HAARLEM'S DAGBLAD UNITED TELEGRAPH Nancy, de woonplaats van Coué ZATERDAG 9 JUNI 1923 ZESDE BLAD DIENST VAN DE De herleving van Oostenrijk (Fartioullere a Weeuen, Juni. Het „indien" en liet „maar" be- nv'tocdt de geschiktheid tot het nemen van beslissingen en liet laat zich niet uitschakelen ui', het meuscheiijk den ken en pogen. Thans, nu het herstel plan van Geneve het vertrouwen van het buitenland in den financieelen en staathuishoudkundigen wederopbloei van Oostenrijk heeft gewekt, nadat reeds een half jaar tevoren door het stopzotten van do bankbiljettennors de verdere waardevermindering van de kroon was voorkomen, wordt de tevre denheid over deze ontwikkeling dc- omstandigheden overschaduwd door de vraag, hoe de zaken er an ders zouden voor staan, wanneer de hulpvaardigheid van do vreemde sta- ifcen, die eerst in het herstelplan van Geneve vorm en inhoud heeft gekre gen, reeds voor jaar en dag in de daad was omgezet. Maar de Oosten rijker zal moeten erkennen, dat de za leen er ook dan geheel anders zouden voor staan, wanneer men zich in Oos tenrijk kort 11a de omwenteling aan do veranderde omstandigheden met de noodzakelijke zelfbeperking had aangepast en niet drie kostbare jaren door een onverantwoordelijk leven van den cenen dag in den andere had ver morst Het is niet weinig, wat in do laatste zes maanden is gepresteerd tn wanneer niet partijhartstocht (meer in hef bijzonder voor de verkie zingen) vooroordeel in de plaats van onbevangen oordeel zou stellen, dan zouden ook do politieke tegenstanders van den Bondskanselier Dr. Seipel, moeten erkennen, dat hij in deze kor te spanne tijds buitengewone presta ties heeft vei-richt. Want thans weet men, dat in den nazomer van het vo rig jaar, toen van Mei tot Aug. de dol lar in razende sprongen van 39.000 op' 84.000, de Tsjechokroon van 366 op 2700 was gestegen, Oostenrijk zoowel in finamreole als in politiek opzicht voor een catastrophe stond. Dit aan de landen niet zooveel overtuiging te hebben uiteengezet, dat zij ondertee- •kenaren werden van do Geneofcche protocollen, hun het besaf te hebben bijgebracht, dat Oostenrijk geen quan tity nógligeable en het Oostenrijksche vraagstuk bovenal een Europeesch. vraagstuk was, dat is de groote ver dienste en lio: groote succes van Sei pel. De belangrijke trajecten, die sedert Deueve op den weg naar het herstel ■eopondentie.) van Oostenrijk zijn afgelegd, heeft de minister van financien, Dr. lvien- boeck aan een beschouwing onder worpen. Allereerst werden door liet stopzetten van de bankbiljet<enpers dc stichting van de nationale bank de eerste fundamenten voor het herstel gelegd. Ook den derden stap heelt Oostenrijk uit eigen kracht gedaan: de uitschrijving van de goudleening van 10^ miilioen, die in het binnen land werden bijeengebracht op een tijdstip, dat de hulp van hot buiten land weliswaar was toegezegd, maar nog geen feit geworden. Door dezen stap heeft Oostenrijk liet vertrouwen van Europa gewonnen, dat het on danks alle toezeggingen nooit ten dool zou zijn gevallen, wanneer het niet zelf het begin had gemaakt. Enor me lasten heeft het herstelprogramma van Geneve do bevolking van Oosten rijk opgelegd, een moeilijke tijd is nog te wachten. Een belangrijk deel van de uit heo zelfbestuur en de zelfregee- riug voortvloeiende rechten is voor geruim en tijd op den algemeenen com missaris van den Volkenbond gegaan. Aan alle kanten moet bezui nigd worden, honderdduizend ambte- moeten in een handomdraaien aan deu dijk worden gezet en aan onzeker lot worden prijsgegeven. Nu komt eindelijk de groote Volkenbondsj- leentng op langen terpiijn. Ook daar in is Oostenrijk met het opnemen van het Oostenrijksche deel voorgegaan, heeft zelfs door het bedrag van 13 mii lioen Dollar, dat in het binnenland werd bijeengebracht, de noodzakelij ke hulp van liet buitenland geredu ceerd. Al deze verschijnselen hebben in het buitenland hoopvollen weerklank ge vonden, meer in het bijzonder in Ame rika schijnt het een sterken indruk te hebben gemaakt, dat een kleine staat, met de uiterste krachtsinspan ning alles in het werk heeft gesteld om de dreigende ineenstorting te voor komen. Met normale rente, met gerin