HAARLEM'S DAGBLAD Van onzen reizenden Redacteur FLITSEN REGENMANTELS Willem van Hemt Stadsnieuws Van een reisje naar Portugal VRIJDAG 5 SEPTEMBER 1924 - TWEEDE BLAD (Nieuwe reoke.) No.227 Naar Chasa Mengelberg Chasa Mengelberg Bijna elke Hollander weet te vertel-1 met mijn informatie bij 'den post- leu, dut Mengelberg iederen zomer in!beambte toevallig wel aan een zeer Zwitserland „ergens in de bergen zit". I ongelukkig adres was geweest. Zelfs Maar ais je dan eens vraagt: waar 1 de brave eigenares van ons pension, die zeker nooit voor een Nobel-prijs in aanmerking zou komen, ook al mocht liaar het eeuwige loven bescho ren zijn, wist ons te vertellen van den „Hollander daar boven", dio op Hof Zuort een villa had gebouwd en „steinreich" moest zijn. Veel vorder ging haar kennis van onzen verin: den landgenoot echter niet en zij stond „paf", toen zij hoorde, dat hij ,,Mu siker" was. „Musiker" en toch „stein- reich" 1ik twijfel er nog aan, of zij mij heeft geloofd. Maar den velen vreemdelingen Schuls-Tarusp xvas het blijkbaar niet onbekend, welke „beroemdheid" daar boven Vol Sinestra woonde. Eenige malen heb ik er tijdons mijn verblijf den naam Mengelberg gehoord en toen ik in den tuin van hot. hotel van het vriendelijke dorpje Fontana mis schien wat onbescheiden een sprek tusschen eenige Duitse hers twee Noren afluisterde, mocht ik tot mijn voldoening constateeren. dat Mengelberg niet alleen door de Hol landers als één der allergrootste diri genten wordt beschouwd. De regen viel in stroomen neer. toen wij den volgenden morgen om 9 uur voor het postkantoortje van Schuls stonden te wachten op den wagen, die ons naar Val Sinistra moest brengen. „Gaan of niet gaan dat werd de kwestie"! Een heelen dag in ons pen sion achter de ruiten naar den pias senden regen zitten kijken, of moedig den tocht naar Chasa Mengelberg on dernemen! Het eerste beteekende in ieder geval een verloren dag, het twee de kon allerlei verrassingen brengen. Daarom en ook omdat wij de be stelde plaatsen toch in onzen zak' hadden dan krijg je doorgaans t© hooren: een berg. heel eenzaam en heel hoog, waar bijna niemand bij hem kan ko men!" D© moeste Nederlandera vor keeren in de meening, dat Mengelberg in de zomermaanden zoo ongeveer als een kluizenaar, afgezonderd van dc nienschlicid, in Zwitserland in de Al pen leeft ©n er zijn tijd doorbrengt met boomen omhakken en houtzagen Toen men mij in Holland had ver teld. dat ik in Sc huls „dicht bij Men gelberg zou zijn", stond mijn plan vast: ik zou één dag naar „Chasa Mengelberg" gaan. Zelfs al ware ik geen reizend redacteur en geen lid van „Bach" geweest, dan had ik vuh Schula uit een tocht naar „Ilof Zuort" gemaakt om te zien, hoe onze niet alleen in Nederland vermaarde dirigent daar iu de bergen woont. Als Hollander was ik even lichtelijk teleurgesteld, toén een employé van het postkantoor te Schuls op mijn vraag om inlichting naar het verblijf van ..Herr Mengelberg" mij heel on- nooze! aankeek, het hoofd schudde en antwoordde: „Herr Mengelberg! Dat kan ik niet zeggen! Die woont hier niet „Ds-r berühmte Dirigent!" zei ik op een toon. die duidelijk aangaf: „Nu weet Je het natuurlijk well" Ach. ik moest ondervjnden. dat bo- roem'dhoid altijd maar heel betrekke- l:jk is. De Zwitser haalde zijn schou ders op. schudde nog eens het hoofd en zet: ..Nooit van gehoord!" Toen keerde hij zich om en riep