DE VEILIGHEIDSSPELD UIT DE WERELD Parijsche Brieven Binnenlanil CROOTE VERHÜIZ1N CEN VAN DIEREN. Oorzaken der verhuizingen, Periodieke verhuizingen van zoogdieren, am- phltleén en vlsschen. Jaariijksche tochten der trekvogels. Een geheim zinnige ring. Hoe vindt de trekvogel zijn nest terug? een onopgelost raad sel. Ellipsvormige migraties. Een vliegtocht van 3900 K.M. zonder rust en zender voedsel. Van de Noordpool naar de Zuidpool en terug. Een zeer merkwaardig verschijnsel in 4e dierenwereld bieden de gemeenschap pelijke tochten door een bepaalde dier soort uit een streek ondernomen tot bet zoeken van een nieuwe verblijfplaat: Deze tochten kunnen velerlei oorzaken hebben, waarvan enkele bekend zijn. ter- wijl andere nog steeds in he: duister schuilen. De 'Aijre. waarop zij worden uitgevoerd, het kiezen van den juisten tijd, het volgen van een bepaalden weg of richting, de wilskracht, waarmede moeilijkheden overwonnen, hinderpalen ta boven gekomen worden, dat alles ver vult den waarnemers met onbepaalde bewondering en plaatst hen vaak voor tot nu toe onopgeloste vraagstukken. iTot de bekende oorzaken eer gemeen schappelijke verhuizingen bohoorea de weersgesteldheid gebrek aan voedsel, uitdroging van rivieren en andere wa teren, overbevolking, er. ook we! viees voor een onoverwinaeüjken vijand. Als bij voorbeeld het voorjaar bijzonder nat is in een bepaalde streek, trekken de veldmuizen naar elders, terwijl daar entegen de roodachtig grijze waterrat ia de tSde eeuw uit Ir.cie naar Europa ge komen is, waarschijnlijk ten gevolge van droogte. Het staat vast, dat in 1727 geweldige scharen van deze dieren o _r de Wolga zwommen, da: r.j rich vervol gens verspreidden over Rusland, daar na over Duitschland en eindelijk nog vóór bet eind der t8de eeuw als onge noods gasten van schepen overgebracht werden naar Amerika. Deze gevreesde overbrenger van besmettelijke ziekten is tegenwoordig, als men d« poolstreken uitzondert, over de geheele aarde ver spreid- Ia Amerika trekken ontelbare zwer men duiven, verscheidene honderddui zenden sterk, van ce eene streek, waar gebrek aan voedsel begint te heerschen, naar andere, waar overvloed is. Dat ook vrees voor een vijand sommi ge dieren er toe kan brengen van woon plaats te veranderen, ziet men aan de rendieren, die uit Noord-Rusland otn de steken van lastige insecten te ontgaan, vluchten naar Zuidelijk gelegen woud- rake bergstreken. Zij volgen steeds den- zelfden weg van enk zie meters breed er. trekken steeds op dezelfde piaatsen over ce rivieren. Het zwermen der bijen levert een voor beeld van verhuizen ten gevolge van overbevolkingmaar zoo mogelijk nog merkwaardiger voorbeeld vindt men bij een knaagdier, lemming genaamd, da: in het Noorden van Scandinavië in- beemsch is. Om de achttien of twintig jaar trekt de lemming in onafzienbare scharen naar de Bothniscbe Golf, het Noordelijk deel der Oostzee, steeds recht toe recht aan ia Zuid-Westelijke richting, op hun tocht vergezeld door allerlei roofdierenroofvogels, vossen, veelvraten, ja zelfs beren, cio een ge weldige verwoesting onder hen aan richten, totdat zij de zee bereikeh, waar de overblijvenden grootendeels verdrin ken. Het gevolg is. dat slecht» zeer wei nigen den terugweg staar het Noorden aanvaarden. Van bijzonder groot belang zi:n de jaarlijkse he verhuizingen, dte, be halve door bekende oorzaken, zooals ge brek aan voedsel. lage temperatuur, da zorg voor de nakomelingschap, ook te weeg gebracht worden door een ge- heirarinnigen drang, die dieren van de zelfde soort onweerstaanbaar en langs vaste banen voortdrijft, in tallooze troe pen, over berg en dal, door rivieren en zeeën, door ce lucht soms duizenden kilometers ver. Deze verschillende oor zaken werken niet alleen op zoogdieren, zooals de antilope, he:_ rendier, de N'oord-Amerikaansche buffel, maar ook op ampbibiecn, zooals de zeeschildpad, op visschen, zooals de zalm, de zalm forel. de steur, die jaarlijks uit zee de rivieren opzwemmen om kuit te schie ten. d. L hun tailooze eieren te leggen, en andere, die uit de rivieren naar zee verhuizen, zooals de paling. Ook onder de insecten, rupsen, libellen, wormen enz. treft men interessante voorbeelden; maar de grootste belangstelling wordt sedert