gere, dan voor de laatste Tsjecho-Slo-, waaksche buitenlandsche leening ge vraagd werd en moest worden ingewil- ligd, noemt het Amerikaansche kapï-, taal onder leiding van het wereld- bankiershuis Morgan aan de Volken- bond'sleening voor Oostenrijk deel. Waarschijnlijk zal het gedeelte, dat oorspronkelijk voor Engeland bestemd was, nu tusschen Engeland en Aineri-j ka worden verdeeld. Deze Amerikaan- 'sche belangstelling voör 'Oostenrijk zeker niet te beschouwen als een uit vloeisel van weldadigheidszin, maar als een uiting van de overtuiging, dat hier met nauwelijks te overtreffen waarborgen een leening is te krijgen, in een woord: dat hier oen goede zaak is te doen. 1-Iet vertrouwen van het buitenland in hel horstel van de Oostenrijksche huishouding komt niet alleen tot uiting in de resultaten van de Volken- hondsleening die in den loop van Juni en in de eerste helft van Juli in alle daarvoor in aanmerking komende plaatsen van het buitonland ter teeke- ning zal worden aangeboden, maar ook in de buitengewoon groote be langstelling, welke het buitenlandsche kapitaal sedert eenige maanden voor Oostenrijksche bank- en iadustrieaan- dcclen aan den dag legt. Het terug- keerende vertrouwen van het binnen land spiegelt zich af in de enorme stij ging van de inleggingen bij de spaar banken, die sedert het begin van de herstelactie tot het begin van de vori ge maand met 760 namelijk van 2 lot 261 miilioen goudkronen zijn toege nomen. En even verheugend is het, dat liet aantal werkloozen voortdu rend afneemt en van 16S.147 in het laatst van Februari tot 122.353 in het laatst van Mei is teruggeloopen. Daar uit de opbrengst van de Volkenbonds- lecning een bedrag van 100 miilioen goudkronen voor productieve doelein den zal worden bestemd, mag met een verdere vermindering van de werk loosheid door vermeerdering van de rbeidsgelegenheid worden rekening gehouden. Voor de staatsbegrooting beteekent de teruggang van de werk- loosheidsuitkceringen met 39 bin nen de tijdruimte van twee-en-een- halve maand een zeer belangrijke ver mindering van de uitgaven, die zij echter dringend noodig heeft, daar de staatsambtenaren ingevolge de toene ming van de duurte propaganda ma ken voor een aanzienlijke verhooging van hun salarissen. De grootste moei lijkheid in de staatshuishouding vor men, evenals vroeger-, de sterk passie ve staatsspoorwegen. Hot is te hopen, dat de buitenlandsche artsen, die over het herstel van Oostenrijk consult houden, het juiste recept voor defini tieve genezing van het zieke spoor- cgbertrijf zullen weten te bereiden. Alles bijeengenomen: mag de ter mijn van twee jaren, welke het Ge- neefschc program voor hot herstel van het evenwicht in de staatsbegrooting hoeft vastgesteld, ten aanzien van de financieele moeilijkheden die aan de Geneefsche overeenkomst voorafgin gen, veel te kort zijn, één ding mag reeds thans -zonder overdrijving ge zegd worden: het gaat weer vooruit met Oostenrijk. En dat moet in Oos tenrijk de werklust grooler doen wor den, zooals het de spaarzaamheid, die dooi' de waardevermindering van het geld nutteloos was geworden, weer heeft opgewekt. Voor Oostenrijk doen zich weer vriendelijke perspectieven voor, al blijven er nog veel, zeer veel moeilijkheden te overwinnen. Letteren es fcirasi WE IN GARTNER's HERINNERINGEN AAN WACNER. In de memoires van Felix Wein- gartne-r, de tot het jaar 1891 loopen, en zoo iuist in druk zijn verschenen, is. zoo meldt het Hbld., het hoofd stuk. waarin een bezoek aan Bayreuth beschreven wordt, van bijzonder be lang. Het behandelt de eerste en laat ste ontmoeting van Weingartuer en Wagner. „Het was een bont samengesteld gezelschap dat zich dien avond, dat wij elkaar ontmoetten, in de zalen van „Wohnfriod" bewoog. De eerbied waardige gestalte van Franz Liszt stak 'boven alle anderen uit: hii was na een korte afwezigheid dien zelfden dag weer te Bayreuth aangekomen. Ik herkende Hans Richter, Herman Levi cn velen der medewerkende kun stenaars, Cosima, in elegant avond toilet, het prachtige asehbtonde haar rnet zorg gefriseerd, recipieerde als een vorstin. Jonge meisjes in 't wit gekleed, de dochters van Waigner en on Bülow. trippelden lieftallig door