HAARLEM'S DAGBLAD Een en ander over„Scheybeek" De Schooltandartsdienst De laatste Avonturen van den Rooden Pimpernel DINSDAG 18 MAART 1924 TWEEDE BLAD Wij waren dezer dagen in de gele genheid een foto in ons blad te plaat sen van deze bekende buitenplaats, welke bij den spoorovergang in Velsen ligt, nel over de grens van Beverwijk. Zooals onze lezers weten, wordt de buitenplaats bij inzet op 4 April en bij afslag op 11 April verkocht, in één perceel, dat wil zeggen in haar geheel. Het hoeft geen betoog dat liet voor Beverwijk van groot belang zou zijn, als de plaats zou komen aan iemand die van plan ia er te gaan wonen. Hui zen als „Scheybeek" zijn uit den aard der zaak niet te bewonen door incn- schen met kleine beurzen, zoodat indien gebeurde wat wij hier als wcnsrhelijk neerschrijven. Beverwijk er een flinkea belastingbetaler bij zou krijgen. Wij gaven onlangs een beschrijving van „Velserbeek", pd noemden daarin ook. als een buiten van ongeveer den- zelfden leeftijd, „Scheybeek". Al de buitens in deze omgeving dateeren uit den tijd toen de Wijkermeer zeil-, en de duinen jachtgenot verschaften aan de Amsterdamsche kooplieden, die als tegenwicht voor hun drukke bezighe den hier ontspanning zochten. In een ouden gids van Beverwijk von den wij een beschrijving van „Schey beek", die wij onzen lezers niet willen onthouden, omdat wij zelf moeilijk een vollediger resultaat zouden bereiken met het snuffelen In oude boeken. „Scheybeek" is niet een huis van bij zondere schoonheid, vergeleken bij an dere buitens is het niet groot, het dicht bij gelegen „Akcrcndam" is veel mooier in zijn ouderen stijl. De schrijver van genoemden gids '(Chr. E. Sepp) zegt het volgende „Staande voor „Scheybeek", brenge de wandelaar vooral in zijnen geest de historische herinnering terug, waarvan dere plek te spreken heeft. Wij schrij ven 1624. Als offer van de staatkundige en godsdienstige twisten in ons vader, land is het hoofd van den grooten Raadspensionaris, Johnn van Olden- barnevelt. onder den bijl gevallen. Maar wie Prins Maurits en zijn partij naar de oogen moest zien, de Amsterdamsche Kousenkoopman uit de Warmoesstraat, Joost van den Vondel, dacht daaraan allerminst. Hij greep naar de pen en. de waarheid hullende in het kleed der verdichting, koos hij den Griekscben held Palamedes, die deelnam aan de belegering van Trolc, tot hoofdper- «oon van een 'ooneelstuk „Palamedcs oft Vermoorde Onnooselhcyt". e,n ver weet de bovendrijvende regecringspartii den moord van Oldcnbarnevelt. die wel verre van een landverrader als een va der des vaderlands was opgetreden en martelaar was geworden voor de goede zaak, die hij voorstond. In de beschrij ving. welke Vondel een der reien van dit treurspel in den mond legt. van den aanblik dien het Trojaan«che landschap leverde van den berg ,.Tda" af gezien, herkent ieder de-kundige terstond de teokening van hetgeen Kennemerland 'toen ter tiide te aanschouwen gaf. Geen Wonder Vondel die zoo vaak de gast vrijheid genoot van den toenmaligen heer van „Scheybeek", den riiken Am- sterdamscben koopman, zelf dichter en beschermer der ktin-t. I.aurens Baeck. had op dit buiten (in de nabiiheid van het tegenwoordige Holland op run Smalst) aan zijn „Palnmedcs" gearbeid, in 163? verscheen het treurspel in druk. Waren Vondel's vrienden verbaasd over Hen moed des dichters, die uitsprak wat toen in rooveler harten leefde de re- geering van Amsterdam dacht er anders over en wilde den zanger wegens ma jesteitsschennis terecht doen staan. Vondel vluchtte uit Amsterdam en vond een schuilplaats op „Scheybeek", waar het gezin van ziin vriend en beschermer hem in zoo hooge mate aantrok, dat tal van zangerige gedichten aan die liefde en waardceridg te danken ziin. Men denke o.a. aan den bekenden ..Rerck- santrV'. toegcroogen aan Racck's doch ter Katharine, aasyangendc met de ïcgels 1 „Wiicker Bietje, die bij 't BeecVJe Nestelt - - - ITet buitenverblijf zelf is door Vondel In