HAARLEM'S DAGBLAD
OM ONS HEEM
FLITSEN
WOENSDAG 28 APRIL 1926 DERDE BLAD
Ho. 3565
FEUILLETON
DE ERFENIS VAN OOM
GEORGE
door
F. DE SINCLAIR.
„O, gut," zei Suus, die op dat oogen»
ï>1ik terug keerde met dc dranken. ,Js
het weer over de interessant.; muggc»
heet? Pa, u moet zich nou weer eens
door een ander beest laten pikken hoor.
Die mug is zoo afgezaagd!"
„Ja spot, jij maar!" sprak dc oude
heer. maar hij lachte toch even.
„Raampjes zijn weer open," sprak
Suns.
„Open?.... Nee..... dicht!" zei haar
yader verschrikt.
„Ja, dat, dat bedoel ikdicht",
verbeterde Suus, haastig, terwijl ze het
blad op de tafel plaatste en het spuit»
water uit den koud beslagen syphon
in dc limonadeglazen liet bruisen.
„Een kwast met pompwater", sprak
zc dan, haar vader liet glas toctcikcnd,
waarna zc ook aan Ro en Jacques de
limonade gaf.
„Heerlijk koud!" genoot Ro, proe»
(Wend.
„Blijft je tante lang uit?' vroeg ine»
neet van Meer ten, na even geproefd te
hebben van zijn kwast, doch niet. dan
nadat hij speurend had gekeken en ge»
roerd, of cr geen pitten in waren.
„Een week", antwoordde Ro.
„Je blijft toch nog wat bij haar?" in»
formeerde mevrouw.
,,'n Dag of veertien mevrouw maar
dan ga ik toch weer naar m'n pension
in Amsterdam terug".
„Heb je 't daar naar je zin?"
„Gaat welantwoordde Ro,
„maar ik ben toch steeds zoekend naar
wat beters, do kamers zijn wat klein..
En ik wou zoo graag miin eigen meu»
b
Ze voleindde dc zin niet. want mc:
neer van Meertcn. die juist weer een
slok uit zijn glas iiad genomen, vloog
plotseling met een angstkreet van zijn j
stoel op.
„Groote grutte..., een pit!" stamel;
dc hij:, zijn gezicht werd grauw bleek,
en zijn anders zoo knipperende oogen
staarden in doodsangst naar zijn vrouw,
Ro voelde haar hart bonzen van
schrik, doch dc familie scheen minder
ontsteld tc zijn.
„Een pitje van de citroen ingeslikt?"
vroeg mevrouw zonder haar reien te
staken,
„Och, dat kan niet, pa", zei Suus,
„ik heb ze cr allemaal uitgcvischt
„Nee.... nee.. hield baar vader
angstig voL terwijl een hand naar zijn
maag tastte..— „ik weet het zeker
ik voelde het op mijn tong...."
„Had u 't dan uitgespuwd", zei
Jacques.
„Dat was al tc iaatbeefde zijn
vader en dan tot zijn vrouw. „Wat zal
ik doen?"
„Och pa, maar al is 't nu een pitje,
dat zal heusch uw blindedarm wel voor»
bij schieten", riep Suus. „Ik slik zoo
dikwijls pitjes in...."
„Ja.... jij.."
Hij trad nu zenuwachtig op zijn
vrouw toe, zei weer zacht en angstig.
„Wat zullen we doen?"
Mevrouw kneep haar lippen te za»
men, rolde haar breiwerk bijeen, stond
op.
„Ga maar mee. dan zullen we Ter»
minck even opbellen...."
„Als 't maar niet tc laat is
Ze schudde geruststellend het hoofd.
„Dat pitje zakt zoo gauw niet.,...
Kom maar...."
En voorafgegaan door haar man, die
slikkend van agitatie, dadelijk gejaagd
vooruit liep, verliet mevrouw van Meer»
ten het rustige zitje onder den beuk en
ging naar huis.
