De man uit Maloba Rubriek voor onze Jeugd Het zilveren feest HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 1 SEPTEMBER f923 - VIJFDE BLAD UIT DE NATUUR NAZOMER IN DE DUINEN. Al is het pas Augustus, het lijkt ul herfst. De groote hoeveelheid regen heeft ook de duinplanten doen groeien en van verdroogde bladeren en ge drongen groei, zooals anders om de zen tijd van het jaar, is nu geen spra ke. Wie de geweldige ontwikkeling van planten op zandgrond eens wil zien, kan niet beter doen, dan den Zeeweg eens langs wandelen. Aan heb begin treft ons een vreemde plant, vlak tegen den grond liggend en tot mijn verwondering ook al afgevreten door de konijnen. Vroeger zag ik nooit dat 'dit Kali- of Loogkruid, ook wel Russische distel genoemd, aan gevreten werd door de laugooren. Maar deze worden hoe langer hoe slimmer. Door do halve maatregelen, die de duineigenanrs nemen tegen do konijnen, hebben deze zich weer sterk vermeerderd. Al mag er eens een en kele duinbezitter zijn, die ernstig pro beert de konijnen ,,kort te houden", zooals de term luidt, op de duizenden hectaren duinen kunnen deze diertjes zich, door een tekort aan natuurlijke vijanden, zoo vermeerderen, dat ze zich ook verspreiden naar do duinen, waar er biet zooveel zijn. In de stre ken met veel konijnen komt spoedig een tekort aan voedsel, omdat ieder eetbaar plantje afgeknaagd wordt. De langooren trachten dit te boven te komen, door planten te beproeven, die ze tot-nu-toe vermeden en door de bovengenoemde emigratie. Dal. bei de manieren lastig zijn en schadelijk voor de duinen laat zich begrijpen. Steeds moeilijker wordt het voor den plantengroei, om het mulle duinzand te overdekken en tegen verstuiven te bewaren. En de duineigenaar, die in plaats van konijnen dennetjes kweekt en van mooi wilde planten houdt, ziet tob zijn spijt, dat ondanks con kost bare afrastering, er toch aan zijp troe telkinderen gevreten wordt, door die ren die er in geslaad zijn over de af rastering bekomen of door jongo exem plaren, die door de mazen kropen en na gegroeid te zijn niet meer terug konden of wilden. Nu beweren tegenwoordig de duin eigenaars, dat zo zooveel moeite doen om de konijnen uit te roeien. Nu, zoö lang ik nog uit zeer goede bron hoor, dat er honderden losgelaten worden uit een andere streek voor „blocd- verversching", geloof ik daar nog niet veel van. De langooren worden uit hun holen gedolven, levend verzonden in man den en, na gemerkt te zijn met een knipje in het oor, losgelaten. Dat merken is om ongeveer na te kunnen gaan, hoeveel van de geïmporteerde dieren er na een klopjacht nog over kunnen aijn. Ook geloof ik nog niet veel van- ernstige konijuenbestrijding, zoolang het radicale middel, dab op Texel al met succes toegepast is, nl. het uitrei ken van een groot aantal machtigin gen tot het dooden van schadelijk ge dierte, niet toegepast wordt. In plant- sen als Zandvoorb en LTmuiden zijn, vooral tegenwoordig, tientallen ter zu- ko kundigen, die zich belangeloos niet konijnenvangeu bezig zouden willen houden. We slaan een zijpad in, dat door een heuvelachtig terrein voert, half bosch, half open duin. 'b Is donker weer, dus het konijn denkt al dat het avond is en is overal aan het eten. Op onze komst zitten ze een oogen- blik onbeweeglijk stil, om dan met groote sprongen in do boschjes te ver dwijnen. m een afgerasterd aardap pelveldje zitten er wel zes of acht. Ze rennen naar een plek, waar een gat is onder het- gaas en zonder zich te vergissen in de plek, verdwijnt de een na den ander in het vrije duin. De liefhebbers van de „edele" klop jachten kunnen zich in de handen wrijven 't zal heel wat opleveren dit najaar. De eerste bessen beginnen al te kleu ren, wat een teeken te meer is van den naderenden herfst. Het kardinaals- hoedje heeft al een roode tint en de guirlandes van de Hegeerank zijn al getooid met tientallen kraal-roode bessen. Maar het loof van hoornen en van de lage planten is nog te groen. Het 13 ook pas Augustus, de nach ten zijn