naar l innen: „Woont hier een zekere Herr Mengelberg in de buurt 1" Ik wil wel bekennen, dat op dot oetv-nblik mijn nationale trots een ge weldige deuk kreeg. Ik voelde dat „een zekiM'o Herr Mengelberg", als een belcediging. ons heele land aan gedaan. Maar laai ik ter gerust stelling van nnderer misschien even eens gekrenkte gevoelens dodelijk hierop laten volgen, dat deze postbe ambte ren uitzondering bleek te zijn. Onmiddellijk kwam de chef in eigen persoon blijkbaar opgeschrikt door de onnoozelheid van zijn onder- pfy-hikte naar het loket om mij uit te leggen, waar „Chasa Mengelhorg" lag. „Het was een wandeling van 4 uur om er te komen en dan nog 314 uur terug. Maar ik kon ook met don postwagen naar Kurhaus Val Sinestra gaan' Vandaar was het dan 1VS uur te voet Ik koos de laatste en gemakkelijk- s'e manier en bestelde miin plaatsen in don postwagen voor den volgen den dag. Zoo had liet plnn van het bezoek aan Chasa Mengelberg dus vasten vorm aangenomen. Dienzelfdon dag mocht ik evenals trouwens nog meermalen tijdens n verblijf in het Öenodén-Engndin tot mijn vreugde bemerken, dat stijgenden weg naar heb 1500 Meter hoog gelegen 'dorp Sent. Veilig be- sohut tegen den plnssenden regen za gen wij uit onzen postwagen neer op het grijze,, donzige wolkenbed, dat daar als ndèrgevlijd lag tegen de groe ne 1 a rix-bosschen van de uit het bree- de dal opstijgende en in grauwen mist verdwijnende bergen. Beneden ons stroomde met ontstuimige snelheid de Inn. Zoo nu en dan trok even de mist om de bergen weg en dan zagen wij tot onze verrassing, hoo sneeuw de toppen dekte, overal om ons heen. Wij réden het dorp Sent binnen. Op een rots de ruïne van een ou'de Ro- maansche kerk, somber grauw tegen de donkere regenlucht. In de vieze, modderige straten overal de geiten, die bei-tinkelend om den wagen lie pen. De wagen hield halt op het dorpspleintje voor het poetkantoor. Wij stapten uit, baggerden door de vieze straten met de oude Graubün- derhuizen van het dorp. dat als uit gestorven scheen. Nog altijd plaste de regen neer. „Mengelberg 't Is te erg!" grapte er een van ons, schuin omhoog kijkend naar de grauwe lucht, waar- "t het water in stralen neerpletste. De postillon klapte met de zweep. Wij doken weer in de vochtige, ver schoten roode kussens van onzen ouden postwagen; de paarden trokken ons verder over den slikkerigen weg. Beneden ons zagen wij het dorpje Re- müs, wat verder Manos. Wij hadden het Inn-dal verlaten, reden nu door de bosschen in het Val Sinestra, hoog boven den bergstroom Lavranca. IJle, witte wolken zeilden door het dal, kropen op tegen de berghellingen, losten dan op om als rookpluimen bo ven de hooge groene larixen weg te drijven. Diep in het dal, midden in de bos schen. enkele huizen en een groot, statig hotel; Val Sinestra! Een afgele- gener intiemer, rustiger „Rade-Ort" is wel niet denkbaar. Enkel die paar huizen en het Kurhaus temidden van de ongerepte natuur 1 De postwagen reed in draf den hoogen weg op, hield halt voor de breede entree-deur van het hotel. Een gegalonneerde por tier, een kellner in rok en een chas seur met glimmende knoopen vielen meer dan ze liepen de trappen af, gooiden het portier van onzen ouden postwagen wijd open wachtten in „hof houding", onderdanig beleefd. Wij daalden naar beneden, verlegen kij kend naar onze natte plunje, onze re genjassen, onze bemodderde