haarlem'S dagblad TRubrlek voor onze Jeugd UNITED TELEGRAPH BETTY Lstieren en Kunst Een strjjd mot Morphens ZATERDAG 14 OCTOBER 1922 VIERDE BLAD DIENST VAN DE PARIJS ONTWAAKT. (FrerllouHareGorrospencteBJie.) PARIJS, October. uii veel strijd, en vooringenomen heid, lieeft zijn plaats Dit is het goede oogenblik, om over Parijs 1° gaan schrijven, want nu ontwaakt „la reine des citóes" uit baar zoinersche verdooving. In de maand Augustus verlaat do Parijze- naar zijn stad, goedfichitp of kwaad schiks. 2ij gaan.liet doet ei- niet toe waarheen en daar niet allen rijk zijn, vere van dat, moet lxot meeren- decl' duizend kwellingen doorstaan om do buitenlucht en de weelde van eer. zomerverblijf te veroveren. Dat is de maand van reizen in smoor- heete coupe's, van verblijf in verve lende nesten en middelmatige hotels. Wie gezien willen worden, een naam hebben te dragen of een reputatie hoog te houden, gaan naar Deau- ville of andere vermaarde badplaat sen, waar het wemelt van financiers, fabrikanten en andere rijken dei- aarde, maar ook van avonturiers,die het geld verdienen, om het uit te ge ven en dikwijls het gold van anderen Uitgeven. ri< heb deze illustere oorden, waar tou.' Paris zich 's zomers verza melt, nooil gezien, maar te oordeelen naar de verhalen van reizigers en naar fotografische documenten moet het er verschrikkelijk zijn. De eenvou- lige, nieltemin welgestelde lieden echter, die met zeldzaam zijn in Frankrijk, zelfs niet in dezen tijd van ijdeBteid en duur leven, profi teeren van deze enkele weken, om hun land te bekijken. Zij gaan naar zee, naar dó Pyreneeën of de Alpen, velen odk trekken zich in de provin cie terug, waar zij geboren z ;n en gedurende dit kort verblijf komen ze weê? in aanraking met de oude deug den, die het bruisend leven te Parijs zon doen vergeten. Maar eind Augus ta- zijn alle bezige lieden nan- hun zaken teruggekeerd. Dat is echter mei voldoende om Parijs tot nuuw Je.ei te wekken. Het Parjone U-vtii, u. althans UU vernis er vun, d.,l voor he, cog van den vreemdeling de pnyfciouom:o vormt van ae hooidstad, bestaat voornamelijk uit fian&srende hicie-doenens, en, üaar het met de re putatie des flaneurs niet strookt, 111 de maand September aan de Setne- osvers ie verschijnen herneemt Parijs niet voor October haar gewoon aan- Tbans zijn a'le theaters heropend. Zii kondigen hun programma's aan. Dikwijls zullen zij blijken, niet u! hun beloften na te kornen, maar hut is immers vooral van beteekenis dat z-: uitvoerig zi;n? De bij het pubuek geliefde acteurs verschijnen veer. Veelal zijn zij in den loop van den zomer vervangen geweest door „don blures". Zij komen terug, verjongd, uitgerust, nog vermaarder geworden drot enkele nieuwe successen in Ue provincie of in den vreemde. Menbe- pvor looft ons onuitgegeven tooïieelspelen, nieuwe stukken van oude acteurs len wij weten, dat dit altijd hetzelfde sa menraapsel is om de illusie te geven vari iets nieuws) en, ook, werk van jonge tooneelschrijvers. Deze laat* c jaren zijn vruchtbaar geweest in het voorbrengen van nieuwe talenten. Hij het publiek nog onbekende namen aorden door de ingewijden met een zekeren eerbied ui -r ipronen. Morgen zai het groote publiek ze op zijn beun kennen. En dan is het aan de i fijnbesnaarden, om zich af te wen den. Dezelfde mensehen, die vandaag een Sarmeut, Itaynal en lit mam toe juichen, zullen weldra vinden, dat i in herhalingen treden en a>.lite - ui gaan. Mededingers zullen te voor schijn komen, wie deze successen hin ce.cn. c :wc generaties, tïtisee- rende jongeheden zullen opstaan en deze „oude telgen van een zeurkou- seugi slacht" in de dag- en naohtbla den bespreken en voor zichzelf nieu we bewonderaars trachten t- vv. kken. Or> het oogenblik kennen de schrij vers, die ik zooeven noemde dc beko ring van de eers'e successen; het zijn hnn verlovingen met den roem. VV ii honen dat zij ons weldra nieuwe proeven van hnn talent zullen schenken. Ter zelfder tijd als de theaters, ope- man cte groote coucerigeicgemiea.n j. utiuien, ie scuert Paschen ge- sb t.iizijn geweest. Dat zijn zc3 lango m anden, gedurende welke de rnu- zietilieilieijbeis vcistoken i.ijn geweest van huu muzikale weelde.Wat zal dit s;e zijn onze.