Van het Politieke Tournooiveid VITRAGE HAARLEM'S DAGBLAD OM ONS HEEN Ontvangen Boeken GEBR. SNOEK ZATERDAG 20 FEBRUARI 1925 - ZESDE BLAD No. 3435 Schoonheidscommissie Toen door den Leer Loosjcs bij do laatste uegrootinyauebattea het denk beeld tot ïnstoiihug van een schoon heidscommissie is geopperd, heb ik iu deze rubriek hot plan aanbevolen om dat inderdaad hoog noodig officieel en voortdurend toezicht op yevol- bouw (op binnenbouw bestaat die ai) dient w worden uitgeoefend. Wethou der Brnch had destijds voor het plan weinig sympathie, blijkbaar vreesde hij voor een officieclo bouwkunst, die de jonge bouwmeesters beletten zou zich te ontplooien, liet is v j1 te ho pen en ooit, zou ik denken, to ver wachten, dat de heer liruch de zaak wat optimistischer gaat bekijken pessimistisch is zijn aard niet ou ik geloof met zijn tegenvoeter op ar chitectonisch gebied, den burgemees ter, dat het jyist de modernen zullen/ xijn, die iu en door ecu schoonheids oommissie naar voren konten. AU werkelijk, wat do wethouder vieesde, de instelling van een schoonheidscom missie de bouwkunst zou doen verstij ven. den moesten wij die vooral niet instellen. Hangen aan het oude doen we genoog, wat wij noodig hebben is niet. zoozeer het nieuwe (want iets behoeft niet mooi to zijn omdat het nieuw, noch leelijk omdat het oud is) maar o n t v a n k e 1 ij k h e i d voor het nieuwe. In dozo omstandigheden was het noo dig. ce::s te onderzoeken naar de er varing die deskundigen op dit gebied hebben opgedaan. !)ezer dascn heb ik een onderhoud gehad r.iet den heer Jan Gratama i>. I.. architect te Am sterdam. De heer Gratama is lid van de schoonheidscommissie, zooals die nu te Amsterdam beslaat, en was lid en voorzitter van do eerste schoonheids commissie, die uitsluitend uit bouw kundigen (zes architecten) bestond.^ Met geestdrift spreekt de hoer Gra tama over wat deze commissie lot stand heeft kunnen brengen. Het peil van de bouwkunst is te Amsterdam belangrijk gestegen, jonge talenten kwatnen zonder de commissie moeilij ker tot uiting. Tal van ontwerpen va:x oigenbouwers waren natuurlijk beneden peil. zoodat zij om de goed keuring krijgen de luilp moesten inroepen van een behoorlijken archi tect. i ..Ze wordt een «choonheidseomniifsie genoemd" zegt «Ie heer Gratama. ,,iDwr is eigenlijk meer een leelijk- beidscommissie. dat wil zeggen een commissie tegen de leelijkhcid. Dik wijls is een project op het kantje van het gemiddelde en dan is tiet wel wat t* verbeteren door critiek. nmar mid delmatig blijft het. Alleen het Lelijke kan ecu commissie weren". •Sinds twee maanden is de commis sie van uitsluitend architecten gere organiseerd. Ken paar gevallen, waarbij commissies van leekcn zich verzetten tegen baar uitspraak, heb- bon i!iar aanleiding toe gegeven. I oor.i! eer aanbouw aan den beken den Siiireierjtoren. waarbij een gc- deeltvar. de gracht bedekt werd. een plar. waarmee de schoonheidscommis sie zich wel vercenig'-u kon, lokte op positie van verienigingen van schil- üt-r* en oudheidkundigen uit en ten slotte werd dat plan in den Bond ver- .worpen. Toen i» gezegd: wij moeten een grooter organisatie stichten en zoo komen tot een autoritaire commissie, waarbij dc bouwkundigen en het ke ken eli-ment samen aan de tafel zit ten. Daarvoor was nog een tweede reden dc voorbereiding van dc plan nen liet door gebrek aan ovcrleu tut- scben de gemeentelijke diensten te .wenschen over. Kr werd bijvoorbeeld wel grond in erfpaelit uitgegeven, zonder dat voor af bepaald werd wat er op moest worden gesticht, middenstands- of ar beiderswoningen, hoe de hoogte zou zijn eu dergelijke meer. Daarom maken de directe ren van de gemeen telijke diensten deel uit van do schoonheidscommissie, die in haar nieuwe samenstelling verder bestaat uit bouwkundigen, oudheidkundigen en schilders. Op deze wijze krijgt de gemeente ecu architectonisch jwrlemertt van zeer groote macht, dat