de volgende regelen bezongen, die hier een plaats mogen vinden, omdat ze op zoo'n sehoone wiire het aantrekke lijke van „Scheybeek" beschrijven t O hofstee I lustprïüel der wijzen! Hoe heerlijk zien wij nu airco Uw hoog geboomt' ten hemel rijzen. En kijken over duin cn zee. Veel verder als de Grieksohe Tempen! Nu kan do tijd uw grooten naam In geen vcrgctclpoelen dempen. Maar eeuwig zal uw schelle faam Zich laten hooren in de wolken Zoolang als Bacrlcs maatgezang In waarde blijft bi' alle volken, Van 't Oos *n to' den ondergang. Ilii schreef deze regelen naar aan- leiding van hetgeen con ander letter kundige van dien tijd, Caspar van Baerle, eerst predikant te Nieuwe Tonge, later hoogleeraar iu de Wijs begeerte aan liet Athenaeum to Am sterdam. evenals Vondel, Hooft en Baeck lid van den bekendon Muidcr- kring, had gezegd, toon liii het Heekje, waaraan .Scheybeek" zijn naam to flanken heeft, .bezong; „Beeckje, daar de duvn haer droppen 't Saem versamelt in ecu bron, Als eij met hac-r witte toppen, Glinstert in de morgvutou. Beeckje, als men u sict vloeyen, Als men hoort uw soot geruisch, Voelt men al zijn geestjena gloeyen Een vorhuyaen druck en kruys. Ilier heeft Hooft gescherpt zijn veder, En gewrocht sijn sinryck dicht; Hier sat Vondel dickwijls neder, Als hij van don aerd gelicht Droeg omhoog door al de wolekeu Boven bergen, boven locht En verliet de aerdsohe koleken Van dit beeckjons nat bevocht. Sleep het leven van do Baecken Alsoo lang als gliij hier loopt: Wil niet eer uw siroornen stueckon, Voordat Baeck aijn leven eloopt, Dan zal Jupiter uw strooien, Al uw dropjens, al uw nat, Opwaerts tot de sterren haelen BovCn d' oude BeversUd." Laurens Baeck. de eigenaar van ..Scheybeek". Micrf in 1702 na zijn dood is „Scheybeek" meer dan eens van eigenaar verwisseld, totdat het de bezitting werd van den tegenwoordi- gen bewoner, den heer G. T. D. Slaap. Eigenaars kwamen en gingen, maar nog altijd staat daar het eeuwenoude buitenverblijf als do stille getuige van hooge vrougdo cn diep- gaando smart, binnen zijne muren ge noten en geledeu maar staat daar ook als een van do aantrekkelijkste en bevnlligsle plekjes waaraan Von- del'a en Baeck'» geliefd Beverwijk zoo overrijk is tot op dezen dag." Tot zoover dn heer Sepp in den Bo- vonvijksrhcn gids. Wii hoeven er wei nig aan toe te voegen. De heer .Slaap is bij de rii van vroegere bezitters ge voegd en onder dien namenrecks zal eerstdaags ook dien van Dr. C. .1. K. van Aalst geplaatst kunnen worden. „Heemschut" hoeft zich vroeger, waarschijnlijk niet ten onrechte, al be zorgd gemaakt, over het voortbestaan als buitenverblijf van „Scheybeek". Of in de toekomst to koeren zal zijn dat „Scheyboek", do vroegere bulten» „Watervliet" en „Schulpen" en zoo- vole andere volgt, nl. dat zij gesloopt worden omdat do nieuwe tijden nieu we oischen stollen ann d© omgeving, wij botwijfolon het.. Dat hot jammer zou zijn nis „Scheybeek" verdween, zat ieder mot ons eens zijn die op zijn zomorscho wandel- of fietstochten daar soms ©on oogonblik heeft getoefd on bij het eerste aanschouwen van het huis achter de hooge hoornen zeker zal hebben gezegdwat is dat mooi. Stadsnieuws De mc8ning van eenlge hoofden van scholen Gedurende twee Janr is nu hier ter stede eon proof genomen met een Bchool-tandartódienst en uit het feit dat B. en W, foans voorstellen zulk een dienst definitief in to stellen en nog een tandarts bij to benoemen mag worden afgeleid, dat- B. en W. tevreden zijn over du resultaten van dc proef. Wij hebben eens bij verschillende hoofden van scholen geïnformeerd hoe zij over den schooltandartsdienst denken en mochten daarbij voor dien dienst zeer gunstig klinkende ant woorden ontvangen, „Ik zou het zeer betreuren", zóó zeide ons hot. eerste hoofd dat wij bezochten, „indien do school tandarts- dienst niet bleef bestaan; hij werkt goed en preventief. Er zijn in de la gere klassen heel wat kinderen die op weg zijn een slecht gebit