betty
HAARLEM'S DAGBLAD
Uit de Wereld.
Stadsnieuws
Muziek
nit ua uaisüma
biMtmiaM
ZATERDAQ 25 NOVEMBER 1922 VIJFDE BLAD
Pcgasua. Den Pegasus bestijgen. De Hengstebron. Het Medusahoofd.
In den Hades geslingerd worden. Pluto, plutocraat), plutocratie. De Elysee-
sche velden, het Elysée.
Onder de Puntdichten vau Staring,
flen bekenden Gelderschen poëet uit het
begin der vorige eeuw, komen er enkele
{foor, die te samen vormen wat men wel
eens to recht genoemd heeft oen Ars poë
tica in het klein. De Ars Poëtica name
lijk is een leerdicht van den beroemden
latijnschen dichter Horatius on bevat de
kunstregel? en verdere eischen, waaraan
do verschillende dichtgenres behooren te
beantwoorden. Dit leerdicht is in ver-
tchillendo talen overgezet of bewerkt,
o.a. door den Fransehen dichter Boilean in
«jjn Art Poétique en door Andries Pels in
a\ju .„Horatius' Dichtkunst op onze tij
den en zoden toegepast (1677)".
In de door mij bedooldo puntdichtjes
tan Staring treft men geen gedetailleer
de beschouwingen aan, maar toch wel zeer
zeker enkele behartigenswaardige wen
ken. Het is zeker wei niet zonder opzet,
dat wij in de uitgaven van Starings
worken onmiddellijk op elkaar zien vol
gen deze twee epigrammen:
Aan Pegasus.
Pegaasjen, hou eens still
Ik ben geen vriend van vitten;
Ik zuiver slechts uit goeden wil,
Uw scboono manen van do klitten,
En lees de noppen uit uw staart:
iLaat Pluto 't haavloos kinhaar zitten,
Apollo scheert zijn baard.
en vervolgens:
Polijsten.
Gij zonen van Apol, die min doldriftig ijlt,
Eu 't warm gesmedo Vers bedachtzaam
(lcoclt en vijlt
Gedenkt: schoon 't Bcrenjong bij
(moeders lekken winn'
Als 't lieve Leven faalt, dat lekt geen
(tong er in.
De twee gedichtjes vullon elkaar aan.
vormen een eigenaardig geheel. In het
eer;to spreekt hij schertsenJ zijn Pega
sus aan. Het uiterlijk van het beestje is
blijkbaar wat verwaarloosd, het heeft wel
ccboonc manen, maar ze zittdn vol klit
ten, zijn staart is vol noppcu. Zoo iets is
van geen beteekenis voor een wezen, dat
nooit het daglicht aanschouwt, zooals
hijvoorbeeld Pluto, de god der onderwe
reld. Of deze een slordigeu, havoloozen
bnnrd draagt is van weinig belang. Apollo
daarentegen, dc god dor Dichtkunst,
draagt zorg voor zijn uiterlijk, komt
steeds onberispelijk voor den dag.
Dc bedoeling is duidelijk: de dichter
wil zoggen, dat de ware kunstenaar, de
ware dichter zorg draagt dat zijn werk
niet ontsierd wordt door slordigheden.
Maar nu de aanvulling, die geleverd
vrordt door het gedichtje Polijsten, het
welk den volgenden wenk bevat: Hoewel,
o dichter, eon gekuisehte vorm van veel
bel.in" is voor uw kunstwork, denk niet,
dat de vorm alles is; integendeel: de hoofd
zaak is en blijft het „lieve loven", dat is
dc dichterlijke gedachte, wnnt zonder
die is alle vijlen en polijston nutteloos.
Do mythe van het gevlengoldo paard
Pegasus dagteekent uit dc huoge Oudheid.
De hold van deze overlevering was Per
seus, de zoon van Zeus en Danoë. In
jeugdigen overmoed bad hit aan eeu gast
maal verklaard, dat hij alios wat de gast
heer van hem zou verlangen hem zou
weten to verschaffen, al was het ook het
hoofd van Medusa; en do gastheer, die.
zijn geheime redenen had 0:11 zich van
flea jongen man te ontdoen, hield hem
aan zijn woord. Perseus aanvaardde dus
den gevaarlijken tocht.
Medusa was een der O ergonen, drie
zuster-v, zoo afgrijselijk^ zoo afschuwelijk
om aan te zien, dat wie liaar aanschouw
de onmiddellijk in steen veranderde. Haar
lioofd was omgeven door slangen, haar
vuls'.en waren "van metaal en geweldige
gouden vleugels dienden haar tot ver
volging van baar vijanden.
Door de hulp van Hermes en Athene
brm-ht Perseus den tocht gelukkig tc-n
einde. Hij dwong de drie zusters en drem
pel watsters der Gorgonen, do Graeën,
hein den weg te wijzen naar de Nymphen
van het water en van do wolken, en dezo
gaven hem op zjjn verzoek drie voorwer
pen, die hij noodig had op zijn tocht! een
paar gevleugelde schoenen on) hem door
de lucht te voeren, een knapzak om er
het hoofd van Medusa in to bergen en een
nevelkan om hem onzichtbaar te maken.
