HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 23 JAN. 1926
TWEEDE BLAD
OCULAÏRE INSPECTIE
L
De heer Van Roycn, kruidenier in dcj
Zijlstraat tegenover het logement Dc
Gouden Leeuw. sliep nooit zonder j
licht. Op een latafcltjc tegenover rijn'
bed brandde altijd een kaar», een neer
lange en zeer dunne kaar», zooals onze
grootouder» des naoht» plachten tc
branden, en die zij daarom terecht
een nachtkaars noemden. Bovendien
was hij gewoon zijn horloge aan een
haakje onJcr den spiegel te hangen,
opdat hjj, wakker geworden want
zoo waren het licht en het uurwerk,
ter. opzichte van elkander gcplastst
dadelijk zou kunnen zien hoe laat het'
was.
Hierin is niet» opmerkelijks, en ik
vermeld deze nachtelijke bijzonderhe»
den dan ook alleen om den lezer voor
tc bereiden op den schrik die den
Haarlemschen kruidenier beving, toen
hij in den vroegen morgen van den lCen
Januari 1796 ontwaakte en bemerkte,
dat zijn kaan» tegen haar gewoonte in,
niet meer brandde.
Hij stond op. liep op den tast naar
de latafel en voelde dat de kaars niet
opgebrand was: ze moest dus uitge»
Wazen, kon niet a'-» een nachtkaars uit
gegaan zijn. En zijn horloge? Dat hing
niet meer san het hankjo onder den
spiegel. Gestolen, riep hij uit. een dief!
En in zijn ontsteltenis belde hij de meid
die. niet minder ontdaan, al naar be
neden kwam. schreeuwende, dat er een
kerel boven was. Zc bleek goed ge
hoord tc hebben al vergiste ze zich in
de plaats waar dc inbreker zich be
vond. Immers, onder een hartigen uit
roep. dien ik mijn lezer» bespaar,
stormde hü de trap op. De beer des
huizes, die de kaars inmiddels weer aan
gestoken had. volgde hem. den zolder,
dc vliering op. maar vond niet anders
dan het geopende dakvenster, waar
door hij vermoedde, dat de vluchteling
ontkomen was.
Zoo ongeveer gaf de bestolene ver-
alag van het gebeurde aan het parket,
dat gekomen was om „oculairc inspec
tie" tc houden, om de plaats der mis
daad in oogenschouw te nemen. Het
parket, juister uitgedrukt: Commissaris
scr. het college van Civiele cn Crüni-
neelc Justitie, bestond voor deze ge
legenheid uit de burgers (we zijn in
het tweede jaar der Bataafscbc vrijheid
en heeten Jus allemaal burgers) Honorë
en Donker van den Hoff. die bij het
onderzoek vergezeld waren van den
ischout. den burger Elout. cn den secre
taris van commissarissen, den burger
Testart. En het ging erom een juiste
voorstelling tc verkrijgen van „de gc-
pcrpetrccrde breuken aan dc huizen
van den burger Van Roycn cn van Hei»
menberg Rouvens," diens buurman.
Want ook aan de woning van dezen no.
tans waren sporen van inbraak ont
dekt.
Om in den kruidenierswinkel te kun
nen komen, had de dief zijn weg geno
men over de daken van niet minder dan
vier aangrenzende huizen. Natuurlijk
konden commissarissen hem dit Diet
nadoen, maar dc sporen die htm ge
toond werden, stelden hen toch in staat
„zioh een klaar cn aaneengeschakeld
denkbeeld van den loop dezer gecom»
pliqueerde feitelijkheden tc vormen".
Het lijkt mij niet onaardig van deze
feitelijkheden eens kennis tc nemen.
Niet omdat er nooit stouter tocht on
dernomen is om in het bezit van een
horloge te geraken. Maar omdat zij in
dc gelegenheid stollen den inbreker van
den ouden tijd gade tc slaan bij de
uitoefening van zijn luguber bedrijf-.
Over dc daken. Ik zal niet zeggen,
dat deze weg de meest gebruikelijke
weg was: veie andere wegen leidden
oven zeker tot het doel. Vast staat ech
ter. dat hij dikwijls betreden werd.
Misschien hangt hiermee samen de om
standigheid. da: de inbreker met zijn
gebrekkige werktuigen moeite had om
sloten te forceercn, en daarom aan het
onvoldoende, gesloten dakvenster de
voorkeur gaf boven de voordeur. Mis
schien ook was hij bevreesd de bewo
ners, die veelal gelijkvloers sliepen, wak
ker te maken. Of noodigde de bouw
van sommige huizzn hem uit tot een
klimpartij Er zijn ongelukkigen. die
geen tuimelraam kunnen zien, of ze
voelen dc begeerte bij zich opkomen
daardoor hun weg naar binnen te ne
men. Hoe verleidelijk kan dan voor d«i
achttiendéeeuwscbe dief geweest zijn.
dc stoepbank, de uitstalkast die bui
ten het huis uitstak, de hiifeL Bekijk
eens een oude teekening, en. indien ge
het klimmen en klauteren niet verleerd
zijt. bent ge in een ommezien boven.
