HET TOONEEL interesseerd was. sins beslagen leu hij eenige conn doen aan de „G De heer Zuidm zegd, niemand Om nu -eeni:?s-|hefc kosite hem blijkbaar veel inspan-1ge zo'i zeker ditmaal met eenige hon- ii i..t „.-.„.-..o.:, j.1 i;s te kooien, mJriejaing, want het zweet sappelde drup- uerd.t'ullen moeten worden verhoogd- [lteu-ervaring o p-' pelsgewqse van zijn rood-verlui» gelaat! Dat, zou den uigever toch een aardig obroekerve<-ner De drukker, tevens inlegger, vleide I voordeeltje bezorgen, lachte Guus. u had, zoonis jje-1kalm telkens een >vit vel papier opNa zijn waardevolle aanteekeniugen oodig, maar hij j hetzelfde" plekje van de pers, un zongjtc hebben uitgewerkt, stapte 'hij had een goed klantje aan den heer'hoven het rommelend, dreunend gr- ti-otsch de drukkerij binnen, en over- Luttclhof; hij kon het verzoek moei- luid der persraderen steeds h-jizelfde, jltandigde den meesterknecht het be- eentonige lied: „Al maar droifiien, aljwuste interview. maar draaien. Zoo op het bal, tutdoS, Denk er om! zei hij fier, het de haantjes kraaien"'. Een lied, toen- „hoofd"' met vette letters, over tweo teriijd net 7.00 in zwang, als tih/ms kolommen! En 's aypnds, genoeglijk het beroemde: „Houdt er deu moed op z'n kamer gezeten ontving hij het blad, de krant, met het prachtartikel van hem, G. A. Luttelhof .lunior. Geen der andere bladen zou er iets van kun nen melden; hij was de eenige repor ter geweest bij deze ontmoeting. Toen hij de krant had opengevou wen jawel! Daar stond hetj Ex- lijk weïgi Eu zoo geviel het, dat jonker Gnus ziiu intrede deed in de journalistiek evenwel zonder voor zijn werkzaam heden nog eenig salaris te ontvangen Gelet op de antecedenten van het jan maar in". Maar liet laatste zou even ge niensch, was dit echter aller- sarcastisch hebben geklonken als toen minst een bezwaar ww hem. liet eerste. Had Guus nu gewild, en voldoen- Nadat de eerste honderd bladtin wa de bevattingsvermogen bezeten, clan ren afgedrukt, beweerde Guusiav zou hij van deu drukker-eigeu.uarmoeten rusten. Maar dat k on niet en van den meesterknecht, beiden] lang, de krant duidde geen verdere sinds jaren door en door gerouti- rust. "Weer begon bij met moed te neerd in het vak, veel hebben leun. opsteken aan de „Grootbroekei vee- ner". Aan instructies ontbrak het hem niet. Althans niet in het br_ Later bleek het toch boter aan de galg gesmeerd te zijn. De heer Zuiduzsn had liem inge licht hoe driemaal in de week de krant vol kwam met allerlei nieuws. Dat dat nieuws er moest komen na tuurlijk, waar dan ook van daan, hetzij overgenomen uit andere bla den, hetzij door reportage van hem zelf, door informaties bij de politie, of aan het stadhuis, of wel nieuw tjes van de overige ingezetenen ver nomen. Was Guus nu, bij zijn vele andere feilen, niet eigenwijs geweest, en had hij zich weten te verstaan mei den meesferknöcht-zetter-drukker, die tob nog toe ook voor redactie- en correc tie-werkzaamheden had gezorgd, en dus vrijwel dc gobeele Jtrani afwerk te, dan had hij werkelijk heel wat leerzaams en veel technische details kunnen opdoen in deze eenvoudig'? omgeving. Maar hij nad niemand nood-g, ns- weerde hij, en met ondergeschikten liet hij zich niet in. Dat was dom, en die domhoid zou zten we lor a wreken. Want papa had den uitge ver verzocht zijn zoon niei te sparen. Hij moest behandeld worden als elk ander employé, eu alle voorkomende werkzaamheden moesten hem worden opgedragen. En de heer Zuidman hield zich streng daaraan en ontzag hem niet. Al heel sjioedig kwam jonker Guus dan ook t"t de ontdekking, dat de journalistieke paden niet alleen glad en moeilijk begaanbaar zijn, doelt dat zij bovendien nog liggen bezaaid met talrijke voetangels eil klemmen. Ter nauwernood had hij met heel veel moeite nog juist zijn voet uit zoo'n verraderlijke klem weten te redden, of hij dreigde weer t© vallen over een listig verscholen, puntige kei, welke hij niet bijtijds had opgemerkt. Het werd evenwel soms bedenkelijk Eu eenmaal had de jonker utt eun ander