Aldus toegerust, trok hij naar de '/Tgo-
11-:.-1. nadat Hermes hem nog een sikkel
met scherpe snede ter hand gesteld had en
Athene eeu hel schitterend schild. De
jonge hold vond de Gorgonen terwijl zij
«liepen: hij zag Medusa zelve niet aan.
maar aanschouwde haar bocld in zjjn
Bpiegelend schild, sneed hnnT met afge
wend gelaat, terwijl Atheno zijn hand be
stuurde. het hoofd af en borg het op in
zyu knapzak. Aan do vervolging der
twee overgebleven Gorgonen ontkwam hjj
door middel der gevleugelde schoenen en
dr-n nevëlkap (volgens oen andere mythe
door middel van een onzichtbaar ma
kende helm, hem geschonken door Pluto.
Tot dank voor do verleende hulp schonk
Perseus do gevlougolde schoenen en den
knapzak aan Hermos, den bode dor go
den, en het Medusa-hoofd aan Athene,
welke het op haar schild plaatste. Nog
op te merken valt, dat sommige oude
kunstenaars het hoofd van Medusa niot
afbeeldden als dat van een afgrijselijk
monster, maar er van maakten een vrou
wenhoofd van onvergelijkelijke, ontzag
wekkende schoonheid, dat den aanschou
wer vervulde met sprakelooze bewonde
ring.
Toen Persous het Medusa-hoofd had
afgesneden, ontstond uit het bloed een
gevleugeld ros, dat onmiddelijk zijn
vlucht nam naar den Olympus, en daar
bleef in bet paleis van Zeus, voor wien
het den donder en de bliksem voerde.
Volgens een andere mytho vloog hjj
naar den borg Helicon, de verblijfplaats
der Muzen. Zjjn boefslag deed de rots
splijten en uit de spleet borrelde een
bron op, de hippocreen (van hippos, paard
en krêné, bron) of hengstebron. Volgens
do overlevering gaf het drinken van het-
water uit deze bronnen do gave der
Zelfs nog in onze tjjd gebruikt men
schertsenderwijze do uitdrukking: den
of zijn Pegasus bestijgen, in de beteeke
nis van beginnen te dichten.
In het voorbijgaan nog deze opmerking
naar aanleiding van den naam bippoerene
Het Griekschc woord hippos vinden wy
terug in enkele zeer gebruikelijke woor
den: bijv. hippodroom (van hippos, paard,
en dromos, loop, ren), circus voor paar
denrennen en ragenrennen, hippopatamos
(van hippos en potamos, rivier) rivier-
paard Nijlpaard, verder den eigennaam
Philippus eigenlijk paardenvriend, lief
hebber van paarden (van pliilos, vriend
-li hippos).
l'n het gedichtje van Starring is ook
sprake van Pluto, den oppergod der on
derwereld, niet te verwarren met Plutns.
den god van den rijkdom, die volgens het
volksgeloof, eveneens in de onderwereld
zjju verblijf bad, een toespeling op het
feit dat kostbare metalen en andore rijk
dommen gevonden worden in den schoot
der aarde. Volgons de sago was hij door
Zous van het gezicht beroofd opdat hjj
zonder ondorsclioid des persoons zjjn ga
ven zou uitdeden. Dc naam Plulus is
eveneens de oorsprong van enkele zeer
gebrn-kelyke woorden. Zoo spreekt men
van een plutocraat in de beteekenis van
geldaristocraat, een plutocratie, een stel
sel waarbij do eerste standen gevormd
worden door de rijkste lieden, een plu
tocratische rogeering, d.i. gevormd door
kaptalisten
Tot het rjjk van Pluto behoorde de ha-
des of tnrtarusj waar zwaro boosdoeners
eeuwige straffen ondergingen voor hun
misdaden. Do lezer denke slechts aan 't
vat der Danaïden, de Tantaluskwelling
De naam Hades leeft nog voort in de
uitdrukking: in den Hades geslingerd wor
den, terwijl Tartarus de oorsprong is
van de wijziging, die zekere volksnaam
heeft ondergaan. Id de middeleeuwen
maakten de Tataren den-Christenvolken
het leven zoo zuur, dat men ze beschouw
de als wezens voortgekomen uit den
Tartarus. "Van daar de naamsverandering
Tataren in Tartaren.
Om terug te keeren tot het rjjk van
Pluto. Do ovoTgroote meerderheid der
afgostorvonen, zoo wordt 't do mytho
logie voorgesteld, leefde in een soort van
verdooving te midden van grijzen, koe
len nevel, eindeloos eentonig. Zy, die tij
dens hun leven op aarde huu tijdgenooten
met bewondering vervuld hadden, benijd
den het lot van den eenvoudigsten land
bouwer.
Toch waren er ook enkele stervelingen,
die aan het gewone lot ontkwamen. Het
waren degenen, fl:c tot fceloofling van hun
deugd waren opgenomen m een lustoord,
waar een eeuwige lente heerseht, terwijl
ook zjj zolf eeu eeuwige jeugd genoten.
Dat heerlijk oord droeg den naam van
Elyseesclie velden. Eigenaardig is 't dat
do Frauschon dezen naam gegeven heb
ben aan een der schoonste wandelplaat
sen van Parijs. In de Champs-Elysces ver
heft zich eeu paleis, 1'Elysée, dat tot
woonplaats dient aan den president der
Franscho Republiek.
OPLOSSING VAN DE PUZZLE.