nog niet koud genoeg om herfstkleuren te krijgen. Vooral in de donkere bosclijes, staan donkergroe ne rosetten van liet Zenegroen (Ajuga reptans), dat in Mei met blauwe bloe men bloeit. Na den bloei vormen de planten nïtloopers, die weer nieuwe plantjes voortbrengen. Ze staan er frisch bij, heel wat beter nog dan in het vorig jaar, hoewel er toen ook al flink regen viel in den nazomer. Maar de meeste planten herstellen zich niet direct van de droogte-perio de, voor sommige teerdere' soorten wel een als orchideeën kan het jaar duren. Op den terugweg vliegen een paar patrijzen op, nu kleine grauwe hoen ders. Er zijn er niei veel dit jaar, daarvoor is de oorzomur te koel ge weest. Rat rijzen zijn echte steppen- dieren. We wandelen weer lerug langs den Zeeweg, llier en daar zien we hoe de gemeente Hloemendual niet succes booineu geplant hoeft, om den weg wat m heb groen be zetten. Keu be planting met. populieren past geheel in de omgeving en doet prettig aan, één aan liet begin van den Z be weg met een altijd-groen conifeortje past; meer in een park dan op een weg door (le duinen, waar we toch ook rekening moeten houden met het landschap. Een heel mooi uitzicht hebben We van den Zeeweg naar links, oo heb Kopje. De duinen, die daar kenijnen- vrij gehouden worden door hootre af rasteringen, zijn er begroeid door een jaarlijks liooger en dichter Wordend dennenbosch. De den is de boom van de toekomst, in de duinen, vooral de bergden, die met zijn lage groeiwijze zoo past in het landschap. Maar zoo lang het konijn ovc-rheorseht, is er op den Zeeweg voor dennen geen plaats, die zouden toch maar kaalgevreten worden. Waar do weg aan de spoorbaan komt hij Overveen, kunnen we een mooi staaltje zien van het vastleg gen van stuifzand, met eon Ameri- kaansche soort zonnebloem, de aard peer of To'pinam bour. Op rijen heeft men daar knollen geplant van deze plant, die ieder een stengel geven van ongeveer anderhalve!! nieter hoogte, zoodat de wind gekeerd wordt en het, zand blijft liggen. In November ko men er knollen aan de planten, die in vorm op aardappelen en-in smaak op schorseneeren gelijken. Bloemen ko men er in ons klimaat bijna nooit aan. Toch is de plant absoluut win terhard en zou ni. i. pok met succes in stuifduinen gebruikt kunnen wor den, om tijdelijk liet zand vast te leg gen en begroeiing mogelijk te maken ïuet echte duinplanten, indien niet (het verhaal wordt eentonig) de ko nijnen buitengewoon verzot waren op de aardpeer. Maar toch is zoo'n geslaagde proef met het vastleggen van stuifzand een mooie belofte voor de toekomst. Want onze duinen \ormen onze ectiige ver dediging tegen de zee, die we wel in goede conditie aan ons nageslacht mogen afleveren. En we kunnen met plezier constateeren, dat hel rijk en enkele particulieren bezig zijn hun duinen door dennenbeplanting in zoo'n goede conditie te brengen. We kunnen dit zien bij Wijk aan zee, Ber gen, Schoorl en op nog enkele plaat sen, ook, maar plaatselijker, bij Over veen 0ui Bloeinendaal. C. SIPKES. ËiiSrlefe foor Vragen VRAAG: Miju broer kreeg buiten diensttijd een ongeluk. I-lij verdient een vast weekloon en ontvangt van particulieren geen ziekc-ngeld of steun in anderen vorm. Heeft hij recht op ondersteuning door den patroon? I ANTWOORD: Ilij heeft recht op zijn loon, zoolang de dienst- hem niet is opgezegd, ook al is hij door een on- geluk hem overkomen, niet in staat izijn arbeid te verrichten, maar on dersteuning behoeft de patroon hem niet te verleenen. j VRAAG: Zijn er nog bouwvereehi- t gingen hier ter stede, waarbij ik mij zou kunnen aansluiten om legen bïl- jlijke vergoeding iu het bezit van een huis te geraken I ANTWOORD: Er zijn hier tal van Ibouwvereenigingen. Of zij echter nog leden kunnen aannemen,is ons niet bekend. VRAAG: Eenige maanden geleden is 1 te Bennebroek een onderling zieken fonds Opgericht. Soortgelijke vereeni- gingen zijn 1o Nieuw-Venuep, Hille- gom. Lisse vereenigingen). Sassen- llieiin, Zand voort en Uitgeest gesticht, j Kunt u