HAARLEM'S DAGBLAD
Van onzen reizenden Redacteur
FLITSEN
REGENMANTELS
Willem van Hemt
Stadsnieuws
Van een reisje naar Portugal
VRIJDAG 5 SEPTEMBER 1924 - TWEEDE BLAD
(Nieuwe reoke.)
No.227
Naar Chasa Mengelberg
Chasa Mengelberg
Bijna elke Hollander weet te vertel-1 met mijn informatie bij 'den post-
leu, dut Mengelberg iederen zomer in!beambte toevallig wel aan een zeer
Zwitserland „ergens in de bergen zit". I ongelukkig adres was geweest. Zelfs
Maar ais je dan eens vraagt: waar 1 de brave eigenares van ons pension,
die zeker nooit voor een Nobel-prijs
in aanmerking zou komen, ook al
mocht liaar het eeuwige loven bescho
ren zijn, wist ons te vertellen van
den „Hollander daar boven", dio op
Hof Zuort een villa had gebouwd en
„steinreich" moest zijn. Veel vorder
ging haar kennis van onzen verin:
den landgenoot echter niet en zij stond
„paf", toen zij hoorde, dat hij ,,Mu
siker" was. „Musiker" en toch „stein-
reich" 1ik twijfel er nog aan, of
zij mij heeft geloofd.
Maar den velen vreemdelingen
Schuls-Tarusp xvas het blijkbaar niet
onbekend, welke „beroemdheid" daar
boven Vol Sinestra woonde. Eenige
malen heb ik er tijdons mijn verblijf
den naam Mengelberg gehoord en toen
ik in den tuin van hot. hotel van het
vriendelijke dorpje Fontana mis
schien wat onbescheiden een
sprek tusschen eenige Duitse hers
twee Noren afluisterde, mocht ik tot
mijn voldoening constateeren. dat
Mengelberg niet alleen door de Hol
landers als één der allergrootste diri
genten wordt beschouwd.
De regen viel in stroomen neer. toen
wij den volgenden morgen om 9 uur
voor het postkantoortje van Schuls
stonden te wachten op den wagen, die
ons naar Val Sinistra moest brengen.
„Gaan of niet gaan dat werd de
kwestie"! Een heelen dag in ons pen
sion achter de ruiten naar den pias
senden regen zitten kijken, of moedig
den tocht naar Chasa Mengelberg on
dernemen! Het eerste beteekende in
ieder geval een verloren dag, het twee
de kon allerlei verrassingen brengen.
Daarom en ook omdat wij de be
stelde plaatsen toch in onzen zak'
hadden
dan krijg je doorgaans t© hooren:
een berg. heel eenzaam en heel hoog,
waar bijna niemand bij hem kan ko
men!" D© moeste Nederlandera vor
keeren in de meening, dat Mengelberg
in de zomermaanden zoo ongeveer als
een kluizenaar, afgezonderd van dc
nienschlicid, in Zwitserland in de Al
pen leeft ©n er zijn tijd doorbrengt
met boomen omhakken en houtzagen
Toen men mij in Holland had ver
teld. dat ik in Sc huls „dicht bij Men
gelberg zou zijn", stond mijn plan
vast: ik zou één dag naar „Chasa
Mengelberg" gaan. Zelfs al ware ik
geen reizend redacteur en geen lid
van „Bach" geweest, dan had ik vuh
Schula uit een tocht naar „Ilof
Zuort" gemaakt om te zien, hoe onze
niet alleen in Nederland vermaarde
dirigent daar iu de bergen woont.
Als Hollander was ik even lichtelijk
teleurgesteld, toén een employé van
het postkantoor te Schuls op mijn
vraag om inlichting naar het verblijf
van ..Herr Mengelberg" mij heel on-
nooze! aankeek, het hoofd schudde en
antwoordde: „Herr Mengelberg! Dat
kan ik niet zeggen! Die woont hier
niet
„Ds-r berühmte Dirigent!" zei ik op
een toon. die duidelijk aangaf: „Nu
weet Je het natuurlijk well"
Ach. ik moest ondervjnden. dat bo-
roem'dhoid altijd maar heel betrekke-
l:jk is. De Zwitser haalde zijn schou
ders op. schudde nog eens het hoofd
en zet: ..Nooit van gehoord!"