te krijgen en wier gebit door den schoolt andarts nog behouden kan worden, hetzij bij voorbeeld door liet. vullen of door het trekken van een kies. Het. gebeurt in de volksklasse nog maar al te vaak, dat de ouders bun kinderen met he vige kiespijn laten loopen en er niets aim laten cloen. Dit behoeft nu niet meer voor te komen. Over de mede werking der ouders valt overigens niet te klagen. Als je eens met. on willigen praat, worden ze meestal spoedig van het nut van den schooltandartsdienst overtuigd. Het is aan mijn school dan ook maar twee keer voorgekomen dat ouders volstrekt bleven weigeren, hun kinderen te laten behandelen. Eenigc malen richtten zelfs ouders vun kinderen uit de hoogere Klassen het verzoek tot mij, of de tandarts het gebit van die kinderen ook niet eens kon onderzoeken (tot, nu toe werden alleen do kinderen van do laagste twee klassen behandeld). Goed is het ook, dat wanneer een kind na de eerste behandeling nog over pi>n blijft klagen en de tandarts inmiddels zijn functie weer aan een andere school is gaan uitoefenen, het lioofd der school het. recht heeft dat kind met. een briefje naar de schoolarts te zen den. dio dan voor verdere gratis be handeling zorgt". Op de omstandigheid dat soms ouders van kinderen uil. do hoogere klassen om tandheelkundige behande ling van die kindoren verzoeken, ves- M igdo ook het tweede hoofd der school, wiem wij naar zijn ervaringen vroegen, onze aandacht. „Toen ik hoorde, dat; oen sahool- tandartsdienst zou worden ingesteld", zc-ido dit hoofd ons. „heb ik gezegd: dat zal wel moeilijkheden geven! Maar dat is mij hijzonder meegevallen; do stoornis in de klasse is zeer ge ring. Heb geeft natuurlijk altijd wel e 0 n i g e stoornis als eehige kinde ion heurt om beurt, do klasse veria- ton, maar dat is toch niet, zóó, dat hot nadoeligen invloed op hef, onder wijs heeft. Bovendien duurt het, ge- Iieole bezoek van den tandarts aim elko school, maar een dag of tien. liet is een groot voordeel, dat de kin deren nu tenminste geholpen wor den, want vele ouders schrikken er voor hun kinderen to laten behande len omdat do kosteD zoo hoog zijn. En wat de zenuwachtigheid van dé kindoren vóór of nd de behandeling, waarover wol geklaagd is, betreft: ik neb daar ann mijn school nooit iets van bemerkt. Mijns inziens werkt do schooltandartsdienst zoor goed en bo- vondien opvoedend". Bekeken van het standpunt v< aihoolhoofd verklaard© ©ea deiu^ hoirfa, dat liet werk van den tciiool- tantlarts geen noemenswaardigen last aan het onderwijs berokkent. Welis waar veroorzaakt het weggaan en terugkomen van een patiëntje eenige afleiding in de klas, maar de orde wordt er niet door verstoord. Het instituut geeft bovendien veel gemak, want op dio manier blijven er geen kinderen meer over, dio dikwijls thuis blijven omdat ze kiespijn hebben, of het doen voorkomen, dat ze door die pijn geplaagd worden.' De tandarts neemt bet kind even in een kamertje apart, doet daar zijn werk en stuurt hei vervolpons naar de klas terug. Dit alles gaat heel stil in zijn werk. Van do ouders wordt zoo goed ols geen te genstand moer ondervonden; een en- kolo laat weten, dat hij zelf wel voor zijn kind zal zorgen. Dit schoolhoofd kun er zich dna-ook meo vereonigen, dat deze dienst nu zoo volledig mo gelijk wordt, want dnn wordt het sue cos ook grooter. Hij hoopt evenwel, dut do ouders in het algemeen dit in- su'tüut, dat voor hen zoo goedkoop is, zullen waardeeren, cn dat het niet zoo gaat als met een moeder, dio eerst beleefd om een paar klompen vraagt ai die krijgt, maar reeds bii den twee don keer ec-n brutaal briefje schrijft, mof do boodschap, „dat hot kind niet eerder op school zal komen, vóórdat hij nieuwe klompen gekregen heeft!" Zoo dacht d"zc zoasmnn er als hoofd van de school over. Als parti culier moende hii, dat de Staatsbe moeiing zich te ver uitstrekt: to veel in het particuliere leven ingriipt en niet bevorderlijk is voor het verant