OM ONS HEEN HAARLEM'S DAGBLAD FLITSEN ZATERDAG 13 MAART 1926 DERDE BLAD LANGS DE PROVINCIALE HOOFDSTEDEN I. VHERTOGENBOSCH Natuurlijk irn deze uitstapjes langs dc provinciale hoofdsteden van .veder» land niet bij den Bosch beg:r.ncn om» dat deze'stad de grootste /ou zijn: zij behoort met haar 4't.OOO inwoners in» tegendeel tot de kleine en begint dan ook alleen oin toevallige oorzaken de rei kv. Wonderlijk is het. dat wij in Haar» Km den indruk Li^trcn. alsof den Bosch ver van ons af ligt: inderdaad is dc »tad dichtbij. Je gaat 9_5 uit Haar» Icm. 9J>8 uit Amsterdam en komt 11.4S in den Bosch ruim twee uur dus en het ecnige inconvenient is, dat er te Utrecht nog eens moet worden overge» Stipt. Overigens is dc verbinding uit. stekend. Internationale trei-en doen er nög korter over en ook dc raorgentrein dien ik noemde doet tusscucn Utrecht en den Bosch maar twee stations aan: Zah Bommel en een stadje van onze. kcre spelling: „Kuilenburg!"' roept de conducteur als de trein bij het perron aanschiet. Culcmborg staat er «>p het station zelf te lezen, als zwijgend pro. test tegen dc vereenvoudigde spelling. Ofschoon er niets van aanmatiging te *ien is bij den chef. die zoodra onze trein vertrokken is hoogst eigenhandig een wissel omzet. lien mooi station maar van ietwat ouderwctscho gevclfactuur verrast in den Bosch met een nabootsing van dc bekende glooiingen, die te Bazel de trappen vervangen. Alleen zijn ze in den Bosch wat steiler aangelegd en wie- er met rhcumatiseho knieën tegenop moet, zal er niet minder moeite mee henben. dan met gewone trappen. Rot» terdammers die nog altijd twee vuile barakken als stations voor een modcr. jic havenstad voor lief moeten nemen, zullen den Bosch benijden, ook om den aardigen Stationsweg, die gunstig af» steekt bij den banalen en onsicrüjken toegangsweg bij 't station Uclftschc Poort. Natuurlijk legt den Bosch het af, in omvang. Niet 111 rangschikking, liet centrum van den Bosch is zoo ge» zcliig beknopt, dc straten loopen er zoo genocgelijk in en langs elkaar, min of meer in den vorm van een bolus. Soms kun je kleine dwarsstraten doorloopcn» de een winkelstraat die je uit wilt. maar niet kwijt raken ei. een anderen keer sta je, een gebouw zoekende, bij het omslaan van een hoek er op eens voor. alsof het je vriendelijk tegemoet gcloopcn is. Ken gemoedelijke bouw» orde. vriendelijk en gastvrij als de Bra» banters zelf mit hun sterk brouwende r en den eigenaardigen tongslag „cigcnaardicch", zouden ze zelf zeg» gen. Het is niet noodig. hier naar merk. waardige gebouwen te zoeken. Ze doen zich dadelijk aan ons op: de Sr. .lans» kerk en het Stadhuis. Vergelijkingen dienen tot niets, maar dut St. .Ian dc mooiste kerk van de provincie is, staat vast. Wie maar luttel gevoel voor houwkunst heeft, kan er niet voorbij komen zonder even stil te staan en bc« wonderend op te zien naar die weelde van architectuur; als hij dal loet kan hij niet nalaten om het gchcelc trotschc gebouw- heen te gaau en de manier te bewonderen, waarop nu al jaren lang het gebouw in zijn vroegcrcn staat wordt terug gebracht. Rijk. provincie en gemeente dragen sommen bij tot de kostbare herstelling, die ook nu, in dagen van zuinigheid hij dc openbare besturen, wordt voortgezet. De beste kenner van dc kathedraal, de heer Mosmans. heeft de vriendelijk» heid gehad mij daarin Tond to leiden. Hij weet van alles, heeft er hcclc boe» ken over geschreven en vertelt zoo onder het rondgaan, over wat hij op dit gebied al zoo in het