DE MODE HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 3 MAART 1923 VIERDE BLAD EEN HOEDEN-PR AATJE -*e£ is niet onwaarschijnlijk dat de groote hoed dezen zomer va©! gedra gen zal worden, üoah op net oogenhlik zijn de hoeden alle nog klein. Ten eerste kan men nu. waar iedere man tel bijna met een bontenkraag gedra gen wordt, niet anders dan kleine hoedjes dragen en ook bij de eenvou dige nieuwe voorjaarstailleur staat niets zoo vlug en elegant dan het een voudige, kleine „trottourhoedje". Het klokihoedje heeft van achteren bijna geen rand, de garneering wordt rechts maar meer naar hektoren aange bracht en de bol is boog en smal. De lijn van de Egyptische hoofdtooi is zeer geliefd. De ronde bol van deze soort hoedjes is van voren verborgen door den verticaal opstaanden rand die opzij neerdaalt en over de wangen reikt De garneering die rechts en linies is aangebracht onderstreept deze beweging nog". Andere „troUeuvs" hebben een on derbroken rand, die dan door eeu strik of een garnituur wordt opgeno men aan den linkerkant. Deze gar neeringen hebben een horizontale richting en verlengen de lijn van het profiel. Er worden zeer veel verschillende soorten stroo gebruikt voor de voor jaarshoeden. Het soepele stroo het zoo genaamde „lajza de paille" dat per meter wordt verkocht is een geduchte concurrent voor de stroohoeden" die op vormen gemaakt worden. Het stroo dat genaaid kan wordpn maakt het moge'ijk dat de modiste een bepaald model creëert, dat ziï alleen maakt. Er bestaat ook een soort _stroo, dat zich even soepel laat drapeéren als stof. De groote hoeden worden ge maakt van manilla-stroo of z.g. raba- ne, een raffia-weefsel. Het grove ge schubde stroo, dat erg glinstert wordt in donkere tinten voor de kleine hoed ies gebruikt. Wat do garneering be treft; het schijnt dat men zoowel bloe men, veeren als lint zal zien. Bloe men zijn meer in trek als het vorige seizoen. Cocarden, ronde bouquettem van voren of van achteren geplaatst maai- altijd boven de bol uitstekend zijn gemaakt van heel kleine bloem pjes op de manier van oudervvctsche bouquetten. Vergect-mii-nietjes, 'serin gen, bloempjes gelakt in heldere kleu ren maken het effect van emaille. Men maakt ook veel cocardien en gar neeringen die samengesteld zijn uit miniatuur-roosjes van lint of tafzijdi De bladereu zijn op dezelfde manier gemaakt. Struisveeren lang en plat, of de toppen ervan, die zéér gefriseerd worden,-ziet men in papegaai-achtige kleuren op één hoed vereenigd. Ons pluimvee levert ook veel hoedgar ring, die zoo mooi bewerkt gekleurd cn gekruld wordt,dat men de oorspron keli.jke veeren er niet in hork en na zou. hint is, als altijd" een dankbar hoed-garneering. Vooral de glimmend' geglaceerde soorten en de lamé's wor den voor groote strikken en lussen ge bruikt. De smallere fantaisie linten, met aardige randjes, frangetjes en fes tons ziet men op de kleine cloche' en bedekken gewoonlijk den rand er van. De kleuren voor dit, voorjaar zijn fleech-gi'oen, mosgroen en amandel- groen. En dit zijn niet alleen de hoe- den-kleuren ,maar over liet algemeen "rijn deze kleuren zeer in trek, koper, en roest kleuren, alle tinten die rood bevatten, wondien er mee gecombi neerd. Twee voorjaarstoüetteu Ziehier t\yee voorjaarsjaponnen. De eerste is van witte popcline, geborduurd reet zilver. Let eens goed op de bijzon dere punt-kraag en de mouw met de twee doffen. De tweede is weer een japon, die ons aan de middeleeuwen doet denken met zijn de schouders ontblootenó decolleté, lage taille en nauwe slanke mouw. De japon is van banaankleung crêpe ma ïocain, de garneering is ajour. Een aardige kraag Een vorige maal vertelde ik u hoe ge een japon -van verleden jaar weer eens een nieuw aanzien kon geiven. Ditmaal geef ik u een plaatje van een aardige kraag, die een japon, die mis schien