HAARLEM'S DAGBLAD UIT DE WERELD Stadsnieuws BiMenlantl DE VONDELING ZATERDAG 10 NOVEMBER 1923 - VI FDE BLAD HET EINDE VAN EEN DYNASTIE, Een gevallen koninyshoed. Achttien jaar later. De troonafstand.droe vig vertrek. Zonder geld. Een smartelijke teleurstelling Op weg naar hot buitonland. Een eenvoudige maaltijd..Oogonbllkkon van angst Een braaf man. De storm. Eindelijk In veiligheid. Den tweeden Maart van het jaar 1830 sprak koning Karei de tiendo in een der zalen van het Louvre bij •het openen van de zitting der beide Kamers een troonrede uit. die de gc- lieele Franscke natie en haar verte genwoordiging met bezorgdheid ver vuld a Kr was vooral één passage, die daartoe aanleiding gaf. doordat de koning daarin ziiu vast besluit uit sprak iedere oppositie tegen zijn mi nisters als „een misdadige manoeu vre" krachtdadig te onderdrukken. Toen de dreigende woorden geuit waren, werden enkele zeer zwakke •toejuichingen' gehoord, maar de over- groote meerderheid der pairs en der volksvertegenwoordigers bewaarde een somber stilzwijgen, dat den koning jh verlegenheid bracht. Hij nam even den Iwed af om zich het voorhoofd af te wisschen. maar in zijn zenuwachtig heid liet hij- siien vaLlen. Zijn bloed verwant. Lodewijk Philips, hertog van Orleans. die iu zijn nabijheid zat, haastte zich den gevallen koningshoed on te rapen en aan den eigenaar terug te geven. I)r. Theodoor Jorissen, iu leven hoogleeraar te Amsterdam, die in zijn schitterende „Historische Karakters" deze bijzonderheid vermeldt, voegt er aan toe: „Over eeuige maanden zou hij hem opnieuw oprapen, maar dan het teruggeven vergeten." Inderdaad, den 25sten Juli van het zelfde jaar 1S30, onderteekende Ka- rel de Tiende een viertal besluiten, waarbii de door hem bezworen Chat'te, de grondwet van het konink rijk. in tal van artikelen geschonden werd. Drie dagen later was Parijs in volslagen opstand, acht dagen daarna verliet de van den troon gestooten vorst het land om het nimmer weer te zien. De Frausohe kroon, door de Kamer aangeboden aan Lodewijk Phi lips. die reeds vroeger benoemd wns tot Luitenant-Generaal van het Ko ninkrijk, .werd door dezen aanvaard en den 9den Augustus begon hij zijn regeering. Bijna achttien jaar later was Parijs opnieuw in opstand als een in de ver te. rollenden donder drong het ge- druisch der opgewonden volksmenigte door tot in het Koninklijk verblijf, het kasteel der Tuilerieën. Den 24sten Februari 's morgens te 10 uur kwam aan de koninklijke stallen, die toen gelegen waren aan de sedert verdwe nen straat Saint-Thomas-du-Louvre, bevel om de hofrijbuigen iu gereed heid te brengen. Toen twee uur later de rijtuigen de stallen verlieten, kwa men plotseling een dertigtal gewa pende opstandelingen te voorschijn, de geweren worden gelost, de voorrijder, die, nadat zijn paard zwaar gewond was neergestort, trachtte te vluchten, werd door een man achterhaald en neergeschoten,, twee der rijtuigen wer den bestormd, met stroo gevuld en ver brand. In het kasteel heersclit© de grootste angst. Lodewijk Philips, die bii de vele aanslagen, die tegen hem waren gepleegd, steeds de grootste kalmte en zelfbeheereching had aan den dag gelegd, was nu weifelachtig onzeker wat te doen. Inmi.ddol6 klonken de geweerschoten steeds van naderbij. Men dwong den koning afstand te doen van de regeering. Alleen de Hertogin van Orleans. de weduwe van 's konings" oudsten zoon, behield haar vastberadenheid. „Gij alleen waart koningin", zoo zong onze toen 18-jarige dichter De Genestet, van haar. Zij stortte zich aan 's konings voeten en smeekte hem niet te wij ken. Maar de opstand nam een steeds dreigender karakter aan. Een van konings getrouwen. die van de straat kwam, drong den koning on middellijk afstand te doen, de her tog van 'Moutpensier, 's konings jong ste zoon, eveneens. Is het waar, dat alle tegenstand onmogelijk is? vraagt Lodewijk be sluiteloos. Onmogelijk, 'antwoorden eenige haastige stemmen. Langzaam neemt de 75-jarige vorst een blad papier, maakt een pen in ge reedheid Vlugger, vlugger! wordt or on geduldig geroepen. Ik dog het zoo snel als ik kan, hoeren. Sire. zegt de hertog van Mont- pensier, ik smeek uwe Majesteit haast te maken. Ik heb altijd langzaam geschre ven, het is nu niet het oogenblik om van gewoonte te veranderen. En met vaste hand schrijft hij, met groot© letters ..Ik doe afstand van de kroon, die de volkswil mij heeft doen dragen, ten behoeve van mijn kleinzoon, den graaf van Parijs. Mog© hii slagen in de groole taak, die hem thans, wordt opgelegd. 