buitenland gezien heeft. Wat bier mooier is: het zuider portaal, dc prachtige bovcnvcrlichtmg. het geweldige schip van do kerk met zijn zeven bogen, do doopvont, de preekstoel het is niet te zeggen. Maar het geheel is van een machtige pracht in vorm en kleur en afmeting. Indrukwekkend, ziedaar het woord, dat het best weergeeft wat de bezoeker van de Bossche St Janskerk bij het zien van dit monument van oude bouw» kunst gevoelt Het is nu vier ecuwen oud, maar niet verouderd en kan dat nooit worden en nog altijd past het woord van verruk» king, waarmee niemand minder dan Albrccht Durcr haar prees, toen hij haar zag in 1520. focn dc kerk nog maar pas was afgebouwd. Over het Stadhuis later. Laat ik nu alleen dit van zeggen, dat het wel op de Orootc Markt uitziet, maar door zijn plaats die niet zoo b'checrscht. als het geval is met andere stadhui bijvoorbeeld dat te Middelburg. wc in den Bosch niet vinden, is het voerrniddei. dat. zij het dan ook tegen wil en dank. ic:Jcrc stad lecüjk maakt, een elcctrische tram. Zoo'n gemh een voordeel voor ieder, die van kleine stad juist de intimiteit waardeert. Dc autobussen (die zijn er genoeg) hi deren r.iet en het paardetrammetje naar Vught herinnert aan de vorige eeuw. Met grootc stappen draaft het j paard voor het kleine wagentje, langs dm straatweg, die nog niet lar.g gele» den geheel open was. maar r.u den Bosch er. Vught met 'n rij van mecst.il bescheiden landhuizen verbindt. O, ■gemoedelijk trammetje! Dc koetsier keert zich om en knikt een kennis toe, die pas in den wagen is gekomen en dc conducteur, een oude heer met een bril op. zeg; „dankie" als hij wat krijgt boven de vracht. Er zijn nog heel wat oude gevels on» der de woonhuizen al moet er wel evenals bij ons, in den loop van de ja» ren heel wat verdwenen zijn. Het gou. vcrncmcntsgcbouw behoort nu juist niet tot dc schoone bouwkunst: het doet in de verte denker, aan den schabloncbouw, die een tijdlang door het Rijksbouwburcau voor postkan» toor is toegepast tn d:e wij to Ilaau lem ook nog in de Zijlstraat tegenover de Nieuwe Groenmarkt kunnen zien. Het eigenlijke Bossche postkantoor staat <>p een heel andere plaats en hoe» vel het niet uitmunt, kan de bezoeker een waarschuwing in vinden, die hij allicht in andere postkantoren nooit troffen heeft. „Verzoeke aan dc loketten niet te rooken". En kijk. de loketten hebben zoowaar aan het verzoek voldaan. Een van de redenen waarom ik naar den Bosch ging was om in do Lang» straat eens een schoenfabriek te zien. De tocht zou naar Waalwijk gaan. Maar het stond geschreven, dat mijn zolen de- straatstccncn van Waalwijk r.ict drubkcu zouden. Waarvoor ook' Dc grootste schoenfabriek staat in den Bosch zelf, die van dc firma van den Bergh. Waarom een bepaald bedrijf juist in een bepaalde streek vereenigd werd, is niet te zeggen. Of het moest wezen, omdat daar in den loop van de jaren daar de arbeidersfamilies, in den brcedstcn zin van het woord genomen, gevestigd zijn. Dat is dc reden, waar» om in Nederland bloemen gekweekt worden, die niet goed slagen in Belgii en omgekeerd. Het moet ook de re» den wezen waarom in Brabant ongc» veer dc hcole Nederlandschc schoen» industrie is bijeengebracht. Want al mag dun de machinale schocnfabricagc een grooicn rijkdom bezitten aan mcerendeel kleine, mochl» nes. wie een .halfuur bij van den Bergh doorbracht, weet heel goed dat het ver» nu ft van dc mcnschcn die de machines uitvonden, toch altijd nog behoefte heeft aan dc kracht en de behendig» heid