blad een bericht overgeno men, volgens hetwelk te Nijmegen oen mc-isje spelenderwijs in de rivier ge vallen en jammerlijk ve rdronken was. Ook andere bladen hadden diL be-' richt, in verschillenden vorm dan, vermeld. Driemaal had de jonker dit bericht geknipt en laten zetten, zon der dat hij tot het besef kwam ir.et. één en hetzelfde bericht te doen to hebben. Maar getrouw, naar journa listiek gebruik, had hij in elk bericht de bron vernield, de couraut, waaruit hij geput had. Doch, zooals gebeuren kan, blec-f de fout op de zetterij, onopgemerkt, waardoor de „Grootbroekervecneir5" dien dag nog al hilariteit verwekte op de sociëteit. De heer Zuidman was den volgen den morgen minder vriendelijk ge stemd, zooals te begrijiren was. En zijn stemming werd er met prettiger op, toen hij cp het kantoortje komend, een papier opmerkte, dat den vori- gen dag reeds was bezorgd en behel-: zend een bericht, „dat in de verga dering van aandeelhouders in de sui kerfabriek „Welgelegen", hei divi dend op 6 was bepaald. En dat neemt u n iet op,bulder de de uitgever, nu hadden we een pri meur, eeti bericht van het njeeste be lang voor de inwoners 3lhier, eu u neemt het niet op.... Moeten wij dan altijd met de nachtschuit ko men l... Hebt u dat niet gelezen, mijn heer? 'k Dacht, dat "fc niet zoo belang rijk was, glimlachte Guus stupide. Niet belangrijk?.... 't zou om te lachen zijn, mijnheer, wanneer 't niet zoo diep treurig was. Er was ook geen plaats, meen ik. Geen plaat.:-Hou op mynneev! En dat meisje dan? Een meisje, herhaalde Guus, af wezig in de ruimte starend. Ja, dat meisje, uit Nijmegen. Wat was daarmee Dat hclib u laten verdrinken, enne... Ik? onthutste Guus. Precies, mijnheer!... en nog wel driemaalDriemaal, mijnheer., het zelfde meisje.... Is dat nog niet ge noeg? Dat is verschrikkelijk, ontstel-- de' Guus. Nee, mijnheer, dat is belache lijk!... U maakt van ons blad een paskwil. Iu de eerstvolgende dagen bleef Guus verschoond van redactiewerk. Er werden andere bezigheden voor hem gezocht. Er was altijd wel ieis te doen: kwitanties uitschrijven en in non, adressen in orde maken, enz. Op Zaterdagmiddag kwam de mees terknecht plots het kantoortje binnen, hij moest hulp hebben. Juist nu de krant zou -worden afgedrukt, was er bericht van .Teltje gekomen, dat zij onderweg was gevallen en niet kon ko men draaien. Of mijnheer Luttelhof niet ge mist kon worden? vroeg de drukker. Jawel, dat meest dan maar antwoordde de heer Zuidman. da; zult u moetan draaien, mijuheer Lut telhof. Ik? vroei verbaasd. ja, natuurlijk, was üct antwoord. draaien, maar toen etudsilijir allo exemplaren waren afgedruk dreigde hij in elkaar te zakken. Hett duizelde voor z'n oogen, z'n borst J'iij/jde, z'n handen waren klam en vcfl" blaren. Met behulp van een kroe:'water uit de pomp van de drukkerij, f'rischte hij wat op. Maar hij dankte Hen hemel, dat hij naar huis kon ga; jji. Kort hierop werd het 'cerniis in het afgelegen stadje. Behalv 13 enkele kra men en spullen kwam elk jaar gere geld een komedietent, «ie schouwburg van Hart. Eu er werd altijd een kaart bezorgd voor de lui v cji de krant, gel dig voor de geheele kennis. De heer Zuidman en de me .-sierknechl maak ten er steeds gebru ik van en van elk stuk kwam in de „'Grootbroekervener'' een recensie, waar de tooneelisten bij zonder op gesteld 1,varen. Maar op een dier avonden, toer. voor het eerst „Dc negerhut van oür.i Tom" zou worden evoerd, kon v ach. de uitgever, ncch meesterknsc? ,t daarbij tegenwoor dig zijn en we; d Guus aangewezen de1 retelling to bezoeken en hét verslag op le maken. De heer Zuidman wilde hem nu tegel ijkertijd eens toetsen, wat hij daarvan terecht zou brengen. Hij zou den vokgeuden morgan tijdig aan wezig zijn, het verslag inzien, en het nood gj ju goede richting verande- ixzfnc tot groote verwondering van den int'jever had hij van Guus een re- He ontvan; VAN „BEZOEK VAN DEN PEINS ZOETOE-KOEKI". PrachtigTot in de kleinste de tails stond alles vermeld. Maar, wat was dat?. Juist