Natuurlijk herinnert zich de«1ezcr onze
laatste puzzle nog. Ze kwam hier op
neer. Men denkt zich een getal, neemt
het 3 maal, neemt van do uitkomst do
helft, en als het niet opgaat, de z.g. groot
ste kolft. Dit zelfde herhaalt man, dus
vermenigvuldigen met 3 en daarna do
helft of do grootste helft nomen. De laat
ste uitkomst deelt men door 9. Of er een
rest overblijft of niet, doet er niet toe.
Het quotient dat men krijgt, heeft men
slechts met 4 te vermenigvuldigen en bij
'dat product op to toUon: 3, als men den
eersten koer do grootste helft genomen
hoeft; 2, als men dit den tweedon keer
heeft gedaan en 3 als men beide keeren
do grootste holft hoeft genomen. Men
neemt bij voorbeeld in de gedachte 24,
dan krijgt men achtereenvolgens 72, .36
108, 64 en eindelijk 6, hetgeen 4 maal ge
nomen weer 24 oplevort. Nemen we nn 2ë
dan krijgt men 75, 38 (grootste helft), 114
57, 6. Dit laatste getal 4 maal genomen
en do uitkomt vermeerderd met 1 le
vert 25; enz.
V erklaring. Men kan ieder ge-
heol getal, onverschillig welk, voorstel
len onder een dezer 4 vormen: 4a, 4a en 1,
4a en 2, 4a en 3, waarin a alle geheelo
getallen kan hebben allen waarden van
9 tot oneindig groot. Wanneer men op
dezo vormen do opgegeven bowerkiugen
toepast, ziet onou van zelf het hoe en
waarom vee de zaak.
4a wordt dan achtereenvolgens 12a, 6a,
18a, 9a. a 4a en 1 wordt 12a en 3, 6a en
2 (grootste helft), 18a en 6, 9a en 3, door
9 doelen en wo krjjgen weer a Om nn 4a
en 1 te krijgen, nemen we het laatste
quotient 4 maal en tellen bij deze uit
komst 1 op. De rest dor verklaring volgt
van zelf, als men lot op hetgeen men
achteroenvolgens krjjgt, wanneer mon nog
neemt 4a en 2 en 4a. ou 3.
PROVINCIALE STATEN VAN
NOORD-HOLLAND.
De ziekenhuizen.
Verschenen is dc Memorie van Ant-
wooivil op het Algemeen Verslae oer
afdeelinsren van de l'rovincia'e Staten
over de ontwerD-be^oootinoon van
ontvangsten en uilgaven van het pro
vinciaal Ziekenhuis --LH Santpoort
en het provinciaal Ziekenhuis Duin-
onitxFch te Baklcum .voor 1923.
Het volgende is er aan ontleend:
Dij de beoordieeliufc der verschil
lende ramingen moet er rekening
mede worden gehouden .dat doz© be
ou oo tin gen reeds in het voorjaar van
1922 ontworpen zijn. Toen was niet
le voorzien, hoe liet verloop der prij
zen van de verschillende benoodigd-
heden zou zijn en kon slechts met de
bestaande omstandigheden rekening
worden gehouden. In den loop van
het tweede half jaar van 1922 zijn
weliswaar de prijzen van verschei
dene ver brui bsartiketan geleidelijk
gszins '-eiLu'd. deoh het schijnt
vooral-Mis; in c'e geraamde bedragen
-can wijziging te 'brengen.
Do raming van den post „Warm
watervoorziening en centrale verwar
ming" houdt geen verband met nog
aanwezige voorraden. Met andere ar
tikelen der begrooting ia dit evenmin
het go val. zoodat in de gevallen,
waarin bedra-^n voor de aanschaffing
van een benoodigd Quantum zijn ge
raamd. bii inkoop tot lagere priieen
het uitgetrokken bedrag niet ten volte
za.i behoeven te warden uitgegeven.
Aan het verzoek om de salarissen
in het vervolg nog iets verder te apeci-
ficeeren kan worden voldaan.
In Dninehbcecli is bij die invoering
van den 8-urigen werkdag het aantal
personen, dat in de verschillende on
derdeden van het bedrijf werkzaam
moet zijn. nauwkeurig vast -esteld en
de praktijk heeft sedert aangetoond,
dat een bel aardrijke vermindering
van dit aantal vooralsnog niet moge
lijk is.
Te Santpoort kon echter een aan
merkelijke vermindering van perso
neel verkregen worden dcor reorga
nisatie (vereenvoudiging) van ver
pleging in de hoogere klassen. In ver
band met het verschil in bouw (Sant
poort heeft Kok- en Duinenbosch pa-
vilioensysteem) en het el of niet aan
wezig zijn van een electrische centra.
ziin voorts de formaties van het
personeel in beide Ziekenhuien niet
zönder meer vergelijkbaar.
Overigens wordt ook in Duinen-
bosoli zooveel mogelijk naar vermin
dering van personeel gestreefd. In
dit verband wordt opgemerkt, dat het
aantal patiënten in Buiueirboseh se
dert de vaststelling der personeelsfor
matie bii dc invoering van-den 8-uri
gen werkdag met pl.m. 65 b toegeno
men.