van den mensch. Zie, hoe een doodc machine, alsof ze een levend wezen ware stikt, en ringt en haken aanzet, schoenen doornaait, zoolleer ponst; hoe ze spijkertjes maakt uit draad en die me:,en maar zelf uitzaait, omdat ze toch bezig is. hoe een nijdiu mes 43 lagen voering roet gretigheid doorbijt, hoe weer een andere machine houten pinnen vervaardigt, ze tegelijk indrijft en verkort wanneer dat.noodig is. hoe alweer een andere venijnig uitschiet en haar gevaarlijken tand prccie» terughaalt wanneer ze juist bij den vinger van den arbeider is geko» men, hoe ze nog weer een andere bcwe» ging maakt, eerst naar links, daarna naar rechts. Maar let dan ook op dc hand die de machine bestuurt en die altijd van den mensch zijn moet, omdat zij vastzit aan een denkend tzen! Deze fabriek heeft een personeel van 500 a 600 man, al naar gelang van drukte of slapte en een monsterkamer, waarin al de modellen sierlijk achter glas zijn tentoongesteld. Hoeveel ei wel zijn heb ik niet geteld, maar alle denkbare modellen zijn erde een» voudige heerenschocn. de lakschoen, het kindersehoentje in alle soorten i en de eindelooze variaties van dames» schoenen en laarzen. Ze staan opgc» somd en afgebeeld in keurig uitgc» voerde catalogi met Engolschcn tekst, want er is grootc export van Brabantsch schoentvzrk over de hcclc wereld en bovendien verbeelden Ne» dcrlandschc dames en hceren zich niet, dat hun schoeisel, wanneer het goed zijn, in ieder geval Engclsch of Fransch moet wezen? Dit zou het leniac artikel niet zijn, dat eerst de et Kanaal maakt en daarna terugkomt als echt Engclsch! Dc schocnfabricagc heeft nog een an» dere cigenuardfghcid, namelijk dat zfj dc Duiische machines alleen in huur krijgen kan. Die in Van den Berghs schoenfabriek zijn eigendom, maar dc meeste fabrieken werken met gehuui de machines, omdat de fabrieken die ze maken een overeenkomst hebben gesloten om ze niet te verkoopen. - Een interessant bedrijf. Langzaam wordt de schoen opgebouwd, gaat van dc cene naar de andere afdcclmg door de reeks der vernuftige machines hei totdat hij na al deze manipulaties de afwerking toe is. Dit :s wel het stukwerk in di-n rechten zin van het oord, want niemand die den schoen begint levert hem ook af. Het werk •crdccld over vele nfdeclingcn ede re afdecling doet er het hare aan en zendt dan den schoen verder dopr- Den avond, na ons bezoek, vertelde mijn gastheer enthousiast aan zijn rouw van wat hij gezien had en voor» al van dc mooie monsterkamer, waar» in letterlijk alle soorten kinderschoen» tjes te zien waren. „Dan weet ik het goed gemaakt," zei Mevrouw, „dan gaat gij met onze kin» deren inaar eens naar die fabrics, schaft daar schoenen aan voor alle Maar aan het gezicht te zien. dal hij zette, geloof ik niet, dat daar voor» eerst van komen zal. 's Nachts, als ik toevallig een uurtje wakker lig, tinkelen van twee kanten verte carillons. Daar gaat de Bosscher groot op, op zijn klokken» pelen. Hem steekt de glorie van Mc» ehclcn en van Jef Denijn en gaarne or» ganiseert hij zelf wedstrijden en con» ecricn. waarop dc beste beiaardiers zich doen hooren. Dc Bossche cari!» Ions maken er aanspraak op. dat zij mooier, grooter en zuiverder zijn, dan die in andere steden jk 'geloof niet ten onrechte. Maar toch, terwijl ik lig te luisteren naar het zilveren tinkelen in den doodstillen nacht, glij ik toch de wereld der muziek uit en liet droo» menland weer binnen. VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 538 HET KNIPSEL je ziet