daar onder. aansluitend, stond het volgende bericht: „Nader vernemen wij, dat Z.H. „de Prins den lieer G. A. Luttel- „hof Jr. heeft, begiftigd met het „ridderkru: „rooden salamander". Guus stond paf!Hij las het nóg ec-ns Kon z:jn oogen niet gelooven. Dat bericht was gekomen, nadat de drukkerij reeds verlaten had, na tuurlijk Tjonge!... Tjonge! Wat '11 succes I Met z'n borst vooruit en z'n neus 5n dc lucht stapte hij naar de soos; hij moest zich laten zien Doch vreemd Niemand wenseht© hem geluk Nijd en afgunst, mom- pelde iii.l. Ten slotte begon hij er over Wat Had niemand dat verslag gelezen?.Cok niet. dat bij benoemd was lot ridder in de oude van den rooden salamander?w Vlug griste hij de „Grootbroeker- veener" van de leestafel. Daar!.-... Daar stond hef!IIij kon de plaats el oiigézie» aanwijzen Maar hoe Er stond geen tet- tin 'den prins Ook ;n zijn benoeming tot ridder Nic :sLetterlijk nietsHij HBPPPWPW|pipi .jfWP- was wat doezelig in z'n hoofd. hij Let bedrijf, waarin Eliza, imd "s middags bij de fuif een paar r.t'z naar kiml op den arm, zich redt j gluzen champagne gedronken. 11 ma? door een vlucht over de g'.itsende ijs- s.isotsen, op den veel gevolgd door Laar belagers, die haar trachten te achterhalen en ec-n onafgebroken ge- tra vet, over twee kolommen: dc leiders van de beweging, of eigen lijk onder de nienschen, die door deze beweging zelf evenzeer waren verrast, als de regeering var. prins Max, maar die nog net op het nippertje de teu gels in de hand hadden genomen. Een eindeloos getwist begon, een eiudeloo- ze strijd tussclien sociaaldemocraten, onafhankelijke» en communisten en het pas gevestigde nieuwe rijksbestuur had dra ernstige crisissen te door staan. We kregen de Spartacuswoelin- gen en de Lichtenberger dagen, weer was de stad vol van gerucht van strijd, weer brulden bezetenen aan het hoofd van meuschenstoelen tegen Ebert en Sehoidémami, tegen deu „bloedhond'1 Nosk© en vóór Lieb- kiiecht en Rosa Luxemburg of tegen dezen en vóór Ebert en Sohekle- •mann, Uit dezo Spartacusdagen herinne ren we ons vele van de woeligste too- neelen. Eens kwam een troep van ze ker een twintigduizend communisten achter liet hotel Kuiserhor oprukken, om voor do rijkskanselarij hun nieder tegen "EbelT te schreeuwen en Noskö aan de lantaarn ie weuschen, toen juist een nog veel sterkere troep aan- hangers van den tegenwöordig'eu rijks president uit do WiThelmstrasse kwam MOUien ook, doch van de ander© richting de orde van den.' ^e smalle Kaiserliofstrass© inboog. liet nau :i:i van Guus een re-re, 1 .«g». <ue kloot als "d'V» J»" verkalot „af" «as, en ïrV hij had tocli 'thuis alles duidelijk ac- lezcn. Wat was er gebeurd! li vel eenvoudig dit: De meester- waervnur afgeven, was naar dc wer- knecht, die mede van de grap Lelijkheid geschilderd", stsönd er. De-had liet door Guus vermelde en geco-r- ■■angst van die achtervolgde vrouw voor haar kind, scheen door mevi'ouw X, die de rol van Ellza veiwulde, mees terlijk weergegeven. Bijna ongewijzigd werd liet verslag opgenomen. Maar den dag na liet verschijnen kwam de schouwburg-directeur even aanwippen op het kantoor van de krant. Deed hij wel meer. Kende den uitgever blijkbaar reeds jaren. G'möge! lachte hij, Dat i,s wat moois. Die recensie van de negerhut van oom Tom! 3 a, vin je.- niet? vroeg Zuid mail' ge streeld. Dat moet 'k zeg- 'houwburgdii was een oogenbük van groote span ning, dat langzaam elkaar naderen van. die elkaar vijandige volksmas sa's, liet eindelijk op elkaar botsen onder 't uiten van vloeken cn smaad woorden en het daarop volgende handgemeen Om de vaandels en bor den, die na te zijn veroverd met ge juich naar achteren werden doorge geven, terwijl boven de- thans stom worstelende monsterachtige menschen- slangen de soldaten van Noske uit de vensters van het hotel hingen en vriendelijk© slingerbewegingen mil handgranaten maakten. Toén we na een half nur de over winning van de Ecerllicden hadden bijgewoond, die door hun grooter aantal erin war;» ges! communisten