HAARLEM'S DAGBLAD
WILDZANG
HET TOONEEL
ZATERDAG 30 JAN.
1926
WE DE BLAD
ONZE TOONEEL-DILETTANTEN
LEO BOEREE
Alice van Renkum loonde Boerec toen,
dat hij eigenschappen bezit, die hem
J maar kent van de booten, die nu en dan
i lJmUlden doorvaren. Zooals 'hij gehurkt
I neerzat, zijn handen en vingers bewoog,
'zijn sarong schikte en-schijnbaar onbe»
wogen voor zich uitstaarde en toch de
handeling meeleefde, gaf hij met merk»
waardige fijne intuïtie een Inlander,
zooals ik zelden beter van een Hollan»
der op het -toonecl heb gezien. Het was
niet .te verwonderen, dat Jan F&bricius,
die een repetitie van di't stuk van Varia
bywoonde, er zijn tevredenheid over
uitsprak.
Leo Boerec is een jonge speler, dien
zeker alle dilettanten»ver<;cn'igingen
Varia mogen benijden. Hij zou hij de
beste Haarlemsche club onmiddellijk
een vooraanstaande plaats innemen.
Ik zou behalve misschien Serodini
geen Haarlemmer bijvoorbeeld
1 - geen Haarlemmer bijvoorbeeld wc»
™.p „ÜT-r? u d!ls:* Vn tc noemen, die den ,™een l'alck
M'en.nn ,e,H„ durft nch een l.el.U(. s t in bct Wic,l !ulv„
d^sceno K I.ten sjrur, mint het harkje jongïnsadhlls cn „„„n.lijk r™
Stijve, het onbcholpene, dat bij
vele jonge liefhebbers in zulke tooncc- rtAyjnn^ h
len hindert en spreekt steeds
souplesse die aangenaam aandoet. Wat
spelen, als Bocree heeft
gedaan. Hij bracht de echte jeugd mee
op het toonecl. En zijn spel is in zoo'n
rol ook heel gevoelig, zonder dat hij
„Een jeune premier! Een jeune prc=
mier! Een Koninkrijk voor een jeune
premier!"
Hoeveel Holiandschc tooncchlircc»
teuren hebben Shakespeare's ..A hor&e.
a horse, a Kingdom for a horse!" niet
vrijelijk aldus vertaald? Wij weten het
allen, dat ons Toonecl aan werkelijke
jeunes premiers heel arm is. Heeft men
den ouden Chrispijn niet jaren lang de
ecnige Hollandscho jeune premier ge»
noemd?
Op het dilettanten»toonccl komt de
'jeune premier zoo goed als in het ge»
heel niet voor. Meti heeft mij verteld,
dat de vereeniging Ado te Den Haa.;
xoo'n zeldzame v itte raaf in den per-
soon van den heer Sorbi bezit en wat
ik indertijd van deze dilettant bij den
wedstrijd van Crcmcr als Erank in
„Mevrouw Warren's Bedrijf" heb ge»
zien, doet waarlijk liet \crmoedcn wet»
tigen. dat de heer Sorbi eigenschappen
voor dit zeer moeilijk emplooi bezit.
In mijn artikel over den heer Serodini
heb ik al geschreven, dat deze ver»
dtcnstclijke speler de ecnige Haarlem»
schc dilettant is. die naar mijn mccmng
en voor zoover ik zijn talent ken
op het oogenblik eigenlijk in aanmer»
king komt om de jeune prcmicr*rollcn
■te spelen.
In IJmuiden is Varia zoo gelukkig
een speler rijk te zijn, die hoewel
volstrekt nog niet aan alle hoogc eigen»
schappen van den jeune premier vol»
doende toch met een voor een dilet*
tant opmerkelijk succes dc jonge rollen
ven-uit. Ik bedoel den h-cr Leo
Boerec, die ook bij het Haarlcmsch
publiek, dat dc voorstellingen van
Jacob van Lcnncp pleegt te bezoeken,
bekend is uit de opvoeringen van
Sonna en De Weg naar de II el
iwclko Varia indertijd in onzen Stads»
schouwburg heeft gegeven. Evenals de
heer Louis Holt slag behoort
daarom ook de heer Bocree in de
rubriek van onze Toonecldilettantco
'thuis.
Leo Boerec heeft in zijn spel het
soepele, het vlugge cn ongcdwongonc.
dat men van een jeune premier aller»
eerst mag Eerwachten. En hij 'heeft
er ook het temperament voor. Hij weet
la jonge rollen dikwijls een natuurlijke
kracht te ontwikkelen, die verrast.
Nooit heeft hij zijn aanleg voor jeune
premier sterker getoond dan in dc
groote scène in het tweede bedrijf van
Geuren, als do jonge de Nancy, een
col, dio anders niet volkomen die van
den jeune premier Is Hij speelde toen
dc scène met de overste de Nancy
zoo krachtig cn temperamentvol, dat hij
dc zaal tot een spontaan applaus bracht.
