HAARLEM'S DAGBLAD ALLERLEI UIT VELSEN FLITSEN DE STOFZUIGER FEUILLETON DOOR EIGEN KRACHT 16> ZATERDAG 3 JULI 1926 DERDE BLAD Bij de vroede vaderen. eerzame wandelaars. slotte over „Oome Jaap". Over woeste wielrijders en Over andere zaken en ten Om 7 uur Dinsdagavond was een tal#waardoor het publiek er weer rustig rijk publick ten gemeentehuize aanwe#jkon wandelen, zonder gevaar, door zig, om de vergadering van den gemeen#woeste wielrijders ömver te worden ge# teraad bij te wonen. Gewoonlijk is de reden. Ten einde dezen maatregel wets# belangstelling niet groot; meestal is de j kracht te kunnen verleenen, was deze publieke tribune zoo verlaten als bet I wijziging noodzakelijk. Maar de raad strand in de maand Januari, Dinsdag# |wi'de er niets van weten. Een der leden avond waren er evenwel heel wat toe# kwam met het argument, dat het voor hoorders. Ze troffen het echter niet IJmuidcnarcn, die er des avonds graag en uren lag hij op wacht, te loeren op» stroopers, waarbij soms heelc krijgs» listen werden geënsceneerd. En ondanks zijn harde leven, ondanks de nachtelijke uren, doorgebracht onder een haag of languit op de besneeuwde velden, ver# borgen onder een wit laken om zich zoo onzichtbaar mogelijk tc maken, is hij nog steeds een stoere grijsaard, wien de jacht op wild en op stroopers als het ware tot een tweede natuur was geworden. Moge het zonnetje op Velserbeek hem nog vele jaren koesteren. S. B. VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 630 bijzonder; hun geduld zou op een zware proef worden gesteld. Het werd half acht, acht uur en nog steeds bleef de zitting „geheim". Half negen, „geheim"; negen uur, dito. Eindelijk, het ücp al aardig naar half tien. daar ging het huistelefoontje als waarschuwing dat we boven mochten komen. De geheim# zinnigheid der geheime zitting zweefde nog door de raadszaal; alsmede een gordijn van rook, waardoor de hoofden der raadsleden, verhit door het geheime debat, nog slechts ter nauwernood zicht# baar waren. Nadat na veel pro en con# tra's, maar meest contra's, het voorstel dei hecren Visser c.s. tot verlaging van den gasprijs was verworpen, kwam de groote verrassing, van den avond. We vingen al de woorden „geen manier van doen" en eenigc andere uitlatingen op, toen op de publieke tribune nog niet eens bekend was, wat er aan het handje was. Totdat we uit een onder de bedrijven door opgehaald gecyclosty# leerd raadsstuk te weten kwamen, waar het over ging. En dat was niet gering ca het verklaarde bovendien den langen duur der besloten vergadering. Dit raadsstuk toch behelsde een voorstel van burgemeester en wethouders tot uitbreiding der werken voor de water# leiding met een laag reservoir en een ponipinstallatie met toebehooren. Kos# ten ruim 100-000 gld. Waar men anders in den raad dezer gemeente niet over één nacht ijs gaat en thans een dergc# lijk belangrijk voorstel, als gevolg waar# van een nieuwe geldleening gesloten zal moeten worden, zonder veel omhaal van woorden werd aangenomen met Hechts twee stemmen tegen, mag wor# den verondersteld, dat de voorgestelde uitbreiding -hoog noodig was. Hetgeen uit het betreffende raadsstuk dan ook duidelijk naar voren kwam. Het bleek, dat tengevolge van het toenemende wa# terverbruik, in de zomermaanden geen reservevoorraad aanwezig is, als gevolg waarvan in bijzondere gevallen als bij brand, groote lekkage, enz., het gevaar, dat aan de behoefte niet kan worden voldaan, lang niet denkbeeldig is. Het hoogreservoir in den watertoren heeft slechts een inhoud van 500 M3. Waar nu voor de a.s. zomermaanden