HAARLEM'S DAGBLAD OM ONS HEEN Stadsnieuws Muziek F e is i 11 e ton DERQMASfVANEEN PRINSES DINSDAG 18 DECEMBER 1923 TWEEDE BLAD No. 3265 Nederland in de Oost Reisindruk Ti en door Mr. M. W. F. Treuib is de onderl.ilei van difc boek, dat enkele woken geleden bij de firma II. D, Tjeenk Willink Zoon te Haar lem verschenen is. I-Ten boek van de zen schrijver, oud-hoogleoraar, oud- minister, is altijd de moeite waard om er rneor dan do Tien regels van een Vluchtige aankondiging aan te wij den, niet zoozeer, omdat hij er din gen zal hebben gezien, die een ander niet vóór hem had opgemerkt, maar omdat hij die met z ij n -oogen hoeft aangekeken. Toch is het met mogelijk uit een werk van 25 vel druks meer dan eenige min of moer onsamenhan gende opmerkingen over te nemen, al vind ik liet niet noodig aan het eerste hoofdstuk „de Zeereis" en aan bet achtste en laatste „Mooi Indië" bij zondere aandacht te geven. Iemand aJs de heer Treuib gaat niet naar In dië om de zeereis en om het land schap, hetgeen ook wel blijkt uit, de titels van de andere hoofdstukken: „eerste indrukken, de structuur dei- Indische maatschappij, de groote cul tures, arbeidsverhoudingen hi heb wes- ter-sche grootbedrijf, botee-kenis van do koloniale groolonderneming" daar ligt zeer duidelijk de betee-kenis van de reis. Laat, ik hier een caricatuur opne men, die onder weg van den schrijver gemaakt is en die hij zelf in zlju boek liet opnemen. Sprekende over de halfbloeds, de Indo's, maakt de schrijver do opmer king, dat liet een bakerpraatje is, als zouden dezen bij hun geboorte de slechte eigenschappen va-n de twee rassen hebben meegekregen, wel is hij van meening, dat de opvoeding van deze kinderen, evenals die van kinde ren van Europeeselïe ouders, door ba boes, verkeerd is. omdat zij zich als slavinnen door die jeugdige tirannen laten behandelen; later, wanneer zij twaalf en dertien jaar oud geworden zijn, is de vroegrijpheid van de Indi sche jeugd voor hen een bezwaar. De groote meerderheid van de Indo- Europeanen wordt waarschijnlijk ge vormd door ben, die in Indië zelf ecnige maar niet een volwaardige op voeding genoten. Deze middengroep kan onder zekere omstandigheden het bindweefsel tussehen de Europeanen en de inlanders vormen, maar onder andere condities kan zij juist een schei dingselemenfc zijn. En vooral thans is het gevaar niet denkbeeldig, dat zij veel eer de laatste, dan de eerst bedoelde rol zullen vervullen. Haar leden gevoelen zich bij geen der andere bevolkingsgroepen geheel thuis en hebben hef meest te lijden van het vooroordeel van een groot deel der Europeanen. Door hun halve of kwart ontwikkeling komen zij even als alle half ontwikkelden, in welke maatschappij dezulken ook zijn ge plaatst, licht tot zelfoverschatting c-u tob het gevoel, van niet naar hun, waarde te worden behandeld. Dat stemt bitter. En in een tijd als wij beleven vormt zulke bitterheid in vele gevallen een maar al te gunstigen 1 voedingsbodem voor revolutionaire tendenzen. De wat heet. gebakerde her vormers mogen daarmee wel ter dege rekening houden. Dit boek heeft geen politieke strek king, voegt de schrijver aim de bo venstaande opmerkingen toe. Maar hij zegt er meteen bij, dat hij er nu en dan niet geheel buiten zal ku-nnen, maar zich dan bepalen tot mogelijk heden en voor de hand liggende con sequenties, Bij de Javanen, zoo zegt, hij o.a., zijn, althans bij het niet ge heel onontwikkeld deel der bevolking, het saamhoorigheidsgevoel en de drang naar zelfstandigheid kennelijk aan het ontwaken. Maar hij laat meteen een waarschu wing hooren. „Alleen diegenen nu, die voor de werkelijkheid geen oog heb ben, kunnen er blind voor zijn, dat de Javanen in ontwikkeling en schiktlieïd voor het voeren v... heer over groote gebieden, zich voor eerst met de Nederlanders niet kunnen meten, Het ontbreekt hun zoowel aan de vereisohte kennis^als aan de noodi- ge ervaring. Ook de' kunst van bestu ren en wetgeven moet. geleerd worden en waait een volk, dat nog pas