HAARLEM'S DAGBLAD
OM ONS HEEN
FLITSEN
JÜ
WOENSDAG 2 SEPT. 192S TWEEDE BLAD
N». 3492
Verkeerde voorstellingen over Nederland
De verccniging „Nederland in den
Vreemde" heeft het tweede deeltje uit»
gegeven van „Wat leert men over Nc»
derland in den Vreemde en hoe kunnen
wij daarin verbetering brengcu?" Het is
een werkje van een vel ol negen cm
geeft een opsomming van vele onjuist»
heden, die op het gebied van aurdrijks»
kunde cn geschiedenis aan dc school»
jeugd onderwezen worden.
Dc deken van dc Universiteit der re»
publiek te Peking. Chun Jicn Pos, bc>
richtte aan den vertegenwoordiger al»
daar var» „Nederland in den Vreemde",
dat Holland weliswaar al lang voor dc
Cnineczcn een bekend land is, inaar dat
zij slechts ccn vage voorstelling hebben
▼an de sociale, politieke cn godsdien»
stige toestanden in Nederland. De Chi»
nccsche kinderen weten, volgens dezen
heer, net zooveel van Holland, als onze
jongens van China.
Aangenomen, dat dit zoo is, dan bc«
hoeft dat toch geen reden te zijn voor
landgenootcn om dezelfde opmerking tc
maken ten opzichte van het uitsteken»
de werk, dat de vcrecniging wil trach»
ten te doen, namelijk beter cn meer
kennis over ons land verspreiden in het
buitenland En toch doen zij dat! Meer»
malen heb ik alleen dit ten antwoord
gekregen, wanneer ik sprak over dc ver.
keerde begrippen, die in het buitenland
over ons land hccrschen: „weten Hol»
landschc jongens dan zooveel meer van
het buitenland?" Maar dat is toch dc
vraag niet! Dc hoofdzaak is immers, dat
wanneer eindelijk het voorbeeld eens
gegeven wordt door ons. andere landen
het zullen volgen en dat er zoodoende
verheldering van begrip ontstaat en
daardoor meer algcmcene waardce»
ring. die dc voorlooper moet zijn van
den wereldvrede.
Op dit terrein is nog Ontzaglijk veel
te doen Vlak bij dc deur bijvoorbeeld,
in België, waar het/ij uit onwetendheid,
hetzij uit kwaadaardigheid, vaak de
scheefste voorstelling van zaken in de
schoolboekjes wordt gegeven. Van
hoeveel bcteckcnis dat is. begrijpt ieder»
een. Allerlei valscbe voorstellingen en
misverstanden worden maar voortdu»
rend voortgezet, zoodat het haast een
onbegonnen werk schijnt, die op
men.
Dat gaat zoo door de hcclc wereld
heen. Een van dc samenstellers van dit
boekje heeft in Melbourne op een par»
ticulicrc school voor meisjes ccn in Lon»
den uitgegeven schoolboek aangetroffen,
waarin als bondgenooten van den Hol»
lander in zijn strijd tegen het water gc»
noemd worden „dc wind. stoom, zand
en dc ooievaar". In hoe verleent dat
edele dier zijn medewerking? Hij ver»
delgt reptielen, die dc helmnlanten,
waarvan de wortels het zand der dui»
ncnbijeenhouden, zouden aantasten!
Vandaar, dat de ooievaar dan ook wet»
tclijk beschermd is.
Deze onzin zal ons land in Australië
wel niet bcnadcelcn. maar hij is een bc»
wijs van dc lichtvaardigheid, waarmee
schoolboekjes geschreven worden. Dc
Engclschman, die het samenstelde, kon
toch beter weten, inaar hij is blijkbaar
nooit in Nederland geweest Anders
zou hij niet beweren, dat bij ons dc
voornaamste bron van kracht dc wind
is. dat winters de koeien in dc weide
overjassen dragen, dat de voornaamste
zeegeul den Helder is. in de Zuiderzee
en dat de op palen gebouwde huizen
van Amsterdam vaak verzakt zijn. dus
voorover of achterover hellen, sommige
rechts, andere links, weer andere tegen
elkaar aan,
Portugccschc leerboeken tooncn goc»
den wil, maar staan vol fouten, o.n.
deze, dat dc verwijzing naar bet Noord»
zeekanaal geheel onnoodig staat onder
dc Haarlcmschc Trekvaart.
Veel beter is het in Finland gesteld.