gerekend wordt op een maximum uurverbruik van 200 M3. is het duidelijk, dat er slechts heel weinig behoeft te geselde# den of onze gemeente wordt droogge# legd, nog wel zonder plaatselijke keuze. Dus krijgen we nu voor reserve een laagrescrvoir van 2000 M3-. welk reser# voir zal worden gebouwd nabij het pompstation. Van dit laagreservoir wordt het water opgepompt naar den toren,' door middel van twee electrisch gedreven pompen, ieder met een capa# citeit van 300 M3. per uur. Hierdoor wordt het dagvermogen aanmerkelijk opgevoerd, doordat dan het hoogrescr# voir steeds gevuld kan blijven. De noodzakelijkheid van deze nieuwe installatie treedt nog te meer naar vo# Ten, als men weet, dat in de eerste vijf maanden van dit jaar volgens het in het raadsstuk aangehaalde schrijven va» de commissie voor gas en water, reeds 32000 M3. water meer is afgele# verd dan in hetzelfde tijdvak van 1925. Voor dezen zomer zullen we aan de nieuwe installatie wel niet veel hebben. Want voor den bouw zijn ongeveer drie maanden noodig. Als dc zaak dus klaar is. is het al weer October. In die paar zomermaanden, die ons eventueel nog te wachten staan dienen we dus wel de grootst mogelijke zuinigheid te betrach# ten. Als een onderwerp, waar het publiek belang in stelt, noemen we nog het voorstel van burgemeester en wethou: dcis tot wijziging der verordening vat het park Velserbeek. Het dagelijksch bestuur verlangde slechts de bevoegd# lieid te verkrijgen, om het park op druk; ke uren voor wielrijders tc sluiten. De praktijk heeft de noodzakelijkheid van dezen maatregel bewezen. De Linden# laan, dc hartader van het park, toe# gangsweg naar het hotel en de thee# schenkcrij en middelpunt van dat deel van het park, dat, nog ongeschonden, den wandelaar tot verrukking brengt, werd den laatsten tijd door jongelui op een ergerlijke wijze geprofaneerd, door= dat zij er af en toe formcele wielerwed; strijden organiseerden. Als tijdelijke maatregel werd toen de laan des avonds na zes uur voor wielrijders afgesloten, wat rondrijden een strop was. Maar het aantal IJmuidenaren. dat des avonds na'ar Velserbeek komt, kan men tellen op de vingers van écn hand. Dc voor# z'ttcr trok het voorstel weer in. Voor# loopig blijft het dus zooals het is. De commissie voor Velserbeek zal echter naar een oplossing moeten zoeken. De# ze dagen ging het nog vrij goed, maar als dc jeugd er achter is gekomen, dat de bordjes wegblijven, zal het gejakker weer inct frissche moed beginnen, tot schade van dc wandelaars die komen tc genieten van de rust en de schoonheid van het park. We verlaten hiermede dc vroede va# deren, doch blijven nog een oogenblik in Velserbeek vertoeven. Wat ons verwondert is. dat het park zoo weinig bezocht wordt door de in# woners onzer gemeente. Het zijn meest vreemdelingen, die het park bezoeken. Waar blijven toch de onderwijzers met hunne schoolkinderen? Nog nooit heb# ben we er een onderwijzer aangetroffen die een paar vrije uren opofferde om met z'n leerlingen een wandeltocht door het boseh te maken. En al spelende en wandelende kan men den kinderen heel wat kennis der flora en fauna bijbren# gen. Men klaagt over het vandalisme, de straatschenderijen en dc brutaliteit onzer hedendaagsche jeugd, maar het gebrek aan speeltuinen en het gemis aan gevoel voor de schoonheden der natuur als gevolg van de onbekendheid daarmede, zijn de oorzaken der verwil# dcring. Dc beste remedie tegen deze kwalen des tijds is een wandeling in de ihcerlijkc natuur. De inventaris van het park zal straks worden verrijkt met een flinke muziek# tent. Naar wij