niets moer doet d«n een advies geven, maar waarvan li. en VV. alleen in buiten gewone gevallen afwijken. „Het aeellietieche aanzien van Amster dam", zoo drukte de lieer Gratama ach uit. .wordt aldus, belieersdit, aoor een machtige commissie." Immers, zij krijgt ook de uitbrei ding*- on bebouwt rigsp 1 an non ter bc- oordeeliiig. De verdeeüng der ter reinen geschiedt eveneens in overleg met de echoonhekiecommiasie, die haar advies ook moet geven over don opbouw, de straatwanden, over de vraag van hoogte, liic-r hooger, elders lager, om aldus te bepalen wat de lieer Gratama het „st-raatsilhouet" noemt. Met groote waardeering laat hij zich uit over de groote medewerking van B. en \V.. speciaal noemt de heer Gratama den heer Wibaut en van den directeur van den woningdieast, den heer Keppler. Het waa «lus in de eer ste plaats noodzakelijk voor het dago- liiksch I-estuur der gemeente oin te weten dat- het dit zelf niet weet. Hier wordt do volle medewerking verleend. Ik vroeg aan den heer Gratama, hoe de Raad, die immers uit zoovele elementen gevormd wordt, tegenover schooiiJieidflcwmnisBKi slaat. Zitn antwoord wasde commissie ie door den Raad zelf ingesteld." Met andere woordenhóe zou de Raad zicih kun nen en willen onttrekken aan het ge zag van een eommis*©. die hij zelf heeft ingesteld? Dit is nie>t een uitspraak van den heer Gratama. maar een conclusie die ik mii veroorloof uit zijn woorden te trekkeft. Het bleek mij eenst uit ons gesprek, dat eonigs/.ins haastig ge- «u-bieden moest, omdat de heer Graia- ma weinig tijd had daar een auto op hem stond le wachten, dat hij van de zank een breed» opvatting heeft. Wel verre jmmers van zich te verzet ten tegen oen reorganisatie van de c-n5i« comnriseie die immers geheel uit architecten Instond, tot een ge mengde commissie, waarin ook net Lek.-n-olenicnt zitting heeft, werkte hij tot cm verandering mee en nam zelf in do nieuwe commissie zitting. Het is vun belang te weten, dat hij onder leek mi verstaat, oudheidkundi gen, beeldhouwers en schildert?. Hun ne vereen! gin gen dienen tot benoe ming van hunne vertegenwoordigers iir:i!«-!tallen in. waaruit B. en W. oen keuze doenfeitelijk kiezen dezo or ganisatie* dus hunne representanten r»!f, daar natuurlijk do organisaties alleen hunne vertrouwensmannen op do dubbeltal!*" plaatsen, zcodat liet hun onverschillig is. wie IJ. en W. I aanwiizou. Daarmee ie natuurlijk niet gezegd, dat de heer Gratama. ontevreden zou zijn oyer de resultaten, die do eerste oommjV/iio jn har© w.wkzaatnhoid vier jaar lans heeft bereikt. Integendeel. Mat bijzonder enthousiasme wijst hij op wat bijvoorbeeld in Amsterdam is vorkregen niet plan-Zuid. Ik heb al vermeld, dat hij ingenomen was over liet feit. dat de «igonbouwens thans de medewerking zoeken van archit.-r- ten bii het ontwerpen valt hun plan nen. Welnu, bii liet zoogenaamde plan-Zuid hebben 79 oigenbouwers mei 16 architecten 2000 .woningen ge- sticht. Amsterdam neemt dan ook, de heer Grftama vermeldt dit met groote n rots, een zeer hoog© plaats in op het gebied van stedenbouw. Geen en kele a tod is zoover gegaan als Amster dam. Amsterdam beeft den roem, dat het talent van particulieren gebruikt is voor de schoonheid van de stad, dus niet door het gebaar van een klein aantal ambtenaren tofsohoon dat gemakkelijker zou zijn geweest) maar van vrije, scheppend© architec ten. Van hen moet immers in de eerste plaats de kunst komen. Zoo wordt de bouwkunde een on derdeel van de geheel e cultuur, het geheel is een succes voor de waardee- rincr van de architectuur; toch is dezo wijze va.n handelen en betrekkelijk belangrijk ingrijpen in het particu lier bezit, een vermindering van vrij heid. In liet buitenland wordt de Amster- damecho architectuur hoog gewaar deerd. VailJat spreekt in het dagblad ,.le Temps" zelfs van een renaissance m de bouwkunst. Van de algemeen© en Amsterdam- sclie belangen kwam het gesprek van