DE MIDDENSTANDSCENTRALE
HAARLEM'S DAGBLAD
DINSDAG 17 NOV. 1925
De nadeelen voor den bona-fide handel van het
cadeau- spaar- en rabatzegelsysteem
De Deensche wetgeving op het gebied der oneerlijke
concurrentie
De middelen die de Ned. Grossiersbond tot bestrijding der
oneerlijke concurrentie heeft aangewend
De Middenstandscentrale voor Haar»worden, bcginselruiteng uit den booze
Ietn en omlijnende gemeenten had te verklaren is hij toch cvearaii
Maandagavond in dc bovenzalen van aeigd de meeuing te deelen van hen,
lde= die Tir.h i.r"I-1-
De kroon een gecombineerde vergade»
ring uit de voltallige besturen van Mid*
densrandsve-eenigmgen uit Haarlem ea
omstreken georganiseerd.
Er waren 22 vcrecnigmgen uitgenoo»
digd en vrij schatten het aantal aan»
wce,gen op o: geveer vijftig. Voorzatter
was de heer F. H. Smit. voorzitter der
Haarletnsche Handelsvcreeoiging, die
met een kort woord het doe! der ver»
gadering uiteenzette: behandeling van
het cadeau», spaar» cn rabatzegelsysteem
een onderwerp, dat den geheelen mid»
deastand raakt.
Rede van den heer Chris
Jansen.
Hierna hield dc heer Chris Janzea
directeur van het Centraal Hanzebureau
te Amsterdam, een lezing over bet on»
derwerp: „De nadeelen voor den bona
fïde»hande! van het cadeau», rabat» es
spaarzegelsystecm".
Naar dc mccning van den inleider
moe: voor een juiste beoordeelipg van
drt actueel onderwerp als uitgangspunt
worden gekozen de plaats en de be»
teekenis van den winkelier in het eco»
uomisch verkeer.
Deze be tec ken is wordt o.m. bepaald
door het optreden van den winked
eenerzijds als aanbrengstarion van de
„vraag", anderzijds als distributie»
apparaat dat de productie zoo snel,
zoo doelmatig en zoo goedkoop moge»
lijk binnen het bereik van den consu»
mem brengt.
De verzorging van beide diensten
■wettigt volkomen, dat alle geoorloofde
middelen van fcoopmansfiair. reclame»
zir en haadelstactick worden aangewend
die het zich gemakkelijk maken door
gracieus te verkondigen, dat men zich
uitsluitend tegen z.g. excessen tc kce»
ren zou hebben.
De bezwaren worden vervolgens uit
voerig toegelicht en resumeeread ver»
werp: spr. het geven van cadeau.x als:
lo. Onzuivere reclame, welke
het artikel niets te maken heeft.
2o. Aanwakkering van de zvcht om
elkander allerbedroevendst te overtroe»
ven.
3o. Aanmoediging van wanverhoudin»
gen rjsscben dc verkoopers onderling
en tus schen deze laatsten en het publiek
dat onwillekeurig in den waan wordt
gebracht, dat er toch nogal wat vanaf
schijnt tc kunnen.
4o. Moreel gevaar, gelogen in het ge»
makkelijk verkrijgen van waardevolle
artikelen en prikkeling van de zucht tot
overkoopen.
5o. Aanranding van de kwaliteit, als
het geschenk inderdaad cadeau wordt
gegeven of van den zuiveren prijs, als
het geschenk zooals men het noemt „in»
gecalculeerd" wordt.
Met een beroep op de vrijheid van
den handel kan deze speculatie van
weerloosheid en eenvoud, welke
vendien tal van misleidende elementen
bevat en de kiem der immoraliteit in
zich draagt, naar sprekers meening niet
worden goedgepraat.
Nog grooter afkeur verdient het rabat
en spaarzegelsysteem. vooral voorzoo»
ver dit geëxploiteerd wordt door oa»
deraeme-s, d:e absoluut buiten de be»
handeling der waren staan.
Terwijl immers algemeen het streven
gericht is op beperking van de marge
om dc cndcck. v„ het cchl.d,'c™,ri Is""?'
op <1. o/ï d.tris t« 1
e onderneming als op de daarin
verkoop aangeboden artikelen te vesü»
gen.
Naar sprekers meenLig is daarbij is»
tusschen eerste eisch, dat de aangewen»
de middelen aanspraak kunnen maken
op logisch verband met den aard van
den winkel of althans het artikel, dat
geannonceerd wordt.
.Aan deze voorwaarde voldoet een
advertentie, die iets ce zeggen beeft,
een reclame die het artikel rechtstreeks
regardeert, een aanlokkelijke etalage,
een kundige aanprijzing bij den cKent,
en vooral de selcktc keuze der artike»
len in verband met het karakter en de
omgeving der zaak.
Maar aan deze voorwaarden voldoen
stellig noch het cadeau», noch het rabat»
noch het spaarzegelsysteem.
Spr. onderwierp elk der systemen
a2n een afzonderlijke bespreking.
