HAARLEM'S DAGBLAD
Van onzen reizenden Redacteur
Het testament nn
Elisabeth Marnock
DINSDAG 26 JUNI 1923 TWEEDE BLAD
(Nieuwe reeks.)
No. 159
Op de fiets langs het Belgische „Front"
Van Brugge naar Thourout. Thourout. Een oorlogsverhaal- De
kerkruïne te Gortenrarck. Een Duitsch soldatenkerkhof in Vlaanderen.
Oorlogsmonumenten. „Alles voor Vlaanderen"! De „pildoozen".
Oorlogsmuziek. Het front aan het Yserkanaal. Oorlog en energie.
De Meelfabriek bij Dixmude.
De meelfabriek van Dixmuden vódr den oorlog.
Van Brugge uit begon onze eigenlij
lijke tocht naar het „front". Wij
hadden voor dezen eersten „frontdag 7
op ons programma staaneen rit over
Thourout naar Dixmude en van dit
door den oorlog zoo zwaar geteister
de stadje over liet ilouthulster Boseli
en I'oelcapelle naar Ypercn.
Tot Thourout ging de rit nog geheel
door ongedeerd Vlaandere n land.
Vooral het eerste deel, van Brugge
tot Heidelberg ja, ook Belgie heeft
zijn Heidelberg, al is het naar zijn
dorpsbewoners te oordeelen niet zulk
een centrum van intellect als zijn
naamgenoot aan den Neckar is
een mooie streek die met haar bos-
schcn van hoog hout, ha-ar statige la
nen en buitenverblijven doet denken
aan een Brabantsch landschap, zoo
als wij het bijvoorbeeld kennen in den
omtrek van 's Hertogenbosch. Niets
herinnerde ons nog aan den oorlog,
maar toch dachten wij op onzen rit
ven was geweest, was verdreven.
„Het waren twie dagen van angst:
Je 'n dierf nie uut je n kelder te ko
men. Je 'n heurde niks dan al maar
schieten boven 'e 'n heufdMjiar da'
plezier, toens we vcur 't ierst ons ei
gen soldaten zagenDa' vergeet je
nuyt, nuyt
Zoo vertelde mijn dikke, gezapige
zadelmaker uit Thourout het mij zon
der eenigen ophef, heel gewoon. Het
was een oorlogsverhaal, zooals dui
zenden en duizenden je iu die streek
kunnen doen, maar hoe lééft het op
eens voor je, als je het uit hun eigen
mond en in het land zelf hoort.
Was er in Thourout nog slechts
weinig te zien, dat herinneringen aan
den ooriog opriep, in Uortemarck, het
eerstvolgende dorp dat in October
1918 door de Belgen op de Duitscliers
was heroverd stuitten wij dadelijk
op de ruïne van een kerk. Alleen ae
muren van het koor stonden nog, ver-
Do mcelfabriok van Dixmuden na den oorlog.
aan de vele jonge mannen, voor wie
diezelfde breede weg door dat mooie
Yiaamsche land eens „de laatste
gang was geweest, toen in dc Oc-
tobermaand van '14 het kanon hen
naar deu Yser riep.
Te Thourout cc n kerk in herbouw
Die stellage om de kerk was het eer
ste zekere teeken, dat wij het oude
oorlogsgebied 'naderden- Overal, waai
de gecsel van den oorlog over is ge
gaan, hoeft hij allereerst de Godshui
zen getroffen. Hoeveel kerken in
ruine heb ik op mijn reis door dc
verwoeste gebieden in Belgie en
Frankrijk met gezienDe kerk tc
Thourout, die bijna al weer geheel is
hersteld, was de eerste. Hei stadje
had den geheelen oorlog betrekkelijk
veilig achter den dijk van het Duit-
sche front gelegen, tot in bet laatst
van September '18 de dijk doorbrak.
Een paar weken vóór den wapenstil
stand hebben do bewoners, die nog
niet op hot laatste oogenblik gevlucht
waren, in hun kelders den storm bo
ven hunne hoofden hooren razen.
Op den avond van den tweeden dag
liield het vuren op: toen zij zich uit
hun kelders naar boven waagden,
stond een deel van hun stadje in
brand, lagen eenigc huizen in puin
en waren nog verscheidene „gewond
maar de bevrijders trokken door de
straten; de „Duts", die meer dan
vier jaren heer en meester op hun er
brokkeld en gescheurd, overeind en
in gouden letters las ik op de ver
weerde roode steenen de v oorden
„Komt allen tot my, die vermoeid en
Deiast zijt!" Hel was de eerste van
de lange rij van kerken, die met haar
stuk geschoten muren ons zouden
toeroepen, hoe weinig eerbied de
menschheid in de afgeloopen jaren
had getoond voor Hem, die deze
woorden gesproken had.