wat saai of somber is, weer hee'.emaal opvroolijkt. Schoentjes Tegenwoordig wordt er veel meer nadruk op het schoeisel gelegd dan vroeger. Ook de kousen, de kleur en de soort moeten zorgvuldig uitgeko zen worden. In de stad, bij de na middagjapon, is de schoen van suède, lakleer, of chevreau leer. In de mode zijn op liet oogenhlik schoentjes van krokodillenleer, maar daar dit een echte modegril is en ze niet overal hij ,,gaan" is liet verstandiger om, wanneer men niet over een ruim kleedgeld beschikt, zooiets bijzonders niet aan te schaffen. Gewoonlijk draagt men bij cle siuède schoentjes een -li kous in een lichte tint. In géén geval mag de kous donkerder zijn dun de schoen, alle tinten van giijs en beige staan goed bij donker bruine schoentjes en bij zwart suèdé kan ook wit en helderbruin gedragen worden. Vooral is deze kleur zeer ge liefd bij zwarte verlakte riemschoenen. Draag in geen geval wollen kousen, neer go elegant wilt zijn. Zijt ge kouwelijk, draag don een dunne witte oashmere kous onder uw zijden en ;c zult geen last van de kou hebben. Het is verkeerd gezien om bij de ta.il- •ur een fantasiesolioen inet riempjes f iets dergelijks te dragen. Bij een tailleur costuum, dat. niet anders is dan een japon met een mantclji dezelfde slof, gaat deze schoen er mee door, doch bij de strenge tail leur kan men niet anders dan een ge sloten, dichtgeregen molière ciragen. Wanneer ze van boxcalf of glacé leer zijn, dan is een wollen kous hier niet uit den bcoze. De veters mogen vol strekt geen bengelende strik vormen, maar moeten naar binnen zijn vast gemaakt. Do avond schoontjes zijn meestal van gouden of zilveren stof en dit is wel practisch, daar men déze overal bi] diagen kan. De kousen moeten óf van dezelfde kleur zijn als de schoentjes tf van de nieuwe .perzik" kleur. Geen meisje dat danst zal iets anders dragen dan een schoentje met band jes of riempjes. Er zijn ook heel wat modellen om uit te kiezen. Meestal zijn» deze schoentjes in twee kleuren. Men ziet gouden schoentjes met baaid- jes van blauw, zilveren met roode bandjes en zwarte met witte bandji Groote gespen zijn uit de mode. Voor de jonge vrouw of het meisje dat iede- ren dag er op uit moet en dikwijls veel moet staan, is de schoen met de lage hak een ware uitkomst. Gewoon lijk zijn ze in het „broque" model, cn van stevig donkerbruin leer. De ton gen met franje, zooals men een tijdje geleden droeg, behooren tot het verle den. In dit genre is het nieuwste de stevige broque schoen, met lage hak, maar dan niet dichtgeregen, maar voorzien van twee riempjes met smalle stalen gespjes. Alleen voor mooi droog weer zijn deze soort ge schikt. Bij deze soort schoenen gaan grove wollen kousen, grijs of beige met grappige ruiten of strepen, ver sierd. Het nieuwste is een kous, die met de hand gebreid is, van grove kunstzijde. Tot slot een paar raadgevingen over het onderhoud van uw schoeisel. Wan neer uw bruin leeren schoenen te licht zijn naar uw smaak, wrijf ze dan tel kens in met den binnenkant van een bananenschil, alvorens ze te poetsen. Het arm-gedeelte van lang© peau de suède handschoenen kan goed dienen om een dun zooltje in een avond schoentje te maken. Fijn schuurpapier is beter om suède- schoenen ruw te houden, daai een sta len borsteltje. Schoentjes van stof moeten zorgvuldig in vloeipapier wor den gepakt, -wanneer men ze in lang niet draagt. Iedere schoen, die -men niet draagt, moet op een leest worden gezet en op den langen duur is het voordeeliger om verscheiden paren echoenen in gebruik te hebben dan b.v. tw-eo paar. Een eenvoudig mandje een aardige wieg. „Een wieg van een mandje gemaakt dat» is nu weer een van jouw dwaze ideeën", zei Bobbie's moeder spottend tegen mij. „Dat is nu wel heel vin dingrijk, maar toeli ook uiterst on- practisch. Verbeeld je, ik, die Bobbie wanneer hij gaat slapen kalm naar de andere kamer rol in zijn wieg op wiel tjes ik zou het heusch niet met jouw mandje kunnen doenl" Door de tegenspraak werd ik na tuurlijk geprikkeld, „hu, mag ik een wiegje voor Bobbie maken, dat je evengoed door de kamer kan rijen?" 