in hc-t, eerste stadium van zijn bewustwording is, maar niet zonder meer aan Vooi de groote meerderheid dei' Ja-vanen i: volksbewustzijn, zoo zij er al van ge hoord heeft, vooreerst nog een ijdële klank. Gaf men het land onder die omstandigheden toch volledig zelfbe stuur on autonomie, clan zou spoedig genoeg blijken, dat men de rechten en belangen van die meerderheid ha-d op geofferd aan een lenze. Deze zou dan, zonder het tegenwicht van een Euro- peesch opperbestuur dat tegen machts misbruik on knevelarij waakt, aan de willekeur van den inlandschen adel stand zijn overgeleverd", In hoofdstuk IV, de groote cultures verklaart de schrijver, dat het hoofd doel van zijn studiereis o-eweest is, liet- Buropeesche grootbedrijf van nabij te zien en in het algemeen een indruk te krijgen van de hoofdstukken van het economisch leveu in de Oost. Hij is heb alvast niet eens met, hen, die zouden willen, dat de aanplant en de teelt, van het suikerriet aan de suiker ondernemingen onttrokken en aan de bevolking overgelaten werd, omdat deze inlandsche netplanters niet de zelfde zorg aan de teelt zouden be steden, niet zóó, als de fabrieken doen, in voortdurend contact zouden blijven met liet proefstation, noch de wetenschappelijke raadgevingen van die zijde aanvaarden en opvolgen. Het onvermijdelijke gevolg van de veram dering zou dus wezen, dat pe,r bouw minder riet zou worden ge-wonnen, in qua.ntiteit zoowel als in qualiteit. De heer Treub maakt over de ruh- bereultuur deze opmerking, dat zij zich eerlang wel onafhankelijk zal maken vöi) den Amerikaanschen tus- schenbaudela,ar op de wereldmarkt, door evenals de suikerfabrikanten ecu gezamenlijke verkoops-coöperatie te stichten. Op Java. zijn noch de tabak, noch de rubber zoo goed geor ganiseerd als op Sumatra. De schrij ver verwacht, dat door samenwerking tussehen den ondernemersbond in In dië en den ondeniemcrsraad voor N.-I. inNcderland dc zekerheid zal wor den verkregen, dat de hoofddirecties hier en de uitvoerders, ginds in alle belangrijke zaken eer. lijn zullen trek ken. Óp dit oogenblik is de krocht van dezen ondernemersbond, zooals blijkt uit de opmerkingen van den liee-r Treub, nog niet groot genoeg, Sprekende over overschatling der Staatstaak op economisch gebied in Indië en van wantrouwen tegen liet particulier initiatief en den particu lieren ondernemer, geeft de schrijver zijn meening aldus weer „Wie de bevolking helpen wil en Indië economisch weerbaar wil ma- keu, t.rekko het uitheemsche kapitaal aan. door liet. behoorlijke winstkansen te geven. Hii volsre de lijn der ont wikkeling welke in Indië reeds sedert jaren is begonnen en bevordere in de eerste plaats de landbouwnijverheid, in stede van rechtstreeks of zijdelings een niet gerechtwaardigden tegenzin tegen dat. voor Indië zoo gewichtig be drijf aan fe wakkeren.... Wip de in dustrialisatie van Indië bople>t en te gelijk a-an de cultures het leven zuur maakt, vertrapt het nabijliggende goed. om het verder verwijderde en moeilijker te grijpen voordeel na te jagen", Over de gouvernenientebemoeiing is Mr. Treub niet best te spreken. Daar over ka.n ik niet veel citeercn, maar hoe hij er over denkt, blijkt wel uit wat hii zegt over het streven der gou vernementsdiensten en -bedrijven. alles in eigen beheer te doen„her- gene in Europa houdt men er zonder linger theorieën op na". Of den schrij ver. toen hij dit op papier bracht, de blameerende geschiedenis van 's Rijks posfc-oheque- en girodienst bekend was, kan ik niet zeggen. De ervaring in Indië. op het gebied der staatsexploitatie opgedaan, is be halve wat de Ombilinkolenmijnen betreft, droevig. Ook over havens en spoorwegen schrijft de heer Treulb. Uit de geschie denis van den laats ten tijd betreffen de de groote uitbreidingsplannen van d© Indische havens. zoo schrijft hij, blijkt weer eens overduidelijk, hoe weinig „kaufmannisch." een regee ring in het algemeen en de Indische regecring in het bijzonder, pleegt, op te treden, wanneer zij „zaken" doet. Er