mij de namen dezer vereeni- I gingen opgeven, alsmede de adressen i der secretarissen I ANTWOORD: Ons niet bekend. VRAAG: Weet u een afdoend middel tegen zwammen die onder den vloer j der woning leven? Binnen eenigen tijd zullen de planken vergaan zijn. I ANTWOORD: Dit is een gevolg van i vocht. Neem de zwam lieelemaal goed tweg en zorg dat de vloer en ook er ouder zoo droog mogelijk wordt ge- hoifden. Raadsels De raadselpiijzen voor de maand Augustus zijn bij loting ten deel gevallen aan: DE KLEINE VIOLIST, WILLEM III en BRUINOOGJE te Haarlem, di Woensdag 5 September bij mij mogen afhalen. (Deze raadsels zijn alle ingezonden door jongens en meisjes die „Voor Jeugd" lozen.) Iedere maand worden onder de beste oplossers drie boeken in prachtband ver loot. 1. (Ingcz. door Moedorplantje.) Mijn geheel is een spreekwoord vaai 41 lettors. 6 7 8 18 is een vrucht. 20 43 17 is een vogel. 8 1 2 11 28 zijn (u-sschen de bergen. 19 20 is 21 22. 30 14 15 29 is niet laag. 10 5 39 is een lidwoord. 36 41 40 3 is een jongensnaam. 42 31 24 33 32 is oen ander woord vooi 12 27 6 is een metaal. 13 11 24 33 37 S 23 is een plant. 16 41 6 29 is in de meeste huizen. 33 34 35 13 32 is niet open. 4 5 25 51 28 is de verleden tijd van doen. 26 11 28 is een boom. 2. (Ingez. door den Kiemen Spoorman). Een toilet artikel en een bloem vormen samen den naam van iemand, die in li cbaamskracht of behendigheid uitmunt. 3. (Ingez. door Zeeroover.) Ik ben een 'I tali aan sche rivier. Zet et een medeklinker achter en ik word meis jesspeelgoed. 4. (Ingez. door Zeester.) Zet achter een zitplaats, de eersie letter van hel alfabet en go krijgt een ei'and in Oosl-Indie. 5. (Ingez. door Witto Muis.) Ik ben een meisjesnaam van 4 lettere. Verander mijn 2de letter en ik word een eiland in West-ïndië. 6. (Ingez. door Zwaanridder.) Door mijn eerste wordt mijn tweede in beweging gebracht. En mijn geheel is een vaartuig. Raadseloplossingen De raadseloplossingen der vorigo week zijn: 1. Roem vervliegt ais rook. 2. Aalsmeer. 3. Zooals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten. 4. Rogen'boog.^ 6. a. Zijn twee bc-enen. b. Zij moeten beiden .op hun tc-'.len passen, c. Triomf, d. Als ze geen grond meer voelen, e. nat. Goede oplossingen ontvangen van: Laatste kwartier 6 De kleine Vogelvriend 6 De kleine Violist 6 Spring in 't Veïd 6 Lentebode 6 Sneeuwballetje 5. Neerlandia 5 Bo3chwachter 6 Wilgenroosje G Juffertje Onrust 6 Willem III 5 Denappeltje 5 In- dramajoe 6 Lachebekje 6 Matroos 5 Bruin oogje te Haarlem 5 De kleine Spoorman b Volenilaramor 6 Napoloon 6 Vriendinnetje 6 Buitenman 6 Montbretia 6 Moeder- plantje 6 Robinson 6 Kuagelijnlje 6 Trip peipoot 6 Jolian de Wit 6. Rallrnlirlek L.UCIA GERRITSEN, Schooilaan 25 Bennebroek, verzoekt 'aan Heideplanljo of deze haar op Woensdagmiddag of op Zon dag oens zou willen bezoeken. De wedstrijd Wedstrijd 1: Indramajoe, oud 11 jaar, Bruinoogje te Haarlem, oud S jaar, Kna gelijntje, oud? Trippelpoot, oud? Witte Muis, oud 15 jaar. Wedstrijd III: Lentebode, oud 13 jaar. Inzendingen out vangen van: Tuinierster, oud 14 jaar, Robinson oud 3 jaar. Buitenman, oud .9 jaar, Montbre tia, oud 15 jaar. Moederplantje oud 7 jaar Vriendinnetje oud 11 jaar. Wedstrijd IV: Wille Muis, oud 13 jaar, Johan Je Wit oud 13 jaar. Het Gelukskind door W. B.—Z. „Lieve, kleine schatten," sprak de juf- Mevrouw was ook vol aandacht. Hoe- vele moedertjes zouden gelukkig zijn met één zoo'n kleuter. Dat kleine zwartje Jeèk heusch wel wat op haar verloren kindje. Als dat kindje eens een mooi jurkje aan liadl Arme kinderen! Maar de juffrouw had toch ook verteld, dat ze straks mei Kerstmis SoerUjk feest vierden, als er tenminste nog goede mensóhen waren, Maar natuurlijk, waren die er! Voor zulke kleine sciiatjes zou men alles over hebben. Opeens heeft ze een gedachte, een mooie gedachte, de beste sinds langen tijd. „Brengt U vast uw kerstgave, ik wil de mijne geven," zegt ze tot haar gezel schapsjuffrouw. De juffrouw weet niet, wat ze hooit, maar mevrouw