„Toch wel om es over na te denken",
zei Suus, toen zc eyen later met Ro
alleen was achtergebleven, wijl Jacques,
kort na 't vertrek van zijn ouders, zon»
der eea* woord te zeggen, ook was heen
gegaan.
„Wat bedoel je?"-
„Jc hebt iets goed te maken.,—
„Tegenover hem?"
„Natuurlijk. Ik kon m'n lach niet
houden ,maar ik had tooi. echt met hem
te doen.,"
„Hij moet zoo behandeld worden".
,,'n Speciaal recept?'
„Jazooals je 't noemen wilt.
Frank lijdt aan overmoedigheid.... en
die moet nu en dan hardhandig wor»
den ingetoomd".
„Je speelt met hem".
„Hij moet niet met zich laten spe»
len".
„RootjeRootje...."- dreigde
Suus met een opgeheven vinger. „Ik
zou jouw gezicht wel eens willen zien,
als Frankie cr inderdaad eens dc brui
van ga F, om zich zoo door jou tc laten
mishandelen!"
„Oik wou, dat hij dat eens
deed".
„En danr"
Ro lachte, haalde even haar schouders
°P-
„Ik zou t niet verder laten komen,
dan ik wou.... dat begrijp jc toch
wel!"
Suus zag haar aan, dan zei zc zacht.
„Jc houdt van hem, hè?"
Ro wendde het hoofd, staarde wat
in de verte, maar haar gezichtje stond
ernstig.
„Dat weet ik zelf niet.." antwoordde
zc dan.
„TIcusch niet?"
„Als je eens hoorde, dat hij werk
maakte van een ander?"
„Hoe kom je daar aan?"
Ro had ineens het hoofd gewend! cn
een blos kleurde de matbleekc wan»
gen.
„Out, kind!" plaagde Suus lachend.
„Het effect alleen maar van die veron»
derstelling1"
„O, dat zou ik niet kunnen uitstaan",
bekende Ro dan ernstig.
„Nou?"
„Dat bewijst niets. Dat zou ook ge»
kwetste ijdelheid kunnen zijn.... hè?"
„Nou ja.... Jc gaat wel ver met je
psychologische zelfontleding. Maar ver»
gis jc niet in dc psyche van een man!"
„Dc psyche van een mm is op 't ge»
bied van dc liefde een bijkomstigheid".
„Words, words, wordsGeloof
mij, als jc werkelijk van Frank houdt,
dan speel je een gevaarlijk spelletje.
Hij is jalocrsch op Jacques...»"
„Dat kan ik niet helpen".
„Je kunt het voorkomen. Ja, je lacht
cr om, maar ik heb - ast ge^'en, wat
er in Frank omging, toen we daar bij
de auto's stonden...."
„Hij-trok toch weer bij.... toen ik
hem vroeg of hij vanmiddag kwam.."
.„lajahij trok weer bij
/ei Suus op bedcnkclijken toon. „maar
daar zal toch wel '11 soort gevoel van.
van...„ vernedering cn van wrok daar
over gijn achtergebleven...» dat dap
later manifest wordt...,"
„Van psychologische ontledingen ge»
sproken", lachte Ro.
„O, dat 's 'n animeerend werkje, dat
geef ik toe. Maar zeg Rootje.... een
vertrouwelijke vraag.... Heeft hij zich
al ooit uitgesproken?"
„Nee.
„Niet?"
Er klonk een bijna verschrikte vet»
wondering in Suus stem.
„Hij ging wel eens in die richting,
maar dan sneed ik hem de pas af",
„Waarom?"
Ro haalde haar schouders op.
,,'t Was nog niet het psychologisch©
moment".
„Meisje, meisje, je hebt wat goed te
maken!"
Er viel een stilte, maar het spotten»
de kneepje bleef nog lang in Ro's
mondhoek.
„Te warm of niet om te tennissen,
we zullen ons toch maar kleeden alsof,
hè?" zei Suus wat later, ,,'t is bijna
kwart voor vier...." en ze stond met
een luie zucht op uit haar gemakkelij»
ken stoel.