'Hij gaf toen spel, waar dc vonken af
vlogen. Door het onstuimige tempo, dat1
hij durfde nemen, voerde hij dc scène
op, gaf ct stuwkracht aan. sleepte hij
zijn tegenspeler mee en bracht hij een
sfeer op het toonecl. zooals wij die
bij dilettantenvoorstellingen slechts zei»
den maar kennen. Opmerkelijk was het.
dat bij de voorstelling van Geuren
door Cremer in dat toonecl de over»
ste <!e hoofdpersoon was cn bij „Varia"
te IJmuiden alle aandacht ging naar den
zoon. Boerec was dramatisch de sterk»
ste cn benccrschte daardoor het
toonecl. Ook in dc liefdesscène met
h.j voor de jeune pr.mKe.ro e, nm.. ,bosHlj
ir.i iii ti l Jl' ?k0!™ reer moeilijk let. voor eei dlettent -
Hij bluft - ook In u.[spreek-« 4 op,ech^ kelverlieMe ven deren jon.
M l™ r dt m""f d;k"""e" sen roo «e epeien. der rij niet elleen n.ct
m Heerlen, gemeen - el.rjd mm of 8ht,.chdijk ptrdi
uf".-;. d "j8",'." roerde. In eon rol .1. Henri de Flevig.
*""d ™"r ^e Umn,deneer- op in BatdUc D>m„ hij
tot tooueel dew I hnmme dn monde. d, d de„ rol ri!iAt toc],
Ilocree brengt eltijd .et, ven de Je. J, b'revo»r en eoor.l een
eele kleur mee op Je pl.nknn, wet - F^,schc die men ven geen Hol.
weer hg tn een dub ven pUeugenootcn d h j5(hebb„
speelt
zijn vereeniging i
t hin*
i ook niet 1
den heer Boctcc kan verwachten. Maar
dort. heeft d,t gemeen met de bij Jo
meerte Heeeiemsd». Am.terd.m.ehe ,,0„lnd„b bo^miH,u spc,„.
en RMterdemeehe ddettenteo. d,e «ok>JOMh God„, m FlW, jegee
reUen hun st.d verloochenen. .!,«,h,lter in Vuethelmeniekkeu en
nTuifS!? v" n«i« Verduluen in Boere. d.n w» hij
m Oud.Heidclbcrs, nnen. h.rl Heme t„ fcjj eKcd,
geen prins ven llurlmudun bloede dJ„ .ruivtrheid ven
"Sr heer Bneree heef. bij V.ri. die'{"TT1;J'° "pCl «Mukto
selegmh.rd riin ,peelk»-,lite.!tn re j 'y.H. roo een krecht .1. Boer.e on.
ontwikkelen en h.j heel: bervna een k lmmen miss„ nit. om
denkbeer ,n rrer gelukkig gebrmk ge. verdienetelijk we,k. d.t hij
m.ukt. Boeree voor ene een krank: steeds weer bij de e.nkleeding ven het
ven onseh.tb.re we.rde, omdw. b„ -Is b|j „de„ VOOTStcning p„,
jonge rol m een diletr.nten.milieu roo. w Bo(r(c dji„m bt,
wel tn he bopipcl e), in het dr.m. uit. kw 100I,td,le ,,e IJmuiden heeft
munt Hij weet een een jonge rol >n fc „dton. moot wel de bewonde.
een blijspel leven en kleur M geven en ,ldwlng„ „i i.der. die weet ovet
door rijn vlo. tempo de enderen mede sv.inig'hulpmiddelen .en vereen!,
!c nemen. Ik denk hier hyvoorbeeld
vereeni»
ging in Thalia beschikt.
Waarlijk, Bocree is een kracht die
Varia wel in ecre mag houden.
Het meisje aarzelde; haar oogen ston»
den geen oogenblik stil; zij moest wel
buitengewoon opgewonden zijn. maar
dit stelde den man juist gerust. Mis»
dadigers zijn wel eens zenuwachtig,
maar altijd héél anders dan deze jon»
gedame.
Plotsoling boog het meisje tot hem
over en sprak: „Kan ik u vertrouwen?
