 zy
dan vermeld, dat B. en W. voorstelden
het volkszeebad voortaan van gemeente
wege to eipluteeren, waartoo zy meenden
dat do 'olgtado beginselen het richtsnoer
behoorden te zijn.
Het bad moest voor iedereen open
staan, die het eenvoudig karakter der in
richting voor lief wilde nemen. Opdat in
het byzonder werklieden zooveel mogelijk
gelegenheid zouden hebben van het volks-
zcebad gebruik te maken, moest de tijd
van openstelling op werkdagen zoo ruim
mogelijk zyn. Het werd niet noodig ge
acht, do baden uitsluitend kosteloos te
verstrekken. Van hen, die tot betaling
in staat z\jn, moest een redelijke tegc-
ïnoetkuming in do onkosten werden ge
vraagd, hoewel niet in de allereerste
plaats het verkrijgen van een sluitendo
exploitatie werd beoogd. Do indeeling by
betalcnden o£ niet-botalenden moest naar
de meening van B. en W. aau het publiek
zelf worden overgelaten.
Met dezen opzet vereenigdo zich de
Baad in zijn vergadering van 28 April
1919 en liet aan B. en W. de nadere uit
werking over. Do gunstige invloed van
do gemeentelijke exploitatie trad al da
delijk aan het licht. Bedroog het totaal
aantal baden gedurende do particuliere
exploitatie gemiddeld 30.000 a 40.000 per
seizoen, reeds ia het eerste jaar van de
gemeentelijke bedrijfsleiding steeg dit
aantal tot ruim 62.000, in 1920 tot meer
dan 84.000 en in 1921 tot ver over 128.000
Het spreekt vanzelf, dat in verband met
den grouleren trek naar do zeebaden ook
de gelegenheid wer.l verruimd. Toen de
particuliere exploitatie in o-.n gemeente
lijke werd omgezet, werd het aantal bad
hokjes van 70 op 88 gebracht, doch reeds
voor den aanvang van het volgando sei
zoen werd dit ge cal aanmerkelijk uitge
breid door plaatsing tegen den strar.d-
muur van 50 uit losse schotten opgc-
bouwdo badkamertjes.
Toen het weder echter in den zomer san
1921 zoo buitengewoon gunstig inzette
en bleef, blook al spoedig dat wederom
een belangrijks vermeerdering van het
aantal kleedhokjes noodzakelijk was, wil
de men op den duur zooveel mogelyk aau
do byna dagelijks in aantal toenemende
aanvragen voor een zeebad kunnen vol
doen. Door de aanschaffing van een twoo-
tnl grooto linnen kleedtonten, elk van 50
afdeelingcn, waardoor het totaal der
kleedhokjos van 138 op 238 werd ge
bracht, werd toen in de opnieuw gevoelde
behoefto aan uitbreiding voorzien. Het
sterk toenemend gebruik van het zee
bad wyst er wel op, hoezeer do inrich
ting door do bevolking op pry's wordt ge
steld. Uit persooulyke ervaring kan ik
San ook getuigen, dat de hier geboden ge
legenheid tot zeebaden aau allo redelijke
Msehcn voldoet cn belangrijk beter is dan
In vele kustplaatsen tegen zeer veel duur
der tarief wordt verstrekt. Het zeebad iB
op workdagen geopend van 6 1/2 nur v.m.
tot 7 uur n.rn., op Zondagea en algemeen
/■erkende Christelijke Teeïtdage* van 61 Ji
v.m. tot 1 uur n.m. Do prys voor betalen-
den bedraagt 20 cent por bad, do uren
voor betalouden z\jn vaa 9 nur vjn. tot
5 uur n.m. gesteld, die daarvoor en er na
zijn bestemd om zonder kosten te doen
baden.
En nu zullen ongetwijfeld velen willen
weten, hoe het met de financieelo zijde
van de zaak gesteld is. Daarover kan
dan hot volgende worden medegedeeld.
In de jaren 1919, 1920 en 1921 hebben
de uitgaven de inkomsten resp. overtrof
fen mot bijna f 10.000, ruim 10.000 en on
geveer 3200. De resultaten worden dus
steeds gunstiger en in ieder geval blijkt
er uit, dat verhooging dor tarievon voor
betalendcn tot 25 cent per bad reeds oen
sluitende rokoning zou geven, want hot
aantal betaalde baden bedroeg i
79.169.
