HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 23 JAN. 1926 TWEEDE BLAD OCULAÏRE INSPECTIE L De heer Van Roycn, kruidenier in dcj Zijlstraat tegenover het logement Dc Gouden Leeuw. sliep nooit zonder j licht. Op een latafcltjc tegenover rijn' bed brandde altijd een kaar», een neer lange en zeer dunne kaar», zooals onze grootouder» des naoht» plachten tc branden, en die zij daarom terecht een nachtkaars noemden. Bovendien was hij gewoon zijn horloge aan een haakje onJcr den spiegel te hangen, opdat hjj, wakker geworden want zoo waren het licht en het uurwerk, ter. opzichte van elkander gcplastst dadelijk zou kunnen zien hoe laat het' was. Hierin is niet» opmerkelijks, en ik vermeld deze nachtelijke bijzonderhe» den dan ook alleen om den lezer voor tc bereiden op den schrik die den Haarlemschen kruidenier beving, toen hij in den vroegen morgen van den lCen Januari 1796 ontwaakte en bemerkte, dat zijn kaan» tegen haar gewoonte in, niet meer brandde. Hij stond op. liep op den tast naar de latafel en voelde dat de kaars niet opgebrand was: ze moest dus uitge» Wazen, kon niet a'-» een nachtkaars uit gegaan zijn. En zijn horloge? Dat hing niet meer san het hankjo onder den spiegel. Gestolen, riep hij uit. een dief! En in zijn ontsteltenis belde hij de meid die. niet minder ontdaan, al naar be neden kwam. schreeuwende, dat er een kerel boven was. Zc bleek goed ge hoord tc hebben al vergiste ze zich in de plaats waar dc inbreker zich be vond. Immers, onder een hartigen uit roep. dien ik mijn lezer» bespaar, stormde hü de trap op. De beer des huizes, die de kaars inmiddels weer aan gestoken had. volgde hem. den zolder, dc vliering op. maar vond niet anders dan het geopende dakvenster, waar door hij vermoedde, dat de vluchteling ontkomen was. Zoo ongeveer gaf de bestolene ver- alag van het gebeurde aan het parket, dat gekomen was om „oculairc inspec tie" tc houden, om de plaats der mis daad in oogenschouw te nemen. Het parket, juister uitgedrukt: Commissaris scr. het college van Civiele cn Crüni- neelc Justitie, bestond voor deze ge legenheid uit de burgers (we zijn in het tweede jaar der Bataafscbc vrijheid en heeten Jus allemaal burgers) Honorë en Donker van den Hoff. die bij het onderzoek vergezeld waren van den ischout. den burger Elout. cn den secre taris van commissarissen, den burger Testart. En het ging erom een juiste voorstelling tc verkrijgen van „de gc- pcrpetrccrde breuken aan dc huizen van den burger Van Roycn cn van Hei» menberg Rouvens," diens buurman. Want ook aan de woning van dezen no. tans waren sporen van inbraak ont dekt. Om in den kruidenierswinkel te kun nen komen, had de dief zijn weg geno men over de daken van niet minder dan vier aangrenzende huizen. Natuurlijk konden commissarissen hem dit Diet nadoen, maar dc sporen die htm ge toond werden, stelden hen toch in staat „zioh een klaar cn aaneengeschakeld denkbeeld van den loop dezer gecom» pliqueerde feitelijkheden tc vormen". Het lijkt mij niet onaardig van deze feitelijkheden eens kennis tc nemen. Niet omdat er nooit stouter tocht on dernomen is om in het bezit van een horloge te geraken. Maar omdat zij in dc gelegenheid stollen den inbreker van den ouden tijd gade tc slaan bij de uitoefening van zijn luguber bedrijf-. Over dc daken. Ik zal niet zeggen, dat deze weg de meest gebruikelijke weg was: veie andere wegen leidden oven zeker tot het doel. Vast staat ech ter. dat hij dikwijls betreden werd. Misschien hangt hiermee samen de om standigheid. da: de inbreker met zijn gebrekkige werktuigen moeite had om sloten te forceercn, en daarom aan het onvoldoende, gesloten dakvenster de voorkeur gaf boven de voordeur. Mis schien ook was hij bevreesd de bewo ners, die veelal gelijkvloers sliepen, wak ker te maken. Of noodigde de bouw van sommige huizzn hem uit tot een klimpartij Er zijn ongelukkigen. die geen tuimelraam kunnen zien, of ze voelen dc begeerte bij zich opkomen daardoor hun weg naar binnen te ne men. Hoe verleidelijk kan