onheuglijke tijden gewekt door de trekvogels. In het jaar 1906 vond een Zoeloe kaffer in een eenzame streek van Trans vaal een bijna stervenden ooievaar. H:j doodde het dier en wilde het meenemen, toen hij tot zijn schrik bemerkte, dat aan zijn poot een ring bevestigd was. waarin geheimzinnige teekens gegrift waren. Zijn buit in den steek latend, viuchtte hij naar zijn kraal (dorp), ea vertelde het ongelooflijk avontuur. Juist was er in Zoeloeland. dat sedert 1S08 bij de toenmalige Engelsche kolonie Natal was ingelijfd. een algetneene opstand in voorbereiding. Een jong. on-1 deraemend Zoeloe-hoofdman begreep onmiddellijk, welk een partij bij kon trekken van dezer, uit den hemel ge vallen talisman. Hij maakte er zich van meester, bracht zijn stamgenootea aan het verstand, da: het bezit van den wonderbaren ring hem aanwees als den door cea heaiel beschermden bevrijder van Zoeloeland. ec wist binnen enkele maanden verscheidene duizenden Zoe loes op de been te brengen. De opstand mislukte door het veriaad van een idoena (familie-hóófd), de aanvoerder vluchtte in het gebergte, bood na en kele jaren zijn onderwerping aan en keerde na een gevangenschap van twee jaar naar 2ijn kraal terug. Een natuur onderzoeker uit Kaapstad bezocht op zekeren dag het kafferdorp ea merkte den ring op. ö:en het dorpshoofd aan een snoer van amuletten op den hals droeg. De ring droeg als icschrift W 2452. Ia Kaapstad teruggekeerd, had de geleerde slechts een register op te slaan orn te zien, dat de ring afkomstig was van een ornithologisch (d. i. vogel- kundig) genootschap te Maagdenburg. Hij wendde zich schriftelijk tot het be stuur dezer vcreeniging en weldra bleek, dat de vogel den tzdea September 1906 door een harer leden was „geringd" ea ia vrijheid gesteld. In verschillende Europeesche landen n.L houden rich sedert enkele tientallen van jaren verecnigingen van ornitholo gen bezig met het verzamelen vaa ge gevens omtrent de verhuizingen der trekvogels. Ieder jaar worden tallooze trekvogels gevangen, „geringd" en weer gelaten. Elk genootschap heeft haar eigen letter of letters, die ingevolge een internationale overeenkomst tus- schea ce verschillende Europeesche vereenigiagen eens en voorgoed door het genootschap als merkteekeo wordt aangenomen. Behalve de letter of letters draagt de ring een volg nummer, dat opgeteekend wordt in een register, met vermelding van datum en plaats der invrijheidstel ling vaa den vogel. In bovenvermeld ge val was dus de enkele vermelding W 2433 voldoende om dea Kaapsiad- schen vogelkenner te doen weten, dat de ia Zoeloeland tegen het eind van :qc6 omgekomen vogel was geringd coor een Maagdenburgsch Genoot schap» ea uit ce gevoerde correspondea- tie bleek, dat hij den zaden September 1906 te Maagdenburg was opgelaten, zoodat het dier dus ia enkcïe maan den den tocht had afgelegd van Mid den-Europa naar Zuid-Afriki. De geleerden, die zich bezighouden me; ce studie der trekvogels, staan nog steeds voor een onoplosbaar raad sel. Hoe is het mogelijk, da' ©ca vogel, na duizenden kilometers afgelegd te hebben, ieder jaar terugkeert naar het oude nest, het onmerkbaar stipje op het onmetelijk aardoppervlak? Zou mis schien de oplossing hierin te vinden zijn. dat op de hoogte, waaro? do trek vogels vliegen, het vrije uitzicht door niets wordt belemmerd en dat geduren de tallooze gerinchtea dezelfde weg j'aar. lijks word: afgelegd, zoodat bij iederen trek een aantal wegkundige vogels zijn? Buitendien, riet steeds slagen de vo gels er in. den terugweg te vinden het is meermalen voorgekomen dat zeevaarder; op groote afstanden van de kust duizenden vogels hebben zien drijven, die, nadat zij verdwaald warea van uitputting in zee waren gevallen ca omgekomen. Maar dit ziin uitzonderin gen. de overgroote meerderheid vindt weg terug, hiertoe in staat ge steld, naar sommigen mecncn. door een iatuig, dat den mensch ontbreekt ea dat mea oricoteeringszintuig genoemd heeft. Vooral in Amerika heeft de studie in de migraties der trekvogels ia de laatste jaren groote vorderingen ge maakt, meer can in Europa het geval En dit laat zich verklaren. De wilde ganzen uit Scandinavië, de ooievaars uit Nederland en Duitschland, de wilde zwa- uit Noord-Europa en veie andere .ten verdoelen zich in verschillende partijen; de eene trekken in den herfst naar Afrika, de andere naar Midden- ja zelfs naar Voor- en Achter- Al deze z-.vermen vogels steken dc Middellandsche Zee over, zoodat men m ze nauwkeurig waar te nemen ob errat: e-posten zou moeten vestigen ver ce geheele Noordkust van Afrika. Geheel anders staat do zaak in Ame- ska, het werelddeel, dat zich uitstrekt an de Noord- tot bij de Zuidpool, en at in het midden een sterke vernau wing vertoont. Over deze vernauwing (Midden-Amerika) trekken jaarlijks tal looze zwermen vogels, die van Xuord- Amerika naar Zuid-Amerika verhuizen. Het is gemakkelijk ze waar te nemen op deze landengte tusschen de beide vaste landen, waaruit Amerika bestaat. Weer andere zwermen strijken bij het overste ken van dc golf van Mexico neer op de Antillen, nog weer andero komen sa men op bepaalde voorgebergten alvo rens den tocht over zee te ondernemen in al deze gevallen is de waarneming betrekkeliik gemakkelijk. Het Biologisch Onderzoekings-Bu- re au, dat een onderdeel vormt var» het Ministerie van Landbouw in de Vcr- eenigde Staten, heeft reeds tal van ont dekkingen wereldkundig gemaakt. Een voorbeeld uit vele. Vroeger dacht men algemeen, dat de trekvogels neen en :crug steeds geheel deurelfden weg volgden. Bi; veis soorten is echter het tegendeel het gevaL De „watbier of tjil- tjat" bijvoorbeeld, een kleine zangvo gel, trekt cgen den herfst uit Oost- Canada of uit Connecticut langs de kust van den Atlantischen 0ce3an naar het schiereiland Florida, waar hij zich een poos ophoudt om zich naar hartelust te goed te doen aan de tallooze vruchten, die het land opbrengtdaarna steekt hij de zee der .Antillen over. en laadt op de kusten van Colombia en Vene zuela. vanwaar hij Zuidelijk trekt naar het binnenland van Zuid .Amerika. De terugweg naar Florida is dezelfde als dc heenweg, maar dan kom; het ver schil. In plaats van langs de reekust terug te keeren, trekt hij Westelijk, tot aan den Missisippi, vliegt dan in Noor delijke richting stroomopwaarts over het rivierdal tot aan ce Canadecsche meren; an waar hij terugkeert naar zijn oor spronkelijke verblijfplaats. Nog merkwaardiger is de tocht vaa den goudgelen pluvier, een stevigen. vrij plompen steltlooper. Deze koens rei- ügers bewonen ce Noordkust van Nooid- Amerika en Azië en bouwen hun nesten langs dc Noordelijke IJszee. De Amcri- kaansche pluviers vertrekken tegen den herfst uit het hooge Noorden, het eer ste verzamelpunt is de Noordwestkust 1 de Hudionbaai, vandaar gaat het. dichte massa's raar de kusten van Labrador, daar verblijven zij twee of drie weken, feitelijk om zich vet te mesten. Vandaar steken zij in enkele uren de St. Laurer.sbaai over en wachten op Nieuw-Schotland de achterblijvers aT. Hier voeden zij zich opnieuw tot over verzadiging toe met de tallooze bramen en andere wilde vruchten en dan begint op een gegeven teeken een der wonder baarlijkste tochten, waarvan de weten schap gewaagteen tocht van 4000 kilo meter over den Atlantischen Oceaan, steeds ia Zuidelijke richting, recht toe recht uit naar Engelsch Guyana. Deze tocht wordt meestal in eens afgelegd, zonder rustpunt, zonder eten of drinken; alleen bij hevige stormen uit het Oos ten zoeken zij een wijkplaats op de Oostkust van Noord-Amerika of op de Bermuda-eilanden. Na eenige dagen rust in Engelsch-Guyana, trekken zij verder tot in do parapa's van Argentl- ea blij'ven daar zes maanden. De heenreis heeft een lengte van 13 1 14 duizend kilometer. Op de 10.000 K.M. lange terugreis volgen de pluviers een geheel andere route. Zij steken Zuid- Amerika over van Oost naar West, vlie gen langs en over de reusachtige berg keten der Andes, over Bolivia, Ter':. Colombia, steken de golf van Mexico over, en bereiken, den Missisippi stroomopwaarts volgend, in het begin an Juni dc oevers der Noordelijke !J<- ee. Hier hebben we dus een voorbeeld •an dc ellipsvormige migratie. Nog merkwaardiger is do weg, dien de Aziatische pluviers volgen. Al deze ;n verzamelen zich aan den Zuide lijken oever van het ::Mexeila.nd Alas ka. een Noordwestelijken uithoek van Noord-Amerika, en vliegen vandaar zon der een oegenbük rust te kunnen ne men over een Grooten Oceaan naar de Hawaii of