Even buiten het dorp lag een klein
kerkhof met rijen van zwarte houten
kruisen, lil het midden stond een ijze
ren kruis met een beeldje met afge
slagen houfd. Het hoofd lag naast het
kruis op den grond. Deze schennis
van een Duitsch soldatenkerkhof deed
even pijnlijk aan. maar laat ik er hier
dadelijk aan toevoegen, dat dit ook
het eenige geval was in dien trant,
dat ons op onze reis is opgevallen.
Overal, waar ik Duitsche soklatcn-
kerkhoven neb gezien en hoevole
van die voor Duitscliers gewijde plaat
sen met dc eindelooze rijen van zwar
te kruisen zijn wij iu Belgie en
Frankrijk gepasseerd viel het
ons op, met welk een piëteit
de laatste rustplaatsen van de
gevallen vijanden worden ver
zorgd, al mist men er dan ook als
op de Engelsche en Fransche kerk
hoven de bloemen en kransen, door
verwanten en vrienden er neergelegd.
Bijna elk dorp iu die streek heeft
op het dorpsplein haar monument voor
de gevallenen in de oorlogsjaren. Op
het monument in het dorpje Corte-
marelc las ik de namen van 26 dooden
en in Wcrchcm, een nog kleiner
plaatsje, stonden er 25 in gouden let
ters op het voetstuk gegrift, waaron
der alleen v ij f t i e n namen van
burgers.
In Eesscn, een dorpje, dat tegenover
Dixmude is gelegen, vertelde men mij
30 mannelijke bewoners, die op
een morgen tegen den muur van de
ruïne der kerk door de Duitscliers wa-
doodgcschoten. Zoo zullen deze
monumenten, ook na jaren, wanneer
alles weer is hersteld, tot het nage
slacht spreken van den zwaren tol,
die deze Vlaamsche dorpen aan de
Duitsche invasie hebben betaald.
„Alles voor Vlaanderenlas ik
boven dc namen van de dooden op
één dezer monumenten. Het stond
er als een herinnering en als een
strijdkreet tevensMen heeft in Bel
gië- na '18 helaas tc spoedig verge
ten, dat Vaanderen in den oorlog het
meest gedragen en geleden heeft.
Hoe inect' wij Dixmude naderden,
hoe meer wij ook de sporen van den
oorlog overal om ons heen zagen.
Want het land moge daar in Vlaande
ren algemeen weer bebouwd zijn,
de vele „pillboxes", de betonnen
standplaatsen voor batterijen, obser
vatieposten. schuilplaatsen, mitrail
leurs en commandoposten heeft men
er onmogelijk alle kunnen opruimen
en overal om ons heen zagen wij dan
ook nog deze logge, grijze steenblok
ken, die daar als afschuwelijke mo
numenten van den „oorlog" onmid
dellijk naast de wegen en midden
in de groene velden zijn overgebleven.
Men is in Vlaanderen en ook in
Frankrijk druk bc-zig deze beton
nen oorlogsoverblijfselen zoo veel mo
gelijk met dynamiet op te ruimen- Toen
■wij te Dixmude aan liet Yserkanaal
stonden, was de genie vlak tegenover
ons aan het werk. Aan alie kanten
zagen wij rookwolkjes opstijgen en
over het water klonx telkens weer
als kanonschoten het dof geluid
der dynainiet-explosies tot ons door.
Op onzen rit door het Houthulster
Bosch en ook later aan heb oude
Somme-front, bij Mametz en üori-
talmaison hoorden wij voortdurend
dat doffe, rommelend geluid, dat nu
en dan wanneer men een heele li
nie tegelijk liet springen aanzwol
als tot heel nabij kanongebulder. Hef.
was de ..oorlogsmuziek", die ons op
de eerste dagen telkens weer verge
zelde, een muziek, die soms vooral
wanneer stukken beton als projec
tielen door de lucht gierden mach
tig suggestiel werkte.
Nergens ziet men meer betonnen
„pilledoozen" dan juist iu Vlaaudo
renIn deze lage kleibode-m kon men
moeilijk zooals in Champagne, aan
den C'hemin des Dames en hes hooge
terrein om Verdun zie}» ingraven en
onder den grond werken. Men was
dus wel gedwongen bovengronds te
blijven. De loopgraven bestonden
voor zoover de linie niet langs de
dijken liep uil lange gangen, die
waren aangelegd tussehen rijen van
zakken, gevuld met kléi cn zand.