Luister dan. ik zal u alles vertellen
Ik ben een Russische vluchteling en
mijn vader. Prins Serganov, werd door
dc Bolsjewiki gevangen genomen. Mis»
schlen is hij reeds naar Siberië ver»
voerd of vermoord11c ben ont»
vlucht met de hulp van een vriendelij»
ken officier cn mijn vader gaf mij den
Scrgcnov»di3mant mee, een erfstuk der
familie, dat ik zuinig bewaard heb. of»
schoon het ons nooit andeTS dan te»
genspoed heeft gebracht. De steen werd
vele jaren geleden door een Slavische
danseres gestolen van den Sjah van Per»
jn ten geschenke gegeven aan een
mijn voorvaderen. Nu word ik
door een oom van mij, die ook uit Rus»
land gevlucht is, dag en nacht achter»
volgd. liij wil zich van den steen mees»
ter maken en daarom wensch ik hem te
verkoopen. Ik ga naar Parijs om daar
als operazangeres mijn brood te verdie»
nen. manr het zou verschrikkelijk zijn
als mijn oom mij ook daar zou volgen.
Als u den steen koopt, kan ik mijn oom
vertellen, dat hij gestolen is en mis»
schjen keert daarna het geluk in ons
geslacht terug. Geef mij wat ij missen
kunt.... tien duizend gulden of zoo is
genoegdaar ben ik mee tcvre»
den
„Tevreden! Ik zou denken dat u
daarmee tevreden kunt zijn! Ik zal u
vijfduizend gulden
Het meisje verhief zich met gek ronk.
ten trots.
„Zulk een prijs is belachelijk. De
steen is het vierdubbele waard".
„In orde, ik zal u dien geven".
Dc pandjeshoudcr greep in zijn geld»
lade en telde het bedrag voor haar
uit. Met bevende vingers nam hij den
steen van het meisje aan. dat snel de
bankbiljetten in haar t3sch stopte. Daar»
ging zij inet een hoofdknikje heen
dc koopcr bleef achter in zijn win»
kei. kijkend naar den wonder»stccn. die
tot hem scheen tc spreken, zeggende:
.wat jij doet is niet goed!"
Hij hoorde zijn vrouw roepen vooi;
de koffic«tafel cn slofte langzaam weg,
na den steen te hebben weggeborgen op
een veilige plaats.
J. B. SCHUIL
al
zijn „schoonzoon" in „De Wej.
naar dc Hel". Hij speelde die rol met
een voor een dilettant hewondcrcnswaar
dig entrain, hij gaf cr al 't komische re»
lief aan en wist zonder een oogen»
blik van inzinking heel den avond
zijn spel op peil tc houden. Het was
aldoor gevarieerd, los, pittig spel en in
het toonecl met Lola durfde hij toen
het noodig was ook werkelijk „de
liefhebber" nu niet in den zin
„dilettant" te zijn. Men zou het
perfect hebben kunnen noemen. als
Berlijn aan dc boorden van het Noord»
zee Kanaal instcde van aan dc Spree
had gelegen.
Ik heb Leo Boerec verscheidene ma»
len bij Varia zien spelen en 6tccds was j
(hij een der besten. Boeree mankt zeer- -- - -
veel werk van zijn Killen, hij loopt er miari. stapte een meisje den winkel van
nooit vluchtig over heen. Hij is een pandhouder bir.ncn in het Oosten
ernst-g dilettant, die het komedie» ,v« Londe"- za8 ,ul hct„
t„i„ I ,i. j tl, niet naar uit. dat zij dikwijls een dergc»
spc.c.i me. maar enkel als een Ufheb» ,.jk bezocht, doch niettemin
WW.'j"», 1»! vcwMrte ha,r bir.ncnkomrn in
fmuve D.t U.tijr hreft b,, vooral ^„„„dinj „f vcrr.o
getoond m zijn boefje in Hein Roekoe. <op b)j den lombard=baas. Hij stond
Dat rolletje was -in alle opzichten u:t» 'gewoon, in afwaching, cn achter zijn
stekend van hom. Hij had zich heele» goud»gcrandcn bril glinsterden twee
maal in dat schooiers-jongetje Ingeleefd jklcinc, gitzwarte cogen.
en bleek het talent tc bezitten om he-t J ..Wat kan ik voor u doen, juffrouw?"
ook uit tc beelden. Zoowel in zijn j Het meisje kwam zwijgend naderbij
jongensachtige gebaren als in zijn dictie en zocht iets uit naar tasch. welke de
gaf'hij toen werkelijk iets heel goeds! j pandhouder zoo op» liet eerste gezicht
En niet minder opvallend was zijn c£n kostbaar stuk schatte, vooral
Ar» l'niviro. dr Inland... in Sorma door hrt monosrjm rn soud. d.t op d.n
D.. opmerkelijker. omd.. Jfe»
Boeree nooit :n Indic is geweest en hij 2::jj.»
Het noodlot der
Sergenova
door
DOROTHY DIXON.
(Nadruk verboden).
Op een wintermorgen, laat
Ja»
'c 7 - ~7~ meisje een pakje zijde»papier, dot zij
d. J.v.n.o n So.nd.ne.ren dn, enk.i Unnj.jrhbg openvouwde om den inhoud
aan den man tc lnten zien.