Toen keerde hij zich om en riep
naar l innen: „Woont hier een zekere
Herr Mengelberg in de buurt 1"
Ik wil wel bekennen, dat op dot
oetv-nblik mijn nationale trots een ge
weldige deuk kreeg. Ik voelde dat
„een zekiM'o Herr Mengelberg", als
een belcediging. ons heele land aan
gedaan. Maar laai ik ter gerust
stelling van nnderer misschien even
eens gekrenkte gevoelens dodelijk
hierop laten volgen, dat deze postbe
ambte ren uitzondering bleek te
zijn. Onmiddellijk kwam de chef in
eigen persoon blijkbaar opgeschrikt
door de onnoozelheid van zijn onder-
pfy-hikte naar het loket om mij uit
te leggen, waar „Chasa Mengelhorg"
lag. „Het was een wandeling van 4
uur om er te komen en dan nog 314
uur terug. Maar ik kon ook met don
postwagen naar Kurhaus Val Sinestra
gaan' Vandaar was het dan 1VS uur
te voet
Ik koos de laatste en gemakkelijk-
s'e manier en bestelde miin plaatsen
in don postwagen voor den volgen
den dag. Zoo had liet plnn van het
bezoek aan Chasa Mengelberg dus
vasten vorm aangenomen.
Dienzelfdon dag mocht ik evenals
trouwens nog meermalen tijdens n
verblijf in het Öenodén-Engndin
tot mijn vreugde bemerken, dat
stijgenden weg naar heb 1500 Meter
hoog gelegen 'dorp Sent. Veilig be-
sohut tegen den plnssenden regen za
gen wij uit onzen postwagen neer op
het grijze,, donzige wolkenbed, dat
daar als ndèrgevlijd lag tegen de groe
ne 1 a rix-bosschen van de uit het bree-
de dal opstijgende en in grauwen mist
verdwijnende bergen. Beneden ons
stroomde met ontstuimige snelheid de
Inn. Zoo nu en dan trok even de mist
om de bergen weg en dan zagen wij
tot onze verrassing, hoo sneeuw de
toppen dekte, overal om ons heen.
Wij réden het dorp Sent binnen. Op
een rots de ruïne van een ou'de Ro-
maansche kerk, somber grauw tegen
de donkere regenlucht. In de vieze,
modderige straten overal de geiten,
die bei-tinkelend om den wagen lie
pen. De wagen hield halt op het
dorpspleintje voor het poetkantoor.
Wij stapten uit, baggerden door de
vieze straten met de oude Graubün-
derhuizen van het dorp. dat als uit
gestorven scheen. Nog altijd plaste de
regen neer.
„Mengelberg
't Is te erg!"
grapte er een van ons, schuin omhoog
kijkend naar de grauwe lucht, waar-
"t het water in stralen neerpletste.
De postillon klapte met de zweep.
Wij doken weer in de vochtige, ver
schoten roode kussens van onzen
ouden postwagen; de paarden trokken
ons verder over den slikkerigen weg.
Beneden ons zagen wij het dorpje Re-
müs, wat verder Manos. Wij hadden
het Inn-dal verlaten, reden nu door
de bosschen in het Val Sinestra, hoog
boven den bergstroom Lavranca. IJle,
witte wolken zeilden door het dal,
kropen op tegen de berghellingen,
losten dan op om als rookpluimen bo
ven de hooge groene larixen weg te
drijven.
Diep in het dal, midden in de bos
schen. enkele huizen en een groot,
statig hotel; Val Sinestra! Een afgele-
gener intiemer, rustiger „Rade-Ort"
is wel niet denkbaar. Enkel die paar
huizen en het Kurhaus temidden van
de ongerepte natuur 1 De postwagen
reed in draf den hoogen weg op,
hield halt voor de breede entree-deur
van het hotel. Een gegalonneerde por
tier, een kellner in rok en een chas
seur met glimmende knoopen vielen
meer dan ze liepen de trappen af,
gooiden het portier van onzen ouden
postwagen wijd open wachtten in „hof
houding", onderdanig beleefd. Wij
daalden naar beneden, verlegen kij
kend naar onze natte plunje, onze re
genjassen, onze bemodderde schoenen,
de druipende parapluies. Het was aan
den portier, den kellner en den chas
seur duidelijk te zien, dat 'de „lading"
hun tegenviel! Dit was een misver
stand. Dagjesmenschen en dat nog wel
op zoo'n regendag! wie had daar
op kunnen rekenen. Ze dropen alle
drie af met gezichten waarop duide-
liik te lezen stond: Is het andere
niet?