opent reeds het hek, doet i de schel luid weerklinken. De kinderen staken hun spel en kijken met verwonde ruig maar de beide d3tnes. En de rijke mevrouw spreekt met den directeur. Ze opent haar tascn en ze reikt hem eenige bankbiljetten over. De goede man staart haar aan, a'sof ze een engel uit den hemel was. Of de da mes het heele gebouw eens zien willen? Ze volgen den Directeur door de groote zalen, waar alles helder en netjes is. üc rijke mevrouw en de eenvoudige g< zclschapsjuffrouw hebben zoo haar eigen gedachten. Als mevrouw de zalen ziet met de witte muren en de houten kribben en het grove beddegoed, dan moet ze terug denken aan dat mooie s'aapkamer-ameu blementje, dat zij voor haar kleine schat had gekocht. En als ze dan in een der zalen kinderen in uniform-kloeten ziet zitten aan lange tafels met tinnen horden waarop dikke grove boterhammen liggen, tlain moot ze terugdenken aan de fijne kostjes, toegediend op mooie gekleurde schaaltjes voor haar kleine lieveling. En als ze dan ten slotte weer op speelplaats komt bij de blonde en bruine kleuters, kan ze niet laten er ecu uit den kring in haar armen te ineuien. Het klei Ijo laat zich kussen en strelen. Ilct is z warm en zoo zacht in de armen van ri rijke, voorname dame. De andere kin' ren drukken zich tegen haar aan, aar haar zijden japon, strijken langs het bon: van liaar mantel. Weg is alle verlegt beid en schuchterheid. De directeur noodigl de dames uit het Kerstfeest bij :e wonen, dan kan <ie dame zien, hoe goed haar gave wordt be sleed. De juffrouw wil het antwoord uit me zich eigenlijk weer de tegenwoordigheid van haar mevrouw bewust. Deze rond gang was voor baar een terugkeeren naar haar jeugd. Iedere zaal sprak een taal uil het verleden Wordt vervolgd.) Brievenbus Brieven aan Ce Redactie van de Kin- derafdceitng moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG—ZEEMAN, v. d. Vinnestra'at 21rood. (In de bus gooien zonder aanbellen.) WILGENROOSJE. Jij hebt nog eens een heerlijke vacantie gehad. Was je nog nooit op Marken geweest? Nu is zeker lcoven weer de boodschap. LENTEBODE. Ja wedstrijd III w een heel stuk werk. Nu hoop ik Woensdi den uitslag te vermelden. Dus jij gaat nog een verlengsiukje aan de vacantia maken. Teel plezier in Voorburg. Gezel lig, dat moeder en zus je komen halen. Kieuper ei dan maar lustig op los. 't Zal je op de Huishoudschool ook wel goed bevallen. Leuk dat jullie allemaal het boek van broer gelezen hebben. TUINIERSTER. Je papier was knap genoeg. Postpapier is heusch geen ver cischte. Ik wil graag gelooven. dat je mee: dan genoeg van "t pennen had, toen Wedstrijd III klaar was. Zeer benieuwd ben ik naar den beloofden brief. MATROOS. Dus je bent al weer flink aan 't leercu. 't Was te begrijpen, dat de vader maar zijn kindje verlangde, maar ik kam me best voorstellen, dat je thuis aan liet leege piekje moei wennen. Moeder heeft het natuurlijk heel wat rustiger. VOLENDAMMER. 'k Vond het leuk weer eons wat van je te hooren. 'Verveel Je je niet een beetje nu de vacantie zoo lang duurt? Wel prettig om in een nieuwe school tc' beginnen. Alles is dan nog als een blad wit papier. Hartelijk geielici teerd met je verjaardag. Ik hoop, dal hot een heel prettige dag voor je zal zijn. Je hebt daar in Drente maar heerlijk geno ten cn veel moois gezien. Je fiets kwam je maar goed van pas. JOHAN de WIT. Jullie schijnen zoo zoetjes aan weer op honk te komen. Waar heb je gekamnec-rd en hoe 'ang Dat vrije leven in de mooie matuur is iets heerlijks, hè. Knap zoo, dat je nu ook je zwem diploma hebt. Maar nog knapper is het. dat jo straks U. B. S. leerling ben:. Dan maar dadelijk flink gaan aanpakken. Je opstel vond ik housen niet hopeloos. Dus tot de volgende week? KXAGELLJNTJE en TRIPPELPOOT. Bij jullie wedstrïjdwerk heb ik vruchte loos gezocht naar 'eeftijden. O, wal een domme konijntjes. Is 't goed bevallen op school? Wel jammc-r, dat de boottocht voor een deel in 't water viel. Leuk, dat jullie nog langs je oude dorpje voeren. Jullie schrijven over de wedstrijden in 't meervond. Ik vónd al'een wedstrijd 2. Er is toch niets weggeraakt? NAPOLEON. E: ben blij, (lal de groote veldheer ook weer op komt dagen. Je bent in de vacantie nog al eens op 't -r geweest. Maar gelukkig niet staags geraakt, hè? 