Allereerst het cadeaux»ste!sel, een
systeem dat „niet van gisteren is", ook
n:e; in dezen letterlijken zin van het
woord, dat al sedert vele jaren het ge»
ven van geschenken als reclame» en
concurrentiemiddel de publieke aan»
dacht heeft.
De verschillende middenstandsbon»
den hebben bet onderwerp vele malen
op hun bonds» en congresagenda's
gebracht en reeds in 1906 bracht Mr.
E. J. Korthals AJtes voor den
Nederlandschen Middenstandsbond te
Leeuwarden een prae»adTies uit. waar»
in de verkoop met bons en cadeaus
al? „ziekelijke uitwas van den oontaa»
tenverkoop" en „ongezonde concurrent
tie" aan de kaak werd gesteld.
Zoo weinig was inmiddels twintig
Jaar geleden het verderfelijke van dit
6ysteem tot communis opinio in mid»
denstands leringen uitgegroeid dat de
stellingen van den prae»adviseur wer»
den afgewezen. Zelfs werden een jaar
■later de conclusies van de „Handels»
vereeniging Rotterdam" tegen de rabat»
en spaarzegels slechts ten deele
vaard en meenden maDnen als Dr.
Kouwens en Mr. Fiedeldy Dop, dat
met cadeaux en met eigen zegels de:
vereenigingeo een prachtig verweer
ware te voeren tegen de ontluikende
coöperaties en hare toenmaals aanlok»
Jcelijke dividenden.
Vooral ten opzichte van het cadeau»
stelsel zou zich deze verzoening spoe»
dig wreken en het verzuim ten deze het
„princïpiïs obsta". weeata in den be»
ginne. toe te passen, zou weldra de
dwaasheid aan bet licht breDgen van
een stelsel, dat den consument brengt
tot het betrekken van artikelen, welke
hij zich onder gewone omstandigheden
niet aangeschaft zou hebben en die ten»
dotte toch door hem zelf betaald moe»
ten worden.
In 1923 moest de heer Leemhuis dan
ook constateeren. dat het cadeaux»stel»
stel alle perken van bescheidenheid en
toelaatbaarheid te buiten was gegaan.
De verklaring daarvoor werd gezocht
o.a. in de moeilijkheden der binnen»
landsche industrie, in de geschokte han»
delsmoraliteit en vooral niet minder fn
de overstrooming van de markt met
goedkoope Duitsche toegiftartikelen.
Het zou wel weer verdwijnen zoo
hoopte men als dc algcmeene toe»
standen veranderen gingen.
IJdele hoop!
De dolle jacht gaat nu pas begin»
nen.
Met de luchtballons, toenemend :n
aantal, omvang en optuiging. werd nog
eerst „een oalletje opgelaten", vrybil»
jetten voor theaters, buitenlandsche
reizen, fietsen en motorrijwielen, corn»
pie te loterijen zouden volgen en dezer
dagen annonceerde zelfs het Gemeente»
lijk EI e ct rici toitsbe d rij f te Arnhem, dat
de 10.009ste verbruikergratis een
clectrische kachel ten geschenke zal
ontvangen.
Ofschoon spreker allerminst geneigd
is een kleine toegift in den vorm van
plaatjes b.v., die verzameld kunnen
wordt tengevolge van dit stelsel
marge noodzakelijkerwijze vergroot ten
faveure van personen, welke noch met
de productie, noch met de yerdeeling
der arakelen iets uitstaande heb»
ben.
Weliswaar wordt den winkelier voor»
gespiegeld dat hij door opoffering van
een klein percentage zijn clientele en
zijn omzet belangrijk zal uitbreiden, en
tracht men het publiek te beduiden, dat
de verhandelde zegels een belangrijke
besparing brengen, doch beide voorstel»
lingen zijn onjuist De' betreffende
maatschappijen zien zich veeleer gelden
toevoegen ten koste van winkeliers en
publiek beide en bovendien nog ten
koste van den zuiveren prijs.
Spr. besprak voorts de velerlei vor»
men waaronder dc zegels worden aan»
geboden cn verzilverd.
Spr. wtcs terloops ook op de vele na»
deelen van dit stelsel voor de koopers.
die zich beperkt zien in de vrije keus
zekeren zin zich aanmelden voor ge»
dwongen winkelnering, in de verleiding
komen om van spaarzegelkoopers voor»
schotzegel»koopers te worden en
mindere kwaliteit ontvangen of duur»
deren prijs betalen, omdat de verdien»
sten der tusschen geschoven maatschap»
pij toch ergens vandaan moet komen.
Dat overigens de omzet der winke»
Kers, die contractanten der genoemde
maatschappijen worden, duurzaam ver»
boogd zou worden, is eenvoudig een
bakerpraatje. Het moge aanvankelijk
zoo schijnen, dc riskante omzet der
nieuwe clientele wordt weldra ongedaan
gemaakt door het wegblijven der con»
tante klanten.