zelf op wat voor mijn bezoek niet het muist belangrijke washoe volgens den heer Gratama een schoonheids commissie voor Haarlem het best kan worden samengesteld. Hij adviseert voor onze stad de stichting van een groote commissie, bestaande uit architecten en leeken. Maar alleen (en dit zei de hij met grooteu nadruk) alleen bouwkundigen jn in staat om te beoordeelen hoe een gebouw er uit zal zien, waarvan de commissie de teekenin-g onder de oogen lieoft. Dit is eetn vermogen dat architecten door hunne dagelijksclie ervaring alleen bezitten „ik heb", zoo zeicle hij „bittere ervaring op gedaan. dat leeken niet in 6taat zijn, op de teckening te zien. hoe een ge bouw het doen zalalleen een archi tect kan de drie verhoudingen zien en beoordeelen kleur, perspectief, m*<sa. verlichting." De meerderheid van do commissie mag nooit uit leeken bestaan, er be- hooren evenveel architecten zitting in to- hebben. Men moet in de commissie perso nen opnemen van verschil lende rich- tin», dat v, il zeggen moderne, zoowel als meer bezadigde, tot veririjglng vim eeu goed gemiddelde. Moeten in een Haarlemsche com missie alleen Haarlemmers zitting hebbenI In Amsterdam zijn alle'lo den Amsterdammers, misschien is dat in Haarlem dat kleiner is. minder gemakkelijk omdat men elkaar daar zoo goed kc-nt. Vier jaar lang zijn in Amsterdam bij do Schoonheids- commissie de teekeningon anoniem ingediend en er zijn ontwerpen van mannen met groote namen afgekeurd. Beter i« het dus, personen te be noemen in de Haarlemscho commis sie, die geou Haarlemmers zijn, maar een bezwaar daartegen is, dat dezen niet altijd Haarlem ,.ti de omstreken goed zuilen kennen. En dat is voor een juiste beoordeeling toch nood zakelijk. Ik geloof, zonder overdrijving mogen zeggen, dat dit vraaggesprel voor do plannen in Haarlem 1ot stichting van een Schoonheidscom missie va» dc grootste heteekenis is. Ziehier een man van groot* reputatie op (bouwkundig gebied, die bij liet moeilijk© werk van een dergelijke commissie groote ondervinding heeft opgedaan. Vooral wat hij zegt over de eigen- houwers is y.eer belangrijk. Ook in Haarlem zal het groote verzet van hen komen is het dan niet merk waardig, dat zij in plan Zuid gewerkt hebben onder het gezag van archi tecten, die hun aangewezen werden Er moot verandering koinen, ook bij ons. Woningen zijn immers niet enkel bergruimten van mcnechen, zij moeten ook worden elementen van schoonheid, als onderdeel van cultuur en tot opvoeding van do menigte. Do houwkunst is ccn kunst hoe zou dan nog langer toegelaten kunnen I worden, dat wie deze niet verstaan daaraan hun onbevoegije handen slaan De organen der gemeente, de af- deeling Publieke Werken, Bouw- en Woningtoezicht, kunnen met hun goeden wil, alléén niet het leeüjke tegengaan, zij hebben steun en mede werking noodig; ik heb wel vertrou wen, dat wethouder Bruch, wiens woord in den Raad invloed heeft, ook op dit gebied, na de lezing van wat de heer Gratama gezegd heeft, do stichting der commissie zal helpen bevorderen. Ten slotte: de Amsterdamsche commissie hoeft het recht van initia tief. Ook hij ons in Haarlem worde haar dit toegekend. J. C. P. TWEEDE KAMER De nïeuwo sUaisinriefciing voor Neder- Umdsch-lndie is dan toch aangenomen, al bevredigde zij niemand, al heeft ook de openbare behandeling eigenlijk niemand, eigenlijk geen groep volledige voldoening geschonken. Pu reehtsch© groepen zijn iets tegemoet gekomen, en zullen daarom er maar heel weinig voor gevoeld hebben zich tegen dc nieuwe regeling blijvend te verzetten. Zij werd dan ook aanvaard met SO—19 stemmen. Tegen stemden de so ciaal- en vrljz. democraten. Na dk praeludium, waaraan de Veer Al bania zijn mod «werking verleende met «n „korte verklaring" de tegenstem hem en zijn fractie aankondigend, omdat naar bun gevoelen do ontwerpen zeerste verslechterd waren, algeheel niet overeenkwamen met dat, waarop In- diö h.i. reoht kan doen