werden hier naa.r alle kanten on vergefelijke fouten begaan." Over de spoorwegen zegt hij dit, dait noch de Staats- noch de particu liere exploitatie geheel geschikt is- De particuliere maatschappij niet, o-mdat zij te weinig rekent met- over wogingen van algemeen belang, de Staatsexploitatie niet, omdat zij, vooral in Indië, te stroef werkt en 'heb kwaad dor ambtenarij... nog vergroot, „Zoowel uit een financieel oogpunt, als om overwegingen van algemeen belang, schijnt, mij do sa menvoeging der thans verdeelde ex ploitatie in een gemengd bedrijf, de beste oplossing." Met deze beperkingen, dat bedrij ven, welke geen monopolistisch ka rakter 'nebben, geheel aan den par ticulieren ondernemingsgeest moeten worden overgelaten en die, welke met een fiscaal doel tot monopolies werden gemaakt, (zooals in Inrlie bijv. de zouiregie) aan den Staat, Uitvoerig gaat de heer Troiib In op de arbeidsverhoudingen in het Westersch grootbedrijf, zooals het in Indië gedreven wordt. Heb is moei lijk, daaruit te citeer en zonder on billijk of onvolledig te worden, zoo-, diat naar dit hoofdstuk alleen worde verwezen voor hen, die 'neb boek zelf ter hand nemen. Daarvoor zijn dan ook deze losse en incomplete aan halingen hier overgenomen; om de laandacht op het boek te vestigen. Voor hen, die het er mee eens zullen zijn, ook voor hen, die andere prin cipes zijn toegedaan en daardoor al licht reclen zullen vinden orn er tegen op ta komen, hetzij in dit bind ol op een andere plaats. De groote betee- kenis van deze boeken over Indië is, dab zij de belangstelling voor Indië opwekkeu, die nu in ons land zoo gering is. Zoo bijna afwezig ter wijl Nederland zulke groote, belangen hij Indïè heeft en <le. studie van Indi sche toesbanden zoo noodig is, we gens den drang naar de „ethische richting", die daar kan worden op gemerkt! Men kan over deze politie ke, finaucïeele, economische aangele genheden denken zooals men wil er onverschillig onder blijven gaat nielj aan. En tocih is dib.de houding, die zeven achtste van het, Nederland- sclie volk er tegen aanneemt Jn- dië ligt zoo ver, zulk een afstand haalt hun geestesenergie niet. Ten slotte. Mr. Treub is ervan over tuigd, dat, ons land alleen te klein en te weinig kapitaalkrachtig is, em Indië aan al het kapitaal te helpen, dat heb. voor zijn ontwikkeling noo dig heeft. Staatsrechtelijk is het Ne- derlandsCh èn moet het Nederlandseh blijven, maar economisch kan hét zicll alleen staande houden, als heb zich op Internationale leest schoeit,. De wensoh i3 duidelijk. Buiten- landsoii kapitaal moet toestroomen. Het ontbreekt er nu al niet,. „Toen de planters daar zoo vriendelijk wa ren mij een diner te Medau aan te bieden, waren de aa.nzjttenden van Nedorlnndsche nationaliteit er in de 'udërheid. Da.t was niet toevallig. Het was een symptoom van de ont wikkeling van dat gewest." Tob zoover. Wanneer Engelschen en Amerikanen groote belangen heb ben in onze Oost, zou misschien de lieuwe indiening van een vlootwet oor Indië, zelfs gewijzigd, niet, noo dig zijn deze opmerking, niet n den heer Treub, is tocih mis schien wel de overweging waard. J. C. P. het bedrijf onmogelijk zouden maken. Verder wordt getracht het waarborg fonds tot een beduidend bedrag op te voeren en hebben de in die richting .angewende pogingen reeds zooveel rc-suitaat, dat welslagen er van rede lijkerwijze te verwachten is. Dit ge voegd bij de wijziging ten goede, wel ke naar men ons verzekert, langza merhand ten aanzien van den bedrijfs- toestand van de Hanzebank begint .n te treden, opent voor haar aandeel houders e.d. weer beter perspectieven BOND VAN MED, ONDERWIJZERS. Zaterdag vergaderde de afd; Haar lem van den B. v. N. O. De voorzitcr bracht een woord van hartelijken dank aan de St. Nicolaas-commissie voor haar mooie werk, dal met zoo'n' schitte rend succes bekroond is, Meegedeeld werd, dat op aandringen van den Bond een klas voor kandwerksonderwijs is gesplitst. In Bloemendaal is, mede ten gevolge van een