24 Februari 1S4S. Louis-Philippe." Het papier gaat van hand tot hand, de meesten snellen naar buiten, slechts enkele getrouwen blijven bij de Koninklijke familie. Een geweldig geschreeuw, vermengd met het los branden van vuurwapenen stijgt op van "het voorplein der Tuiloriën, Sire, het is tijd om te vertrekken, zegt C'remieux. De koning begrijpt hem niet. Maar het gedruïsch zwelt aan. loeit als een stormwind. Eindelijk, dringt het tot hem door. dat langer blijven het 1© ven der zijnen in gevaar brengt. Hij ontdoet zich van den generaalssteek. dien hij droeg, van zijn epauletten; zijn bejaarde genialin, Maria AmaJia, op dat oogenblik kalm en beraden, helpt hem zich te ontdoen van zijn or- deteekenen. Een ronde hoed en een overjas, gelaste de koning. Mijn sleutels! En do treurige stoet stelt zich in beweging, begeleid door een kleine troep nationale gardes te paard. De weg von het kasteel door tuinen on bosohjes en terrassen naar het hele op de Place de, la Concorde, waar de rijtuigen moesten wachten, is laiig. Eindelijk bereikten zij het hek. Maar de rijtuigen waren er niet. ze werden op dat oogenblik brandend door de traten van Parijs voortgetrokken door een hollend© menigte. Gelukkig stonden bij de obelisk een paar batailloijs met afgezet geweer, zii beschermen een tweetal rijtuigjes (broughams) elk met een enkel paard bespannen., Qm den troep te bereiken moet de koninklijke familie dwars door een woelige menigte over de plaats waar tijdens de eerste Revolu tie zoovele hoofden, waaronder dat van Philippe Egalité (Lodewijk Phi lips' vader), gevallen waren onder de guillotine. De koningin is bijna bezwijmd, haar echtgenoot onder steunt haar, draagt haar bijna, het bereden escorte stuwt de opdringend© .wsgierigen op zij, en voordat deze recht weten wat er gebeurt, zitten de koning en koniugin in het eerste rij tuig. de hertogin do Nemoure en haar drie kinderen in het tweede, en zijn beide rijtuigen, omgeven door een esadron ruiters in volle vaart op weg naar Saint-Cloud en vervolgens naar Trianon (Versailles), Te Versailles huurde generaal Dumas, die den ko ning te paard vergezeld had, een groo- te berline. Om te kunnen betalen leende hij van een vriend 1200 frank, want de vluchtelingen waren absoluut zonder geld. In de zenuwachtige haast van het vertrek uit de Tuilerieën na melijk had de koning een portefeuille met vierhonderdduizend frank, die hij onder den arm had, op een tafel ge legd en verder vergeten. Lodevvijks bedoeling was in Eet stadje Dreux, waar het familiegraf -van het huis van Orleans zich bevond, den nacht door te brengen en den volgenden dag de reis voort te zetten i' het kasteel van Eu. waar hij de rest van zijn dagen ais ambteloos burger wenschte door te brengen.. Hij twijfelde er nl. geen oogenblik aan. of het Fransche volk had zijn troonsaf stand ten behoeve van zijn kleinzoon, den graaf van Parijs. aanvaard. Te gen 10 uur avonds te Dreux aange komen. schreef hij naar Parijs een paar brieven, waarin hij last gaf zijn rijtuigen en wat geld te zenden. Derf volgenden morgen bij zijn ontbijt wachtte hem een wreede ontgooche ling. Hij ontving van een trouw die naar bericht,'dat de hertogin van Or leans, dio hij als regentes voor haar minderjarigen zoon, den graaf van Parijs, had aangewezen en die met v zoontje eerst een toevlucht had gevonden in de Kamer der Afgevaar digden. hij de bestorming van liet paleis verdwenen was. zonder dat iemand iets wist omtrent beider lot. Verder vernam hij, dot de Tuilerieën dcior de opstandelingen waren ge plunderd en dat de Republiek was uitgeroepen. De koning was als ver plet hij boog het hoofcl en fluister de ..evenals Karei de tiende, nog er ger dan bij." Er was nu geen andere keus dan den weg der