dan voor d«i achttiendéeeuwscbe dief geweest zijn. dc stoepbank, de uitstalkast die bui ten het huis uitstak, de hiifeL Bekijk eens een oude teekening, en. indien ge het klimmen en klauteren niet verleerd zijt. bent ge in een ommezien boven. Indien airhans ook overigens, zooals hier in dc Zijlstraat, de omstandigheden u gunstig zijn. Wat zagen commissaris sen? Over het muurtje tusschcn de da ken van den zilversmid Vijfeoken er- den burger Wassenaar, het derde cn vierde huis van den kruidenierswinkel af. Z3gen zc een touw hangen „het welk. nadat iemand eerst op een bank. vandaar op de zilversmidskast van Vijfeeken en toen op de luifel van het huis van voornoemden Wassenaar ge stapt was (hetwelk gemakkelijk geschie den kon), bespeurd is over dat muurtje gegooid te zijn; zoodanig, dat het eene c.idc achterom tot voor liet gat waar door het water van het dak in de goot loopt gezakt zijnde, door een groote knoop daarin geslagen, niet wederom kon doorgetrokken worden; en het an der einde buiten over hing. waardoor men zich zekerlijk zal opgepalmd heb ben. cn alzoo tusschen dc twee daken gekomen zal zijn. Ter dier gelegenheid hebben zij commissarissen opgemerkt, dat het zelve touw geheel nieuw was. Ook is nog op de luifel gevonden een nieuwe smalle bijtel. die zooals het scheen, nimmer te voren gebruikt en mogelijk wel tot deze huisbraak expres gekocht was." Deze gevolgtrekking ligt evenzeer voor de hand als do opmerking juist is, dat een nieuwe beitel een beitel is, die nog nooit gebruikt is. Overigens hoop ik. dat de zaak den lezer nu duidelijk is. dat hij zich, evenals het parket een „klaar en aaneengeschakeld denkbeeld" van het begin dezer klimpartij kan vor men- Ik sprak van klimmen; het rapport zegt, dat de onbekende van de winkelkast van den een op de luifel van den ander zal gestapt zijn. Zeker kon dit en het was mogelijk op deze wijze een gedeelte van een straat af tc leg- gen. lar.gs. de tweede- verdieping der huizen. Stoepbanken, wirikelkesten en luifels zijn verdwenen e,n daarmee het gezelllg-gcmocdelijk aanzien, dat de oude straat eigen was. Maar indien het waar is, dat deze, aantrekkelijkheden den misdadigen mensch wel eens verlokten om zich op een gemakkelijke wijze toegang tot ver- schaffen tot de woning van zijn even naaste en hem te berooven, dan, ja, dan kan hij airhans van deze gelegen heid die den dief maakte geen gebruik meer maken. Intusschen andere gele genheden kwamen daarvoor in de plaats. Zoodat de criminaliteit door het verdwijnen der luifels niet zal afgeno men zijn. Commissarissen achtten het verder waarschijnlijk, „dat men over de vier andere daken cn dus ook over dat v, het huis van den burger Reuvens tot aan het dak van voornoemden Van Roven zal zijn geklommen." Ook dit was aannemelijk. Wij zullen zien waarom. H. E. KNAPPERT. BINNENLAND Iets voor de onbewaakte overwegen Een Amerikaanseh signaal Wij lezen in „Het Rechte Spoor", orgaan van St. Raphael: Uit de correspondentie welke er ge voerd is tusschen de directie der Ncder landsche spoorwegen en het Katholiek Welkliedenverbond. heeft men ervaren. d3f, gezien de eigenaardige mentaliteit van het Hollandschc publiek, geen en kel waarschuwingssein voldoende zal blijken om op onze spoorwegovergan gen dienst te doen. Hoort men het loc.» cn treinperso neel. dan is men geneigd dit standpunt onzer directie te aanvaarden. Dc waar lijk roekclooze wijze, waarop men zoo gaarne den snclnadcrcnden trein als 't ware uittart, grenst aan 't ongeloofc» lijkc. Toch is er thans m New York een signaal in gebruik, waarmede men daar te lande zeer veel resultaat heeft ge had. Op een druk kruispunt heeft men een wegwijzer geplaatst", op welks armen een kastje staat, waarin automatisch een hel belicht waarschuwingssein var- schijnt en weer verdwijnt: een doods hoofd grijnst met zijn holle, verlichte oogen de voorbijgangers tegen cn her innert hun aan het gevaar dat hen dreigt. Boven het doodshoofd prijken de van verre leesbare woorden „ge /ijt de