-.er geweest en verward, vol' ais het ware van het gckrijscli van pasgeboren kaiderljcs.De groote impressionnistisehe koorts behoort tot hei verleden. Debussy, vrij gekomen Peuilieton liet muzi kale fnmauieui ingenomen en de jonge musici hebben gepoogd nieuwe formules te vinden. De meest toege- venden durven niet zeggen, dat zij daarin geslaagd zijn. Achter de man nen van reeds rijpen leeftijd, maar doordrongen van uen vernieuwenden geest, zooals Eric Satie in Frankrijk of Arnold Schónoerg in Oostenrijk heeft zich een phalanx van jonge he den geschaald. Darius Michaud is de meest bekende en de meest gewaar deerde, terwijl Pouleux' levendige geest de humor in de muziek Bcheen te willen vernieuwen. Reeds geduren de drie jaar worden de experimenten van de „Six" voortgezet (zij vormen n.l. een sextet) maar veel resultaat hebben zijn nog niet bereikt. Zoo zien wij kunstenaars als Mignot, dc schrij ver van „Agrestides" verklaren dat het streven van de „Six" volkomen negatief is geweest, een noodzake lijk vernietigingswerk: zij hebben ruimte gemaakt opdat men kou her bouwen. Wat zal men herbouwen? Wij zullen het misschien morgen we ten en wij wachten met een zeker scepticisme. Do groote gebeurtenis die den Parij- zenaar na zijn terugkeer wacht, is de toekenning van den Prix Goncourt. Een jury van tien schrijvers geeft elk jaar de in het testament van ric ge broeders Goncourt omschreven prijs van tienduizend francs uit voor den roman, dien zij het beat acht. Het is een zaak van eenig belang. In onzen tijd is de instelling van prijzen voor letterkunde aanmerkelijk uitgebreid. En liet zijn niet alleen tijdschriften met of zonder lezers, die zich bezig houden met het bekronen van een ol onder boek. De académie Fran 5 ai so van haar kant distribueert, behalve den Grand Prix voor literatuur er een twintigtal voor alle soorten werk- Sommige prijzen verwekken door hun aankondiging alleen al opschudding, zoo dit jaar de aankondiging van dc l'rix Baizac, die nog niet is toege kend. Maar, merkwaardig, al deze kronen voor romanschrijvers, dich ters, tooneelschrijvers, iiistorici en philosofen komen zonder eenig geluid op de honderden hoofden neer. Slechts een er van veroorzaakt een groot lawaai: de Prix Goncourt. De lezers hebben zeker hooren spreken over hef laatst-bekroondc werk: Ba- tonald. Dit boekje geschreven door een neger, heeft eep storm veroor- die notr niet is trelnwd. Kr- zaakt, die nog niet is geluwd. kend moet worden, dat de schreeu wers geen ongelijk hebben, want dit dunne deeltje is het product eener reeds lang verdorde formule van een verouderde kunst. De voorgaande ja- aren oin denzélfden prijs bijna even sobere brouwsels gegroepeerd, men herinnere zich slechte de namen Proust en Barbusse. De volgende maand wordt de prijs toegekend. De mededingers zijn alin spanning,intri ges worden geweven, weddenschap pen aangegaan. Men spreekt vun een boek van Moraud Ouvert la nuit. Dat zal voor den winnaar, behalve een beminnelijk sommetje geld, dc groote gangmaker zijn voor '11 kortslondigen roem en meer dan honderd edities. Vóér den oorlog haalde de prijswin- ner nauwelijks de vijftiende „dui zend". Men ziet, dal liet wapengeklet- ier den letterkundigen zin van den Franschman slechts heeft vergroot Li elk geval blijkt er uit welk ion i-oorname plaats hier de letteren, kunst en wetenschap innemen en dat de Parijsche geest niet eindigt in en kele oafé-chantant-liedjes. MARCEL AZAïS. VERKADE EH DE HAACSCHE SCHOUWBURG COM MISS IE. De Hasrhespelere. directie Bduard Verkade en A. W. Slellwasen, hebben den volgenden brief aan bur ven; ere- tor Patiin, a!s voorzitter van de C«un missie van Beheer over den Kon. Schouwburg le Den Haas verzonden In antwoord op uw schrijven