Het Kurhaus Val Sinestra zoo
bleek ons later is het hotel, waar
vele gasten van Willem Mengelberg,
als er boven op Hof Zuort geen plaats
is, tijdelijk logecren. Wij zagen het
ook aan de Karlijst, waarin wij ver
scheidene in de concerlwc-reld zeer be
kende Hollandsche namen aantroffen.
In de ruime, gezellige conversatiezaal
van het Kurhaus dronken wij een kop
koffie. Toen wij weer buiten kwamen.
genlijken tocht naar
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 86
DE HOTELVERANDA
stapten wij in 'den Poetwa-j ..Chasa Mengelberg" to beginnen,
n ouden, krakerigen, in gelewij tot onze verrassing,
blauwe kleuren geschilderden lan
dauer, tot grooie verbazing van den
postillon, die zich dat vreemdsoor li ge
genoegen van ons. om met zoo'n hon
denweer „uit rijden te gaan" blijk
baar niet kon begrijpen.
Waarheen de toch; der Herrschaf-
gNaar Hof ZuortOf komen,
ten
de Herrschaften wel wisten, dat dat
nog 14 uur loopen was? en hij lii- H
het portier wijd open, alsof hij wilde
zeggen: .,u kunt er nog uit, als U
wiltWij. echter, bleven de drui
pende parapluies stevig in onze han
den geklemd vastbesloten zitten.
Her portier sloeg dichtDe regen klet
terde op de kap.
„Echt Bnch-weer!" merkte een van
ons op.
„NVt goed om naar Mengelberg te
de regen had opgehouden; het was
droog.
Langs de bergbeek La Lavranca
klommen wij naar boven. Er is nog
een andere, een meer „begaanbare"
weg. waarlangs men zelfs per kar tot
bij Mengelberg'? zomerverblijf kan
wij kozen het boschpad
langs de woest-stroomende heek. Het
was een wandeling van zeldzame be
koring. voortdurend door larix-hos-
scben met altijd het naar beneden
etortende, wit-bruisendc water van de
Lavranca naast ons. Eindelijk, na
anderhalf uur van geleidelijk klimmen
een bergweide tusschen de bergen en
daar op die open, gropne 1720 Meter
boog gelegen plek twee Zwitsersche
huizen, een wit en een bruin. We be-
grepen dat één van die twee Ch as a
gaan!" lachte een ander. Do koeteier j M e n g e 1 b e r g, het zomerverblijf
klom op een bok, de paarden zetten van onzen vermaarden dirigent moest
aan, dwars door een breed on plas,
het water spatte op naar alle kanten!
We waren op weg naar bot zomer ver-
an Willem Mengelberg
zijn.
Het witte huis bleek een „Warts-
haus" te zijn. Daar, bij de „buren"
van Mengelberg, gebruikten wij
De schommelstoel wordt
op de gewone plaats op
de veranda gezet, het
breiwerk te voorschijn
gehaald en de conversa
tie geopond
het voedsel is niet, wat
het vroeger was in dit
hotel en de soort men-
scben is ook niet meer
je dat
zij is nu al, eens kij
ken, de laatste 17 jaar
hier gewc-est, maar dit
is zooals ieder jaar
zeker de laatste keer
niemand spreekt haar
tegen en dus houdt zij
zich bezig met haar
stoel te verschuiven,
•want 'die plank piepte
waarna zij merkt, dat
zij nu in 'de zon zit, de
stoel wordt weer op de
Eiepende plank gezel en
et gevallen breiwerk
opgeraapt
vertoont, het spreitje dat
zij maakt voor de baby
van haar dochter en
geeft levensgeschiedenis
van baby, dochter en
schoonzoon ten beste
1 kijkt na een volgende
pauze zorgvuldig rond,
wie zich allemaal op 'de
veranda bevinden en
vertelt alles
wat zij weet over al de
menschen. die den void-
gen avond gekomen zijn
voorzoover ze niet op de
veranda zitten
merkt vijf minuten la
ter op. dat het gisteren
ondragelijk heet moet
zijn geweest in de stad
verneemt van iemand,
die een ochtendblad
heeft gelezen 'dat het in
de stad vier graden koe
ler is dan bier
sluit haar oogen, snuft
eenige malen en consta
teert dat er in ieder ge
val niets boven de bui
tenlucht gaat
bergt tenslotte al haar
bezittingen op en gaat
naar binnen waar zij
den verderen dag „pa
tience met een praatje"
zal spelen.