terug te dringen en een paar honderd Meter, verder in de Frïedrichstrass© kwamen, bood venter ons schoenveters aan en een ander s'oud lucifers en cigaretten te verkoop en en de dametjes van de vlakte liepen er rond, gelijk in de nor maalste dagen van volmaakte orde. Een anderen keer gingen we des avonds mei de tram door dc I-eipzL- gerstrasse, die behoorlijk verlicht was. Aan den Dónhoff-plaiz echter was al les in 't duister gehuld en weerklonk het knallen van geweerscheten, ter wijl -een politieagent waarschuwde, dat, we alleen op eigen risico en zeker Praehfeig gen, lachte de weer. Is het sarns 11 formeerde 1 e t naar je zin? in- .man voorzichtig, eenïgszins uit het veld geslagen. O, zeker! was het antwoord, ik zal de krant zuinig bewaren, 't Is een prachtige reclame, die recensie van de „Negorhui" Nou juist! viel Zuidmah in, maar wat bedoel je dan? Dat het alleen maar jammer is, dat we de „Negerhut"' niet gespeeld hebben. Wat zeg je? ontstelde Zuidman, niet gespeeld Hoe heb 'k het nou 1 NeeEen actrice was plotse ling-ziek geworden... Toen moesten wo op 't laatste'oogenblik „De duivel yau Parijs" gevenzooals ik ook bekend heb gemaakt voor den aan vang. Het bleek achteraf, dat Guus weinig idee had gehad in een tochtige tent c.e voorstelling van die keïmis-artisten bij te wonen. En toen kalm weg een verslag had samengeflanst door een gedeelte ui; den reman van Harriet Reeeher Stowe letterlijk over te nu m en- De heer Zuidman was woedend. En toen Jeltje weer ziek was, liet hij met zonder leedvermaak den jonker weer de pers draaien. Daaraan kon hij '.en- minste niets bederven. En daarna gebeurde -het eerst dat aan een uitspanning, in een bosch rij ke omgeving, even buiten de stad een studenten-gezelschap was afgestapt, ten einde aldaar een promotie-fuif ie vieren. De gepromoveerde was een jon geling in Insulinde geboren, met een sterk getypeerd Indisch uiterlijk. En nu hadden eenige grappenma kers te Grootbroekerveen Guus weten wijs te maken, dat aa.11 genoemde uit spanning was aangekomen een Indiscn vorst, de prins van Zoetoe-Koelci. Hoe wel incognito, was hij aldaar toch met gróót gevolg gearriveerd. Een prach tig© gelegenheid, meende men, en ook Guus was dit idee toegedaan, 0111 daftr- -van een eu ander in liet blad te ver melden. De heer Zuidman was juist uit de stad, hij zou dat eens fijn op knappen, mogelijk zou hij den prins kunnen interviewen. Voor de studen ten, die door de grappenmakers vol doende waren -ingelicht, was het een subliem idee, een kostelijke grap. (Het interview met den pseudo-prius werd met grooien ernst toegestaan, en had plaats in tegenwoordigheid van allen, in de groote koffiekamer van het hotel, •igeerde verslag, benevens een gefin-1 me|. levensgevaar verder mochten rij mend bericht betreffende de benoe-Jdeji. De wagenbesludrder had er geen mins tot ridder, laten staan 111 'het trek in, maar een "moedige conductri- 1, hetwelk bij Guus was bezorgd. ce n!lïa z;jn pla<-ys ju 0n in razende Alleen in dat. Alvorens nu echter, ver- vjuy-fc stoven we door het bedreigde i gebied. We hadden bij de inspectie aan de Spittelmarkt drie treffers ge kregen, maar de Berlnnsche Kenau 'éu."it\veo passagiers, die het erop had den gewaagd, waren ongedeerd geble- 'veh.'-En de Spittelmarkt was weer ver licht en liet gewone leven van de we reldstad ging ook daar in' zijn beken- kle banen, alsof er nooit een Sparta- F*» pen, die door een woeste bezetting met inbed werden verdedigd tegen de aan stormende regeeringsi roepen. Zoo is het steeds geweest, zelfs in de Ka pp dage 11, hoewel toen een al- gémèene staking het verkeer had stil. gelegd en geen enkele krant' ver scheen, waardoor do bevolking, veel. zenuwachtiger was gemaakt, dan bij de vorige gelegenheden. Iu liet een der é.1 Ta drukken, was dit zetsel uil don vorm genomen en een van tc vo ren 'gezet jaarverslag van de boeren-, leenbank er in geplaatst, zoodat in alle andere nummers de grappenmakerij mri- tien heer Luttelhof niet werd op genomen. De studenten