van i October er: in verband met den door U. H.E.A. op de conferentie net onze Comioissarneen en 011a, van Mauridus 9 Oct. i.t.. gesteiden ui ter* icn termijn hebben wij hierbii de eer U mede te dee'.eu, dat wij Uw voor stel vernield in bovengenoemd schrij ven aannemen. Ter verduidelijking brenet het Vad In herinnering dat hier bedoeld is hel voorstel van de Schouwburg-oom- missie, om voortaan 5 keer In de 1*1 daren den Schouwburg tc bespelen. Raadsels Dezo raadsels «ya alle ingezonden door jongens en meisjea, die „Voor Onze Jeugd" lezen. Iodero maand worden onder de beate oplossers drie boeken jn priwbtband ver loot. 1. (Ingecz. door Woelwater.) Ik ben een spreekwoord van 40 letters. S 9 10 is een vogel. I 13 19 15 is een treurig gebrek,. 21 22 23 26 is een zwemvogel. 36 37 ia een lengtemaat. 12 13 14 15 is een vogel, 83 36 is een lidwoord. 80 2 3 is een verkorte meisjesnaam, II 36 37 1 is onmisbaar. B4 4 5 i? een sierlijk dier. J 89 40 is een voorzetsel. 29 30 31 7 is een roofvogel. 25 24 32 is niet droog. 35 27 27 is in Zandvoort te zien 17 8 9 10 is vies. 28 is .20, 15 is 33. 11 12 13 14 16 heaft een viseh. 2. (Ingez. door Goadsterretje.) Ik ban een ouderwetach rijmpje van £6 letters. 8 9 10 11 is oen zangvogel. 12 13 3 4 5 6 7 is niet bobt. 4 5 6 7 is een hemellichaam. Elke vogel heeft een 4 10 17 14 21 23. Eeu 4 5 2 24 8 15 7 is een geldstuk. Men moot nooit 26 16 24 26 26 21 25. 12 4 maakt men bij een strik. 17 18 19 is oen voorzetsel. 20 21 22 hebben we op bed. 3. (Ingez. door Karei V.) M\jn geheel is een plaats in N.-Holland in 9 letters. 1 4 7 9 is een drauk. 9 8 5 ie een ander woord voor horizon. C 2 7 is aan ieder hnis. 3 is een medeklinker. 4. (Ingez. door Mia May). Tweemaal i en tweemaal e, Eenmaal h en eenmaal n, Dan een p en nog een t ea ge krijgt een held der zee. 0. (Ingez. door if. de Jeu.) Ik beu een weekdier. Onthoofd mo en ik hoor op een schrijftafel. 6. (Ingez. door A. G. do Jeu.) Mijn eerste is in de lucht. Mijn tweede behandelt ge op sehool. En myn geheel is een na tuur verschijnsel, dat grooto sdhadc kan aanrichten. Raadseloplossingen Do raadseloplossingen der vorige week zijn: 1. Eerlfik dnurt het langs' 2. Ootniarsum. 3. Maashaas. 4. Pias—Pisa- 5. Do letter a. C. Ruwe bolster, blanke pit. Goode oplossingen ontvangen van: Markertjo 6 Erkertje 6 Meiklokje 6 Aviateur 6 Ribes 6 Steen-bok 6 Behangcr- tjo 6 Poesje C Goodsterretja 6 Begonia 6 Madeliofje 6 Sportman 6 Boterbloempje 6 L'aa Punt 6 Visscher 6 Voetballer 6 Roel do Rakker 6 Karei V 6 Korenbloem Zwaluw 6 Vliegenier 5 Wildebras 0 luuas 6 Lentebode 6 Sneenwklokjo 6 Neerlnndia 6 Melatti 6 Pietefbans 5 Con troleur 6 Kerstboompje 0 Blondkopjo 6 Zonnebloem 6 Witte Maïs 6 Kruizemnnt- jo 0, Kees do Mopperaar 6 Mandonm- ker G Timmerman 0 Aster 6 Kleine Zon- nepit G Lachebekje 5 Rietvinkje 6 Zeeuwseh boertje 5 Zeeuwsch Boerinnc- i Schipper 6 Dirk en Piet Oschatz 6 Matroos G Duimeliesje G Pierewiet 6 ïlci- deprinseejo 6 Adelaar 6 Inktvïsch 6 Mann- clfjo 6 Zimglust 6 De klei no Spoormau G •Voleudammcr 6 Willem III 6 Denappel- tje 6 Anemoon 4 lïcnnio 6 Sjaantje 6 Zonnestraaltje G Piene en Tiekie 6 Zee roover 4 De kleine Majoor 6 Prinses Myr- rha 6 Gladoor 6 Joekie 6 Middenvoor 6 Mciknopjo 5 Roschoentje 5 Do Schipp' ii 5 Elzekatjo 5 EHihnMü! NELLY VISSER, Breder odestraat 2 heeft ecu lief, jong poesje. Wie het heb ben wil, mag het bij haar komen holen. ZUSTER SCHOUTEN, St. Elisabeths Gasthuis schrijft mg: „Dc moet G kindo- ren van 3 tot 12 j:.ar, dio letiorlyk uiets meer hebben aankleeden, opdat ze i school kunnen gaan. Vader is werkeloos, moeder ligt in 't ziekenhuis. Kinderen, wie helpt mij?" Brievenbus Nieuwelingen zyn: WIM DE LAAT, oud 10 jaar, Vooruiïgangstr. no. (2de nieuweling in October.) DORA DE BRUYN, God. Voldersgr. 