Het is aan Geel. Staten .gebleken,
dat op het ontwerp der Staatebegroo-
tiue voor het dienstjaar 1923 voor de
Rijksbijdrage in de exploitatiekos
ten der krankzinnigengestichten geen
gelden zijn uitgetrokken. Dit heeft
hun College aanleiding gegeven, den
minister vau Binnenfemdsche Zaken
te wijzen op den zwaren druk. die
de wettelijke verplichting tot het
dragen der verpleerrkoeten van be
hoeftige krankzinnigen om die meeste
gemeenten legt, en op de (belangrijke
financieel© offers, welke de krankztn
ni gen verpleging ook van deze Provin
cie vergt. Daaraan werd het verzoek
verbonden te bevorderen, dat, zóó de
bijdrage niet kon worden gehand
haafd. deze althans op een eenigs-
zins lager bedrag zou worden ge
steld dan voor 1922 was bepaald.
Spaamdam'8 Fanfare
korps „Crescendo".
De grootste lokaliteit te Spaarndam,
geschikt om een concert te geven, is
ontoereikend orn al de donateurs en
kunstlievende leden van Crescendo op
ócn avond onder dak te brengen, zelfs
is het noodig om een uitvoering drie
avonden te geven oin alle begunstigers
her Hanfarekorps gelegenheid te
.bieden het concert bij te wonen.
Aldus was Donderdagavond de zaal
van den heer J. A. van der Putten
stampvol gevuld niet de eerste reeks be
zoekers, en zoo zal het wellicht de twee
volgende avonden ook wel zijn.
De vereeniging had een programma
dat aan verscheidenheid rijk was. Voor
eerst een achttal nummers voor fan
fare, daarna opvoering van Let Indo-
dra.ua van Fabnctus. „Dolle Hans", en
tot slot gezellig bal.
Van de acht muzieknummers waren
er zeven die voor 't eerst door „Cres
cendo" gespeeld werden. Voorwaar
geen kleinigheid, ah men nagaat da:
de directeur. Frits Dekker, eerst kort
geleden met de voorbereiding van du
omvangrijke programma begonnen is.
Daaronder waren stukken die voor esn
jonjr plattelandsfanfarekorps lang geen
eenvoudige opgaaf waren. Van sommi
ge dacht het mij zelfs wel wat ts
zwaar. Maar juist daarin moeten wij
dc taaie werklust en de energie van den
directeur waardeereu en bewonderen,
want wat zal het hein een inspanning
geduld gekost hebben om met zijn
menschcn reeds dat te bereiken wat zij
presteerden. Uitvoerig en ieder nummer
apart bespreken lijkt me overbodig,
laat ik volstaan met te zeggen dat een
fantasie op Verdi's Trouvère de meest
gunstige momenten had, en dat de di
recteur zich door niets uit het veld liet
maar steeds slagvaardig aangaf
cn ieder nummer tot een goed einde
ie brengen. De stemming der in
strumenten was vrij goed en de samen-
kiaux in de beste ©ogenblikken wei
dusdanig als men in eeu zoo bepera e
ruimte, zoo laag vau zoldering dal de
langste van het gezelschap moest op
passen om niet met het plafond in aan
raking te komen, verwachten kan.
Het publiek, dat dicht opeengepakt
het lokaal vulde, beloonde met dank
baar applaus de verrichtingen van het
korps.
JOS. DE KLERK.
AANBESTEDINGEN.
Door den Rijkswaterstaat werd he
denmorgen alhier aanbesteed: het on
derhoud van de huitenduinen en van
eenigc duinwegen op het eiland Vlie
land, gedurende de jaren 1923 uri 1924.
Raming per jaar 14.600.
Laagste inschrijver was H. E. Kooy-
man, le Vlieland, voor f 11.280.
Ook werd aanbesteed: liet onder
houd van het jaagpad langs het Zui-
der Spaarne en langs een gedeelte van
het Noorder Spaarne, gedurende de
jaren 1923 en 1924.
Raming 900 per jaar.
Laagste inschrijver was V. H.
Neelissen te Haarlem, voor 774.
Tenslotte het onderhoud der werken
lil het Noordhollandsch kanaal,
durende het jaar 1923, in drie percee-
len.
Raming: lete perceel 36.300; 2de
perceel 21.000; 3e perceel 23.000.
Laagste inschrijvers waren: voor per
ceel 1 de N.V. Aannemers-Maatschap
pij „De Eenheid", te Amsterdam, voor
f 31.200; voor perceel 2 P. Daalder, te
Alkmaar voor 17.000; voor perceel 3
Imke C. Kooijman te Vlieland, voor
19.000; voor de combinatie vau het
eerste en tweede perceel R.K. Koppen
en Zn., te Alkmaar, voor 49.900.
PERSONALIA.
St. Bavo meldtDo Bisschop van
Haarlem heeft benoemd tot directeur
van den Jongevrouwenbond te Haar
lem, den w.e.h. J. Kok, Rector van net
St. Jos.-Gest.; tot Geestelijken leider
van groep A. (meisjes, welke het pa
tronaat bezoeken) den w.e.h. H. G.
Caarls, kap. aldaar (H. Joseph) voor
groep A 2 (meisjes, welke geen patro
naat bezoeken) zorgen de E.E. Zusters
Carmelitessen en tot Geestelijken leider
van groep B. (meisjes die M. U. L. O.
genieten) den w.e.h. A. W. J. Luim, kap.
aldaar H(. Joseph).