schoenen, de druipende parapluies. Het was aan den portier, den kellner en den chas seur duidelijk te zien, dat 'de „lading" hun tegenviel! Dit was een misver stand. Dagjesmenschen en dat nog wel op zoo'n regendag! wie had daar op kunnen rekenen. Ze dropen alle drie af met gezichten waarop duide- liik te lezen stond: Is het andere niet? Het Kurhaus Val Sinestra zoo bleek ons later is het hotel, waar vele gasten van Willem Mengelberg, als er boven op Hof Zuort geen plaats is, tijdelijk logecren. Wij zagen het ook aan de Karlijst, waarin wij ver scheidene in de concerlwc-reld zeer be kende Hollandsche namen aantroffen. In de ruime, gezellige conversatiezaal van het Kurhaus dronken wij een kop koffie. Toen wij weer buiten kwamen. genlijken tocht naar VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 86 DE HOTELVERANDA stapten wij in 'den Poetwa-j ..Chasa Mengelberg" to beginnen, n ouden, krakerigen, in gelewij tot onze verrassing, blauwe kleuren geschilderden lan dauer, tot grooie verbazing van den postillon, die zich dat vreemdsoor li ge genoegen van ons. om met zoo'n hon denweer „uit rijden te gaan" blijk baar niet kon begrijpen. Waarheen de toch; der Herrschaf- gNaar Hof ZuortOf komen, ten de Herrschaften wel wisten, dat dat nog 14 uur loopen was? en hij lii- H het portier wijd open, alsof hij wilde zeggen: .,u kunt er nog uit, als U wiltWij. echter, bleven de drui pende parapluies stevig in onze han den geklemd vastbesloten zitten. Her portier sloeg dichtDe regen klet terde op de kap. „Echt Bnch-weer!" merkte een van ons op. „NVt goed om naar Mengelberg te de regen had opgehouden; het was droog. Langs de bergbeek La Lavranca klommen wij naar boven. Er is nog een andere, een meer „begaanbare" weg. waarlangs men zelfs per kar tot bij Mengelberg'? zomerverblijf kan wij kozen het boschpad langs de woest-stroomende heek. Het was een wandeling van zeldzame be koring. voortdurend door larix-hos- scben met altijd het naar beneden etortende, wit-bruisendc water van de Lavranca naast ons. Eindelijk, na anderhalf uur van geleidelijk klimmen een bergweide tusschen de bergen en daar op die open, gropne 1720 Meter boog gelegen plek twee Zwitsersche huizen, een wit en een bruin. We be- grepen dat één van die twee Ch as a gaan!" lachte een ander. Do koeteier j M e n g e 1 b e r g, het zomerverblijf klom op een bok, de paarden zetten van onzen vermaarden dirigent moest aan, dwars door een breed on plas, het water spatte op naar alle kanten! We waren op weg naar bot zomer ver- an Willem Mengelberg zijn. Het witte huis bleek een „Warts- haus" te zijn. Daar, bij de „buren" van Mengelberg, gebruikten wij De schommelstoel wordt op de gewone plaats op de veranda gezet, het breiwerk te voorschijn gehaald en de conversa tie geopond het voedsel is niet, wat het vroeger was in dit hotel en de soort men- scben is ook niet meer je dat zij is nu al, eens kij ken, de laatste 17 jaar hier gewc-est, maar dit is zooals ieder jaar zeker de laatste keer niemand spreekt haar tegen en dus houdt zij zich bezig met haar stoel te verschuiven, •want 'die plank piepte waarna zij merkt, dat zij nu in 'de zon zit, de stoel wordt weer op de Eiepende plank gezel en et gevallen breiwerk opgeraapt vertoont, het spreitje dat zij maakt voor de baby van haar dochter en geeft levensgeschiedenis van baby, dochter en schoonzoon ten beste 1 kijkt na een