4 oud 9 jaar. (derde n cuweling ïu October.) ZESTER 't Doet me genoegen, dat ze by U ook bezig zyn met den wed strijd. In het volgende nummer zal ik do briefjes beantwoorden. Uw brief moest voorgaan. Brieven aan de Redactie van de TCin- der-Afdceling moeten gezonden worden aan Mevr. BLOMBERG-ZEEMAN, Vinnestraat 21rood. (In do bus gooien, zonder aanbellen') VLIEGENIER. I.euk, dat jij er ook bent. Nog wel gefeliciteerd met vaders i verjaardag. Hy heeft maar prachtige deaox van jullie allemaal gekregen. Ik, dat de kachel eerder gebruikt zal worden -dan de scheepsroeper. Dat is nog eens voordcelig voor jullie, ale do groot ouders komen. Ja, ik vond het heel leuk op het foest van Jong Nederland- Er wa ren verscheiden rabriekertjes. ZWALUW. Ik bon big Zwaluwtje, dat je bent teruggekomen, 't Is wel ver velend, flat je zooveel huiswerk hebt. Maar er zya veel jongens, dio eerst moi» loeren werken. Ais je öint-Ni&olaas- werk niet to groot is, breng het dan maar bij mij, groote stnkkon moeten maar lie ver dadelijk bezorgd worden aan het ten toonstellingsgebouw. Dan kan do inzender ze daar zelf oen mooi plaatsje gaven. La- r schrijf ik daar nog wei nauwkeuriger j ■er. KORENBLOEM. Dat wae dus al weer een meevaller, dat do raadsels wnt gcinakkolyi waren. Hoe Ï3 het nu mot grootvader? Hg was zeker wel blij, dat inooder kwam. Waar gaan jij en zus nu op school? Kan ze a' een beetje lezen on schrijven? KAKEL V. Je raadsels zijn goed. L1NA P. Ik hoop, dat do verlang de ausicii •'aartcn in je bezit zgn goko- Als ju er meer nooöig hebt, doe je t mij maar weten. Het doet me genoe- n, dat de heele familie genoten hoeft n Wonts boek. Wat voor boek lees jij uit jullie bibliotheek? Heb ik Woens dag geen flink stuk van het Gelukskind gegoven? Ik vrees, dat er vandaag geen plaats voor ia. Wat knap, dat jij al ©en voor moeder kunt maken. Is het goed uitgeval lent Ik vond het zoo dom nog niet, dat je by die onderjurk de knoopsgaten rechtop bad geknipt. My dunk: het kan evengoed als liggend. GOUDSTERRETJE. Is je wensch et gauw vervuld aangaande je raadsel? Ik hoop nu maar, dat je verlangen naar niet zoo gauw bevredigd wordt. De winter mag van my gerust nog een j>uar maanden uitblyven. Je wordt een .vlug gen je inet oplossen. POESJE. Hoe is de foto uitgeval len? Staan jullie beidjes er mooi op? Vr iu met je haakwerk? Je hebt op jouw manier ook nog een druk bestaan. Een poppen jurkje vind ik ook leuk. Of ik nog meer weet? O, nog e6U heeleboel. Melkbekerdekjes, ïervetophouders, een wolion dos, enz. BEHANGERTJE. Ja die Biblio theek van jtrllie kan nog nardig groeien. Welk boek heb jij nu? 't Zijn allemaal ooie boeken, d»e je opnoemt. LATHYRUS. 'k Heb in lang niets van jo geboord. Rare snijboon, o neen, La thyrus, om maar weer eens een paar we ken ziek tc zjjn. Nog wel hartelijk gafeli- teord met jo verjaardag. Ik hoop. dat >u nieuw jaar je nieuwe kracht zal ge en. Jo hebt maar prachtige eadeaux g a kregen! Waar blyft Elsio toch? Maakt Alle het ook goed? Veel groeten voor moeder. RIETVINK .TE. Een rietvïnkjo is ■o'n gnoezig beestje, dat hoeft zich lieuseh niet te schamen voor J.yn naam Je maakt mo we', een beetje nieuwsgierig naar je wedstrijdwerk. Leuk, dat jc- hot rhaaltjo zoo secnur bewaart. Ja. die wijsjes van Zaterdag hebben mij ook lang vervolgd. Van Kleine Klaas kan ik ook nog wel zingen. Wat een verlogen kabouterllo was het! Vond je »i®H KLEINE ZONNKP1T. Je doet lang ■er jo boe!.. Jo strikvragen zyn goed. vind ze heel anrilig. KEES DE MOPPERAAR. Wel be dankt voor jo mooie collectie postzegels. Woensdagmiddag waren ze al weg. Eat daar Zondagavond oen gezellige boe! by jullie Een schommelende vader, een hakende moeder en een breiende Kees. Be schietschijf vind ik een prachtnaaan.. een prys voor te geren. Je wil was goed, maar als moeder de uitkomst lie- keorpelt mot deu naam van kawendarm lan ben ik het hartroerend met jo eens, dut je voor breien niet in do w eg lwnt. gelegd. Die uitpuilende knoopon maakten er ook zoo'n soort martelwerktuig van. Je looretel vind ik drarom schitterend. Moe dor breit en jij betaalt. De zieke kinderen zullen er zeker wel bij varen. ZONNEBLOEM. Arm zonnebloemp je