(Nadruk verboden.?
Laimzanm gingen de paarden den lunch ©n ik zou geen journalist zijn
geweest, als ik niet na?x het doen en1
laten van onzen beroemden landge
noot daar in de bergen had geïnfor
meerd. Het was niet zoo heel gemak
kelijk de waardin, een wat stugge,
weinig spraakzame Zwitsersche, aan
het spreken te krijgen. Maar met den
man geklitte mij dat beter. In zijn
timmermanswerkplaats, achter 'de
„Wirtschaft", verleide hij mij van
zijn „buurman". En liet bleek mij al
heel spoedig, dat van een eenzaam
„kluizenaarsleven" op Chasa Mengel
berg geen sprake was. Meestal zijn
er eenige gasten, soms volgens mijn
zegsman zelfs wel twintig tegelijk.
Nu was er met nog eenige anderen
een Hollandsche ..SSngörin". een
zekere „Fraulein Peltenböurg Ik
was onmiddellijk „thuis". Over eenige
dagen kwam do „president". Herr
Roell, om evenals andere jaren
er zijn verjaardag te vieren. En ik
hoorde nog eenige bekende Holland
sche namen, al moest ik als bij
dien van Rahoesen er ook wel eens
naar raden. Of cr veel gemusiceerd
werd O jaEr stonden zelfs 2 vleu
gels op Chasa Mengelberg. Maar
FrSulein „Peltenböurg" had hij nog
niet hooren zingen.
Ik trad weer naar buiten en zag
over het Val Sinestra, dat daar voor
mij lag. En ik begreep tegelijk de
voorliefde van Willem Mengelberg
voor dit gezegende oord. Het was nu
geheel droog geworden. De wolken
dreven in snelle vlucht voorbij. Tel
kens weer werden even de besneeuw
de toppen der bergen van den Piz
Arina, den Mot Patschai en den Fil
Spadia zichtbaar. Ik overzag gansch
het dal met de donkere larix bosschen,
waartusschen de wit-schuimende La
vranca door stroomde.
Ik keek naar Chasa Mengelberg.
Groene met roode en witte motieven
beschilderde luiken gaven kleur aan
het. licht-bruin gebeitste, wel zeer
idyllisch gelegen Zwitsersche land
huis. Ja, dit was wel het oord voor een
kunstenaar om uit te rusten na een
zware, vermoeiende wintercampagne.
Toen op eens zag ik Mengelberg in
een bruin bergpak met zijn gasten
naar buiten treden op zijn bordes. En
de eerste, die hem volgde, was de
Hollandsche „S&ngerin", die onze
waard „Frftulein Peltenböurg" had
genoemd. Toen meende ik, dat mijn
taak van onbescheiden journalist was
afgeloopen en trok ik mij in onze
Wirtschaft terug.
Wanneer ik onzen grooten dirigent
over eenige weken weer als heerscher
voor zijn orkest zal zien staan, zal ik
zeker terugdenken aan iüen morgen in
de bergen, toen ik hem daar zag, in
zijn bruine bergcostuum tusschen zijn
gasten op het bordes van zijn Chasa
Mengelberg.
J. B. SCHUIL.
Onovertroffen zijn onze
Mantels in geheel wollen
Gabardine, absoluut water
proof f 17.75, f24.75
Laatste modellen!!!!