het eewoel. Siegfried, nog een knaap, sprak met buitenlandsche gasten Engel sch en ik benüdie hem om zijn kennis van die taal. Zou Wagner komen1? Dikwijls meed hij gezelschap. Hein rich Purges, „de bloemonvad'er" had beloofd, mij aan hem voor te stel len. wanneer hij li wam. Dus bedwong ik mijn ongeduld en bekeek da groote, rijke bibliotheek en den interesean ten koo van Schopenhauer, door Lenzbach geschilderd, d:e boven een schrijftafel hing. Ik zag Liszt een zij kamer binnentreden, die door een half opgelicht gordijn van de ontvangzaal gescheiden werd-. Ik volgde hem in- stiuctiefzonder het vertrek zelf te betreden kou ik alles zien, wat daar plaats had. Een deur ging open Wagner liep L:szt tegemoet, omarm de hem en overlaadde hem met een vloed van opgewonden, ieedere woor den. Dit ontroerend tooneel, waarvan ik toevallig getuige was, bleek slechts een voorspel, want vlalc daarop betrad Wagner, zijn gasten begroetend, de groote zaal. Hij scheen bijzonder goed geluimd te. zijn, want hij was, tegen zijn gewoonte, in rok. In zijn hand droeg hii een „chapeau clacque", die hii herhaaldelijk op het hoofd balan ceerde. Wat echter het meest verbaas de, was een groot buitenlandsch rid derkruis dat hij, de verachter van alle ordetoekenen en onderscheidingen om den hals droeg. Het raadsel werd spoedig opgelost: hii hacl het slechts' omgedaan om het met eenige vrien delijke woorden aan mej. Horson uit Weimar, het eerste „bloemenmeisje" te schenken. Men vertelde dat hij deze ster dienzelfden dag van een Ooster- schen potentaat gekregen had en er reeds menige grap mede bad uitge haald, haar zelfs zijn grooten lieve lingshond had omgehangen, toen hij met dezen in den tuin wandelde. Wagner was zeldzaam druk en vlug van beweging; niemand zou, naar zijn uiterlijk oordeelend. ver moed kunnen hebben, dat minder dan een jaar gdwfcn hem van zijn zeven- ligsten. geboortedag scheidde, laat staan dat hii dezen niet meer bele ven zou. Hii was reeds ietwat gezet, het prachtig gevormde, geenszins overmatig groote hoofd was evenmin in wanverhouding met zijn gestalte, als de kleine handen en voeten. Hij leek evenredig veel jeugdiger dan d;e reeds ouwelijke Liszt, hoewel deze slechts twee jaar ouder was dan hij. Ziin haar was pas hier en daar ver grijsd. De levendige oogen schitter den, wisselend van kleur, in het bleeke gelaatnu eens leken zij licht, dan weer donker. Rusteloos ijlde hij rond. dezeu en genen in het gesprek- betrekkend. Uit eerbied vermeed ik in ziin nabijheid te dringen, zoodat ik veel van liet gesprokene niet ver stond. Eén keer echter stond ik vlak bij hem, toen hij over het tempo van den Tannhüuser-marsch sprak, waar van het veelvuldig misverstaan hem onverklaarbaar voorkwam. In alla- breve-maat stappend, neuriede hij de melodie, zooals hij die wenschte. Een poos trok hii zich in het zij-vertrek terug, waaruit hij gekomen was, en liet zich wat eten opdienen. Een blik op den schotel voor hem leerde mij, dat hii zich praktisch niet hield aan zijn pleidooi voor de vegetarische leef- ijze. Men maakte reeds aanstalten tot vertrek, waarop ik naar Purges ging en hem aan zijn belofte herinnerde. Mijn beide vrienden stonden naast mij. Porges stelde ons vooir. Wagner bood ons vriendelijk de hand: en vroeg of wiï de opvoer mg reeds gezien had den. Hii bemerkte blijkbaar, dat ikjop gewonden was, want plotseling legde hij zijn hand op mijn borst en riep uit: „Maar uw hart bonst!" Toen ik verrast en ietwat verlegen zweeg, zei hij in onvervalsc-ht Saksisch: „Och, voor zoo'n jongen man zijn in Parsi fal de „bloemenmeisjes" wel de hoofd zaak; maar verlies uw hart niet aan ze." Dan gaf hii ons nogmaals een hand. Wij waren reeds bij de deur, toen zijn stem verklonk„maar ver lies uw hart niet aan ze". Ik keerde mij om. Hij stond alleen middc-n in het vertrek cn wuifde glimlachend met de hand'. NHDERLANDSCH TOONEEL- VERBOND. Te Groningen is heden, Zaterdag, de algemeene vergadering van Het Ne- derlandsch Tooneelverbond geopend met een rede van den voorzatter van liet Hoofdbestuur Jhr. A. W. G. van Riemsdijk. Spr. zette in den breede uiteen dat dn meeste tooneelgezelschappen er fi nancieel veel erger aan toe zijn dan