vernemen hebben burge# meester en wethouders besloten, de tent tc doen plaatsen niet bij de thee# schenkerij, doch op een grasveld nabij het jeneverhuïsje. Voor het geven van •olksconcertcn is hiervoor wel iets zeggen, maar als B. en W. het geven van zulke concerten willen bevorderen, zullen ze met het plaatsen van de tent alléén nog niet aan het eind hunner be# moeiingen zijn. Want geen onzer mu# ziekvcrccnigingen zal er voor te vinden zijn pro deo te concerteeren. De con# certen, tot nu toe bij dc theeschenkerij gegeven, hebben den pachter heel wat geld gekost. Men verwachte echter niet dat hij concerten zal organiseeren in een tent, die op een grooten afstand van het terras wordt opgeslagen. Als de ge# mcente a zegt, zal ze ook b moeten zeggen en dus een bedrag voor deze volksconcerten moeten uittrekken. En wil men goede muziek, dan mag men' gerust op minstens 51) gld. per concert rekenen. Met belangstelling zien wc de verdere stappen van het gemeentebe# stuur tegemoet. Alle geregelde bezoekers van Vel# serbcck kennen „Oome Jaap". Tot voor korten tijd, toen er nog veel konijnen in het park waren, zagen we hem er nog geregeld met z'n geweer op uittrekken. En met zijn onfeilbaar schot heeft hij verscheidene langooren uit den weg ge# ruimd. Want missen stond niet in z'n woordenboek en dat is ook licht tc be# grijpen als men weet, dat hij nu al bijna 60 jaar het geweer hanteert. En niet alleen het geweer draagt hij al die vele jaren; ook de penning, want 19 Juli a.s. zal het 60 jaar geleden zijn, dat hij als onbezoldigd rijksveldwachter werd aangesteld. Hij was toen (in 1866) 23 jaar en ongetwijfeld de jongste titu# laris, want men moest dezen leeftijd hebben bereikt om voor de penning in aanmerking te kunnen komen. Thans is hij 83 en zeker de oudste zijner colle# ga's, zoodat hem een jubileum staat te wachten dat tot de zeldzaamheden be# hoort. Al dien tijd was hij, tot hij pen# sioen kreeg, jachtopziener in dienst van dc familie van Hoorn en als zoodas nig dc schrik der stroopers. Drie ge# slachten der familie heeft hij zien ko# men en gaan. Gekend heeft hij nog een oudere generatie want reeds als kind was Jaap dc Vries op het landgoed der fa# milic werkzaam. De achterkleinzoon van den toenmaügen landheer heeft zijn diensten beloond met de toekenning van een pensioen, dat hem in staat stelt, te genieten van een zorgeloozen ouden dag. Vele nachten heeft hij in de duinen doorgebracht, de hevigste snccuwstor# men noch de felste koude konden hem door SIMON MOS. Eindelijk had Van der Wiel dan bij zijn aanhuodend sollicitecren naar be# trekkingen, gevraagd in een adverten# tie, op een zijner brieven antwoord ont# vangen. Hij was opgeroepen en had den aangeboden post gekregen ook. Salaris bleek er evenwel niet aan verbonden, al# thans in het begin niet, voorkiopig zou hij op provisie werken. De directeur maatschappij waarvoor hij zou werken, had hem echter voorgehouden, dat het hoofdzakelijk aan hem zelf lag, of hij veel of weinig zou verdienen. De rnenschen, die er behoefte aan kunnen hebben, opzoeken, ze weten te vinden, en een beetje bespraaktheid, om de voortreffelijkheid van het instrument, bóven andere, in het volle licht te stel# len, eenigc activiteit bij het demon# streeren, en dan voortdurend hameren op hetzelfde aanbeeld, als er zijn die tegenspartelen, er om denken, dat de aanhouder wint, ziedaar wat er noodig is om je een provisie van wel honderd gulden per week te verzekeren, conclu# deerde de directeur. Nu, Van der Wiel wilde het probee# ren. Hij was bediende geweest op een