Sannwich-eilaoden, een af stand van 3900 kilometer. De langste weg, dien een trekvogel kan afleggen is wel die van de st'.rn eezwaluw der poolstreken. Door Robert Peary en andere Noordpoolrei- zigers zijn nesten van dezen zwemvogel ontdekt lot op 7 graden afstand van de Noordpool. Tegen het begin van dea Noordpool-f.inter trekken z;j naar het "ea tot dicht bij de Zuidpool, vraar dan de poolzomer begint, hemelsbreed eer. afstand van «3 duixcr.d kilometer. Maar 3ls men in aanmerking neemt, dat zij telkens moeten afwijken van den rechten weg om hun voedsel te ïoe'zea, kan men veilig aannemen, dat do afge. legde weg minstens het dubbelo be draagt. Een groot gr/aar voor do trekvogels leveren de vuurtorens op. vooral die langs bet Kanaal ea langs bet schier eiland Florida. De dieren vhegea in volle raa-t op het licht toe en wonden zich doodeüik tegen de dikke glazen wandenjaarlijks maken deze vuur torens meer dan honderdduizend slachtoffers. Het is opmerkelijk dat to rens met rood of met draaiend licht deze noodlottige aantrekking niet uitoefenen op de trekvogels; vandaar dat ornbho- logen en andere dierenvrienden de hoop koesteren, dat de torens met vast licht binr.en de grens Tan hee mogelijke gaandeweg rullen worden vervangen door andere, voor de vogels onschade lijke inrichtingen. (Van onzen corespondent). De terugkeer van Herrlot Herriot is als een triomfator door de Parijsche bevolking binnengehaald Zoo'n ontvangst van een minister-pre sident hebben we nog nimmer gezien. Als ik me al die thuiskomsten van vo- rivc conferenties herinner dan valt het verschil wel héél sterk op. Daar wareneenige journalisten, plus een 'cordon politieagenten, plus niemand om deu minister-nresident welkom te heeten en gelul: te wenschen met z'nsucces. Alen wist immers al lang uit dc couranten dat de confe rentie was mislukt en dat de Fransche gedelegeerden geen enkel winstje voor nun land hadden behaald. De minister verklaarde dan altijd wel aan de journalistenik ben héél tevreden, welke verklaring we trouw weergaven, maar waaraan toch geen enkele lezer geloofde, omdat het publiek wel be ter wist. Het publiek was trouwens beu van al die conferenties. Ik her inner me de Conferentie van Genua, waarvan ontzettend vee! ophef werd gemaakt. Drie weken had ik in Genua gezeten en moest toen even in Parijs zijn om weer terug (c keeren naar Italië F.n i:i die enkele uren heb ik geconstateerd, dat de menigte totaal onverschillig bleef en zeer sceptisch stond tegenover dat waarvoor wij ons dag en nacht uitsloofden. Men ver nam met een soort verbazing dat de conferentie nog aan den gang was. de conferentie waarbij ditmaal definitief de ten uitvoerbrenging van het ver drag van Versailles zou worden gere geld. men sloeg de rubriek in de cou ranten over en zei „het al lang te ge- loovetn." Maar hoe zeer veranderde deze apathische stemming in enorme be langstelling toen Herriot naar Lon den vertrok. De conferentie heeft heel lang geduurd, maar niettemin bleef de belangstelling bestaan. Een maand 'ang is bet 't onderwerp van den dag geweest en de Parijsche bevolking heeft gejuicht dat er eindelijk een mogelijkheid hestaat om een einde aan de verwikkelingen te maken. Parijs ontwaakt, wilde Herriot dan ook r. n sympathie botuigen en de demonstra tie waarbij we tegenwoordig waren is een van de mooiste, een van de meest overtuigende bewijzen, dat men ver trouwen heeft in den nieuwen pre mier en gelooft aan dc verklaring dat we in een „ére nouvelle" zijn getre den. De Place du Havre was zwart van de mensehrn en naarmate het uur ver streek voegden zich steeds meer be langstellenden bij den groep wachten den. Politie agenten hadden de toe gangen tot het station afgezet, maar tien minuten voor de trein verwacht werd. drong bet publiek zó., gewel dig op. dat de agenten moesten wij ken. Onder een geweldig hoera-ge- scbreeuw drong de menigte de Gare- San- I.