het vorig seizoen en dat wij vcor een algemeen tooneelfailliet staan. Het pu bliek heeft genoeg van ens toonoc-l, zooals dat reilt en zeilt. De redenen daarvan nagaande deed spr. opmer ken dat heb liet spel en het spel alleen is, wat ons naaf deii schouw burg trekt en ons op den duur boeit. Maar dan is het ook waar, dat, wan neer ons in dén schouwburg dat spel onthouden wordt, het theater als zoodanig voor ons egen interesse meer heeft. Zijïi wij, ftittus' fedetfeéréhïfr f; i n'-T sfcrJ voort nu niet midden in het vraag stuk aangeland, waarom de belang stelling voor het tooneel is verflauwd Hoe was het vroeger wanneer er ces: nieuw stuk' „ging" Men zag uit dqj courant wie er in mee zouden rpeleuj Dat is gelukkig nog zoo. Maar'wan neer b.v. onder de medespelenden! Scbulze werd vermeld of Kreeft, om' slechts een paar namen te noemen dan redeneerde het publiek aldus: dat; zal wel een stuk zijn om je „dood te lachen" en wij gaan er heen. Toen. was er „voeling" tusschen den thea ter-bezoeker en den tooneelspeler. Meii wilde hem zien spelen. Het is helaas alles anders gewor den. De tegenwoordige programma's staan vol met de namen van totaal onbekende menschen, die door den een of anderen tooueelhervonner zijn. „ontdekt" en die aan het tooneel zijn blijven hangen. liet gebrek aan talent bracht oud het z.g. Vlakke spel, het van bin-, non uit spelen zonderlinge quaii- ficatie dat moest het zijn en hety publiek werd letterlijk uit onze thea-i ters weggejaagd. Want waarom loopt, datzèlfde publiek storm naar ecu Moisi, in een feitelijk uitgekeken stuk Omdat het nog altijd wil zien come-i die spelen. Het wil den tooneelspeler,- zien in het volle licht, en met hem' meeleven. I-Iet wil do emotie van liet) „spel". Datzelfde publiek wil den too-f, neclspeler op de handen dragen, mits hij van zijn kant den theater-bezoe ker pakt, Er zijn geen stukken wordt er ge- gd. Men bedoelt: en zijn wel stuk- ken, maar die kunnen onze v e r- vlakte tooneel-artiesten niet me©C spelen. Dat is de zaak. Een tooneel speler, die een schreeuw geeft, wordt door de z.g. modernen voor een volks acteur uitgekreten. Speelt hij comedie,- hij de bij uitstek beeldende kunste- rar, men noemt hem ouderwetscii. Moet aizoo ons nationaal tooneel blijvend beheerscht worden door een' troepje menschen, die door het uit spreken van het tooverwoord „vlak"i onze schouwburgen hebben leeg ge*, tcoverd, en die den band tusschen too* neclspeler en publiek hebben verbro* ken 'l e Wij hebben de Bouwmeesters nog.' Maar wat doen zij. Louis Bouwmeester, heeft dit jaar het land afgereisd niet zijn oude succesrol, en mevr. Martn speelde slechts enkel© malen een oude rol. Zou misschien door hunne mede werking de herleving en de hernieuw de belangstelling tenslotte nog moeten', komen Wil men het comedie s p e- 1 e n weder in eere brengen, dan zul len de „rasartiesten" bijeen moeten worden gebracht. Dit beteekent zonder twijfel de op heffing en liquidatie van een viertal tooneelondernemingen, maar daaruits komt dan het gezelschap voort, dat de tooneeltradities wederom in_ eere, herstelt en dientengevolge onmiddel-; lijk succes zal hebben. Dit gezelschap' kan alle tooneelwerk spelen, want' het heeft er do krachten voor. Het: behoeft geen bijwegen te bewandelen, door b.v. groote sommen gelds uit to Een bijeenkomst bij Emile Coué, den verkondiger der auto-suggestie. i. Voor degenen die geen gelegenheid hadden naar Amsterdam le gaan om er den heer Emile Coué te ha >ren spre ken over zijn methode van „Bewuste Ze'f-Suggestie", is het misschien aar dig iets te vernemen over een bezoek •bij dien thans zoo bekendeu man, in zijn wooing to Nancy zelf, en allicht gevoelen degenen die t voorrecht had den zijn lezing te yrlgon, eenige be langstelling voor ue stad zijner inwo ning, een stad die in de verte, histo- risc. onze belangstelling wekt. Ik vlei me du; u niet tc zeer te vervelen met een berichtje uit dc hoofdstad van Lotharingen- of beter hoofdstad van 't Departement Meurtho et Moselle, een stad bij ons weinig bekend; een provinciestad, maar ge zoudt u ver wonderen over de vele Engelschen en meer nog Amerikane.., die hier een korter of langer oponthoud maken