ballingschap te betreden, naar het buitenland te vluchten, maar hoe? Er werd besloten, dat de Ko ning on de Koningin onder den naam van mijnheer en mevrouw Lebruu den weg zouden vervolgen in dé'berline, die hen uit Versailles had gebracht. De onderprefect; Maréchal, dezeltcic, die den koning,het droevig nieuws had gebracht, stelde hem eenige duizen den-franks ter hand en de avontuur lijke tocht .begon. Na eenige uren rij- dens hield het kleine gezelschap halt in de nabijheid der stad Saint André vóór de poort van het kasteel van 'b konings intendant voor het bosch van Breteuil. De kasteelbewoners wa ren echter afwezig, maar een brave boer ontving het. echtpaar Lebrun, den heer Dubrcuil (generaal de ltu- mignu) en Thuret. 's konings kamer dienaar. gastvrij in zijn woning. De vluchtelingen waren koud en hadden honger en namen gaarne de uitneo- diging aan. deel te nemen aan den avondmaaltijd. Behalve de gasten za ten aan de lange tafel de boeren knechts en meidenieder hield op zijn beurt zijn bord op om het te laten vullen met soep. daarna- kreeg ieder wat koud; vleesch en pannekoek. Do heer Lebrun liet het zich wel smaken, maar zijn echtgenoot© had mindor eetlust, zij peinsde misschien wel aan den maaltijd, dien zij met haar kin deren en kleinkinderen twee dagen te voren gehouden had in de Diana-ga- lerii van het paleis der Tuilerieën aan een tafel schitterend van kristal en edel metaal en bloemen. Ook de trouwe Thuret voelde zich slecht op zijn gemakaan één tafel te eten met zijn koninklijken meester, zoo iets was in strijd met zijn geheele wezen. Na den maaltijd nam, Duhreuil den gastheer ter zijde en deelde hem mee, wie hii als gasten aan zijn tafel had gehad. Bernard, zoo heette de man, schrok geweldig, bij de gedachte aan de hoog© gasten en den eeuvoudlgen maaltijd,-maar herstelde zioh spoedig. Hii nam liet op zich. in een wagentje waarmede liij gewoonlijk de.markt.cn bezocht, den koning in denzelfden nacht te brengen naar Hou fleur, een ©fstand van 24 uren gaans. Hij bezat een paar bii uitstek sterke paarden, die gedurende den géheelen weg niet behoefden afgelost te worden, zoodot men de reis kon doen zonder zijn toe vlucht te nemen tot de paardenpost. Op de enkele bank van de boerenkar zou de koning plaats nemen met Thurfc en Bernard, terwijl de koningin den weg zou voortzetten in de berline, evenals de kar bespannen met 'n paar stevige werkpaarden. De heide voer tuigen Eetten zich. zoodra het. volsla gen donker-was. in beweging, reden zonder ongeval door de stad Evreux, en vier uur gaans verder gingen zij uiteen om de kans op herkenning ge ringer te maliën. Toch hadden zijn te Evreux, zoo verhaalt Victor Hugo, die yan Thuret verschillende bijzonderheden van de reis vernomen had. een oogenblik van angst. Iemand, die er uitzag als een garde national, plaatst© zich voor de kar met een beweging alsof hii naai de teugels wilde grijpen. Men zegt, dat de koning op de vlucht is en hierlangs komt. zei Jiij.. Reeds hield Thuret zijn mes gereed, toen de man een lantaarn omhoog Lief. Het licht viel op den voerman. He. het is vader Bernard, riep hij. Dien ken ik. Daarna keerde hij zich tot Thuret en fluisterde: Je andere métgezel ken ik ook. Maakt gauw. dat ge wegkomt. Na den geheelen nacht gereden ie hebben, en slechts hier en daar in liet open veld een poos gerust te hebben om de paarden een flinke portie van de meegebrachte haver te geven en ze te laten drinken, hield Bernard even voor zeven uur in den morgen stil voor een paviljoen, dat op een hoogte lag niet ver van Honfleur. De berline was er al. Het. paviljoen behoord© aan een bloedverwant van generaal Dumas'. die den koning te Dreux had verlaten om te trachten te Havre een vaartuig te huren dat de. vluchtelingen naar Engeland zou brengen. Toen Thuret wilde afrekenen met Bernard weigerde de trouwhartige boer alle belooning. - Praat me daar niet van, zei lnj, het is hier een zaalc vau gevóel en daar moet geld buiten blijven. Nu bleef nog de moeilijkheid over om van Honfleur over te steken naar Havre. Er woei namelijk sedert een paar da gen een zoo hevige storm, dat zelfs de stoombootdienst