Hij gaf een kreet van schrik, toen zijn
oogen bicven rusten op het schitteren»
dc voorwerp, den grootcn diamant,
welks schoonheid en glans den man
dermate betooverden, dat hij zijn oogen
niet durfde gelooven.
..Wat moet ik daarmee doen?" vroeg
hij zacht, zonder den edelsteen tc pak»
ken. „Ik kan u daar geen geld op lec»
nen...."
Het meisje trok haar hand voorzich»
tig terug.
„11 behoeft mfj geen geld te Icen'cn;
ik wil u den steen verkoopen".
Zij sprak zeer beschaafd, maar kon
haar buitcnlandsche afkomst blijkbaar
niet verbergen. Hoe sneller zij sprak,
hoe scherper haar vreemd accent werd-
Het scheen dat zij zenuwachtig was
toen zij in koortsige haast vertelde:
„Ik wil dien steen beslist kwijt; hij
is dc vloek van mijn familie geweest,
sedert jaren. Hij heeft ons altijd onge»
luk aangebracht.
Dc man keek op met een onderzoo»
kenden blik,
„Waarom brengt u den steen juist
hij mij? Elke groote juwelier in het
J Westen zal er graag een f linken prijs
Ivoor betalen! Ik kan u wel zeggen, dat
ik daartoe het kapitaal niet bezit".
Leo Boeree als het boefje i
„Hein Roekoe"
gelijke dingen letten! Wij Weten precies,
dat dieven bij u de waar vcrKOopen'
en dat u en uw vakgenooten die weer
verhandelen aan do groote magazijnen
cn vandaar naar het buitenland. Welnu,
luister! De diamant kan het land niet
rlatcn zonder dat wij het onmiddel»
lijk weten en het is slechts een kwestie
van tijd. Wij weten, dat de steen nog
niet in een der groote magazijnen aan»
wezig is, doch de man, die hem thans
bezit, moet zeer voorzichtig zijn, aan»
gezien wij hem binnen enkele dagen te
pakken zullen hebben. Ik ben nu bezig
alle pandhuis»houders te bezoeken cn
zoodoende kom ik ook bij u. Mocht u
iets van den steen afweten, luister dan
naar mijn raad; overhandig den diamant
aan den rechtmatigcn eigenaar. Prins
Serganov of anders zal het u er naar
vergaan Dc Prins wenscht zoo weinig
mogelijk ruchtbaarheid aan dc z.i.ik tc
geven, cn verlangt ook dat niemand
hade zal lijden. Daarom Tïeeft hij rnij
an bianco cheque gegeven, waarmede
ik aan den bezitter van den steen het
Den volgenden middag kwam
man in den winkel van den pandjes»
houder cn werd daar ontvangen door
de echtgenoote van den cigenaur. Hij
vroeg den patroon te spreken en was te
lcurgestcld te hooren, dat dezo niet
thuis was.
„Misschien, dat ik u helpen kan?"
vroeg dc vrouw dienstwillig.
„Neen. Ik had zaken willen doen
met uw man. maar daarvoor moet ik
hem zelf spreken Wanneer zou hij
thuis zijn denkt u?"
,.Oh, u wilt zaken doen?" Het ge»
zicht van de vrouw veranderde cn op
hetzelfde oogenblik verscheen in de
open deur van de winkclkamer dc scha»
duw van haar man.
„Meneer is er toch blijkbaar wel",,
merkte de vreemdeling op met een
glimlach, „laat hem maar te voorschijn
komen; ik ken dc kunstjes van
i:ct thuis zijn!"
Nu verscheen de lombarddioudcr in
eigen persoon en met een wenk van
zijn hand. gebood hij de vrouw zich in
de kamer terug tc trekken. De vreem»
deling kwam vertrouwelijk bij hem
staan.
„Kunnen wij samen iets doen, denkt
u?"
„Dat ligt eraan, meneer. Wat
het?"
„Ik ben detective", «ntwoorde
vreemdeling nu zacht. „Ik ben in dienst
van Zijne Hoogheid Prins Boris Ser»
ganow, een Russischcn edelman. Zijne
Hoogheid is aan dc grootste opwindïn;
ten prooi door het verlies van cei
kostbaren diamant, welke jaren in de
familie is geweest cn nu plotseling ge»
stolen blijkt te zijn".
De pandjeshoudcr toonde geen cn»
kei tcckcn van verbazing bij het hooren
van den naam Serganov. Hij vroeg al»
leen: „wel, wat heb ik daarmee tc ma»
ken?"