11c weet zeker dat je het leuk zult vinden". Bobbie's moeder vond het natuurlijk best en ik ging thuis direct aan den slag. Een gewoon rieten mand je (ge ziet het op do kleine schetsjes) was mijn grondvorm. Van binnen be kleedde ik het i et fijn wit katoen. Vooraf hechtte ik een laagje watten aan den binnenkant en op den rand vast zoodat baby zich niet kon kras sen aan het riet. Ik had verschillende idees in mijn hoofd, waarvan het eer ste er aldus uit zag als het eerste plaatje- lang én 3e twee zij-steuntjes 2ijn 0.20 M. Over dit geraamte hingen we het gordijntje. Bovenop kwam een strik van soepel moiré hnt, evenals op de twee hcngseltjes. De soort kragen zijn zeer modern, men ziet z© op vele der nieuwe voor- jaarsmodellcn. Men kan deze kragen van voren of van achteren laten slui ten. Op ons plaatje is de -kraag van wit linnen, geschulpt en omgefeston- ne©rd met roode. wol, In de hoekjes is een eenvoudig bloempje geborduurd. De kraag sluit met een smal zwart fluweel dat tot in bet middel afhangt. Na deze ernstige beschouwing over allerlei schoenwerk wil ik toch nog even uw aandacht vragen voor een paar allerliefste baby-schoentjes. Hoe snoezig zullen deze grappige laarsjes staan, wanneer het kindje voor hot eerst looptZe doen mij denken aan kabouteriaarzen. Ze zijn'gemaakt licht rood peau de suède, met breede band van wit konijnenbont den bovenrand. Ik had liet mandje van drie teenen hoepeltjes voorzien die met een lin nen bandje onderling verbonden op gelijken afstand van elkaar werden gehouden, liet onderste boogj a maak te ik met een stevig ijzordruad aan het wiegje zelf vast. Ik bekleedde hec met een vroolijk gekleurd cretonne, maakte er zonder veel moeite een paar wieletjes onder en Bobbie's sto wiegje was klaar. Van een lapje cretonne dat over was, kon ik nog juist een enveloppe maken oor het dekentje. Van binnen bekleedde het kapje met licht groen, go weet misschien niet det deze kleur rustig werkt op de baby, evenals zacht blauw. Ik was bijzonder tevredefn over mijn werk en rustte niet voordat ik nog een tweede rustplaats voor Bob klaar had. In beginsel wis deze natuurlijk het zelfdé, alleen liet ik nu de teenen boogjes van het eene hengsel naar het andere loopen zoodat het effect toch geheel anders werd. Dit wiegje maak te ik heelemaal in blauw van verschil lende tinten, zacht grijsb.lauw voor de voering van het kapje, d"r-'!'do tint. iets lichter voor de volants den bui tenkant van het kapje, en met helder er bij Meurend blauw festonneerde ik de uitgeschulpte randen. Aan weerskanten versierde ik de hengsel- tjes met een bosje gehaakte bloem pjes in dezelfde tinten, bij' elkaar ge bonden met een kersrood lintje. Ik hoop dat ge, hetzij voor uw ei gen kindje, of oor dat van u vrien- eens zoo'n grappig wiegje zult :en. Ik kan u verzekeren dat ieder of aanstaand moedertje er ver- 'j van zal zijn- M. S. De ideale logeerkamer Om gastvrouw te zijn voor één mid dag of één avond is niet zoo'n zware taak, maar om de plichten als gast vrouw goed te vervullen gedurende een week of zelfs een maand, dat is heel iets anders en dat vergt ook veel meer van ons karakter cn tempera ment. Alleen door te denken; „hoe zou ik het zélf graag hebben" is het mo gelijk de rol van gastvrouw succes vol te spelen. Allereerst moet ge trachten uw gc-erkamer zoo gezellig en aangenaam mogelijk in te richten. Hiervoor hotit ge heusch geen handen geld" uit te geven, maar bij veel men scheen is de logeerkamer de plaats, waar overtollig en niet met de ove rige huisinrichting harmonieerend meubilair wordt „geborgen". Dat is natuurlijk glad verkeerd eu het resu! laat is een onharmonisch, ongezellig interieur, dat er' onvriendelijk uitziet en waarin de logé zich zeker nooit „thuis" zal veelen. Een g9cde gast vrouw zorgt er wet voor, dat zoo'r soort logeerkamer in hatfr huis nie' te vinden is. Ik ken een dame, die een allerliefste gastvrouw is, waarbij ieder zich op zijn gemak voelt. Haar logeerkamers, alhoewel héél eenvou dig, hebben iets huiselijks, iets pret tigs. Toen ik haar er eens naar vroeg, hoe het mogelijk was dat in haar lo geerkamers zoo'n „bewoonde sfeer hing, antwoordde zij mij, dat zij zelf eerst eenige dagen in haar logeerka mers ging slapen om te zisn. ol alles er prettig en goed was ingericht. Daardoor verloren haar logeerkamers dat koude, onbewoonde gevoel, dat ens direct overvalt, wanneer wij in een kamer komen; die niet écht be woond wordt. Daar het onmogelijk is om te ver wachten, dat al onze gasten dezelfde smaak hebban, moet ge uw logeerka- ultgesp roken nc leubelen. Over smaak valt niet t- twisten, en wat tante Marie mooi vindt, verfoeit nichtje Suze. Schilder uw kamer bv. niet in de schelle en on rustige kleuren en decoraties, die thans in de mode zijn en die uw oude tante waarschijnlijk een slapeloozen nacht zullen bezorgen. Licht geschil derde muren of een rustig behangsel kunnen voor niemand hinderlijk zijn, evenmin als een aardig stemmig kleedje op de glad geboende vloer. Cretonne gordijnen met een vriende lijk patroon, hetzelfde voor stoel- cvertrek cn bedsprei geven een harmo nisch geheel. Alhoewel onze gasten gewoonlijk mét ons in de. huis- en zit kamer verkoeren, is de eigen kamer van den gast toch eigenlijk de eenige plaats waar zij (of hij) gehéél vrij is c-m b.v. brieven te schrijven, kousen te stoppen enz. Vandaar dat wij moe ten trachten de logeerkamer iets hui selijks te geven. Het is wel een aardig idee orn het bed overdag als divan te gebruiken, de kamer krijgt hierdoor* een pretti ger aanblik. Men legt hiervoor de icese stanldraadmatras uit het gewone Engelsche ledikant op een stevig hou ten onderstel, zonder uit-stekend voe ten- of hoofdeind, een gebloemde sprei en, voor den -dag, een paar kussens van dezelfde stof vormen de aanklee ding van uw divan. Voor oudere gas ten heeft zoo'n bed liet bezwaar van het „ongewone", en dit is vooral op het punt „bed" een moeilijk over te stappen bezwaar. Denk er ook vooral aan altijd een of twee dekens als re serve te Hebben op uw logeerkamer, niets is zoo onplezierig a's het dos nachts koud.te hebben en de opinies over het benoodigde aantal dekens loopen soms zeer uiteen. Wanneer ge zelf weinig ruimte hebt, is het haast onmogelijk om de kasten en la den in uw logeerkamer ongebruikt te Deze twee wiegjes liet ik den ande ren morgen aan Bobbie's moedei brengen en ik kwam ze-», wat later, 'om eens te hooren hoe zij mijn „dwaze ideeën'' vond, toen zij werke lijkheid waren geworden. Ze was ver rukt! Kleine Bobbie was al direct in mijn lichtblauwe maaksel gelegd - eu sukkelde langzamerhand in slaap. „Toe zeg, vroeg zij mij vleiend, „wil je ook met zóo'n wiegje maken voor Dolly. Zo verwacht deze maand haar eerste Baby en ze" heeft natuurlijk al een „gewone" wieg kant eu klaar maar ik zou 't zoo leuk vinden als ze er zoo eentje nog bij kreeg!" Nu grooter overwinning van mijn „dwa ze idee'' is wel niet mogelijk- Ik vond het natuurlijk best en 's middags gin gen wij er op uit om samen nog een mandje te koopen en de benoodigde stof. Daar het een „cadea»u"\vieg was,moest het er een beetje fijn uit zien, alhoewel het mijns inziens niet zoo practisch was. We kochten fijne rose organdi en dezelfde hoeveelheid cerise organdi. Ge ziet op ons derde plaatje hoe dit wiegje er uit zag. Do rose organdi werd over de donker dere tint geplooid, zóó dat de eerste kleur er met een klein