In reclame»geschriften van een
"paalde maatschappij wordt letterlijk
toegegeven: „Zoodra bekend wordt dat
men met allerhande zegels terecht kan
is het met den verkoop voor contant
geld gedaan".
Men zou zoo zeggen, dat daaruit de
conclusie te trekken valt, dat de win»
keiier verstandig zal doen aan het ex»
periment niet tc beginnen, de be»
doelde maatschappij concludeert ech»
ter: neem alleen mijn zegels!
Ongeacht dc bezwaren, welke reeds
bij het cadeaux»stelsel ontwikkeld zijn.
acht spreker tegen het heffen van dezen
„tienden penning" (soms worden zelfs
12 en meer procenten van den winke»
lier geëischt) krachtig verzet geboden,
temeer daar daarbij in verschillende
gevallen het risico van bedenkelijke
maatschappijen mede door de winke»
liers gedragen wordt.
In bet beschikbaar stellen van zegels
door de organisaties van winkeliers,
ziet spr. wel een verzachting van het
kwaad doch geen logisch en afdoend
verweermiddel. Ook de loterijwet en
het artikel 328 bis van het wetboek
strafrecht, het bekende artikel over
de oneerlijke concurrentie brengen geen
uitkomst. In Denemarken, ook in
Tsjecho»SIowakijc voorziet de wet wel
in de hier gesignaleerde gevallen en in
Duitschland waar dergelijke bepalingen
nog in de wet ontbreken hebben de or»
garvisaties rich bereids uitges-proken
voor het inlasschcrj van afdoende wets»
artikelen.
Ofschoon naar sprekers overtuiging
staatshulp uiterste middel moet zijn.
meent hij toch dat de omvang van het
kwaad geen recht geeft te verwachten,
dat het particulier initiatief alleen in
staat zal zijn het euvel in voldoende
mate te keeren. Het is wellicht ge»
wenscht door een speciale commissie
uit de organisaties materiaal te doen
verzamelen, om aan de hand daarvan
een aanvulling van de Nederiandsche
wetgeving te bepleiten.
Rede van den heer P. J. M.
van Tetering.
De voorzitter dc.- R.K. Middenstands»
vereemiging alluer, de heer P. J. M. van
Deensche wetgeving op het gebied der klaagd en bij de andere Vakorganisaties
oneerlijke concurrentie!1"
In Denemarken heeft of had het
cadeau»stelse! nog erger proporties
aangenomen dan hier. Het Consulaat»
Generaal der Nederlanden te Kopcnha»
gen schreef, daaromtrent woordelijk
het volgende aan spr.:
..Het geven van cadeaux en van bons.
die later met cadeaux ingeruild werden,
was vroeger in Denemarken zoo alge»
meen, dat de etalage van een koffie» cn
theewinkel niet tc onderscheiden was
van die van een galanteriewinkel, op
grond van de uitgestalde cadeaux".
De toestand werd daar zóó onhoud»
baar dat de Deensche Winkelstand
zijn Middenstands» en Vakbonden tc
hulp heeft geroepen en het is dan ook
op initiatief van deze, dat de Deensche
Regeering de z.g. „wet op de oneerlijke
concurrentie* in het leven heeft geroc»
pen, die nu reeds dertien jaren werkt.
Ook wij hebben wettelijke bcpalin-
gen tegen de oneerlijke concurrentie,
doch men zal toch moeilijk met de
Deensche Wet kunnen vergelijken het
simpele art. 328 bis van ons Strafwet»
boek. daarin aangebracht op initiatief
van den tocnmaügen Minister van Han»
dc!. mr. Aalbcrse, ca dat luidt:
.Hij, die om het handels» of bedrijfs»
debiet van zichzelven of van een ander
te vestigen, ie behouden of uit te bcri»
den. ccnige bcdricgelijke handeling
pleegt, to: misleiding van bet publiek
of van een bepaald persoon, wordt, in»
dira daaruit ccnig nadeel voor concur»
renten van hem of van dien ander kan
ontstaan, als schuldig aan oneerlijke
mededinging gestraft met gevangenis»
straf van ten hoogste één jaar of geld
boete van ten hoogste f 900."
Dit Wetsaetikeltje dateert van 1915,
is dus reeds 10 jaren oud en dc prac»
tischc resultaten zijn heel poovertjes.
Een jurisprudentie, zoowel kwalitatief
als kwantitatief, ontbreekt dan ook
nog zoo goed als te eenenmale.
Toch zal men bezwaarlijk kunnen be»
eten. dat de oneerlijke concurrentie
ons land niet welig tiert.