SCHOTEN. Gevonden voorwer
pen- Terug te bekomen bijJ.
iioomen, Rijksstraatweg 154, een zil-
v er bon S. Hors, Pres. Steijnstr.
2, een hondenzweep J. Baas, Gen.
ae Wetstraat 19, een kinderhund-
schoentjeJ. v. Heijden, Coleusostr.
13, eeu lorgnet; W. Vrenegoor, Java-
straat 1, een poriemonnaie met in
houd; N. Willemse, Pres. Steijnstr.
110, ecu ijsmuts J. Forrer, Scüoter-
wog 35, een geldzak met inhoudA.
Heijkoop, Kritzingerstr. 32, een por-
temonrmio met inhoudL. Wezen-
beek, (Jolensostr. 60, een handschoen
tje Oosterhout, Kloosterstra 91,
een damestaschje met inhoudH.
Hut, 2de Moogerwoerddwarsstr. 34
een petJ. Keijer, Gen. Cronjéstr.
23, een handschoent jeF. Bischot,
Gen.^ CroDjéstr. 62, een halskettink
je; S- Oosterhout, Kloosterstr. 81,
een' kindcrhandschoentjeH. Pers
man, Balistr- 10, een gouden scha
«telarmbatidH. Sclierpenhuizen,
Spaausehevaartetraat 29, een rozen
krans in étuiJ. v. d. Molen, Pr
Steijnstr. 13, een zijden sjaalG.
d. Brink, Dr. neyUsstr. 30, een por-
temonnaie met inhoudJ. v. d.
Broek, Gen- de la Reystraat 56,
taxhondje W. Reekers, Paul Kru-
gerstraat 11, een ijsmuts.
Aan het Politiebureau, een rozen
krans, een schortje, een handtaaclije,
:cn rijwielhandverwarmer en eenigc
sleutels.
BLOEMEND AAL. Het onder
w ij sin Bloemendaal. Men
schrijft ons:
Alom in den lande is er een groo
ts beweging gaande tegen de ver
slechtering van ons onderwijs zoo
wel ojienbaar als bijzonder, die de
technische herziening tengevolg zal
hebben.
Ook Bloemendaal is in deze actie
niet achtergebleven. Een groot aan
tal lijsten is uitgereikt, om handteo-
kenmgen te verzamelen voor liet pe
titionnement, terwiil op Maandag 27
November een openbare vergadering
wordt gehouden in Vreeburg.
Het is de Commissi© van voorbe
reiding, bestaande uit de hceren
Do:rn, Schoorl en Hoekstra gelukt
zich den steun te verzekeren van me
vrouw J. Westerman, lid der Tweede
Kamer, geen onbekende in Bloemen
daal, die het onderwerp zal inleiden.
Lijsten voor het petitionnement zijn
verder op verschillende plaatsen ter
teekening neergelegd.
IJMUIDEN.
Vlschaanvoor. Gedurende de week
in 16 tot en met 22 November zijn le
IJmuiden aan den Rijksvischafslag
aangekomen de navolgende visschers-
vaartuigen 59 Hollandscbe en 56 Dun-
sche stoomtrawlers, 1 stoom- en 30 zeil-
txawlloggers, 1 zeilharinglogger, 6 En-
gelsche stoomharingdrifters, 2 zcilbeu-
gers (sloepen), en 26 kustvisscbeis.
Van de Snurrevaadvisscherij kwamen
binnen 2 stoom- cn 1 motortxawler. De
besommingen waren
Hollaudsche stoomtrawlers van 431
tot f 3601.Duitsche stoomtrawlets
van f647 tot f3711; 1 stoomlogger
f 542 zcilloggers van 181 lot f 87G
1 zeilharinglogger f 6973Engelscue
stoomdriftcis van f 746 101 f 1950 zeil-
beugers van f 493 tot f 509 van de
Deensche visscherij van 7923 tot f 158©,
terwijl de kustvisschers tezamen f 216b
besomden.
De aanvoer bestond uit 1.089.582 K.G.
trawivisch, 2500 K.G. beugvxsch, 525
kantjes pekelharing en 1369 manden
versche haring.
De totaalopbrengst bedroeg f 271.892,
VOOBSTEL-FLESKE.NS C.S. TOT HET
INSTELLEN VAN INVOER-
VESBODEN.
Aan het Voorjoopig Verslag der Tweede
Kamer over bovenvermeld wetsontwerp
is het volgende ontleend:
Zeer vele leden waren van oordcel dat
het in dit wetsvoorstel behandelde on
derwerp zich kwalyk leent tot regeling
bjj eon Initiatief voorstel. Het voorstel
strekt 0111 de rogeering een nagenoeg on
beperkte bevoegdheid te verleenen 0111
den invoer van goederen hier te laudo to
verbieden; liet opont de mogelijkheid tot
een ingrypende wijziging van onze han
delspolitiek. Een zoo ingewikkeld vraag
stuk kan door de Kamer slechts behoor
lek behandeld worden, indien zy beschikt
over uitvoerige gegevens omtrent dé gc-
volgeu, din hf-t instellen van invoerver
boden op do industrie hebben zal. Slechts
de regeering ia in staat doze gegevens to
verschaffen; de voorstellers hebben in de
Memorie van Toelichting zelfs niet go-
poogd, die gevolgen aan te duiden.