hadden dus,' wiit betreft de. bestelde exemplaren^; een onverwachte sol. Guus heeft het ware nooit begrepen. Maar de* joitrhalisti'ek" "had -' aiSailH? voor hem toch alle aantrekkelijkheid verloren. Hij zag er niets meer in. -Hij bedankte voor de eer, Ook. de oude heer Luttelhof vond het betci', dab zijn zoon naaf iets anders' om zag. Dit was het roemlooze einde van de-' journalistieke loopbaan van jonker Guus. J Toch wel jammer, vond de mees terknecht, h:j begon het draaien aan|,riim van ^en g(r[jf| opwinding en bot- «j -"-o aardig te leeren. - - de pers al Brieven uit Berlijn (Van onzen correspondent). BERLIJN, Juni 1923. Toen iu November 1918 de ineen storting \-"n de fronten der Centxa- ingen, 111 de omgeving het doodge wone gangetje. Wij hebben al de woe lingen van nabij meegemaakt eu hebben daai.bij kunnen constateeren. dat telkens slechts enkele tienduizen den actief aan den strijd deelnamen, terwijl d-c overweldigende meerder heid van de bc-volking der' millioenen- siad volmaakt, passief bleef en dik-; werf zelfs scheen, zich van al dat ge doe niets aan te trekken, ja liet niet, èens waar te nemen. We hebben deze indrukken eons opgefrischt en onzen lezers verteld, omdat hierin een troost voor het troos teloos schijnjénde heden opgesloten ligt. In onze brieven, die telkens een schels van een zijde van het leven hier beproefden te geven, was dit beeld veelal niet bijster vroolijk. Men liet ec-ne na bet andeFe, einde- het misleide Duitsche volk >'«1 «P politiek, «oilcmlwh. f I I ,r cultureel eu moreel gebied, dat niet ergeefs hud gebloed^en alle (taM> op„,:kp,jd sltn,t eu aanleiding geeft over diirchhblten en Teutonenkrachi ij del bleken ie zijn geweest, «-aasde ten revolutiestorm door de Duitsche sleden en bij dozijnen vielen de kro nen in het stol. De revolutiedag te Berlijn was er een van in automobie len rendrazeude matrozen, soldaten en arbeiders, dronken van revolutie- ui vrijheidswoorden, van kerels, die, •oorop de vrachtauto iu hst wild za-" en rond te schieten, van gebrul vdóa.- het nieuwe en tegen het oude regime, terwijl de straten vol waren van eón meejuichende menigte, die waad.de door een dikke laag van krantenpa pier, extra-uitgaven van de Wor- wiirts en strooibiljetten, dis in mil- lioenen exemplaren waren verspreid door krantenventers, omhooggesme- len van fietsen en taxi's, naar bene den geworpen uit vliegtuigen, een me nigte, die de enkele officieren en sol-; daten, dio zic'li nog met de distinctie ven van liet keizerrijk durfden te ver- tooncn, deze hardhandig van de uni- form rukten én 'waaruit voortdurend het tumult van kleihe mzietjes en het roepen van hoch en nieder opklonk. En in den avond was het in de stad een troosteloos beeld van diefstal en verkwisting van rijkseigenclommen, tot het ophangen van een somber beeld Van het leven in het tegenwoor dige Duitschland. Maar bij alle onder linge veeten, bij den onverkwikk'elij- ken strijd om het bestaan met ellebo gen en hakken, bij de tallooze teeke nen van verwildering en verwording mogen de bovenstaande episoden de hoop wettigen, ja de overtuiging ge ven, dat de vele rotte plekken aan de oppervlakte zich toch nog niet. heb ben kunnen doorvreten tot aan de goedé kern van het "Duitsche vo'k. Ook deze kern is ziek, maar het is een economisch lijden eu al dreigt de epidemie van verwording ook haar aan te tasten, al maakt de economi sche koorts het lichaam vatbaarder voor complicaties, tot dusver is het Duitsche volk als geheel toch nog voor nioreplen ondergang bewaard geble ven Ondanks schiefer, woeker, spe culatie en krasse winzucht, ondanks toenemende speelwoede en danskoorts, ondanks slechte films en smnakbeder- vande tooneelstulcken, walg'ingwek- kende cabaret-,,kunst1' cn frivole ope rettes. e Oip het oogenblik, dat deze regels 'geschreven worden, is er nog geen kijk op een oplossing van het grocle Het kwijnend Tooneel in Nederland Een diagnose en een geneesmiddel j zooveel uitbundige pret gevierd als een of twee dagen met een geweldigen