misschien om dan verder te reizen naar een of andere Fransche bad plaats maar thans voornamelijk om er zijn welhaast wereldberoemden en toch zoo eenvoudigen inwoner Mr E. .Ooué te bezoeken. Laat ik beginnen met een berichtje over do 3tad; zoo dat go u er wat thuis gevoelt, eer we aan de deuren der kliniek aankloppen. Als ge in Nancy geweest zijt, dan is wel altijd het eerste en voornaam ste, wat u voor den gcc3t komt het oude gedeelte, dat u iets heel anders voor oogeD brengt, dan wat we ons gewoonlijk onder een oud stadsdeel denkeu lage huizen, nauwe straatjes en schilderachtige pleintjes, vooral boeiend door kleur en intimiteit. Hier is liet voorname plein, de Place Sta nislas. Stel u voor een .-uim .plein, vermoedelijk van de grootte of nog iets grootcr dan het Plein in Den Haag maar dat is dan ook de eenige overeenkomst. Geen trammen ver storen er de schoone verhoudingen en de sfeer der vorige eeuwen (of schoon _'t dient gezegd, dat auto's ook bier, zij 't in bescheiden mate hun wei nig welluidend getoeter laten hooren) noch benemen kiosken of rijen taxi's het gezicht op 'fc in het midden staan de standbeeld van Stanislas Lesz- czinsky. Het plein is nog geheel zoo als het was in do 18e eeuw, toen Sta nislas er.de rustig voorname gebou wen deed verrijzen. Het grootste dat een heole zijde van 't plein inneemt is het Hotel de Vil]© I). Aan een der andere zijden staat het stedelijk theater, vroeger Bis schoppelijk Paleis door een dwars straat gescheiden van het Grand Ho tel ook een Paleis uit dc lSe eeuw- (En ziet nu eens welk een rustige voor naamheid er spreekt uit die grijze ge bouwen, met hun Corinthische pilas ters, waarbij de gevelversiering van steenon vazen niet onrustig aandoet, en bewonder vooral de gesmeed ijze- ren hekken voor de vensters der eer ste verdieping, het werk van den 38en eeuwschen kunstenaar .Tean Lamour, ^an wien ge hier veel werk ziet, b.v. 1) Stadhuis- de leuning der monumentale trap in 't Stadhuis, maar wiens hoofdwerk wel is, de 6 gesmeed ijzeren hekken, zwart, met veel verguld, welke de Place Stanislas afsluiten. Vier daar van geven toegang tot op 't plein uit mondende straten: en twee met baro que fonteinen staan voor een achter grond van boomen, wat met het.fris- scho lentegroen,een bijzonder mooi effect maakt. En ziet nu eens welk een fijngevoelig artiest die Jean La- mour moet geweest zijn, om op zoo bekoorlijke wijze u te doen voelen dat ge een vorstelijke omgeving bin nentreedt. Meer dan dat, hij laat u zien, dat iedere stijl waardevol en schoon kan zijr, als hij doorvoeld is en levend in do ziel van den kunste naar, die zijn tijd heeft begrepen en daaruit leeft. In dc combinatie van het luchtig, krullende Louis XV-ornanrent met de recht opgaande lijnen, van 't Lodewijk XVI, van het zwarte ijzer met het vele verguld vindt ge wel uitgedrukt, dat ouder al het lioofsche en uiterlijke van dien tijcl er ook groote gedachten in groote menschen leefden. En juist dat zelfde vindt ge ook weer uitge sproken in de verhouding van die luch tige gratievolle hekken, tot het meer strenge gebouwencomplex. Hebt ge ooit sehooner hangende lantaarns ge zien, twee aan ieder heb, dan hier, als ornament en verbinding werkelijk een volmaakt gegeven cn zelfs ae lantaarnpalen gewoonlijk niet meer dan „palen", zijn bier tot een versie ring van het geheel geworden, met hun verguld ornament, dat als een bladslin- ger eromheen looptook hier weer die evenwichtige oplossing van rónde en rechte lijn.. Komt ge hier niet met het vooropgezette denkbeeld, dat het Lodewijk XV nu eenmaal onlo gisch dus leelijk is en' go wilt u eens even er voor openstellen, dan wordt ge weldra gewaar tot uw vreugde dat ook deze stijl schoon kan zijn en ge begrijpt iets van den Eranschen geestwant ik geloof dat het karak teristieke dat ge hier vindt, alléén in Frankrijk mogelijk is. En ge zijt innerlijk weer een beetje rijker geworden, want go realiseert nu, hoezeer 't do moeite waard is alle stielen te bestudeeren en te leeren be grijpen. Ik wensch u toe, dat go zoo af en toe de Wanderstab zult,, kunnen opnemen, want juist in het land hun ner geboorte vindt ge de best begrepen en schoonst uitgevoerde voorbeelden