tusschen- beide plaatsen gestaakt was. Daarbij kwam dat liet Voorloopig Bewind strenge orders had gegeven om de kust scherp te bewaken. Er werd nu besloten dat de koning zou trachten alleen te ont komen naar Engeland. Zoodra hij in veiligheid was, zou de koningin naar hem toe reizen werd hij echter gevan gen genomen, dan, zou niets haar be letten zich bii hem te voegen om zijn gevangenschap ie deelen. Maar de storm en hel scherpe politietoezicht verijdelden deze poging. De koning, die in een visscberewoning te 'Irou- ville de c-elegenbeid afwachtte om ondanks den storm scheep te gaan, zoodra het heimelijk afgehuurde vaartuig kon aanleggen, zag zich ge noodzaakt terug te keeren naar het paviljoen, daar hii nog juist bijtijds gewaarschuwd wa6, dat de Nationale Garde en de politie op weg waren naar de visscherswoning. Na een moeilijken nachtelijkcn toclit kwam hij met Thuret en twee andere getrouwen nog vóór het aan breken van den dag in het Paviljoen bij Honfleur terug. Maar liet ge vaar werd steed.s dreigender het pavil joen kon ieder oogenblik bezoek ont vangen van de politie. Op den avond van dienzelfden dag (waarop Karei voor IS jaar den Koninglioed liet val- Ieö-J2 Maart) hamen de koninklijke vluchtelingen, die hielden Qf zij el kaar niet kenden, ieder afzonderlijk plaats op het dek van do Courrier, die den dienst dezelfden dag hervat had. Aan lboord was 'n gezelschap reizende muzikanten, die hun spel afwisselden met zang en af en toe rondkwamen met den hoed. Een van hen hief de oude romance van Blondel aan Nauwelijks te Havre aangekomen, werden de konini» en de koningin door den Engolschen vice-consul Mr. Jones geleid naar het Engelsche schip de Express, dat gereed lag om te ver trek kén. Een oude vrouw, die den ko ning meende te herkennen, waar schuwde haastig den havencomniissa- ris, maar reeds waren de vluchtelin gen aan boord, de trossen waren los- geworpên en de Express gleed statig voort tuschen de havenhoofden, de onstuimige zee tegemoet. Eindelijk waren zij gered. ONTHEFFING WINKELSLUITING. B. en \V. maken bekend, dat door ben len aanzien van de vAikels op den bazar te houden door de Nat. Chr. Gehecloni- houderavereeniging Afd. Haarlem in liet gebouw liet Blauwe Kruis" Oude Groenmarkt No. 20, ingevolge het be paalde bij artikel 14 sub b der Verorde ning op de Winkelsluiting ontheffing is verleend van de verbodsbepalingen var die verordening in dier voege, dat dit winkels op IS en 16 November a.s. lot dei namiddags 10 uur mogen geopend blij ven, daarin mag worden verkocht en tiei verkochte medegenomen. Hef Tooneel DE SABIJNSC HE MAAGDENROOF. Het was eenige jaren vóór den oorlog, dat het'Lessing Theater te Berlijn een liefdadigheidsvoorstelling zou geven ten bate van oude. gebrek kige tooneelkunstenaars. Voor dien avond koos men tot verbazing van heel het kunstlievend Berlijn, D e S a- b ijn sc he Maagdenroof! Het Lessing Theater ou een oude klucht van Von Schcmtan, z© hoorden even slecht bij elkaar als laten wij zeggen Couperus en Justus yan Mourikl Striese werd nog eens in zijn Ro- meinschpostuum gestoken !Hij kwam, hii zag. en overwon! Hij veroverde zelf» lieel Berlijn voor een maand! Deze oude rot. dien men één enkelen avond nog eens voor het voetlicht had willen laten verschijnen, bleek zooveel tooueolbloed in zich te hebben, dat li ij eenmaal op het tooneel van het eerste theater te Berlijn er zicli niet meer weg liet iogen. Het Lessing Theater verdiende goud hoe lang lijkt dat alles reeds achter ons? met „Do Sabijnsehe Maagdenroof" Het succes in Berlijn bracht de klucht op de planken bij Royaards. Ook hii waagde zijn kans met den ouden Striese en ook voor hem werd liet een goudmijntje! Royaards exploi teerde de mijn zoo grondig, dots er nu geen korreltje goud meer te vinden is. Hoogstens nog wat koperDe aan- deelen van deze goudmijn staan niet hoogor meer dan 5 Volmaakt als bij de eerste voor stellingen hebber, wij de klucht De Sabijnsehe Maagdenroof nooit meer later gezien. Toen gaf Willem Royaards als de professor naast Striese den toon aanHoe fijn was zijn creatie! De professor in De Sa bijnsehe Maagdenroof is een der