Naar spr.'s mcening, ia het eenvoudig
wetsartikcltje te vaag en te algemeen
in zijn expressie. Vandaar, dat het 't
kwaad, bij gebrek aan voldoede definl»
eeting, niet In den wortel en niet over
dc hccle linie aantast. Maar aldus spr..
ook is de mislukking van deze overi»
gens prijzenswaardige poging van re»
geeringswege, om toch ook eens iets
voor den Middenstand re doen,
was het alleen maar bij wijze van in»
lossing ccner verkiezingsbelofte, hier»
aan toe te schrijven, dat de controle
op de naleving berust bij en in handen
is van ambtenaren, die niet in, doch
naast, ik wil cn zal volstrekt niet zeg»
gen tegenover den Middenstand staan,
in elk geval ra handen is van men»
schen, absoluut onbekend met handels»
usances, commercieele opvattingen cn
technische nandels» en warenkennis,
in handen ook van menschcn, die niet
kennen en verstaan de mentaliteit en
de positie van den middenstander.
En. hoewel in mindere mate, is dit
óók het gcvsl met de Justitioneele
autoriteiten, die de overtredingen heb»
ben te berechten.
De Deensche Wet heeft in dit opzicht
veel meer aantrekkelijks, dat kan ook
niet anders, want zij is door practischc
Handelsmenschen «elkaar gezet, al«
thans zij is geredigeerd met hun on»
middellijke medewerking.
Daarom kan ik hier, zeide de heer
Van Tetering, spreken van een wet,
welke iets „aantrekkelijks" heeft. Want
ik ben overigens en wellicht velen
met mij geen bewonderaar van al
die producten, welke de Rijkswetten»
machine en, van den weeromstuit, het
gemcente»verorden:ngsapparaat. in den
Joop der jaren hebben geproduceerd,
vaak vóór ons, doch tégen ons ca zon»
der ons.
Dc Deensche wet daarentegen is tot
stand gekomen door en met den han»
del cn de industrie, zij is door hen in
schema ontworpen, dc contributie op
de naleving berust bij de eigen orga»
nisatses, met uitsluiting van de politïo»
ncele, en ten slotte worden de zaken
berecht door een afzonderlijke, tech»
nische rechtspraak, den handels»
rechter of de handelsrechtbank.
Wanneer de zaken zóó geregeld zijn
of worden, dan bestaan bij spr. tegen
uitbreiding der wetten geen bezwaren,
integendeel, dan zal hij haar totstand»
koming van heeler harte toejuichen.
Spr. wijdde vervolgens een uitvoerige
bespreking aan de verschillende bepa»
lingen der Deensche vyeti
Ten slotte leelde spr. mede, wat het
Conculaat Generaal hem over de prac»
tijk der Deensche wet heeft geschrc»
ven:
„De Deensche Wet op de oneerlijke
concurrentie indertijd in het leven
geroepen op initiatief van den Deen-
schen Winkelstand, door toedoen van
zijn Vakvcrecnigingen, welke ook in
vloed gehad hebben op de bewoording
is de verhouding een dergelijke.
Wanneer men daarbij bedenkt, hoe
het geven van cadeaux cn van bons, die
later met cadeaux ingeruild werden,
vroeger in Denemarken zóó algemeen
was. dat de étalage van een koffie» en
theewinkel met te onderscheiden was
van die van een galanteriewinkel
grond van de uitgestalde cadeaux, dan
begrijpt men, welke revolutie dc Wet
op di: punt b-eft teweeggebracht.
Dc vakorganisaties zijn intusschcn
zeer vooricht'g geen aanklachten bij dc
rechtbank in tc dienen voor gevallen,
waar de cadeaux tot dc categorie van
„ondergeschikte waarde" gerekend wor»
den, zooals b.v. wanneer de winkellier
raagt, of de klant „niet eens snoepen
wil", of lust heeft eens. bij uitzondering
stukje van een nieuw soort zeep
meen naar nuis te nemen.
De beslissing of een cadeau al dan
niet van ondergeschikte waarde is, ligt
bjj den rechter, maar ook op dit punt
komt het, om aoo te zeggen, niet voor,
dat de rechtbank een door de vakor»
ganisatie aangeklaagden winkelier vrij»
spreekt".
Rede van den heer H.
Leemhuis.
Derde spreker was dc heer H. Leem»
huis. secretaris van den Ned. Grossiers»
bond. die de middelen besprak, welke
zijn bond tot bestrijding san het ca»
dcau». spaar» en rabatzcgelsystcczn heelt
ingewend en wat dit ticctt geleerd.
Dc Bond hield in 1922 ccn enquctc
verband met dit stelsel. Hierbij kwa»
men vele antwoorden in. waaruit o.m.
bleek, dat de schuld der verbreiding
van het stelsel moet gezocht worden
bij dc industrie en dat de meeste gros
siers, die antwoorden inzonden, aischaii
ting van het stelsel wenschten. Bij een
andere enquête bleek dat ook bij den
detailhandel tegenzin tegen het stelsel
viel te constateeren. Vele fabrikanten
pasten echter het cadeaustelsel toe en
achtten toepassing van het stelsel wen-
scheüjk.
In Januari 1923 werd een comité van
actie ter bestrijding van het stelsel ge
vormd. Een adres werd tot den minis»
ter van Justitie gericht, waarin werd
aangedrongen op wijziging van het be»
trcticnd artikel van het Wetboek van
Strafrecht cn op wijziging der Loterij»
wet.