Voorts staat het allerminst vast, dat dn
regeering prjjs stelt op liet verkrijgen van
de haar b(j dit voorstel toegedachte be
voegdheid; het is dus niet zekor of zij,
mocht het voorstel door de Staten-Gcnc-
raal worden aangenomen, het aan de
Kroon ter bekrachtiging zal voordragen,
noch indien zulks wel zou geschieden, of
en in welke mate zy van de haar ver
leende bevoegdheid gebruik zou makon.
Men merkte op, dat dc gronden, die do
voorstellers in de Memorie van Toelich
ting aanvoerden om hun voorstel in to
dienen, thans niet moer golden; het waro
onder dio omstandigheden beter gewoest
het voorstel in te trekken..
Ook leden, die in het algemeen hot
overwogeu van beschermende maatrege
len ten bato onzer nijverheid onder do
tegenwoordige omstandigheden wel wen-
scheljik achten, verklaarden toch, afge
zien van hun bezwaren tegen den inhoud
van hot voorstel zelf, reeds op de boven
staande gronden hun stem daaraan niet
te kunnen geven.
Andere leden erkenden, dat oen doug
deljjk rogueringsvoorstel in dezon do
voorkeur zou hebben verdiend. Nu 0alitor
do rogeering met zulk oen voorstel niot
is gekomen, waarvoor in do Memorie
van Toelichting verklaarbare redenen
worden aangevoerd, konden zy geen aan
leiding vindon om nan het streven van
de voorstellers, waarmede zij instemden,
hnn stem te onthouden.
Vele leden haddon tegen den inhoud
van het voorstel overwegend bezwaar, i
omdat zy daarin een stap zagen cp des
weg vau beschermende maatregelei^
Vooral bjj den tegenwoordigeii toeiia'n4
van Eurojia ligt in protectionistisch»
maatregelen een groot gevaar. Algemeen
wordt erkoud dat het economisch hor
stel van Europa slechts kan bereikt wor
den door de belemmeringen in den in
ternationalen handel zooveel mogelyk op
te heffen.
DE DIENSTJAREN VAN ONDER
WIJZERS IN INDIë.
Door den heer Ketelaar zyn aan den
Minister van Koloniën de volgende vra
gen gestold:
1. Is het juist, dat in den oproep voor
sollicitanten by hot Indisch onderwya
ermeld wordt, dat do dienstjaren in Ne
derland voor ae helft modetellen?
2. Zoo ju, waarom dan in Nederlandsch-
ludië de dionsttyd, als ondorwjjzer in Ne
derland doorgebracht, verminderd mes
he* aantal jaren in militairen dienst,
welke in Nederland wel als dienstjarea
medetellen?
Is de Minister bereid te bevorderen
dat het medetellen van den Hollandsebeii
militairen diensttijd in Ncderlandsch-In-
op dezelfde wjjze zal geregeld worden
s in het moederland?.
DE CLASSIFICATIE.
In zyn antwoord op do vragen van het
Tweede Kamerlid Braat betreffende d«
voorgenomen nienwe classificatie der ge
meenten in verband met de salarissen der
Rijksambtenaren en de samenstelling der
classificatiecommissie, verwyet de Mi
lan Financiën naar het medege
deelde bjj de mondelinge beraadslagingen
in de Tweede Kamer van hoofdstuk I der
Staatsbegrooting voor 1923.
Daar blykens dio mededcelingeii de
commissie voor do classificatie nog geen
advies heeft uitgebracni, is het niet mo
gelijk eenige berekening to maken als
u vraag 2, of oen meening te uiten als in
vraag 3 bedoeld.
Hoezeer de classificatieconimiasie niet
j zjjn voordracht is ingesteld en hjj
zich dua van oordcel omtrent de geschikt
heid der leden zou kunnen onthouden,
wil de minister toch wel 3ls zijn meening
te kennen geven, dat hy op het pant, in
vraag 4 bedoeld, gerust is, en dat bij niet
ien dat, daarmede de vakbonden
die hnn vertakkingen in alle èeelen des
lands hebben, in de commissie zijn ver
tegenwoordigd, torwyl ook do andere le
den met do toestanden in geheel het lauc
ip de hoogte zjjn, nog toevoeging vai
eden zou dienen plaats te vinden.
PERMANENT HOF VAN INTERN.
JUSTITIE.
Het Permanente Hof van InternatiO
nale Justitie zal in buitengewone zit
ting moeten bijeenkomen om het vraug
onderzoeken nopens het Fransch
Britsche geschil over de Fransche natio
naliteitsdecreten in Tuuis en Fransch
Marokko, en hetwelk onlangs aan zjju
oordeel is onderworpen ten einde er ad
vies over uit te brengen.
Het Hof is daartoe metterdaad bjj-
eengeroopen in buitengewone vergade
ring tegen 8 Jan. a.s. Het zal dan zjjn
samengesteld als volgt: do bceren Lcler
(president), Weiss (vice-president), Lord
Finlay. de heereu Nyholm, Moore, Alta*
mira, Anzilotti. Huber (rechters), Beicli-
mann en Neguleseo (plaatsvervangend»
rechters).