dat je zooveel huiswerk bobt. En moet jo thuis ook nog die kousen breien? Je vond het zeker heelemaal niet vervelend naar Grootmoeder toe te gaan. Mocht je ook een beetje in den winkel helpen? WITTE MUIS. Je hebt me in lang uiets van jo laten hooren. Nu de raadsels zoo gomakkclyk waren kwam do oude raadsellust zeker boven! Boo bob jo hst met de klas in Amsterdam gehad? Je bad mooi weer. Hoe vond je de mail boot? Ging je voor do eerste keer hot Ryksmuseum? Daar is heel wat moo.s te zien, hè? MELATTI. O, stoute Melatti, moeder zoo in ongerustheid te laten ten. Ik deuk, dat jo voorloopig niet meer met jo vriendinnetje u.t mag. Een heel klein beetje was het niet jo eigen schuld omdat net strand onberijd baar was. Maar-waarom namen jallie niet den straatweg? Enfin, 't ia vast een goode leer voor e®!' volgenden keer voor jo geweest. LENTEBODE. Ja zoo'n vryo weelc geeft wol tyd en gelegenheid voor deu wedstryd. Ik vind het heerlijk, dat jo moedor je wil helpen aan een kinder jurkje. Jo begrypt wel, dat kleereh altyd welkom zyn. En don hob je nog zooveel andere leuko plamuotjes. Wel gefelici teerd met grootmoeders verjaardag e: ook nog inet dien van Wim. Gaan jullie morgen oog naar Voorburg? Don weneeh ik je heel veel plezier. Wat zullen Sneeuw balletje en Lentebode er snoezig uitzien de bruin flnweelon jnrkjes., ANANA6. Heb je het eendje gekre gen? En hoe is het met don vyver afg nopen? 't Is daar xeker wel een prettig speelterrein voor jullie. ZANGLU6T. 'k Vind het wat lonk dat jo weer ince doet, zoo'n stopdoos lykt alleraardigst. Doe dat raaar. Als moe dor meehelpt, «al alles wol goed in orde komen. MAANHLTJE. Heerlyk, kind, dat jo gezondheid tegenwoordig niets te wen- schen overlaat. Ga je alle da gon op de fiets naar school f En in welke klas zit je nu? INKT VIS OH. Jn, hoor, moeder mag je best helpen. Willen wo Zaterdag weer tar zoo'n gezellige matinéo gaan? Ik wil el en jjj! ADELAAR. Jo raadsel is goed. MATROOS. Hartelyk dank voor je ooie kiok. Jo staat er op ale oen echte, flinko matTOOs. Waar ben je op zangles? Ja, ik kan mo best begrypen. dat je van den toltyd profiteeren moet. Je wordt nog een knappe fotograaf. Is de boot ook goed uitgevallen? ZEEROOVER. Jo raadsel is goed. PIENE en TTEICTE. Wat heb ik tóch eem zwerm nyvere bijtjes. Die beeft het zoo druk en die hoeft geen tiid. En die malle Pione gaat maar weer eens op bed liggen. Hoe is het. cr nu mee? Beu je nl aan het mutsje begonnen?'ik durf wel voorspellen, dat alles kenrig zal wor den. Leuk, dat de kleine houtzager weer voor oen dierentuin zorgt. Dat is nltyd zulk degelijk speolgoed. Ja, ieder mag oor dozen wedstrijd meewerken. ZONNESTRAALTJE. Het doet me altijd zoo goed, als ik een zonnestraaltje maar jij bedoelt me nu juist niet i. Als jo zelf dat winkeltje niet kunt opknappen, goof mo je adres dan maar, dan zal ik er een aanbod van maken in de Rnil-Rubriek. Ja, een serviesje is ook heel wolkom. Je was er dezen keer pret tig vroeg by. Daarom kryg je ook vlug antwoord. Als moeder je een handje hel pen wil zal do pop ook wel netjes aange kleed worden. Do boeken zyn vaak weer knap mat een stevig rugje. SJAANTJE. In je raadsel zit een fontjo. Hardst hooft maar oen 'k zal het voor je verbeteren ANEMOON. Kryg jo nl oen Teeht rugje? Ook maar goed rechtop loopeu en kaarsrecht aan tafel zitten. Het duurt wel lang, eer jo iets van Rijstcpikkertje lioort. Ik ben zeer benieuwd te vernemen, hoe bet met je wodstrydwerk gaat. DENAPPELTJE. Lenk. dat jullie weer eens vat van Poesenmoodertjo ge- boord hebben. Wat vervelend, dat er zooveel van do correspondentie verloren is gegaan. Ik kan mo voorstellen, dat jul lie Poeseiuuoedortjo graag terug wilden bobben. Wie weet. wat er nog gebeurt. Wat ga jij kenrig schrijven. VOLBNDAMMER. Wie op Toynbee geweest is, kan mooi knutselen. Dat kar- tonwerk ziet or vooral zoo keurig nit. Als ietwerker is, kun jy met wat prachtigs voor don dag komen. Wii ik eens in do Ruil-Rubriek vrageu, wie er op dat