der verschillende stijlen. Even goed als dit hier zult ge veel Renaissance ge bouwen in .Italië bewonderen, omdat er een evenwicht van ondeiyleelen, een welbegrepen karakter van bet ge heel, een fijnheid van Ifjn zich in uit spreekt, die op enkele uitzonderingen na in de Italiaansehe Renaissance van Noordelijker landen ontbreekt. Ik weet dat het mij althans een openba ring was en dat ik zelfs in den baro- que-stijl, soms de grootheid van op vatting, de durf, leerde od or ik stel len, al kan dit genre nog atiid niet, en ik denk wel nimmer, op mijn bij zondere sympathie bogen. Maar terug r.aar de Place Stanis las ter andere zijde van het Stadhuis, door een der genoemde hekken ge scheiden, twee gebouwen van dezelf de afsluiting als aan den overkant, hier wordt het eene min of meer ont sierd. door cafe's, die de benedenver dieping innemen, maar die overigens wel schijnen te voldoen aan do behoef te der Nancyancn, die een bijzondere voorkeur moeten hebben voor derge lijke inrichtingen. Nog nooit zag ik een stad met zooveel groote gelegenheden om bier, koffie of iets dergelijks te ge nieten. Dit tusschen twee haakjes. Aan de vierde zijde, zijn de gebou wen lager, slechts twee verdiepingen hoog cn gescheiden door de Aro de Triouiphe 2) tiaar Romoinschen trant cn hoe wonderlijk het ook schiine, dit a'les doet toch niet onharmouisch en zeker" verloochent het nergens zijp vorstelijk karakter en doet het zijd stichter Stanislaus Leszczinsky „le Bienfaisant" de weldadige gelijk op het standbeeld staat, alle eer aan. Nu een klein' stukje geschiedenis. Nancy (lutijii Nanceium) oorspronke lijk slechts een der kasteelcn van de Hertogen van Lotharingen, werd in den loop van de 33e eeuw, tot haar residentie verhoogd, liet begon zich spoedig daarop uit te breiden en werd in de 14e eeuw tot een stad met wal len. Historisch werd Nancy beroemd in de 35e eeuw en'hier komt ons inte resse in 't bijzonder naar voren Ka- rel do Stoute wilde 'zich van Lotha ringen meester maken en zijn Bour gondische bezittingen met Vlaanderen vereenigenhiermee een rijk schep pend, dat voor Frankrijk de grootste gevaren dreigde op te leveren. Zijn plannen werden gefnuikt; op Janu ari 1477 werd Karei do Stoute in den slag bij Nancy verslagen door René II, Hertog van Lotharingen. Op een groot plein, in een der bui tenwijken van de stad, staat iu een hoek, verloren onder de boomen, het gedenkteeken aan dit feit, het is de plok, waar, bij een vijver, den dag van den slag door een eenvoudige waschvrouw het lijk van Karei den Stoute werd gevonden. Het Croix de Bourgogne, 3) zoo heet liet zeer i een voudige monument, bestaat uit een vierkant voetstuk, waarop een korte zuil, dragend het z.g.n. dubbele kruis van Lotharingen. Het kruis werd een paar malen vernieuwd, het voetstuk scheen me nog van ouden datum. Ge durende den dertigjarigen oorlog en ook daarna kwijnde de stad j doch een opbloei kwam met Hertog Leo pold (eind 17e eeuw) die door zijn* wijs beleid, zijn liefde voor de kunst, zijn weldadigheid, een voor Nancy onvergetelijk regent blijft. Maar ver volmaakt werd zijn werk door Stanis las Leszczinsky (17371766) wiens dochter Maria huwde met Lodewijk 2) Triomfboog. 3) Bourgondische kruis. XV. Stanislas verkreeg als vergoe ding voor het Koninkrijk Po'en, in 1736, de hertogdommen Lotharingen en Bar- Na de vereeniging van Lotha ringen met Frankrijk verviel in 1766 Naney tot een provinciestad. Stanislas slechtte de versterkingen, die het oude en het nieuwe Nancy 'scheidden, want de stad bestond fei telijk uit 'twee steden, en maakte op een gelukkige wijze van de twee één. Aan hein dankt Nancv een groot aant.nl liefdadise instellingen en stichtingen van verschillenden aard en ook wat co stad uit een esthetisch oog punt belangrijk maakt, dat mooie complex van 38e eeuwsch© gebouwen, hc-t p'eïn waarvan ik u reeds sprak, en de daarbij aansluitende Place dc la Carrière. Door den reeds vermelden triomfboog komt <*e van het eene plein op het andere, die hoe verschillend ook.