Zwart en bruin leder, ge
garandeerd solide f 16.75
Anegang, hoek Warmoesstr.
ZEEUWSCHE VEREENIGIXG
„ZEELAND" TE HAARLEM.
Morgen, Donderdagavond zal in
het gebouw „Olympia", Kinderhuis
singel, een liefdadigheidsbijeenkomst
worden gehouden ten bate van de
slachtoffers van de visschersramp op
de Wester Schelde, op 18 Juil 192-4.-
Verwacht wordt dat alle leden zul
len tegenwoordig zijn. Introductie
van niet-léden is toegestaan. Zeeuw-
8Clie babbelaars" zullen in de zaal
verkrijgbaar zijn.
GOEDE TEMPELIEREN.
Zaterdag 6 en Zondag 7 September
zal in het gebouw van den Nederland-
schen Protestantenbond de jaarlijk-
eclie algemeene vergadering gehou
den worden van Groot Logo I der
Int. Orde van Goede Tempelieren in
Nederland. De vergadering vangt aan
's morgens 11 uur.
De gemeenschappelijke maaltijden!
worden gehouden zoowel Zaterdag
als Zondag in het gebouw van den
Iiaarlemschen Kegelbond.
In bet laatste gebouw zal Zater
dagavond tevens een gezellige bijeen
komst gehouden worden (opgeluisterd
door muziek, zang en declamatie),
waar tevens alle Tempelieren, niet-
congressisten en genoodigden toegang
hebben.
DE TUINBOUWCTTRSUS.
Door een misverstand is in het ver-
flag van de vergadering van dc afd.
Haarlem der Maatschappij voor
Tuinbouw en Plantkunde vermeld,
dat de aangifte van leerlingen moet
geschieden voor 1 Oct.
Dit moet zijn voor 15 Sept. want
op 1 October begint de cursus.
Verhaal van een Schilder
i.
De lieer H, Heuff, kunstschilder te
Heemstede, een van do gemoedc-
lijkste menschen die in den omtrek tc
vinden zijn, een man die graag op
den praatstoel zit en daarvan dan zoo
heel gauw niet opstaat, heeft ons
verte'u van een uitstapje naar Por
tugal. dat hij in de maand Juni ge
daan heeft. Ziedaar eens wat anders,
dan do platgetreden paden var Eu
ropa. Hoeveel Nederlanders komen
er in PortugalSpanje gaat nog,
maar zelden wagen zij zich op de rest
van het Iberische schiereiland cn zoo
zat er dus kopy in dit reisje van den
heer Heuff, vooral toen hij zich bereid
verklaarde, een paar feuilletons met
leekeningen te versieren. Zoo zat hij
dan op zekeren avond aan een tafel
en liet. de cene sigaar na de andere
ronkende, teekeningen en krabbels,
zwarte en gekleurde zien en wat hier
volgt is het gedeeltelijk resultaat, van
zijn vlotte tong en zijn rappe teckcn-
stift.
Portugal ligt daar in Zuid-F.iirona
een beetje in een vergoten hoekje. We
hooren er gewoonlijk niet veel van en
het eenige wat we weten is, dat er
zwaar gepolitiseerd wordt, dat- de
S;r.--it niet heel solide is. niet goed van
betalen namelijk en dat onlangs de
communisten eraan een van die peri
odiek terugkeerende stuipen hebben
geleden, die zij poging tot revolutie
noemen en die met behulp van wat
soldaten wel weer gauw genezen. O ja
en dan is onlangs in een plaatsje dat
den zoeten naam van Entrocamonto
dregt, een locomotief van zijn ankers
geslagen en heeft vriixvnt verwoesting
aangericht, nadat hij. niet door ma
chinistenhand bedwongen, op bol ge-
paan was. Misschien is ook dit-een
stuipachtig verschijnsel in het zuide
lijke hand.