Men doet daar zijn best cn op ccn bij»
zonder vricndclijken toon. Dc inlich»
tingen zijn gewoonlijk juist, zoodat ccn
enkel foutje als bijvoorbeeld, dat den
Haag dc hoofdstad van Nederland is.
licht kan worden vergeven. Deze ver»
gissing is trouwens door de geheclc we
reld heen algemeen: men kan zich blijk
baar niet goed voorstellen, dat het hof
in een andere stad, dan in de hoofdstad
gevestigd zou zijn
In Estland wordt o.a. geleerd, dat de
Hollanders hun land gezuiverd hebben
van het graniet, dat sinds den ijstijd
den bodem bedekte. Van dat graniet
hebben zij huizen en dammen gebouwd,
In den winter is het hier „rechtwarm".
Tijdens den herfst is ons land in ccn
dichten nevel gehuld, De boomstammen
in onze polders cn tuinen zijn geverfd!
fs het misschien mogelijk, dat deze
laatste bijzonderheid een gevolg is van
dc gewoonte om ccn gedeelte van dc
boomen op onverlichte wegen gedeelte
lijk wit tc schilderen, ter waarschuwing
op donkere avonden.-'
Men kan zeggen dat Estland een klein
land en ccn nieuwe staat is. Maar
Noord Amerika dan--1 De samensteller
heeft in cén Amerikaansch leerboek
bijzonderheden over Holland gevonden,
die „Hans en Grcitje" voorstellen als
de types van Hollandsche kinderen.
Hun ouders zijn zeer behoeftige boeren,
want in Holland werken de mannen
zoowel als de vrouwen, op het veld! En
hoe is te verklaren, dat de schrijver
iLvde. een Engclsche professor nog wel.
de bewering van een anderen Engelsch»
man Wilson, dat een tiende v3n onze
bevolking in schuiten leeft, nog eens on
derstreept met dc bewering: „dit leven
is zuiver nomadisch cn hindert zoozeer
een behoorlijke schoolontwikkeling, dat
ongeveer 30.000 kinderen het leven lei
den van lastdieren op het jaagpad".
Malle tegenstellingen tusschen Hol
landers en Friezen wisselen af met een
beschouwing over voortdurenden mist.
Daartegenover is het ccn kleinigheid,
dat een van onze zeehelden altijd maar
weer Van Tromp genoemd wordt, dat
voorvoegsel is onuitroeibaar.
Waarom nu ons land juist moet wv
den voorgesteld als een onbewoonbaar
oord (in andere boekjes wordt hc
eentonig genoemd) zal wel geen N<
derlander begrijpen. Erger is cc
valschc voorstelling als deze: ..dc kaai
pers wordt met dc hand bewerkt, wan
dc Hollandsche boer veracht alle nu
deme uitvindingen". Zulke dingen zijn
natuurlijk ccn groot nadeel voor
reputatie in dc wereld. En het is
altijd onwetendheid, die daar dc schuld
van is. Prof. Gcvl te Londen vestigt
cr de aandacht op. dat dc bovengenocm.
dc Prof. Lyde. „soortgelijke weten
schap" als hij in zijn Engclsche boeken
over Nederland verkondigt, in 1919
cn 1920 in dienst stelde van dc anti-
Ncderlandschc propaganda der Belgen
in Engeland".
Nu moeten wij natuurlijk bij dc hc»
oordeeling van al deze schrijverij niet
vergeten, dat in vele boekjes dc on-
juistheden maar klakkeloos worden
overgenomen, evenzeer als dc onbedui»
derde Icelijkc prentjes.
Des tc merkwaardiger is het, dat
dc bewerker, over Duitschiand sprc»
kende, zeggen kan: „het is treffend, dat
in geen enkel Duitsch- leerboekje over
Nederland onaangename opmerkingen
komen
„Aan slordigheden echter geen
gebrek". Zoo wordt bijvoorbeeld van
onze koloniën alleen Java genoemd.
Dc eigenaardige geest van inlijven,
komt herhaaldelijk aan den dag in al»
lerlci opmerkingen over onze tan! cn
afkomst. „Vaak wordt zeer duidelijk
leedwezen uilgesproken over dc om
standigheid. dat dit afgescheurde stuk
Duitschiand nog altijd niet met het
moederland hcrccnigd is". En wat zegt
men wel van deze verzekering: „het
Hollandsche dialect (Mundart) heeft
zich tot een schrijftaal ontwikkeld!"
Dc toon van dc boekjes mag dan vricn»
dclijk wezen, dc manier waarop wij
bij Duitschiand worden gerekend, bc»
alt ons toch niet.