„Ja, dan ?.al ik even naar m'n kamer
gaansprak Ro, die ook opstond.
„Kijkwees Suus. „Wist je dat jo
hier Eikcndaal kon zien liggen?"
„Nee"-
(Wordi vervolgd)*
„Aanschouwt den held, der Staten
rechterhand"
DE HERDENKING VAN DE RUYTERS STERFDAG.
SCHOENEN POETSEN
Je gaat in ccn stoel zit» 1 neemt een krant van een
ten en kijkt eens rond I leege stoel en ziet dat
oin tc berekenen hoc I het een bxemplaar is,
lang jc zult moeten I dat je al gelezen hebt
wachten I
jc leest daarom de recla» I luistert naar het debat
mes op den muur maar tusschen twee schoen»
I poetsers, waarvan je
I niets verstaat
Het Praalgraf van de Ruyter in de Nieuwe Kerk tc Amsterdam
Het is mogelijk, dat tijdens het leven
van onze grootste zeehelden, dc
Ruijtcr cn Tromp, de zeeslagen niet zoo
hevig zijn geweest als in onzen tijd,
zij duurden ook zoo veel tc langer en
meermalen bleven strijdend» vloten
■weken cn maanden lang op zee. Dat
Kien wij ook bij zijn laatsten tocht,
waarvan hij niet levend in het vader»
land terug zou kcorcn. In September
1677 zonden de Hecren Staten hem uit
tot hulp voor den koning van Spanje,
maar naar gewoonte wel ccn zwakke
vloot: bewindhebbers verscholen zich
wel graag achter dc buitengewone be»
kwaamheden van dc Ruijtcr om hem
te weinig steun te geven. Zoo diende
men dc zuinigheid, de vlootvoogd zou
het toch wel halen.
In December zeilde hij naar Sicilië
en raakte pas den achtsten Januari
slaags met de Franschc vloot onder
Duquesnc: dit zeegevecht duurde een
dag cn werd pas den 22stcn Maart,
dus twee cn een halve maand later,
hervat. Wel behaalden dc Hollanders dc
zege, maar die was duur gekocht. Dc
Ruijtcr v,crd door een kogel getroffen
cn zwaar gewond, zoodat dc vloot dc
haven van Syrucus binnenliep, waar
de groote vlootvoogd op 29 April aan
wondkoorts stierf.
Morgen, Donderdag, zal het dus 250
jaar geleden zijn dat hij stierf en die
herinnering wordt in dc Nieuwe Kerk
te Amsterdam herdacht met een rede
van Prof. Blok, zang van Mia Pelten»
burg en orgelspel van den organist der
Nieuwe Kerk. Prins Hendrik zal daarbij
tegenwoordig zijn.
Groot is de roem van Michiel
'Adriaans/, dc Ruijtcr grooter dan die
van menige andere groote figuur uit
vTocgcren tijd. Komt het door dc voor»
liefde, die ons volk altijd voor dc zee
beeft gehad? Of door de wijze, waar»
op ons op school zijn levensgeschiedenis
werd verteld? Er is zeker romantiek in
de tegenstelling t uschen den Vlissing»
schen jongen in de saaie lijnbaan cn dc
groote overwinningen die dc vlootvoogd
behaalde op Engclschon, Franschen cn
Turken. Wij hebben op school prettig
gegriezeld bij het verhaal, hoe dc rockc»
Ipoze Michiel op den toren klom, tot
het haantje incluis en dc toeschouwers
beneden zich afvroegen, hoe hij ooit
weer beneden komen zou.