gelden #:a het praeludium, verdiepte de Kamer zich In ten juridische znazerie. van vrijwel zui-1 ver-techaischen aard. Breed o beschouwin gen zullen wij niet wijden aan de nieuws regeling van de inrichting der coöpera tieve vereeiiigitigen. Alleen letten op de wijzigingen, die in de door de regeering ingediende voorstellen, waarvan allen, welke in nauw verband staan inei d« coöperatieve gedachten natuurlijk hebben kennis genccntn, zijn gébracht. De Algemcene beschouwingen zijn van- dnag van heel weinig belang geweest, want de MINISTER VAN JUSTITIE hecrft slechts opmerkingen gemaakt van, heel I algemeen© strokïkag, omdat naar hij' overwoog alle besproken onderwerpen in den breedc bij de artikelen zouden ter sprake komen. Zoo geschiedde het ook, beier: zal het ook geschieden. Want nog maar heel wei- 6 MAART De nieuwe staatsinrichting van Indiê Coöperatieve vereeniglngen Een vroeg einde r.ig ver is de Kamer gekomen met de ju ridische kluif v&n het vastleggen der ge dachten in wel geordenden wetsvorm. Daarmede gaan gewoonlijk langdurige de- balton over woorden en zinsneden ge paard, die tenslotte alleen voor het niet- Tweede-Kamer-lid belang hebben om het uiteindelijke resultaat. Zóó langdurig en zóó ingewikkeld zijn somtijds de debatten dat gelijk hedenmiddag gebeurde de president de verga/lering somtijds maar sluit, omdat men over de juiste redactie nog wel eens „een nachtje slapen" wil. Dat geschiedde vandaag en daarom was de vergadering merkwaardig ivroeg afge- loopen bij een amendement AM ENT, dewelke in de statuien eener coöperatieve vcreeniging een regeling wilde opgenomen zien, aangevende of en in hoeverre de leden der vereeniging gebonden zijn. door stat utcn-wijzigingeti, die ten gevolge heb ben, dat de aansprakelijkheid wordt ver hoogd of de in de statuten vastgelegde verplichtingen worden verzwaard. De cenige wijziging, die dan gistermid dag werd aangebracht is die, we'Jke op aanbeveling van den heer VAN RAPPARD met ondersteuning van den heer VAN SQHA.IK tot stand kwam, de cisch- vast leggend, dat de naam eener coöperatieve verceniging de aanwijzing moet bevatten haar doel, hot woord „coöperatief" en de aanduiding of de aansprakelijkheid ge zamenlijk der loden voor de verbintenis sen der vereenigk'g onbeperkt, beperkt dan wel uitgesloten is. Voorts is vastge legd, dat dezo soorten vsn aansprakelijk heid aangeduid worden met de letter W. A. (wettelijke aansprakelijkheid), G. W. A. (gewijzigd wettelijke aansprakelijkheid en U. A. (uitgesloten aansprakelijkheid). van erisiswerfcoosheid kan gesproken worden, een regeling der werkloos heidsverzekering voor hem weinig aan trekkelijkheid heeft. In groot© lijnen heeft de heer POLAK betoogd dat een vloot voor ons land geld-weggooïen beteekent, omdat wij toch niets kunnen uitrichten. Daar tegenover kwam het standpunt van re geering en van den heer VAN WAS- SEiNAER CATWIJCK, dat de vloot voor bet Indische eilandenrijk noodig was en preventief heel goed werk zou kunnen doen. De minister heeft nog eens herhaald dat (hij en met hem do regcering het wenschelyk vond, voor dat tot een bepaling van wat Neder land in de eerste jaren zou moeten bou wen, afgewacht dient te worden wat er van Volkenbondszijde aan het conci- piëeren van een international© regeling wordt gedaan. Met den heer MENDELS en den heer POLAK kwam nog een klein de batje over het afbreken der betrekkin gen met de Cambo, omdat de leden daarvan in uniform het voorbijtrekken van de salarisdemonstratïe in Den Ilaag hadden aanschouwd. De heer Mcndcls noemde dat afbreken onmensch waardig en allerminst groothartig, de minister vond dat noodig ter handha ving van het gezag en de krijgstucht. Dinsdag -wordt over „Marine*1 ge stemd, „Arbeid" werd zonder hoofdelij ke stemming aanvaard. De begxooting, die i)u aan de beurt komt, is „Oor log". INTIMUS. EERSTE KAMER Vandaag heeft de Senaat dio nog al voorspoedig door do afzonderlijke