gees tigste en mooiste rollen,die ik mij van Royaards herinner. Hij hief heel die oude klucht tot"een hoogte, waarop het zelfs Striese begon te duizelen. Het was de beste en fijnste klnchtspel- vertooning. dio wij ooit in- Holland hebben gezien. Velen van de „vroegere garde" za gen wij Donderdag terug.De dames Sa- blairolles, Buderman ;hoe jong en frieeh blijft zij nog altijd Royaards en Sophie de Vries ontbraken geen van allen op het appèlMaar de oude Sabijnsehe Maagdenroof was het toch niet meer! Wij misten Royaards te zeer! Van Praag speelde de rol niet onverdienstelijk, maar de professor werd nu een gewone kluchtspelfiguur, zooals wii die honderd© malen in Duit- sclie kluchten hebben zien rondloo- pen. Daarmee daalde heel de klucht naar lagere regionen af. Hoeveel Stricse's heb ik in mijn leven al niet gezienGroot© en kleine kunstenaars, dilettant-en met Bouw meester-aspiraties, en eenvoudiger van aanleg. In mijn herinnering blijft altijd nog de oude Frits Bouwmees ter de „Sclnniere director" «iet de eeste fantasie! Zijn zoon Dolf maak te er later een parodie vanOok van Musch was het els van Frits Bouw meester een prachtige rol. Wie herinnert zich niet van hem die heer lijke tirade ov.gr zijn gezelschap en zijn vrouw, die bii al haar drukke werkzaamheden nog de gelegenheid had gevonden hem 10 kleine Slrieee- tjes te schenken 1 Gisteren was Hubert- la Roche de Schmeire-directeurAlleen om La Roche had ik de zaal vol gewenscht! Welk een groteske verschijning was hij met ziin alma-viva. zijn roode shjxlas. zijn hoogen. grijzen hoed en dat rood opgezette gezicht met de varkens-oogjes en de zwarte flodder- lokken. De rol vaji Striese is- er één voor een groot acteur! Wij zagen het weer gisteren. Hii kan er zich in laten gaan en er veel inbrengen van zijn eigen fantasie. La Roche maakte na tuurlijk van deze klucht-rol van het eerate plan iets kostelijke, om nooit to vergeten. Donderdag 15 November kamt La Roche in Haarlem op de voorstelling van het Tooneelverbond. die ook voor het gewone publiek toegankelijk is. Hii speelt dan Brandon in D e V e r- o v e r a a r s. één van zijn «mooiste en krachtigste rollen. Ik zou het den Haarlemmers wel willen toeroe pen: gaat- dezen praohtigen acteur, die Hollandsch spreekt als gij, dien avond zien. Ik weet. dat hij u zal mee- sleepon en dat gij hem hartstochtelijk too zult juichen. Want hij zal u door zijn machtig spel in vervoering bren gen. als Moissi en Bassermann dat deden. Laten wij toch in-'t wegbliiyen..... omdat h ij Hollandsch spreekt! SCHUIL. Uitgaan CARL FLESCH. Maandagavond zal de gevierde vio list Carl Flesch een enkelen viool avond geven in den Stadsschouwburg Over de prestaties van dezen vio list uit te wijden, lijkt ons geheel overbodig. 'Onza muaikale medewer kers hebben reeds dikwijls hun lof uit gesproken over zijn schitterend spel, hetwelk moeilijk te evenaren is BEETHOVEN-CYCLUS DOOR HET CAPET-KWARTET. In het vorig seizoen is tc Haarlem ge tracht de muziek-1 iefheBbers in de ge legenheid te stellen a'.lo (17) strijkkwar tetten van Beethoven te doem booren. Door omstandigheden is hieraan toen geen ge volg kunnen gegeven worden. Het bestuur van Toonkunst (afd. Haar lem) heeft t-hans gemeend deze tank te moeten overnemen en heeft da-u ook het beroemde Capet-Kwartet, dat zich o.a. als levenstaak heeft gesteld Beethoven's kwar tetten zoo volmaakt mogelijk te vertolken bereid gevonden, dezen Cyclus uit te voe ren en wel in de Gemeente Concertzaal op: Zaterdagavond 17 November, Zondag middag 13 November, Dinsdagavond 20 November, Donderdagavond 22 November. Zaterdagavond 24 November en Zondag middag 25 November a.s. resp. 