mijne" en aan den anderen kant: „Ik zal u krijgen". Of zelfs zulk een signaal in Holland zou helpen staat tc bezien. Het ware echter te probceren. Inbraak in een kerk Drie offerbussen geledigd In korten tijd Js te Uithoorn voor dc vierde maal ingebroken. In den nacht van Woensdag op Donderdag heeft men zich toegang weten be verschaffen tot de R.K. kerk aldaar, door verbre king van het slot van de deur der sa cristie en van de deur. die toegang geeft tot het kerkgebouw. Drie offer- bussen werden geledigd, waarvan er twee waren meegenomen; deze werden op een weiland in de nabijheid terug gevonden. Ook werd een busje met f 5 geledigd. De buit is niet groot geweest. De Rotterdamsche Rivier politie in 1925 Verstekelinge van romanti- schen aard Blijkens het verslag van de werk zaamheden der Rotterdamsche Rivier politie in 1925 kreeg deze een zeer ro mantisch geval tc behandelen. In dc haven van Buenos Avres heeft zich een 18-jarige jonge dame aan boord van zeker schip hegeven, om met den tweeden stuurman in ons land tc trou wen. Onderweg werd zij door den eer sten stuurman ontdekt, die mede op haar verliefd werd en den kapitein voorstelde, zijn huwelijk met dc jonge dame te sluiten. Dc kapitein weigerde, omdat het meisje minderjarig was. De eerste en de tweede stuurman vroegen beiden, te mogen afmonsteren, ten ein de aan den vasten wal hun strijd om het bezit der schoone Spastische te kunnen uitvechten. De kapitein weiger de ook dit verzoek in te wffligen en heeft de betrokken jonge dame een meisje van goeden huize aan de ri vierpolitie als verstckelin"c overgele verd; door bemiddeling van den Ar gen tijnschen consul is zij na eenigen tijd weer naar haar vaderland kunnen te- rugkeeren. De stuurlieden zijn op een ander schip overgeplaatst, dat zulke voor hen gevaarlijke avens als Buenos Ayrea niet aandoet. Over 't parlementairisrae Een uiting van Mr. Troelstra Een medewerker van Het Volk had een onderhoud awt Mr. Troelstra, waar in deze zich onder meer uitliet over het parlcmcntairismc cn de crisis. Wij ont kenen er het volgende aan: Tot heden heeft dc kroon het meest voor dc hand liggende middel, nl. om dc partij, die feitelijk voor deze crisis dc verantwoordelijkheid draagt en te vens dc maoht zou bezitten om ons uit de impasse te redden, aan het werk te zetten, niet aangegrepen. Daarvoor zou Nolens kabinetsformateur moeten wor den en dc katholieke fraotie het notoi re feit, dat terugkeer tot een werkelijk parlementaire regeering alleen mogelijk is op den bodem van dc door Marchant cn Albarda voorgeslagen combinatie, ruiterlijk moeten erkennen. Zoolang deze weg niet ingeslagen wordt, bevindt ziöh ons parlementaire stelsel als zoo danig io een crisis, zit elke regeering op ccn kruitvat, zal de bestaande malaise blijven toenemen en het parlementairis rae s'.ccds erger met aftakeling en on dermijning worden bedreigd. DE NEDERLANDSCHE JAAR. BEURS. Dc veertiende Ncderlandsche Jaar beurs zal gehouden worden van 9IS Maart tc Utrecht. Wij ontvingen een geschriftje waarin de aandacht op deze jaarbeurs wordt gevestigd cn waarin medegedeeld wordt dat cenige vak beurzen van de algemeene jaarbeurs deel zullen uitmaken. STEUN VOOR DE NATIONALE VLIEGINDUSTRIE. Dc Staatscommissie voor de lucht vaart vergadert Vrijdagmiddag onder voorzitterschap van mr. J. B. Kan, sec re taris-gcncraal in algemeanen dienst, ter behandeling van dc vraag, hoe de nat» nionalc vliegindustrie het best kan wor» den gesteund. De spoorwegdiefstallen te Roosendaal Een heel complot ontdekt Weder nieuwe arrestaties De correspondent van de Telegraaf tc Roosendaal meldt: Omtrent den diefstal, gepleegd door vier beambten aan het station alhier, vernemen wij nader, dat de verdachten ter beschikking zijn gesteld van den Officier van Justirie te Breda. Intusschen hebben eebter weer ver schillende nieuwe arrestaties plaats ge had. Meer en meer blijkt, dat men hier met een heel complot te doen heeft Het aantal aanhoudingen is reeds tot een tiental gestegen. Behalve