Guus, in hooge mate op dien dag, toen ecu man van dokater. We hadden volkscommissaris- de tijd ntb: We i 'kt al la: viel van dé pefA Sifter .nt dien zoogenaamden prins inter-Urn gekregen en een aantal hoo:, ;e\vde. Ze verkneukelden zich verder ambtenaren waren uit hun ministeries iet weinig, dat al die nonsens tot in I gezet, maar al ras begon men iu Je k:eins:e bijzonderheden in de-zien. dat de omwenteling wel onder Droctbrockervoc-nef'~<>\x worden op- [de leuze: „-.rede, vrijheid, brood" de .nemen. Er werden Guus dadelijk I loppeu van liet oude regime koi, vei. ..xemplarcu Deze moe;l|lc», maar dat dit nog niet heizeifde -. ci, g'ue ze.- ex.. inpi.'i.'eii h- becn. 1 bctee..tr«u6. al» bet vêrsnjgeu van er v.aren ei. dio /i;li voor moer i vrede, van vrijheid en van brood. Al u ;iea nuremers opgaveu. Dc oplu-1 ireel gauw kwam er oneenigheid onder gende ziekt© wellicht nog niei. tot het merg zijn doorgedrongen. Moge zoo niet reeds deze zomer, dan toch de herfst dat oogenblik brengen en als September zijn witte buien blaast het. dichterwoord ook voor Duitschland iu vervulling gaan, dat dan .straalt door al uw blinde dampen De -jag, die uit uw don'ter daagt!" H. BI. KOELENSMID. Iu mijn artikel over ,,lJe Malaise en het Tooneel" in Juni van het vori ge jaar schreef ik o-a. in ons blad over de tooneeltoestanden in Neder land, dat die zóó treurig waren, dat het bijna niet erger kon. Wij zijn nu een jaar later en... hèt is nog erger geworden. De secretaris van riet -\o- derlandsch Tooneelverbond, de keer Hijmans, schreef terecht in zijn ver slag over het afgelopen jaar, dat de toestand nog nooit zoo jammerlijk was geweest. „De. too.neelgezelschappen" - zoo schreef hij woordelijk „lijden een bedelaarsbestaan." Eeu slechter seizoen dan 1022'23 heeft men in do tooneehvereld nog niet gekend en men vraagt zich dan ook met zorg af, wat de toekomst voor het tooneel moet brengen. Het tooneel iu Nederland is ziek, doodziek en som migen vreezen, dat het aan bloedar moede zal sterven. In den laatsten tijd hebben vele ge- neesheeren de diagnose gesteld en middelen tot genezing aangegeven- De voorzitter van het Tooneelverbond, .Jhv. A. AV. G. van Riemsdijk, ziet dc kwaal voornamelijk in het tegenwoor dige vlakke spel en verwacht alleen heil van de stichting van een gezel schap met „sterke sjpeelkrachten op dat het .publiek, dat volgens hem en kei om de groote spelmomenten naar de komedie gaat, weer van spel zal kunnen genieten. De heer Van Dalstim, een van onze eest incderno toonselspelers, in 2ijn avtistlèken smaak zeker een antipode van den voorzitter van het Tooneel verbond, stelt een veel radicaler mid del vor. Hij wil evenals Copean alle schouwburgen sluiten, al is het dan ook voorlöppig slechts voor den tijd van... tien jaar! Wat hij.en zijn collega's in die tien jaar moeten gaan doen, vertelt hij er niet bij- Herman Kloppers, ook een der hervormers van de toekomst, zoekt naar het geconcen treerde drama, het drama van weinig -woorden en meerdere actie. Of dat het iU'eanum is, zullen wij misschien kunnen beoordeelen over eeuigeu tij re, als hij naar Holland, terugkomt om ons uit heilmiddel tc brengen, ik vrees echter, dat men met het bouwen van deze uchttooneefen'ons tooneel niet uit het mceras haalt. Laat ik daarom liever op den beganen gropd blijven. Oök ik neb mijn diagnose gesteld cn ik'wil trachten een der geneesmidde len aan te geven, die in de gegeven Omstandigheden den patient Het best cp de been zouden Kunnen houden. Want'dat'hij móét'blijven leven, daar van zal zelis de lieer Van Dalsiuu in zijn hart'wel overtuigd zijn. Men kan daargelaten, ot men liet werkelijk 1 willen de schouwburgen nu eenmaal niet sluiten, zoolang er nog fcotoBeelg^glm|s.vu.,entooneeispeel'stsrs zijn.' is' ergens drukt do economische ma laise zwaarder op hef tooneel. dan in Nederland,! Er is geen Luid, waar het tooneel nijfc zooveel moeilijkheden te kampen hééft, als het onze. Er bestaat Nederland geen oprec h t e, geen waaraciiii g e b e a ng- stellin'g 