randje onder- uithing. Het gordijntje plaatsten wij aan den langen kant van het mandje, heb kleine schetsje maakt het u dui delijk. De midden-steun is 0.60 M. laten. Doch wanneer ge een logé krijgt, neem dan de moeite voor dien tijd de kasten te ontruimen. Niets is zoo vervelend en geeft zóó het gevoel van in een vreemde omgeving te zijn, als de aanblik van kasten en laddn, gevuld met de kleérai en eigendom men van anderen. Wat uw logeerka mer vooral aantrekkelijk kan maken en uw goede zorg en toewijding voor uw ga-ion duidelijk doet spreken, is het kleine tafeltje naast het bed. Hier op zet ge het. electrische lampje. Een paar Boeken cf tijdschriften naar den smaak van uw logeergast, een vaasje met een paar bloemen, een trommel tje met biscuits. De 'oilettafel moet na tuurlijk ook keurig in orde zijn. In een van mijn vorige artikeltjes ver telde ik u hoe" go een aardige toiletta fel moet aankleedem Zijt ge hierin r genoegen geslaagd, dan voorziet ge deze met een zeer eenvoudig toilet- stol, dat absoluut zonder luxe mag zij-n. Zorg er voor, dat er goed licht is, zoowel overdag als 's avonds. Sommige gastvrouwen zorgen dat er altijd een aantal toiletartikelen op de toilettafel aanwezig zijn, een kam en borstel, haarspelden, een nagclschaar- e en wat lavendelwater of ander par- Hang aan den muur een paar repro ducties naar mooie schilderijen, een nvoudig etsje en een kalender. Tracht uw logeerkamers zóó te ma ken, dat ge er zelf ook graag in zou ■onen eu logaffen. Schoonmaak De dagen worden langer en het w eer helderder. We beginnen eens om ons heen te zien, wat er alzoo ver- frischt, vernieuwd en veranderd moet worden na een stoffigen winter. De meeste vrouwen dénken nog niet aan ,,de schoonmaak", dit ontzettende overhoop halen van het geheele huis. Toch is het nut onverstandig om er. reeds nu een bescheiden begin me© ;e maken. Ge kunt bijvoorbeeld uw over gordijnen reeds naar de stoomerij sturen. Denk er aan, de voering er uit te tornen. Die kunt ge gemakke lijk thuis reinigen en er naderhand weer innaaien. Ge bespaart u zoo aanmerkelijke kosten. Hebt ge, zoo als tegenwoordig veel het gebruik is, lichte cretonne gordijnen, dan kunt ge die wel heelemaal zelf behandelen. Men neemt ze al, borstelt ze en klopt zo uit, zoodat alle stof er uit verwijderd is. Hierna haalt men de ringen er af en zet de gordijnen een nacht in koud water, waarin wat keu kenzout is opgelost; daar dit de kleur vastheid bevordert. Maak nu een mengsel, door een Kilo rijst te koken in acht Liter water. Noem twee derde deel van dit mengsel, zet er uw geel- geworden gordijnen in cn wasch ze er in. De rijst doet dienst als zeep. Spoel ze in koud water uit, en laat ze flink uitdruipen. Leg de gordijnen dan nog eens in 't overgebleven rijst- water, waar ge de rijst nu uitneemt, sla zo er goed in heen en weer, wring zo uit en strijk ze op, wanneer ze nog vochtig 7,ijn. Voor alle heldere kleu ren verdient het aanbeveling om in het spoelwater een lepel ammoniak te doen. Vooral rood en groqn zijn daar zeer gevoelig voor. Uw olieverfschilderijen kunnen inet een heel eenvoudig middel ge reinigd werden. Men wrijft ze voor zichtig met een doorgesneden ui, waaruit ieder zwart plekje .verwijderd is. Hierna veegt men ze met een spons vochtig gemaakt in schoon water, af. Uw geverniste schilderijen eischen een geheel andere behandeling en be halve het heel voorzichtig afwrijven met een zachte doek, doet ge beter dit aan de vakmenschen over te laten. Vergeet ook vooral uw bibliotheek nietDoor de boeken vlug door te bladeren verjagen we het stof, dat tusschen de bladen zit. De boeken die verguld op snèe zijn en glad afgesne den, maakt men inet een zachte doek schoon. Voor onafgesneden boekem kan men dit volstrekt niet doen: hier verjaagt men het stof met ëen zacht borsteltje. De leeren