rijwielen, koffers en manufacturen, blijken nog verschillende andere goederen ont vreemd te zijn, als flesschen wijn en jenever, oesters, haring, ham. worst scheermessen, kousen, sokken, dassen, rijwielbelastingplaatjes, fruit, dames- kleeding. heeren kleeding. rijwielonder- deelcn, damestaschjes enz. Dat door sommigen persoonlijk voor een uiet onaanzienlijk bedrag is ge stolen. blijkt wel hieruit dat een hun ner alleen reeds voor een waarde van ecnige duizenden guldens zich heeft weten toe te eigenen. De totale waar de van wat ontvreemd is, valt nog niet bü benadering te schatten. Het vraagstuk der ge westelijke uitbreiding Gaat de Regeering het in studie Dc Nieuwe Courant schrijft: Het schijnt, dat de Regeering thans in navolging van het Stedenbouwkun dig Congres en het Instituut voor Volks huisvesting ook het denkbeeld van het gewestelijk uitbreidingsplan in studie gaat nemen. Het Gemeentebestuur van Den Haag ontving toch de uitnoodiging, een des kundige voor een met dit doel samen te stellen commissie te willen aanwij zen. B. en W. zijn daarop ingegaan en hebben Ir. Bakker Schut, directeur van den Gemeentelijken Dienst voor Stads ontwikkeling en Volkshuisvesting aan gewezen. FAILLISSEMENTEN IN 1925. Het Centraal Bureau voor de Sta tistiek schrijft ons: Het aantal gewezen vonnissen van faillietverklaring bedroeg in 1925: 4341 tegen 4363 in 1924. Hiervan hadden 152 (in 1924: 145) betrekking op naamlooze vennootschap pen, 68 (80) op vennootschappen onder firmanaam, 15 (24) op coöperatieve vercenigingen, 5 (6) op commanditaire vennootschappen en 30 (26) op andere ondernemingsvormen. Het aantal gefailleerde bijzondere personen bedroeg 4.071 (in 1924: 4087). Van ben waren o.m.: 32 (in 1924: 23) werkzaam bij het boek- en steendruk- kersbedrijf, 396 (408) bij de bouwbe drijven, 42 (61) bij de houtbewerking, 86 (78) bij de vervaardiging en reini ging van kleeding. 66 (50) bij de leder- bewerking, 115 (116) bij de bewerking van metalen enz., 185 (146) bij de be reiding van vocdings- en genotmidde len, 115 (170) bij den landbouw, ter wijl 2604 (2606) handeldrii^nden door een faillissement werden getroffen. Over het in practijk bren gen van den gouden muntstandaard De meening van Mr. G. Vissering In het weekblad „In- en Uitvoer" een artikel van Mr. G. Vissering president der Ncderlandsche Bank over de goud- afgifte, waarin deze o.m. betoogt, dat de positie der NederLandsche Bank mo menteel een geheel andere is. dan voor den oorlog, toen zij het goud moest aan trekken en trachtte te beschermen te gen onnutte afvloeiing. Thans echter zijn haar obligo's nog meer dan 2J4 maal zoo hoog als in Juli 1914, maar ook haar metaal-schat en vooral do goudvoorraad is meer dan het 2j<-voud V3n den goudvoorraad in 1914; en daarnaast heeft de Bank op het oogen- blik een zeer krachtige buitenland- sche wisselportefeuïlle op landen, welk® ook weder op de goud-basis zijn te* ruggekeerd. Daarom behoeft De Nederlandsche Bank op het oogenhlik geen vrees meer te koesteren, dat zij een tekort zal krij gen aan goud voor écn van de hierbo ven genoemde doeleinden. Integendeel zou het nu in het geheel geen ongerief zijn, indien de bevolking een zeker be drag aan goud zou opleggen, waartoe altijd min of meer geneigdheid bestaat bij spaarzame personen, omdat ep die wijze inderdaad een stille reserve in bet land zou worden gevormd, welke in moeilijke tijden wel degelijk haar nut zal kunnen doen. Met andere woor den: de Nederlandsche Bank is op het oogenblik krachtig genoeg, om zich de luxe te kunnen permitteeren, om naast haar eigen goudschat, desnoods nog een anderen in het geheim te doen aanhouden door de burgers van den; Staat. In gevolge den oorlog en de daarop gevolgde crisis waardoor het muntwe zen van zoovele landen ernstig is aan getast, is de verdeeling van goud over de wereld zeer ongelijk geworden. Het is gewenscht, dat op den duur een bete re verdeeling over verschillende landen daarvoor in de plaats kan komen, mede om