bondsadres, het ver volgonderwijs behouden. Met overgroo- te meerderheid, 3 stemmen tegen., ver klaarde de afdeeling zich vóór het voorstel van het Hoofdbestuur om f 1000 steun te geven aan de stakende en uitgesloten textielarbeiders in Twen te. Bovendien werd krachtig opgewekt op de steunlijsien te ceekenen. Een ge animeerde bespreking bad plaats over de voorstellen voor de algemecnc ver gadering. welke 2s en 20 Dec. te Arn hem wordt gehouden. Óp een vorige vergadering was deze bespreking reeds begonnen. Bijna unaniem verklaarde de vergadering zich voor aansluiting bij het N. V. V. Over de toelating der hoof den waren dc mceningen verdeeld. To. .afgevaardigden naar de algemecnc vergadering werden gekozen de hecren G. Brouwer. E. H. Dik, J. Panman en C. J. Rijkers; tot plaatsvervanger L. J. Munnik. HANDELS VOORLICHTING. Men schrijft ons Door het Hoofdbestuur der Neder- landsche Maatschappij voor Nijver heid en Handel is een lijst samenge steld van de verschillende inlichtin gen, die op het gebied der Haiulels- voorlichting kunnen worden gevraagd, met vermelding van die bureaux en lichamen, welke in elk bijzonder ge val voor het verstrekken van voor lichting in aanmerking komen. Indien ieder belanghebbende zich aan deze lijst houdt en uitsluitend in lichtingen vraagt aan het aangewezen bureau of lichaam, zal onnoodig dub bel werk worden voorkomen en zoo doende eenerzijds snellere en betere voorlichting van belanghebbenden, anderzijds bezuiniging bevorderd wor den. Dat deze lijst gewaardeerd wordt, bewijst de tweede en verbeterde op lage, welke thans is verschenen. gemengdkoörTpolyhymnia" Door bovengemeld Koor zal op Zon dagavond, 23 dezer in de Gemeentelij ke Concertzaal een concert worden gegeven ter herdenking van liet 25- jarig jubileum a's koordirigent van zijn leider, den heer Willem Ilesne. Als soliste treedt op Mevrouw Ni- ine Tijssens, sopraan, alhier. De be geleiding is in handen yan den lieer Hans Seheffer. Voorts zal medewerking worden verleend door de eveneens onder lei ding van den heer Hespe sitaandc vereenigingen A Cappella Koor „Gres condo" en Mannen- en Gemengd Koor. .Zanglust beide te Amsterdam. Door de onderscheidene koren zul len worden 111'tgevoerd o.a. „Een Slem in Rama" van Lndwig F- Brandts Buijs, „Palmsonntagmorgen •an Max. Bruch cn ..de Stal" van C. an der Linden, terwijl door ongeveer 350 zanceressen en zangers gezame- lijk zullen worden ten pehoore ge bracht „Koren" van Alphons Vran- eken en Ellen" van Isr. J. Olnian, N.V. HANZEBANK IN HET BIS DOM HAARLEM. Men schrijft aan het Hbld. Nopens het waarborgfonds, be doeld in de mededeeling van de Han- zebank-directie, vernemen we dat dit fonds is te beschouwen als een extra zekerheid voor die crediteuren, die door het toevertrouwen van hun gel den. aan de Hanzebank, do rustige voortzetting van dit bankbedrijf be vorderen. Door eenige bepalingen is er tegen gewaakt, dat eventueel kwaadwillige crediteuren misbruik zouden maken van de bedoelingen, welke bij de deelnemers aan di' waar borgfonds voorzitten en door faïllisse- :entsaa-nvrage de voortzetting van De goede bedoelingen vn.n directeur J. A. Meng, om door een smaakvol program ma het publiek to boeien, kalm te houden en daardoor volle aandacht te verkrijgen voor de met veel zorg ingestudeerde num mers van L. 3". Ooslc-r, moesten jamuier genoeg stranden op do houding van eeu deel van de bezoekers, voor wie blijkbaar het bal, niet het concert, doel hunner komst was. Als ik zeg, dat het er in do zaal op sommige oogenblikken meer dan ergerlijk toeging, heb ik niet overdreven. Oorzaak? De attractie die het „bal na'j uitoefent op zekere soort jongelui, die van betajiielijklieidsbegrippen r.iet veel notie heeft. Een handvol dezer belhamels, vrou- ijke zoowel als mannelijke, bederven het dan voor de groote meerderheid, die welwillend leek, en het programma aandachtig volgde, voor zoover de rust- erstoorders daartoe gelegenheid gaven. Wat gebeurde, is gebeurd. Maar 't is te hopen dat