volgende pauze zorgvuldig rond, wie zich allemaal op 'de veranda bevinden en vertelt alles wat zij weet over al de menschen. die den void- gen avond gekomen zijn voorzoover ze niet op de veranda zitten merkt vijf minuten la ter op. dat het gisteren ondragelijk heet moet zijn geweest in de stad verneemt van iemand, die een ochtendblad heeft gelezen 'dat het in de stad vier graden koe ler is dan bier sluit haar oogen, snuft eenige malen en consta teert dat er in ieder ge val niets boven de bui tenlucht gaat bergt tenslotte al haar bezittingen op en gaat naar binnen waar zij den verderen dag „pa tience met een praatje" zal spelen. (Nadruk verboden.? Laimzanm gingen de paarden den lunch ©n ik zou geen journalist zijn geweest, als ik niet na?x het doen en1 laten van onzen beroemden landge noot daar in de bergen had geïnfor meerd. Het was niet zoo heel gemak kelijk de waardin, een wat stugge, weinig spraakzame Zwitsersche, aan het spreken te krijgen. Maar met den man geklitte mij dat beter. In zijn timmermanswerkplaats, achter 'de „Wirtschaft", verleide hij mij van zijn „buurman". En liet bleek mij al heel spoedig, dat van een eenzaam „kluizenaarsleven" op Chasa Mengel berg geen sprake was. Meestal zijn er eenige gasten, soms volgens mijn zegsman zelfs wel twintig tegelijk. Nu was er met nog eenige anderen een Hollandsche ..SSngörin". een zekere „Fraulein Peltenböurg Ik was onmiddellijk „thuis". Over eenige dagen kwam do „president". Herr Roell, om evenals andere jaren er zijn verjaardag te vieren. En ik hoorde nog eenige bekende Holland sche namen, al moest ik als bij dien van Rahoesen er ook wel eens naar raden. Of cr veel gemusiceerd werd O jaEr stonden zelfs 2 vleu gels op Chasa Mengelberg. Maar FrSulein „Peltenböurg" had hij nog niet hooren zingen. Ik trad weer naar buiten en zag over het Val Sinestra, dat daar voor mij lag. En ik begreep tegelijk de voorliefde van Willem Mengelberg voor dit gezegende oord. Het was nu geheel droog geworden. De wolken dreven in snelle vlucht voorbij. Tel kens weer werden even de besneeuw de toppen der bergen van den Piz Arina, den Mot Patschai en den Fil Spadia zichtbaar. Ik overzag gansch het dal met de donkere larix bosschen, waartusschen de wit-schuimende La vranca door stroomde. Ik keek naar Chasa Mengelberg. Groene met roode en witte motieven beschilderde luiken gaven kleur aan het. licht-bruin gebeitste, wel zeer idyllisch gelegen Zwitsersche land huis. Ja, dit was wel het oord voor een kunstenaar om uit te rusten na een zware, vermoeiende wintercampagne. Toen op eens zag ik Mengelberg in een bruin bergpak met zijn gasten naar buiten treden op zijn bordes. En de eerste, die hem volgde, was de Hollandsche „S&ngerin", die onze waard „Frftulein Peltenböurg" had genoemd. Toen meende ik, dat mijn taak van onbescheiden journalist was afgeloopen en trok ik mij in onze Wirtschaft terug. Wanneer ik onzen grooten dirigent over eenige weken weer als heerscher voor zijn orkest zal zien staan, zal ik zeker terugdenken aan iüen morgen in de bergen, toen ik hem daar zag, in zijn bruine bergcostuum tusschen zijn gasten op het bordes van zijn Chasa Mengelberg. J. B. SCHUIL. Onovertroffen zijn onze Mantels in geheel wollen Gabardine, absoluut water proof f 17.75, f24.75 Laatste modellen!!!! Zwart en bruin leder, ge garandeerd solide f 16.75 Anegang, hoek Warmoesstr. ZEEUWSCHE VEREENIGIXG „ZEELAND" TE HAARLEM. Morgen, Donderdagavond zal in het gebouw „Olympia", Kinderhuis singel, een liefdadigheidsbijeenkomst worden gehouden ten bate van de slachtoffers van de visschersramp op de Wester Schelde, op 18 Juil 192-4.