hoofd stukken beenham:, „Arbeid" 'cn „Marine", afgedaan. „Arbeid" vroeg niet zooveel tijd als verleden jaar. Wat voor een deel wel te danken zal geweest zijn aan de afwezig heid van twe© afgevaardigden, die mid den in de sociale beweging staande, van- eelive van opmerkingen vol zijn cn wel de lieeron Sienhuia en Slotemaker de Bruine. Over den woningbouw endewonirsg- voarzicninff heeft het debat in be langrijke mate van de zijde des minis ters natuurlijk opnieuw moeten 'oo- pen,. Do MINISTER legde cr tegen over'den heer Wibaut nadruk op, dat de uitvoering van de Woningwet ook een financieel probleem insluit. Hij zette uiteen, dat de bouwkosten in den crisistijd heel hoog zijn opgeloopen, waarop niet te zeer kon gelet worden de nood was ook heel hoog. Intusschen rijn dc kosten ook door verschillende maatregelen van den bewindsman ge daald cn is de productie van woningen voldoendo opgevoerd Zou zij overal vol doende opgevoerd zijn, zouden we wil len vragen. Over do betcckenis van de Woning wet was verschil vnn meening. Voor den minister laat dc Woningwet den voor rang aan het particulier initiatief, ter wijl de Staat slechts aanvullend op treedt, wanneer de nood zich doet ge voelen. De bedoeling is nooit geweest aldus dc minister dat, als de nood niet dwingt de overheid in de woning- Karakterbeelden uit het Lome van den lateren tijd. Van Theodoor Birt (ver taald *n bewerkt door Dr. N J. Singels). Zutphcn Thicme Co. Twee kloeke, keurige dcelen van te zamen ruim vijfhonderd bladzijden, liggen voor on*. Wie leest cr tegen woordig nog een «enigszins omvang rijk werk over de Romeinschc geschie denis? Men Is zco licht geneigd die vraag te stellen, als men links recht» de veie klachten hoort opgaan over de weinige serieus© liefde voor goede lectuur. I? het daarme© wel in derdaad zoo weinig gunstig gesteld! Als van een boek als Huizinga's Herfst tij der middeleeuwen binnen korten tijd een herdruk nöodig blijkt, van •Van Leeuwen''s romcinscho schrijvers en Leopold's Leerschool der Spade loonende uitgaaf mogelijk is, in onzen toch immer in aantal beperkten lezers kring. wel dan lijkt het toch nog niet zoo slim met dat gebrek aan waardeering gelegen. Al ziet. wie veel rchït. zijn re sgenooten meest met Nick Carters, Raffle-? of het Geïllustreerd Stuiversblad behept, ©n schijnt voor een nieuw blaadje als Dc Lach alweer voldoendo afzet voorhanden, ook voor het betere is nog wel ruimte r-n belangstelling aanwezig. Ook deze boeken van Birt bewijzen het, want zij werden voorafgegaan door een an der even kloek deel van denzelfdon schrijver en wij behoeven niet aan t© nemen dat eenig uitgever zulk oen uitgaaf op het getouw zet, zoo een mis lukking van te voren als het ware wis kunstig zeker is. Gelukkig, voor hem tv. voor ons. Want voor wie van se rieus© lectuur gediend is, zijn deze werken van den Marburgschen gcschie- denisprofessor een uitmuntende aan winst Men moet al buitengewoon goed in de materie doorkneed zijn om **ne Etof als deze: <1* geschiedenis van het Romeinscbe rijk n a do bloeiperiode cn tot den ondergang, in een aantal portretten cn bedden zoodanig voor te stëlïèn dat de aandacht van den g: lezer, den met-historicus, voort durend geboeid wordt, de tijd voor hem gaat leven cn de bijzondere per- fonen zoowol ais do geestelijke stroo- mingen van dien tijd voor hem bctee- kems gaan krijgen. Theodoor Birt behoort ongetwijfeld tot die bevoor rechte geleerden, wier enorme feiten kennis cn detail-wetenschap geen be zwaar opleveren om, samenvattend, een gemakkelijk t* begrijpen beeld lc ontwerpen, vol kleur en teekenlug, van c*n periode, waarvan do meeste lezers een vrij vaag begrip zuilen be zitten. En de Ilollandsche bewerking is van dien aard dat zo do goede eigen schappen van het oorspronkelijke cn wetenschappelijke werk allo recht laat. wedervaren en het bovendien een kleed aantrekt waardoor dit mooie book bij- als een product, van