het bestuur der muzickvereenï ging de noodigo conclusies uit het geval zal trekken. Ofwel schorper toezicht in de zaal, ofwel het wearen van die baldadige kliek (wat al licol moeilijk zal zijn), ofwel radicaal het bal afschaffen. Het is abso luut noodig dat tr krachtig ingegrepen wordt, waar gaat het toch naar toe ala een vloliet de beer Leenden de Graaff na op zeer verdienstelijko wijze de Ro mance van Lalo gespeeld te hebben (toen waren ze net even eti!) vergeefs moest wachten om verdc-t to spelen, tot hel ka baal, dat achter in de zaal opgestokem wns, zou ophouden, en eindelijk hot podium rnaar verliet, daar er van geen kalmeereu spmko 6choen te zijn. Niet zonder reden wae' hei dat vele goedwillige© uit protest de zaal verlieten. Het kon ons wel spijten voor de goede intenties -van den heer Meng, voor he'. veel belovende spel van den violisj en zijn be geleidster, Mc j. Christian Boesmans, voor hot zingen van Hugo Post's Dubbel man- aenkwartet „Euterpe", en niot minder om het welverzorgde programma vaai de mu- zk-kverocnigirig. dat al die herrie op hun prestatie remmend moest werken. Zij kon don hét niet helpen, en daarom wil ik ten hunnen opzichte niet al ie bnloorig zijn, en, voor Zoover mogelijk, do uitvoering be sproken. L. J. Coster spoelde als hoofd nummer de suite op „Lo Roi s'aml®" va,n Dek bos. De wijze waarop dit geschiedde, verdient ai Ion lof. Hot éCuk was in détail fijn afgewerkt, en vooral om het elastische rhythme, moet de directeur geprezen worden. In I was dc tegenstelling fusseheu het forscli geïnstrumenteerde tutti en de passage voor houtwerk en saxophoon I zeer mooi. Prachtige nuances in de Pa- vane, 111 werd met muzikale agogick door bariton en saxophoon gezongen; IV ging heel aardig, kan echte een pit tiger tempo lijden. Ook V was iets te traag, eohler zeer klankz.uïvor en deli caat. Vf, Pas-iepicd, werd geestig gerhyth- jmeerd, terwijl het finale best verliep. Do violist Leeiuieri de Graaff was In de sonate in E van Hündel aanvankelijk iet wat gejaagd, maar gaf vender blijk va-n heel veel aanleg. Zijn spel was voorldu- reiid zuiver van toon. Ook liet kwartet „Ruterpe" hield zich kranig. Alleen werd het den tenoren door 't opdrijven van het diapason soms te machtig. De A uit volle borst is voor de tenoren van dit kwartet niet mooi nicer. Hun heil ligt dnj in liet etabiel houden van het tnonpeil. Het best van al werd gezongen in Mkhi'-l Haydm's „Tcnobrao fncioe sunt", -m veel voortreffelijks had ook de interpretatie van ,.Der Premden- leaionaii" van Julius Wengart Slechts hier en daar is de sonoriteit nog wat ijler !o houden en- mogen enkele accenten niet overdreven wórden. JOS. DE EDEItE. ALCEMEEN NEDERLANDSCH VERBOND. Voor do afdeeling Haarlem en Om streken van het Algemeen Neder landseh Verbond hield Prof. Dr. F. A. Stoelt Maandagavond in de bovenzaal van „De Kroon" een voordracht over „Het ontstaan en de geschiedenis on zer spreek woorden." de inleiding tot zijn van hu mor en geest en kennis van onze taal •n ons volk overvloeiende rede. wekte jpr. op tot liefde voor en trouw aan onze moedertaal. Wij moeten die taal met zorg geibrmlcen; waakzaamheid is geboden, vooral in onze degen nu ons land overstroomd wordt door vreem delingen, wier taal de onze* zeer nabij konifc en haar'dus gemakkelijk besmet en bezoedelt en in verschillende veree nigingen vreemde talen met liefde, hij- ia met hartstocht worden beoefend. Jr valt inderdaad te klagen over lakschheid en onverschilligheid ten op zichte van een zoo zuiver nationale zaak als dc kennis en het juisto ge bruik van onze moedertaal zijn. Wij moeten allen, zeide spr., in het Ned. Verbond samenwerken ouder één ba nier, iets offeren van ons aardsch bezit en van onze werkkracht, Moge de af deeling Haarlem een vurige, bezielen- devlag worden in het Ncd. Verbond Een der openbaringen van de taal ts het spreekwoord- Wat is een spreekwoord 1 Om dat te weten te komen moeten wij het woord niet gaan ontleden. Dan komen wij er niet. Waar