- Verwacht wordt dat alle leden zul len tegenwoordig zijn. Introductie van niet-léden is toegestaan. Zeeuw- 8Clie babbelaars" zullen in de zaal verkrijgbaar zijn. GOEDE TEMPELIEREN. Zaterdag 6 en Zondag 7 September zal in het gebouw van den Nederland- schen Protestantenbond de jaarlijk- eclie algemeene vergadering gehou den worden van Groot Logo I der Int. Orde van Goede Tempelieren in Nederland. De vergadering vangt aan 's morgens 11 uur. De gemeenschappelijke maaltijden! worden gehouden zoowel Zaterdag als Zondag in het gebouw van den Iiaarlemschen Kegelbond. In bet laatste gebouw zal Zater dagavond tevens een gezellige bijeen komst gehouden worden (opgeluisterd door muziek, zang en declamatie), waar tevens alle Tempelieren, niet- congressisten en genoodigden toegang hebben. DE TUINBOUWCTTRSUS. Door een misverstand is in het ver- flag van de vergadering van dc afd. Haarlem der Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde vermeld, dat de aangifte van leerlingen moet geschieden voor 1 Oct. Dit moet zijn voor 15 Sept. want op 1 October begint de cursus. Verhaal van een Schilder i. De lieer H, Heuff, kunstschilder te Heemstede, een van do gemoedc- lijkste menschen die in den omtrek tc vinden zijn, een man die graag op den praatstoel zit en daarvan dan zoo heel gauw niet opstaat, heeft ons verte'u van een uitstapje naar Por tugal. dat hij in de maand Juni ge daan heeft. Ziedaar eens wat anders, dan do platgetreden paden var Eu ropa. Hoeveel Nederlanders komen er in PortugalSpanje gaat nog, maar zelden wagen zij zich op de rest van het Iberische schiereiland cn zoo zat er dus kopy in dit reisje van den heer Heuff, vooral toen hij zich bereid verklaarde, een paar feuilletons met leekeningen te versieren. Zoo zat hij dan op zekeren avond aan een tafel en liet. de cene sigaar na de andere ronkende, teekeningen en krabbels, zwarte en gekleurde zien en wat hier volgt is het gedeeltelijk resultaat, van zijn vlotte tong en zijn rappe teckcn- stift. Portugal ligt daar in Zuid-F.iirona een beetje in een vergoten hoekje. We hooren er gewoonlijk niet veel van en het eenige wat we weten is, dat er zwaar gepolitiseerd wordt, dat- de S;r.--it niet heel solide is. niet goed van betalen namelijk en dat onlangs de communisten eraan een van die peri odiek terugkeerende stuipen hebben geleden, die zij poging tot revolutie noemen en die met behulp van wat soldaten wel weer gauw genezen. O ja en dan is onlangs in een plaatsje dat den zoeten naam van Entrocamonto dregt, een locomotief van zijn ankers geslagen en heeft vriixvnt verwoesting aangericht, nadat hij. niet door ma chinistenhand bedwongen, op bol ge- paan was. Misschien is ook dit-een stuipachtig verschijnsel in het zuide lijke hand. Na deze inleiding vertelt de heer Heufl van zijn reis. 