„Luister", gebood dc detective. ..Dc
diamant was in het bc2it van Prinses
Najara. maar dit dwaze meisje heeft
toegelaten, dat dc steen uit haar juwee»
lemkistje gestolen werd. Natuurlijk had
dc Scrganov»diamant in handen van
haar oom moeten zijn, die dc oudste
•an het thans levende geslacht is. De
steen heeft een waarde van vijfhonderd»
duizend gulden
Hier wachtte dc detective even om
te zien, welken indruk het noemen van
dc waarde maken zou op den lombard»
houder. Maar deze bleef uiterlijk kalm,
ofschoon hij zijn linkerhand ophief om
tegen den muur te steunen. Toen vroeg
hij den vreemde: „Maar waarom komt
u hier?" Denkt u soms dat ik dien
steen gestolen heb?"
„Omdat", antwoordde de detective
kordaat, „het ons bekend geworden is,
dar u gisteren een onderhoud hebt gc»
had met een der grootste juweliers uit
het Westen. U begrijpt, dat wij op der»
daar niet op ingaan, dan zullen wij dc
zaak ia handen der politie moeten ge»
cn".
Dc pandhouder keek den detective
met achterdochtige oogen aan.
„Weet u wie den diamant op het
oogenblik heeit?"
„Ia, u zelfl"
•"iu zag de ander in, dat voorzich»
tighcld hier geraden was. Liever den
kostprijs redden cn niets verdienen dan
alles verliezen en gevangenisstraf op
den koop toe.
.Ik zou u den steen kunnen geven
tegen vergoeding van wat ik ervoor
betaald heb
„Goed", stemde de detective
„Schiet maar op. geef inij den steen cn
ik zal u een cheque uitschrijven".
Langzaam keerde dc lombard»houdcr
zich om en opende zijn brandkast. Van
dat oogenblik maakte de detective ge*
bruik om de winkeldeur af te sluiten
en een revolver te voorschijn tc halen-
Toen de pandjesbaas weer opkeek, zag
hij den loop van het wapen op zich ge»
richt.
Dc detective trad op hem toe, nam
hein het pakje met den steen uit dc
hand cn wandelde achteruit naar dc
-. Hij opende deze, steeds den re»
volvcr op den koopman gericht hou*
dend, cn verdween daarop in een oog»
enk naar buiten. Dc lombard»houdcr
wilde hem nasnellen doch toen hij zijn
hoofd buiten do deur stak ontving hij
zulk ccn ontzettenden slag, dat hij bc»
wusteloos neerzonk.
Jansen beweert dat hij nooit een'
jequitteerde rekening vernietigt.
Neen. Hy hangt z« waarschijnlijk
op in een lijstje als merkwaardigheid.
Zoontje bij s Rijks Munt; Vader,
wat is dat voor een gebouw?
Bankbil jetten =vervalscher: Kyk
voor jc jongen, dat is dc concurrentie.
Een van de grootste pechvogels van
den laatsten tijd is dc zakkenroller, diè
een advocaat „gerold" had en dozen
daarna, toen hij moest voorkomen
pro»Dco als verdediger kreeg tocgewe*
zen.
Den Zondag na do geheimzinnige ge»
bcurtcnis in den winkel, zat dc pand»
iesbaas in zijn huiskamer aan de kof»
fietafel. Zijn vrouw las hem het bc«
langrykstc nieuws uit de bladen voor.
„TimDe Serganov diamant, welke
geschat woidt op een waarde van vier»
honderd a vijfhonderd duizend gulden,-
gestolen uit het huis van Prinses Ser»
ganov, een oude dame, die reeds lang
in Engeland woont. De steen was ge»
borgen in de kluis van een bank en
werd daar opgevraagd door iemand, die
zcide namens de prinses te komen. Dc»
man vertelde, dat de prinses het
voornemen had haar arme landgenoo»
ten tc steunen door den edelsteen te
crkoopen en dc baten aan te wenden
tot leniging van den nood in h.ia- vader»
land. hij toonde stukken, welke hem
machtigden namens de prinses op te
treden. Thans echter is uitgekomen, dat
deze man ccn der grootste misdadigers
van Europa was cn dat hij een com»
plot had met ccn tot nog toe onbeken»
de jonge vrouw, die. zich hij dc prinses
als dienstbode had verhuurd cn ver»
dween gelijk met den kostbaren steen.
Het misdadige paar is op vernuftige
wijze ontsnapt en vermoedelijk reeds
met den Serganov diamant aan de an«
derc zijde van het Kanaal aangekomen,
-.vaar zij er naar alle waarschijnlijkheid
spoedig in zullen slagen, den steen te
verkoopen aan een der opkoopers in de
geheimzinnige onderwereld, welke in
vrijwel alle groote steden van Europa
bestaat".
Dc vrouw van den pandjesbaas legde
haar krant neer cn zuchtte.