zouden wij dan blijven met een boterbriefje (trouwakte), genees heer („een heer die geneest"; was 'f maar altijd waar. zei sp-r.) of met. een loopjongen dio goed kan fietsen? De kracht van een woord zit in 't g e- brui k en zoo is elk spreekwoord c-cn bijzoudere vorm, waarin het volk het eigendom van zijn denken of de slot som van zijn waarnemingen neerlegt- Tn onze spreekwoorden toont ons volk zijn vroegere vroomheid, zijn lief de voor de zee, zijn voorzichtigheid (langzaam aan, dan breekt het lijntje niet), zijn geduld (elkon dag een naad je is een hemdsmouw in het jaar), zijn behoudendheid (hebben is hebben on krijgen is de kunst), zijn humor (hij is boven z'n theewater). Sommige gezegden zijn altijd ver keerd verklaard: „Kip. ik heb je!" heelt niets met een kip te maken, ar „kippen" beteekende in de 17e eeuw „pakken". Pluimstrijken komt niet van strijken over 'de pluim van een vogel, maar van „liet, wegstrij ken van een „plumo" (pluisje) van jas of mouw voor een plasdankje. De Vlamingen noemen een pluimstrij ker dan ook nog een „mouwvager", 't. Hoofd in de schoot loggen beteekent niet het in jo eigen 6choot, maar in di© van een ander leggen, dus; je over geven. INCEZONOEN MEDEDEELINCEN 60 Cts. per rog el AMSTERDAMSCHE ANTHRACIET MAATSCHAPPIJ Vertegenwoordigster der DOMANIALE MIJNEN ZUIDER BUITENSPAARNE 46 Tel. 2504, 3511 Vele spreekwoorden ztjn vorlcnoetdf do jongens van Jan d© Wilt zijn eigen lijk jongens van Johnnn do Worbr iemand dio in don SO-jarfjreu oorlog opklom van gewoon solden), tot veld maarschalk; zooals hot reilt, en zeilt' moot zijn: zooals hot rijdt, (een schip voor anker) 011 zeilt. Zoo licr-fb ook het volk, doordat het wilde rijmen, spreek woorden verknoeid: Praatjes vullen geen gaatjes, luidde vroeger: praatjes •uilen don huik niet'. De zin tot rijmen zit zeer diep iri ons volk; er ontstonden zelfs veel spreekwoorden op rijm van twee re gels: Al is dc longen nog zoo snel, do waarheid achterhaalt haar wel. Behalv© de ervaring leveren ook hoe- ken voel spreekwijzen, in do eerste plaats do Bijbel en dan de werketl van Cats, die volgens getuigenis van Dr. A. Kuvper, in zijn vorken „een ver volg heeft geleverd op Salomo's Spreu ken". Na de pauze liiw- -u Spreekwijzen aan 'dc beurt ontleend aa:i do Folklore en aan de oud© rechtstoestanden. Tot do eerste behooren de zoogenaamd© ..exempelspreuken" waarvan Kapitein Pulver, uit Van T.ennep's „Ferdinand Iluvck" er zooveel leende: „Alles mot) mate zei dr kleermaker en hij sloeg zijn wijf mol een cllcslok". „Een goc-d. oogje op iemand hebben" herinnert aan het oud© volksgeloof aan het kwade oog. Zoo (loof als een kwartel, zoo blind als een mol zijn uitdrukkin gen die nog doen denken aan verkeer de volksdenkbeelden en in Vondel's beroemd „Waar werd oprechter, trouw" maakte de rlichLer op meester lijke wijze gebruik van hot volksge loof a-an de kuischheid en do trouw van de tortelduif, die „haar leven lonk" blijft treuren „om haar bemin den tortel". Amy oudo rechtstoestanden herinne ren uitdrukkingen als: dat kan niet) loor den heugel, op den schopstoel zit ten (een straf voor zware misdadigers), aan dc ka.ak stellen enz. D© goospen- ning was eigenlijk de godspenning. Wie dezen „penniug" ontving, moesti zijn beloften nakomen en gaf dat geld meestal „ter God", d.wjt.: voor een liefdadig doel. Vroeger libu men een zekere bevoegdheid aan ec-n ander overdragen, door hem een handschoen: te z.endc-n, vandaar nog: trouwen mot de handschoen, liet was een leerzame en aangenama avond, die Prof. Stoett den leden vani de afdeeling en gonoodigden bereidde. Er was zc-er veel belangstelling voor deze lezing. De voorzitter, Dr. Knappert, danktd den spreker 011 sprak ©en woord ter aanmoediging 0111 te komen tot een' zoo groot mogelijk aantal leden van de afd. Haarlem van het Ned Ver bond. CABARET MODERN, Op 7 Dcccnibcr heeft de heer G. J. •an Hasselt, directeur van het Concert gebouw „Modern", c©n weldadigheids- avond georganiseerd ten bate der nood lijdenden