Bij het onderwijs op dc middelbare
scholen, maakt dc samensteller de op»
merking. „dat hier inderdaad nog vrij»
wel alles te doen is". Rembrandt is
een van dc grootc vertegenwoor»
digers van dc Duitschc kunstopvatting
naast-Dürcr (in ccn ander boekje ccn-
oudig ccn Duitscher) van grootc Ne
derlanders als onze admiralen, dc Witt,
Vondel, wordt niets gezegd. Alleen
komt Peter Hele in ccn boekje voor.
met dè mcdedeeling dat hij in 1628 de
Spaansche Zilvervloot veroverde. Als
dat laatste cr niet bijstond, zouden wij
ons moeilijk kunnen voorstellen, dut
met dezen Peter, Piet Hein bedoeld
wordt, die in N'cdcrlandsche oogen on«
der dc zeehelden zeker de grootste
niet is.
Behalve door foutieve mededcclingen
zondigt dc voorlichting in het buiten»
land vooral ook door onvolledigheid.
Aan de jeugd wordt in het algemeen
geleerd, dat Nederland geen industrie
heeft, omdat het geen delfstoffen
bezit cn daarmee meteen dc bcteckcnis
:c nijverheid in Brabant cn
Twente eenvoudig weggecijferd.
Ook op het punt van kunst en geleerd»
hcid komen wij cr dikwijls slecht af.
Deze indrukken van dc jeugd blijven
bestaan, zijn dikwijls niet of nauwelijks
roeien ci> daarom is het zoo
-noodig dat vreemdelingen ons land be»
zoeken om daarvan betere indrukken
te krijgen.
Het spreekt dan ook van zeil; dc
verschijning van deze twee deeltjes
zijn maar een voorbereiding. Of we al
weten dat cr zoo slecht cn gebrekkig
over ons land gclccraard wordt, helpt
niet. Verbetering is noodig. „Nederland
in dc buitenlandschc schoolboeken dc
plaats te geven waarop ons land recht
heeft, ziedaar onze taak!" zegt dc
secretaris van het hoofdbestuur, Dr.
M. de Hartogh.
Maar ook daarbij blijft de verceni»
ging niet staan. Haar werk moet ccn
propaganda worden voor den wereld
vrede. „Geen vredeswerk kan slagen,
wanneer het onderwijs haat kweekt cn
wraakgcdachte». Dat gebeurt. Nog
steeds. Zelfs tegen Nederland, hoe on
gelooflijk dat ook moge klinken".
Op welke manier dat gebeuren moet?
De vereeniging geeft in liet algemeen
aan een rechtstreeksch contact met
schrijvers en uitgevers dc voorkeur,
waarvan zij een intensievere werking
verwacht, dan van ccn centraal rond
schrijven aan do departementen van
onderwijs in de verschillende staten.
Verder wil zij dc bronnen opsporen,
waaruit de schrijvers geput hebben cn
aanraking zoeken met organisaties van
leeraren, onderwijzers cn studenten.
Daarmee is al ccn begin gemaakt voor
Amerika. België cn Zuid»Afrika; bin»
nenkort zullen andere landen volgen.
Men benijdt ons vaak onze talen»
kennis. Hoe zouden wij daarvan een
beter gebruik maken dan met dit werk
des vredes en dc algcmcene voor»
lichting! En komen dan andere landen
bij ons klagen: „ook op uwe scholen
worden dwaze dingen over ons onder»
wezen," des tc beter. Wij zullen cn
mogen onze ooren daar niet voor slui»
ten. Maar het is, zeg ik nogmaals tot
dc zwaartillende criticasters tegenover
het werk van Nederland in den vreem
de. ccn andere zaak.
J. C. P.
Vervolg Stadsnieuws.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 385
OP WEG NAAR DE BIOSCOOP
TER HALL's REVUE
„T KAN VERKEEREN"
Wat ook kan verkeeren niet hef
boeiende, het frisschc, het fleurde, het
afwisselende, het actueele van ftenri ter
Hali's revues Deze eigenschappen ziin
altijd in groote mate in de producten van
den Nederlandsche n revue-koning aan
wezig.
Ook nu weer in de naar Brero's vaak
aangehaalde zinspreuk gedoopte revue,
die deze week als van ouds in de grootc
gemeentelijke concertzaal wordt opge
voerd.