's avonds ten 8 ure, 's middags ten 2 1'2 ure. liet Capet-Kwartet komt voor deze ar tistieke onderneming 6pcciaal naar Hol land, waardoor dus de avonden kort op elkander inoeten plaats vinden. Het bestuur heeft eohter do regeling getroffen, dat miet twee avonden achter elkaar geconcerteerd wordt. Ook zijn de abonnementen niet persoon lijk. zoodat dus een abonnementskaart door verschillende personen gebruikt kan Ongetwijfeld zullen vele muziekliefheb bers -van de gelegenheid gebruik willen maken dezen Beethoven-Cyclus bij te wo Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij het Concertbureau A. Vernout, Warmoes- straat, alwaar de intcekening «nog is open gesteld. DE NIEUWE GEDACHTE. Zon dagmiddag 11 Nov. te drie uur zal vooc „de Nieuwe Gedachte" in den Prof. Bond ©preken N. J. Pabou over Troost (Gelegenheid tot het stellen van vragen). VOOR DE ZUIVERHEID ONZER TAAL. Onder haar rubriek Allerlei Com mentaar schrijft de Wereldkroniek: „Eeu confrère van ons trok dezer dagen in do dagbladpers te velde tegen het gebruik van het woord „verkapt" als een afkeurenswaardig Germanis me, dat nu zoo waar in een bekend Nederlandsch woordenboek al weet met volle Nederlandsch© burgerrech ten is opgenomen en knoopte daar te recht de opmerking aan vast, dat om Hollnndsche woord „vermomd" veel beier de bedoeling weergeeft die men met het Germanisme tvif uitdrukken, aangezien een Jtap het gezicht niet geheel verbergt, Onze taal kan in haar zeldzamen rijkdom trouwens bei. INCEZONOEN MEDEÓEELINCEN a 60 Cts, per regel. de nuances uitdrukken, want naast een „vermomde" hatelijkheid, die ge heel onder lievigheid schuil gaat* staat e©n „bedekte", waarbij het hate lijke iets meer bloot komt. Het taalbederf is voor het overige in de laatste tien jaren in de Nederland sch© pers schrikbarend toegenomen, waaraan niet weinig de omstandigheid schuld heeft, dat de telefoon tegen woordig zooveel dienst doet bij het snelle overbrengen van berichten uit bet buitenland. In Duitschland zit een Hollandsch© journalist met een Duitsche krant voor zich aan de tele? foon a prima vista t« vertalen, en aan den anderen kant van de lijn teekeufc een stenograaf elk vaak haastig en slordig vertaald woord- uit zijn mond op. Der redactie ontbreekt niet zelden de'tijd om er alle ongerechtigheden uit te halen. Dientengevolge leest mert dan in de krant, van „klein bijgeven" (klein beigeben) in plaats van ons schilderachtige „zoete broodjes bak ken", van den „val" van do mark, int stee van de daling, van het „verzui men" (versaumen) in plaats van heti missen van een trein, van eon „oor logsminister" voor ecu minister vatf oorlog, van fabrieken die „stil lig gen", wat men iu het HollandscH slechts van schepen enz, zegt, terwijl die fabrieken (men mag het al loven,- indien zij niet „werken" genoemd wor den) behooren stil te staan. Alles wordt tegenwoordig „gehouden". Een kamer wordt „rood gehouden" dat zij alge? meen© instemming kunnen vinden. Minstens" „hoogstens" „eersten©^ „twoedens" „derdens" tieren als on kruid tot schade van do goede Hol landsch© woorden: tenminste ten hoog ste, ten eerste, enz. Bezadigde meu- schen lieeten „begonnen" lieden, hoe wel ons Hollandsch alleen „onbezon nen" kent. in welke eigenaardigheid dit woord deelt met. de adjectieven onachtzaam, onbeschoft, ongerijmd* onbehouwen, onstuimig, onverdroten* onbewimpeld, onbeholpen en het zelf standig naamwoord onbruik. A bon ne's van 'de telefoon worden niet op gebeld, maar „opgeroepen" en komen zoodoende op één lijn te staan met geesten. Terwijl Duitschland niet do „alleen- schuld'' aan den wereldoorlog wil heb ben. beroept een koopman er zich in een advertentie op, dat hem do „at- leenverkoop" van het een of andere ar tikel is opgedragen. Goederen worden' „af" fabriek verzonden, franken en marken „bestens'1 gekocht, „opdrach ten" verstrekt waar men vroeger van bestellingen sprak „Deelname" .over name", „inname" „aanname" „opna me", zijn zoo onuitroeibaar dat men zich af moot vragen of dan niemand meer „deelneming" gevoelt met onze snoodelijk vermoorde moedertaal. Wij sluiten onze deuren met „deurdran gers", beveiligen onze elect.rische ge leidingen met „zekeringen", draaien van schakel a-ars den „haan" om. Ge- neesheeren schrijven hun patiënten een leefregel voor om „af te mag©- ren", spreken van een patient die „wurgt" (kokhalst), hoewel deze er to ellendig aan toe is, om eenige moorddadige neigingen ten opzichte van zijn dokter t« koesteren, spreken van „uitscheidingen" (afscheidingen) van ..Gheyne-Stokesche"' ademhaling. „IJasedowsohe" ziekte en zullen zoo doende met de