bankinstelling, maar door de algemeene malaise was een gedeelte van het per# soneel, om bezuinigingsredenen ontsla# gen, en daartoe had ook hij behoord, ^leer dan een half jaar liep hij nu reeds zonder eenige verdienste, zonder dat het hem was gelukt een andere betrek# king te krijgen, ondanks zijn vele solli# citaties. Hij nam dus het aanbod van de stofzuigermaatschappij met graagte aan, .hoe moeilijk het hem zou vallen dat begreep hij wel die instrumen# ten aan den man of liever aan dc vrouw te brengen. Want het was een artikel, waarin scherp geconcurreerd werd, en het bleek een soort vliegenvangerij tus# schen de agenten of reizigers van de verschillende systemen; wie cr het eerst bij was stelde niet alleen het eigen fa# brikaat het voordeeligst en gemakke# lijkst in het gebruik voor, doch kamde gelijkertijd het systeem van den ander af. Maar je moet toch eten, je lust eiken dag je boterham of je een betrekking hebt of niet. Hij zou zijn uiterste best doen, dat had hij zich voorgenomen, en zich niet door tegenslagen laten ontmoe# digen. Praten kon hij als de beste en door een goede schoolopleiding was hij ook een weinig op de hoogte met elec; triciteit in het algemeen. Groote hui# zen en voorname instellingen waren ech# ter meestal voorzien van de nuttigheids# machines, die stofzuigers worden ge# noemd. Er moest in andere richting wor# den gewerkt, om met eenig succes een afzetgebied te vinden. Maar daarbij be# hoefde de kleine middenstand en dc werkman niet overgeslagen te worden. De maatschappij hield er een huurkoop- systeem op na, zoodat het voor iemand met «un niet al te groot inkomen, ab# soluut geen bezwaar was tegen een !ut# tel bedrag per week, het instrument te ontvangen, om het voorloopig te ge# bruiken en het mettertijd in cigondom te ontvangen. In een dezer buurten had Van der Wiel de wetenschap opgedaan, van een der buurvrouwen aldaar, dat een juf# frouw in een andere straat, wonende daar en daar, er al dikwijls over gespro# ken had, zoon stofzuiger graag te wil# len hebben. Deze aanduiding was oor# zaak om, ofschoon hij die juffrouw al eenige malen niet thuis had gevonden er telkens weer heen te gaan. Eindelijk was hij zoo gelukkig geweest de be# wuste dame thuis te treffen, en reeds aan de voordeur .daar ze niet noodigde tot binnenkomen, draaide hij, voor dc zooveelste maal, zijn van buiten geleerd lesje af. Kijkt U eens, mevrouw! Zeit uwe maar juffrouwme# frau ben ik niet, viel de juffrouw even tusschen. Van der Wiel reageerde daar evenwel niet op en ging door: De vrouwen waren vroeger slavin# nen van haar huishouden.Wasschen. vegen, kloppen, schrobben en boenen van vroeg tot laat, maakten het leven tot een last, eiken dagmaakten haar vroeg oud!Daarin is een vcrande# ring ten goede gekomen door de eicc# triciteit, en in verband daarmede door de uitvinding van den stofzuiger! Ieder onzer is voor het gemakWat voorheen door handenarbeid moest wor# den verricht, geschiedt thans door onze wereldDe stofzuiger, mevrouw, neemt u eiken dag het grootste en het moeilijkste gedeelte van het werk uit DE BEWEGENDE TRAP Je gaat op de electrische trap i je laat je zachtkens naar boven I tot Je verscheidene menscBen staan, peinzende hoeveel genoege# I dragen, mtusschen de woelende I achter je ziet komen, wien het lijker dit is dan naar boven tc I menigte beneden je bestu dee rend I niet hard genoeg gaat en die dus moeten klimmen I I klimmen f beseft dat ze je nu bereikt heb# I je houdt je ferm wat drommel I tot je zwicht voor de publieke ben en wachten tot je zelf zult I is het nut van een bewegende