Indien airhans ook overigens, zooals
hier in dc Zijlstraat, de omstandigheden
u gunstig zijn. Wat zagen commissaris
sen? Over het muurtje tusschcn de da
ken van den zilversmid Vijfeoken er-
den burger Wassenaar, het derde cn
vierde huis van den kruidenierswinkel
af. Z3gen zc een touw hangen „het
welk. nadat iemand eerst op een bank.
vandaar op de zilversmidskast van
Vijfeeken en toen op de luifel van het
huis van voornoemden Wassenaar ge
stapt was (hetwelk gemakkelijk geschie
den kon), bespeurd is over dat muurtje
gegooid te zijn; zoodanig, dat het eene
c.idc achterom tot voor liet gat waar
door het water van het dak in de goot
loopt gezakt zijnde, door een groote
knoop daarin geslagen, niet wederom
kon doorgetrokken worden; en het an
der einde buiten over hing. waardoor
men zich zekerlijk zal opgepalmd heb
ben. cn alzoo tusschen dc twee daken
gekomen zal zijn. Ter dier gelegenheid
hebben zij commissarissen opgemerkt,
dat het zelve touw geheel nieuw was.
Ook is nog op de luifel gevonden een
nieuwe smalle bijtel. die zooals het
scheen, nimmer te voren gebruikt en
mogelijk wel tot deze huisbraak expres
gekocht was."
Deze gevolgtrekking ligt evenzeer
voor de hand als do opmerking juist is,
dat een nieuwe beitel een beitel is, die
nog nooit gebruikt is. Overigens hoop
ik. dat de zaak den lezer nu duidelijk is.
dat hij zich, evenals het parket een
„klaar en aaneengeschakeld denkbeeld"
van het begin dezer klimpartij kan vor
men- Ik sprak van klimmen; het
rapport zegt, dat de onbekende van de
winkelkast van den een op de luifel van
den ander zal gestapt zijn. Zeker kon
dit en het was mogelijk op deze wijze
een gedeelte van een straat af tc leg-
gen. lar.gs. de tweede- verdieping der
huizen. Stoepbanken, wirikelkesten en
luifels zijn verdwenen e,n daarmee het
gezelllg-gcmocdelijk aanzien, dat de
oude straat eigen was.
Maar indien het waar is, dat deze,
aantrekkelijkheden den misdadigen
mensch wel eens verlokten om zich op
een gemakkelijke wijze toegang tot ver-
schaffen tot de woning van zijn even
naaste en hem te berooven, dan, ja,
dan kan hij airhans van deze gelegen
heid die den dief maakte geen gebruik
meer maken. Intusschen andere gele
genheden kwamen daarvoor in de
plaats. Zoodat de criminaliteit door het
verdwijnen der luifels niet zal afgeno
men zijn.
Commissarissen achtten het verder
waarschijnlijk, „dat men over de vier
andere daken cn dus ook over dat v,
het huis van den burger Reuvens tot
aan het dak van voornoemden Van
Roven zal zijn geklommen."
Ook dit was aannemelijk. Wij zullen
zien waarom.
H. E. KNAPPERT.
BINNENLAND
Iets voor de onbewaakte
overwegen
Een Amerikaanseh signaal
Wij lezen in „Het Rechte Spoor",
orgaan van St. Raphael:
Uit de correspondentie welke er ge
voerd is tusschen de directie der Ncder
landsche spoorwegen en het Katholiek
Welkliedenverbond. heeft men ervaren.
d3f, gezien de eigenaardige mentaliteit
van het Hollandschc publiek, geen en
kel waarschuwingssein voldoende zal
blijken om op onze spoorwegovergan
gen dienst te doen.
Hoort men het loc.» cn treinperso
neel. dan is men geneigd dit standpunt
onzer directie te aanvaarden. Dc waar
lijk roekclooze wijze, waarop men zoo
gaarne den snclnadcrcnden trein als 't
ware uittart, grenst aan 't ongeloofc»
lijkc.
Toch is er thans m New York een
signaal in gebruik, waarmede men daar
te lande zeer veel resultaat heeft ge
had.
Op een druk kruispunt heeft men een
wegwijzer geplaatst", op welks armen
een kastje staat, waarin automatisch
een hel belicht waarschuwingssein var-
schijnt en weer verdwijnt: een doods
hoofd grijnst met zijn holle, verlichte
oogen de voorbijgangers tegen cn her
innert hun aan het gevaar dat hen
dreigt. Boven het doodshoofd prijken
de van verre leesbare woorden „ge /ijt
de mijne" en aan den anderen kant: „Ik
zal u krijgen".