Minister Heemskerk meende evenwel,
dat er voorshands geen aanleiding be»
stond voor wettelijke bestrijding cn dat
dc bestrijding aan de organisaties moest
worden overgelaten.
Het comité üet toen wandkaarten
drukken en strooibiljetten verspreiden.
Spr. leidde het onderwerp in op een
middenstandscongres tc Breda. Een nio»
tic werd aangenomen, maar resultaten
werden niet bereikt.
Ook niet op een in 1924 gehouden
.eroadering. De concurrentie scheen
krachtige maatregelen tc beletten.
De quacstie betreft niet in de eerste
plaats den middenstand, maar bepaal»
de takken van industrie. Tc betreuren
het daarom dat dc industrie niet
voldoende georganiseerd is. Dc wensch
om het stelsel kwijt te raken ls alge»
meen. maar langs organisatorischen weg
zal het moeilijk gaan. lntuschcn meent
spr., dat alleen tot een wettelijke bc»
strijding moet worden overgegaan, als
absoluut vaststaat, dat de organisaties
niets kunnen bereiken.
Het is niet juist, dat het cadeaustel-
sel altijd beschouwd moet worden als
oneerlijke concurrentie, wel zal dit stel»
sel soms aanleiding geven tot het leve-
ren van minderwaardige artikelen.
Verschillende Duitsche schrijvers
zijn ook deze meening toegedaan. Men
moet dus voorzichtig zijn met het vra
gen om wettelijke bestrijding Die be
strijding bestaan in Denemarken, bij dc
navolging er van is echter voorzichtig
heid geboden. In Denemarken toch be
strijk: de coöperatie een veel grooter
terrein dan in ons vaderland. Vcrgclij»
king gaat dus niet op en het voetstoots
overnemen van bepalingen uit dc Deen
sche wet is niet aan te raden.
Het Amerikaansche systeem voor be»
strijding der oneerlijke concurrentie
verschilt geheel van het Europeesche.
Unfaire concurrentiemiddelen zijn daar
bij de wet verboden, maar dc nalevuq
van deze bepaling wordt gccontrolccri
door een commissie. Eerst wanneer op
een waarschuwing van deze commissie
geen acht wordt geslagen, beslist
rechter.
Spr. concludeerde dat het thans nog
niet de tijd is om aan tc dringen op
wettelijke bestrijdingsmiddelen. Eerst
moet de organisatorische weg nog eens
bewandeld worden.
Zij is nu 13 jaar oud en de winkel»
stand is er buitengewoon tevreden
mee. Men beweert, dat alléén het feit,
dat deze Wet bestaat, waardoor aller»
lei handelingen, welke men vroeger
„smart" of „slim" noemde, nu wets»
overtredingen rijn, het zedelijk niveau
van den gchreien winkelstand verhoogd
heeft. Het aantal overtredingen is te»
genwoordig minimaal.
De wet wordt op de volgende wijze
toegepast:
Van Rijkswege bestaat er geen geor»
ganiseerd tocz.cht op het nakomen der
bepalingen van deze Wet. Dc winke»
liers passen zelf voldoende op elkaar.
Wanneer een winkelier ontdekt, dat eon
concurrent zich schuldig maakt aan een
wetsovertreding, dan geeft hij hiervan
kennis aan zijn Vakorganisatie. Deze
onderzoekt het geval en blijkt het waar
zijn, dat er een wetsovertreding van
eenige bctceiccnis heeft plaats gevon»
den, dan klaagt de betrokken Vakorga»
nisatie den schuldigen winkelier bij dc
rechtbank aan.
De vakorganisatie doet dit uit
principe xoch alleen, wanneer dc
overtreding klaar als de dag is. en het
komt dan ook, om zoo te zeggen, niet
voor, dat de langeklaagde door den
rechter niet schuldig bevonden wordt.
Wat nu spe-.iaal art. 12 (het cadeau»
stelsel) betreft:
Naar aanleiding van dit artikel wor»
den jaarlijks van de 20.000 winkeliers,
die bij de Samvirkende Köbmandsfore»
ninger aangesloten zijn, circa 50 bij de
Tetering. besprak daarna uitvoerig „De rechtbank wegens overtreding aange»
Jbr. Mollerus aan het
woord.
Jhr. J. C. Mollerus. secretaris der Ka
mer van Koophandel cn Fabrieken,
maakte nog eenige opmerkingen.
Dc heer Mollerus zeide, het cadeau»
stelsel af te keuren.. Bestrijding is noo»
dig; de vraag is alleen maar: moet dit
gaan langs wettelijken of langs organi
satorischen weg.
Wettelijke bestrijding aan te bevelen
omdat het buitenland die kent, gaat
niet op.
Spr. gelooft wel. dat men tot bestrij»
ding wil overgaan, maar men durft niet.
vooral de fabrikanten durven niet. Zij
zijn bang voor elkaar.