in Duitschland en als resnl- :aat daarvan een bclangriik bedrag ter hand gesteld aan dr-n ..Hilfsausschuss fur Deutscliland", die daarvoor zijn dank betuigde. Voor den Politierechter Koion weggenomen. In hot beklaagdenbankje komt een: visscherman uit Zaandam. Deze heeft in de maand October* nadat hij mot zijn schoonzoon uit vis sollen was geweest, dio van dc-z© gele genheid gebruik had gemaakt eeu paar paliugfuiken '0 kapen, op weg naar huis van het terrein van do fa briek „ckWachter" eenige zakken metj steenkool weggenomen, Hoe kwam ie daartoe, informeerde de Politierechter. Ik deed het met 't oog op mijn kin deren. aldus bekl. op lat, ze thuis niet in de kou zouden zitten. Wat doe ij eenmaal een arm mensch? De PolitierechterJa, maar daii mag nu eenmaal niet. nel; blijkt, dat bekl. al eens eerder eenlgo malen wegens strooperij is ver oordeeld. Bekl.Dat is al couige jaren gele den. Op een winterdag doet men dat wel eons meer. Een konijn loopt in het wild ©u dan komt liien wol eens in de verzoeking. Maar dat is toch eigenlijk niet zich aan eens anders ©igondom vergrijpen. Hc-l O. M. vordert f 20 boete of 10 dagen. Overeenkomstig 'dien eisch wordlj bekl. veroordeeld. Naar het Engelsch van C. N. en A. M. WILLIAMSON. 1?) „Maar die heb je niet,!" zei Uzer- hart meecloogenloos. „liet eerste het beste schoolmeisje zou je wat wijs kunnen maken, als ze zich de moeite er voor wilde neven". „Dit meisje trekt er zich niets van aan. Ze weet nauwelijks dat ik besta". „Hm!" De kanselier keek goedkeu rend naar het knappe gezicht van zijn jongeien broer. „Dat is jammer. Je zou anders kunnen probe:-ron om den keizer den loef ai te stoken. Haar fln Uviion mot hem meet op een onple zierige manier eindigen, terwijl jij, niettegenstaande al je fouten, met je knappe gezicht, onze oude familie en mijn geld, geen kwade partij zou zijn voor een eerzuchtig meisje"- „.Touw geld?" „Ik bedoel, als ik er toe besluiten zou om jou tot mijn erfgenaam to ma ken, wat ik zeker doen zou, als ie met een meisje trouwde, dat mij aan stond .Wie zijn die Mowbrav9?" „Ik hen niet nieuwsgierig genoeg geweest om er naar te vragen", zei Egou. „Ik weet alleen dat het echte dames zijn eu dat ze in hun eigen land nogal 'wat moeten beduiden, andei's zouden ze nooit de introductiebrie ven, die ze nu hebben, gekregen heb ben, en dat meisje is beeldschoon". „Ik herinner me dat Mecktilde ook veel praatte over die introductiebrie ven", (lacht de kanselier hardop. „Maar Rhaetia is een heel eind weg van Engeland, en die brieven zouden wel vervalscht kunnen zijn. Zulke din gen heb ik meer zien gebeuren. Haal eens dat groote roode boek, op den derden plank van onderen, links van dat raam Zie je het'? Het is de lijst van den Engelschen adel". Egon stond onmiddellijk 'op. Zijin broer had hem een geheel nieuw en opwindend idee gegeven. Hij ontdekte al gauw het roode boek en legde het op het bureau vóór den kanselier neer, die de bladen omsloeg, tot hii de bladzijde vond, die hij noo dig had. Toen hij de lange rij van Mowbrays zag, veranderde de uit drukking op zijn barsche gezicht- Blijkbaar waren de vrouwen geen avonturiersters, tenminste niet in de gewone beteelteuis van het woord Daar stonden ze; zijn vierkante vïn- g.-rlop drukte hij min of meer driftig op hun namen „De moeder van hot meisje is de weduwe van Reginald, de zesde Baron Mowbray, mompelde de oude man. „Ze heeft een zoon, Reginald Edward, die ongeveer vijftien jaar oud is. Doch ter, Helen Augusta, acht-en-twintig! Tha! Een ba.kvisch is ze dus niet meer. Op dien leeftijd behoorde ze al flink wat were.ldwnsb.eid te bezitten." Acht-en-twintig!" antwoordde Egon, ,.m'n kop er af als ze acht-en-twintig is". „Ziet er bij daglicht niet naar uit?" „Geen dag ouder dan negentien. Ze zou zelfs nog veel jonger kunnen zijn. Lieve help, ik ben nog nooit zoo ver baasd geweest over den leeftijd van een vrouw! Tussehen twee haakjes, ik hoorde haar gisteren aan Baron von Lyndal vertellen, a propos van onze groote