Voor dc mitrailleurs, de schuilplaatsen
en de kanonen weiden de betonnen
„piliedoozen" gebouwd.
Welke bovenmenschelijke krachts
inspanning, ongeloofelijke energie
en onverschrokken moed hiervoor
noodig zijn geweest, dat heb ik eerst
volkomen begrepen, toen ik daar
stond aan het Yserkanaal in de oude,
nog geheel in taet gehouden stelling
van de „Meelfabriek" aan den Wes
telijken uitgang van Dixmude.
Het Yserkanaal is daar nergens
breeder dan de Leidsche Vaart. De
stellingen van de Duitschers lagen
aan den Oostelijken oeveronmiddel
lijk daartegenover, soms v lak aan
den waterkant, dus op een af
stand van 10 h 15 Meters lagen dik
w ijls de loopgraven der Belgen- En
op zoo'n kleinen afstand, onder liet
directe vuur van den vijand en in het
meest open terrein moesten ob
servatieposten, mitrailleurstellingeii
en schuilplaatsen worden ge
bouwd: NatuurLijk kon zulks alleen
in den nacht gebeurenmaar dan
nog vraagt men zich af, hoe het mo
gelijk is geweest-, dat men aan weers
kanten dit tot stand hcoft weten te
brengen! Werkelijk, het was niet bij
de aanvallen en tegenaanvallen, dat
dikwijls de meeste onverschrokken
heid moet zijn getoond 1
Ik. die het heb meegemaakt, dat
over' een kleine, eenvoudige veldstel-
ling in de duinen bij Den Helder on
der de meest gunstige omstandighe
den maanden en maanden werd ge
werkt, ik vroeg mij af, hoe men heel
die stelling daar op dat drassige ter
rein, onder voortdurende bedreiging
van artillerie- en mitraillourvuur heeft
kunnen inrichten. .Men stelle zich
alleen reeds de moeilijkheden voor van
het vervoer der materialen dikwijls
bij sneeuwjacht en zware stormen
over stukgeschoten knuppelwegen door
drassig terrein, men denke zich het
geluidiooze werken in den nacht met
de voortdurende kans om onverwachts
door artillerie- of doodelijk mitrailleur
vuur overvallen te worden, men ver
plaatse zich in den gedachtengang
de soldaten, die den volgenden
dag door granaatvuur weer vernield
zagen, wat in den nacht niet bovcn-
menschelijko inspanning was tot stand
gekomen. En toch waren daar lang
zamerhand ondoordringbare „ijze
ren" stellingen ontstaan, speelde men
het klaar onder het oog van den vij
and en onder onmiddellijk bereik van
vergiftige gassen en alles vernietigen
de projectielen schuilplaatsen en mi
trailleur-stellingen te bouwen, zoovele
zelfs, dat de genie nu reeds maanden
lang bezig is ze te vernielen. De oor
log moge schrikkelijk zijn, wie het
oude „front" bereist, komt telkens
weer tot de erkentenis, dat hij bij de
menschheid een kracht cn een energie
intwikkelt. die aan het ongeloofelijke
grenzen.
Men heeft bij Dixmude twee fronf-
;edeelten als „oorlogsmonumenten"
n tact gelaten, opdat het nageslacht
zich ook later zal kunnen herinneren,
at de groote oorlog is geweest! Het
cene stuk is de B o y a u des
Morts de Doo dengang
één van de meest betwiste punten
van het Belgische Yserfront, liet an
dere de M i n o t e r i e de „M e e 1-
i a b r ie k" een deel van de
Duitsche stelling aan den Westelijken
uitgang van Dixmude aan het Yser
kanaal, ingericht tussehen dp puin-
lioopen van wat eens, vóór den oor
log, de Meelfabriek is geweest.
Dit laatste stuk met zijn schuil
plaatsen, zfjn mitrailleur-nesten, zijn
observatieposten .en loopgraven heb
ben wij bezocht en daar voor het eerst
op onzen tocht kregen wij een vaag
begrip van wat het woord „stelling-
oorlog" beteckende. En tevens van
wat de oorlog verwoestteDe teeke-
ningen, die weergeven, hoe de Meel
fabriek bij Dixmude er uitzag vóór
1014 en wat er van is overgebleven,
zullen mijn lezers er misschien eenig
denkbeeld van geven.