ruggen worden met 'een zeemenlap, die voor dit doel gehouden wordt, afgewreven. HOE MEN ZEEMLEDEREN HAND SCHOENEN WASCHT. Doe de handschoenen aan en wasch uw handen op dezelfde manier alsof ge geen handschoenen aan he.di. Spoel ze uil in warm water, totdat ze geheel schoon zijn. Wasch ze dan nog eens in schoon warm water met zeep, laat ze flink uitdruipen en spoel ze niet uit. Strijk dc duimen en vingers goed plat en leg de handschoenen tusschen een dubbel gevouwen badhanddoek. Rol do handdoek op, zorff ervoor dat dc hand schoenen elkaar niet raken en laat zo liggen totdat re droog zijn. Dit zal twee oi drie dagen duren. Laat de handschoe nen in gcén geval met kunstmatige hitte in aanraking komen, daar ze dan hard worden. Wanneer ze droog zijn, rek ze dan goed op en ze zullen even zacht en soepel worden alsof ze nieuw DE MODE IN VROEGER DAGEN. VII. In dit artikel willen wij niet alleen het eens hebben over de mode van de vrouw, maar ook over die van de wo ninginrichting uit het midden en tweede helft der negentiende eeuw. Zooals het zoo vaak gaat na een periode van groote weelde en overdre ven opschik, was de terugslag ook nu des te grooter. Na alle kleurenrijk dom en overlading, die liet kenmerk was van de Rococo- en later van de Empire-stijl, openbaarde de Bieder- maier-tijd zich in de huizen met eeri eenvoud, die aan het vervelende grensde. De hoeveelheid meubelen was tot het allernoodzakelijkste ge bracht cn hun bouw was zoo sober, dat een kamer uit het begin van dat tijdperk een strengen, ongezelligen indruk maakte. IIet roodbruine ma honiehout, was het meest in tol; het hout moest glimmend met was onder houden worden, waardoor de kleur steeds donkerder werd en wat de om geving niet opvroolijktc. Een enkele lithografie of ets aan den wand was voldoende, vond men, alleen de gordijnen waren overdadig. Er hingen er eenige over elkaar heen, soms van verschil lende shawls ge-- maakt, c-n de st^ffeerderszaken bloei-1 den als ncoit te voren, want het was i Biedermaier. een heele, kunst om deze raambedek- king smaakvol uit te voeren. Het spreekt vanzelf, dat de Bietler- maier-mode haar ontstaan dankte aan de voorafgaande periode, zooals dit altijd het geval is,- maar de bronzen I versieringen die voor de Empirestijl zoo kenmerkend zijn, waren verdwe nen, evenals de andere opschik, be halve het motief van den zwaan, dat te pas en te onpas werd gebruikt. Bij al deze zware, massieve maho niehouten meubels was oen imitatie van de omle gothiek merkbaar en uit dien tijd stammen dan ook de stoe len met een kathedraalraam als rug en de staande klokken met het kerk- voorstuk. Gemakkelijk te onderhon den waren deze allerminst en dat men toentertijd, niettegenstaande de een voud toch ook wel van pronken hield, bewijst de z.g. „Servants". Dit kastje inet een achterwand van spiegelglas, was verder met zijwanden en een deur van gewoon glas, zoodat alle pronk stukken er ruimschoots in tot hun recht kwamen. En daar er een rage bestond voor kostbaar porceiein, borg zoo'n sci- vante bij ten gefortuneerde familie heel wat dure schatten. Vooral oud- Saksisch, ïapansch en Chineesch poi- celein waren in de mode en voor do minder-gegoeden was er het Berlijn- sche cn Weensche goed. Het spreekt meene gezondheid werd er daardoor vanzelf, dat er prachtstukken bij zoo'n niet beter op. verzameling waren, vooral bij de rij ke burgers, maar de orde en regel maat in het arrangeeren was zoo overdreven, dat zij ook de kamers al niet opvroolijkten. Vooral kopjes moesten in grooten getale bij zoo'n verzameling zijn: bij alle mogelijke gelegenheden werden die vervaardigd met opschriften als herinnering er op, en daarmee pronkte men dan. En dan de klokken met hun suiker zoete vooretellingen uit de romantiek. Daar waren Phoebus en Esmeralda, I dc Freischütz, troubadours, herders