Rhactiaansche overwinning, dat ze elf jaar werd op den dag dat die plaats vond. Dus dan zou zo nu ongeveer twintig moeten zijn. Toen ze dat zei, herinner ik ine, dat ze oven naar haar moeder keek, alsof ze schrok Ze hoopte zeker, dat er in Lynda] berg niet zoo'n groot rood boek zoa zfijn". „Misschien heeft ze daar wel aan gedacht", stemde kanselier toe, ..of nders...." ITij maakte zijn zin niet f, en keek strak naar dc open blad zijde van bet boek. „Ik zou wel eens willen weten oi j© werkelijk meende wat je zooeven 'zei over mijn huwelijk", zei Egon, „Want als je het meende.. „Als ik het meende...." „Zou ik erg mijn best doen om eeti vrouw te zoeken, die naar jouw zin was." „Verklaar je wat nader. Je bedoelt dat je wilt probeeren 0111 juffrouw Mowbray te bewijzen dat een kapitein van de cavalerie moor waard is dan een keizer iu de lucht?" „.Ta. Ik zou er mijn hesto voor doen. En zooals je zegt, hen ik nog niet zoo'n slechte partij." „Dat be.n je ook niet. En ik was vast vn.n plan om je aan te moedigen om werk te maken van juffrouw Mow bray tot je in ij dit roode boek gaf". M©t zijn grootcn wijsvinger klopte hij op de bladzijde van de Mowbrays, en er kwam een min of meer spotten- do uitdrukking op zijn gezicht. „En ben je nu van plan veran derd?" Er kionk teleurstelling in Egon's stem. „Dat zeg ik niot. Ik zeg alleen „Wacht nog even". Wees zoo vriende lijk tegen het meisje als je maar wilt. Maar doe geen overhaaste dingen en reken niet op mijn belofte of mijn gold. tot je weer bericht van mij hebt. To gen dien tijd zullen wo weer zien. Bemoei je veel niet hanr, Maar wacht eerst nog wni". „Hoe lang mo:t ik nog wnchtea? Als ik het doen wil, moet ik het gauw doen, want in dien tusschentijd maakt de keizer groote vorderingen." De kanselier keek weer op van het rood© boek, en drukte zijn vuist op de Mowbrays, alsof hij hen wilde vernie tigen. ,,.Te moet wachten", zei hii, „tot ik antwoord heb gehad op een paar telegrammen, die ik vanavond zal versturen". HOOFDSTUK X. I-Ietbeslissende oogenb 1 ik De eerst© cn de iweedo etensbel wa ren op Slot I.yndalberg geluid op den avond van den dag na Egon von Broitstoin's bezoek aan zijn broer, en de groothertogin begon ©r zicll oen beetje ongerust- over te maken waar haar dochter toch bleef, toen er op dc deur geklopt Werd. „Kom binnen!" antwoordde ze, ©n daar verscheen Virginia, nog steeds in do witte japon, die ze dien middag hij het tennissen had gedragen. Ze bleef een oogenblik staan zonder een woord te zeggen en ze zag cr zoo beeldschoon uit, dat hefc haar moeder toescheen alsof ze van binnen uit ver licht werd, Do Groolherlogïn was nn het punt om liet, meisje ©en standje je geven voor haar getreuzel, wnnt het was1 een onvergeeflijke bjleediging. 0111 t: laat aan tafel te komen, in hot huis waar do keizer was. Maar toon ze di© schitterende oogen zag, bestierven de woorden haar pp de lippen". „Virginia, wat is er? Jo ziet er uit ja, ik kan niet zeggen hoe je er uit ziet. Maar mij dunkt, dat, er iets ge beurd moet zijn.'"'" Langzaam liep (lc Prinses de kamer door, glimlachend als iemand, die slaapwandelt. Nauwelijks beseffend wat ze deed, ging ze in een luien stool zitten en liet haar ellebogen op haar knieëcn rusten eu haar kin in haar handen. „Je kunt gaan, Ernestine", zei do Groothertogin tegen haar kamenier. „Ik zal wel bellen als ik jc weer noo dig hob-" Gelukkig was het ingewikkelde werk van bet golven cn opmaken van het haar net klaar gekomen. Ze zat in een kimono, en do rest van haar toi let- kon wel wachten lot haar nieuws gierigheid bevredigd was. Maar Virginia zat nog te rlrooi»en, haar gelukkige oogen staarden heci in dn verte. Dc Groothertog moest haar twee maal vragen, voordat het meisje haar hoorde: „Kind, heb jo mij iets ie vertellen I" De prinses ging wat reehteron zit ten. ..Eigenlijk niets, moeder. Behal- dat |k het gelukkigste meisje ter „Waarom wat heeft bij dan go- 'gd 1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1923 | | pagina 5