J. B. SCHUIL
Brieven uit de Hofstad
In de jaren toen liet bruut geweld
overal heerschte en alle minderwaardi
ge eigenschappen van den mensch
v.eer ueed opleven, leden zij het
meest, die hun levenstaak ijdden aan
net iüeèele beiang van de menschheid.
Zooais eenmaal één der leiders uit de
Fransche revolutie het beruchte woord
sprak: „wij b.cóben geen geleerden
meer noodig". leek het in de jaren
1911—18 alsof men geen geestelijke
leiders meer wenschte-
Heel even glimpt gelukkig de oude
toestand weer op- Nu en dan doen
zich oogenblikken voor waarin weer
wat oude waardeering voor hen blijkt-,
die in de geestelijke voorlichting hun
levenswerk zoehten. Verleden week
memoreerden wij de huldiging van
Louis Couperus, thans stippen wij
aan het fe.t dat voor één van onze
beste kimstenaars, helaas al overleden,
een monument wordt opgericht. Het is
Theo van lloytema, wiens naam zal
gebeiteld worden in onvergankelijken
steen. We behoeven de kunst cn de
verdiensten van dezen knappen kun
stenaar niet nader' lé'.schetsen.' Wel
ieder kent zijn prachtige- dier-teeke-
ningen, zijn illustratief werk. lloytema
was één dier groote- artisten die de
natuur en haar schepselen in groote
liefde vereerde.
Op een mooi punt in Zorgvliet zal
het monument voor van Hoj tema prij
ken. Daar waar nog honderden vogels
zingen. :t ls een eenvoudige drinkvij-
vei voor Iioytenia's gevleugelde vrien
den een laag muurtje sluit één zijde
van den vijver af en iu liet midden
van dat muurtje staat de naam van
hem aan wie dit monument is gewijd.
Een passend vogel-motief siert in al
len eenvoud den gedenksteen waaruit
tevens een fonteintje spuit, dat het
vijverbakje verfrischt. Het ontwerp
van Ingenieur Knuttel is door zijn
eenvoud treffend in stijl van het ka
rakter van Van Hoytema.
Over de stichting van dit monument
zal ieder zich verheugen, om den kun
stenaar wiens nagedachtenis het zal
levendig houden en om hel feit zelf
dat men de kunst wil gedenken-
De volgende week heeft hier de ge
meenteraadBverkiezing plaats, die het
gevolg is van de samenvoeging van
Loosduinen bij den Haag. Vandaar
deze late verkiezing. De gewone ver
kiezing die overal in den lande plaats
had is hier -bij enkele candidaatstel-
ling geschied omdat onmiddellijk hier
na een wettelijke verplichte verkiezing
moest plaats hebben. Het aantal can-
didateri is natuurlijk zeer groot en
zeer uitcenloopendhet stembiljet is
een klein formaat adresboek. Wij vree
zen dat dit op den duur nog erger zal
worden zplfs al verzinnen de groote
partijen, gelijk onlangs al weer het ge
val is geweest, telkens nieuwe midde
len om die kleine groepen het leven
onmogelijk te maken. Men is nu een
maal in vele kringen alles behalve te
vreden over het werk van den gemeen
teraad. Voorts «s de klacht dat de be
moeiing van dit college hoe langer
hoe meer eenzijdig wordt en dat tal
belangen en groepen van belang-1
hebbenden verwaarloosd zoo niet be
nadeeld worden. Wij zullen daar in
dezen brief niet verder op in gaan,
maar wel mogen we constateeren dat
de ontevredenheid over het beleid
veel grooter is dan wel eens wordt
vermoed. Bij de verkiezing zal dit wel
uitkomeneen groot percentage thuis
blijvers, een groot aantal van onwaar
de en een groot aantal op de kleine
groepen. Het eind zal echter zijn dat
de samenstelling van den raad blijft
gelijk die thans is.
In het verslag van het gemeentelijk
bouw- en woningtoezicht w-onlen vele
ijl'ers gegeven over het vorige jaar.
Jammer dat er zoo weinig vergelijken
de cijfers worden gegeven In 1922 nam
het aantal woningen toe met- 4164
waarvan 1350 voor de groep der arbei
ders- Het cijfer van de totale toene
ming is zeer groot in vergelijking met
dc toeneming van de bevolking. Deze
toch nam met slechts 4717 zielen toe.
We mogen dus gerust zeggen dat de
achterstand in den woningbouw met
3000 stuks is verminderd. Het moet
daardoor met den woningnood wel op
een eind loopen, ware het niet dat men
dc geschikte type van woningen niet
alle in voldoende niat-e heeft gebouwd.