Wat nu in Scheveningen kan, moet,
dunkt my, ook elders mogelyk zijn. Voor
Bloemfndanl of Zandvoort zal wel niet
veel aanleiding bestaan ook gelegenheid
tot kosteloos baden te geven; het zouden
meest inwoners van andere gemeenten
zyn, die er van profiteerden. Doch een
bad als hot volksbad te Scheveningen.
by'v. nanvunkelijk met een capaciteit van
100 kleedkamertjes, mot oen uniformta
rief van «15 of 80 cent per bad, kan, be-
halvo een woldaad yoor de talrijke go-
bruikers, tevens oen winstgevend bedrijf
worden voor een gemeente, die een open
oog heeft voor do belangen van zijn ir
H. Ik WARNIER."
Raadseloplossingen
Nagekomen raadseloplossingen ont
vangen van Zeeroos 5, Bleekneus 6,
Zeeuwsck Boerinnetje 5, Zeeuwscii
boertje 5, Rosa Fluweeltje 6, Tertriair 6,
Apio 6, Zeemeeuw 6, Kees de Moppe
raar 6,
Hst Gelukskind.
DOOR M. B. Z..
„Arm schaap 200 zonder moeder",
zuchtte mevrouw Boschboom.
,,'t Kind heeft het goed in de in
richting. 't Is gezond en 't zag er wel
verzorgd uit."
„Zat het knap in de k'eeren?"
,,'t Had geen kleertjes aan, 't was
slechts van een paar luiers voorzien.
En 't lag gewikkeld in ecar wollen
plaid."
„Had het geen hemdje aan?"
„Neen, t had geen hemdjo aan."
„Die stakkerd. En dat noem je wel
verzorgd? Een kind zonder hemdje
aan?"
E11 mevrouw Boschboom dacht aan
den tijd, toen haar jongens nog ba
by's waren. En ze zag nog haair goed
gevulde linnenkast met de stapeltjes
witte kleeron. Daar boven op de eer
ste plank hadden de kleine hemdjes
gelegen, die ze zelve had genaaid,
waaraan ze de kantjes zelve had ge
borduurd. lion kindje zonder hemdje.',
't Was om van te huiveren. En het
goedo doktersvrouwtje droomde dien
nacht van kleine, lieve baby's, die
allen riepen en schreeuwden om een
enkel hemdje.
HOODSTUK IR
Van een arme rijke dame.
„Adriaanl"
,,Ja juffrouw Stephenson. Wat is
er van uw dienst?"
„Stuur eens even Grietje of Piet,
den loopjongen naar dokter Bosch
boom. Mevrouw voelt zich weer niets
goed."
„Och, wat," mompelde Adriaan de
huisknecht. „Is 't weer zoo laat?
Wat ik je zeg, juffrouw Stephenson,
't is niets, dan oen ingebeelde ziekte
van een verwend mensch. 't Is zonde
en schande, dat iemand, die alias
heeft, wat zijn 'hart begeert net kan
dwingen, als een stout, verwend
kind."
Rrrrt! Rrrrt!, ging een electrisch
schelletje uit een bovenkamer.
,,Ik kan aan mevrouw zeggen, dat
je een boodschap naar den doktei
gestuurd hebt?" vroeg juffrouw
Stephenson, terwijl ze zich haastte
ïaar boven te komen. Waait alweer
vas het: rrrrt, rrrrrrt.
„Griet is aan het inmaken, maar
ik zal Piet sturen", bromde Adriaan,
terwijl hij nog iets onvriendelijks
zei aan het adres van mevrouw.
Maar juffrouw Stephenson hoorde
het niet, ze was al 111 het slaapver
trek van mevrouw Bcerbruggen van
Nieuwerwelt»
Hoort u me niet? Hoort niemand
me hier? Mijn hand is verlamd van
het drukken op de bel. Maar jullie
hebben geen hart voor een ongeluk
kige, oude ziel als ik ben."
Juffrouw Stephe'isrii stond Üf.ar
s een geslagen hondje.
„Wat is er van mevrouw» dienst?",
vroeg ze onderdanig.
„Ik lig niet goed," klonk het
barsch.
Zachtjes naderde de gezelschaps
juffrouw,die we als juffrouw Stephen
son hebben hooren aanspreken. Be
hoedzaam schudde zo de kussens,
trok het laken glad, legde de blauw
zijden dekens recht.
„Komt de dokter?", vroeg mevrouw
Beerbruggcn van Nieuwerwelt.
„Piet is er heen, mevrouw»"
„Piet? Wie is Piet?"
„De nieuwe loopjongen mevrouw."
„De nieuwe loopjongen? Alweer
eeai nieiuwe loopjongen? Jullio eten
hier loopjongens."
„Mevrouw heeft toch zelf verleden
week gezegd, dat Dirk zijn congé
kreeg, omdat lüj dien brief had ver
geten to posten en de vorige maand
is Joost weggestuurd, omdat zijn jas
kapot was, en daarvoor heeft me
vrouw Gerrit. -
„Houd maar op, houd maar op. Ik
doe het altijd. Mevrouw zei dit, ine-
Ivrouw zei dat. En wie geeft ei- wat
om me?"