-.zare binnen, vatte post langs de trappen en in de waehthall, klom tegen de tralies van de kanrtenlokct- ten op, huurde stoelen af in het res taurant om straks Herriot tc zien. Een sterke politicmacht deed alle mogelijke moeite om het perron-van- aankomst vrij te houden, maar een veertigtal tfations-beambten moesten te hulp snellen. Er waren er zelfs die poogden om langs de rails deu trein tegemoet te gaan en op de treeplan- ken t- springen, zoodat bij den tunnel van de Pabmollc? schildwachten moes ten worden geposieerd om dit te be letten. Met uiterste moede slaagden we er ten slotte in om op het. nermn te ko men, waar reeds verschillende autori teiten. de minister, kamerleden m de nrefecten wachtten. En van buiten klonk een geroezemoes van stemmen. Een fluiS-rignaal en langzaam «toomt de trein het station binnen. Herriot buigt z'n h uit het portierraampje en achter hem zien we generaal Noliet en de heeren Cjémentel en Peytral. Maar nauwelijks staat Herriot op bet per ron of men dringt zich om hem heen en hij drukt ons allen de hand. Levo Herriot! Die kreet plantte zich voort en 't galmde onder het hooge koepeldak leve Herriot De machinist van den trein buigt zich van z'n locomotief af en hij grijpt dc hand van ..zijn" premier. Maar Herriot wordt al voortgestuwd door de menigte die thans, door het dolle heen, de politiecordons verbreek* om dicht bij den premier te zijn. Ruiten breken, hout-gekraak. geschreeuw, gegilleve Herriot. De agenten staan machteloos, worden opzij ge drongenen Herriot, voetje voor voetje gaat verder tot aan de groote trap. Men strooit bloemen en Herriot, bleek van emotie, schudt de handen van allemaal menschen die hem onbe kend zijn maar die hier komen getui gen van hun verknochtheid aan den minister. Plac© du n»vre. Tot juin den einder één nienschenzee. Men juicht, men zwaait met hoeden als Herriot ver schijnt en do doorgang wordt ineens overstroomd met nicnschen die drin gen en duwen, die als één man schreeu wen: Levo Herriot! Leve do vredeI De minister president stapt in z'n auto, maar 't is onmogelijk om vooruit tc komen. Hij moet opstaan en wui ven en meu duwt z'n auto langzaam vooruit. Ruc du HAvte, rue Tronchct, Boulevard Haussmann, weer duizen den belangstellenden, allen even en thousiast en de kreten: leve Herriot! leve dc vrede! herhalen zich uit alle macht. Ministerie van Buitcnlandsche Za ken. Als Herriot uit z'n auto stapt komt een jong meisje hem te gemoet en uit naam van de meisjes van La- rijs biedt ze hem. .als een bewijs van haar genegenheid en haar dankbaar- ..'.ld oen magnifieke bouquet bloemen aan. We wachten den minister in de hall. Ah, als er niemand meer is, bent u er altijd nopzei hij met een vncn- dc-lijken glimlach. En hij vertelt hoe moeilijk dn toe stand dikwijls is geweest, maar hoe men. dank zij de hulp en de bemidde ling van MaeDonahl over wien Herri ot'vol lof is. ten slotte tot een goed resultaat is gekomen. „Dit is de eerste vredesdnad die sedert den oorlog verricht is. Do re sultaten zijn tastbaar," En dan. na een hartelijk, amicaal afscheid trekt hij zich terug m zijn appartementen om wnt uit te rusten van zijn vermoeienissen. Maar de zon- nis, RlimUch in *'n .«Hijke oopn »a,t er op d»t Ilrrnot ttvrrf.n I.. tevreden roonlj isienseh die -en goede daad heelt ver richt kan rijn IIENRY A. Th LF.STURCEON. Parijs, 18 Augustus. Het ontwerp nieuwe Tariefwet Bezwaren van den Ned. Bios coopbond Een nieuwe last door het bioscoopbedrijf niet te dragen Hef hoofdbestuur <*cn Nadar- landschep Bioscoopbond heeft aan de Tweede Kanier ©en adre-- e©zoode« inzake het ontwerp! anefwat, waarin adressant wat tot zijn groote bevreemding te hebben opgemerkt dat do Rczeerine ook voorstelt van belichte films ecu invoerrecht te vor deren daar in de toelichting van den oost .films" wordt betoogd, dat belichte films than» nis prenten en platen vrij van rechten kunnen worden ingevoerd, van onbelichte films woedt invoerrecht gevorderd door assimilatie van het artikel met Wpier. Tot den t«*i behooren met alleen de kodakfilms, maar ook de cinemntographiachc films. Hoeww deze laatste geen toonbankartikel z jn en dus op gromt var» do bcginwlen van lm: ontwerp niet voor een in voerrecht in aanmerking zouden ko men. wordt daarvoor met liet oog op d* belangen van dc schatkist rue.te- min ~-n invoerrecht vonrtnteM. De Regeering geeft in ce toeken- tin» 'oe, dat ten aanzien van „films is afgeweken van het beaioiel van hetwelk zii ifi ui'8©?aan bi) het sa menstellen v»n het nieuwe n*-- dat. voor een invoerrecht slechts '.n aanmerking komt het. artikel dat zonder nadere