Na zijn touwslagers-.periodc kwam
'dc Ruijter aanvankelijk bij de koop»
vaardij. Op zijn elfde jaar was hij
bootsmansleerling, op zijn 24ste
stuurman: vijf jaar later ging hij over
bq de militaire zeemacht als kapitein
van een kaperschip, maar in 1641, toen
hn 34 jaar was, kreeg hij het commando
over het schip „de Haas" van de St;
met den rang van Schout bij
Nacht. In weerwil van zijn succes in
den zeetocht, dien de Staten gelastten
tot hulp van koning Johan van Portugal,
keerde hij naar dc koopvaardij terug
en bleef zelf een tijdlang geheel
uit dc 'zeevaart. Maar het zee»
mansblocd liet zich niet smoren. Toen
de Staten hem in 1652 uitnoodigden het
bevel op zich -te nemen over de vloot,
die dc Oost»lndie»vaarders op hun weg
zou begeleiden omdat het land met
Engeland in oorlog was gekomen, nam
hij die opdracht aan cn bracht de vloot
.ilig weg, waarna hij wachtte op dc
!t Indic tcrugkecrendc vloot, om
daaraan geleide te geven. In deze dagen
valt dc slag bij Plymouth, waarbij dc
Ruqtcr een Engclsch eskader onder
Ascuc overwon.
A! die namen duiken weer uit dc
herinnering aan.de schooljaren op, toen
wij dc feiten cn data uit dc Engclsche
zeeoorlogen netjes achter elkaar uit
het boofd leerden cn opdreunen moes»
ten. Men heeft van het geschiedenis»
onderwijs in deze dagen ccn andere op»
vatting en zoo zal ik niet op mijn beurt
dc historie vertellen, alsof zij ccn op»
somming van oorlogsverklaringen, veld»
slugcn en zeetochten was.-De Ruijter
is zonder twijfel ccn groot man geweest,
niet alleen in dc lyst van zijn tijd, maar
ook bekeken van -s sta:.Jpunt, dat voor
militairen roem niet bcgecrig meer is.
Tiet was toen dc bloeitijd van het vader»
land. Dc handel met Oost»Indië was
buitengewoon voordeelig cn wekte dc
afgunst op vooral van dc Engclschcn,
die zich beheerschers van dc zee noem»
den cn zelfs allerlei onderdanige be»
leefdheden cischten, zooals het strij»
ken van de vlag en de marszeilen cn
het afvuren van de kanonschoten als
saluut: weliswaar bepaalde zich dat tot
dc Engclsche wateren, maar van dit be»
grip maakten de Engclsehen een by«
zonder rekbaar gebruik.
Op den duur moest dit met andere
grieven tot vijandelijkheden aanleiding
geven cn 7.00 is> dan ook de Engclsche
eigenwaan naast dc botsing der bclan»
gen, do oorzaak van de Engclsche oor»
logen geweest. In zulke dagen zijn
zulke mannen noodig en het is dan
ook merkwaardig om te zien. hoe
groot het aantal bekwame admiraal:
was, waarop ons land rekenen kon
Tromp, de With, van Galen zijn er dc
voornaamsten van, maar zonder twij»
fel is de Ruijtcr dc grootste van al»
len geweest, ofschoon dc Engclsehen
veel minder herinnering aan hem, dan
aan Tromp, dien zij onveranderlijk V
Tromp noemen, hebben bewaard.
Overigens waren de omstandigheden
waaronder zeehelden hun talenten
■moesten toonen, niet bijzonder gun»
stig, De Staten hadden vijanden ge»
noeg en maakten het niet beter doo-r
hun wantrouwen van eigen bcvelhcb»
bers en karigheid in dc uitrusting
van dc vloot, die destijds een veel
grooter rol speelde, dan het leger, dat
eenvoudig uit huurlingen bestond cn
dikwijls met officieren en al. werd aan»
gesteld als men het noodig had cn ont»
slagen zoodra dc rust was toruggc»
koerd. Noch Tromp, noch dc Ruijter
hebben het noodlot van wantrouwen
en slecht geplaatste zuinigheid ont»
gaan.