Juffrouw Stephenson was zoo ge
wend aan dergelijke gezegdes, dat ze
haar borduurwerk maar opnam en
aan het tafeltje voor het raam ging
zitten. Het uitzicht was zoo heerlijk
Daar lag de prachtige tuin met zijn
gezeBigo zitjes, met zijn broeikassen,
met zijn forellen-vijver, met zijn
volière waarin de vroolijke kwinke-
leerendc vogelwereld een rijk bestaan
had»
En toch niemand genoot van al dat
schoons. De eigenares, mevrouw
Beerbruggen van Nieuwerwelt was
nooit gelukkig. Daarom zag ze de
bloemen niet, die altijd aanwezig
waren, daarom hoorde ze do vogels
niet, daarom was ze altijd ontevre
den, humeurig, eenzaam. Voor hen,
die in haar nabijheid leefden werd
dit bestaan slechts vergoed, door een
hoog salaris.
Alleen juffrouw Stephenson bleef
uit een gevoel van trouw. Zo be
schouwde deze zware post als een
rdcptnt» Daarom verdroeg ze meer
dan de knechts en meiden, die kwa
men en gingen. Maar soms, ja soms
don was het haar, alsof zc dit leven
van ondank, van grauwen en snau-
n niet voort kon zetten.
.Juffrouw Stephenson, zit niet te
droomen. U is hier voor mij."
(Wordt vervolgd).
EEN PRAATJE OVER PENNEN EN
POTLOODEN.
Het alleroudste schrijfgereedschap
heeft men gevonden in Egypte. Die oude
Egyptenaars schijnen eerst geschreven
te hebben 2tet rieten pennen en pen-
seelen. Waarschijnlijk heeft men deze
pennen bevochtigd door ze met het uit
einde in den mond te steken.
ter heeft men de rieten pennen ge
spleten. Met een mes, maar ook wel me.
puimsteen werden de punten gescherpt.
Linialen waren toen ook "reeds in ge
bruik. De eerste griffels waren van me
taal, maar ze moesten ook dienen om op
metalen rollen te schrijven, of beter ge
zegd te krassen. Later gebruikte men
wastafeltjes, dat waren tafeltjes met
was bestreken. Zoo'n metalen griffel,
stilus genoemd, was aan het eenc eind
afgeplat. Ons woord stijl is nog van
dat woord stilus afkomstig.
In de middeleeuwen schreef men met
:cren pennen en jullie over-grootouders
hebben daar zelfs nog mee gescbrevea.
Deze veeren waren het best bruikbaar
als ze van ganzen kwamen. Een veer
bestaat uit een holle schacht. Welnu,
deze schacht werd gespleten cn schuin
afgesneden. Iedere schoolmeester moest
een soort examen afleggen iu dat ver
maken van pennen.
Onze stalen pen is nog geen eeuw oud.
Men heeft wel bronzen pennen gevon
den, die eeuwen oud waren, maar waar
schijnlijk zijn die toch zeer schaars ge
bruikt. In oude geschriften wordt mel
ding gemaakt van koperen en ijzeren
pennen. Deze pennen moeten zeer zeld
zaam zijn geweest omdat ze zoo duur
n. Iedere pen moest uit de hand ge
maakt worden. In de t8de eeuw woon
de in Aken zoo'n pennen-fabrikant, die
metalen pennen voor 60 ceut verkocht.
Bodenk daarbij, dat het geld heel wat
eet waarde had dan thans. De vrede
in Aken in 1748 werd gelcckend met
■n pen van dien fabrikant.
In Engeland heeft men in de 19de
'Uw voor 't eerst pennen machinaal ver
vaardigd. Deze kunst is uitgevonden
door een zekeren Jozef Gillot. Deze in
dustrie heeft zich weldra zoo uitgebreid,
dat Gillot, ecu eenvoudig werkman, er
schatrijk door geworden is. Na Gtllo',
bracht Perry deze industrie nog tot hoo-
gcr bloei. In Berlijn begou de stalen
pcnnen-fabricage in 1850. Er zijn thans
nog stalen pennen van Perry (Engc-
laud) en Blanckertz (Duitschland). Kijk
maar eens goed, of een van die namen
ook op je pen staat. In Groot-Brittan-
1921 nic: worden thans jaarlijks 810 mïllïoen
stalen pennen gemaakt, dat is voor iedc-
reu inwoner 22 pennen.
Op Engeland volgt Amerika met 105
millioen. Op heel den aardbodem wor
den dagelijks s>5 millioen pennen ge
bruikt.