daardoor tc komen tot een zoo standvastig mogelijken prijs van het goud tegenover andere goederen over de gchecle wereld. Nederland is dus onder de tegenwoor dige omstandigheden in staat geweest, aldus eindigt mr. Vissering, in volmaak ter vorm dan ooit in de 50 afgeloopenf jaren mogelijk is geweest, den gouden! standaard in practijk te brengen. BEROOVING MET GEWELDPLE- GING. De 60-jarige landbouwer v. d. T. is, naar het U. D. meldt. Donderdagavond te Harskamp door de landbouwers W. G., J. S. en F. J. F. beroofd van 80 d. T. had met een 20-jarige juffrouw de eenzaamheid gezocht in het struik» gwas cn een van het drietal dat hem van een café uit was gevolgd i heeft hem daar bewusteloos geslagen. Later heeft v. d. T. aangifte van hef gebeurde gedaan en het drietal en de 20-jarige juffrouw zijn reeds gearres teerd. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cents per regel MfJNHARDT's StaaJ-Tabfetten 90ct Maag-Tabletten 75« Zenuw-Tabletten 75ct Laxeer-Tabletten 60ct Hoofdpijn-Tabletten 60« Bij Apoth. en Drogisten. der voldeed alleen aan een niet te over- Haarlemmer Halletjes winnen neiging naar verandering. Bo vendien is ze historisch, zc heette Ka- EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE. Met een vaart alsof cr geen tijd tc verliezen i» loopt het weer in een paar dagen alle graden cn soorten door: vorst, sneeuw, mist. windstilte, regen en storm, precies als ccn pianospeler, die zijn vingers in groote snelheid over al dc toetsen laat loopen; het goeie weerkantoor in dc Bildt, dat het in den laatsten tijd toch wel vaak bij 't rechte eind had. raakt cr dc kluts van kwijt cn ■wij mensehen zijn in onzen schik zonder dat tc erkennen (want mopperen willen wc nu eenmaal) omd.it wc nu weer zoo» wat over het weer kunnen praten met mcr.schen waarmee wc anders zoo geen onderwerp van gesprek hebben. Nu ja, hoe kan het ook anders! Er is imm rs zoo weinig verondcring in onze dagchjk- schc omgeving. Wat eenmaal staat, blijft wel staan: dc oude beuk, die eigenlijk aan vellen toe is. maar nog gespaard wordt uit teergevoeligheid en dc lcclijkc telcphoonpaal. die uit naam van de aesthctica al lang omgehakt had behooren tc zijn, wanneer hij maar niet zulke nuttige diensten bewees cn het huis. waar jc iederen dag voorbij komt cn dat in naam van dc schoon heid nimmer opgebouwd had mogen zïin; dat alles is zoo goed als onbewe gelijk cn onveranderlijk, je kijkt cr niet naar. maar je ziet het toch. omdat het regelmatig in jc gerichtsvcld terug keert. Fr over praten is onmogelijk, omdat het altijd hetzelfde is. Ziedaar dc reden, wm-om wij piaten over het weer. ons Hollands-he. onberekenbare, onvoorspelbare weer. Geen ondank baarder ambt. dan hier het weer voor spellen, zoodat ik wel mopper over het weer, maar niet over de weledele zeer geleerde ongelukkigen. die het op bevel van het Rijk voorspellen, tegen een be paalde bezoldiging per maand, met recht op pensioen. Wat een wanbof! als hun wiegje gestaan had in li -hc of in Indic, hadden /ij vcclgemikkcbjkcr op vaste tijden op mooi of nat weer kunnen rekenen. In Nederland is net ondenkbare juist het waarschijnlijkst cn dc critici, die van hun leven zelf nog nooit iets voorspeld hebben, zelfs niet dat zij in schulden moesten raken, wan neer zij doorgaan met hun geldmid delen zoo nonchalant tc beheeren. die critici gaan zich aan hoon en spot te bu:t*n. wanneer vanavond als dc krant binnenkomt gebleken is dat hst a weer mis geweest is. Verandering in onze omgeving ja^hoc krijgen onrustige geesten die! De huis moeder, die in een straat met totaal eendere woningen, met geweld verbui- van No. 11 naar No. 13. waar trien en ik zeg dat, als bewijs, dat ik zulke dingen maar niet uit mijn duim zuig. Evenmin als dc geschiedenis van die andere huisvrouw, die zoodra haar man de deur uit was. naar zijn werk, de meubelen ging versjouwen, het boe kenkastje van oost naar west en de tafel van west naar oost, zoodat hij. als hij 's avonds thuiskwam, dc wereld van een heel