Er is waarschijnlijk nog een tekort
aan arbeiderswoningen. Het gevolg
daarvan is dat midilenstandwoningen
in gedeelten verhuurd worden aan ar
beiders, waardoor een hoogere huur
opbrengst door den verhuurder pleegt
in de vracht gesleept te worden. Het
aantal klachten over den slechten
onderhoudstoestand der huurwonin
gen neemt zeer toe. Trouwens daar
voor hebben we geen statistiek noodig.
We mogen gerust zeggen dat alle
huurwoningen verwaarloosd zijn, voor
al van binnen, omdat daar sinds 1914
niets aan verbeterd is cn misschien
reeds vóór dien tijd niets aan verbe
terd was.
ilet lijkt ons nog maar steeds onbe
grijpelijk dat dc Regeering niet eens
tracht de kwestie van het huren en
erhuren van woonhuizen beter in de
wet te regelen. Het lijkt ons niet zoo'n
heksentoer om dit te doen. Het bewe
ren van een huis is een der belang-
ijkste zaken voor alle menschen cn
oor dit belangrijke punt zijn zij voor
iet overgroote deel overgeleverd aan
villekeurige scharrelaars in huizen,
die voor een groot deel geen som bezit
ten maar trachten juist door slecht
onderhoud c-r wat geld uit te kloppen-
ln» Belgie heeft men een geregeld
toezicht oj) het onderhoud van huur
woningen. Voor ons land zou dat niet
onmogelijk zijn. Te meer waar we hier
nog altijd bespottelijk ondeugdelijke
personeele belasting hebben, die men
altijd voelt als een belasting op de
huur. Ware daartegenover als een
tegenprestatie *van den Staat - - ge
steld een toezicht op het onderhoud
van de woningen zoowel als op de wij
ze waarop de woning door den huur
der wordt bewoond en onderhouden,
dan zou dat zeer velen hebben ver
zoend met de personeele belasting.
Een groet deel van de huurders is
heuseh wel bereid een behoorlijke huur
te betalen, mits zij dan ook een be
hoorlijk onderhouden woning krijgen.
En dit nu laat juist alles te wenschen
over. Zelfs welen de eigenaren in het
huurcontract een bepaling op te ne
men die de huurders aan gevaar voor
huurbeeindiging blootstelt indien zij
bet wagen bij de autoriteiten over
ilecht onderbond te klagen.
Het ware te wenschen dat de Regee
ring eens haar aandacht aan dit punt
schonk. Het verdient het vooral in de
groote steden meer dan menig ander
punt. Zij zou er de erkentelijkheid van
duizenden mee oogsten.
HAGENAAR.
iJaze LaeMoek
ENFANT TERRIBLE.
Bezo eker: Jij bent een beste
jongen, Jantje! Ben je altijd zoo stil?
Jantje: Heelemaal niet! Maar
moeder heeft na® een stuiver beloofd,
als ik niets zeg van uw kaal hoofd.
VRIENDELIJK.
II ij (woedend): Dnt kind maakt mij
razend met zijn geschreeuw. Kun je
hem dan niet stil krijgen
7, ij: Ik zal wat voor hem zingeu!
H ij: O, laat hem dan maar liever
schreeuwen!
FLEGMATIEK.
Mevrouw (zeer geagiteerd): O,
goeie hemel, baby, heeft ec-n stuiver
ingeslikt! Wat moeten we doen!
Meneer: O. laat-ie 'm houden!
Overmorgen is hij toch jarig!
M e neer: Ik lees daar in de cou
rant, dat de dames weer lange rokken
gaan dragen.
Mevrouw (scherp): Nu, als ze ze
t s langer dragen dan ik, dan mo
gen zc ze wel van ijzer laten maken!
Rubriek van dsn Arbeid
Van hier en daar.
Feüüieton
CHR1STELIJK-N ATI ON AAL VAK
VERBOND.
Te Utrecht is de elfde algemccne ver
gadering van het Christelijk-Natioaaal
Vakverbond begonnen.
De voorzitter, dc heer K. Kruithof,
schelste in zijn openingswoord liet ge
beurde in de twee jaren, welke sinds het
houden van de vorige algemecne verga
dering verloopen zijn. Op i April tel-
dé 't C. N. V. nog 58.960 leden. Tiet uit
treden van de Unie van Christelijke on
derwijzers had evenwel merkbare afne
ming van het ledental ten gevolge.