't Is jammer, dat, de zomer too raar doet, maar we zullen don moed er maar inhouden. Je ingezonden KUlsel is goed. VRIENDINNETJE. Je verzoek heb ik i de Ruil-Rubrïck gezet, dan zal Heide- plantje het zeker lezen. Ik hoop. dat ju*- e on deze manier nu samen kennis zul- BUITENMAN. Wanneer is het bij jullie feest? En zing je dé liedjes op school of buiten? MONTBRETIA. Je maakt het zeker! goed, want ïk vond je schrijven zoo op gewelkt, Je wedsErijdwerk heb" ik in goede orde ontvangen. Dat was voor jou een mooi tijdverdrijf. Als de zusjes eens in Haarlem komen, moeten ze maar eens bij me aankomen om naar postzegels to kij ken. Voor een pas-beginner heb lk er nog MOEDERPLANTJE. Ga je weer met plezier naar school? Na de groote vacan tie is het eerst altijd wat vreemd, maar ons dagelijksche werk went tooli weer gauw. ROBINSON. Prettig, dat jij er ook weer bent. Neen, ik vond liet niets erg, dat je in de vacantie ook vacantie van de Rubriek nam. Maar nu wordt je web weer een trouw klantje, hè? W. BLOMBERG-ZEEMAN, r. d. Vinnestraat Slrood. Haarlem, 1 Sept. 1S25. door SIMON MOS, Het idee om een feest te geven, ter gelegenheid van het vijf-en twintig jarig huwelijk van het echtpaar Sui- kernian, was voornamelijk van de kinderen uitgegaan. Ofschoon moeder Aafjc nog wel hield van zulke gelegenheden, zij wa-s altijd gevoelig voor attenties op ver jaar- en andere feestdagen, gaf vader Barend letterlijk niets om dergelijke pretjes. Niet, dat hij nu v.enscnte, dat alie herinneringsdagen zoo zonder meer maar zouden worden gepas seerd, maar van bepaalde feestjes, met een heele sleep van familie en kennissen, die je anders nooit zag, moest hij niets hebben- AJs je het goed wilde" doen. kosten die dingen handen vol geld. En d a t was het hem nu juist. Barend Suikerman was een heel goed huisvader, een braaf echtgeuoot. een man uit één stuk, kortom een best mensch, maar hij was erg aan den krenterigen kant. Hij deed niet graag onnutte uitgaven, en alvorens hij er toe overging een dub beltje werkelijk voor een zeker doel te bestemmen, had hij het minstens drie keeren omgedraaid. Barend had alzoo reeds dadelijk ge wild, dat er over die aanstaande ge- beurtenis zoo min mogelijk werd ge- s'proken, ora haar dan in alle stilte, kalmpjes te passeeren. 1. och volgens de kinderen was dit een onmogelijk heid. Deze en gene wist het blijkbaar alook de naaste buren hadden reeds ge-informeerd naar den juisten datum. Er waren er al geweest, die naar een verlanglijstje hadden ge vraagd. Tegenover zooveel blijken van sym pathie kon men toch niet onverschil lig zijn, zoo'n groote belangstelling kon je toch niet langs je heen laten glijden. Daarom waren de kinderen er beslist voor geweest, dat er dit maal een feest- zou worden gegeven, en met liet oog op de vele bezoekers, moest het in een zaal plaats hebben. Dat kwam volstrekt niet duurder uit. De consumptie zou tegen den prijs van de l'lesschen worden geleverd, dus dat kwam vader niet duurder dan wanneer die waren thuis zouden ge leverd zijn- Een zekere som voor zaal- huur en gebruik van servies, enz. zou door de kinderen zelf worden betaald. Ten slotte had vader toen toege stemd. En zoo geviel het dat op Zaterdag- _?ond een groot aantal gasten aan wezig was in de zaal van het café ,De Roskam", om het zilveren feest /an het echtcpaar Suikerman te her denken. Het bruidspaar zat in twee met oen en bloemen versierde rieten leuningstoelenAafjc in een nieuwe ft satijnen japon, Parend in een lange pandjesjas. Bijna alle familie leden in de plaats woonachtig, waren tanwezsg, alsmede vele goede kennis- ien en naaste huren. Aanvankelijk heerfechte er nog te •eel gêne. de stemming was nog te officieel en daardoor min of meer gedrukt. De