De eerste inkt was roelwater met kleef
stof aangemengd. Die roet-inkt was
duurzaam.- Er zijn nu nog heel oude
schriften, waarop met roet-inkt geschre
ven is cn waarvan de letters onverbleekt
zijn gebleven.
Ia de jde eeuw kwam de metaal-inkt,
die een roodbruine kleur had en lang
zoo duurzaam niet was als de roet-inkt.
Roodc inkt was al heel lang
bruik. Als men oude geschriften
meestentijds de eerste letter met rooden
inkt geschreven. Voor adressen gebruik
men ook rooden inkt.
De eerste inktkokers waren van klei,
later werden ze van metaal vervaardigd.
Toen ik zoo oud was als jullie waren
er veel zak-inktkokers in gebruik. Dat
waren glazen potjes in een metalen
doosje. Dat doosje sloot heel secuur met
een veer, behoorde dit tenminste te doen.
Ik weet echter, dat er heel wat moeders
gezucht hebben omdat zoontje of docn-
tertje met zwart bemorste kleeren thuis
kwamen.
De vulpenhouder heeft den zak-inkt-
koker vervangen. Toch schijnt de vul
penhouder ook vroeger jaren te hebbec
bestaan.
In een oud geschrift van 1650 onge-
ier staat" een geschiedenis beschreven
ia twee reizigers, die in Parijs zilveren
pennen kochten, die met inkt gevuld wa.
rem en waarmee men vellen vol kon
schrijven, zonder dat de inkf op-
droogde.-
In 1800 vervaardigde men in Duitsch
land reispennen. Dat waren ook e;n
>ort vulpennen.
De Engelschman Doughty is het eerst
op de gedachte gekomen gouden pennen
te gebruiken, omdat deze nooit 10
Later leerde men iridium kennen,
metaal, waarvan thans de punten
gemaakt worden. De vulpen heeft ook min
of meer het potlood verdrongen. Toch
heeft het potlood nog de opperheer
schappij.
Engeland was het geboorteland van
de potlooden. Het grafiet, waaruit onze
potlooden bestaan, werd daar in blok
ken gevonden. Dit werd in staafjes ge
zaagd cn in hout gevat.
Tegenwoordig komt het beste grafiet
uit Bohcmen en Siberië. Bij heel zwarte
potlooden is het grafiet vermengd met
lanipe-zwarr.
Voor beste potlooden gebruikt men
cederhout, voor de mindere kwaliteiten
neemt men Endenhout. De beste potloo
den komen uit de fabriek van A. W.
Fabcr, te Stein bij Neurenberg. Faber
heeft zelfs een eigen kweekerij van
coderboomen.
Ten slotte rest ons de schrijfmachine,
die steeds meer in zwang komt. De Ame
rikaan Remmington heeft in 1894 de eei-
ste werkelijk doelmatige schrijfmachine
uitgevonden.
Een schrijfmachine kost nog te veel
geld om haar op je verlanglijstje voor
je verjaardag te zetten. Schrijfmachines
zijn ook alleen noodzakelijk voor hen,
die veel en vlug moeten schrijven. Maar
een goed handschrift is en blijft een aaa-
beveling bij verschillende betrekkingen.
Brievenbus
Briovon aan de Bodactie van de Kin-
der-Aideeling moeten gezonden worden
aan Mevr. BLOMBERG-ZEEMAN, v. d.
Vinnestraat 21rood.
(In de bus gooien, zonder aanbellen).
BLEEKNEUS. Dus nu snap je ze
ker wel, wat ik bedoel met den Sin'.-
Nicolaaswedslrijd. Hoe is het nu met
moeder? Ik vind het een hee! aardig
idee om die doosjes met schelpen te be
plakken. En als je ze van binnen dan me:
een aardig kleurig lapje beplakt, kau
het best als naaidoosje dienst doen,
ZEERQOVER. Zeeroovers varen
graag onder een anderen naam, maar
jij vaart nog liever zonder naam. Je
raadsels ziju goed. En het strafwerk,
dat je jezelf hebt opgelegd, was ook
goed.
KEES DE MOPPERAARGefelici
teerd met je prijs. Keesje! Ik ben zeer
benieuwd te vernemen, wat je gekregen
hebt. Mijn dank voor je mooie boekje
van Rothenfelde. Ik zal het als een vrien
delijke herinnering aan Mopperkeesje
bewaren. Ik nam je kleine briefje voor
lief, maar zie toch met verlangen naar
een grooteren uit» Je raadsel is goed.
ZEEMEEUW. Je raadsel is goeJ.