's Morgens 8.20 uit Haarlem naar Parijs, aankomst des avonds te half zes. Over Limoges naar Tours, waar liet oog van dcu kunstenaar te gast gaat aan een •htige Komeinsctie brug en een mooie kathedraal, midden in dc stad, streng gothiek met gebrand glas en luchtbogen. Smalle straten, die door net onverwachte hei. hart van den kunstenaar veel meer verheugen, dan ccn moderne, breede, boulevara. Bo vendien een Roraaansohe kerk ui„ den tijd van Karei den Grooie. Het is daar een vruchtbare streek, met zuidelijke bosschen, waar geen boompje beschadigd werd, want zelfs het gerucht van den oorlog is er niet doorgedrongen- 's Avonds half eb ver trek uit Tours met een trein, die 's morgens half acht aankomt te Bor- deau.wDie stad ziet er haveloos en verveloos uit. Het was er bijzonder warm. 's Avonds vertrekt de Spaan- schc expres dwars door de Landes, de fameuze streek waar menschen op stelten loopen, omdat de grond er zoo moerassig is. De moerassen schijnen ie zijn verdwenen, wij zien, zoo ver telt ae heer Heuff. groote bosschen van zeedennen, waaruit de hars, het voornaamste product van de streek, in bakjes opgevangen wordt. De trein kom' Bayonne xoorbij. Telkens krijgen wij een prachtig uit zicht op de golf van Biscaje cn op een sub-Lropischen plantengroei. Dan stopt de trein aan bet grensstation Irrun, een keurig net stationnetje jammer dat andere stations in Spanje, dien eersten, gunstieen in druk van netheid zr'lcn verminderen. Hier is visitatie, .alles moet uit den trein, de bagage wordt flink door el kaar geschud, maar de passen bijna niet- ingekeken. Ec half uur later idt de trein verder. Het reisbureau tc Amsterdam heeft ons meegedeeld, dat dc trein ineens expresse van Bordeaux door gaat, maar dat moet een misverstand zijn. Het is maar een klein treintje en we zijn met niet meer dan twaalf of veertien passagiers, allemaal eerste klasse, (de trein heeft geen andere mpés) en boewe! de reis van Bor deaux naar Lissabon i 120 kost,, moet van station tot station bijbetaald worden, .'r komen vee! beambten aan pas. Aanvankelijk rijdt de trein bier met. dezelfde snelheid als in Frankrijk, maar aan die vreugde komt gauw een eind. We boemelen, 's Mor gens aankomst in Medina, een vuil stationnetje, echt Spoansch. Tot Za- morra toe is de streek als het ware koperkleurig. Mager zijn de graan veld jes, de dorpen dicht ineen ge bouwd als forten, om- de warmte te bewaren, want het- kan hier duchtig koud zijn in den winter. We zien dikke muren, een kamp voor stieren, een enkelen boom of struik, wat gei ten. kortom een dor geheel. Zoo sukkelen wij den heelen dag op enkel spoor verder. De Sud-expres is eeu nuchter boemeltreintje geworden. Er is weinig verkeer, de temperatuur is gloeiend beet en ofschoon de be diende van den spijs wogen elk uur bet stof komt afvegen, ulijft er voort durend een dikke laag van liggen door nieuwen aanvoer. Gewaarschuwd te gen bet zoogenaamde aqua fresca, vorsch water, dat op Je stations te koop wordt aangeboden en dikwijls gevaarlijk is. esse hen wij onzen dorst met limonade en mineraalwater. Om twaalf uur bereiken wij de Por- tugeesche grens. Een caar glimla chende kereltjes spelen do rol van douanen, door geen notitie te nemen van onze koffers en onze passen tc bekijken aan den buitenkant. Na dez» nutteloosheid sporen wij verder, al tijd in hetzelfde boemeltempo, tus schen heuvels en dalen, iie soms welig begroeid doen denken aan de vader- landsche hei, maar wat geler. Wij zien nu ook de vermaarde kurkeiken. Een uur vóór Lissabon worden de heuvels wat liooger. Jaar tusschen door konten zoutpannen te zien. ootv krijgen wij een kijkje op de rivier de Taag, diu vrij groote inhammen heeft. Dan verschijnen er wat zuidelijke hui