woordelijkheidsgevoel der ouders. Een ander schoolhoofd herinnerde er aan, dat indertijd aan allo ouders een briefje geschreven is. waarin ge vraagd werd, of zij er geen bezwaar togen hadden, dat. hun kinderon door den tandarts behandeld zouden wor den. Er waren er maar een paar, die er zich tegen verklaarden, onder de opmerking, dat zij er zelf wol voor zouden zorgen. Iicu enkele dee.d dit dan ook, maar een ander schreef dit. wel, doch deed hot niet! En toch is dit instituut noodig, want er waren veel kinderen, die slechte tanden en kiezen hadden. Bij één kind was hot zelfs niet meer mogelijk, iets te doen. Haar geheels gebit was bijna wegge rot on het, tandvleesch hing er aan flarden bijl De resultaten van den schooltandartsendienst zijn overigens heel gunstig, daarom vindt hij hot uitstekend, dat deze dienst wordt uit gebreid; do behandeling moet niet hij één keer blijven, maar regelmatig ge schieden. Ook is hij van moening. dat aan het onderwijs niet veel stoornis wordt toegebracht. Wel zou hij het wenschelijli vinden, dat de behande ling in een apart lokaaltje kan ge schieden en niet in het spreekkamertje van het hoofd. Het laatste schoolhoofd, wiens oor deel we vroegen, merkte op, dab het instituut geen onverdeolden bijval bij het onderwijzend personeel heeft ge vonden, zooalB door B. en W. onjuist is meegedeeld. Integendeel, velen wa ren er tegen en vroegen, waarom dit nu weer in de school moest geschie den; zij vonden het beter als de kin deren naar klinieken gingen. Dil schoolhoofd oordeelde, dat de Staats bemoeiing veel te ver tring; men maakt heb den mcnschon veel te gemakkelijk en te goedkoop, zeer tot nadeel de particuliere tandartsen. Hij zou het dan ook veel beter vinden, als de kin deren. wier gebit niet in orde is. 1 voudig een briefje krijgen, waarmee zij naar een tandarts kunnen gaan. Verder moest de bemoeiing van de ovenheid "zijns inziens niet gaan. Op den eersten morgen van de behande ling in zijn school was de uitwerking op de laagste klasse niet goed; kinderen werden er nerveus van. Die urc-11 waren dan ook voor hei, onder wijs verloren. Naderhand is dit oven- wel veel beter geworden; hij moest dan ook erkennen, dat de res"lla!en heel goed waren. Nu her, instituut e1 eenmaal is. moet hot, aldus eindpdi hij, ook zoo goed mogelijk funclio- neeren. GEVONDEN DTEREN EN VOORWERPEN. Terug te hekomen bij A. Meijer, Brouwersvaart 10, beige ceintuurJ. Lust, Damaststraat *46, rood-bruine ceintuur; Wassenaar, Damiatenetraat 32.; bruine mantelceinluurJ. Wester Smedestraat, 25, zwart-witte dames- ceintuur VV. J. Kuymer, B rederode- weg 31Bloemendaal, groen-Tiizo das; B.Paradijs, Korte Lakenstraat 4 roodwit-wollen kinderhandschoen D. Hulman. Leidscheefcpaat 50, griis- wollen kinderhandschoen; C. Bc.r- lergst. Tuinstraat 1 a, hond. (Dobb. pincher); van Diggelen, Kleine Houtweg 15 a, hondenhalepenning L. v. d. Brook, Loidschestraat. 46 rood, licht grijze kinderhandschoen Elgrink, van Óstadestraat 306 3 hoog Amsterdam, herdershond; J. van Gelderen, Raam vest 1, grijs met Lont gevoerde handschoen; J. Ifraayen- brink, Alb. 'I'hijmstraat 25, hoed in doos; Kennel Haerlem, Ter Spijt straat grijsharig hondje, gebracht, door A. van Leeuwen. Gen. Botha- straat 68. zw&rt-bruinharige hond, ge bracht door Reikes. Parklaan 119, geel harige herdershond gebracht door W. Hoenderdos, Oudeweg 31, Ha,.rl. en Spaarmvoudezwartharige hond, gebracht door W. Köbler, Wouwcr- manstraal. 