bewerking en zelfstan dig voor het gebruik van den consu ment geschikt 1« té achten; m.a.w. het toonbankartikel. Geen enkel motief voert de Regee- rinjj verder aan. op grond waarvan zii een invoerrecht van ..films" voor telt en in dit verband bosraat er re den voor de veronderstelling, dat zu er hierbij uitsluitend het 00» op heeft gehad, her. hioccoopbedr jf te treffen. Mocht dezs veronderstelling inaer daad juist, zijn. dan past, hier een woord van protest tegen deze achter- uitstelling van een bedrijf, waarin vele duizenden lnndgenooten eon be- vaan vinden, en hetwelk aan bonder- den in den lande kunstgenot ©n een gepast vermaak schenkt Adressant betoogt dat het bioscoop bedrijf. voornamelijk door de hoog npeevrx-rde per^uieele belasting en de vermakelijkheidsbelasting, nood lijdend is geworden ©n dat. een nieuwe laat als in het onderhavige ontwerp wordt voorgesteld, voor vele zaken de absolute vernietiging bet«ekent. Het voeet daarbij een opsomming, welke uitsluitend betrekking heeft op de bioscooptheaters in de Residentie, waaruit valt af te leiden in welk een ©rnstigen toest3nd het bioscoopbedrijf op het ©ogenblik verkeert en voegt daaraan nog ten overvloede toe de voor zichzelf sprekende mededeeling. dat blijkens een door een accountant ingesteld onderzoek is gebleken, dat de verschillende Haazsche theaters in het jaar 19?3 gez imanlijk een ver lies van f 98.000 hebben geloden. Overigens Lewiaaii er, afgescheiden van oe omstandigheid, dat geen nieuwe last door het bioscoopbedrijf is te dragen, nog andere zeer ernstig© bezwaren tegen oen invoerrecht van „films", waarvan een bedenking reeds, blijkens het Voorloopig Ver slag, door sommige leden der Tweede Kanier, terecht, is geopperd. Groote hoeveelheden films» worden hier te lande ingevoerd, welke door verschil lende omstandigheden nimmer in rou latie worden gebracht, maar die toch belast zullen worden. Den grooten Axnerikaaneehen filmhuizen, waar van re©ds éenige hier te lande agent schappen gevestigd hebben en waarvan andere do plannen hebben gehad, om in ons land kantoren op te richten, welke echter naar reeds het hoofdbestuur ter oore is gekomen niet zullen worden uitgevoerd, als een invoerrecht van ..films" zal wor den gevorderd, zal heb zaken doen met Nederland in de toekomst onmo- c?!::' worden gemankt. Zii zullen zich gaan vestigen in Engeland waar juist kor- c-'!»-den het invoerrecht ie opge heven. waarvan het bioecoop-bedrijf daar lande een groot voordeel kan verwachten. Het tweede bezwaar is van niet minder ernstLgen aard. Door het hef fen van deze niouwe belasting in den vorm van invoerrecht, zal het bios coopbedrijf zijn toevlucht moeten zoeken tot het slechter genre films, dar. dank zii hét werken van den Nederlandsvhen Biosc» op-Bond. in de Nederlandse he bioscoop-theaters vrijwel niet.meer vertoond wordt. Als tengevolge van het vorderen van een invoerrecht het goede genre films voor ons land nie: meer gekocht zal kun nen worden, zal de ontwikkeling en u© verheffing vun de bioscopie in Ne derland ernstig w of den beoreigd. Dasrorn verzoekt adressant de Ka mer niet mede tc werken tot dezen nieuwen 'r.riasriagdruk 00 het bios- EEN MONUMENT VOOR WIJLEN J. T. CREMER. Men leert m de Deli Ct. Do denkbeelden tot oprichting van een monument voor wijlen den heer J. T. Creiner, nemen vasteren vorm aan. De inzameling onder d© planters der ii-.rneminRcn van de Deli Plan ters Vereen, en de Avros heeft rond f 12.000 opgebracht. In vervolge daar van ziin verschillende denkbeelden naar voren gebracht. Eerst heeft iiv-ii gedacht e©n monu ment t" stichten op den hoek van her plein 11 .vjlicn lier gemeentehuis en het terrein van do N«*d. Handel Mij-, vervolgens heeft, men het denkbeeld geopperd een plaats te kinzen op de Esplanade daarna viol het oog op het terrein voor het kantoor van het Deü Plantere Comité en daarna op den viersprong Rc-olweg. Deli MpiJ- laan en Scrdangweg. waar men een ©ogenblik heeft gedacht door afron ding der hoeken c©n plein te maken, waarop in het midden een of an der monument zou verrijzen. Bii verder onderzool» bleken echter aan al die plannen groote practischa beswaren verbonden te zijn. Toen heeft meu het denkbeeld ge opperd o:n wol de laatstgenoemca plaats