Dit gezelschap is toch maar gelukkig
et een kracht als Buziau, dien onverbe-
terlijkeii komiek, die tegelijkertijd zulk
een uitstekend acteur en mimicus is. Wij
hebben hem nu al verscheidene jaren ge
zien. tcikens geeft hij iets in '1 zelfde gen
rc en toch is het telkens wat anders en
steeds boeiend.
In eenige taiereelen getuigen de char
ges die hij vertoont van een buitenge
wone virtuositeit. Zie en hoor bij voor
beeld „Sjors" als verkiezingspropagan
dist eerst een kapitalistische en daarna
een communistische redevoering afste
ken! ..,'t Zit 'm alleen maar in den klem
toon!" zegt hij Neen, Buziau, 't zit 'm,
ook nog wel ergens anders in, nl. in je
onnavolgbaar en onbetaalbaar tvpeerla-
lent. dat ook zoo heerlijk aan den dag
komt in die meesterlijke creatie van
„Boy", den jongen met de malle aanstel
lerige meisjesmanieren. Schitterend was
dit. Cen luid applaus, vooral na de ver
kiezingsredevoeringen, was telkens zun
loon.
Piet Kohier die bij dit gezelschap
Sietn N'ieuwerhuizcn vervangt, stond
voor ons gevoel nog wat buiten het ka
der. Hij zingt aardige liedjes, maar
snaaksche invallen zijn bij hem niet tal
rijk en hij is nog meer de operette- dan
de revue-artist Toch gaat dit bleek
trouwens bij zijn vroeger succesvol op-
treden in operettes herhaaldelijk zijn
talent onbetwistbaar in de komische rich
ting, maar wij hebben hem in operettes
wel eens levendiger, beweeglijker gezien
dan hij nu in deze revue is.
Roosje, mevrouw Roosje Kohier is al
tijd een lieve, beschaafde, guitige com-
mère, die bovendien haar elegante cos-
tuums met zwier en gratie draagt.
Aardige taiereelen, waarbij drie schit
terende slotiafereelen, zijn er natuurlijk
weer bii de vleet. De verlangzaamde
bokswedstrijd, ccn geestige parodie op
de filmopnemingen met langzaam wer
kend apparaat, deed telkens een dave
rend gelach in de bijna geheel gevulde
zaal opgaan. En dan de „natte ma
noeuvres". met Buziau als reserve-kapi
tein! Kostelijk! Ook van het tafereeltje
van den orgeldraaier op Koninginnedag,
die in een minimum van tijd zijn orgel
tot een klein cafétje maakt en zelf even
spoedig van costuum verwisselt, maak
te Buziau een meesterstukje.
U ziet het: een revue van Ter Hall is
tenslotte Buziau cn' nog eens Buziau,
want telkens kom je weer als vanzelf op
hem terug.
Prachtig en tot in de puntjes verzorgd
zijn weer. we zeiden het reeds de
slotfafereelen.
Vader constateert dat ze het hee»
le programma zullen kunnen zien,
eindelijk zijn ze nu eens goed op
tijd
moeder staat plotseling stil I vader meent, dat er geen tijd in
zdu ze niet even een sjaal halen, debat verloren moet worden, hij
het begint 's avonds al frisscherj zal "m wel halen, ligt ie in haar.
komt met de sjaal terug door deverneemt dat Jan naar binnen
achterdeur om te zien of die wel- gestuurd is om hem te vragen ook
gesloten was cn informeert waar| een zakdoek voor moeder mee te
Jan gebleven is
nemen keert naar huis terug
Micntje loopt hem achteraf Oin te
vragen of hij den brief op moe»
der's bureautje ook mee wil ne»
men, dan kunnen ze dien posten
]0
vader. Mfentjc,. Jan. de zakdoek,
cn de brief verschijnen en ont»
dekken, dat moeder verdwenen is
moeder roept, dat ze even de pa»
rapluie is gaan wegbrengen net
gaat toch niet regenen, maar alles
in dc kast is van de haken geval»
len
totdat ze eindelijk weer op weg
gaan en alles vlot verloopt, tot
vader drie straten verder ontdekt,
dat hij zijn geld heeft vergeten
(Nadruk verboden).
De sjaalcostuums, buitengewoon van
ëlégance en kleurzin (de dames die ze
dragen loopen er mee door de zaal en
géven dus het publietf alle gelegenheid
ze van zeer nabij te bewonderen) zijn in
Ter Hali's eigen atelier.- vervaardigd.