gobied wat voor je to doen heeft? Dan jo adïes opgeven. DE KLEINE SPOORMAN. Je raad sels zyn goed PRINSES MYRRHA. Het doet mo genoegen, dat jo wiegje zoo aardig wordt. Lonk, dat je or ook oen wollen dekentje gebreid hebt. Ik wil wel in de Ruil- Rnbriek om een popjo vragen. Geef dan ■In volpemlo wook ja adre3 op. Prettig, dat het Golukskind by jullie met open armen ontvaugen wordt. Tk kan mo wel voorstellen, dat jo liet kleino poesje las tig, maar to Rh lief vindt, 't Wordt no weer om jo flink op de piano te oefenen. Groet Clivia van me. Zeg maar, dat ik 9pnedig bericht van haar verwacht. GIiADOOR. Ik vind het een heel leak raadsel van je. Maar ik plaats het toch liever niot omdat bet to pereoonlyk i. Kryg ik do volgende week een grootcn brinf van je? ROSEHOENTJE. Natuurlijk lien je neer hartelijk welkom. Wat leuk. dat je nog altijd aan je BoMoot-dorp bezig bent. MEIENOPJE. Nog wel gefelici teerd mot je lsten prijs van Floraiia, Dus jo l>ent een knappe tuinvrouw. Wat bon .je sa de vacantie prettig uitgewoest. hebt daar in Valkenburg heel wat ressanto dingen gezien. MIDDENVOOR. Jy hebt in Amster dam Jo oogeu gocl don kost gegeven Je wou zeker wei, dat in het Spaarne ook mailbootcit lagen. Stuur dat raadsel maar. Ik hen hoel benieuwd naar je kartonnen kegelspel. AVONDKLOKJE. Ik begon heuseh t» vroezen, dat je onze Rubriek vergeten was. Maar je bobt het ook al druk ge had. Is de lapjesdoos al eens nagesnuf feld? Niet al te lang wachten, want de ty.i gaat snel. JOEKJK. Neen, die juffrouw ken ik niet. Moeder heeft al «en flink naaistertje nau je. Hoeveel sloopen beb ie uu af? Dat jurkje zal wel snoezig wor den. Jo mag best eens op een Woensdag middag bij mo- komen, om jo schatten te laten bewonderen. Dora rong natuurlijk ook meodoeu. Ferm zoo, dat ze meteen maar aan cca paardenloidsel is begonnen. 'Er doen nog wol ^pnger xinderen mee, Prinses Myrrha heet: er zich by my over beklaagd, dat ze jo zoo weinig «iet. Wat jullie op school maken is zeker voor da kinder-bewaarplaate. Is 't siet? ELZEKATJE. Wie weet komt Sista Nico laas niet eens om een hoekje turen. Ik vind het zoo aardig, dat by jullie allo hens aan 't dek zyn. DE SOILIPPBRIN. Uit je beschrijf ving ben ik al verlangend om dat moo.' tussor jurkje te Óen. Ik denk, d?4 ik zooveel kleertjes krftg, dat ik we! eem. paar meisjo9 mag aanstellen, die me op. de tentoonstelling bij do kleoren-afdoo- ling moeten helpen. Die naaidoos kan ook te pos komen. Gelukkig, dat jc geeu schadelyke gevolgen van hot koude bad bobt gehad. Ik kan mo begrypen, da\ "moedor erg geschrokken was. W. BLOMJAEBG—ZEEMAN, v. d. Vinnestraat 21ro»i, Haarlem, 14 Oct. 1932. Ik heb nooji goed begreptn boe Toif Hopkins die fout kon maken, want bjj nog eenigen tijd student in dc medi cijnen geweest. Dat was, voor bij bet fortuin van zijn tante cifde. Wij waren samen ergens op bezoek geweest dien avond en na afloop kwam Tom nog even op mijn kamer een pijp rocken. Ik was even in een andere ka- gegaan, toen ik Tom boorde roe pen „Zeg, Billy, ik zal een flinke dosis kinine nemen, als je het goed vind: ik voel me nie't al te best, rillerig cu koortsig. Ik heb zeker kou gevat „Best," riep ik terug. „De flesch staat op de tweede plank. Neem bet ia eetlepel aftreksel van eucalyptus. Dan gaat het bittere er wat af." Ik kwam terug, wij gingen bij net ïur zitten en zagen in stilzwijgen op onze pijpen. Na acht nunuten ongeveei zakte Tom, voor mij plotseling, maar overigens kaltn, in elkaar. Ik liep dadelijk naar de huisapotheek en keek. „Jij ongeloofelijke uil!" bromde ik, „De invloed van geld op iemands hersens." Daar stond het morphïncfleschjc zon der stop, juist zooals Tom het had laiei» Ik rende dc trap op uaar de bovenver dieping, waar ecu ander jong mcdicui woonde en zond hem naar dokter Gales, die een straat verder woonde. Toro Hopkins had te veel geld om niet dooi de duurste menschen behandeld te wor den. Toen Gales kwam, onderwierpen wt. Tom aan de kostbaarste behandeling, die