Of zelfs zulk een signaal in Holland
zou helpen staat tc bezien. Het ware
echter te probceren.
Inbraak in een kerk
Drie offerbussen geledigd
In korten tijd Js te Uithoorn voor dc
vierde maal ingebroken. In den nacht
van Woensdag op Donderdag heeft
men zich toegang weten be verschaffen
tot de R.K. kerk aldaar, door verbre
king van het slot van de deur der sa
cristie en van de deur. die toegang
geeft tot het kerkgebouw. Drie offer-
bussen werden geledigd, waarvan er
twee waren meegenomen; deze werden
op een weiland in de nabijheid terug
gevonden. Ook werd een busje met f 5
geledigd. De buit is niet groot geweest.
De Rotterdamsche Rivier
politie in 1925
Verstekelinge van romanti-
schen aard
Blijkens het verslag van de werk
zaamheden der Rotterdamsche Rivier
politie in 1925 kreeg deze een zeer ro
mantisch geval tc behandelen.
In dc haven van Buenos Avres heeft
zich een 18-jarige jonge dame aan boord
van zeker schip hegeven, om met den
tweeden stuurman in ons land tc trou
wen. Onderweg werd zij door den eer
sten stuurman ontdekt, die mede op
haar verliefd werd en den kapitein
voorstelde, zijn huwelijk met dc jonge
dame te sluiten. Dc kapitein weigerde,
omdat het meisje minderjarig was. De
eerste en de tweede stuurman vroegen
beiden, te mogen afmonsteren, ten ein
de aan den vasten wal hun strijd om
het bezit der schoone Spastische te
kunnen uitvechten. De kapitein weiger
de ook dit verzoek in te wffligen en
heeft de betrokken jonge dame een
meisje van goeden huize aan de ri
vierpolitie als verstckelin"c overgele
verd; door bemiddeling van den Ar gen
tijnschen consul is zij na eenigen tijd
weer naar haar vaderland kunnen te-
rugkeeren. De stuurlieden zijn op een
ander schip overgeplaatst, dat zulke
voor hen gevaarlijke avens als Buenos
Ayrea niet aandoet.
Over 't parlementairisrae
Een uiting van Mr. Troelstra
Een medewerker van Het Volk had
een onderhoud awt Mr. Troelstra, waar
in deze zich onder meer uitliet over het
parlcmcntairismc cn de crisis. Wij ont
kenen er het volgende aan:
Tot heden heeft dc kroon het meest
voor dc hand liggende middel, nl. om
dc partij, die feitelijk voor deze crisis
dc verantwoordelijkheid draagt en te
vens dc maoht zou bezitten om ons uit
de impasse te redden, aan het werk te
zetten, niet aangegrepen. Daarvoor zou
Nolens kabinetsformateur moeten wor
den en dc katholieke fraotie het notoi
re feit, dat terugkeer tot een werkelijk
parlementaire regeering alleen mogelijk
is op den bodem van dc door Marchant
cn Albarda voorgeslagen combinatie,
ruiterlijk moeten erkennen. Zoolang
deze weg niet ingeslagen wordt, bevindt
ziöh ons parlementaire stelsel als zoo
danig io een crisis, zit elke regeering op
ccn kruitvat, zal de bestaande malaise
blijven toenemen en het parlementairis
rae s'.ccds erger met aftakeling en on
dermijning worden bedreigd.
DE NEDERLANDSCHE JAAR.
BEURS.
Dc veertiende Ncderlandsche Jaar
beurs zal gehouden worden van 9IS
Maart tc Utrecht. Wij ontvingen een
geschriftje waarin de aandacht op deze
jaarbeurs wordt gevestigd cn waarin
medegedeeld wordt dat cenige vak
beurzen van de algemeene jaarbeurs
deel zullen uitmaken.
STEUN VOOR DE NATIONALE
VLIEGINDUSTRIE.
Dc Staatscommissie voor de lucht
vaart vergadert Vrijdagmiddag onder
voorzitterschap van mr. J. B. Kan, sec re
taris-gcncraal in algemeanen dienst, ter
behandeling van dc vraag, hoe de nat»
nionalc vliegindustrie het best kan wor»
den gesteund.
De spoorwegdiefstallen
te Roosendaal
Een heel complot ontdekt
Weder nieuwe arrestaties
De correspondent van de Telegraaf
tc Roosendaal meldt:
Omtrent den diefstal, gepleegd door
vier beambten aan het station alhier,
vernemen wij nader, dat de verdachten
ter beschikking zijn gesteld van den
Officier van Justirie te Breda.
Intusschen hebben eebter weer ver
schillende nieuwe arrestaties plaats ge
had. Meer en meer blijkt, dat men hier
met een heel complot te doen heeft
Het aantal aanhoudingen is reeds tot
een tiental gestegen. Behalve rijwielen,
koffers en manufacturen, blijken nog
verschillende andere goederen ont
vreemd te zijn, als flesschen wijn en
jenever, oesters, haring, ham. worst
scheermessen, kousen, sokken, dassen,
rijwielbelastingplaatjes, fruit, dames-
kleeding. heeren kleeding. rijwielonder-
deelcn, damestaschjes enz.