daarvoor uit to kiezen, ooch V' monument niet in hut midden van den vierspron» t© plaatsen doch aan den kant vanjn-i terrein der Deh Moii. n idden in d© te verbroeden Deli Mpij-laan, die de mooist© entree vormt naar het kantoorgebouw van die maatschappij, waar de heer Cre- inc 11 belangrijk ik van zijn le- vrnstaak tot, stond bracht. Men hooft daarbij het voordeel, dat alleen aan do Deli Mpii afstand van grond behoeft t© worden ge vraagd, waarvan uitslag niet- twijfelachtig behoeft te z jn. Zoodat wii veronderstellen dat we! binnen- kort e-m vorstel in dien geest aan de gpmeente zal worden eedaan. O» die plaats ral het monument aan elk bezoeker van onz* vest© opvallen. Het v'oiint dan verder in de bedoe ling te lir-.'cn een commissi© voor de uitvoering van het denkbeeld »-nr t« wijzen, die ongétwijfolr verschillende kunstenaars zal vragen een sierlijk mon» ment voor d«t doel te ontwerpen zootl» h.v. voor het gedenktedken voor <jen heer Nienhui* is geschiedt, waaraan we de fraaie Nienhuisfoii- ;cin danken. EEN STEEN VAN 14.700 K.G. Bi) het graven van he: kanaal Beilen— Nieuweroord nabij Wijster in Beilen is door dc arbeiders een kolossale steen aangetroffen. De steen heeft een lengte van 3.50 M.de boogie is 1.30—1.40 M., terwijl de diepte 2.40 M. is. Do s.een, bestaande uit Noorsch graniet, heeft een gewicht van 14.700 K.G. en ligt met den bovenkant op 12.20 M. en N. A. P. of 0.7; M. beneden K. P. Er worden plan nen beraamd, den steen a!s een gedenk steen te plaatsen aan den kant vaa het kanaal. Feuilleton (Geautoriseerde vertaling). Naar het Engelschvan J. S. FLETCHER. 5) ,,D© hoofdinspecteur wensebt je een paar dingen re vragen, Kight", zei de hotelhouder, Mellapont keek naar den nachtpor tier, minder critiflch dan naar her ka mermeisje. Zijn eerste vraag stelde bij schijnbaar onverschillig. Je hebt dienst van half twaalf tot zevenen, is *t niet. Kigbt vroeg h'-j. „Neen, meneer. \ran elf uur des avonds tot acht uur 's morgens". „Dus 's avonds een half uur eerder en 's morgens een half uur langer 1 Mooi! in ieder geval Maandag avond had je dus dienst 1" „Zooals gewoonlijk, meneer". „Ken je meneer Deane, de meneer van nummer zeven?" „Ja, meneer. Ik heb hem gezien toen hij meneer Beilmg Maandag avond goedennacht zei, voor hij naar boven ging". „Heb je hem dien avond ot nacht weer raar beneden zien komen 1" „Neen, meneer". „En den volgenden morgen vroeg ook nietl" „Neen, meneer". „Heb je hem den beelen nacht niet gezien f ,.Ik heb dien meneer heeiemaal nier, meer gezien, nadat ik hem naar boven zag gaan". ..Is het mocelijk dat hij heneden is gekomen en uit is gegaan zonder dat jij hem gezien hebt!" ..Dat kan haast piet, meneer. Eigen lijk is het zoo goed als onmogelijk". ..Maar waarom onmogelijk?" „Wel, meneer, dat zal de haas hier ook wel begrijpen. Ziet n, deze oudo plaats loopt ala een soort van hoofd gang door bet huis. van voor naar achter. Er is aan de Hoogstraat een ingang, zooals u weet; in het Zwarte Laantje is een achteruitgang. Beide deuren worden gesloten om elf uur, ais mijn diens* bezint: het Ï3 mijn eer ste werk om die dicht te doen. Halver wege de gang heb ik een klein kamer tje^ waarvan de deur altijd open slaat. Als er iemand '.s nachts naar binnen wil late reizigers, motor rijders. fietsers en zoo moeten ze van buiten om mij bellen. Eai als er iemand uit wou. zou ik de deur open moeten doen. Maar, er is wel een ma nier om er zonder mij uit te komen voor de menschen, die het weten". „Zoo, is er een manier om er zon der jouw hulp uit te komen. Kight 1 ,En hoe dan?" vroeg Mellapont. ..Wel meneer, in onzen achteruit gang naar het Zwarte Laantje is oen soort van tweede deurtje in de groote deur. En dat staat alleen maar op do klink. Iedereen die in het hotel is. kan door dat deurtje naar buiten komen. ..Maar hij kan er zonder orn mij te bellen, niet weer in komen". Mellapont wendde zich vol overtui ging tot Shelmore. „Meneer D«nne is er dc-or die deur uitgegaan!" zei hij. „Mooi zoo. Maar wanneer? Kigbt!" .Meneer I" .Ben je tusschen Maandagavond elf uur en Dinsdagmorgen acht. uur nog weg geweest uit dat kleine ka mertje? Ben je nog in een ander deel van het huis geweest!" „Ja. meneer twee maal. Ik heb altijd wat fleaachen in mijn