Duitschei-© aanlanden bii „Duboisreymondsche" stellingen. Wie een krant, een vaktijdschrift/het eerste het beste product van de boek drukpers "ter hand neemt, kan do bar barismen gewoonlijk bij dozijnen eruit halen. Wij zullen do eersten zijn om tc er kennen 'dat de taal een levend organis me is, dat verjonging en verrijking,- groei en ontwikkeling niet missen kan zonder te versteener.. Van het voort- bjengingsvermogen van onze taal voor nieuwe behoeften getuigen hondorden woorden, die een Nederlander uit het begin van de vorige oeuw niot ver staan zou, als spoorweg, polictvnart. gaskachel en alle samenstellingen met gas, padvinder, verkeersagent, vul kachel, vulpenhouder, verduurzaamde^ levensmiddelen, scheurkalender, rij wiel, nijverheid, theemuts enz. Maar men werkt taalverarming in de hand, wanneer men goed Hollnndsche woor den iu onbruik brengt door ze t© ver vangen door vaak gedrochtelijk ge vormde barbarismen. Ecu volk, dat oigen- taal hooghoudt en eert zal altoos den sleutel van ziju onafhankelijkheid bewaren". feuilleton Vertaling naar het Engelsch van GI;)NE STRATTON PORTER, ^Éproetneus kreeg het vreeselijk te kwaad. Hij had gezegd dat ze zelfs midden in een troop wilden veilig- zou zijn. Maar was dat waar? Als Zwarte Jaap ook maar even een beweging maakt© om haar aan te raken, wist Sproctueus dat hij de kracht moest zien te vinden om hem to dooclen. Hij mat ©ven den afstand lot waar zijn knuppel lag en spande zijn spieren klaar om te springen. Maar neen gelukkig! Do groole kerel ontblootte met een he.yende pand zijn hoofd. Hot nieisjo trok een van de lang© zilve ren spelden uit haar hoed en maakte de bloemen stevig vast. Sproetneus trilde. Wat ging er nu gebeuren? "Wat was ze van plan? Eli o begreep ze wel hoe gevaarlijk hel voor haar was om bij die mannen te blijven, en hoe noodig het was, dat er iet3 gebeurde? Toen liet meisje klaar was, deed ze een stap achteruit, hield haar hoofd scheef, en keek naar Jaap, r.et als Sproetueus het kleine gele vogeltje op het prikkeldraad wel honderd keer had .zien doen, en zei: „Zie zoo, dat ls klaar' Is liet niet prachtig? Zien jul lie wel hoe mooi.het hem maakt, jon gens? Vergeet niet dat je een roode das moet hebben en dat je gauw moet komen. Ik kan niet erg lang wachten. Nu moet ik weg. Het vogelvrouwtje zal wol klaar zijn om te vertrekken, en ze zou me hier wel eens kunnen komen zoeken, want ze heeft, het druk vandaag. Waarom ben ik hier eigen lijk gekomen?" Ze keek vragend rond éu oen paar vau de mannen lachten. 0, wat eéuig! Ze was haar boodschap voor hem ver geten! Jaap scheen nóg grooter t© worden. Het meisje keek hulpeloos rond, alsof ze iets zocht. Toen viel haar blik, als 't ware per ongeluk op Sproetneus en zo riep uit: O, nu weet ik het! Het was over die tijd schriften, die het vogel vrouwtje je be loofd had. Ik kwam ja vertollen dat wo ze onder de kist gelegd hebben, waarin we wel eens dingen, verber gen, bij den ingang van het bosch. Ik wist dat ik m'n. handen nood ie zou hebben om het moeras over to sto ken en daarom heb ik ze daar ver stopt. Je kuut ze op het oude plekjo vindon". Toen-zei Sproetueus: „Het is vreeselijk gevaarlijk voor je om alleen liet moeras over te steken. Het verbaast me dat liet vogelvrouw. Ijo je heeft laten gaan. Ik wcot wol, dat het wat verder is. maar ik smeek jo oin langs het pad terug te gaan. Dat is al erg genoeg, maar het is toch veel veiliger dau het moeras". Het meisje lachte vroolijk. „0 schei toch uit met dien onzin!" riep ze. „Ik ben niet bang. Heele- maal niet! Het vogelvrouwtje zei ook al dat ik niet over eeu pad mocht loo- pea dat ik nog maar ééns gegaan was, maar ik wist zeker dat ik het doen kon cn ik ben er heusch nogal trotsch op. Wees nou niet kinderachtig.' ,1e weet wel dat ik niet bang ben. „Neen", zei Sproetneus zachtjes, „dat weet ik wel. maar dal heeft niets te maken met. liet feit dat je vrienden bang voor je zijn. Op het pad kun j© lenminste nog een klein eindje voor je uit zien, en heb je veel meer kans om te ontsnappen als er een slang komt". Toon kreeg Sproetueus plotseling een schitterende ingeving. Hij keerde zich smeekend