Dat door sommigen persoonlijk voor
een uiet onaanzienlijk bedrag is ge
stolen. blijkt wel hieruit dat een hun
ner alleen reeds voor een waarde van
ecnige duizenden guldens zich heeft
weten toe te eigenen. De totale waar
de van wat ontvreemd is, valt nog niet
bü benadering te schatten.
Het vraagstuk der ge
westelijke uitbreiding
Gaat de Regeering het in studie
Dc Nieuwe Courant schrijft:
Het schijnt, dat de Regeering thans
in navolging van het Stedenbouwkun
dig Congres en het Instituut voor Volks
huisvesting ook het denkbeeld van het
gewestelijk uitbreidingsplan in studie
gaat nemen.
Het Gemeentebestuur van Den Haag
ontving toch de uitnoodiging, een des
kundige voor een met dit doel samen
te stellen commissie te willen aanwij
zen. B. en W. zijn daarop ingegaan en
hebben Ir. Bakker Schut, directeur van
den Gemeentelijken Dienst voor Stads
ontwikkeling en Volkshuisvesting aan
gewezen.
FAILLISSEMENTEN IN 1925.
Het Centraal Bureau voor de Sta
tistiek schrijft ons:
Het aantal gewezen vonnissen van
faillietverklaring bedroeg in 1925: 4341
tegen 4363 in 1924.
Hiervan hadden 152 (in 1924: 145)
betrekking op naamlooze vennootschap
pen, 68 (80) op vennootschappen onder
firmanaam, 15 (24) op coöperatieve
vercenigingen, 5 (6) op commanditaire
vennootschappen en 30 (26) op andere
ondernemingsvormen.
Het aantal gefailleerde bijzondere
personen bedroeg 4.071 (in 1924: 4087).
Van ben waren o.m.: 32 (in 1924: 23)
werkzaam bij het boek- en steendruk-
kersbedrijf, 396 (408) bij de bouwbe
drijven, 42 (61) bij de houtbewerking,
86 (78) bij de vervaardiging en reini
ging van kleeding. 66 (50) bij de leder-
bewerking, 115 (116) bij de bewerking
van metalen enz., 185 (146) bij de be
reiding van vocdings- en genotmidde
len, 115 (170) bij den landbouw, ter
wijl 2604 (2606) handeldrii^nden door
een faillissement werden getroffen.
Over het in practijk bren
gen van den gouden
muntstandaard
De meening van Mr. G.
Vissering
In het weekblad „In- en Uitvoer" een
artikel van Mr. G. Vissering president
der Ncderlandsche Bank over de goud-
afgifte, waarin deze o.m. betoogt, dat de
positie der NederLandsche Bank mo
menteel een geheel andere is. dan voor
den oorlog, toen zij het goud moest aan
trekken en trachtte te beschermen te
gen onnutte afvloeiing. Thans echter
zijn haar obligo's nog meer dan 2J4
maal zoo hoog als in Juli 1914, maar
ook haar metaal-schat en vooral do
goudvoorraad is meer dan het 2j<-voud
V3n den goudvoorraad in 1914; en
daarnaast heeft de Bank op het oogen-
blik een zeer krachtige buitenland-
sche wisselportefeuïlle op landen, welk®
ook weder op de goud-basis zijn te*
ruggekeerd.
Daarom behoeft De Nederlandsche
Bank op het oogenhlik geen vrees meer
te koesteren, dat zij een tekort zal krij
gen aan goud voor écn van de hierbo
ven genoemde doeleinden. Integendeel
zou het nu in het geheel geen ongerief
zijn, indien de bevolking een zeker be
drag aan goud zou opleggen, waartoe
altijd min of meer geneigdheid bestaat
bij spaarzame personen, omdat ep die
wijze inderdaad een stille reserve in
bet land zou worden gevormd, welke in
moeilijke tijden wel degelijk haar nut
zal kunnen doen. Met andere woor
den: de Nederlandsche Bank is op het
oogenblik krachtig genoeg, om zich de
luxe te kunnen permitteeren, om naast
haar eigen goudschat, desnoods nog
een anderen in het geheim te doen
aanhouden door de burgers van den;
Staat.
In gevolge den oorlog en de daarop
gevolgde crisis waardoor het muntwe
zen van zoovele landen ernstig is aan
getast, is de verdeeling van goud over
de wereld zeer ongelijk geworden. Het
is gewenscht, dat op den duur een bete
re verdeeling over verschillende landen
daarvoor in de plaats kan komen, mede
om daardoor tc komen tot een zoo
standvastig mogelijken prijs van het
goud tegenover andere goederen over
de gchecle wereld.