een nuttige infor» ma tic over dc nieuwe belasting en besluit het stukje uit te knippen je informeert boven of iedereen dc krant uit heeft want je wil er iets uit knippen je brengt de krant nog even naar je vrouw, die I niet geantwoord heeft, gaat weer naar beneden en ontdekt dat je penne» mes boven moet zijn je vraagt of er beneden ook een schaar is te vin» den je kijkt op alle plaatsen waar een schaar kan zijn maar vindt er geen i besluit dus maar om hetl scheurt het stukje metl legt het knipsel keurig I uit te scheuren waarop I bijzondere zorg uit en I in je portefeuille en je de hcclc krant moet I slaagt erin niet meer I kijkt er nooit meer naar doorzoeken, omdat je de I dan een kwart te be» I om. I plaats kwijt bent schadigen J (Nadruk verboden) J. C. P. EEN BLADZIJDE UIT DE GEHEIME GESCHIEDENIS VAN EEN GEVANGENIS Dr. .Weitere, die kon geleden benoemd was lot gevangoniedoktor, wandelde langs liet nieuw aangelegde pnd naar zijn ofti- oieele woning, vanwaar ecu geluid van schaven en hameren tot hem doordrong- Do wachthebbende bewaker grootte en de dokter bleef etaan om oen praatje met hem te maken. „lloo gaat het met het werk, Janacn?' - „Lang niet Biecht, dokter," antwoordde Jansen, „ik lieb achttien man mui het werk cu we zullen binnen tien dagen klnur zijn." „Gelukkig," zei de doktor. ,.ik verlang er naar om in mijn eigen huis met mijn eigen meubelen te trekken: het kamer!© ven begint mij te vervelen." „Gaat u ©ven mee kijken, mijnheer uioodigde Joneen uit. .jDaar kom ik juist voor, antwoordde do dokter, terwijl hij Jansen volgde, liet -.been vol met -werklui in gcvangc- nieklcenn. „Hoe werken ze»" vervolgd© hij r het algemeen uitstekend. Maar u rekenen, dat we do beste mannen gébruiken voor werk als dit. Hijvoorbeeld Btucadoor daar. Battels heet hij, u zoudt moeilijker een beter vakman kun- vinden. En dun Tijeeen, daar, do glazenmaker!" Hij dempte zijn stem: „Een snijboon!.... maar werken, dat hij kan I" TijÉwen kon onmogelijk gehoord hebben -:v. er over hem gepraat word, maar bij keek ©p, en een ©ogenblik zu'-tton zijn oogen op den dokter. De dokter keek ju.-1 den anderen kant op, maar Janeen ving den korten blik op en zag do vreemd© uitdrukking, dia over Tijeeen's ongunstig© gezicht vloog. Verbazing, woede, haat en misschien nog icta andere. In «CIl ©ogenblik was het voorbij maar het gaf den bewaker heel veel te denken. „Wat ©'genaard g." zei hij bij zichzelf „die twee hebben elkaar vast meer ge zien." De dokter maakt© ©en rondgang door het heel© huis. en wae vol lof over het wcrlc. Toen ging hij weer naar de gevan genis voor zijn middagbezoek. Een poosje werd er rustig doorgewerkt, loon er plotseling van boven ©en hard ge schreeuw klonk. De gevangen© Bartel© kwam naar bene- ■ien rennen. „Brauid I" schreeuwde hij. „De lamp bculjnt in du krullen te zijn omgevallen." Water vlugl" riep Janeen, terwijl hij naar boven liep- Boven gekomen zag hij swar© woile rook hangen, waardoor heen h'.j dc vlammen kon z en. De achier- b slaapkamer «tond in lichte laaie. „Tijgeen, vaar ben jel" riep Jansen. Maar er kwam geen antwoord. „Goede hemel, de anno kerel is al verbrand!" eeb/ecuwde Jansen 'en terwijl liij zijn zak «look voor zijn neus en inond boud, pro beerde hij do brandend© kamer t® berei ken. Maar do brand was te fel, en hij me. eet terug mot gezengde haren en Hij eneldo weer naar beneden. „Drlessen!" riep hij. „Drie*S'-n kom direct boven met do rnan- Ben met water. lij «en is ln d« branden- du kantor!" Do mannen kwamen