Ilollandsche geleerdheid en kennis zich voordoet. Hetgeen beduidt dat de vertaling of bewerking liever, uitstekend is. Het Rome uit den vervaltijd ia immer nog rijk aan belangwekkende figuren, dc periode, als inleidend spel tot de Middeleeuwen rijk aan indrukwekkende elementen. Heeft een Juliaan de Afvallige in dc ne gentiend© eeuwsche litteratuur niet een Felix Dahn zoogoed als een Henrik Ihsen bezit: gehouden? Maar de dichter van Keizer en Gallilcër mag zijn held dingen laten zeggen, die hij nimmer gezegd heeft; zijn drama wordt er niet minder om Poch de historicus gaat anders te werk. Deze vermeerdert zoo moge lijk zijno bronnen cn gegevens en komt, door onderling vergnlijk en schifting tot een beeld. voor zoover dat immer mogelijk blijven zal. historisch juist cn zonder roman tiek daar slaat F.n welk een beeld! Of is het door den geschiedvorscher eetcekende beeld. met. ja ondanks zijn onbetwist historisch© juistheid, niet al roman genoeg, vaak' Zooals Birt ons dezen Julianus- Apoetata voor oogen voert, met zijd ideeën, di© als uit onze eigen dagen eerst geboren schiinen en toch al t.nder half duizend jaar oud zijr<! Wist ge dat deze Juliaan eigenlijk de eerste Zionist geweest is cn ir sociale wetgeving onzen tiid princi- i piecJ ver vooruit? Dat het tegen- Arbeid en Marine productie zal voorzien. Het particulier initiatief heeft allereerst ie zorgen voor dc nationale productie. In de tweede plaats zag cc minister als doel der Wo ningwet do hand te reiken aan u-at incn noemt de sociaal-achterlijken voor hen moet gebouwd worden ine; steun van dc overheid. Ten slotte heeft dc minister nog uit eengezet als 2ijn meening, dat overheids- bouw veel duurder is dan particuliere "bouw. Dr, FRANSSEN heeft betoogd, dat tlo invoering van dc 55-urige werk week voor verpleegsters praclische moeilijkheden, nadeden voor de pa tiënten zal medebrengen. Dc MINISTER heeft de 55-urige werkweek hoog gehouden, als uitnemend toe te passen, zich daarbij beroepende op het oordcel van Dr. Kuypcr, direc teur van het WUhelmiaagasthuis te Amsterdam. De heer DE VEER nog drong aan op het nemen van maatregelen tot bezuini ging bij dc Kamers van Koophandel- De minister zal dit gaarne overwegen. Do heer POLAK die ook bij Ma rine aan het woord was vroeg den minister de wetenschappelijke leden van den Hoogcn Raad vaA Arbeid te doen benoemen half om half door werkgevers cn werknemers. De MINISTER was er niet voor te vinden de wetenschap moet boven de belangengroepen verheven staan. Ten slotte nog de medAdeeling, dat de heer Aafeerse in dezen tijd, nu nog Rechtszaken VERDUISTERINGEN DOOR EEN BELASTING AMBTENAAR. Op 15 November 1.1. heeft voor de Vierde Kamer der Rechtbank te Am sterdam terecht gestaan de 37-jarige J. A. E. wegens verduisteringen tot een" totaal bedrag van 54.944-71 1/2, door hem in het tijdvak 1 Mei 1922 en 1 Mei 1924 van of namens belastingschuldi gen ontvangen. De Rechtbank ver klaarde beklaagde op 27 November schuldig aan het als ambtenaar geld, dai bij onder zich heefr, opzettelijk ver duisteren, daarbij gebruik makende van. de gelegenheid hem door zijn ambt ge schonken, meermalen gepleegd, en ver-' oordeelde hem tot vijf jaren gevange nisstraü. Het O. M. had drie jaren ge vangenisstraf geëischt. Tegen dit vonnis teekende de veroor deelde hooger beroep aan. En het Ge rechtshof behandelde thans de zaak. Getuigen werden niet gehoord. De advocaat-generaal, mr. dr. Van Geuns, noemde deze zaak in zijn requi- §jto:r eenig in dc annalen van het ambtsmisdrijf. Beki. was 25 jaar als ambtenaar werkzaam en hij had een groote verantwoordelijkheid, ook als vader van zes kinderen. Dé bekl. leidde een lichtzinnig, dobbelend leven en smeet met het geld. Soms verloor hij op een avoqd ƒ4000, dan weer won hij op c*n anderen avond 3200. Bekl.'s levensinzicht is jnlusschen veranderd en spr. wil hem nu eenigs- zins tegemoet komen bij de straf van vijf