Nederland is dus onder de tegenwoor
dige omstandigheden in staat geweest,
aldus eindigt mr. Vissering, in volmaak
ter vorm dan ooit in de 50 afgeloopenf
jaren mogelijk is geweest, den gouden!
standaard in practijk te brengen.
BEROOVING MET GEWELDPLE-
GING.
De 60-jarige landbouwer v. d. T. is,
naar het U. D. meldt. Donderdagavond
te Harskamp door de landbouwers W.
G., J. S. en F. J. F. beroofd van 80
d. T. had met een 20-jarige juffrouw
de eenzaamheid gezocht in het struik»
gwas cn een van het drietal dat
hem van een café uit was gevolgd i
heeft hem daar bewusteloos geslagen.
Later heeft v. d. T. aangifte van hef
gebeurde gedaan en het drietal en de
20-jarige juffrouw zijn reeds gearres
teerd.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cents per regel
MfJNHARDT's
StaaJ-Tabfetten 90ct
Maag-Tabletten 75«
Zenuw-Tabletten 75ct
Laxeer-Tabletten 60ct
Hoofdpijn-Tabletten 60«
Bij Apoth. en Drogisten.
der voldeed alleen aan een niet te over-
Haarlemmer Halletjes winnen neiging naar verandering. Bo
vendien is ze historisch, zc heette Ka-
EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE.
Met een vaart alsof cr geen tijd tc
verliezen i» loopt het weer in een paar
dagen alle graden cn soorten door:
vorst, sneeuw, mist. windstilte, regen
en storm, precies als ccn pianospeler,
die zijn vingers in groote snelheid over
al dc toetsen laat loopen; het goeie
weerkantoor in dc Bildt, dat het in den
laatsten tijd toch wel vaak bij 't rechte
eind had. raakt cr dc kluts van kwijt cn
■wij mensehen zijn in onzen schik zonder
dat tc erkennen (want mopperen willen
wc nu eenmaal) omd.it wc nu weer zoo»
wat over het weer kunnen praten met
mcr.schen waarmee wc anders zoo geen
onderwerp van gesprek hebben. Nu ja,
hoe kan het ook anders! Er is imm rs
zoo weinig verondcring in onze dagchjk-
schc omgeving. Wat eenmaal staat,
blijft wel staan: dc oude beuk, die
eigenlijk aan vellen toe is. maar nog
gespaard wordt uit teergevoeligheid en
dc lcclijkc telcphoonpaal. die uit naam
van de aesthctica al lang omgehakt
had behooren tc zijn, wanneer hij maar
niet zulke nuttige diensten bewees cn
het huis. waar jc iederen dag voorbij
komt cn dat in naam van dc schoon
heid nimmer opgebouwd had mogen
zïin; dat alles is zoo goed als onbewe
gelijk cn onveranderlijk, je kijkt cr niet
naar. maar je ziet het toch. omdat het
regelmatig in jc gerichtsvcld terug
keert. Fr over praten is onmogelijk,
omdat het altijd hetzelfde is. Ziedaar
dc reden, wm-om wij piaten over het
weer. ons Hollands-he. onberekenbare,
onvoorspelbare weer. Geen ondank
baarder ambt. dan hier het weer voor
spellen, zoodat ik wel mopper over het
weer, maar niet over de weledele zeer
geleerde ongelukkigen. die het op bevel
van het Rijk voorspellen, tegen een be
paalde bezoldiging per maand, met
recht op pensioen. Wat een wanbof!
als hun wiegje gestaan had in li -hc of
in Indic, hadden /ij vcclgemikkcbjkcr
op vaste tijden op mooi of nat weer
kunnen rekenen. In Nederland is net
ondenkbare juist het waarschijnlijkst cn
dc critici, die van hun leven zelf nog
nooit iets voorspeld hebben, zelfs niet
dat zij in schulden moesten raken, wan
neer zij doorgaan met hun geldmid
delen zoo nonchalant tc beheeren. die
critici gaan zich aan hoon en spot te
bu:t*n. wanneer vanavond als dc krant
binnenkomt gebleken is dat hst a
weer mis geweest is.
Verandering in onze omgeving ja^hoc
krijgen onrustige geesten die! De huis
moeder, die in een straat met totaal
eendere woningen, met geweld verbui-
van No. 11 naar No. 13. waar
trien en ik zeg dat, als bewijs, dat ik
zulke dingen maar niet uit mijn duim
zuig. Evenmin als dc geschiedenis van
die andere huisvrouw, die zoodra haar
man de deur uit was. naar zijn werk,
de meubelen ging versjouwen, het boe
kenkastje van oost naar west en de
tafel van west naar oost, zoodat hij.
als hij 's avonds thuiskwam, dc wereld
van een heel anderen kant moest bekij
ken. omdat zijn stoel mee verplaatst
was en dc platen en familieportretten
aan den wand natuurlijk ook de kamer
rondgetoerd waren.