aangesneld, en em mer na emmer water werd in do vlammen gegooid. Na tien minuten was de brand goblu9cht en Janeen kroop door d6 rook om de overblijfselen van zijn ongelukki- gen gevangene te zoeken. En pas toen hij zich overtuigd had, dat er noch men6clie- lijke, nodh andere overblijfselen waren, kwam do onaangename gedacht© in hem op, dat do geheels! brand boos opzet was geweest. Tijsscn had de boel in brand gestoken en van do daardoor ontstane verwarring gebruik gemaakt om door het raam te .ontvluchten Nader onderzoek bewees dat d® veron derstelling ju iet was, -want- i.n do modder onder hel venetor en verder den weg op waren do onmiskenbare afdruksels de schoenen van Tijssen, welko op de zool het gevangeniemerk droegen. Maar n man zelf geen epoor, hetgeen hcolcmaal niet to verwonderen wae, daar hij minstens twintig minuten tijd had gc- ad te maken, dat hij weg kwam. Eeuige oogenblfkken later verkondigde do gevangenisbel luide en dreigend, dat gevangene ontvlucht was zeventig wakers maakten zich gereed den omtrek af to zoeken. Het weer werd hoo langer hoo slechter cu tegen middernacht begon net to sneeu- won, en dc ontvluchte was en bloef weg. Tegen vijf uur :"n den morgen ging Jansen na een koudon, mistroostigen zoeknachl op weg naar hui©, Het sneeuwen had op gehouden en het begon nu to vriezen. Jan sen wae hongerig, moe en bitter koud. Hij gevoelde zich ook vreoselijk ongeluk kig. Want, hoewel de ontvluchting zijn schuld was geweest, wae het toch oer zijn dienst gebeurd. Het beteekende een zwarte vlek op zijn etaat vai het beteekende ook uitstel van promotie, en dat hield weer i-n, uitstel van zijn hu welijk met Anna Kok, de dochter van deen gevangenisoi-.dorwijzer. met wie hij een jaar verloofd was. Zijn gewoonlijk recht© «choudei», waren gebogen en hij liep moeizaam voort. Hij sloeg een zijpad in om den weg n.-Sr zijn huis te bekorten, toen hij plot seling stil bleef staan, en strak op den grond in do sneeuw 6taarde, als kon hij zijn oogen n et gelooven. En dat was geen wonder, want dwars over het pad, liepen door de en eeuw schoen afdrukken, waarin duidelijk het govangenismerk to lezen was. Alle gedachten aan moeheid en moede loosheid waren als bij tooverslag verdwe- vol moed volgde hij de voetspo ren Die weg liej) door een woud en over ,-n weide lot Jansen aan hel eind van een un een groot hui© zag staan. ..Woudz.chtzei hij tot zichzelf. Het was het huie, waar dokter Wolters i pension was, en plotseling herinnerde Janetn zich den eigenaardigen blik dien hij van Tijescn opgevangen 'had, toen hij rei» naifr den dokter keek, aten middag. Zijn hart klopte luid toen hij zag, dat het spoor recht naar den achterkant van het "huis leidde, en toen hij, 'daar aange komen, ontdekt»:-, dat heb raam daar gefor ceerd was, kon hij nauwelijks ademhalen van louter opwinding. „De schelm is daar nog in huis," dacht hij, en zonder uitstel volgde hij hem door het raam en stond spoedig in de halL Eerst Itoorde hij n et®, toen hij na ingespannen luisteren het zwakke geluid hoorde van heel licht krakend© trede. Het was heel donker in huis maar hij kon d© trap de linkerhand goed onderscheiden. Op dat oogenblik kraakt© er weer een trede .as hij er zeker van, dat het ge luid kwam van de tweede verdieping. Tijssen wilde zeker naar dokter'© ka iner gaan. Wilde hij den dokter vermoor den? Vliegensvlug ging Jansen naar boven Tijssen had hem zeker gehoord, want hij lieerde zich om en zag Jansen. Een oogenbltk standen beide mannen sprake