anderen kant moest bekij ken. omdat zijn stoel mee verplaatst was en dc platen en familieportretten aan den wand natuurlijk ook de kamer rondgetoerd waren. Ook dit is historisch, van die ver plaatsende huisvrouw bedoel ik, want .indaag ben ik zoo oprecht als een notaris cn denk cr niet aan, grapjes tc maken, zooals anders gebeuren kan. Mannen, die met zulke huisvrouwen ge trouwd zijn. doen verstandig met er maar geen woord van tc zeggen, liefst telkens als de storm weer in hun huis gewoed heeft, te zeggen, dat het toch zoo gezelliger is; zij behoeven dat niet tc meunen cn doen dat ook nooit (man nen zijn de conservatiefste schepseLs ter wereld) maar strafbaar is het niet en dc hebbelijkheid van hun huisvrouw eenmaal ccn veiligheidsklep, die waarschijnlijk voor erger dingen behoedt. Bij voorbeeld voor het gevoel vin onbegrepen en niet gewaardeerd te worden door haar omgeving of voor verhooging, als zij zichzelf iederen avond, totaal onnoodig. den thermo meter aanlegt. Een van mijn kennissen, overigens ccn man. die in andere dingen sterk de neiging tot voortdurendheid heeft (con tinuïteit noemen onze ambtenaren dat cn zij kunnen het weten, daar dc eigenschap cn het woord samen binnen ambtelijke muren ontstaan zijn) een van miin kennissen dan heeft een tijd lang rondgcloopcn met de illusie, om wanneer hij daarvoor ooit geld genoeg zou hebben, een cirkelrond huis tc houwen met kamers op alle windstre ken, om al n.i3r gelang van wind cn weer in een bepaalde kamer te gaan wonen of cr tc overnachten: op het noorden in den warmen zomer of op het zuiden in den kouden winter. Aan dit ideaal werd op een moment, dat ik precies zou kunnen aanwijzen, defini tief een einde gemaakt, namelijk op hei oogenblik toen hij zich verloofd had cn san zijn asnstaande deze illusie criclde, Zij lachte hem niet uit, ver telde hem ook niet, dat het schatten zou kosten om zoo'n huis te bouwen en in te richten, maar toonde de onmo gelijkheid aan door te verklaren: „zul ke Miners ZJ'J je onmogelijk behoor- lijk kunnen meubileeren" en schoof noemde zij daarbij niet eens (ik geloof, waar jc een tand (een valsche natuur-icmand bezwaar hebben tegen een laag dat zij het niet eens kende) maar ieder» een begreep na haar u:t6praak, dat seg» ment»vormige kamers onmogelijk ge meubileerd kunnen worden, omdat noch vierkante, noch ronde meubelen n „staan". ,Uc .taettogn, v.n d. k.rocr» «clijli dunne, I'.-t de-kbedd Mol goed v,n waren cn de ramen precies even groot hun. overigens natuurlijk rooskleurige. *1» die in het oude huis, die huismoe-1 toekomst af. Het woord „segment Wij praten dus over het weêr, omdat het veranderlijk is cn aanleiding tot praten geeft. lederen morgen ontmoet ik zelf bijvoorbeeld vast dc'i zelfden kennis op de tram en wanneet wij tot elkaar gezegd hebben: „goeien morgen goeien morgen", merkt hij op: „raar weer hc?" en dan antwoord ik: „miserabel". Hij zegt het nooit anders, „raar weer", cn ik antwoord nooit an ders „miserabel". Niet andersom. Dit heeft nu precies zoo lang geduurd als ik hem ken en ik ben er pas veertien dagen geleden op gaan letten. Ecu oogenblik is dc gedachte bij mij op gekomen, waarom dat zoo moet voort duren en waarom het niet anders kan, waarom hij bijvoorbeeld niet zegt: „mi serabel weer", cn ik niet antwoord: „raar weer. hè?" maar ik durf dat niet goed aan. Onze wisseling van gedach ten is eenmaal aldus vastgesteld, zc heeft continuïteit verkregen, evengoed ais de oude beuk. dc telcphoonpaal cn het foeileclijke huis. Natuurlijk heeft de gedachtcnwissc- ling overigens weinig werkelijke be- teekenis. Zc is meer een reflexbewe ging van onze hersens, waar wij ove rigens niet bij denken, evenmin als het ons tc binnen schiet, dat wc onze knieën moeten buigen wanneer wij op de tree van de tram stappen. Dat gaat zoo van zelf. het hoort cr bij. Niemand zegt toch. wanneer hij aan tafel gaat zitten: „nu moet ik mijn mond open doen om te gaan eten, „want dat be hoort bij de reeks van bewegingen, die van zelf