-, ibeiï'-e hun karakteristieke schoonheid bezitten. De Place de la Carrière is langwerpig, met lage. niet bijzonder froa'c. doch oud© huizen nan weerskanten ;mcoï liet reeht tegenover den triomfboog- in zijn 18e ceuwsche Idaftigftradd1. let tegenwoordige „Pa lais du Gouvernement" 4). Hot pvem voor dit paleis, sluit met een b.alven cirkelboog van arcades aan, aan de gebouwen en huizen der Place de la Carrière. Dour een poort geven aan de een© ziide de arcales toegang tot de agn do andere tot de „Peu- nière" het wandelpark van Nancv, dat roet zijn welverzorgde gazon;, bloe men, heesters en mooi© boomen iu 't hartie van de stad 'do-et gonial?,n van vooriaarstinten en geuren. Do groote hoeveelheid stoelen (voor 20 centimes te huur) er: de vele banken, bewij zen wel hoezeer het wordt bezocht Zomers 's avonds muziek in de tent tout comnie chez nous Ik ga noz e 'en met u terug naar cie Place de la Carrière (oorspronkelijk tournoo-iveld'). Want Wat we daar on oplettend vooibii liepen, is toch wel de moeite waard om eens even nader be keken te worden. Ge ziet-dan namelijk dat het met dubbele riien boomen be plante middengedeelte wordt afgeslo ten van den rijweg eraaast, door een stcenen balustrade, op afstanden met vazen en groepen spelende kinderfigu ren versierd. Ge loopt z.e eerst voor bij, want ze zijn u te baroquo, maar- ziet eens welk een gratie van lijn; in die vazen, welke gé ook vindt op de gevels der huizen aan den overkant. En dan die snelend© kinderfiguren, met hun bolle wangen, ziet gc niet dat het geen namaak is, maar een uiting van een tijdvak, dat. laat de gedachte u sympathiek zijn -of niet toch zoo bezield was van die één© groote ge dachte, dat deze zich in eenmale wist uit te spreken waaibii zii zelfs in deze eenigszins overdadige versierin gen. de groote lijn wist te bewaren cn dat zegt wat. Op het gebied van schilderkunst, vond ik niet veel wat ons Hollanders bijzonder treft; het museum in het staidhub zullen w© dus niet beaoeken. Met meer belang stelling zag tic het Historisch Mu seum maar vooral moet g© lei ten op het gebouwLe Palais Ducal 5) waar dit zich bevindt. De weliswaar geres taureerde eenvoudige Gothïscbe gevel, met de meer weelderige portiek ook in Gothische stijl» met ruiterstandbeeld van een der hertogen van Lotharin- 4) Regeeringspaleis. 5) Hertogelijk paleis. gen, heeft een zekere bekoring. Aan 1 het einde der straat, een oude poort, die ge zoo ongeveer in een onzer oud-HoMandsche stadjes zoudt kunnen aantreffen, zoo niet het dubbele- kruis in den gevel, u dadelijk naar Nancy terug riep. Het oudste monument van Nancy is de „Tour de la Conunan- derie". een in een tuin staande ronde toren, met een klein Romaanscli boogvenster. De Nancyanen mogen er trotsch op zijn heel belangrijk is het niet. Wat uwe verbeelding zeer Hol la ndsch aandoet, dat is net Marne- Rijnkanaalhoe goed herinneren we het ons van de aardrijkskundelessen! Maar niet had ik me toen voorgesteld, dat ik er langs zou wandelen, a's aan een van onze eigen vaarten. Groote schuiten op het stille water, soms door een paar iaagpaarden getrok ken boomen. weliswaar meest pla tanen maar toch hoornen en een wandel- en een rijweg aan weerskan ten men waant zich een oogenblik in het vlakko land. totdat een door kijk dbor een zijweg u eon blik geeft ön groenende heuvels. Er is hier ook overvloediger water dan bij ons. 't kanaal is om zoo t© zeggen tot over- loopens toe vol. Wat mij betreft kon het meer gebruikt worden voor het be spuiten van pleinen en wegenwant nooit heb ik een stof gezien als hier! Op de Place Stanislas zweven de stof wolken bijwijlen' huizenhoog, cn blij ven minuten lang in de lucht han gen, waardoor men alles door een lichten, grauwen sluier ziet .Het is dus zeker moeilijk hier de stof uit de hui zen te houden c-n zoover ik vermocht t? ontdekken heerscht hier dan ook niet de beroemde Hollandsche net heid. Althans toen ik van kamer ver huisde in liet hotel kon ik laden en kasten letterlijk uitdwoilen 'n dikke zwarte laag stof, om niet te zeggen slijk, kwam or mee tot onze natuur lijk even opgewekte ergernis ('t Grand hotel is overigens goed en aan te bevelen) Of dit misschien ook een reden is. dat men aan ake hui zen steeds gesloten rolluiken ziet? 