Spreker betreurde den grooten acfcter-
u.tgang. hoewel toegegeven moest wor
den, dat velen zijn gegaan, die niet in
hei C. X. V. thuis hoorden.
Nadat het beleid van het hoofdbe
stuur besproken was, spraken woorden
van sympathie, jegens het C. N. V. de
heer F. v. d. Bom, uit Amsterdam,
namens de Christelijke Werkgcversvcr-
eenigir-g en jhr. mr. Rutgers van Ro
zenburg namens de Christelijk-Histo-
rische Kamerfractie.
Namens laatstgenoemde Kamerfractie
werd de vergadering ook bijgewoond
door mej'. mr. C. Frida Ka:z. Ook de
Christelijk-Nationale Werkmansbond en
de Nederl. Luthersche Werklieaenbond
hadden vertegenwoordigers gezonden.
HET NATIONAAL ARBEIDS
SECRETARIAAT.
In de Maandag gehouden vergade
ring van het algemeen bestuur van het
Nationaal Arbeids-Secretariaat hebben
de -heeien B. Lansink Jr., B. Lansink
Sr.. 11. Have, C. Wolf en J. v. Rijssel
ontslag genomen als bestuursleden.
Ten aanzien van de andere bestuur
ders van het X. A. S., die hebben deel
genomen aan de stichting van het Ned.
Syndikalistisch Vakverbond, werden be
sluiten genomen, welke 2ullea worden
medegedeeld aan de organen van de in
het -X. A. S. belichaamde onafhankelijke
vakbeweging.
In de opengekomen vacatures werd
voorzien door het aanwijzen daarvoor
van eenige der aanwezige bestuurders,
die de onderstaande functies tijdelijk
Kitsz, ae-voorzitter J. Schenk, zc-se-
cretaris J. A. Brandsteder. Benoemd
werd lot redacteur van De Arbeid Th.
J. Di«sei, de thans fungeerende le-sc-
HET NED. SYNDICALISTISCH
VAKVERBOND.
Van de vergadering te Ufrecht ge
houden waarop is besloten tot de stich
ting van het Xederlandsch Syndicalis
tisch Vakverbond valt uog liet volgen
de te melden
Het voorloopig bestuur werd samen-:
gesteld uit de heeren C. Wolff, te Am
sterdam. voorzitterB. Lansink Jr.. ie
Amsterdam, secretaris; O:to Vonk, e
Amsterdam, penningmeester; voorts W.
Walraven, A. Rosscau, Joh. Meisner, al
len te Amsterdam, en 1L Huwe, te En
schedé. Besloten werd, dat de contri-
butiercgelingen gelijk zullen zijn aan die
van. het oude X. A. S. Aan het bestuur
werd opgedragen zich zoo spoedig mo
gelijk tot de organisaties te wenden, die
in meerderheid tegenstanders zijn van
Moskou, om deze te bewegen tot aan
sluiting bij de nieuwe Nationale en
voorts om binnen drie maanden een
uiuw congres te houden.
DE NEDERLANDSCHE GRAPHI-
SCHE BOND.
Maandag werd te Utrecht het twee-
daagsche congres van den Ncdcrland-
schen Graphisc'nen Bond geopend door
den voorzitter, den heer J. Sans, uit De
venter. Op de algemeene vergadering
werd tevens het 10-jarig bestaan van
den Bond herdacht. In de vergaderzaal
was opgehangen het bijna levensgroo-.
te borstbeeld van den oplichter van
den Boud, den thans overleden P. W.
J. van Hassel. Besloten werd een feest
gave van ƒ7.50 uit te keeren aan alle
werkloozcn en uitgetrokken Werkloo-
zen.
Binnenland
ï.tjk AANGESPOELD. Od het
strand, ongeveer 3 k.m. teu Noorden
van Noordwij'k aan Zee, is aange
spoeld het lijk van een tot nog toe on
bekend gebleven persoon. Op zak had
hij uitsluitend Engelsche munten, zco-
dat het vermoeden voor de hand ligt,
dat dc drenkeling een Engelse-liman is.
EEN VOGELNEST IX DE SCHOOI..
Te Achlum (Fr.) heeft een zwalu-
wenpaar in een der lokalen van da
christelijke school zijn nesi gebouwd
op oeu wandkaart tegen, den muur.
Ze vliegen geregeld uit en in voor de
voedering van hun kroost.