de wetenschap kent. Na drastische* maatregelen gaven wij hem caffeïae- citraat in verschillende doses en sterke koffie en lieten hem tusschen ons in heen en weer wandelen. Gales sloeg hem en kneep hem en werkte hard voor de nota, die hij in dc verte kon ziea Mijn jonge collega gat Tom een fliaki trap en verontschuldigde z.ch toen te gen mij „Kan ik niets aan doen," zei hij. „ik heb nog nooit van mijn leven een ini1- lionnair getrapt. En misschien komt do kans nooit meer terug." .Ziezoo," zei dokter Gales na een paar uur harden aroeid, „nou zal het wel gaan. Maar houd hem nog een uur wakker. Dat kunt u doen dooi voortdu rend tegen hem te praten ei> hem af toe door elkaar re schudden. Als po s en ademhaling normaal zijn. laat he«a dan slapen. Ik laat hem verder aan u Ik werd met Tom alleen gelaten. Wij hadden hem op een rustbank gelegi. Hij lag volkomen stil, de oogcr, geslo ten. Toen begon ik mijn wekkers taak. iNou, kerel," rei ik. ..je bent maar ontsnapt, maar wc hebben je er door gehaald. Heeft in den tijd toen je col lege liep, een professor niet eens ter loops opgemerkt, dat m-o-r-p-h-i-n-e nooit gespeld wordt ais kinine, vooral ri groote doses? Ik zal je geen verwijten doen voor je weer staan kunt, maar je valt me tegen, Tom." Tom keek me aan me een flauwon, dwazen glimlach. „BÜly," mompelde hij, „ik voel me s een bromvlieg, die om een rozeu- ruik viegt. Hou je mond. Ik ga sla pen." En twee seconden later was hij onder zeil. Ik rammelde hem door elk.-.ar. „Hoor eens hier, Tom," zei ik. dat gaat niet. De dokter zei dat je nng een uur wakker moest blijven. Doe je oogvn open. Je bent nog met heelemaal bin nen, zie je. Word waaker." Tom Hopkins glimlachte nog eens en viel onmiddellijk weer in slaap. Hij weegt een kleine tweehonderd pond en daarom moest ik er van afzien, de kamer me: hem rond te loopen. Hij begon zwaar adem te halen en dit was, da* wist :k een onveilig sein bij morphine-vergif'i- ging. Toen begon ik na te denken. Ik kon zijn lichaam niet tot artie brengen, du3 moest ik aan zijn geest beginnen. „Mank hem boos," was een dcnkbee:d Goed, dacht ik, maar hoe? Er was geen zwakke plek in Tom's wapenrusting. Di goeie kerel 1 Hij was het goede im- meur in persoon, een Flinke kerel boveu- door JEFFERY FARNOL. (Geautoriseerde vertaling uit liet Engeleoh.) (Nadruk verboden.) 1) HOOFDSTUK L Over de kersen van deu majoor. ..De majoor, juffrouw, de majoor heeft een buitengewoon 'oofd!" zeide sergeant Zobedee Trine. Hij had een hamer in zijn hand en tas er keurig en onberispelijk uit van zijn broede schoengespen tot de krulpruik, waar onder zijn vierkant, gebruinde gezicht goed uit kwam. „Hoofd, sergeant, hoofd'l" ant woordde de aardige juffrouw Agatha, die kuiltjes in haar wangen had, en tegen den breeden rug van den ser geant knikte. „Oofd. juffrouw, jawelzei de sergeant, terwijl hij een tak van den lievelingskersebooüi van dien majoor vastspijkerde. „De majoor heeft een buitengewoon 'oofd, en ik neem de vrijheid om op te merken dal twee sa belhouwen en een kogel er in 't minst geen kwaad aan hebben gedaan, juf frouw Agatha, en dat zal ik altijd blijven beweren, dat is m'n plicb, juffrouw, m'n plïch." „Plicht, «sergeant, plicht." „Jawel, juffrouw, plioh." De ser geant keerde zich nu om oin een an deren spijker te grijpen en juffrouw Agatoha boog zich over de rozen, sneed hier en daar een bloem at en haar knappe gezichtje was heelemaal in de schaduw van haai- mutsje ver borgen". „Ja", vervolgde ze na oen poosje, ,,'t is geen wonder dat je zoo op hem gesteld bent, isergeant." „Op hem gesteld?" zei do sergeant terwijl hij zich omkeerde en haar met schitterende oogen aankeek. „Nou ja dat geioof ik wel, het is toch ook mijn plich. juffrouw Ag3tha, mijn plioh". „Jo bedoelt plicht, sergeant". „Jawel, plich, juffrouw", knikte do sergeant die al weer druk bezig was met den kersenboom. „Hij is zoo dapperl" zuchtte juf frouw Agatha. „Dapper, juffrouw?" do sergeant hield een oogenblik