zen, van het Kaliaansche type en te aoht uur 's avonds komen we het sta tion Lissabon binnen. Do hoofdstad van Portugal telt ze ker minstens 400.000 zielen en onder scheidt zich door haar hooge huizen, tusschen de vijf en zexen verdiepin gen. die tot op de hoogste heuveltop pen gebouwd zijn; liet benedengedeelte is in 1755 door een aardbeving ver woest. Vlschvrouw to Lissabon Lissabon binnenkomende slaan wij op het Praca da Gommercio (Han delsplein) oc-n groote juiinte. waar d© verschillende ministeries omheen gebouwd zijn. Een grooie poort geel: toegang tot de Conimereio-straat. De voornaamste straat is de Avenida da Liberdade (Vrijheidsdreef) uitloopen- <io op hei Park da Liberdade. Dit vlakke gedeelte doet denken aan Mtinchcn of Berlijn. Eigenaardig is het niet, want Lissabon verkrijgt haar merkwaardigheid door de heuvels. Hier zijn vele kerken, meest iu een overladen barokstijl gebouwd. Prach tig is do kloostergang van San Mi guel. waarvan een gedeelte door de aardbeving gelukkig gespaard is. In deze omgeving zijn de straten zeer steil. Rustige muildieren klimmen doodbedaard naar boven, zonder zich te storen aan het gescnreeuw, van hunne drijvers, onder wie wij vele Creolen en Mulatten opmerken. Do huizen zijn rommelig, vies en vuil, ze zijn bevolkt met ontelbar» ratten, terwijl de bewoners zitten op deuren en vensters, soms zoo maar op straat. Wij merken ook een boeren- lype op met een zwarte of groene muts. Opstijgend langs de steile straten hereiken wij San Jorge iSint Georsre) het vroegere -Moorenkasteel, met- zijn zware, hooge muren. Van boven op den toren krijgen wij een prachtig ge zicht. op de oude stad en de rivier. Nu zien wij pas goed. hoe smal de straatjes zijn, die vol hangen met waschgoed, kleurige vodden. Kinde ren spelen zoo goed s-ls naakt op straat. De huizen hebben weinig ra men, denkelijk om de warmte en of schoon het cr nog al kwalijk riekt. Zijn cle straten wel schilderachtig. Afdalend komen wij aan het St Jozefs-hospitaal, dat er zeer goed uit ziet. aan den St. Estrella-tnin, vol palmen, eucalypti!? en andere sub tropische gewassen; deze tuin is zeer goed onderhouden en geeft mooie ver gezichten over de stad. Bijzonder interessant is het haven kwartier. waar wij een mooien kiik hebben op de Taag, die on (teveel drie maal zoo breed i* als het IJ en op den heuvolachtigen overkant.. Merkwaar dig is de vorm van de vïsschersschüi- ten. Hun voorplecht doet denken aan de oude Vikingschepen: ze ziin ge schilderd in diverse kleuren, rood of blauw met wit, hebben een ra en een Visschersschuit In het havenkwartier. driekant of vierkant zeil, dat rood of wit geverfd is. Hier aan de haven is eiken dag vischmarkt. Uitsluitend vrouwen dragen de visch in groote manden op het hoofd de stad in. In dit kwartier is het levendig; er is voortdurend gejoel, geschreeuw en stank, terwijl het type van de vis- schers ons herinnert aan den grooten tijd \an Portugal, de periode van den ontdekker Vnsco di Gama. ier in het havenkwartier ziet men Engelsche kolenschepen lossen op do meest, primitieve manier, namelijk in mandjes, zoodat de brandstoffen wel niet te betalen zouden zijn, wanneer de loonen niet heel gering waren; bo vendien is de valuta laag. De escudo, ,-roeger een rijksdaalder, staat nu op een waarde van zeven cent Hollandsch

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1924 | | pagina 5