De c
sel meldt:
De betaling van de Belgische sebuM
aan Nederland tot een bedrag van 63 mil-
lioen gulden voor de kosten gemaakt ne
gens interneering van Belgische militai
ren tijdens den oorlog zal geschieden bi
15 jaar en wel in 30 halfjaarlijbsehe ter
mijnen.
Geautoriseerde vertaling naar het
Engolseil van
E. A. ROWLANDS.
32)
„Neon, neen", zei Enid. „Ik wil
iemand anders. Ilot zou me niet mo
gelijk zijn, naar Mr.'Pleydell te gaan"
Kolonel Davvney keek liaar naden
kend tuur, toen schreef hij den naam
win ven andere firma op: en toen
prualiï uii o-er lmt kind waarover h j
ojj zijn eigen verzoek; peet was, en
hij praatte over haar toekomst cn hij
keurde haar plannen goed, hoewel het
hem speet, dat zij van plan was in
Londen te blijven. Enid glimlachte
droevig.
„Misschien verander ik nog wel van
meaning", zei za. ,Tk denk dat liet ten
slotte toch niet noodig zal zijn. dat ik
hifi- blijf en ik begin net land anti
..Nu. daar zullen wc liet dan nog
wel eens met No ra over hebben", zei
Kolonel Dawnev en g;ug toen weer op
een ander onderwerp over.
„Toevallig kreeg ik vanochtend een
bi-iel' over. u".
Enid werd doodsbleek.
„Over mij?" vroeg ze zenuwachtig.
„Ja, u herinnert zich misschien nog
wel een zekere Hammond, Desmond
Hammond?"
Enid's gezicht klaarde op en ze
werd wat rustiger.
„O ja!" zei zc, „mijnheer Hammond
heeft ook deel uitgemaakt van riie
concerttournee. U zult zioli nog wol
herinneren, dat we elkaar juist door
hein hebben leeren kennen, Heeft hij u
geschreven?"
„Ja, zei Kolouel Dawhey. „Hij
scheen erg veel met u op te hebben,
mevrouw Sinclair en erg ongerust-
over u Ie zijn".
„Dat spijt me", zei Enid en ze kreeg
een kleur. „Mag i'< nuk weten wat hij
u geschreven heeft?"
Kolonel Dawney lachte en zei toen:
„Ja, hij schijnt mij op de een of an
dere manier in verband te brengen
met wat er met u gcheurd is. Ik be
grijp niet-, hoe hij dat idee in zijn
hoofd gehaald heeft!"
„Tl", riep Enicl uit. „Maar wat
vreemd".
k vermoed dal hij zijn conclusies
wai u! te spoedig gemarkt hoeft", z»i
•Adrian IJaviicv rustig. „Maar hij weet
'waarschijnlijk, waar u woont, en wat
er gebeurd is; cn bij heeft blijkbaar
111 ij 11 bezoeken bij u verkeerd opgevat.
Voor zulke dingen staan jullie vrou-
den nu altijd, wanneer jo op jé eigen
beenen wilt staan! Nu, ik zal hier
heuscli geen preek staan te houden,
maar ik wilde alleen maar zeggen, dat
u, juist omdat u zoo jong en zoo mooi
bent- nog aan veel dergelijke verkeerde
gevolgtrekkingen bloot zult staan,
wanneer 11 zich losmaakt van uw na
tuurlijken bescherm®:!'
En;d kneep de handen in elkaar.
„Maak het toch niet moeilijker voor
me, dan liet ai is", zei z.e en begon
toen over Desmond Hammond te spre
ken. „Ik geloof, dat liet 't beste zal
zijn, dat mijnheer Hammond mij eens
op komt zoeken", zei ze. „Hij was do
eigenlijke oorzaak waarom ik de con-
eertlournéc- niet. vervolgde. Ik was
bang. ik wilde hem niet ongelukkig
makui!
„Nu, hij voelt zich ongelukkig, dat
is zeker, maar h.j is jong, hij komt
er wel overheen, tenzij" Kolonel
Davvney haalde de schouders op. „Over
een poosje bent u heelemaal vrij te
doen en te laten wat, u wilt en dan
moet 11 een thuis hebben en iemand
die voor u kan zorgen!"
„Neen, dat nooit!" riep Enicl uit.
„Of de man, waarmee ik getrouwd
beu. me liiot meer nocdig lmeft. maakt
•vooi mij geen verschil, want lui zal in
mijn hart toch altijd dezelfde plaats
blijven innemen. Dal kan nooit iemand
anders doen".
Kolonel Davvney drukte haar do
hand.