op met werkt „zestien wonden, juffrouw zo- ven kogelwonden en de rest van sa bels! Drie en twintig voorpostgevech ten en als onzo geachte majoor ti niet geweest was zou onze linkervleu gel bij Ramillies verloren zijn ge weest. Dapper juffrouw? Ja, dapper is hij!" „En altijd zoo vriendelijk en zacht" „Ja, juffrouw, dat zijn de beste sol daten altijd". „En wat zorg jij niot goed voor hem, sergeant". „Och, ik doe m'n best, juffrouw, ik doe m'n best. Wo hebben zooveel jaren met elkaar (gevodhten en ik ben al zoo lang bij hem Jn dienst dut het „Je plicht is, sergeant natuur lijk". „Juist juffrouw, precies" „Precies, sergeant cn lieve help, wat zijn jullie er allebei akelig aan toe!" De sergeant keek verschrikt. „En het gekke is dat je het niet eens weet", zei juffrouw Agatna ter wijl z© de laatste roos afknipte. De sergeant wreef eens over /i;n vierkante, gladgesohoren kin en staar do haar verbaasd aan. „Als je nagaat hoe eenzaam L het hier hebt".' zei juffrouw Agathn, terwijl ze haar gezichtje, dat even frisoh en liefelijk was als de hloe- men. al had ze enkele griïzo haren tusschen de rozen verborgen. „Eenzaam?" zei de sergeant, tor- wijl Jiij van haar naar de hamer in zijn hand keek, „eenzaam, juffrouw wel neen, heelemaal niet. De majoor heeft z'n bloemen en z'n kersen en zijn geschiedenis van den Forlenbouw die hij aan "t schrijven is, in tien doelen, en ik heb den majoor en wo hebben allebei „Wat, sergeant?" De sergeant keerde zich om en doei eerst weer een spijker in voor hij antwoordde: „U, juffrouw we hebben alle bei u". „Zoo, sergeant, hoe zit dat in el kaar?." „U heeft twee oude soldaten, oie hei vroeger niet kenden", vervolgde de sergeant buigzaam, „geleerd wat ten tlinis kan zijn. Er bestaat gt-cn tweede huishoudster zooals o, juf frouw, en die zal er nooit komen ook" „Een thub1" herhaa'Ae juffrouw Agatha zachtjes „een mooi woord!' „Ja zeker, juffrouw," zei de ser ge uit met nadruk. „Vooral voor ons, juffrouw, want wij hebben nooit een thuis gekend, ziet u. Zijn edele en ik hebben meestal in kampen geleefd, juffrouw, met een zadel als hoofdkus sen. op tien grond en som3 op oen vochtig bed, met den hemel als dak boven onze hoofden „Maar nu heb jc toch een thuis, sergeant", zet juffrouw Agatha zaoh ter dan ooit. „Een thuis? Jn, donk zij de erfenis die zijn edele zoo plotseling en on verwacht kreeg. Daar komen wij arme soldaten hier aan en vinden dit prachtige huis voor ons klaar staan, vol meubels en schilderijen en kunst werken en andere schatten en het mooiste van alles- „Nu, sergeant?" „Het mooiste van al die schatten bent ii, juffrouw, zei hij. Hij 6loeg een beetje scheef inet den hamer, kwam op zijn duim terecht en mop perde. Juffrouw Agafha berispte hemen wildoden duim eens beku 1 maar hjj schudde het hoofd, zoog er naar'een tak die langs' den muur even heftig op en ging harder da» ooit door met hameren. „Maar jullie bent geen van allen zoo erg oud, sergeant." „De majoor weid een-en-dertig or den dag dat we bij Ramillies vochten en ik was drie-cn-dcrtig, en dat i« tien jaar geleden, juffrouw." „En jullie bent allebei erg jonj voor je leoftijd zoo recht en flink en knap. Ja de majoor ziet er hee' knap uit, al heeft hij ook een Uitre ken op zijn wang, en ik begrijp al leen maar niet waarom hij niet trouwt." Toen liet de 6ergeant zijn hamtt vallen. „au wat jou betreft, sergeant," vervolgde juffrouw Agatha, met een ondeugende tinteling in naar heldere oogen, „jij zult notnt heelemaal te vreden en gelukkig zijn voor je ge trouwd bent". Daarop bukte do sergeant zich om den hamer op te rapen en werd er heelemaal rood van in het gezicht. „Wat dat aangaat, juffrouwzol hij op eenigszins plechtigon toon. „wat dat aangaat ik zal nooit ecu vrouw zoeken voor de majoor trouwt» dat is mijn „Plicht, sergeant." „Juist, juffrouw, precies". Dit zeg gende ging de sergennt weer aan het werk, maar toen hij bij toeval keek

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1922 | | pagina 13