j en herderinnetjes, enz. Kroonluchters behoorden hier heel dikwijls bij, va zen stonden ertusschen, en al dit j moois was zorgvuldig onder glas op- gesteld. In het begin waren al dezo dingen nog van brons gemaakt, ook wel van albast, maar later werd het zink, met een bronslaagje er over heen. Omstreeks 1840 kwamen de eerste overtrokken stoelen uit Frankrijk, cn heel veel van de houten werden ook door ijzeren meubels vervangen. Het was een tijd van ongezelligheid in huis, maar ook op straat door den zeer slechten toestand der wegen en de schamele verlichting. Het ideaal van een vrouw in dien; 'tijd was een smachtend, bleek, cthe-' De mode uit dien tijd was intue- visch wezentje, dat bij de onmogelijk- scben zeer flatteus; het nauwsluitende ste gelegenheid flauw vie.i. Om dit lijfje met uen lagen hals en dc korte alles te bereiken, brachten sommige mouwen, U ©crinoline die door enkele vrouwen het zeer ver in de kunst van j baleinen ondersteund werd, het co- weinig eten en drinken en de alge- quette kleine hoedje, de shawl en het parasolletje gaven aanleiding' tot veel elegance. Het haar was strak naar achteren gekamd en hoog opgemaakt, maar de losse krullen over de ooren temperden het al te strenge van deze coiffure en verleenden iets zeer jeug digs aan het geheel. Deze kleeding kan men over het al gemeen als normaal beschouwen; het corset werd weliswaar vrij algemeen gedragen, maar het werd niet meer ingeregen dan de natuurlijke vorm toeliet. De stoffen waren nu in hoofd zaak fluweel en meer zware soorten, maar ook veel bonte zijde. Een tijd- land gold geheel wit voor het aller mooiste en er wordt verteld van par tijen, waarbij de dames bijna allen in wit verschenen. Terwijl vroeger dc koningiuneu van Frankrijk de toonaangeefsters waren, veranderde dit na de revolutie en wer den de groote actrices de voorgang sters in Parijs. Maar de heerenmode kwam uit Engeland en een zeer be kende figuur uit dien tijd is „Beau Brainmc;", een echte dandv, dl aan zijn zucht naar modieuse kïeeren ech ter veel smaak paarde, waardoor don kerbruin, donkerblauw en flesschen- groen de meest gezochte kleuren wa- van tricot, de jas doet min of meer aan die van tegenwoordig denken, en ren. De lange nauwe pantalon was onder het wit-piqué vest, dat de lieer op ons plaatje draagt, was nog eott tweede van zwart fluweel. Toen Brummel echter wegens schul den Engeland moest verlaten, probeer de men de overdaad van kleuren in de mannenkleeding tc doen herleven. Een tijdlang scheen dit ook werkelijk het geval te zijn, maar het heeft niet lang meer geduurd, of het gekleurde vest alleen bleef over bij een geheel zwart costuum. In het toenmalige Pruisen, waar de armoede tamelijk groot was, bleef men noodgedwongen eenvoudig in kleeding en huis, en een gevolg daar van was do opkomst van minder waardig fabriekswerk. Wat vroeger van brons* was Vervaardigd, was nu van zink, voor drijfwerk zag men ge slagen Mik, gips kwam in dc plaats van hout en snijwerk, geolied papier in die van gebrand glas. Versierin gen aan meubels, die ancsiig-onsterk waren, waren er aangelijmd, een eigenlijke stijl bestond niet meer, en de patronen waren gezocht en on waar. Bovendien was een bierpul een naaimand, een helm was een néces saire, zelfs de'kop van Bismarck en van andere ••rocmdhódèn waren in chocolade of in zeep tc krijgen. Het was in een woord ongelooflijk, wat de wansmaak in dat opzicht wist te be' reiken en het eenige wat wij tegen woordig van deze laat-Biedcrmaicr- kunst kunnen zeggc-n, is, dat zij merkwaardig is. De kl eding was echter mooi en het is dan ook niet te verwonderen, dat velen bekoord worde» door dit cos- tuin, zoowel" voor lieéren als voor da mes. wanneer j-r een bal masqué in het zicht is. E. E. PEEREBOOM.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1923 | | pagina 11