Ook dit is historisch, van die ver
plaatsende huisvrouw bedoel ik, want
.indaag ben ik zoo oprecht als een
notaris cn denk cr niet aan, grapjes
tc maken, zooals anders gebeuren kan.
Mannen, die met zulke huisvrouwen ge
trouwd zijn. doen verstandig met er
maar geen woord van tc zeggen, liefst
telkens als de storm weer in hun huis
gewoed heeft, te zeggen, dat het toch
zoo gezelliger is; zij behoeven dat niet
tc meunen cn doen dat ook nooit (man
nen zijn de conservatiefste schepseLs
ter wereld) maar strafbaar is het niet
en dc hebbelijkheid van hun huisvrouw
eenmaal ccn veiligheidsklep, die
waarschijnlijk voor erger dingen
behoedt. Bij voorbeeld voor het gevoel
vin onbegrepen en niet gewaardeerd te
worden door haar omgeving of voor
verhooging, als zij zichzelf iederen
avond, totaal onnoodig. den thermo
meter aanlegt.
Een van mijn kennissen, overigens
ccn man. die in andere dingen sterk de
neiging tot voortdurendheid heeft (con
tinuïteit noemen onze ambtenaren dat
cn zij kunnen het weten, daar dc
eigenschap cn het woord samen binnen
ambtelijke muren ontstaan zijn) een
van miin kennissen dan heeft een tijd
lang rondgcloopcn met de illusie, om
wanneer hij daarvoor ooit geld genoeg
zou hebben, een cirkelrond huis tc
houwen met kamers op alle windstre
ken, om al n.i3r gelang van wind cn
weer in een bepaalde kamer te gaan
wonen of cr tc overnachten: op het
noorden in den warmen zomer of op
het zuiden in den kouden winter. Aan
dit ideaal werd op een moment, dat ik
precies zou kunnen aanwijzen, defini
tief een einde gemaakt, namelijk op
hei oogenblik toen hij zich verloofd
had cn san zijn asnstaande deze illusie
criclde, Zij lachte hem niet uit, ver
telde hem ook niet, dat het schatten
zou kosten om zoo'n huis te bouwen
en in te richten, maar toonde de onmo
gelijkheid aan door te verklaren: „zul
ke Miners ZJ'J je onmogelijk behoor-
lijk kunnen meubileeren" en schoof
noemde zij daarbij niet eens (ik geloof, waar jc een tand (een valsche natuur-icmand bezwaar hebben tegen een laag
dat zij het niet eens kende) maar ieder»
een begreep na haar u:t6praak, dat seg»
ment»vormige kamers onmogelijk ge
meubileerd kunnen worden, omdat
noch vierkante, noch ronde meubelen
n „staan".
,Uc .taettogn, v.n d. k.rocr» «clijli dunne, I'.-t de-kbedd Mol goed v,n
waren cn de ramen precies even groot hun. overigens natuurlijk rooskleurige.
*1» die in het oude huis, die huismoe-1 toekomst af. Het woord „segment
Wij praten dus over het weêr, omdat
het veranderlijk is cn aanleiding tot
praten geeft. lederen morgen ontmoet
ik zelf bijvoorbeeld vast dc'i zelfden
kennis op de tram en wanneet wij tot
elkaar gezegd hebben: „goeien morgen
goeien morgen", merkt hij op:
„raar weer hc?" en dan antwoord ik:
„miserabel". Hij zegt het nooit anders,
„raar weer", cn ik antwoord nooit an
ders „miserabel". Niet andersom. Dit
heeft nu precies zoo lang geduurd als
ik hem ken en ik ben er pas veertien
dagen geleden op gaan letten. Ecu
oogenblik is dc gedachte bij mij op
gekomen, waarom dat zoo moet voort
duren en waarom het niet anders kan,
waarom hij bijvoorbeeld niet zegt: „mi
serabel weer", cn ik niet antwoord:
„raar weer. hè?" maar ik durf dat niet
goed aan. Onze wisseling van gedach
ten is eenmaal aldus vastgesteld, zc
heeft continuïteit verkregen, evengoed
ais de oude beuk. dc telcphoonpaal cn
het foeileclijke huis.
Natuurlijk heeft de gedachtcnwissc-
ling overigens weinig werkelijke be-
teekenis. Zc is meer een reflexbewe
ging van onze hersens, waar wij ove
rigens niet bij denken, evenmin als het
ons tc binnen schiet, dat wc onze
knieën moeten buigen wanneer wij op
de tree van de tram stappen. Dat gaat
zoo van zelf. het hoort cr bij. Niemand
zegt toch. wanneer hij aan tafel gaat
zitten: „nu moet ik mijn mond open
doen om te gaan eten, „want dat be
hoort bij de reeks van bewegingen, die
van zelf volgen, zoodra het oogenblik
van eten is aangebroken. Als hij mij
ziet. zegt hij al van zelf: „raar weer.
hè?" cn ik antwoord even natuurlijk:
„miserabel". Met een deftige uitdruk
king noemen de geleerden dat „asso
ciatie van ideeën".