grammofoon, welwillend door een der buren afgestaan, stond nog geluidloos in eert der hoeken van de zaal. Maar langzamerhand werden de -esprekken luider en de omgang tus- schên de feestvierenden werd vertrou welijker en levendiger, en toen Oom Willem, de grappenmaker in de fa milie, binnenkwam, was weldra het ijs gebroken- Oom Willem, die graag overal het •oovnaamste woord had, en altijd -•oo'n beetje als ceremoniemeester wil de fungeeren, begon, met heel veel vertoon, een groot pak 'os te winden en van talrijke papieren te ontdoen. Als een surprise op Smt-Nicoiaas- nvond kwam ten langen iéste te voor schijn een miniatuur doofpotje in zilver, blijkbaar bestemd als prulle- rijt-je op een etagère-tafeltjc tc wor den geplaatst. Hij schraapte z'n keel e'i richtte het woord tot hot zilveren paar: „Geacht bruidspaar! Heden vieren jullie feesc'.... En jullie herdenkt het "c-nc v.in vrf en-twintig jaar terug natuurlijk.... Feestvieren is herdenken-.. Her denken is feestvieren.... Maar moch ten hij het herdenke- kleine on- Onze Lachhoek. .MODERN. DOCHTER: Mag ik naar de bruiloft gaan, vader VADER: Is dat nu noodzakelijk? DOCHTER: Ik denk het wel. Ik ben n.l. de bruid. DIENSTBODE (van do buren): Me vrouw vraagt, of uw dochter vanmid dag den heeleti middag kan pianospe- n en zingen. DAME (gevleid): Zeker. Ik ben blij, dat mevrouw mijn dochter zoo graag hoort. DIENSTBODE: O neen. dat is bet niet. Maar mevrouw verwacht van middag bezoek van haar huisheer. En nu wil zij een reden hebben om verlaging van de huur te kunnen vra. aangenaamheden, teruggeroepen worden, stop zo den wegDaar om heb 'k d i t geschenk meege bracht.... in zilver natuurlijk... Hier is Een doofpot... Dan kun je dan al die familie-heibeltjes in stoppen 1" Véél te klein 1 werd er uit het gezelschap geroepen. „Hssst!..-. Hou je mond nou!'5 klonk het dooreen. Dat denk jc maar, verweerde oom Willem zich, en vervolgde zijn speech „!t is symbolisch bedoeld, natuurlijk, en dan is-ie groot genoegen daarom ja. waar bad ik 'i nou over Afijn! Bruidspaar..nog vele jaren Gelijkertijd reikic hij zijn cadeau over aan de bruid. Och, och, lachte Aafje, 't is toch 'n leuke, die eigenste oome Wullera. De stemming werd nu van lieverlede wat losser, meer vroohjk en opgeruimd; Enkele familieleden, die een onderlinge veete hadden en nu door het toeval naast elkander waren geplaatst, deden nog war stug. Barend keek van tijd lot tijd hoogst onpleizicrig. Hij zag met ontzetting naar de kellners, die schier geen handen en, voelen genoeg hadden het talrijke gezel schap van consumptie te voorzien. En er werd van alles geschonken en gedron ken, tot zelfs heete chocolademelk. Groo. te genade! Wat zou me dat een geld kosten. Hé! zei oom Willem, toen een kell- ner weer een flesch open trok, zóó mag ik 'i hooren, placht ju'n grootje te zeg gen. -r- 'n Heele lijd, Suikerman, zoo vijf c-a twintig jaar. sprak zwager Hein te gen Barend, die verveeld en gedwon gen op z'n versierden stoel 2at, ik heb er ie met al vijf en dertig opzitten, waar blijft de tijd, hè? Gelijkertijd gaf hij den keiiner, die passeerde, een wenk zijn glas nog eens tc vullen. Ja! antwoordde Barend, erg kortaf, 'n heele tijd! Je mag van geluk spreken, as je 't beleeft, teemde tante Brechtje, ten minste as je 't goed met mekaar kan vin-i den, maar och. trachtte te tc overtuigen, der benne zooveel huwelijken waar 't.. nou.. alle dagen hommeles is., meer hoef 'k niet te zeggen. Dat zal waar wezen, beaamde Caro- licn, de vrouw van zwager Hein, daar zou ik uwe staaltjes van kunneu vertel len.. Daar heb je nou. De rest ging gelukkig verloren, door dat de granmiopkoon een luidldïnkenden marsch door de zaal liet schallen. En toen het instrument eenmaal aan het woord was, kwamen van alle zijden ver zoeken om nummers. Hebt u ook die plaat van „Huile niet?" vroeg. Fietje, het zestienjarig nichtje van Barend. O. dat vind ik zoo mooivervolgde ze sentimenteel. U bedoelt zeker „Wcinc nicht"! verbeterde de gxanunophoon-eigenaar, ja, d;e heb ik. Weldra knerpte nu dc muziek een „Lied und Foxtrot" door de zaal, en bij het refrein .