volgen, zoodra het oogenblik van eten is aangebroken. Als hij mij ziet. zegt hij al van zelf: „raar weer. hè?" cn ik antwoord even natuurlijk: „miserabel". Met een deftige uitdruk king noemen de geleerden dat „asso ciatie van ideeën". Met ons beiden staat iederen morgen op het achterbalcon een derde, iemand van een jaar of veertig en zoodra ik hem zie. krijg ik dadelijk den indruk: „daar is die nare kerel ook weer". De man heeft mij nooit wat kwaad gedaan, ik weet nauwelijks boe hij heet. maar aan zijn tegenwoordigheid verbind ik altijd 'net begrip „nare kerel". Met is verkeerd van me en ik voel het ook als eon fout, maar het is nu eenmaal zoo. Waarschijnlijk heb ik, toen ik hem voor den eersten keer zag, verkeerd onder den indrnk van verschillende onplezierige gewaarwordingen. Stel jc voor: op een morgen had dc thee ge kookt, er zat een steentje in 't brood. lijk) op gebroken hebt, je linkerschoen doet je pijn aan ccn likdoorn, die wel in den afgcloopcn nacht plotseling voor den dag gekomen schijnt tc zijn; welnu, onder den indruk van al deze tegen spoeden zie jo op eens een nieuw ge zicht op jc tram 6taan cn hij lijkt je ui naren kerel. De geleerden, die ik hierboven be doelde, noemen dat den invloed van het ondcr-bcwustzijn. Dit begrip kan ik ten gebruike aan iedereen aanbeve len. Het is precies een aardappelzak, jc kunt er van alics in bergen en dus ook van alles uithalen. Hoe komt het bijvoorbeeld, dat ik een vcrbaz.enden hekel heb aan sneeuw terwijl mijn tramvriend, die van „raar weer, hè?" ccn groot bezwaar heeft tegen oosten- ind. Toen wij op zekeren morgen samen naar Amsterdam spoorden, heeft hij mij verteld, dat hij oostenwind zoo bui tengewoon onplezierig vond. „Rhcum3tische teen misschien?" vroeg ik. Neen. dat was het niet Een onbe redeneerde tegenzin, anders kon hij het niet noemen. „Als ik 's morgens uit mijn huis kom. kijk ik altijd naar den overkant; de bu ren hebben een windwijzer en als die naar het oosten wijst, dan krijg ik zon der mankceren, die onplezierige ge waarwording. .„Misschien een eigenaardigheid van je gestel, dat onplezierig getroffen wordt door een bepaalde luchtstroo- ming." opperde ik geleerd ik was cr zelf werkelijk nog al tevreden over. Dat kan het zeker niet wezen, meen de hij tot mijn teleurstelling. En :k moet zeggen: het bewijs dat hij cr bij gaf. was afdoend. „Onlangs merkte ik op, dat de wind al veertien dagen schter elkaar oostelijk was geweest cn dat kan toch in ons land nooit waar wezen; ik ben toen bij de overburen eens een praatje gaan maken en heb toen ge hoord. dat de olie van den windwijzer verstijfd was. zoodat hij alleen maar naar het oosten wijzen kon. Doe mij het plezier, heb ik toen gezeid. cn doe cr wat nieuwe olie in, want ik heb cr iederen dag den last maar van. Dat heb ben ze gedaan (het zijn heel vriendelij ke racnschcn) en sedert dien tijd hou- ik den windwijzer goed in het oog. Als hij n3ar 't oos'.en wijst dan kijk ik naar den volgenden windwijzer, of die mis schien naar het westen staat; dan hoef ik mij niet akelig te maken over oosten wind." Zoo zal het met de sneeuw wel niet anders zijn. \V33rom. als je niets hebt tegen een onberispelijk wit tafellaken noch tegen een vel wit papier, kan witte sneeuw? Het is, dunkt mij, vol strekt niet noodig. dat ik zelf indertijd eens een verzameling onaangename in drukken hob gekregen, die te maken hadden met sneeuw en daarvan dus een snceuwhokcl heb overgehouden. Mis schien verliest deze afkeer van sneeuw zich wel in den nacht der tijden. Neem aan, dat een van mijn voorva deren een ridder is geweest (waarom lacht de lezer daarom? iedere Neder lander is immers van deftige afkomst!) ik zeg dus: een ridder is geweest, Flo- restan de Fidelio van Bunnebroek bij voorbeeld, waarvan helaas in verloop van tijd mijn simpele naam Fidelio over gebleven is. Laat ik trachten u het toonceltje te schilderen. Het is op een ochtend in de maand Maart. Mijn voorvader is te zeven uur opgestaan, heeft zijn baard en knevels