ROZA FLUWEELTJE cn TER
TRIAIR. Ja, ik dacht wei, dat juliie
ook eens een kijkje in onze mooie stad
hadden genomen. Je hebt geen prjjs
gehad, hc? Ik zou het ook leuk vinden,
als jullie dit jaar eens mee mochten naar
de ziekenhuizen. Je zus mag me dat ver
haaltje wel eens zenden. Als ik het ge
schikt vind, zal ik het plaatsen. Ze be
hoeft niet te wachten, tot ,JIct Geluks
kind" uit is, want dat duidt nog een
heel poosje.,
C. P. H. Ja, 't is goed. Schrijf de
volgende weck den verlangden schuil
naam maar onder je werk.
ROZEROOD. Nu de Rubriek tt
maal per week verschijnt, is het niets
erg, als jc eens wat laat met je briefy
'bent. Krijg je 's Zaterdags geen an'
woord, dan komt het wel 's Woensdags.
Leuk, dat je al druk-bezig bent met den
Sint Nicolaas-wedslrijd. Wat maak V?
't Hindert niets, dat jc alle raadsels niet
hebt opgelost.
MAANDROOSJE. In rfeze Ru
briek krijg je weer ecu flink stuk van
het verhaal. Ik hoop nu maar,' dat je
bet mooi blijft vinden, Ja, ik loot er
om, wie er mee mogen naar de zieken
huizen. Zoo met elkaar kunnen er w:l
20 Rubriekcrtjes mee. Wie weet, of jij
er dit jaar ook niet bijb ent. We hebben
een gezellige winkelweek gehad, vind je
niet. Je hadt geen prijs hè me; de let
ters?
WILLEM v. d. L. 't Spijt me voor
je, jongen, dat jo nu weer zonder be
trekking bent. Wanneer ga je naar E.?
In jc vrijen tijd, en dien heb je nu
ruimschoots, moet je je maar fEnk oefe
nen in verschillende zaken, die je later
pas zullen komen. AEe dagcu maar
t doen, alsof je bij jezelf in betrek
king bent. Misschien voel je ook wel
lust om iets voor onze tentoonstelling
te fabriceercn. Denk er eens over.
JOEK1E. 't Doet me genoegen, dat
je zoo af cn toe toch nog eens een pa-
picrpraatjc komt maken. Ik wil wel ge-
Iooven, dat je veel huiswerk hebt. Ea
dan 's avonds nog stofversierca, dat
neemt veel tijd in beslag. Maar het be
valt je zeker wel op school. Maak je ook
al iets voor jezelf? Ja, 't is een schade-
postje om een naald te breken, maar dit
leert ook voorzichtig zijn. Wat jammer,
dal je wel de raadsels oplost en ze- niet
inzendt. Misschien kun je ze wel aan
ecu Rubrickertje meegeven, dat ir. je
buurt woont. Jc maak; maar prachtige
dingen voor onzen wedstrijd. Por Mid
denvoor eens aan om wat van zich te la
ten hooren,
W. BLOMBERG—ZEEM/VN,
Haarlem, 4 November 1922.
V; d, Vinnestraat 21 rood.
Stadsnieuws
DE KAMER VERWERPT EEN MOTIE VAN DEN HEER HOOY OM DE
BECROOTINC DER KAMER IN OPENBARE ZITTING TE BEHAN
DELEN.
EEN ADRES INZAKE DEN TELEF O O NCIDS. D E WED ERIN VOERING
VAN KILOMETERBOEKJES. EEN BETERE TREINVERBINDING IJ.
MUIDEN—HAARLEM. EEN ADRES OM VERLENCINC VAN DEN AR-
BEI OSTIJD IN HET SLACERSBEDR IJ F.
Dinsdagavond vergaderde de Kamer
van Koophandel en Fabrieken onde
voorzitterschap van den heer E. H.
Krelage.
Na de opening der vergadering heet
te de voorzitter baron van Hm
denbroek welkom in qualiteit van on
dervoorzitter der Kamer. De voorzit
ter zeide overtuigd te zijn, dat de
heer Van Hardenbroek in die quali
teit aan de Kamer zijn beate krachten
zal wijden. (Applaus).
Met kennisgeving waren afwezig dc
heeren Enschedé, Lamp, Jhr. Teding
van Berkhout en Weijburg.
Punt 1- Ingekomen stukken en me-
dedeelingen.
Vanwege de afdeeling Handel van
het departement landbouw enz. is
een uitnoodiging ontvangen om bij te
ionen een vergadering in het gebouw
an het departement op Maandag 9
October, waarin o.m. zal worden ter
sprako gebracht de bevordering der
onderlinge samenwerking der Kamers
van Koophandel en Fabrieken. Zal
in besloten zitting behandeld worden.