Aanvankelijk heeft dc Ruijter onder
Tromp gestreden, later is er oncenig»
hcid tusschen de twee ontstaan, onr
dat dc Ruijtcr den strijdmakker bc
se huldigde, dat hij te zeer op cigcr
gelegenheid den strijd gevoerd had cn
zoo aanleiding was geweest tot den
terugtocht van dc Ruyter. Later is
dit geschil opgelost en zijn dc twee
mannen vrienden geworden. liet is
ook nog een herinnering uit de school»
jaren, dat de Ruijter in een van de
Engclsche zeeslagen van alle kanten
besprongen, op het moment van de
hoogste spanning kon uitroepen: „Man
nen. daar js Bestcvüar, ri:c komt ons
helpen." Inderdaad wist Tromp, die
onder dezen naam op de vloot bekend
stónd, den vijand op de vlucht tc ja»
:n.
Tusschen dc vijandelijkheden mep de
Engclsche mededingers door zeilt de
Ruijtcr herhaaldelijk naar de Middel»
landschc Zee om de Algcrijnschc roo»
die de Hollandschc schepen kaap»
ten waar zij kondon. tc tuchtigen. Met
dc Denen en voor hen verovert hij
Nijborg. De groote glorie van zijn loop--
baan is dc vierdaagschc zeeslag, en dc
strijd bij Solcbay tegen dc verecnigdc
Franschc cn Engclsche vloten. Aan den
tocht naar Chatham, het wapenfeit, dat
■:i Engeland zelf den mecstcn indruk
heeft gemaakt omdat het een dapper»
hcid toonde die aan roekeloosheid
grensde, heeft de Ruijter geen deel ge»
nomen. Als wij dezen tocht met een
vapenfeit van den modernen tijd willen
■crgelijken dan dringt dc herinnering
ich op a»n Zecbrugge, dat op een don»
keren avond, toen het in handen van
dc Dultschcrs was, werd aangevallen
door een klein aantal vastberaden En»
gelschcn, die hun schip in do haven
lieten zinken, zoodat dc Duitschcrs er
■niet mce-r uit konden komen. Merk»
waardig is het wel, d«t bij dc dappere
daad van het opvaren van dc Theems,
tusschen forten door die het schip on»
vuur namen, voorman was kapi»
je besluit om den tijd te
dooden met rooken cn
ontdekt dat jc geen lu»
cifer hebt
misschien staat er nog
wat in die krant, dat jc
gemist hebt. maar jc
buurman heeft 'm nu al
jc beseft dat je niet»
langer kunt blijven als I
jc een afspraak niet zult I
misloopen
jc voelt dat je voet ge»
pakt wordt en begrijpt
dat het nutteloos Ls nog
langer aan te dringen,
dat je geen tijd hebt
(Nadruk verboden)
tei-n van Brake!, die gestraft was we»
gens een vergrijp tegen de tucht. Om
dat goed te maken verzocht hij voor»
aan tc mogen gaan, wat hem vergund
werd.
Wat den persoon van de Ruijter, ook
nu nog. twee en een halve eeuw na»
derhand, zoo sympathiek maakt, is dat
hij wanneer de nood aan den man
kwam, altijd beschikbaar was ter ver
dediging van het vaderland en dc
grieven vergat over karigheid met de
beurs cn bemoeizucht van dc Heeren
Staten met dc oorlogsoperaties. Het
zwaard en de toga zijn altijd tegenstan»
ders geweest en hebben zich op eikaars
terrein begeven.
Toch was er persoonlijke moed voo-r
noodig, om tegen dc Engelsche vloten,
die in den regel grqoter en sterker
waren, den strijd aan tc binden. Het
lijfsgevaar was voor don opperbevel»
hebber niet geringer dan voor dc schc»
pelingen, integendeel.. Zoodra het ad»
miraalschip zijn vlag had geheschen
opdat de eigen schepen het nerkennen
zouden, was het meteen als van zelf
het mikpunt van de vijandelijke kanon»
nen geworden. In een van de Engelsche
zeegevechten had men zoo hardnekkig
juist daartegen den strijd gericht, dat
Tromp, die toen het bevel voerde, vier.
Vijfmaal zijn ontredderd schip had
moeten verlaten. Maar telkens rees de
admiraalsvlag opnieuw in den top van
den mast, zoodat dc En^elschcn ver»
wonderd ten slotte -vroegen, of cr dan
vijf, zes Trompen op dc vloot waren.