111 0113 nationaal tooneel. O, ik erken, dat dank zij vooral lloyaards en A'erkade er een tijde- lijke opleving is geweest, dat men i:i intellectueele kringen iets meer voor het tooneel is gaan voelen, maar dat beteekent nog niet, dat er bij ons volk een werkelijke liefde is voor het tooneel- Wie eenigea tijd in het bui tenland verblijf houdt, zal onmiddel lijk het verschil vcelen. Kom in een Duitscli pension en spreek er met de gasten over bet too- i neet en gij zult verwonderd zijn, hoe - olkomen zij allen op de hoogte zijn an de tooneèlliteratuur zoowel de klassieke als de modernevan hun land, van de tooneelbeweging, haar streven en de resultaten. En nog meer :al het u verbazen, wat zij hebben gezien! Trouwens men behoeft in Duitschland maar in een theater te komen om te voelen, hoe de Duitscher met het tooneel medeleeft. Zelfs in de moeilijkste'tijden is hij het töoneel trouw geoleven. Heeft Cornelie van Oosterzee mij niei verteld, dat zelfl's de Novemberdagen van 'IS, toen in de straten van Berlijn herig gevoch ten werd, ds schouwburgen door speelden niet alleen, maar zelfs stamp vol warén. Had zij het persoonlijk niet meegemaakt, dat de lijken dei- gesneuvelden bij de gevechten om het „Schlosz" in het voorportaal van de opera .werden; gedragen, terwijl Caar binnen Carmen werd gespeeld? En met de andere theaters ging het pre cies zooWaar zoo groote liefde is, kan het tooneel niet sterven. Ook in Frankrijk is er waarachtige belangstelling. De Holière-herdenkülg werd een nationaal feest. Voor de Franschen 'beteekenen Molière cn. zijn tooneel de roem van Frankrijk. Tooneelspelers als Féraudy, Le Bar- gy, Lucien Guitry, de Max belmoren inwerkelijkheid tot de groote mannen van Frankrijk. Men zou zich daar niet kunnen voorstellen, dat zij - zooals in Nederland de tooneelspe lers blijkens de jaarlijksche decoratie- lijst door de Regeering zouden worden gelijkgesteld met een kom mies of ambtenaartje, derde klas 1 En wat is de. dramatische kunst in het land van Ibsen en Bjórnson, in het land van Strindberg? Hoe is het nu in Nederland? Een belangrijk deel der bevolking houdt zich om godsdienstige redenen verre van het tooneel. Hierdoor alleen is in tegenstelling met landen als Frankrijk en Duitschland bet too neel in het toch al niet groote Neder land aangewezen op ^slechts een ze ker percentage van de bevolking- Maar zelfs bij dit schouwburg-bezoe kend deel missen wij de waarachtige liefde voor het tooneel. In het afgeloopen seizoen hebben tp Haarlem 53502 betalende bezoe kers de 173 voorstellingen bezocht hieronder zijn de 18 volksvoorstellin gen met 12119 bezoekers niet gerekend dat wil dus zeggen, dat van de ruim 12Ö..0G0 inwoners van Haarlem en om streken gemiddeld nog geen 50 I eenmaal in het jaar op de gewon 0 voorstellingen in den Stadsschouw burg zijn geweest. Hen, die do dure prijzen als oorzaak mceuen te mogen noemen, wijs ik naar het zoo herhaal delijk ioege „schellinkje" en de al tijd stampvolle schouwburgen in Duitschland. In ons land is het tooneel niet, als iu het buitenland, een levens'oenoer- to voor de nienschen. Ons volk is er ook niet voor opgevoed !i Zelfs niet het intellectueele deelFranschen en Duitschcrs kennen hun klassieken* Wat weet do Hollander van Vondel, Bredoi'oo en Hooft Amper dc namen der werken, die ze geschreven hebben on een enkelen versregel als „Waar word' opréchter trouw". En de jeugd? Hoeveel steden zouden er in Neder land zijn Haarlem is een gelukkige uitzondering waar men door school voorstellingen onzen jongens en meis jes lmfdc tracht bij te brengen voor do dramatische kunst. Een leeruur ta Haarlem vertelde mij onlangs, hoe hij twee jaar geleden i-'cstspiele voor de jeugd le Aveiasar had meegemaakt en hce eiken avond weél' liet theater »campvol zat met jongens .en meisjes, die van heinde en ver v. aren gekomen cm een week lang Duitsche Klassieken in model-opvoe ringen in do Btad van Gcethe en Schiller tc zien. En elke wee:; weer kwaaien nieuwe stoeten van jongens cn meisjes