99; grijsharige kat, ge bracht door J. Buss, Jansstraat 36; Bonnet, Bakenessergracht 30 ias en vest; D. He tem. Spaarnwouaerstraat 6, blauwe jasKennel Fauna, Park laan grijs-witharige kat, gebracht door Hoogduin. Kennemerplein 4, grijsharige kat, gebracht door Veugen Papen toren vest 61, grijsharige kat, gebracht door Waleveld, Schrevelius- straat 14, zwart-witkarige kat, ge bracht door Dupyn, Wagenweg 20 B. Konings, Baljuwslaan 22 lorgnet; A. v. And©]. Kostverlorenstraat 129, Zand voort, Manchetknoop; v. Rijsen, Groot© Houtstraat 89, groen© muts M. Lasoner, Leidscheplein 28. auto- nummemlaat (G.) Bevolkingsbureau, Raaks, ParapluiePaauw. Brouwers straat 133. porteraonnaieJ. v. d. Aart, I\oningsteyn8traat 22, honden penning; W. Snoeks, Vooruitgang- straat 28, portemonnaie met penning. P. J. Kok, Brouwersplein 6 rood, gymn. schoenen Hoeperman. Ve.rl. Saenredamsbraat 95, trui, v. Niel, Nieuw Heiligland 12, twee veeren. OSCAR SMIT's BANK, In de algemeene vergadering van aandeelhouders, Maandag geuouden werden de balans en verlies en winst rekening over 1923 goedgekeurd. liet dividend op de preferente aan deden werd vastgesteld op 6 Op de gewone aandeelen zal geen dividend worden uitgekeerd. De bruto-winst bedroeg f 88487.574, waarvan aan provisie f 42659.70; aan intrest f 45827.874. De heer J. MD. Blomjous werd als Commissaris herkozen. Het Tooneel Eon Zwaan onder da Qnn- zon. Eon nieuwe Leus. Rot- tordamsoh Hofstad Toonool. Wij waren Zaterdag met Maurits Wagenvoort heel den «vond in Lutjebroek Het is voor een schrijver «iet gemakkelijk me im Lntjebroefk, door welk beroemd oord tal van andore Hollandscha auteure roede ettelijke malen hebben rondge leid, nog wat nieuws te laten zien. Aan W.agenvoort is dat dam ook allerminst ge lukt. Wij bleven mot hem voortdurend tusschen de ganzen en hebben van een zwaan geen spoor gemerkt. MdtlLuljebroek- eclhen geest edhrijf je nu eenmaal geen blijspel. „Drie bedrijven van een geschiedenis zonder pretentie" noemt Wagenvoort zijn „Zwaan onder de .Ganzen". Wij zouden wel zoo snugger zijn geweest zelf tot deze conclusie te zijn gekomen, ook zonder dat do schrijver die toelichting Ihad gegeven. Wagenvoort lijkt heel bescheiden maar met die bescheidenheid ontwapent hij ome tocli allerminst-. Wij gaan niet naar de ko medie om 3 bedrijven te zien, wij verlan gen een st uk. Emants heeft inet zijn „Nieuwe Leus" dat na „Een Zwaan on der de Ganzen" werd gespeeld Wegen- voowt een prachtig voorbeeld-geleverd. Hoi doet or niet toe, de schrijver 1, E of 10 be drijven geeft, ah het maar eon geheel ist Dat nu is Een Zwaan onder do G-in- zen niel I Het zijn 3 'bedrijven, los naast "•kaar, zonder samenhang. Van bouw i3 geen epralce, van inhoud nog minder en van geest het allerminst, Wij hopen voort aan gespaard to blijven voor zulk© uil Luijebroek geïmporteerde stukken on danks allen aandrang van den „Bond van Ncderlandsche toneelschrijvers" Met zul ke verouderde, flauwe, onbeholpen en di lettanterige (stukken is niemand gediend, de toonoelspoler-s niet, hot publiek niet en ons nationaal tooneel niet. De ariislen van hot vemmigd Rotter- damsoh-Hofstad-Tooneel deden hun best om deze Lutjebroeksche geschiedenis genietbaar mogelijk te maken, wat niet belette, dat wij heel den avond hel ge voel hadden bij een liefhebberijgezel schap te gast te Zijn. Dit lag niet aan nctour3 en de actrices, hel lag enkel den eöhrijver, die geen anenscben had ton te «scheppen en zich geen oogonblik boven de sfeer van Lutjebrodk heeft kun nnn verheffen. Wal tic mij alleen van deze voorstelling zal blijven herinneren wart ''c elegante, smaakvolle toiletten van m vrouw Jo de BoerWalraven. Dat w, werkelijk een lust voor do oogen I Maar voor drie bedrijven met of zonder pre tentie is dat toch wel 'o beetje te weinig. Tot slot gitng Em-ants' „Een Nieuwe Eeusl" Dit £5 jaar oudere „Haagsche kluchtspel" leek wel*een kwart eeuw jon- cer dan Wagenvoort's geestesproduct. Her mann Schwab gaf in dit stukje den „toon" aan. Het was grappig maar heel weinig „Haagsch" Alleen aan .Tan van Eee zagen wij, dat Ben Nieuwe Leus in de Residen tie speelde. Toch woog dit ééne bedrijf op tegen de 3 voorafgaande bedrijven in Lut- j c-broek. J. B. SGHÜIL. GASTSP1EJL BASSERMANN. VOM ANDEREN UFER. De avond van Bassermann bracïif naast veel moois, ook teleurstelling Mooi was het spel van Rasser-" in Dei Graf. Indezen eenacter is Rassermann een pseudo-graaf, die zich "niet valsche papieren bij een