„Wel, wel. hoe is het mogelijk; ec;i
steen van vyfhondcrd»duizcnd gulden
Wat zijn die lui tegenwoordig toch ge»
slepenIk neb anders met die arme
prinses te doen. want het is niet iets.
dat jc eiken dag zou moeten overko»
men; dan zcu jc gauw- over den kop
gaan
Zij nam haar krant opnieuw ter hand.
om elders in dc kolommen te -zien of
er nog verder nieuws van den diamant.
dicfst.nl was. en blijkbaar merkte zij
niet op hoe bleek haar man geworden
ONZF LACHHOEK
LETTEREN EN KUNST
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a. 60 Cents per regel
INHOUD VAN TIJDSCHRIFTEN.
In „Het Bouwbedrijf" van Ir. H. van
der Kan, hoofdinspecteur voor de volks»
gezondheid, beschouwingen over de
woningbehoefte, de werkloosheid in de
bouwbedrijven en den kostenden prijs
van woningen ren aanzien van dc ove»
rige kosten van levensonderhoud. Ir. M.
E. H. Tjaden schrijft over de bouw»
bedrijvigheid te Amsterdam een artikel
dat van verscheidene afbeeldingen is
voorzion.
In „Administratieve Arbeid" een
cn ander over wezen cn be teekenis van
óc mechanisatie. Verder bijzonderheden
over de eigenschappen der niet schrij»
•ende rekenmachines. Een ander artikel
handelt over de eischen aan een leider
der administratie te stellen, opdat de
administratie op dc meest efficiënte
wijze zal functionecren.
Van „Eloralia" kwam een speciaal
Zaadnummer uit Een der bijdragen
daarin handelt over dc dingen waarop
de particulier bij het aanschaffen van
zaden heeft te letten. Verschillende af»
beeldingen versieren dit nummer.
„Avicultura" geeft kieken van de
internationale pluimvee en konijnen ten»
toonstelling die te Den Haag is gehou*
don. De heer H. L. A. van der Horst
verhaalt verder van zijn studiereis naaf
de Crystal Palace Show te Londen.
In het „Muziek paedagogisch Maand»
blad" van J. H. Garir.s Jr. een vervolg»
artikel over de grondslagen van het
volkslied cn het ry:nusch»memscb pro»
bleem bij gedicht en mciodre.
Li „De Vrijdagavond" vervolgt dr
D. M. Sluys de artikelenreeks: Bydr3ge
tot dc geschiedenis van de Pooisch
Jood6che gemeente te Amsterdam, van
J. Elzas, verder Palestina impressies.
Verschenen is een nieuw pcro»
dick: „Gezin en School", maanblad voor
Leeraren cn ouders. In een woord ter
inleiding deelt de redactie mede dat m
dit maandblad de oudeTS als vertegen»
woordigers van het gezin, de leeraren
als vertegenwoordigers van dc school
hun opvattingen zullen uiten om el*
kander tc leeren begrijpen en te waar*
deeren.
In dit eerste nummer, artikelen van
Bolkestein over belangstelling voor
de school. Dr. J. van den Bergh van
EysingaEüas over het huiswerk onzer
kindc:dn; A. H. Gerhard over samen»
werking en mej. E. C. Knappert over
beroepskeuze voor meisjes.
Dc organen „Het Roer" en „De
R.K. Vakbeweging" zijn vereenigd in
een nieuw tijdschrift: „Leering cn Lei»
ding", tijdschrift van het Roomsch
Katholiek Wekliedcnverbond in Ne»
derland. In het eerste nummer onder
meer, artikelen over dc oude welvaarts*
bronnen van Nederland cn de eereplaats
van den arbeid. Verder een rubriek
Arbeidersbeweging en een SociaaLeco»
nomischc rubriek.
HET NEDERLANDSCHE „MAGAZINE"
ASTRA
Aten schrijft ons:
Tot hoofdredacteur van het maandschrift
..Astra", het ecnige X--derlandsche „mar
gaiine'' dat thans zijn vierden jaargang
adert is benoemd de heer- A. J. G.
tlrencho!:, te Amsterdam.
Het redactioaeeie cn lil Uï'.ratïere ^edee!-
e van hc-: tijdschrift z-.l belangrijk wor-
'iea u:::o':i:e.d, waar:o»> de medewerking
van een groot aantal echriivers en re
kenaars is verkregen, zoowel u::. Neder
land a'16 daarbuiten. Wij noemen daarvan
o.a, Barlzirossa, Herin. Bou'bcr, In a ii ou
dier—Bakker, Joh W. Broedelet, Louis Da
vids. A. Dcfrcsne Car. v. Dommelen. .Tan
•- Ees. Dr. Jan v. Epen, .Tan Fal-rorius,
E'.len Fores:. Anna Gogïi—Kau!K-.eh,
Henry :«r Ha:!, Fr. Hopman, Gsiard v.
Huizee, Ivans, Fe! ris Jeha, Joidaait,
ITar.s Martin, Is. v. Men*. Herin. Midden
dorp., Henn. Moerkerk, Usrm. do Man.