naar V. cimai' en op den laatsten avond trok men onder het licht der flambouwen dool- de stad 0111 kransen en bloemen neer te leg gen aim deu voet van het standbeeld sail Goethe en Schiller, de twee dich ters, wier namen alleen reeds een symbolische betcekenis hebben voor de Duitscho jeugd. De Hollander ziet het tooneel over het algemeen uitsluitend als a m u s e- 111 ent, den schouwburg als een p 1 a a t s v a n v e r xa n a k. In het „Rapport van de Rijkscommissie voor Dramatische Kunst'' stond wel te lezen, dat ,,o.?u hoogstaande dia- ma tischo^ kunst én op zieh zc'E als zelfstandige openbaring van het kunstleven èn als factor van gezonde volksontwikkeüng .metterdaad een mui 0 n a a 1 b 0 1 a n g is, doch van dit besef bemerkt men bij ens volk cn als onmiddellijke afspiegeling daarvan bij onze regeerders maai- bitter weinig. Voor de bewindslieden zoowel van stad als land is het tooneel vrij wel alleen een belasting object, zooals de bioscoop, de tingel tangel en de stööm'caroussel- De dier bare bclastingpeimingen, de 20 dat is voor de bestuurders het eenige na tionale belang, dat zij in het tooneel kunnen zien. Wat heeft men in Neder land van overheidswege feitelijk ooit gedaan voor do ontwikkeling en in standhouding van de dramatische kunst? Jn Duitschland offert uien et zelfs voor, terwijl het land tot bloe dens toe geslagen is. Daar voelt men, dat een volk, dat zijn tooneel verliest, een van zijn meest dierbare nationale bezittingen zou verliezen, daar be grijpt men, dat boven lie; matericele. nog iets hoogers staat, het geestelijke Toen een „zonderlinge" Haarlem mer zijn stad indertijd een theater aanbood, gingen er zelfs stemmen van verontwaardiging op, omdat hij ons ben schouwburg eu geen overdekte zwemplaats schonk, vroegen velen iu ernst, waarom c'.e stad een gebouw van vermaak rijker moest worden inplaats van een instelling van practiseh nut! Wie zou in Haarlem in dezen bsnar- den tijd met het voorstel duiven aan komen om ch dramatische kunst „nationaal belang'*' volgens de Rijkscommissie door geldelijken steun op de been te helpen houden Zou men niet in koor uitroepen, dan daarvoor in een tijd van malaise aller laatst geld zou mogen worden gege ven. E11 toch, wil men niet, dat het too neel aan bloedarmoede in Nederland zal sterven, clan zal men .het dien steun in dezen tijd van malaise op den duur niet kunnen onthouden. Wanneer ook bij onze bestuurders het besef levendig wordt, dat een hoogstaande dramatische kunst een nationaal be lang is, dat de dramatische kunst zooals enkele leden, „behoorende tot dc kringen in welke dc bezwaren tegen het tooneel het sterkst leven" iu het rapport der Rijkscommissie hebben erkend, „menigmaal levenskracht, troost cn levenszuivering schenkt", dan zullen zij zich aan dien steun niet mogen onttrekken. in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag is dat besef althans levendig gs- rorclen. In Haarlem eu de verdere irovincie nog niet. liet zou men ergeve mij 't woord de meest er gerlijke kruidenierspolitiek zijn, wan neer men het anemisohe, kwijnende lichaam kalm liet sterven door liet de laatste 20 bloed af tc tap pen, zon der het ook de versterkende midde len te verstrekken, waardoor het al thans kan blijven voortbestaan. Mcn'denke niet, dat ik overdrijf: Wanneer men doorgaat met 20 be lasting tc heffen zonder eenige tegen prestatie, dan zal het goede tooneel gedoemd zijn te sterven en zullen óp den duur alleen do parasieten de bioscoop cn de amusementskunst kunnen blijven bestaan. Men lielpe de .dramatische kunst dóór deze moei lijke tijden héén. En verder zorge men door goede volks- en schoolvoor stellingen liefde te kweeken voor het tooneel, zoovel bij het tegenwoordige publiek als bij Eet publiek van de- toekomst- Voor de verdere ontwikkeling van het tooneel hebben dan zij te zor gen, die er in de eerste nlaa.ts verant woordelijk voor zijn: do leiders en de tooneelspelers, J, B. SCHUIL.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1923 | | pagina 30