Met ons beiden staat iederen morgen
op het achterbalcon een derde, iemand
van een jaar of veertig en zoodra ik
hem zie. krijg ik dadelijk den indruk:
„daar is die nare kerel ook weer". De
man heeft mij nooit wat kwaad gedaan,
ik weet nauwelijks boe hij heet. maar
aan zijn tegenwoordigheid verbind ik
altijd 'net begrip „nare kerel". Met is
verkeerd van me en ik voel het ook
als eon fout, maar het is nu eenmaal
zoo. Waarschijnlijk heb ik, toen ik hem
voor den eersten keer zag, verkeerd
onder den indrnk van verschillende
onplezierige gewaarwordingen. Stel jc
voor: op een morgen had dc thee ge
kookt, er zat een steentje in 't brood.
lijk) op gebroken hebt, je linkerschoen
doet je pijn aan ccn likdoorn, die wel
in den afgcloopcn nacht plotseling voor
den dag gekomen schijnt tc zijn; welnu,
onder den indruk van al deze tegen
spoeden zie jo op eens een nieuw ge
zicht op jc tram 6taan cn hij lijkt je
ui naren kerel.
De geleerden, die ik hierboven be
doelde, noemen dat den invloed van
het ondcr-bcwustzijn. Dit begrip kan
ik ten gebruike aan iedereen aanbeve
len. Het is precies een aardappelzak,
jc kunt er van alics in bergen en dus
ook van alles uithalen. Hoe komt het
bijvoorbeeld, dat ik een vcrbaz.enden
hekel heb aan sneeuw terwijl mijn
tramvriend, die van „raar weer, hè?"
ccn groot bezwaar heeft tegen oosten-
ind.
Toen wij op zekeren morgen samen
naar Amsterdam spoorden, heeft hij
mij verteld, dat hij oostenwind zoo bui
tengewoon onplezierig vond.
„Rhcum3tische teen misschien?"
vroeg ik.
Neen. dat was het niet Een onbe
redeneerde tegenzin, anders kon hij
het niet noemen.
„Als ik 's morgens uit mijn huis kom.
kijk ik altijd naar den overkant; de bu
ren hebben een windwijzer en als die
naar het oosten wijst, dan krijg ik zon
der mankceren, die onplezierige ge
waarwording.
.„Misschien een eigenaardigheid van
je gestel, dat onplezierig getroffen
wordt door een bepaalde luchtstroo-
ming." opperde ik geleerd ik was cr
zelf werkelijk nog al tevreden over.
Dat kan het zeker niet wezen, meen
de hij tot mijn teleurstelling. En :k moet
zeggen: het bewijs dat hij cr bij gaf.
was afdoend. „Onlangs merkte ik op,
dat de wind al veertien dagen schter
elkaar oostelijk was geweest cn dat
kan toch in ons land nooit waar wezen;
ik ben toen bij de overburen eens een
praatje gaan maken en heb toen ge
hoord. dat de olie van den windwijzer
verstijfd was. zoodat hij alleen maar
naar het oosten wijzen kon. Doe mij het
plezier, heb ik toen gezeid. cn doe cr
wat nieuwe olie in, want ik heb cr
iederen dag den last maar van. Dat heb
ben ze gedaan (het zijn heel vriendelij
ke racnschcn) en sedert dien tijd hou-
ik den windwijzer goed in het oog. Als
hij n3ar 't oos'.en wijst dan kijk ik naar
den volgenden windwijzer, of die mis
schien naar het westen staat; dan hoef
ik mij niet akelig te maken over oosten
wind."
Zoo zal het met de sneeuw wel niet
anders zijn. \V33rom. als je niets hebt
tegen een onberispelijk wit tafellaken
noch tegen een vel wit papier, kan
witte sneeuw? Het is, dunkt mij, vol
strekt niet noodig. dat ik zelf indertijd
eens een verzameling onaangename in
drukken hob gekregen, die te maken
hadden met sneeuw en daarvan dus een
snceuwhokcl heb overgehouden. Mis
schien verliest deze afkeer van sneeuw
zich wel in den nacht der tijden.
Neem aan, dat een van mijn voorva
deren een ridder is geweest (waarom
lacht de lezer daarom? iedere Neder
lander is immers van deftige afkomst!)
ik zeg dus: een ridder is geweest, Flo-
restan de Fidelio van Bunnebroek bij
voorbeeld, waarvan helaas in verloop
van tijd mijn simpele naam Fidelio over
gebleven is.