's Zomers is het hier zeker wel warm, maar waarom anders die methode in 't vroege voorjaar toegepast? Het is me nog eeu raadsel, of 't moest zijn dat men weinig gordijnen heeft, en de blinden als zoodanig dienst doen? Maar dan zou men toch nog wel eens heerliik open ramen zien, waar de voorjaarszon binnen kan stroomen, en 't huis dcorsioven. Of zou hier toch nog zoo iets zijn van de kleinzie lige netheid ouzer overgrootmoeders, die een kille kamer verkozen boven een verschoten rood-triipen of gro-en- fluweelen canapé? Zooveel is ze- kor, dat ik ondervond dat de huizen, ondanks het droge klimaat zeldzaam kil ziin. en dat de slad er daardbor buitengewoon ongezellig, ja druk kend uitziet. Neem daarbij de grauwe Meur der daken, de grauwe, vervelooze steen der huizen, als ge dan een bewolkten dag treft, dan ver langt ge naar de kleurigheid, de schil derachtigheid onzer Hollandsche ste den. De straten zijn breed, alle vol gens een rechtlijnig plan aangelegd, zoodat geen stad zoo gemakkelijk is om er den weg te vinden als deze van de Amerikaansche heb ik geen ondervindingDe winkels rijn vrij goed. maar niets bijzonderswat ele gantie of weelde betreft zoudt ge •niet zesgen, slechts ©hkelé uren spo- Tens van Parijs te ziiu. Het is hie* l'e echte provincie. Niets is er goed*, koop-, het meeste even duur of duur* der dan bij ons. ondanks den lagen, stand van de franc. Ook hot volk heeft niets van het Parijschein kleeding. gebaar, noch eel aalsuitdruk king. Het maakt den indruk door öeH oorlog veel geleden te hebben; ziet ei over het algemeen armelijk en niet welgedaan uit. Zit ge in de tram, dan ziet ge nog veel werkelijk eenvoudig gekleed'e menschen, dien eenvoud van stevige, dikke, vrii grove japonnen, en mantels, dien men bij ons niet! meer kent. Een volkomen ontstente-1 nis van weelde, geen fijne schoentjes! ©n doorzichtige kousen geen te on- zichtige japonnen naar dc laatst© m«de;»neen, dan is de weelde hii ons heel wat grooter. Voor ons is die bijn^v srnakeloozc eenvoud ik spreek van den werkmansstand c-n de burgerij, ver van wat we ons als vanzelf spon taan denken bii alles wat ..Fransch" is. Zelfs in <3e laatste warme dagen' verwonderde ik mij er over, dat ieder maar bleef loopen i* zijn donkere, warme kleeren. Pos na een dag of vier verscheen hier en d'aar een enkele zomersclie lichte tint tusschen al dat- donkere. Men ontdekt hier wel dat Parijs en' de Fransche provincie twee heel ver schillende dingen zijn. De plaatsuit- drukking is eerder somber, in ieder; geval heel ernstig. Is het de nawer king van den oorlog? Ik liet me door iemand, hiervandaan, vertellen, dat het. karakter der Lotharingers stug en' gesloten is. Merkwaardig is ook voor ons, Hol landers de schaarsehte aan fietsen eu hoe bedaard zij rijdenDit goldt ook. voor de auto's meest „Citroentjes'* in alle kleuren van den regenboog en de verdere diverse vervelooze, versle ten, rammelende wagens. Zij rijden! althans in d© stad met zoo'n'' rustige; vaart, dat ge nooit bang behoeft to zijn overreden te wordenwat' voor een voel ganger werkelijk groote be koring heeft: daarenboven bewijzen de verkeersagenten op de drukke -pun ten ook hun diensten voor dc goed® orde, zoodat ge u met alle gerustheid; op ieder uur van den dag door Nancy V Straten kunt begeven. Overigens brem, gen de eleotri-sche trams u overal waar ge wezen wilt. all rammelen zo, van ouderdom, dezo vervelooze kas-/ tenge kunt voor 25 centime© onge veer een half uur rijden en de vrou-', weiijke conducteurs of wagenvoerders, doen niet onder voor haar mannelijke', collega's. Haar aanwezigheid brengt u dé oorlogsjaren in herinnering.' Da; stad heeft tamelijk veel van het bom bardement geleden. Gedurende ze» weken heeft men in d© kelders ge slapen en een tijdlang is men zeert bevreesd geweest voor haar behoud.; Hoe dichtbij zijn de groote slagvel-, den, de vele verwoeste dorpen en ste den. om u alleen maar Verdun te noe-, men 1 Enkele ramen en een gedeelte vanh een der kerken werden zeer besc.ha-1 digd door de bommen ik zag in do buitenwijken nog een paar vernield© huizen, doch het meeste is hersteld. Veel huizen dragen op de muren nog de sporen der bommen its den vorm van onbeteekenend© gaatjes. (Wordt vervolgd,)!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1923 | | pagina 19