Verschillende Kamers hadden adres
sen ingezonden inzake de totstandko
ming van een vereeniging van Kamers
van Koophandel en een concentratie
van den arbeid der Kamers. Worden
lor kennisgeving aangenomen.
Van het ministerie van waterstaat is
bericht ontvangen, dat een verlaging
van de vrachttarieven voor 't vervoer
van btstelgoodoren niet in overwe
ging kan worden genomen en dat te
gen een ambtshalve spoedbestelling
van bestelgoederen-snelvervoc.- be
zwaar bestaat.
Afzenders kunnen echter aflevering
station-restante voorschrijven ca den
geadresseerden verwittigen, dat de
zendingen aan het station in ontvangst
kunnen worden genomen.
Het Bureau van de Kamer stelt voor
op dit antwoord terug to komen in de
missive die in beWerking is, inzake
de verlaging van reizigerstarieven en
vrachtprijzen. Aldus besloten.
Van de Kamer te Amsterdam is in
gekomen oen besluit aangaande leges-
tarieven. Het Bureau dor Kamer
stelt naar aanleiding daarvan voor
de legestarieven te.handhaven, doch
den secretaris te machtigen in speciale
gevallen afwijkende tarieven te bere
kenen. Aldus besloten.
Het Bureau der Kamer stelt voor
het bedrag van het lidmaatschap der
Ned. organisatie voor de internatio-1
nalc Kamer van Koophandel te bren
gen op 100. Aldus besloten.
Van de Kamer van Koophandel *c
Eindhoven is ingekomen een aan den mi
nister van Financiën gezonden adics
inzake de Tabakswet. Voor kennisge
ving aangenomen.
Van dc Kamer van Koophandel cn
Fabrieken voor 's-Hertogenbosch en Om
streken is ingekomen een adtes aan den
minister van Waterstaat met verzoek te
bevorderen dat ook van andere plaatsen
uit het land, dan Den Haag, Rotter
dam en Amsterdam, rechtstreeksche te
lefonische verbinding met Engeland
kan worden verkregen.
Gesteld in handen der Commissie van
Verkeer en Vervoer tot nader onderzoek.
Dezelfde Kamer zond in een adres asR
den minister van Waterstaat inzake tie
vet laging van dc post-, telefoon- ca te
legramtarieven.
Gesteld in handen der Commissie vaa
Verkeer en Vervoer.
De Kamer voor Westelijk Noord-Bra
bant zond in een adres aan den minis
ter van Landbouw inzake wijziging der
Handelsregisterwet. Het Bureau der
Kamer stelt voor dit adres in hauden
tc stellen van het Bureau der Kamer eu
de commissie van het handelsregister,
Aldus besloten.
Naar aanleiding van een ingekomen
adres van de gewestelijke R.-K. M:d-
denstandsfederatic St. Nicolaas, te I.isse,
inzake de tramverbinding LeidenHaar
lem, stelt het Bureau voor zich direct te
wenden lot de Directie der N. Z. H.
T. M.
Aldus besloten.
De behandeling der
Begrooting.
Van den heer Hooy is een motie \an
orde ingekomen om de Begrooting niet
in besloten, maar in openbare vergade
ring te behandelen en haar onmiddel
lijk na dc mededeelingen aan de orde
te stellen.
De Voorzitter merkt op dat 'f
hier alleen geldt een huishoudelijke Be
grooting en dat z. i. de Begrooting nier
van zooveel gewicht is om haar in open-
baro vergadering te behandelen. Wil do
Kamer echter het laatste, dan is daar
niets tegen.
De heer Klein Schiphorst on
dersteunt de motie van orde van den
heer Hooy; de heer Van Harden
broek daarentegen vindt het beter
de Begrooting in een besloten zitting 10
behandelen. Spr. meent dat de Kamer
toch reeds te veel zaken in 't openbaar
behandelt.
De heer Hooy stelt prijs op eea
behandeling ju openbare zitting om dan
algemecnc beschouwingen ie kunnen
houden en opmerkingen te kunnen ma
ken aangaande de richting waarin de
werkzaamheden der Kamer dienen te
gaan.
De Voorzitter betoogt, dat een
bohanadiiue van de Begrooting met
aleemeeno beschouwingen enz. niet
Diactisch is, dbar zulk eon algemeen
debat niet schriftelijk is voorbereid.
De heer Te n Boom gaat met den
godachtengarig van den heer Hooy
mede. Hij zag gaarne dat do Kamer
te geleguner tijd eens kan beraden
over dc te volgen, slgeiceone lijnen.
De Voorzitter antwoordt, dat,
daar de agenda's der Kamer tot heden
overladen waren daartoe nog geen ge
legenheid was.