Dc bestrijding moet naar spr.'s mee»
ning langs organisatorischen weg ge
schieden. Wij zijn nog slechts In een
beginstadium. Er is nog slechts één po»
ging gedaan om het kwaad den kop
in te drukken. De schuld zit bij dc
fabrikanten èn bij het feit, dat dc werk»
gevers in ons land ten opzichte van
deze vraagstukken onjuist zijn gegroe
peerd.
Ten slotte zeide spr., dat naar zijn
meening er bepalingen in dc Deensche
wet zijn, die het vrije bedrijf tc veel
aan banden leggen. Men trachtc toch
niet te veel „tegen den Staat aan te
leunen"!
Gedachten wisseling.
De heer Van Liemt geloofde niet.
it in dezen van het particulier initia»
tief veel te verwachten is. Door wette
lijk ingrijpen- zijn ook geede resultaten
bereikt ten opzichte van dc winkel»
sluiting. Inmenging van dc nolitie
vreest spr. niet, zooals de heer Molle»
rus. Het hoofd der politic (de burgc»
meester) zal immers altijd advies gaan
vragen bij middenstandsorganisaties
iz.
De heer van Tetering vestigde er de
aandacht op. dat ook in Denemarken
dc politie niet onmiddellijk ingrijpt: de
klachten hercikcn eerst dc midden»
stands verecnigingen.
De heer R. A. J. M. Schlattmann zag
niet zooveel gevaren in het cadcaustcl»
sel als dc tegenstanders er van. Wordt
dit stelsel afgeschaft, dan komt er toch
een ander voor in de plaats. Het ea»
deaux geven wordt door de winkeliers
als een soort korting beschouwd. Spr. is
geen voorstander van het stelsel, maar
hij aanvaardt het als een teeken des
tijds en is overtuigd, dat het op den
duur zijn natuurlijken dood zal sterven.
De heer NVeyburg adviseerde den wet»
gever buiten dc quacstie tc laten. Als
fabrikanten cn grossiers willen samen»
rken, zijn wij toch al een heel eind
weg, meende spr.
De heer Jansen betoogde nog eens,
dat ccn wet preventief zal kunnen wer»
ken ten opzichte van alle stelsels, die
nog na het cadeaustelsel zouden kun»
nen ingevoerd worden. Afschaffing van
dit stelsel lungs wettelijken wog zal
jn in het algemeen belang.
De voorzitter dankte sprekers en d
baters,
Een motie.
Met algemcene stemmen werd te
slotte door de tegen twaalf uur zeer
gedunde vergadering de volgende
motie aangenomen:
De Middenstands Centrale voor Haar»
hm en omliggende gemeenten.
in gecombineerde vergadering op 16
November 1923 bijeen, met de besturen
der onderscheidene middenstandsorga»
nisatics uit deze omgeving.
cehoord dc uiteengezette en ontwik
kelde bezwaren voor den bona fide
handel van het cadeau», spaar» ca rabat»
zegelsystccm,
gehoord de daarop gevolgde bespre»
kingen.
besluit deze aangelegenheid in han»
den te stellen der Nationale Midden»
standsbenden, met verzoek haar ten
spoedigste in den Middenstandsraad ter
sprake te brengen, opdat deze ovcrwege
of coor krachtiger wettelijke n aatrege»
len dit euvel zou kunnen worden be»
perkt naar het model van reeds be»
staande buitenlandsche wetgeving.
BERGBAUL1CHE ARBE1TEN.
De algcmeene vergadering van de
Akticngescllschaft fur bergbauliche Ar-
beiten heeft de balans cn do winst» en
verliesrekening over hot boekjaar 1
Juli 1924—30 Juni 1925 goedgekeurd.
In het verslag van dc directie wordt
a. medegedeeld:
In het afgcloopcn boekjaar hebben
werkzaamheden zich wederom in
hoofdzaak bepaald tot het beheer van
dc bestaande belangen bij dc Triton»
Werke A.»G. tc Lubeck en bij dc Ben»
zinwerken .Sirius' te Lciprig»Taucha.
Die belangen bleven evenals het bezit
aan tankwagens ongewijzigd. Ingcvol»
ge de Duitsche verordening betreffen»
"de goudbalansen d.d. 28 December 1923
moest van 1 Juli 1924 of de boekhou»
ding in goudmarken worden ingericht.
L'it de openingsbalans per 1 Juli 1924
in goudmarken blijkt dat dc volgens
dc vorcngemeldc verordening plaats ge»
vonden nieuwe waardecring van de
tiva geleid heeft tot vermindering van
het maatschappelijk kapitaal van 2 mil»
liocn tot 400.000 Rcichsmark. in dier
dat elk oud aandeel van 1000
tot op 200 Rcichsmark is vermin
derd, hetgeen op dc aandeden is afge»
itempcld.
De balans per 30 Juni 1925 vermeldt
onder activa: tankwagens R. M. 70.000,
kas en kassiers R.M. 24,229, debiteuren
R.M. 125.049, deelnemingen R.M.