adellijke familie heeft binnen gedrongen, en c-en jonge gravin heeft getrouwd. Dezen pseudo-graaf zette Rassermann vierkant op zijn voeten. Een volbloe dige kerel, een man van sterken wil, in wien men voortdurend Max, den graaf en Josef den kellner vereenigd zag. Bassermann trof in deze rol vooral door innerlijke kracht. Geen oojehblik gaf hij in dezen eenacter iets te veel. Prachtig was het moment an zijn ontmaskering door zijn so ber, ingshouden èn toch zoo expres sieve spel. En zijn verdediging tegen over Helene en haar oom boeide zeer door Bassermann's rustig, sterk, zelf bewust spel. Na dezen prachtigen inzet was „Der Ernst des Lebens" voor mij een groote teleurstelling. Wij kenden de zen prachtigen eenacter Van Salten door meerdere Ilollandsche opvoerin gen. Bassermann braoht voor den tee ren, verfijnden, ten doode opge schreven aristocraat, van nature .al weinig mee. Hij was t© forsch, te gezond en te volbloedig. Maar pijnlij ker was het, dab hij ook in zijn spel zoo weinig liet voelen van alles, wat toch dezen jongen aristocraat in wezen zoo ge'nec-l verschillend doet zijn van zijn zwager, den ordinairen burgerlijken dokter. Er was geen con trastwerking. Hier stonden twee grove jnenschen tegenover elkander, niet twee mannen, die ieder een geheel an dere wereld vertegenwoordigen. De dokter wasïn zijn burgerlijke zelfbe wustheid eigenlijk beter dan Basser- rnanu, 'die ons de fijne nuance van zijn rol onthield. Zooals de dokier er waren geen programma's, zoodat ik geen namen kan noemen en Bassermann dezen eenacter van Sal ten speelden, werd het een ouder- wc-laoh melo-drama. Het word feite lijk erg grof en schrikkelijk luid ruchtig, en van Salten's „Der Ernst des Lebens" bleef heel weinig over. Maar een verrassing brachfdaarna weer Aufers tan dung, Basser mann speelde in dezen eenacter Kon- stantin. den man, die, in de meening, dat hij sterven zal, zijn schuld tegen over de moeder van zijn kind wil goed maken door haar op zijn sterfbed te trouwen, maar zichzelf en het vrouw tje in een allermoeilijkste positie brengt door daarna onverhoopt weer beter te worden. Bassermann liet zich 1 RMHO-PROÖ&VMMA DINSDAG, 18 MAART. Londen 2 L.O. 385 M (Nedorl tijd). 1.20—2.20 11.iu. Draadloos Concert. Trio. Blajicbe Ide, sopraan. 3,504,50 mm. Draadloos Concert, Trio en Th. Watson, bariton. S.20 m.m. Dnmesuurtje. 5.50 a,cm. .'Kim de I-vertellingen. 7.20 ji.m. Causerie over technische aam gelegenheden door P. P. Eckersley, 7.50 n.m. Concert van het tnuziekcorpr van de Luchtmacht (Wagher.) 9.10 n.m. Liederen en dams uit Wales. 8.20 m.m. De prïms van Wales spreek: over de groote Brtteche keizerlijke ten toom stel! ing. 10.05 n.rn. Voortzetting Concert van het corps vam de luchtmacht. Birmingham 5 I. T. 476 M. (Nedorl. tijd). 3.504.50 n.m. Piano-Quintet. 5.20 11 - Darnesuurtje. 6.50 si. Kindervertellimgen. 7.20 m.m Causerie P. P. Eckereley. 7.50 -n.rn. Draadloos Concert, Zang van „The Greys Concert Party", Ennest Jcmc-B. solo-bar.jo, L. Brouwer, tenor, Chrisnie Stoddard, sopraan en anderen. 8.20 m.m. De prins van Wales. 10.05 m.m. Causerie vatn Colim Gardner over Radio. 10.20 m.m. „Savoy 0rpheam6" en „En voy Bands". Bournemouth 6 B M. 385 M, (Ned. tijd). 4.05 n.im. Ethel Rowlamd, solo-piano. 4.20 m.m. Dansmuziek. 5.05 m.m. Damesuurtje. 5.35 m.m. Kinderverhalen. 7.20 m.m. Causerie P P. Edkersley. 8.20 m.m. Gedeeltelijk klassieke avond. Draadloos concert vam een groot orkest. Verder Bert Brewim Tenor en Caxmen Tfil], tweede 60praan. 9.20 m.m. De prins vam Wales. 10.05 m.m, Voortzetting klassieke avond. Cardiff s W, A. 350 M (Nederl. tijd). 5.20 m.m. „5 W. A.'s", Kive O'Clocka". 6.05 m.m. Kindervertelling. 7.20 m.m. Causerie P. P. Eckersley. 7.50 m.m. 14de Shakespeare-avond. 0.20 n.m. De prins van Wales. 10.05 n.m. Causerie Richard Treseder over Tuinbouw. 10.20 m.m. „Savoy Orpheams" en „Sa voy Bands". Monchestor 2 Z. IJ. 375 M. (Ned. tijd). 3.504.50 m.tD; Draadloos Concert. Op- ■rc--dcm van verschillende Bolistèn. 