loos tegenover elkaar, men hoorde nic-ts dan hun snelle ademhaling, toen gre pen zij elkaar beet in een worsteling. Tijs- 1 anger en Jansen was gespierder, maar ze waxon beiden vermoeid door den langen macht dien ze buiten hadden door gebracht. Zo bevonden zich juist op portaaltje tussclieu beide trappen in, er zoo pikdonker, dat Jansen, niet een© do leuning kon. zien. Hij spande al zijn krachten in en duwde zijn tegenstan- achteruit. Het lichaam van den man stootte tegc-n iet6 aan, Jansen dacht, dat liet de'muur was. Toen voelde hij plotseling, dat Tijseen sn hem wegviel en hij deed een vruehte- loozo poging den val van den man breken. Hij faalde en viel met den m ben eden. In zijn val werd hij het zich met schrik bewust, dat Tijssen tegen den muur, inaar tegen de leuning had geduwd, en dat zij samen over de leu ning in de hall vielen. Met een smak, die door het heele huis klonk, vielen beide mannen. Boven werd een deur openge rukt. „Wat gebeurt daarl" Tien Dr. Wolters stem. Maar Jansen was t© versuft t© antwoorden. Het licht flapt© aan e dokter kwam haastig in pyj'ama naa: „Ben jij" het, Jansen? Goede hemel, Jansen ïichlle zich moeilijk op. „Tijssen, mijnheer," zei hij hijgend. ..Ik heb hem juist bïitijete gesnapt." Dr. Wolters hielp hem opstaan. ,Bc-n j© erg gewond?" vroeg hij. „Niets gebroken, geloof ik, dokter. Maar Tijwen heeft, geloof ik, meer uw hulp noodig." „Goede hemel!" riep hij, „het is Jan Remmers 1" „Hij heeft zijn rugg-egraat gebroken," ging hij verder. Kan je mij éven helpen hem in d© kamer te dragen, Jansen?" Zij kregen hem in de zitkamer op een divan. Tijssen opende de oogen en etaaid© Wol- „Ben jij hetj Herman?" vroeg hij met zacht© fctern. Hij probeerde zich te bewegen, maar het lukt© hem niet. heb 3c J" vroeg hij. „Ik ken mijrt beenen niet voelen. Ik kwam hier ©m ja vragen of je <eo vijf en twintig guldon voor mij had. Die snaak bier pakt© mij beec, en wij vielen naar beneden. Ie het gedaan met me?" vroeg hij na een klem© pauze. Wolters lippen bewogen zich. „Ja," zei Lij. bijna fluisterend. Tijescn lachte bitter. „Dat behoef jij je niet aan te trekken» Herman. Als ik dood ben, komt het geld aan jou." „Dat weet ik wc'., Jan. Maar, wc zijrX toch in ieder geval neven van eikaar." ten tranen in zijn oogen en de an der keek hem ongcloovig aan. lit mij toch niet wijsmaken, dat het je epïjt, dat ik ga!" vroeg hij. „Ja zeker, spijt het mij. Ik zou graag hei geld cn nog meer geven, als de laatste tien jaar daarmee ongedaan konden gemaakt rorden." De gevangene lachte weer, maar niet zo a bitter. „Dat hoeft niet meer, Herman. Ik heb mijn eigen bed geej>re:d en fuoet er du|s ook op liggen." Hij zweeg ©ven, toen ging hij voort: „Herman, is het je nooit opgevallen» dat het erg vreemd wae, dat oom GeoiigtJ alles aan mij heeft nagelaten?" ,,Ja," antwoordde Wolters openhartig, ,Ik vond tiet wel vreemd, ik had verwacht lat minstens dc grootste helft voor mij ras geweest." De stervende man keek zijn neef vasfi „En zoo was het ook," zei hij stug. „Wat meen je?" vroeg Wollera ontsteld. „Precies, wat ik zeg. Oom Georg gaf mij ten lijfrente van 100 gulden per maand m de rest was voor jou. Ik w|;t het en heb ten nieuw testament gemaakt. Het was niet moeilijk voor mij," ging hij cynisch voort, „je weet ik wae altijd handig in het namaken van bandteekeningen. Wol- s liaalde snel adem. Ik ben blij. dat je het mij t^xteld hebt 3," zei hij daarna rustig. De ander staarde hem aan. ,1e dat alles, wat je daarop te zeggeel at. Verwensch j© mij niet, dat tk tnoer dan negen jaar jouw geld genomen heb?" Remmers harde oogen werd».; zachter ..Je bent een beste kerel, Herman," zei hij .