De Fransche en Britsche ltegeeringen,
die aanvankelijk het geschil, hetwelk
tlians het onderwerp van een verzoek
om advies uitmaakt, voor den Raad van
den Volkenbond hadden gebracht, hebben
agenten benoemd ter behartiging barer
belangen in de proceduro welke zich voor
het Hof zal ontwikkelen. De agent van
Frankryk zal zyn dc heer Mérillon, pro
cureur-generaal bjj het Hof van Casatie
te Parjs en de Britsche agent de heer
George Mounsev, chef van de afdeeling
Verdragen aan het Ministerie vau Bui-
tnnlaudschc Zaken,
DE PENSIOENWETTEN.
De hoor Van dc Bilt heeft den Mini»
Ier vau Financiën de volgende vragen
gesteld:
Is het den Minister bekend, dat. 11a
bet in werking treden der nieuwe Pen
sioenwetten, dc ambtenaren, loodsen,
werklieden der Ryksmarinewerveu, enz.
langen tyd moeten wachten op de vast
stelling van hun pensioen na de beëindi
ging van hun dienst?
Indien de oorzaak hiervan gelegen is ia
een ontbrekenden maatregel van bestuur,
aanwijzende de categorieën dio voor ver
vroegd ouderdomspensioen in aanmerking
komen, is de Minister dan bereid, do
spoedige totstandkoming van dien maat
regel te bevorderen?
Is de Minister bereid, om reods nu. in
afwachting van de regeling dezer ma
terie. eon voorschot te geven of dit te
doen geven, door bemiddeling van daar
voor aangewezen instellingen, zooals da'
vroeger, desgevraagd, steeds gêschicddet
(Zie b.v. beschikking Min. v. Marine 22
Oct. 1919 no. 50).
OECONOMISCH GEMEENTE-
BEHEER.
Wij lezen in het periodiek „Do;
Naamlooze Vennootschap"
De door dc Vereeniging van Neder-
landsche Gemeenten ingestelde com
missie voor oeconoinisch geineentebe-
heer heeft aan het bestuur dier veree
niging een eerste rapport uitge
dacht. Dit rapport is samengesteld
Feuilleton
(Ge-auloi iseerae vertaling uit het
iingelcch.)
(Nadruk v erooden.)
33)
„Oud!" herhaald» dc majoor
„noen, maar ik
„Zoo piepjong is ze wel niet meer,
maar lk begin toch ook al aardig op
(c schieten! Ze is nu in den vollen
bloei van haar leven langzamer
hand naar den herfst toegaande
„Herfst!" momnelde de majoor ver
baasd.
„Neen, ik begrijp werkelijk niet
wat er tegen zou kunnen zijn, tenzij
-7 0 gciladc, Jack!" De Kolonel zetto
zijn glas, neer en keek den majoor
aan die op zijn beurt hem aankeek.
„Tenzij, George?"
„Tenzij jij het oolc te pakken hebt!"
De majoor keek weer naar den haard.
..Als dat zoo is, Jack, als dat zoo is,
hu dan zal ik je niot dwars zitten
neen, neen zoo'n oude vriend,
Deen! Ik zul morgen weggaan en jou
Vrii spel laten".
„Ik zal nooit trouwen, nooit Geor
ge!" zei de majoor en zuchtte dieper
dan ooit. Dc Kolonel schonk zijn
glas weer vol, bracht het aan zijn
lippen, zuchtte op zijn beurt en zette
liet weer neer.
„De liefde is een lastige zaak!"
bromde hij. „Hoe oud ben jij. Jack?"
„Twee en veertig bijna",
„En ik bii vijfenveertig. Én heusch
Jack, als mannen van onzen leeftijd
verliefd worden, dan is het voor goed.
Maar toch, Jack, als jij haar lief hebt
dan zal ik geen moeite meer voor Be
linda doen
„Belindal" riep de majoor uit.
„Ja wie anders? Wat scheelt er
aan, kerel?"
„Ik och George, ik daoht
„Wat dacht je?"
„Dat je Lady Betty bedoelde".
„Lady Bet. .1" De Kolonel floot.
„Zoo zoo!" riep hij uit en wilde
den majoor .een heele verzameling
vragen stellen, maar toen hij zag dat
deze weer voor zioh uit zat te sta
ren, nam hij een slok wijn en ging
toen plotseling op een ander onder
werp over.
„Die Viscount is een flinke Jongen,
Jack!" Het gezicht van den majoor
klaarde dadelijk weer op.
„Ja. Tom is een fiinke vent. al
doet liij ook een beetje aanstellerig
en al stélt hij veel belang in do mode.
Waar is hij, tusschen twee kaak-
jeer
„Al |uxen g<t edou maai- Led ge-
guan wal heel verstandig is, mei
liet oog op wat hem te wachten
staat".
„Wat is dat dan, George?"
„Zijn duel met Dalroyd". De ma
joor zat plotseling kaarsrecht.
„Een duel met Dalroyd?"
„Wat, wist, je daar niets van?"
„Geen woord".
„O ja, dat is waar het is van
avond pas gebeurd"-
„En wanneer zullen ze duclleeren?"
„Dat is nog het gekst© van de hee
le geschiedenis. Jk weet het riet, hij
weet het niet niemand weet het
behalve Dalroyd. Het is een leelijk
zaakje, Jack, oen leelijk zaakje, en
het ziet er lang niet gunstig vit voor
den urmen jongen!"