260.000 cn onder passiva: aandeelen»ka»
pi taal R.M. 400.000, crediteuren
R.M. 78.592 en saldo op nieuwe rekc»
ning R.M. 686.
De winst» en verliesrekening over
1924/'25 vermeldt een bcdriifssaldo van
R.M. 33.681, makende met interest ad
R.M. 429 in totaal R.M. 34.110. In i
dcring hiervan komen hoofdadministra»
tie R.M. 20.536 cn algemcene onkosten
R.M. 12J587, blijft saldo op nieuwe re»
kening R.M. 686.
B. K. S- P-
Dc afd. Haarlem houdt een cursus»
ergjdcring op Woensdag 18 Nov. in
Dc Centrale. Spreker is de heer J-
Marits, uit Rotterdam, met het onder»
werp „Fords oplossing in het sociale
raagstuk".
SERENADE.
Door de Haarlcmsche Poltiie Mo*
ekvereeniging zal Woensdagavond a s-
een serenade worden gebracht aan den
hoofdagent van politic K. Pluistcr, wo»
nende Smedestraat 33, die zijn 25»jarig
•mbtsjubileum viert»
Om 7 uur zal worden afgemarcheerd
van het Kiokhuisplcln.
ONZE LACHH0EK
at ler.ee Leeft drie deuren. Op de eer-
staat „duwto", op de tweede „trekken"
en de derde ie een draaiende deur.
Een AmariksanadM fümresiseeur beeft
verklaard, doe Let gemakkelijker ia de
meneehen tot huilen dan M lachen te
Maar dan begrijpen wij nu ooi beier,
met wdk doel al <r.e „komische" films
tijn
Telefoon juffrouw: Tloe zou je mijn
bezigheid hot boat aanduiden, als -reu vak
of ale een ambt.
Vriendin: Ik zou zeggen: een roe
ping.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cent* per regel
Bij Ruwe
Schrale Huid
van Handen
en Gelaat
7?PUROL
ri Doos30-60-90ct
Alliance Fran^aise
Causerie Folkloriste Alfred
Lyon de Clauzel, Madame de
Clauzel, mademoiselle Veluard
GEVONDEN DIEREN EN
VOORWERPEN.
Terug te bekomen bij:
A. Jonk, dc Witstraat 30, ceintuur;
Politiebureau Sinedrartaat. grijze cein»
tuur; C. v. d. Oord. Anslijnstraat 4.
étui met bankbiljet: Politiebureau Sme»
destraat, gummischoen en bruin grijze
heerenhand schoen; v. d. Hoff, Mei»
doomplein 1. gele keeshond. Fauna.
Delfos. 2de Vooruitgangstraat 23, gestr.
hond. Fauna; Senft. Nassaulaan 50. gele
hond. Fauna; Politiebureau Smedestraat
gr. wollen Jamcshandschocn; A. van
Dorsten, Prinscnbolwerk 46. brum wol»
len damesbandschoen; Politiebureau
Smedestraat. bruine kinderhandschoen
Lamos, Harmcnjunswcg 2, muiskleu»
rige poes. Fauna; Groot. Brouwersvaart
140. zw.witte poes. Fauna; Koot. Zijl»
weg 85. zwarte poes. Fauna; A. Kosken
Nassaulaan 34 G. kaart (bewijs van toe»
gang tot ccn ziekcninrichting; S. Kos»
sen. Korte Vlamingstraat 3. R.K. Kerk»
boekje; D. Ochtman, Klcvcrparkwcg
124, zakmes; E. v. Honschoten, Keizer»
straat 7, medaillon met ketting; Poli»
t:cbureau, Smedestraat, portomonnaic
m.i. C. Horn, Asse-ndelvcrstraat 33 rood
hondenbel.pe-nning; C. v. Nieuwstadt,
Parklaan 76, kinderportcmonnaie m.i.;
Vroom en Dreesman. KortcVeerstraat
pakje met ondergoed; H. v. Ophorst,
Hagestraat 51. damesportcmonnaie met
rozenkrans; M. Derogéc, Leliestraat 31.
portcmonnaie m.i.; J. Hage Glasblazer»
straat 2, rijwielbel. merk; M. Kroon»
stuiver, v. Oorschotstraat 4, rozenkrans
Politiebureau Smedestraat. rijwielbd.»
plaatje; J. C. Muylaert. Kruisweg. 46.
damesring: A. Bos. Harmenja-.sweg 82
W. shawl: A. Treffers. Zomervaart 1 h.
schcerapparaat; Vis. Nieuwe Groen»
markt 25. sportartikelen: J. van Lies»
hout. Barba-.issastraat 52. courantenbc*
zorgerstasch; H. Jordcns. Kritzingerstr.
18. rïjw-jcltaszh; J S-.heffcr Potgicterstr.
24, damestasch m.i. H. Jansen Schoter»
weg 41, kinJertaschjc met rozenkrans.
In de slotwoorden, die de heer 1, H.