Beiden hobbcn dan ook hun moed met
hun leven betaald.
Een bekwaam vlootvoogd, een
braaf man, een eenVoudig burger is
dc Ruijtcr geweest en gebleven, tot
welke groote hoogte hij ook gestegen
was. De En-gclsche gezant Temple bei
schrijft hom als een man, zonder eeni»
ge bijzondere kenteekenen over 6traat
gaande, gelijk een koopman of een
gewone zeekapitein. Karei II van
Spanje verhief hem op den laatsten
zeetocht uit dankbaarheid tot hertog,
toen hij ai-, aan zijn wonden gestor»
ven was. Noch voor den tijd van toen,
noch voor het nageslacht had dc Ruy»
ter zulk een onderscheiding noodi"
liet lijk werd gebalsemd en op dc
vloot naar het vaderland _terugge»
bracht. Den lódcn Maart Ky7 wcr 1
het plechtig tc Amsterdam bij
Rombout Verhuist stichtte vier jaar
later het bekende praalgraf in de Nieu»
we Kerk, dat dc Staten=Gcneraal hem
had opgedragen.
Dc herdenking van morgen zal een
eenvoudig karakter dragen. Maar on»
opgemerkt moest de dag niet voorbij»
gaan, Daarvoor is Michiel Adriaansz.
dc Ruyter een te verdienstelijk man
geweest: dapper verdediger van zijn
vaderland en edel mcnsch.
J. C. P.
BINNENLAND
MR. A. R. ZIMMERMAN.
c heer mr. A. R. Zimmerman, die
r een weck in ons land vertoeft, zal
naar het Rott. Nbld. meldt, na 1 Juli,
meer zijn opdracht van den Voikeren-
d in Oostenrijk ten einde loopt, weer
Cedcrlantl vestigen. Eerst gaat hij cch-
rcizen, wellicht ook naar Amerika,
r men hem voor lezingen heeft uitge-
KINDERHERSTELLINGS-
EN VACANTIEKOLONIES
NOG STEEDS SNELLE GROEI.
De Administrateur .van het Centraal Ge.
nootschap voor Kicderherstellings- en Va»
cantiekolonies echrijft ons:
Sedert 1 Februari zijn weder nieuwe af»
deelimgcn opgericht te: ILemmer, Anna,
Paulowna, Hollen, Terjnunten, Monniken,
daan, Sint Pancrae, Gramsbergen, Nijkerk,
Oud.Beyerland, terwijl nog verscheidene
in voorbereiding zijn. Op het oogenblik
zijn 4 van de 9 tehuizen in exploitatie en
spoedig zullen in alle 9 huizen weder de
vroolijke kinderstemmen weerklinken. Van
Mei lot Ootober is reeds voor 3G66 kinderen
plaats gevTaagd en nog dagelijks komen
er meer. De afgeloopen winter- en voor-
jaarsverpleg&ng toomt weder een totalen
vooruitgang van 5303 verpleegdagen sedert
het reeds zoo gunatige jaar 1925.
VERKEERSONDERWIJS OP
SCHOOL.
De Nederl. Bond van Particuliere
Chauffeurs heeft een adres tot den Mi
nister van Onderwijs gericht, waarin voor,
gesteld wordt om aan alle hoofden van
scholen de verplichting op te leggen om
b.v. een half uur per week onderricht te
doen geven in het verkeersvraagstuk,
waarbij dan speciaal de aandacht geves
tigd dient te worden op het gevaar van
het spelen op rijwegen, terwijl naast
theorie ook practische lessen zouden
kunnen worden gegeven. Gevraagd wordt
voorts een kleine commissie, die dit voor
stel uitwerkt en den Minister nadere voor
stellen zal doen.
Een gemoedelijke generale repetitie van Manuel di Falla's „De Poppenkast van meester Pieter". In het midden Mengelberg, links Cornelis
Dopper, rechts de solisten van de Opéra Comique te Parijs: Vera Jana- copulos, Hector Dufranne en Thomas Salignac.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 575