„Ja!" zei die majoor, terwiil hij
opstonden heen en weer tegon te loo-
pen. „Vertel er me eens at meer
van. George".
„Nu in de eerste plaats 3:et ls
een aardig© jongen, die neef vin je.
Jack. Waarachtig waar, heb nog
nooit iemand zoo netjes en loch zoo
afdoende hooren beleediren. „Zoo
keurig de anderen liadosn er alle
maal schik in hij i>cle>.iigde Dal
royd zoo vol gratie en toch zoo ter
doge dat ze in een oogwen c hun de
gens getrokken hadden. Maar l et
was daar vol met stoeien ou *a'els
cn toen yjelen AJvaston en Tripp op
Dalroyd aan en Kapitein Wrat en ik
op den Viscount en toen hebben we
hen gescheiden tot er wat meer ruim-
te voor hen was. We -rebben den
boel op zij geschoven en de deur cp
©lot gedaan, omdat z© er 00 op ge
steld schenen te zijn om t© vechten
en toen weigerde Dalroyd opeens om
te duelleereD. „Neen heeren". 2ei hij
glimlachend, maar met een gemeene
uitdrukking in zijn oogen „ik gun
Viscount Merivale nog ©an cf twee
dagen om te leven als het me past
om hem te dooden zal ik het rum la
ten weten" en toen ging hij weg. Het
ts een leelijk© geschiedenis, want ik
geloof dat die Dalroyd een gevaarlij
ke kerel is. Maar waarom die jongen
zioh zooveel moeite heeft gegeven om
uien vent te bel eed i gen, mag dc he
mel weten. En ik heb je eigenlijk nog
he©! cm aal piet verteld hoe het gegaan
ls. Dalroyd zit te kaarten zie je en je
neef komt er aan en belccdigt hem
heel rustig. „Hé", zegt Dalroyd, ter
wijl hij zijn kaarten neerlegt. „Ik
geloof heusch, dat hij onaangenaam
tegen me wil zijn!" „Ja!" zegt de Vis
count glimlachend, „ik dee er r-iin
uiterste best voor". „Dus 11 wilt m-
zi© zoeken", zegt Da!ro?.l. „Het zal
nie een waar feest .*"-n". zegt de
Viscount met een buiging. Onmoge
lijk!" spot Dalroyd. „Nu don" zegt
dc Viscount steeds plin>l:i j'und,
„misschien zal mijn bedoeling u dui
delijker worden ula ik u een glas wijn
uitwendig toe dien, want ;ne unt roo
is, meneer zal ik met het grootste ge
noegen al dien g-joüen wijn v-.r
knoeien aan iets u it zoo weinig
waarde heelt". O, Jack, het waa kos
telijk, ik heb het nog nooit zoo mee
gemaakt. Maar het is toch oen lee
lijk© geschiedenis, want als z© ducl
leeren, zal het slecht met den jongen
nfloopen, vrees ik!"
„Nu dan zullen ze niet ducllee
ren", zei de majoor kalm.
„Wat?" riep dc Kolonel uit. „Maar
wie zal hen dat beletten. Jack?"
„Ik natuurlijk, George".
„Ja maar hoe in vredesnaam?"
„In de eerste plaats weet ik dat
Dalroyd een schurk is onwaardig om
met den Viscount te duelloercn
„Ik vrees dat dat niet afdoende zal
zijn. Jack".
„En in de tweede plaats ben ik van
plan om z«-lf met hem te duellceren".
„Jij, Jack, jii? O belachelijk! line)
ongewoon nooit zoo iets gehoord".
„Ja, dat weet ik wel, George,
maarDe majoor glimlachte en
daar hii dien glimlach al vnn ouds
kende, haalde de Ko'onel de schou
ders op „lk zal Je alleen maar ver
zoeken om morgenavond laten we
zeggen om twaalf uur hier in de ka
mer te zijn, George en alleen",
„Als je op dien toon spreekt. Jack,
yveet ik al, dal jc er niet van nf te
brengen bent. Maar hoe je zoo iel»
onmogelijks zult klaar spelen, is me
een raadsel. En over Dalroyd gespro
ken. de gelijkenis is wel treffend, iiij
is precies
„O, jc bedoelt dat hij op Effingham
lijkt".
„Ja, hij lijkt op Effingham en toch
i© hij weer anders, Jack, en boven
dien bet is onmogelijk!"
„Och, in tien jaar verandert ieder
een", zei de majoor peinzend „tu
zou er wat voor geven, George, als
ik er achter kon komen of Dalroyd
een zeker lid toeken heeft".
„Onmogelijk, Jack onmogelijk
jc moet dien schurk gedood heb
ben".
zei dc majoor, „maar ik
zal toch zoo gauw mogelijk met Dal
royd duelleeren, hoe het ook zij. Dat
is waar ook, lk heb nog geen testa
ment gemaakt en ik zal het nu maar
doen. dan kun je getuige zijn, George,
als je wilt".
En dus werd het document opge
steld, kort cn bondig, en onderteo-
kend.
„F.CJ1 testament, Jack", zei de ko
lonel terwijl hij ziin pen neergooide,
„Ls een droge geschiedenis. Laten we
nog een flesoh open trekken".
•Dat zullen wc doen", antwoordde
de majoor ,.cn we zul'en drinken
op je succes bij Lady Belinda".