C-.ssy v. Marxveld, Fr. v. RaaUe. Joannes
Reddingius, A. Reyding, Jeanne Reyneke
v. tnuwe, Mr. C. P. v. Kossem, Marie
Schmitz, 'F. de Sinclair, Aha Smedir.g, J.
H. Speenhoff, .To Spier, Raiph Springer,
Joh S'.eyucn, Mevr. C;iemens—Hopman,
S:yn Sireuveis. Uiltje E i. Veterman, Ber;:.
v. Vlijjuen, Amy Yorstananten Hstc,
Maar ts Wagenvoort, Dr. Jan Waleh, Cora
Wcedand, Dirk Wi-.te, Eliz. Zernicke enz.
FEUILLETON
Naar het Engelsch van
ESMé STUART.
42)
„Dat zult u wel zien, schat van een
oompje. Maar vraagt u mij nu niets
meer. O zeg, ik heb vanavond hoofd»
pijn".
„O ja, Toney? Je ziet er anders uit»
stekend uit".
„Maar ik ga vanavond niet met u dince»
ren. ziet u. U eet zooveel, cn ik heb
vandaag geen tijd cn deftige dames
zeggen aitijd dat ze hoofdpijn hebben
als ze ergens geen zin in hebben".
„Maar in jouw geval is het niet hec»
Jcmanl waar. is het wel?"
„U heeft toch gezegd dat ik lccren
moest om mij net als andere dames uit
te drukken en nu protesteert u weer.
t" is ook nooit tevreden! Wij moeten
onze zijden japonnen knippen, cn
zegt u het maar tegen tente Duif'.
Juist op dat oogenblik vond tante
Duif de twee samenzweerders in dc
hal.
„Antonla, je behoeft vanavond niet
Beneden te komen voor het diner. Je
zoudt den generaal te veel vermoeien
roet je gebabbel. Kom later maar met
juffrouw Cadet beneden voor dc thee".
„O tante Duif, dank u wel! Maar
het zal voor u wel erg saai zijn, hc?
Ze hehhen het natuurlijk weer over het
Parlement cn den oogst cn gisteren was
het over den oogst cn het Parlement".
Lady Duif wachtte niet eens op het
einde van den zin. Zc begreep niets
dit meisje. Plotseling riep zc haar
terug.
„Evas, ga je mee thee drinken?"
„O Cadctje!" riep Toney uit tegen
dc armo vermoeide vrouw boven. „O,
Cadctje, rood is de kleur voor een ko=
ningin, jc zult er echt koninklijk uit»
HOOFDSTUK XVI.
Een rustige Zondag.
De kerk van Aldcrsfield was „gcres»
laureerd". behalve de fnmiliebank van
Sir Evas Duif. Lady Duif had het niet
noodig gevonden om iets te veranderen
aan dc groote vierkante bank die stond
hoven dc overblijfselen van vroegere
Duiven. Toen Halls cr met Sir Evas
over sprak, zeidc deze dat ..zc konden
doen wat ze wilden", waarmee hij het
publiek bedoelde dat dc oude kerk wil»
de moderniseeren; maar zijn vrouw
was er tegen cn zei dat ze meer van
den ouden tijd hield cn dat do bank
niet zoo zou blijven zoolang zij leef»
de. Toen begreep Sir Evas dat cr niets
aan tc doen was cn dat zij niet konden
doen wat ze wilden. Den volgenden
ochtend. Zondags, zat Toney daar dus
in de hoogte, naast juffrouw Cadet, cn
aan den anderen kant Lady Duif, dc
generaal. Sir Evas en de kapitein.
Het viel den generaal op, dat Toney
voortdurend in haar gedachten verdiept
was en tegen ztjn verwachtingen in
keek de Wildzang niet om zich heen.
Toney verlangde erg naar haar vader
op dezen eersten Zondag in haar nicu*
we huis. Ze dacht aan dc gelukkige da»
gen van haar jeugd en een verlangen
naar het verleden kwam in haar hart.
Maar langzamerhand bedacht ze zich
dat het haar vaders grootste wensch
was geweest dat zijn kind gelukkig zou
zijn. „Jc moet gelukkig worden. Toney.
als jc nooit aan je zelf denkt maar
altijd aan anderen".Dat was zijn levens*
regel geweest cn Toney had aitijd sterk
onder zijn invloed gestaan. Hij had het
nooit prettig gevonden als zc bromde
of huildo en Toney voelde dat zc ver*
plicht was om niet toe te geven aan
sombere buien nu ze alleen was over»
gebleven. Haar opgewekte natuur hiel',)
haar daarbij, maar zc was toch ook
vastbesloten om alles te doen wat haar
vader haar gezegd had. Dit nieuwe ge*
bonden leven was vol van moeilijkhe*
den voor haar. Zo had ideeën die vol»
komen in tegenstelling waren met wat
er van haar verwacht werd, maar ze
kon niet anders zijn dan zichzelf, de
Wildzang Toney. Veranderen, of zich
anders voordoen dan zo was, was haar
onmogelijk.