jaar. Om bekl.'s toekomst niet ge heel hopeloos tc maken en rekening houdende met zijn betere stemming, cischte spr. bevestiging van het vonnis met vermindering van de opgelegde ge vangenisstraf tot vier jaar. Mr. F. Pauwels trad als verdediger op. Uitspraak "19 Maart a-s. Pracht sorteering. Zie de Etalages MAG. „DE KROON" KLEINE HOUTSTR.12-14 bond al in dezen Juliaan's hersens1 was tot formatie gekomotl. En 1® zijn levensloop niet verrassender. niet rijker aan schakeering dan dio van. •noem hijvoorbeeld Napoleon, welke toch evenmin van romantiek ontbloot waa. Birt vertelt dien aJs een af gesloten vc-rhaal, prachtig en boeiend ca zonder ons ermee lastig te vallen, aan het slot en bescheiden vermeldt hij de historische bronnen geeft hij* van alle», wat hij vert*i de historische verantwoording. En zoo vindt go telkens wat we voor vinding van eigen t,ijd hielden, kou-' tig bewezen terug in do maatschap pij van do vierde eeuw. Hamsteren, prijsopdrijving, prijsregeling door lo overheid, verdwijnen van het ar tikel uit het verkeer't zijn heusch geen nieuwtjes die wij in de oor logsjaren van onze eeuw geleerd hebben. Wij grijpen een ander hoofdstuk aan, van dit boeiende boek: na de portretschet-s van den wijsgeerigen woroldheorscher, dio van drie kerk vorsten. F.n van hen staren wij het langst op die van Angustinus. wiens geschriften nog voortbestaan wiens invloed no» voortduurt tot in onze dagen. IIoo helder en vlot is deze portreischets getoekend. Hoe .weet de geleerde edhrijver al zijn figuren tot ons te brengen, zóó dat ze ons gemeenzaam en begrijpelijk worden en niet meer als abstracte wezens in oen ver verschiet onzer gedachten wereld omdwalen: zie. dit lijken mij zoo groot* verdiensten van en in den goeden zin populair c*- inaakten wetensdhappclijken arbeid dat ik Bit's karakterbeelden met plezier als lectuur kan aanraden aan uilen die zich voor het gecsteslezcn van veertien eeuwen geleden interes seren en er over wcnschen voorge licht te worden. Hoe hel Bloseemde. Door D. Th. Jaarsma. Rotterdam. Nijgb en van Ditmar. Jaarsma behoort tot do auteurs van vandaag, wier arbeid met be langstellend respect .gevolgd wordt woordige instituut van den Volkeren door schrijvers en lezers beiden. Een groot opgezette cyclus van romans dio een stork persoonlijken stempel dragen is nog bezig te verschijnen, cn trok do aandacht. Ook in „Hoe het bloesemde", dat geheel in do eerste persoon geschreven werd, ver moedt men vaak eigen levensbeechrij vingsmomenten, zij het dan voor de gelegenheid gecamoufleerd. Het is „eenc vertelling van liefde". Zonder nevengedachte, zooals de schrijver zo ons voorstelt in een introductie, die, hoe kort ook. toch nog t© zwaar is voor de draagkracht van het vol gende verhalencomplex. „Waar zijn vraagt hij do ingangen, waar de uitgangen des le vens? Wij tasten. En indien ons ge openbaard werd: hoe zullen wij doen kennen? Hoe ons uiton? Hoe anders dan zonder bedoeling, gelijk. niet waar? het leven- zelf. Dit is een verhaal van liefde. Zonder nevenge dachte". Als het nu ifiisschien niet direct voor iedereen kiaarhelder is wat de schrijver in die paar regels zeggen wil, moet men er zich .toch niet door laten terughouden om de lec tuur voort te zetten: het is bost mogelijk dot de schrijver dat voor het belangrijkste van zijn geheelo boek. en den lezer die niet onmid dellijk bcprijpend meek nikt, voor oen uilskuiken houdt. Men kan dat dankbaar riskeeren omdat diezelfde rogels al ©enigszins den sfeer ons doeu kennen, waarin een schrijver als Jaarsma zich thuis voelt. Maar na die, voor onzen smaak althans ietwat to gewichtig doende proloog komen prachtige dingen misschien do prachtigst© van liet boek. Al op do derde pagina begint het: hij vertelt van zijn jeugd, zijn ouders, zijn Friesche land, zijn va- canties. in den hooitijd op de boer derij zijner familie. Dat is verruk kelijk, van hartelijke genegenheid voor het