Laat ik trachten u het toonceltje te
schilderen. Het is op een ochtend in
de maand Maart. Mijn voorvader is te
zeven uur opgestaan, heeft zijn baard
en knevels opgestreken (dat een man
er liefst als een meisje moest uitzien
was toen het ideaal nog niet) en een
glas melk gedronken, natuurlijk van de
eigen koe, die loopt te grazen op het
voorplein van het voorvaderlijk slot te
Bennebroek. Evenwel mijn voorvader
houdt niet veel van melk. Beter smaakt
hem wat wij een hartigen dronk plegen
tc noemen.
„Knaap!" roept hij, „lang mij den be
ker", In de taai van de middeleeuwen
beteekent dit een glas bier, juister ge
zegd „edel gerstenat". De schildknaap.
Wouter geheeten (alle schildknapen
heeten in middeleeuwsche verhalen
Wouter) draaft toe met een groot glas
gerste op een zilveren blad (onze fami
lie deed het niet minder!) daarop neemt
hij afscheid van zijn gemalin Amale-
zwin the van der Poel. bestijgt zün vu
rig strijdros cn rijdt ten slotpoort uit,
gevolgd door Wouter op een minder
vurig paard. Achter hen wordt de
slotbrug opgehaald, want er zwierf m
den tijd van mijn voorvader. Ridder
Florestan, veel kwaad volk rond.
Nu meet men uit het afscheid, dat
hij van mijn voormoeder nam, niet -f-
Iciden, dat mijn voorvader op een groo-
ten tocht uitging. Hij was alleen van
plan een rit te maken in den omtrek,
om zijn landerijen te bekijken. Het was
een mooie morgen, wel blies de oosten
wind nog wat guur over de vlakte (ik
ze: immers dat het Maart was) maar
helder scheen de zon, het edele gerste
nat had ridder Fiorestan kostelijk ge
smaakt en zoo reed hij met een gevcc!
van tevredenheid over den weg, zizh
niet bekommerend over de gaten en
kuilen, want het was in een tijd, toen er
niet alleen nog seen asphalt bestond,
msar zeifs geen klinkers er wat nog er
ger is, niet eens keien. Maar zijn trouwe
rennet, evenzeer als hij zelf aan het
landschap gewend, ontweek aHe kuilen,
nu eens door terzijde te stappen, dan
weer door cr met een sprongetje over
heen te dartelen, zoodat de ijzeren
borstplaten van het edele dier rammel-,
den, evenals het kuras van Ridder Fio
restan zelf.
Plotseling betrekt de lucht. De rid
der roept zijn schildknaap „Heeft mijn'
wichelaar?" zoo roept hij, „dezen mor
gen niet verzekerd, dat het mooi weer
blijven zou?"
„Inderdaad, edele heer", antwoordt
Wouter bevend, want de stem van mijn
voorvader rolt donderend over de vel
den.
„Op water en brood zal ik hem doen
zetten", zegt Ridder Fiorestan, waaruit
blijkt, dat de wecrvoorspellers in dc
Bildt er dankbaar voor mogen zijn, dat
zij in den tegenwoordigen tijd leven.
De lucht is nu zwart cn grimmig ge
worden als het humeur van mijn voor
vader. Maar het zal nog erger worden.
Wie nadert daar te paard, roekeloos rij
dend door Ridder Florestan's bollen
velden? Wie anders dan zijn doods
vijand en naaste buurman. Ridder Sigis-
mond van Hillegom cn Sasscnheim?
Hij grijnst :n de verte, de lafaard wan
neer hij mijn voorvader ziet aankomen
en laat zijn strijdros galoppeeren. dat
het groote gaten «laat in Ridder Flores
tan's landerijen.
„Ha aterling!" roept mijn voorvader,
„ditmaal zult gij mij niet ontkomen!'"
En zijn deugdelijk Zv. iard trekkende
geeft hij zjjn getrouw strijdros de
sporen. Heisas, het staat niet op scherp.
Wel slaat het de machtige beenen uit
tot een heftigen galop, maar op een
maal.... daar glijdt het en valt op de
sneeuwlaag, terwijl Ridder Sigismond
zich hoog in dc stijgbeugels oprichtend,
met een tartenden spotkreet wegvlucht
naar zijn veilige burcht.
Zijn wichelaar had de oorteeken'
van de atmosfeer beter begrepen en
het paard van zijn meester met scherp
laten beslaan'
Ik zwijg van de droevige thuiskomst
van Ridder F'orcstan. smadelijk geval
len en gekneusd. Ook over dc straf
van den wichelaar, die twee dagen op
water cn brood werd gezet, in weer
wil van de smeekbede van vrouwe
Amalezwinthe. die der r:.,;.iard nog
trachtte te verdedigen.
Maar wat ik wel wil zeggen is dit:
zoo ontstond reeds, eeuwen geleden, de
sfkeer van mijn famüie voor sneeuw,
die tot den huid;gen d=3 Hij haar be
scheiden nakomeling heeft voortge
duurd.
FIDELIO.