opgestreken (dat een man er liefst als een meisje moest uitzien was toen het ideaal nog niet) en een glas melk gedronken, natuurlijk van de eigen koe, die loopt te grazen op het voorplein van het voorvaderlijk slot te Bennebroek. Evenwel mijn voorvader houdt niet veel van melk. Beter smaakt hem wat wij een hartigen dronk plegen tc noemen. „Knaap!" roept hij, „lang mij den be ker", In de taai van de middeleeuwen beteekent dit een glas bier, juister ge zegd „edel gerstenat". De schildknaap. Wouter geheeten (alle schildknapen heeten in middeleeuwsche verhalen Wouter) draaft toe met een groot glas gerste op een zilveren blad (onze fami lie deed het niet minder!) daarop neemt hij afscheid van zijn gemalin Amale- zwin the van der Poel. bestijgt zün vu rig strijdros cn rijdt ten slotpoort uit, gevolgd door Wouter op een minder vurig paard. Achter hen wordt de slotbrug opgehaald, want er zwierf m den tijd van mijn voorvader. Ridder Florestan, veel kwaad volk rond. Nu meet men uit het afscheid, dat hij van mijn voormoeder nam, niet -f- Iciden, dat mijn voorvader op een groo- ten tocht uitging. Hij was alleen van plan een rit te maken in den omtrek, om zijn landerijen te bekijken. Het was een mooie morgen, wel blies de oosten wind nog wat guur over de vlakte (ik ze: immers dat het Maart was) maar helder scheen de zon, het edele gerste nat had ridder Fiorestan kostelijk ge smaakt en zoo reed hij met een gevcc! van tevredenheid over den weg, zizh niet bekommerend over de gaten en kuilen, want het was in een tijd, toen er niet alleen nog seen asphalt bestond, msar zeifs geen klinkers er wat nog er ger is, niet eens keien. Maar zijn trouwe rennet, evenzeer als hij zelf aan het landschap gewend, ontweek aHe kuilen, nu eens door terzijde te stappen, dan weer door cr met een sprongetje over heen te dartelen, zoodat de ijzeren borstplaten van het edele dier rammel-, den, evenals het kuras van Ridder Fio restan zelf. Plotseling betrekt de lucht. De rid der roept zijn schildknaap „Heeft mijn' wichelaar?" zoo roept hij, „dezen mor gen niet verzekerd, dat het mooi weer blijven zou?" „Inderdaad, edele heer", antwoordt Wouter bevend, want de stem van mijn voorvader rolt donderend over de vel den. „Op water en brood zal ik hem doen zetten", zegt Ridder Fiorestan, waaruit blijkt, dat de wecrvoorspellers in dc Bildt er dankbaar voor mogen zijn, dat zij in den tegenwoordigen tijd leven. De lucht is nu zwart cn grimmig ge worden als het humeur van mijn voor vader. Maar het zal nog erger worden. Wie nadert daar te paard, roekeloos rij dend door Ridder Florestan's bollen velden? Wie anders dan zijn doods vijand en naaste buurman. Ridder Sigis- mond van Hillegom cn Sasscnheim? Hij grijnst :n de verte, de lafaard wan neer hij mijn voorvader ziet aankomen en laat zijn strijdros galoppeeren. dat het groote gaten «laat in Ridder Flores tan's landerijen. „Ha aterling!" roept mijn voorvader, „ditmaal zult gij mij niet ontkomen!'" En zijn deugdelijk Zv. iard trekkende geeft hij zjjn getrouw strijdros de sporen. Heisas, het staat niet op scherp. Wel slaat het de machtige beenen uit tot een heftigen galop, maar op een maal.... daar glijdt het en valt op de sneeuwlaag, terwijl Ridder Sigismond zich hoog in dc stijgbeugels oprichtend, met een tartenden spotkreet wegvlucht naar zijn veilige burcht. Zijn wichelaar had de oorteeken' van de atmosfeer beter begrepen en het paard van zijn meester met scherp laten beslaan' Ik zwijg van de droevige thuiskomst van Ridder F'orcstan. smadelijk geval len en gekneusd. Ook over dc straf van den wichelaar, die twee dagen op water cn brood werd gezet, in weer wil van de smeekbede van vrouwe Amalezwinthe. die der r:.,;.iard nog trachtte te verdedigen. Maar wat ik wel wil zeggen is dit: zoo ontstond reeds, eeuwen geleden, de sfkeer van mijn famüie voor sneeuw, die tot den huid;gen d=3 Hij haar be scheiden nakomeling heeft voortge duurd. FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1926 | | pagina 5