Na deze inleiding vertelt de heer
Heufl van zijn reis. 's Morgens 8.20
uit Haarlem naar Parijs, aankomst
des avonds te half zes. Over Limoges
naar Tours, waar liet oog van dcu
kunstenaar te gast gaat aan een
•htige Komeinsctie brug en een
mooie kathedraal, midden in dc stad,
streng gothiek met gebrand glas en
luchtbogen. Smalle straten, die door
net onverwachte hei. hart van den
kunstenaar veel meer verheugen, dan
ccn moderne, breede, boulevara. Bo
vendien een Roraaansohe kerk ui„ den
tijd van Karei den Grooie.
Het is daar een vruchtbare streek,
met zuidelijke bosschen, waar geen
boompje beschadigd werd, want zelfs
het gerucht van den oorlog is er niet
doorgedrongen- 's Avonds half eb ver
trek uit Tours met een trein, die
's morgens half acht aankomt te Bor-
deau.wDie stad ziet er haveloos en
verveloos uit. Het was er bijzonder
warm. 's Avonds vertrekt de Spaan-
schc expres dwars door de Landes,
de fameuze streek waar menschen op
stelten loopen, omdat de grond er zoo
moerassig is. De moerassen schijnen
ie zijn verdwenen, wij zien, zoo ver
telt ae heer Heuff. groote bosschen
van zeedennen, waaruit de hars, het
voornaamste product van de streek,
in bakjes opgevangen wordt.
De trein kom' Bayonne xoorbij.
Telkens krijgen wij een prachtig uit
zicht op de golf van Biscaje cn op een
sub-Lropischen plantengroei. Dan
stopt de trein aan bet grensstation
Irrun, een keurig net stationnetje
jammer dat andere stations in
Spanje, dien eersten, gunstieen in
druk van netheid zr'lcn verminderen.
Hier is visitatie, .alles moet uit den
trein, de bagage wordt flink door el
kaar geschud, maar de passen bijna
niet- ingekeken. Ec half uur later
idt de trein verder.
Het reisbureau tc Amsterdam heeft
ons meegedeeld, dat dc trein ineens
expresse van Bordeaux door
gaat, maar dat moet een misverstand
zijn. Het is maar een klein treintje en
we zijn met niet meer dan twaalf of
veertien passagiers, allemaal eerste
klasse, (de trein heeft geen andere
mpés) en boewe! de reis van Bor
deaux naar Lissabon i 120 kost,, moet
van station tot station bijbetaald
worden, .'r komen vee! beambten aan
pas. Aanvankelijk rijdt de trein
bier met. dezelfde snelheid als in
Frankrijk, maar aan die vreugde komt
gauw een eind. We boemelen, 's Mor
gens aankomst in Medina, een vuil
stationnetje, echt Spoansch. Tot Za-
morra toe is de streek als het ware
koperkleurig. Mager zijn de graan
veld jes, de dorpen dicht ineen ge
bouwd als forten, om- de warmte te
bewaren, want het- kan hier duchtig
koud zijn in den winter. We zien
dikke muren, een kamp voor stieren,
een enkelen boom of struik, wat gei
ten. kortom een dor geheel.
Zoo sukkelen wij den heelen dag op
enkel spoor verder. De Sud-expres is
eeu nuchter boemeltreintje geworden.
Er is weinig verkeer, de temperatuur
is gloeiend beet en ofschoon de be
diende van den spijs wogen elk uur
bet stof komt afvegen, ulijft er voort
durend een dikke laag van liggen door
nieuwen aanvoer. Gewaarschuwd te
gen bet zoogenaamde aqua fresca,
vorsch water, dat op Je stations te
koop wordt aangeboden en dikwijls
gevaarlijk is. esse hen wij onzen dorst
met limonade en mineraalwater.
Om twaalf uur bereiken wij de Por-
tugeesche grens. Een caar glimla
chende kereltjes spelen do rol van
douanen, door geen notitie te nemen
van onze koffers en onze passen tc
bekijken aan den buitenkant. Na dez»
nutteloosheid sporen wij verder, al
tijd in hetzelfde boemeltempo, tus
schen heuvels en dalen, iie soms welig
begroeid doen denken aan de vader-
landsche hei, maar wat geler. Wij
zien nu ook de vermaarde kurkeiken.
Een uur vóór Lissabon worden de
heuvels wat liooger. Jaar tusschen
door konten zoutpannen te zien. ootv
krijgen wij een kijkje op de rivier de
Taag, diu vrij groote inhammen heeft.