kamertje, meneer, voor menschen die 's nachts wat willen drinken. Ik heb een wliiskv- J soda naar nummer vijftien gebracht, op de tweede étage, om kwart voor, twaalf. Die meneer was met een erg laten trein gekomen. Hij hield me een paar minuten aan den praat". „En die tweede keer?" „Om zes uur 's morgens heb ik op nummer vijf een kop koffie en een paar beschuiten gebracht meneer. Dat was iemand, die weer vroeg op reis moest". „En bij beide gelegenheden ben je een paar minuten boven geweest, hêl", „Niet langer dan een paar minuten.! meneer „Maar zou het wel mogelijk zijn, dat iemand in dien tuaschentijd onge merkt, naar beneden kwam en het hotel verliet door het deurtje naar het Zwarte Laar.tje?" «.Mogelijk wel, meneer", t'cmde Kight erijnzend toe, „maar niet erg waarschijnlijk. Het zou in ieder geval beteekenenda: degene, die hef deed, het huis kende, en d© klein© deur en het Zwarte Laantje. F.n ik had begre pen dab die meneer hier volkomen vreemd was". Mellapont stond op van zijn stoel „En toch", zei hij, terwijl hij zich tot Relling wendde, „ben ik er van overtuigd, dat meneer Deane. nadnt hij Maandagavond naar bed was ge gaan, onmiddellijk weer is opge staan. zich heeft aangekleed, naar heneden is geloop©n en het hotel uit is gegaan, terwijl Kight op nummer vijftien was' Dc- vraag is nu maar waar hij is heen gegaan, en waar is hij? Daar moet ik achter zien ie ko men. En ik zal dadelijk aan het werk gaan. Meneer Shelmore, gaat u mee naar mijn bureau. Juffrouw Knap, ik raad 11 aan wat te gaan eten en uw best te doen om u ni»: erger ongerust, te maken 'dan onder deze omstandig heden natuurlijk is ik zal ihijn best doen. Gaal u mee. meneer Shelmore 1" Sbelmore bleef nog even om aan juf frouw Knap te zeggen dat hij zijn tan te, juffrouw Chamccy, naar haar toe zou sturen om haar een bezoek te brengen, en volgde toen Mellapont naar buiten. De hoofdinspecteur klop te hem op zijn schouder, „Meneer Shelmore!" fluisterde hij. ,,U moet nier verbaasd zij'n als dit een heel leelijk, geval wordt! Beroo- viag en mieschien moord! ja moordF.n ik kan niet zooveel doen als ik wel zou willen. Zooals u weet zijn allo agenten naar Zuid-Waks ge stuurd, vanwege de mijnwerkerssta king, en ik heb niets dan vrijwillige burgers tot mijn beschikking. Man iraoet doen wat ik kan. en in de eerste plants de heeie stad doorzoeken of wo ook iets van dezen ongelukkigen man kunnen vinden. Meneer Shelmore! ik ruik moord Met deze sombere voorspelling op de lippen ging hij Shelmore voor het po litiebureau in, dat onder het oude stadhuis was gelegen; ze kwamen door een kamer waar niemand anders was aan een lange, stevige jonge kerel, die net op zijn mouw het insigne van jxditie-vrijwilliger vastmaakte. HOOFDSTUK III. De zandgroeve. Mellapont liep vlug do kamer door en gaf het jongemensch een stevigen slag op zijn arm. „U is net de man dien ik noodig heb op 't oogenblik", riep hij uit. ..Kom even in mijn bureau allebei. I Kent u meneer Hackdale, meneer Shelmore? Meneer Hackdale is do Imeest betrouwbare van mijn vrijwilli gers juist een geschikte man voor dis baantje". j Shelmore kende John Hackdale h©el goed. Hij wist dat hij afdeeüngschef was in Champeniowne's Manufactu ren Magazijn, de enorme zaak die het eigendom was van de intelligente vrouw, die op dat oogenblik burge meester van Southernstow© was; hij wist ook dat hij een oudere broer was ,van ziin eigen klerk, Simmons Hack- dale. Maar hij wist nog veel meer zooals trouwens de meeste inwoners van her stadje. Hij wist 'dat John Hackdale en zijn broer Simmons hun ouders hadden verloren toen de een zeventien en de ander tien jaar was; dat ze zonder middelen en vrijwel zon der vrienden waren achtergebleven, er. dat de oudste heeiemaal alleen voor bon beiden had gezorgd en de opvoe ding van den jongeren broer had be taald totdat Simmons oud genoeg was om zelf iets te verdienen. Ilij wist ook dat John Hackdale, die nu zes entwintig jaar was, 'den naam had; dat hij een harde werker en zeer eer zuchtig «;-s, en dat hij bij Champer- nowne beschouwd werd als de steun pilaar van dc zaak. en de hoofdper soon, niet tegenstaande er in naam nog een chef boven hem stond. I (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1924 | | pagina 10