naar Zwarte Jaap. ..Zeg jij hot haar."' smeekte hij. „Zeg, dat ze langs het pad moet gaan Voor jou zal ze hei wel doen' Dit verzoek was op zichzelf zoo'n compliment voor Zwarte Jaap dat hij or iu groeide. „Natuurlijk!" riep Jaap uit. En te gen het, meisje zei hij: „U moest maar doen wat Sproetneus zegt, juffrouw. Hij kent liet moeras beter dan een van ons allen, behalvo ik, en cis hij zogt ga lanes het pad, dan moest u het maar'liever doen" Het meisje aarzelde. Zo wild© het moeras wear oversteken en proboe- ren oih bij het paard te komen. Ze wist dat Sproetneus alles zou willen wagon om te voorkomen dut zij al leen door het bosch ging, maar zz was werkelijk niet bang, en als ze langs het pad ging, werd de tocht weer een miijl langer. Ze kondo het boschpad. Ze was van plan om te gaan rennen zoo httrd ze maar kon. zoodra ze niet meer door hen gezien kon worden, en tusschen do plooien van haar blou se zat een keurig klein revolvertje, dat haar vader haar had gegeven m» die schietpartij iu het bosch. Een laatst© blik op Sproetneus zeide haar dat er nog een andere reden moest zijn waarom hij. het wild©. Ze zon dan het pad maar volgen. „Goed", zei ze, en ze keek Jaap be- tooverend aan. „Als jij het beter vindt zal ik, om jou een plezier te doen, langs het pad terug gaan. Dag alle maal' Ze liep naar den ingang. „Gek die je bent! Hou lianr toch tegou!" bromde Wessnor. „Houdt baar in ieder geval hier tot we het hout opgeladen hebben. Je waagt te veel! Begrijp je dan niet dat ze ons allemaal aan de galg kan brengen als dit zaakje uitkomt. Als j© haar laat gaan, zullen wo allemaal moeten vluchten en er zullen er zeker een paar gepakt worden". Jaap sprong op. Het hart van Sproet neus klopte iu zijn keel. Het meisje scheen to raden, dat Jaap naar haar loe kwam. Ze neuriede een liedje. Ze bleef met opzet stil staan en begon aan hot gras te trekken dat overal om haar heen groeide. Toen ze weer recht op stond, ging ze een stap achteruit en riep: „Zeg, Sproetneus, het vogel- vrouwtje wil die eene brochure over natuurlijke historie terug hebben. Het hoort bij «en serie, dio ze wil laten inbinden. Dat is een van de redenen waarom wo het onder de kist gelegd hebben. Denk er om, dat je zo mee neemt als je vanavond naar huis gaat, anders wordt- het misschien vochtig". „Goed", zei Sproetneus maar met ©sn stem die hij nog nooit van zichzelf gehoord had. Toen keerde liet meisje zich o:n en wierp nóg een laatsten blik op Jaap en ze zag er meer dan snoezig uit. „Deuk om onze afspraak en de roo de das!" zei x<*. Jaap raakte volkomen van de wijs. Sproetneus was z in gevangene, maar hem hnd het meisje lieelemaal in haar macht. Hij had er nog nooit zoo deugd zaam uitgezien als toen hij zuchtjes zei „Goed". Met opgericht hojfd liep het meisje langzaam weg en Jaap wenddo zich tot de mannen. „Zit niet zoo te staren zaag lie ver door!" riep hij. „Weten jullie dan heeternaal niet hoe je met een dame om moet gaan?" D© mannen mompelden iets en bromden een beetje, maar ze gingen als razenden aan het werk lom ana stelde voor dat er een man achter het meisje aan zou gaan om te kijken of zij en het vogelvrouwtje het bosch uit gingen. Sproetneus weid weer doodsbang, maar Jaap was heelemaal in do wol ken en sloeg al hun raad in den wind. „Ja", 20i hij spottend. mis schiet: /.ou 't bc-stc- zijn als jullie alle maal op hielden mei zagen e» ach ter het i.ieisje aan gingen! Geen spra ke van! I1-; geioof niet dat juiiio een vau allen bloemen gekregen hebt, is 't 'wel? Als cr iemand adder haar aan gaat zou ik liet zijn en ik moet, hier wel blijven bij zoo'n stel idiote.n' -Er (dreigt heusch geen ge vaar bij dat meisje. Ze zou mij niet verraden.' Maak voort en werk wat. door, dan zullen W.-ssncr cn ik d" b j- le:i nemen cn ^n den anderen kant beginnen t© hakken". „En het lawaai dan? zei Wessner. „Dat maakt gt-en verschilaut- woordoe Jaap. „Ze hield or.s immers dadelijk voor menschon \uri Mc Lean's ploeg Vooruit, zaag er op los!" En met z'n allen violen ze op den grooten boom aan. Sproetneus zat op een van ziju ban-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1923 | | pagina 15