5-20 n.m. Darnesuurtje. 5.50 m.m. Kim dervertellingen. 7.20 m.m. Causerie V. P. EckeTslev. 8.05 m.m. David Onemshaw (baTiton). 8.20 m.m. James Bernard met gedeelten •lit de HaimleL 9.05 n.m. Professor F. E. Weiss, Cause rie over Boomen. 9.20 n.m. De prins van Wales. 10.05 m.m. Opnieuw optreden David Openshaw. 10.20 m.m. „Savoy Orpheams" en „Sa voy Bands" Newcastle E N. O. 400 M. (Ned. tijd). 4.055.05 m.m. Draadloos Concert. Wil is m Law's Trio. 5.05 n.m. Damesnnrtje. 5.35 m.m. Kindervertellingen. 7.20 m.m. Causerie P P. Eckersley. 7.55 n.m. Draadloos Concert. Orkest en «olisfen. 8.20 n.m. Onderbreking van het concert voor een causerie van E. 'Lynch Ohda-ms •-ver Dichters. 8.30 m.m. Voortzetting Onncert. 9.20 n.m. De prins van Wales. 10.05 m.m. Draadloos orkest en 6olisten. in dit stuk van een heel andere zijde kennen en hij bewees hiermee wel zijn groot© veelzijdigheid. Hei was een ge not om dat. verrukkelijk geestige spel te volgen! Zijn acbie was 1 au een heer lijken humor en steeds van een ver kwikkende natuurlijkheidl In tegen stelling met Der Ernst der Lebens ga' hij thans geen moment ie's te veel. Het was voortdurend prachtig af ge stemd spel en steeds even raak vat; dictie. Bassermann gaf door deze kos telijke creatie alle recht aan dit fijn- komische stukje van Salten. Ik hoop in een artikel over de gast- voorstellingen dep Duitschers later nog uitvoerig op het -spel van Bfi°ser- mann terug te komen. Laat ik daar om heden mogen volstaan met de op merking, dat de opvoering van Zon dag alle gebroken vertoonde van gast- voorstellingenWij zijn het bii Ho'- landsche opvoeringen gelukkig ont wend, dat zoo weinig zorg wordt be steed nan het milieu. Voor dc ..stem ming" op het tooneel .8 no~ iets an ders noodig dan het spel van 1 of 2 sterren. J. B. SCHUIL. Feuilleton uit het Engelsch van BARONES ORCZY. (Nadruk verboden). 58) Zij trappelde ongeduldig met. haar voet, en zuchtte. Waren in Frankrijk dan alle mannen laf en kleinmoedig? Tallien kroop voor Robespierre en Ro bespierre was hang voor Tallien, Chau velin was balf gek van zenuwachtig heid. Hoe verschillend van hen was de Engelsclunan, moedig, vol zelfver trouwen, volkomen kalm zelfs in het grootste gevaar. Toen Robespierre haar even later verliet, gaf zij zich geheel aan haar droomerijen over en dacht slechts aan de fiere, krachtige gestalte, de lachen de, spottende oogen, do slanke doch stevige hand van den man, die haar zinnen voor het oogonblik geheel in i beslag had genomen. Maar neen, ze mocht niet langer denken aan hom, die toch nooit iets voor haar zijn kou! Weinige minuten daarna werfl zij op ruwe wijze uit haar droomsrijen opgeschrikt. De deur van haar loge werd met kracht open geworpen en toen Thoresia omkeek, zag zii Ber- trand Moncrif zonder heod. met ver warde haren, druipnat en met mod der bespat, voor zich staun. Zij had nog man; juist den tijd, om hem mot ecu gebiedend gebaar tot stilte te ma nen. ,,St, st", hoorde men reeds in hun buurt zeggen, en er werden booze blikken naar haar loge geworpen. Tallien was opgesprongen. „Wat 13 er?" fluisterde hij ge jaagd. „Een huiszoeking", antwoordde Moncrif. „Het huis van de Citoyen- nol" „Onmogelijk!" barstte Theresia uit,. I ,,St.. Stilte!" werd er geroepen. „Ik kom er juist vandaan", fluis terde Moncrif. „Ik heb gezien ge hoord I ,?Kora mee naar buiten", viel The- J resia hom ongeduldig in de rede. „We kunnen hier niet praten". Zij verliet do loge, gevolgd door Tallien en Moncrif. 