- „Wcinc nicht, meic Liebling weine nicht", zongen alle aanwezigen op larmoyanten toon dapper mee. hoewel ze geen van allen de woorden kenden. Hè I Dat is mooi! zuchtte tante Brechtje, bij het einde. De ocmpah's spelen het ook, lichtte Bet toe. Non maar wat vroolijkers. waarde heer! commandeerde oom Willem, er moet 'n beetje gang in komen. 'n Voordracht van een komiekeling! expliceerde de grammophoon-cigenaar, een nieuwe plaat opleggend, getiteld t „De politic-agent". Eerst werd ltet voorspel van de piano duidelijk door den grammophoon weer gegeven. daarna de begeleiding eenigs- zins hoorbaar, doch vrijwel geheel over schreeuwd door de schorre stem. van den komiek. Maar het geheel pakte wel, het eerste couplet sloeg al dadelijk iu, cn bij het laatste werd luid geapplaudisseerd en „bravo" geroepen. In zooverre had Barend er vrede snee; tijdens de grammophoon-muziek, had hij opgemerkt, was het opdienen van con sumptie iets minder geworden. Dat net intusschcn toch onrustbarend veel zou kosten, lag voor dc hand; cn hij meen de in dien geest den kellners een wenk Feuilleton Geautoriseerde vertaling naar Het Engelscli van OTTVVELL BINNS. „En nu is het mijn taak om hem te pakken te krijgen. Ik beu naar zijn huis geweest, waar men nogal be zorgd over hem was, daar het schijnt dat zijn paard een uur of vier, vijf geleden teruggekomen is zonder hem. Toen ik dat hoorde docht ik dat hij met den trein vertrokken was, of dat hem een ongeluk was overkomen, maar toen u mij vertelde dat u hem aan het raam had gezien en daarbij nog het verhaal van juffrouw Salno- vo, geeft. de. zaak een heel ander aan zien. Hij zal ontdekt hebben, dat ze ontsnapt was, op de een of andere manier zijn paard verloren hebben en hier gekomen zijn om te weten to ko men. of juffrouw Raymond ook iets met die ontsnapping te maken had. Het feit dat hij haar vanmorgen in die buurt had ontmoet, heeft hem na tuurlijk op dat idee gebracht en toen hij juffrouw Salnovo in do bibliotheek zag, was hij natuurlijk overtuigd. De vraag is maar, waar is hij nu'?" „Dat zult u zeker moeten onderzoe ken!" „Ja", lachte de inspecteur en hij liep naar de deur en opende die. „Brrr!" riep hij uit, toen de sneeuw naar binnen woei. „Wat een avond! Het zal een heele toer zijn. Het zoe ken van een naald in een hooiberg- is kinderwerk vergeleken bij een werkje als dit bij zulk weer!" En met een haastig: „goeden avond" tegen Vader Bantoek liep hij naar buiten-. HOOFDSTUK XXV. D c vlam in het hart. ,,.To begrijj.it wel, Pilcher", zei de heer Lambert den volgenden morgen in zijn particuliere kantoor tegen den inspecteur, „dat ik onmiddellijke in- vrijlieidsstelliDff zal aanvragen, en de politie moet zich daar niet tegen ver zetten. Als je John Pennington ge pakt hebt. kon de zaak officieel be handeld en Anthony Dnrtnell ontsla gen worden van rechtsvervolging, zon der een enkelen smet op zijn karak ter. Dat is noodig. omdat ik vermoed, dat mijn cliënt hier binnenkort een zeer hooge positie zal innemen. Maar :,ïi moet onmiddellijk in vrijheid ge steld worden. Zijn tegenwoordigheid in do Priory is zeer noodig om een zaak to regelen, die van het grootste belaug is". „Dat begrijp ik", zei de inspecteur. „De politie zal er wel niets tegen heb ben". „Dat moest er nog bij komen", zei de heer Lambert lachend. „Jullie hebt een dotnme fout gemaakt en moet je maar zoo goed mogelijk zien te ver ontschuldigen". „We zullen het u zoo gemakkelijk mogelijk maken", zei de inspecteur glimlachend. „Dat is natuurlijk liet eenige wat we kunnen doen. Maar u moet me toegeven, meneer Lambert.." Hij werd in de rede gevallen door de bel van de telefoon en met een: „U excuseert me?" nam hij den hoorn op. De advocaat, die naar hem keek, zag een belangstellende uitdrukking op zijn gezicht komen, dadelijk ge volgd door een trek van teleurstelling. De inspecteur vroeg-een paar dingen, die de heer Lambert niet begreep en blijkbaar