doorleefde, het is helder van observatie,open en wijd als het Friesche land. Dit stuk is de ver- trouwengevende inleiding op wat vol gen gaat: in hoofdstukken ingedeeld als de poeders in het doosje van den apotheker,de verschillende „houdin gen" dio in het leven zijn deel zul len worden tegenover do vrouw; hel jonge schoolmeisje eerst, dc studente en de dochter der hospita, later, de nichten nog weer wat verder, daar na de echtgcnoote tot die ziek wördt en sterft, eu als ietwat zielige apo theose aan het slot de genegen heid voor Chrisje, de huishoudster. Go zult begrijpen dat hier het autobiographische. dat in dit boek verholen mocht zijn, reeds lang heeft opgehouden: de friscliheid van de Jeugdherinnering is in dit einde wel tamelijk tot nul gereduceerd. Een relaas van liefden is dit boek wel zeker. Of de held ervan ook werke lijk voel hce/t liefgehad? Is hij er, niet meer, in dit boek. de vernufti ge prater over, dan do drager er van. Hoe het zij, men leze Jaars ma's boek cn controleere eigen aan doening bij dc lectuur. Hij is dat waard ert belangwekkend, misschien ook als symptoom van een tegen woordig weer opgeld doend levens inzicht vol redeneerende ethiek, waar ivnn echter vele, meer eenvoudig aangelegde naturen niet terug heb ben, omdat ze er dikwijls stüle zelf verheerlijking en onvruchtbaren hartstocht in meenen te zien. Maar dut heeft per slot weer met de kunst waarde van oen werk niet 1© ma ken. Een kunstenaar is Jaarsma Onge twijfeld. Zijn beschrijvingen roem den wij reeds zijn beelden van figu ren is vast en stellig, zijn taal, als wij oen aantal gaarne door hem ge bruikte Germanismen uitzonderen, boeiend en treffend. Tot de litteraire kunst van ons land behoort zijn arbeid stellig; of men er zich too aangetrokken ge voelt of niet zal per slot van reke ning van eigen levensbegrip afhan gen. Doch zulks mag hier v< buiten bespreking blijven. Louis Couperus. Het snoer der Ontferming cn Japan sche Legenden. Rotterdam Nïjgh en Van Ditmar. Deze verzameling prachtig© schet sen men kent die bezigheid van Couperus uit periodieken als de Haagschó Post vormen een kost baar slot op de reeks kunstwerken door den grooten schrijver aan de Xederlandsch© litteratuur toege voegd. Al zijn eigenschappen van wonderlijk knap hanteerder der ge schreven taal, van schitterend aes- theet, komen er tot hun recht. Cou penis houdt ons bij liet kleinste schetsje in den ban zijner bijzonder heid. Het is bij zijn dood herhaaldelijk gezegd geworden, hoe dat bijzonder© dat buitengewone: van de taaL als ciseleur, ais goudsmid to kunnen be handelen en er de fraaiste vormen uit te voorschijn te roepen in woord koppeling en zinswending, hoe dat alles steeds door Couperus gekweekt cn verzorgd is, hoe zeer hij zijn schrijvers „handwerk" lief had. Wilt ge hier een paar schoon© staal tjes van zien, lees dan aandachtig wanneer hij een aantal prenten van Japansche kunstenaars als Öutomaro of Hokusai beschrijft. Niet alleen dat ge die bladen meent voor U te zien, doch de voorstelling krijgt onder zijn beschrijving een gansch andere sfeer dan ge er tot nu toe in vermoed hebt: zij worden inderdaad getranspo neerd in een andere kunstsoort. En van baast iedere pagina valt te ge nieten om de bijzondere zorg waar mee de woorden gerangschikt, de gedachten in die woorden zijn uit gedrukt. Nu zoo veel sloïdigs ied*- ren dag geschreven en gedrukt wordt zal de lectuur van Couperus altijd zijn als een reinigend bad na een wandeling langs stoffige wegen. En om het laatste hoek van Coupenis gaaf te kunnen bewaren, hebben de uitgevers het in een eenvoudig- zui ver kleed gestoken, het, roomkleurig perkamenten omslag om den breed gedrukton tekst op mooi solide panier alles werkt1 mee om het kleinood in passend 'foudraal te presenteeren. Een der mooiste boeken van onze leestafel. 7 Jan. 1925. J. H. DE BOIS.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1925 | | pagina 19