1 De corridor was gelukkig verlaten. Slechts een paar ouvreuses stonden samen in eene boek te praten. There- sia, krijtwit, doch moer van boos heid dan van angst, trok Moncrif mot zich mee naar de foyer. Daar was j niemand. I jjZeg dadelijk, wat er is!" bevat zij. Bertrand streek met zijn hand over zijn druipnatte haar. Zijn kleeren waren doorweekt. Hij beefde van het hoofd tot de voeten. Hij had zoo hard geloopen, dat hij nauwelijks meer staan kon. „Zeg dadelijk, wat er is!" herhaal de Theresia ongeduldig. Tallien stond naast liaar, half verlamd van schrik. Hij vroeg niets, maar staarde den jon gen man ann met oogen vol angstige spanning. Het was, alsof hii hem de woorden wel uit de keel had willen halen. „Ik was in de Ru© Villodot", sta melde Moncrif eindelijk, „toen het on weer losbrak. Ik zocht een schuil plaats in de portiek van een lniis te genover de woning van de Citoyenno. Ik stond daar langen tijd, tof. het weer wat bedaarde. Opeens kwamen er eenige soldaten van de Nationale Gar de langs de portiek. Zij konden mij niet zien, omdat, het er stikdonker was. Ik hoorde hen den naam vaD Citoyenne Cabarrus noemen. Toen stakon zij de straat over en gingen het huis van de Citoyenne binnen. Ci toyen Chauvelin stond hen reeds op den drempel te wachten. Hij scheen boos, dat zij zoo laat waren. Ik zag een kapitein en zes soldaten en do asthmafische kolendrager was er ook bij". „Wat!" riep Theresia uit. ,,Ra- teau?" „Wel vervloekt, wat zou dat te he- teekenen hebben?" viel Tallien opeens uit. „Toen ik zeker wist, dat zii de wo ning van do Citoyenne iugineen", ver volgde Moncrif, „besloor ik haar te gaan waarschuwen. Gelukkig wist ik, waar zij was". „Weet je zeker, dat zij naar mijn kamers zijn gegaan?" viel Theresia uêm haastig iu do rede. „Ja, want ik zag hen er het licht opsteken". Zij wendde zich driftig tot Tallien. „Haal gauw mijn avondmantel", beval zij, „Ik heb hem in de loge laten liggen". Tallien begon eenige tegenwerpin gen te maken. „Ik ga, of je het goed vindt of niet. Er heeft natuurlijk de een of andere vergissing plaat© gehad, waarvoor die duivel3che Chauvelin met zijn levep boelen zal. Miin mantel zeg ik je!" ITet; was Bortrtfud, die den mantel ten slotte haalde en om haar heen sloeg. Hij wist beter, dan iemand an ders, dat. als Theresia eenmaal iets wilde, geen macht ter wereld haar zou kunnen tegenhouden. Z;i sc-heen niet In het minst bevreesd, maar haar woede was vreeselijk om aan te zieu en voorspelde niet veel goeds voor hen, die die woede hadden opgewekt. Theresia nog geheel vervuld van den op Robespierre behaalde triomf, met de woorden van zijn. al was het dan ook onhandige galanterie Aog in de opren, voelde zich sterk genoot», om een ieder te tarten, zelfs Chauvelin. Zij slaagde er ten slotte in. Tallien tot. kalmte te brengen. Zij beval hem in hot theatre te blijven cn aan een ieder een onbewogen gelaat te ton nen „Mocht iets van het gebeurde tot hier doordringen", zeide zij. „dan moet je doen, alsof je hef licht acht en verklaren, dat je zorgen zult, dat do bedrijvers van zulk een daad ge- straf worden". Daarop trok zij haar mantel dich ter om zich heen, greep Bertrands arm en verliet haastig met hem den schouwburg. HOOFDSTUK XXXI. Gevangen genomen. Met het air van een vertoornde eo- din trad Theresia Cabarrus tien minu ten later haar woniug binnen. Haar kamers waren vol soldaten. Wachters stonden aan de deur, d< meubelen lagen oimer. De bekleédin van de stoelen en de rustbank was e afgescheurd, de kastdeuren stonde, wijd open, zelfs haar beddegoed lm in een verwarde hoop op den grond. Slechts in de zitkamer en op her por taal brandde een lamp. In de slaap kamer zat de oude Depita onder be waking van een soldaat. Zii jammer de luid en gromde er in het Spaansch duchtig op los. Citoyen Chauvelin stond midden in de zitkamer aandachtig een;ge panie ren door fe lezen. In een hoek van de ant.i-chambre zat Rateau, de kolen- drager, Theresia overzag het alles met één oogopslag. Zo wierp trotsch het hoofd in den nek en liep langs de soldalen heen recht op Chauvelin toe, die haar nog niet had opgemerkt. „Ik geloof, dat u krankzinnig bom geworden, Citoyen Chauvelin". zei ze op ijskouden toon. „Wat beteekent dit, alles'?" Hij keek op, zag hoe haar oogen vuur schoten en maakte een diepe bui ging voor haar. .(Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1924 | | pagina 5