Het borduren van elk cosluum duurde
ongeveer een maand, zoo wordt in het
programma medegedeeld.
tiet tweede bedrijf eindigt met de fi
nale: „Aan de Cote d'Azur" en is een
wonder van kleurenrijkdom en verlich
ting.
Na het derde bedrijf als slof van het
geheel: de finale „De Vredesconferentie",
iarin Nederland, omringd door sier
lijke duifjes, den vrede voorstelt. Rijk en
smaakvol zijn ook hier weer de cos-
tuums, onverbeterlijk is de groepeering.
Wij moeten nog de aandacht vestigen
op het tafereel „Black and White", dat in
het programma „inystericuse gedaante
verwisseling" wordt genoemd cn waarin
blanken plotseling in negers worden ver
anderd Raadselachtig! Dit is een vinding
vari Ir. Samoiloff. van het Hippodrome
te Londen, waarvan Ter Hall alleen het
opvoeringsrecht voor Nederland heeft.
Gij. die eens een avond gezond wilt
lachen, gaat naar Ter Hall. U behoeft
niet bevreesd te zijn, op eenigerlei wijze
gekwetst te worden.
In de pauze werd gecollecteerd voor
de slachtoffers van de stormramp De op
brengst was 106.95.
MUZIEK IN DEN HOUT.
Muziekuitvoering in den Hout op
Donderdag 3 September 1925, tc S uur,
door dc H. O. V-, onder leiding van
Willem Knikker.
1- Marsch „Princcssc Polichinelle",
Auvray.
Ouverture „Das Nachtlagcr in
Granada", C- Krcutzcr-
3. Waker „Mcin'Traum", Waldtcufcl.
4- Suite „Faust", Ch. Gounod.
5. Kricgsmarsch aus Athalia, Men»
delssohn.
6. Ouverture „Le Barbier de Sevilla",
Rossini-
7- La Voi* des Cloches. Luigini-
S Fantasie „Madm. Butterfly", Puc»
ER IN GELOOPEN.
Dinsdag ontmoette ccn Haarlemmer
•ti 28jarigen J W-. met wicn hij eenigen
tijd geleden had kennis gemaakt, in een
café, W. vroeg zijn nieuwen vriend
oor eenige oogenblikken zijn regenjas
cn zijn fiets tc leen. Dit werd gaarne
toegestaan.
Dc Haarlemmer had zich echter in
zijn nieuwen vriend vergist. Want deze
met jas cn rijwiel verdwenen-
Een protestvergadering
De Oud-Indische Militairen
In het gebouw „de Korenbéurs"
vergaderde Dinsdagavond de vereeni»
ging van gcpensionncerde en gegageerde
militairen van het leger in NedJOost en
Wcst«Ind:ë.
Dc voorzitter der afdccling Haarlem,
de heer D. van Gelder, hield een rede
over de volgende punten: Wat was een
koloniaal, wat is nu een koloniaal, wat
is door hem gedaan, wat wordt er voor
hem gedaan en wat zal er voor hem ge»
daan worden.
Hij behandelde eerst den tijd, waar»
in hij voor het eerst van zijn leven der
naam koloniaal hoorde. Hij teekende
zelf In liet jaar 1898c ondervond nadat
hij goedgekeurd was dc beste behande»
ling, dc schoonste voorspiegelingen wer»
den gemaakt. Na eenigen tijd werd het
anders. Jn Harderwijk begon spoedig de
misère die aldus spreker het Ie»
ven van eiken koloniaal vergiftigt. We
werden slachtoffers van den woeker. In
Indic hadden wc geen Hollandsche on»
di rk k eren noodig. Die moesten we in
Harderwijk maar offertn voor het fonds
var. oud»mibtaircn, met zooveel andere
dingen. Maar wie zag ooit iets terug van
die gaven?
Op alle mogelijke manieren werd ons
geld afgeperst. En vervolgde spreker-
men bestal en benadeelde ons aan boord
cn in lndic nog meer. Jc kon daar alleen
goed eten alh je cen goed gevulde beurs
iiaa. Van onze 33 cent tractement moes»
ten wc dc bezems betalen waarmee we
onze kamers schoonmaakten, moesten
wij olie betalen die in onze lampen was,
moctsen wc het vet betalen waarmee
wij onze geweren moesten schoonhou»
den. Iedereen had het „rechtom af tc
Ecrscn, cn vooral onze superieuren heb»
en van dat „recht" schandelijk mis»
bruik gemaakt.