Sauvcur Maandagavond sprak, drukte
hij zijn enthousiasme uit in het ccn»
voudigc: Ik h'b de voldoening van een
goede keuze
Een ovatie voor de drie artistcn
volgde.
En in een anderen korten zin dien
hij had opgevangen in de zaal, gaf de
voorzitter van dc Alliance eveneens
uiting aan het gevoel van groote dank»
baarheid bij de aanwezigen: Deze avond
is mij meer waard dan de prijs van
het lidmaatschap, voor een heel jaar..„
Het is bepaald noodig. dat wij met
deze slotwoorien dit verslag beginnen,
want in hun practbchen eenvoud, geven
zij de s:cmmi.)g weer zooals die na de
voorstelling was.
In de kleine zaal van het Gemeente»
lijk Conccrtgcoouw, traden zij Maan»
dagavond voor de Alliance Fran^aise
op: Alfred Lyon dc Clauzel. Madame
Alice de Clauzel cn Madamoiselle
Antoinette Veluard.
Dc uitnoodiging van de Alliance deel»
de mede. da: Lyon Clauzel een ..Cause»
ric Folkloriste" zou houden over „Het
Fransche lied van de Troubadour tot
dc dadaïsten", begeleid door zang en
dans, uitgevoerd in de costumes van
verschillende tijdperken. Deze convo»
catie beloofde een interessanten avond.
De kleine zial van het concertgebouw
was dan ook geheel bezet. Zonder
overdrijving kan gezegd worden, dat de
werkelijkheid dc verwachting verre
heeft overtroffen.
Zonder cen ge introductie van de
zijde van het bestuur betrad Lyon de
Clauzel m hot costuum van den Trou»
badour het podium.
En de eerste van de welluidende, vlot»
te zinnen zijner conference', teekenden
reeds, het type van den onweerstaan»
baren Fransche.» conferencier, vertegen»
woordigcr van een genre, dat zijn wc»
derga in een ander land niet vindt.
Met ccnigc woorden schtstc de sprc»
ker, den 9e, 10e, 11e. cn 12e eeuw. In
deze honderdtallen van jaren komt het
Fransche chanson langzaam uit dc
duisternis oasr het licht. Genot volle
klanken kunnen wij in de 13e eeuw be»
luisteren. Het lied van Colin Muset
.,Ah quelle fait un bel] effet. la chanson
de Colin Muset!" Wat vertolkte mada»
me Alice de Clauzel. op waarlijk ori»
gineele wijze het „bcheffet" van het
lied van Colin Muset! Dc overgang na
„La complaintc dc Saint»Nicolas. be»
wees onmiddellijk dc sterk gcnuanceer»
de talenten van den heer cn mevrouw
de Clauzel.
(Hoe herinnerden zij belden ons
slechts door zuivere weergeving van
't woord aan de grootste chanson»
nière van Frankrijk: Yvcttc Guilbert,
die óók op ccd onvcrgetelijkcn avond
de drie regolc.i van „La Complaintc de
Saint Nicolas deel van uitvoerig
chanson vertolkte) Kon een oogen»
blik later ds schoonheid van de Fran»
scbe taal de plastiek van een woord
beter worden verbeeld dan in het'
massieve „Carillon dc Vcndome?"
Het motief v»n deze wijs leeft verder
in het Fransche chanson. Het typische
rythme, den zuiveren eenvoud, we vin»
den ze nu nog terug bij Debussy (Le
jardin dans Ia pluie).
En elk volgende chanson bracht
grooter verrassing, zoowel door de
stem s-an madame de Clauzel, die 't best
was in mezza voce en het fijn uitge»
sponnen pianissimo, als door dc voor»
dracht èn zang van haar man.
Het bcroean.ie Corblcu Marion, een
„farce" uit dc zestiende eeuw. bracht
ons met een vaart in de tintelende sfeer
van galant»taqumccrcnd spel, waarvan
zoo volmaakt mooi is. dc begeleiding
die met grooto vaardigheid werd ge»
speeld.
De overgang naar Ar Baradoz (Le
paradis) is niet licht onder woorden
te brongen. In deze Bretonschc wijze
ligt opgesloten de kalme religieuze
overgave. Jésus qu'il sera doux de
vlvre après dc vous. au cdlestc séjour
dans votrc ssint amour".
„Dans un oré" werd gezongen en ge»
danst. „La peti: Vicillc" sloot er prach»
tig bij aan.
Alleraardigst was dc toelichting die
de Clauzel bij: .La Codaqui" gaf.
Een naivc ch-irmante cn tccdere over»
gang naar den dans aan het einde van
de zestiende eeuw. cn het begin van de
zeventiende ee. w. vormden de liederen
waarvan het utigevoerde „Musette"
een voorbeeld if.
De heer en mevrouw de Clauzel vol»
tooiden de uitbeelding van dit tijdperk,
met „Belle qui tient ma vic", een ,.pa»
vane" ccn dans van exquis»gcres»
veerde en toen zeer gracieuze hoffelijk»
heid.