„Ik Hij sloot de oogen en een rilling ging door hem heen. „Hij is dood." zei Wolters ernstig. Hij wendde zich lot Jansen. „Wat je hier gehoord hebt, Jansen, büjffi onder ons niet?" „Ik beloof hel u." Zei Jansen plechtig. En nu zal ik maar naar de gevangenis gaan en rapport'uiibrengen." Het geluk, dat Jansen gehad had. de vluchteling weer te pakken, wischte d<J zwarte vlek u::, en zes maanden later vier de hij zijn promotie gelijk met zijn huwe lijk. Onder de huwelijksgeschenken waa er ook een cheque van 1200 gulden van den gevangenisdokter. FEUILLETON LANGS VERBORGEN PADEN den Avonturen uit hit leven va beroemden Engelachen 'etcctiv© HERBERT PORTER Vrfi bewerkt uit het Engclsch door ELLEN WAYLAND. (Nadruk Verboden^ HET TWEEDE AVONTUUR 15) HET BRANDGAT. De atmosfeer in dc redactiekamer was nerveus en gespannen. Sneller dan anders vlogen dc pennen en potlooden over het papier: als met koortsachtige haast ratelden de schrijfmachines uit dc aangrenzende typistcnzaal. Maar bijna niemand sprak ccn woord; hier cn daar werd eens een snelle blik gc« wisseld werd luisterend ccn hoofd opgeheven het gevoel alsof elk oogenblik uit een of anderen duisteren al grond iets raadselachtigs cn vreesc» lijics kon omhoog stijgen, lag als een lóoden druk op de bezigo mcnschen. Het aanrollen van een auto, die knarsend stilhield, werd van buiten hoorbaar. Direct daarop kwam Jack, het facto» turn, met een visitekaartje. De chefredacteur wierp er een blik op cn zei daarop met een stem. waar» •erbazing cn respect gemengd wa> ren: „Herbert Porter". De hecren keken op en een seconde lang scheen de polsslag van den arbeid te stokken. Alle oogen richtten zich zwijgend op de deur. Deze ging open cn ccn heer in ccn lange manteljas verscheen op den drempel. Zijn kalm gezicht met dc brcedc kin monsterde iangzaam het gezelschap. Dan zeide iiij met een rustige stem: „Ik zou gaar» tic dc kamer willen zien waarin Mr. Turner vanochtend vermoord is ge» vonden". Dc ehtf»red3Cteur trad beleefd op den bezoeker toe en boog. „Heel graag. Mr. Porter", zei hij; „maar de kamer is door de autoritei» ten verzegeld". i Dc detective trok zijn gezicht in een gewichtige plooi. „Alle respect! Verze» geld?En nog wel door dc autori» teitcn? Ja dan zal er niets anders opzitten dan dc zegel te verwijderen' Dc ander knikte. ..U zult wel weten, hoever u gaan kunt. Mr. Porter". En terwijl hij nog» maals een lichte buiging maakte, voeg» dc hij er aan toe: „Mijn naam is Shers» ton". Herbert Porter drukte hem glimla» chcnd de hand. „U was op dc redno» tic toen dc moord gepleegd werd?" „Ja. Ik beb Cavianchi zien komen cn heb hem geobserveerd toen hij dc ke» mcr van Mr. Turner verliet. Als mijn collega een vermoeden had gehad dat deze scherpe critiek zulke ontzettende gevolgen zou hebben, dan had hij er nog wel eens eventjes overrage* dacht". „U houdt dus Cavianchi voor den moordenaar?" Shcrston keek den vrager stom»ver« baasd aan. „Of ik Cavianchi voor den moordc.