Spreker schilderde wat ccn koloniaal
in indlë mee kan maken. Hij was van
mccning. dat de koloniaal geëerd was op
het veld van oorlog, maar dat hij be»
hpndcld was als ccn beest, zoodra het
gevaar geweken was, Vervolgens zette
spreker uileen. hoe hij als dc meeste
van zijn beroepsgenooten na den
dienst in Indie zijn geheclc leven door
het noodlot achtervolgd werd. geen
goede betrekking kon vinden omdat hij
niüar ccn koloniaal was.
.Omdat men niet weel. wal wij in
Indic deden, wat wij tc doorstaan had»
den en wat eindelijk het gouvernement
van ons maakte."
De heer Van Gelder concludeerde
dan dat aan de kolonialen milliocnen is
tc kort gedaan en dat hun toestand nu
nog heel betreurenswaardig is. Hij bc»
handelde de houding van dc regcering
in den loop der jaren. Verschillende
verhoogingen werden gegeven. Vooral
dank zij de bemoeiingen van den bond
„Voorwaarts".
Hij schetste de verkeerde houding
tusschen hen die nu en hen die vroe»
ger werden gepcnsionncerd.
liet ergste is echter, dat wij niet op»
genomen zijn in bet weduwen en wee»
zen fonds.
Wat meet er van onze vrouwen en
kinderen worden als wij er niet meer
zijn?
Gaf men ons alleen maar dc rente van
het kapitaal dat men ons ontnomen
heeft, maar neen, de koloniaal was im*
mers altijd gauw tevreden, hij zal nu ook
wel weer zijn mond houden."
'J ensl ïitc behandelde de heer Van
Gelder het uitgebreide woeker«systecm,
dat thans nog door velen wordt uitge»
oefend, cn waarvan de kolonialen vooral
het slachtoffer zijn. Zij zitten immers
meestal in verlegenheid, en gaan er daa
als laatste uitweg toe over hun pen»
sioenkaart te bclecncn. Dan zijn zij ver»
lorcn.De woekeraar vraagt van eiken gul
den dien hij leent, een kwartje. En zoo,
eindigde spreker, „de koloniaal wordt
uitgeknepen als een citroen, zoosls hij
zijn hcclc leven al uitgeknepen werd
als een citroen."
Met algcmcene stemmn werd daarna
besloten, de volgende motie aan het
hoofdbestuur te doen toekomen.
Op dc openbare vergadering van 1
September 1925. is met algemecne stem
men aangenomen, om 'e protesteeren.
tegen het besluit van de rcgccrïng voor
de zestig gulden verhooging voor O.I.
militairen, die den leeftijd van 50 jaren
hebben bere*kt. Het voorstel is met al»
gcmecne stemmen aangenomen om als»
nog bij dc regcering er op aan te drin»
gen, de leeftijdsgrens geheel tc laten ver
vallen en in tc laten gaan van terugwer»
kende kracht.
Hierna werd de vrij goed bezochte
bijeenkomst gesloten.
DE KRUIDENIERSBEURS.
In ons vorig nummer werd de lijst
van deelnemers aan dc Kruideniers»
beurs, die op 22. 23. 24 September in ce
Gemeentelijke Concert/aal gehouden
wordt, afgedrukt. Hierin is. wat dc
fünia Bakker cn Co betreft, cen fout
geslopen. Het moet luiden: „Pakker en
Co.. Korte Vcerstraat 3. Elcctrische
Koffiebranderij en Theehandel, Kolonia»
1c waren.
MOTOR IN BRAND-
Tn de wngenloods Van den expedi»
tcur J- v. B., werd de motor van een
rachtauto aangezetplotseling vloog
de carburator in brand Dc motor stond
ipoedig in vlammen. Het vuur werd
snel gcbluscht nadat de benzineleiding
afgesloten-
FEUILLETON
HET PARKTMET DE
BLAUWE VOGELS
Uit het Fransch van
CHARLES FOLEY.
3)
/i'i kwam nu geheel bij", opende de
oogen en zag dat zij op een granietslee-
tien trap zat naast een dame met witte
haren die haar aankeek met cen uit
drukking afwisselend tusschen verras
sing, médelijden en verrukking. En in
de oogen dezer vrouw zag zij tranen op
wellen.