„Laat Desmond Hammond maar
aan mij over", zei hij. „U hebt nu
genoeg 0111 aan te denken en u te be
proeven. Ik 7.10 wel kans hem al die
dwaze ideén uit zijn hoofd te praten.
Nu zal ik maar afscheid uemeD, maar
beloof me, dat u altijd mijn hulp zult
inroepen, als het noodig is".
...la", fluisterde Enid, „dat beloof
Lady Ellen vond liet heerlijk, aan
zee, ze zei dat haar geluk volmaakt
was, 1111 ze Nora Provyis hij zich had.
Nora lachte eens hij dezxj verzeke
ring.
„Mijn Leve kind, je vleit me", zei
ze. ,.lk wilde dat het waar was. maar
dat is ongelukkig genoeg niet zoo".
„Als rk het zeg, behoef je me toch
niet tegen te spieken!" zei Lady Eilen.
„Oh, Nora", zei ze, „waarom mag
ik me dat. nu niet verbeelden. Het is
zoo heerlijk zich in te denken in din
gen die niet beslaan en ik voel me veel
beter. Lang 7.00 suf niet meer".
Eerst vermeden ze bet- stelselmatig
begon I.tid'
u.fi een poosje
ïiiiur haar te vragen en Nora Provvis
j vertelde het een en ander over haar
j patiënt, in wie z.e zoo'n buitengewoon
j belang stelde.
„Je moet eens nader kennis met
haar maken en je moest haar baby
eens zien",
„O; ik ben dol op babies", zei Lady
Ellen. -,Weet je, soms heb ik wel lust
111e aan een crèche te verbinden. Een
poosje geleden heeft iemand me eens
meegenomen naar een kindertehuis in
het oosien van de stad. Ik kwam een
zaal binnen, waar twaalf snoezige
Heine babies ine lagen aan te kijken.
Schattig was het. En ik mocht ze alle
maal eens even iu mijn armen hebben
en se schreeuwden geen van allen.
Maar denk je heusch, dat mevrouw
Sinclair het goed zal vinden, dat ik
bij haar kom?"
„Waarom niet?" vroeg Nora Pro-
Ladv Ellen haalde de schouders op.
„Och, ik weet het niet. Zij ziet
Adrian nog al veel, hè?" vroeg ze plot
seling.
„Niet veel, 7.00 nu en dan. Adrian
stelt veel belang in haar en hij is een
van de peeten van haar zoon".
..De peet van haar zoon?" zei Lady
Ellen. „Maar dan zijn ze toch zeker
erg intiem met- elkaar?" Nora Prowis
lachte.
„Dat hoeft anders heeleinnnl niet".
N-u vroeg zij I.adv Ellen enkele din
gen. ..Zeg. vertel me nu eens !«ts over
-l-'-n luiian Bryant. Volgens Achbm is
hij een groot- bewonderaar van je".
„Ik mag hem wel", zei Lady Ellen.
„Vooreerst, omdat hij me aan Adrian
doet denken: zij hebben zooveel va-ti
elkaar, Nora, in karakter ook, vind
ik, hoewel Adrian natuurlijk wat
ouder is. Mijnheer Bryant is zoo aar
dig. Ik Weet vast, dat je met hem zult
kunnen opschieten".
„Ik wil hem heel graag eens ont
moeten", zei Norn Prowis.
„Kom dan maar eens bij me eten.
Kan je Dinsdag?
„Neen. voor Dinsdag kan ik zeker
niets beloven", zei Nota. „Ik ben er
nu net een paar dagen uit geweest ca
ik moet weer aan 't werk",
„Woensdag of Donderdag dan?"
„Misschien kan je het beter eerst-
met mijnheer Bryant afspreken".
Ja", zei Lady Ellen onverschillig.
„Als ik het vraag koint hij altiid".
Nora Prowis zat zenuwachtig met
haar handschoenen te spelen.
„Wal weet je verder van hem af.
Ellie. lieeft hij nog meer familie?"
„Hij heeft een moeder, en dat moet
een heel vervelend mensch zijn. Weet
je waarom hij zoo interessant is, No-
ra, voor hij rijk werd heeft hij heel
hard moeten werken. Weet je wat hij
was? Taxi-chanffom".
„Heusch", zei Nora Provvis, ..Dat is
eigenaardig. Hij zal wel dol geluk'":g
geweest zijn, toen hij ineens zoo rijk
Ja. dat denk ik ook wel", zei I.adv
Ellen, „maar weet je. liet is heel
vreemd, maar op het oogenblik schijnt