Tegenover de familiebank, aan den
Westkant, was de galerij voor dc
schoolkinderen. Daar had Hall's niet
buiten gekund omdat de srootc bank
zooveel plaats innam. Zonder de galerij
zou er geen ruimte genoeg geweest
zijn voor dc rest van het gehoor. De
urme kinderen zaten heel dicht op e!»
kaar cn hoewel ze rustig moesten zijn,
konden zc heel weinig zien of hooren.
Zc zaten bijna altijd tc snoepen, tenzij
Lady Duif toevallig naar hen keek; zc
schudde dan heftig het hoofd en stak
waarschuwend haar vinger op tegen de
kleine zondaars.
Ze moesten altijd oppassen voor Lady
Duif. Wcc het kind dat ontdekt werd
met het snoepgoed in haar mond! Door
slikken kon zc het niet en het doorgc*
ven ook niet, zoolang dc doordringen»
dc -blik op haar gevestigd was, en ze
was dus gedwongen om den bal tot het
einde van den dienst in haar mond te
houden. Na de kerk kreeg ze dan een
standje cn in den loop van tic week
nog een heele serie straffen. Vandaag
was Minnie dc arme zondebok cn To*
ncy ontdekte al gauw waarom Lady
Dpif zoo bij zichzelf fluisterde:
„Stout kind!"
Minnie zag dat zc ontdekt was maar
ze had den toovcrbal al in haar mond,
wat ook duidelijk zichtbaar w-as door
de ongewone dikte van haar wang.
Toney kon er niet ernstig bij blijven
en dc generaal zag een brccdcn glim»
lach verschijnen op haar jonge ge»
zichtje.
Gelukkig merkte Sir Evas niets van
dit alles, zoodat Toney zich weer be*
hecrschcn kon voor het al te erg werd.
Onder de preek hield ze haar oogen
stijf dicht om niet meer in de verlei*
ding tc komen om te lachen, want Min*
nïe, die als verlamd was door dc stren*
ge oogen van Lady Duif, hield het ding
nog steeds in haar mond te bang
om het door te geven en niet in staat
het in tc slikken of kleiner te maken
door er flink op tc zuigen.
Juffrouw Cadet keek niet op van
haar kerkboek, maar af en toe. als zc
een erg vermoeiende week had gehad,
viel zc onder de preek wel eens in
siaup, tot groote ergenis van Lady
Duif, die er naderhand altijd aanmer*
kingen op maakte. Maar hoewel juf»
Fromv Cadet vandaag ook erg moe was
viel zc niet in slaap. Zc had zulk een
opwindende weck gehad dat zc cr hce»
lemaal van in dc war was cn ze ver»
weet zichzelf dat zc hcelemia: niet op
de preek lette. Toney had allerlei oude
idcccn bij haar wakker gemaakt en de
arme juffrouw- van gezelschap kon de
gedachte aan Henry Faber niet uit haar
hoofd zetten. Waar zou hij' zijn? Was
hjj haar vergeten? Was hij getrouwd?
Zou hij nu rijker zijn? Dat hij nog
steeds een goed mcnsch was, daaraan
twijfelde ze niet. Waar hij ook was, hij
zou zeker een hoogstaand leven leiden
veel voor anderen doen cn niet zijn
leven verknoeien zooals zij met het
hare deed. Vreemd genoeg had dit
drukke, gelukkige kind dat nu naast
haar zat, haar weer hoop gegeven, maar
al deze opwinding vond ze toch ook
pijnlijk cn het hielp haar niets: zc ver»
langde al weer naar dc oude doffe on»
verschilligheid.
Halls preekte over de armen van
geest cn hij wees er op dat het niet de
rustige, luie menschen waren, die goed
noch kwaad deden, die in den bijhei de
armen van geest werden genoemd,
maar zij die niet aan zichzelf dachten
en hun leven gaven voor anderen. Juf»
frouw Cadet schudde het hoofd. Ze
voelde dat zij niet arm van geest was;
ze was een ontbcduidend schepsel cn
niet waard dat Henry Faber zich haar
nog herinnerde, als hij nog in leven was.
Sir Evas dacht intusschcn beurtelings
aan de mogelijkheid om nog ccn paar
nieuwe huisjes tc bouwen voor zijn ar»
heiders cn aan de wenschelijkhcid dat
Melina eindelijk doroiné Halls zou lec*
ren vaardccrcn. Hij was ongetwijfeld
een uitstekend predikant maar bü ging
tc veel zijn eigen weg. zonder zijn
meerderen om raad te vragen".
(W'ordl vervolgd).