Albine deed geen enkele poging zich
uit de omarming los te maken, vooreerst
door een gevoel van uitputting, maar ook
wel doordat zij in weerwil van hare
verlegenheid cn schuwheid, hoe vreemd
zulks ook was geen spoor van angst of
bevreemding bemerkte zoo door deze
vreemdelinge te worden gesteund. Ove
rigens was deze voor haar géén vreem
delinge. Deze vrouw met de droeve diep
liggende oogen moest stellig in dezelfde
film een rol gespeeld hebben, waarvan
het geheugen van het kind een ontiil-
wischbaren indruk had behouden. In het
zalige gevoel als van een herstellende
zieke genoot Albine de zoete ondervin
ding van geliefkoosd en getroost te wor
den.
Hoe kwam het dat zij die nooit of zel
den omhelsd was die kussen der oude
dame bij den vijver als zoo gewoon en
bekend gevoelde. Was die stem ook wel
ke haar zoo liefdevol toesprak niet vroe
ger door haar in hare droomen verno-
Waarom hadt gc zoo'n verdriet kleine?
Het deed mij pijn het te hooren, hoe is
liet mogelijk dat iemand je zoo kon doen
lijden. De jeugd moet zonder zorgen
en vroolijk zijn, Zijn er niet genoeg oude
inenschen voor dc zorgen en de tranen?
Vetrouw mij maar.ik ben een trouwe
vriendin: vertel mij je zorgen.
Albine was van cen omzichtten aard,
zonder zich nu echter een oogenblik te
bedenken hoe ongewoon een. derge
lijke ontboezeming zou zijn. bekende zij
onder den machtigen invloed der haar
bewezen leederheid zonder acr'elcn.
Zoolang ik mij kan herinneren me
vrouw ben ik altijd treurig geweest..
ja verdrietig cn ongelukkigomdst
mijne moeder mij niet lief neeft ca nooit
heeft lief gehad.
En gij. hebt ge uw moeder lief?
Ik heb het beproefdmaar k
kon niet! Zij is zoo koud en streng, als
u het eens wist! Haar blik remt eke
uiting van liefde evenals haar droge en
korte wijze van spreken. Ik kan mij iFet
herinneren dat zij mij ooit op haar
schoot heeft genomen of in bed in slaap
gezongen: „Zit stil!Zwijg!ga
weg!...." dat waren de eenige woorden
die ik tusschen 3 cn 6 jaren te hooren
kreeg.
Hoe heet uw moeder?
Jenny Sonne] Ik heet Albine. Wij
hebben vroeger buiten gewoond, daarna
in Parijs in de rue dc Grenelle. op een
tusschenverdieping die op een binnen
plaats uitkwam. Miinc moeder nam mij
nooit met zich mede. Toen wij nog een
kindermeisje hadden ging ik 'daarmede
uit. Meestal meest ik alleen thuis blijver.
Lang heeft het geduurd dat ik dan erg
bang was later was het alleen verve
ling die ik gevoelde. Toen ik zeven jaar
was begon ik in huis wat te helpen, cn
wat later zond moeder mij naar school.
Het werken was mijn eenige afleiding.
Ik verveelde mij niet meer zoo maar bleef
toch even treurig gestemd. Hoe grooter
ik werd, hoe beier ik mij van het onge
wone van mijn leven bewust werd.
„Mishandelde Jenny Sonnel je?" vroeg
de onbekende in angstige verwachting.
Soms. voor de kleinste kleinigheid
kreeg ik klappen of werd gestraft, dan
in het zwarte kamertje opgesloten waar
in ik sliep. Moeder sprak zoo weinig
mogelijk tegen mij, ik voelde dat zij nooit
aan mij dacht cn haar leven aan het
mijne geheel vreemd was. De weinige
ureii die wij samen waren, vielen haar
nog langer dan mij. Ik heb geleden zoo
veel een kind maar lijden kan!
Ach mijn lief kleintje, mijn lief
kleintje!
Albine voelde hoe de oude vrouw
haar bevend v&n medelijden nog vaster
tegen zich aandrukte cn snikte terwijl zij
haar kuste.
En wat verzorging, voeding be
oog
hebt gij miscshien evenveel zoo niet
meer Tced gekend? Mevrou.v Sonnel
had toch geld?
Moeder beweer! dat zij arm is, zij
werpt mij telkens de uitgaven voor de
voeten die zij voor mijn onderhoud en
onderw ijs heef» moeten doen. Honderd
malen heeft zij mij gezegd:
Mijn geld is op. ie moet zelf den kost
ja.in verdienen' /elis in mijn slaap ge
loof ik soms die kwellende klacht te
hooren. En toch voert moeder niets uit
en betaalt geregeld de leveranciers. Ik
geloof niet dat zij schulden heeft. Toen
ik 16 jaren was, spoedig nadat ik mijn
diploma had verworven, vond ik een
betrekking als stenotypiste. Ik had acht
a tien uur daags te werken maar ver--
diende vierhonderd en vijftig francs per
maand.