De hoor Burgersdijk maakt de
opmerking dal de heer Hooij toch ook
in besloten zitting zijn beschouwingen
kan houden. Het komt dan niet in da
courant; maar daar is Let toch niet
om te doen. Om redenen als door dan
voorzitter ontvouwd is spr. er tegen
0111 ditmaal dc Begrooting in openbare
zitting te behandelen.
De heer Van Liemt zegt dat,
indien do Kamer de zaak in besloten
zitting behandelt zti. indien zij dat
gowenooht acht. toch kan besluiten om
het verhandelde te publioeeren.
De heer Hoo ij merkt op. dat dus
de heer Van Lieint niet tegen een
publicatie ia. Maar dan kan de Ka
mer toch ook de Begrooting in het
openbaar behandelen.
I>an publiceert de pera de gehouden
beschouwingen. Hij wil over de hoof
den van de leden der Kamer heen,
anderen bereiken.
Feuilleton
Naar Let Engels5 h van
Mrs. C. N. WILLIAMSON.
Tegen vijf uur had zij bijna al haar
bloemen verkocht en begon werkelijk
met smart naar Blooiusbury to verlan
gen. Het scheen haar toe, dat zij
reeds allee beleefd had, wat een bloe-
mennjeLro op écn dag beleven kon,
en dat zij dus ten vaollo recht had. op
het haar door meneer Hfenbury tcege-
Begjde honorarium.
Ze had viooltjes gespeld in het
knoopsgat van een acteur, van wieu
men zei, dat alles dames hem aan
baden, van een tenor, die in de Wan
ner-uitvoering meezong en" die haar
een rijksdaalder had toegestopt.
Zq was bijna als getuigo gedag
vaard, toen er iemand door ccn auto
was aangereden en had dus, naar
het haar toescheen, meer avonturen
beleefd, dan haar lief was.
„Ik zal, dunkt me, oen eenvoudige
inatelot gaan koopen, en een golf-
tapo", zei ze tot zichzelf, „en mijn
mand ergens in een vergeten hoekje
laten staan. Ik heb vandaag zulke
goede zaken gemaakt, dat dat er wel
ai kan. Juffrouw Winch mocht eens
te voel ontstellen, als zij mij zoo zag.
Laat ik eens kijken. Hoeveel bosjes
heb ik nog ovar? Een, twoei, drie,
vier
„Goeden middag", zei opeens een
stem, en toen zij opkeek, zag zij me
neer Fred. N'. Chauncey naast zich
staan. „Wat een mooie bloemen
hebt u daar, juffrouw Ames, niet
waar?"
Lucille slaakte oen kreet van
scltrik en liet dc mand duiken, waar
door al tie bloemen, behalve een bos
je viooltjes op straat vielen.
Voor zij zich bukken kon, om zo
op te rapen, lag Chauncey reeds ge
knield, om haal' galant to hulp te ko-
jmen. Lutjille keek nog 'aVeti nat::r
zijn rug, draaide zich daarop om en
nam lafhartig de vlucht.
Zij sloeg juist de Regent Stroot in,
toen een stem haar om haar laatste
bosje bloemen vroeg. Het was iemand
van middelbaren leeftijd en met het
uiterlijk van een militair en zijn met
gezel was niemand andere dan Sir
Griffith Knight.
Lucille had een gevoel, alsof zij
versteende, zoo was zij ontsteld. Toch
was dit dwaasheid, want zo was im
mers juist op het voorstel van me
neer Hanbury ingegaan, om Sir Grif
fith te laten zien, dat zij zich niet
aan ziju opinie stoorde.
Zij trachtte Knight uitdagend aan
te zien, maar toen zij zag, hoo ver
baasd, doch tevens verontwaardigd
hij was, bloosde zij en sloeg haar
oogien neer. Zonder een woord te
zeggen, reikte zij de gewenschte bloe
men aan Sir Griffith's metgezel over,
waarop zij een zesatuiverstukje kreeg
met de woorden: „Wat het te voel is,
kunt u houden
De heide hoeren vervolgden daarop
hun weg, en Lucille bleef achter,
haar hart vervuld van boosheid en
schaamte.
„Om net t© doen, alsof ik een Re-
woon bloemenmeisje was en 10 trotsch
to zijn, om '11 woord met mij te wisse
len! licn mooio vriend, dat moet ik'
aeggen!"
Met gloeiende wangen en de-oogen
vol tranen wilde zij juist verder gaan,
toen Sir Griffith op eens weer voor
Laar stond.
„Juffrouw Ames", zied hij, „ik heb
do vrijheid genomen, een taxi voor
u aan te roepen, om u naar huis te
brengen".