- naar houd?" herhaalde hij. „Maar dat toch geen vraag meer. Heeft die mijnheer misschien den moed tc ont» kennen?" De detective, die zich ondcrtusschen met het losmaken der zegels had bc» ziggehouden. stootte de deur open. „Hij ontkent inderdaad". Daarop traden beiden dc kamer bin» nen. De doodc lag nog in dezelfde hou» ding op den grond voor de schrijf» tafel, die met een kleinen doorgang, loodrecht op den wand stond. Herbert Porter knielde bij den doodc neer cn onderzocht hem nauwgezet. Daarop stond hij op en inspecteerde dc kamer. Het vertrek, dat zijn licht ontving door zij*ramen, was smaakvol, in modernen stijl ingericht, half als kantoor, half als hoerenkamer. Het donkere vloerkleed, dat den vloer bijna geheel bedekte, had een rustig patroon. Links stond dc schrijftafel, daar achter een gemakke» lijke armstoel voor bezoekers. Achter den stoel was een donkerbruine por» tière gedrapeerd, die tot op den grond neerhing. ..Is daarachter ccn deur?" vroeg de detective. Shcrston opende de portiêrc een wei» nig; ..Er is wel een deur in den zij» wand. maar ze wordt nooit gebruikt. Zooals u ziet heeft men het behang er over heen geplakt". Herbert Porter streek met de hand over dc voegen in het behang en knik» tc. „Waarheen voert deze ovcrplakte deur?" Shcrston wees in de richting waar» uit ccn zacht rhythmisch gcklapper kwam. „Daar zitten dc typisten", verklaar» de hij. „Werken die dames den geheelen dag?" „Van negen tot vijf". „Het is dus buitengesloten, dat iemand ongemerkt door deze deur heeft kunnen komen". Dc detective keerde zich om. Het late middaglicht viel grauw cn droef naar binnen. In den muur achter de portiere was links een hoog venster. Rechts bevond zich precies zoo'n ven» ster. dat echter tot op den grond reik» tc cn als een soort balcon»deur kon dienen. Herbert Porter ging op de deur toe en vatte den knop. De deur bleek niet gesloten. „Waar voert deze trap heen?" vroeg hij. terwijl hij op een soort bordesje stapte. De redacteur volgde hem. Vier tre» den voerden van het platform naar een klein, smal plaatsje, nauwelijks S meter lang en dat op een lage deur uitkwam. „Dat is een eigenaardige bouw", meende de detective, terwijl hij dc klink van de poortdeur greep. Zij was gesloten. „Het is een oud huis", helderde Shcrston op. „Mr. Turner gebruikte dezen weg om niet telkens door de redactiekamer tc moeten". „Had behalve hij nog iemand een sleutel?" „Niemand". „Is hij vanochtend ook langs dezen weg gekomen?" „Ja". „Dus dan moet hij den sleutel in den Z3k hebben". Sherston was getroffen door deze opmerking en knikte aarzelend. „Ja daar hebt u gelijk in", zei hij na een lange pauze. „Ik geloof dat nog .aicmaeti daaraan gedacht heelt". „We zullen het onderzoeken". Dc beide mannen Liepen vlug weer naar binnen. Dc speurder doorzocht de zakken van den doode. „Dc sleutel is er niet", zei hij, terwijl hij opstond. De redaetcur liet zijn blik door de kamer glijden en zag den dc» tective radeloos aan. „Welke conclusie trekt u daaruit?'1 zei hij met trillende s:em. Herbert Porter haalde dc schouders op. „Ik maak daaruit op...." zei hij lang» zaara, ieder woord overdenkend...".'' halt. wat hebben we daar?" Hij ging op de portiere toe en greep naar het gouden mondstuk van een si* garct. dat op den yrond achter het gordijn, dat opengeschoven gebleven was. lag. „Khcdive". las hij. ..Dat is hetzelfde merk als daar :n het aschbakje ligt" Sherston zei: „Het is het merk dat mr. Turner gewoon was te rooken. Hij zal het stompje weggegooid hebben". Dc detective keek uit de verte naar het aschbakje. „Dc portière is, zooals u ziet, tamc* lijk lang. Ze raakt niet alleen den vloer, maar ligt zelfs nog in een plooi er op. Als Mr. Turner dus dit eindje sigaret heef; weggegoo-d, dan moest het vóór portière liggen", (Wordt vervolgd),

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1926 | | pagina 9