duurden do antwoorden, die hij kreeg, nogal lang. Na een poosje hing hij den hoorn weer op eu keerde zich om op zijn stoel. „Meneer Lambert", zei hij, „we hebben Pennington gevonden". „O ja?" zei de heer Lambert. „Ja. maar hij zal nooit voor het ge recht. komen. Hij is dood! „Dood? Zoo!" antwoordde de advo caat. „Hoe is het gebeurd? Is hij heeft hij eh „Neen!" viel de inspecteur hem iu de rede. „Hij probeerde blijkbaar tc vluchten, maar hij werd overmand door de sneeuw, want hij is op een van de heipaden gevonden, zijn auto was vastgereden in een hoop sneeuw en hij zelf was dood gevroren. Nadat ik gisteravond in Dartnell geweest was, is hij blijkbaar naar zijn eigen huis gegaan, heeft een tasch gepakt en is in een auto naar het noorden gereden, ongetwijfeld met het doel om ergens den nachttrein te pakken. Maar u weet, wat voor weer het gis terenavond was. Het was eenvou dig ontzettend op de open hei, dat weet ik, want ik ben naar dat jacht huisje van Pennington gegaan, in de hoop clat ik hem daar zou vindenén het was de el lenigste tocht die ik ooit van m'n leve™ gemaakt heb De poging van Pennington otn met, zulk weer op zoo'n manier te ontsnap pen was gewoon hopeloos. Als hij er een oogenblik over had nagedacht, had hij toch moeten inzien, (lat do wegen onbegaanbaar zouden zijn". „Ik ben blii dat- hij het niet inge zien heeft", antwoordde de lieer Lam bert op ernstigen toon. ..Het zou me toch gespelen hebben als hij was op gehangen, wat zeker wel gebeurd zou zijn? „Ongetwijfeld". De advocaat stond op. „We moes ten maar naar het gerechtshof gaan, Pilcher. Denk er aan ,er valt geen tij a te verliezen. Deze zaak moet met spoed worden behandeld". „We zullen meneer Dartnell onmid dellijk vrij laten", antwoordde de in specteur. „Minder kunnen we toch ook niet doen en het toont tenminste dat we overtuigd zijn van zijn on schuld". Zij gingen samen op weg en een half uur later feliciteerde de heer Lambert Anthony Dartnell met het feit, dat hij weer een vrij man was. „Ik vrees, dat ik dadelijk beslag op u zal moeten leggen, meneer Dart nell", zei hij opgewekt, „Ik zou graag willen, dat u dadelijk met me naai de Priory ging. Het is van het groot ste belang en ik kan u onderweg de zaak wel uitleggen". „Ik ben geheel tot usv dienst, me neer I.ambert". „Dan zullen we eerst even naar mijn kantoor gaan. Daar moet ik een paar papieren halen, die u wel zullen interesseeren'''. Ze liepen naar het kantoor en uit een brandkast haalde de advocaat een paar cheques to voorschijn en legde ze voor Anthony neer. „Weet u wat dïi zijn, meneer Dart nell?" ..Neen, behalve dat het blijkbaar cheques zijn die door John. Dartnell zijn aangeboden en door do bank ge accepteerd". „Ze zijn niet door John Dartnell aangeboden, hoewel zijn naam er op staat. Ze zijn door. John Dartnell Pen nington aangeboden, cn de ondertee- kehing is valsch „Nu herinner ik het me", riep An thony uit. „Dat zijn do cheques waar over Anthony, Dartnell ijlde, toen hij: koorts had". „Ja, de chèques die hem en zijn vader van elkaar vervreemd hebben. Ik wist niet wat de reden van die vervreemding was en loon John Dart nell stierf, vond ik deze cheques bij zijn papieren. Ik verbaasde mij er toen wel eenigszins over wat ze daar deden, maar zo boteekenden toen niets voor me en ik legdo ze terzijde zon der er verder aait te deuken. Maar toen ik uw heele verhaal over do ziekte van Anthony hoorde, laatst, be gon ik te merken, dat ze van meer be lang waren dan ik eerst gedacht had en ik zocht ze weer op. en stelde een onderzoek in bij de bank. Daqj hoor de ik dat ze vcr\ulscht waren en de directeur van <je bank wees er mij op dat er een verschil van een paar jaar in de datum bestond en dat de eerste datum opgevcer overeen kwam met dien van het vertrek van Johü Dart- nsil's zoon uit Engeland De gevolg trekking lag nu voor do hand. maar als u die cheques itog eens goed be kijkt zult u links in hóek $en paar

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1923 | | pagina 15