Niet meer?
Het leek mij een fortuin! Moeder
liet mij vierhonderd francs voor voeding
en onderdak betalen, ik had dus vijftig
francs zakgeld. Die laatste twee jaren
waren nog de minst sombere van mijn
leven. Ik hoopte zelfs, nu enkele weken
geleden cen kansje te krijgen. Mevrouw
Daisy Morval. een schrijfster, bezig
naani te maken, stelde mij voor haar drie
vacantiemaanden naar Boismont te ver
gezellen en dan haar secretaresse te zijn
Hier in het dorp?
Ja in het Hotel du Lac. Ik verdien
de maar de helft, maar was buiten in een
mooie omgeving, hoefde niets zelf te be
talen cn kon de namiddagen over mijn
tijd vrij beschikken.
Vond mevrouw Sonnel dat goed?
Even heerlijk als ik zelf! Zij vroeg
rtoch wie mij in" dienst nam noch waar
heen ik ging, dat kon haar niet schelen.
Zonder ooit op ie houden mij in strenge
slaafsche afhankelijkheid te houden was
haar grootste wensch toch zich van mij
te ontslaan. Ik kan mij zoo'n wonderlijk
gevoel niet begrijpen, maar ik heb nooit
ac gevoelens van mijne moeder begre
pen.
En zijt ge in Boismont bij die
schrijfster gelukkig geweest?
Dat gaat nog al wel. Daisy Morval
heeft een wisselend en onberekenbaar hu
meur, ik had heel wat moeite de roman
tische woordenvloed te rangschikken,
welken zij mij vóór 't ontbijt ai dicteer
de. Daartegenover staat dat de land
streek mij best bevalt. Kan men zich iets
mooiers denken dan dit keurige liefelijke
dorpje, die bloeiende oevers, dat water
dat alle tinten van de lucht weerspie
gelt .Nu echter, nu ik met toestemming
van den jongen mijnheer geholpen door
den boschwachter door dit park heb mo
gen gaan. dit heerlijke kleine dal heb ge
zien. die vijver waar boven de blauwe
I vogels licht en vlug heen en weer vlie-
gen, ben ik wel wat bang dat het meer
buiten en de oevers mij minder mooi zul-
jlen lijken Maar het doet er niet veel toe.
Ik ga Boismont voor goed verlaten.
Het is pas eind Mei, kindlief en je
vacantiemaanden zijn dus pas begonnen
en als je ie hier bijna gelukkig
voelt.
-- Ik ben heelemaal niet gelukkig meer
mevrouw. Moeder is naar Saintonge ver
trokken al een tijd geleden cn heeft zelfs
niet meer na-r inij gevraagd. Zij heeft
mij een brief naar Parijs geschreven,
waar ik nog zou zijn als Daisy Morval
mij niet hierheen had meegenomen. Moe
der schrijft mij dat zij gaat hertrouwen
en waarschuwt mij dat ik op geen en
kele hulp meei van haar kan rekenen.
Haar bruidsdagen en verloving waren
voor mij even geheimzinnig als haar
heele leven. En een ongeluk komt nooit
alleen, Eergisteren heeit de schrijfster
bij wie ik secretaresse ben, mij onder het
voorwendsel, dat zij Boismont te suf
vindt en het mistige klimaat hier haar
slecht bekomt, in een kort briefje be
richt. dal zij mij mijn ontslag geelt en i
vrienden in Biarritz gaat opzoeken. U
kunt u mijn verwarring indenken! Ik ben
in de omliggende villa's geweest ten ein
de te vragen of men een lectrice. een on
derwijzeres of een gezelschapsjuffrouw
kon gebruiken. Hoorende dat de notaris
te Clères eene typiste zoekt, heb ik de
twee mijlen daarheen zonder rusten ge-
loopen, maar vernam dat de plaats se
dert twee dagen bezet was. Ik ben ver
moeid en verdrietig en \raag mij af w.-.t
er van mij zal worden als mijn luttele
spaar|>eniiingeu zullen zijn opgebruikt.
De gedachie geld te moeten vragen aan
moeder, aan dien man van haar, van
wien ik den naam zelfs niet weet, maakt
iti.j wanhopend en vernedert mij.
Reken niet cp hen mijn kind, waar
schijnlijk zou het weer een teleurstelling
ziin.
(Wordt vervolgd