Dan verschijnen er wat zuidelijke hui
zen, van het Kaliaansche type en te
aoht uur 's avonds komen we het sta
tion Lissabon binnen.
Do hoofdstad van Portugal telt ze
ker minstens 400.000 zielen en onder
scheidt zich door haar hooge huizen,
tusschen de vijf en zexen verdiepin
gen. die tot op de hoogste heuveltop
pen gebouwd zijn; liet benedengedeelte
is in 1755 door een aardbeving ver
woest.
Vlschvrouw to Lissabon
Lissabon binnenkomende slaan wij
op het Praca da Gommercio (Han
delsplein) oc-n groote juiinte. waar
d© verschillende ministeries omheen
gebouwd zijn. Een grooie poort geel:
toegang tot de Conimereio-straat. De
voornaamste straat is de Avenida da
Liberdade (Vrijheidsdreef) uitloopen-
<io op hei Park da Liberdade.
Dit vlakke gedeelte doet denken aan
Mtinchcn of Berlijn. Eigenaardig is
het niet, want Lissabon verkrijgt haar
merkwaardigheid door de heuvels.
Hier zijn vele kerken, meest iu een
overladen barokstijl gebouwd. Prach
tig is do kloostergang van San Mi
guel. waarvan een gedeelte door de
aardbeving gelukkig gespaard is. In
deze omgeving zijn de straten zeer
steil. Rustige muildieren klimmen
doodbedaard naar boven, zonder zich
te storen aan het gescnreeuw, van
hunne drijvers, onder wie wij vele
Creolen en Mulatten opmerken.
Do huizen zijn rommelig, vies en
vuil, ze zijn bevolkt met ontelbar»
ratten, terwijl de bewoners zitten op
deuren en vensters, soms zoo maar op
straat. Wij merken ook een boeren-
lype op met een zwarte of groene
muts.
Opstijgend langs de steile straten
hereiken wij San Jorge iSint Georsre)
het vroegere -Moorenkasteel, met- zijn
zware, hooge muren. Van boven op
den toren krijgen wij een prachtig ge
zicht. op de oude stad en de rivier.
Nu zien wij pas goed. hoe smal de
straatjes zijn, die vol hangen met
waschgoed, kleurige vodden. Kinde
ren spelen zoo goed s-ls naakt op
straat. De huizen hebben weinig ra
men, denkelijk om de warmte en of
schoon het cr nog al kwalijk riekt.
Zijn cle straten wel schilderachtig.
Afdalend komen wij aan het St
Jozefs-hospitaal, dat er zeer goed uit
ziet. aan den St. Estrella-tnin, vol
palmen, eucalypti!? en andere sub
tropische gewassen; deze tuin is zeer
goed onderhouden en geeft mooie ver
gezichten over de stad.
Bijzonder interessant is het haven
kwartier. waar wij een mooien kiik
hebben op de Taag, die on (teveel drie
maal zoo breed i* als het IJ en op den
heuvolachtigen overkant.. Merkwaar
dig is de vorm van de vïsschersschüi-
ten. Hun voorplecht doet denken aan
de oude Vikingschepen: ze ziin ge
schilderd in diverse kleuren, rood of
blauw met wit, hebben een ra en een
Visschersschuit In het
havenkwartier.
driekant of vierkant zeil, dat rood
of wit geverfd is. Hier aan de haven
is eiken dag vischmarkt. Uitsluitend
vrouwen dragen de visch in groote
manden op het hoofd de stad in. In
dit kwartier is het levendig; er is
voortdurend gejoel, geschreeuw en
stank, terwijl het type van de vis-
schers ons herinnert aan den grooten
tijd \an Portugal, de periode van den
ontdekker Vnsco di Gama.
ier in het havenkwartier ziet men
Engelsche kolenschepen lossen op do
meest, primitieve manier, namelijk in
mandjes, zoodat de brandstoffen wel
niet te betalen zouden zijn, wanneer
de loonen niet heel gering waren; bo
vendien is de valuta laag. De escudo,
,-roeger een rijksdaalder, staat nu op
een waarde van zeven cent Hollandsch