„Ik ben u zeer verplicht", ant
woordde Lucille, „maar ik zal geen
gebruik maken van de taxi. Het
verbaast mij ten zeerste, dat u mij
nog kennen wilt".
„U bent toch niet beleedigd, omdat
ik u niet eer Ier heb aangesproken?
U begrijpt toch wel, dat ik dit alleen
naliet, omdat ik iemand bij mij had
en ik dacht, dat u lievei;
„Het komt er niet op aan", wat ik
dacht", viel Lucille hem in de rede,
„maar wilt u zoo goed zijn, de taxi
weg to sturen, ik ben nog niet klaar,
om naar huis to gaan".
„Juffrouw Ames", antwoordde Sir
Griffith, al zijn best doende, om kalm
tc blijven, „ik beschouw mij nis uw
vriend en ȟs zoodanig eigen ik mij
het recht toe, om te trachten u over
te holen, met iets op te houden,
waarover u zich morgen zeker scha
men zult. Het is meer dan schande,
dat iemand u een dergelijke opdracht
heeft durven geven".
„Ik wist niet, dat u zich nog als
mijn vriend beschouwde", antwoord
de Lucille, „uw gedrag ten mijnen
opzichte was den laatsten tijd niet
zoo, dat ik
„Hier is de taxi, juffrouw Ames,
wil u zoo goed zijn, in te stappen.
Ik zou niet graag een scène maken,
maar ik waarschuw u, dat ik, aLs u
niet toegeeft, desnoods tot geweld zal
overgaan".
„Ik zal gaan", zei Lucille met
flikkerende oogen, „maar ik vergeef
het 11 nooit!"
Ook Sir Griffith's oagan schoten
vlammen, niet omdat hij boos was
op Lucille, doch omdat hij nieta lie
ver gedaan had. dan Hanbury eens
flink af te ranselen»
Lucillo zag erg bleek, toen zij ein
delijk in de tjixi zat. Zij deed, alsof
zij Sir Griffith's verontschuldigingen
niet hoorde, en hoewel zij in jaar
hart eerbied voor hem koesterde,
haatte zij hem tegelijkertijd. Zij hoor
de, hoe hij haar adres aan den chauf
feur opgaf en dacht:
„Hij weet mijn adres dus uog. Wat
een eer! Druk schijnt hij bet ook niet
te hebben, anders zou hij niet in Ptc-
cudilly hebben loopen flanoeren
Hoewel zij het zich niet zou heb
ben willen bekennen, had het haar
toch goed gedaan, dut bij niet in ge
zelschap van een dame wa» ge
weest.
Door alies, wat, sedert Chauncey
haar zoo had doen schrikken, was
voorgevallen, had Lucille geheel en
al haar angst vergeten, dat juffrouw
Winch of Sara haar in het costuum
van bloemenmeisje zouden zien. Toen
ze er weer aan dacht, zei ze op bit
teren toon:
„Wat komt het er eigenlijk ook op
tuin? Wat kunnen mij zulke nietighe
den nog schelen?"
HOOFDSTUK XX.
Wat mevrouw Dcvercux-
Compton vertelde.
Toen de taxi bij 110. 97 Montagu
Street stilhield. -aten juffrouw
Winch en Sara juist aan dc thee, en
*00 gebeurde het, dat niemand Lu-
cillo naar boven zag gaan. Zij open
de haar kamerdeur, trok den zijde»
zakdoek van haar hoofd, gooide de
mand op den vloer, en riep met eeu
snik uit:
,Zle zoo, nu kan ik eindelijk eena
goed uitschreien!"
„Ik hoop, dat ik jc daarhij niet
stoor," zet mevrouw Devereux-Contp-
ton, terwijl zij u» den gemakkehj-
ken stoel, waarin zy had zitten wach
ten, overeind kwam.
Lucille bedwong haar verdere tra
nen en stamelde;
„Neen, neen, natuurlijk niet. Jk
ben heel blij u te zien". Zij had al
den tijd; dat mevrouw Deveroux-
Compton in Parijs wa», naar haap
verlangd, maar nu op dit oogenblik,
wenschte zo haar van gansdher liarto
naar Parijs terug.
„Dat meen je niet, lieve kind, waar
nu ik er eenmaal ben en een uur lang
op je gewacht heb, zal ik maar blij
ven cn zien, of ik wat voor je doen
kon".
Terwijl zij sprak, was zij naar
Lucille toegegaan en had haar armen
0111 het jonge meisje heengeslagen.
„Mijn arme lieveling', zei ze ver
troostend, „vertol mij maar alles.
Zit jo in dc schuld, of heeft iemand
je verdriet gedaan? Huil eerst een»
goed uit en denk voor een oogcitblik
maar, dal ik jc moeder ben".
Even later zaten Leiden naast rf-