I opinie en met versnelden pas het gaan loopen trap als je nog moet loopen ook laatste stuk aflegt, (Na'druk verboden) in huis houden als cr onraad was. Uren de handenIn n oogenblik is alles jereed.... U is vroeg klaar véél vroe# ger dan andersU houdt tijd over voor nuttiger bezigheden.. En nu kunt u aan mijn woorden twijfelen.... doch ik zal u komen overtuigenik zai u bewijzen, dat ik de waarheid spreek Woorden zeggen zoo weinig, maar laat mij ons toestel demonstrceren op een dag, door u zelf te bepalen.... en ik weet van te voren, dat u verstomd zult staan, van hetgeen onze machine in staat is te presteeren Maarre.ik wou liever eerst met m'n man der es over spreken, ziet uwe? opperde de juffrouw. Geen bezwaar, mevrouw!.... U verbindt u tot niets.. De demonstratie met gerenommeerde stofzuiger kost u niets, mevrouwU blijft na afloop volkomen vrij, of u al of niet tot de aan# schaffing wilt overgaanIk laat u alle voordeelen zien, en het besluit tot den aankoop kunt u ook daama nog in beraad houden Nu, het scheen de juffrouw toch wel aan te staan; haar kleeden, stoelen en gordijnen moesten reeds lang eens goed worden geklopt en uitgestoft, zij kon er best toe besluiten, dat een en ander voor niets werd gereinigd. Er werd dan maar een dag en uur bepaald waarop de demonstratie met den stofzuiger zou plaats hebben, en op den vastgesteldcn tijd was Van der Wiele aanwezig met het instrument, netjes ingepakt en door een helper gedragen. Dat de demonstratie een schitteren# den indruk zou achterlaten, daarvan was van der Wiele ten volle overtuigd; de resultaten zijn na afloop gewoonlijk zoo, dat men werkelijk versteld staat, hoe die kleine machine zulke uitgebrei# de en zware werkzaamheden in een oogwenk opknapt, terwijl niemand, zelfs de zuidelijkste huisvrouw niet. zich kan voorstellen, waar in vredesnaam al die stof van daan komt. Het voornaamste was nu maar, dat de juffrouw na afloop van de demonstratie onmiddellijk zou kunnen besluiten tot de aanschaffing over te gaan, dadelijk, zonder uitstel, zonder allerlei bezwaren, wafit daar was het ten slotte om te doen. Het zou ae eerste provisie worden voor Van de? Wiele en hij zou het ellendig vinden als die hem op ccnigerlei wijze zou kun# nen ontgaan. Daarom bij het uitpakken van het toestel nog maar eens de voor# deelen enz. enz., opgedreund. Hier is#ie, mevrouw!'n pracht, vindt u niet?.... Niet lomp of zwaar, als anderegracieus en elegant... makkelijk te verplaatsenlicht en sierlijk, en overal, tot in de kleinste hoeken te gebruiken.... En, zooals 'J ziet, alles met nikkel gemonteerd. roest nooitschilfert niet af glanzend en fraai afgewerktblijft onveranderd.... ook bij langdurig ge# bruikDeze machine, mevrouw, zuigt zoo goed als geruischloos.als een voortdurende zucht van een lieflijk lentewindje doet hij zijn werkabso# luut zonder ei hinder van te hebben, kunt u hem overal gebruiken, zelis in ziekenkamerswaar hij wordt gc# plaatst, functionncert hij naar behoo# ren Ook onder de bedde, as 'k vragen mag? onderbrak de juffrouw Ook onder de bedden, mevrouw!, geen hoekje, geen gaatje zoo klein, of het is met dit systeem te bereiken, en van stof te zuiverenniets, maa; dan ook letterlijk niets slaat hij over. Ja, misschien as uwe 't doet, Lachte de juffrouw ongeloovig. Ook wanneer U het doet. mevrouw De handigheid in het gebruik leert u subietcr is volstrekt geen moeilijk# heid aanU leest wel eens in een advertentie van waschmachines: „Een kind kan de wasch doen"Welnu. mevrouw, met 'n kleine variatie zou ik kunnen zeggen: „een kind kan mijn stol# zuiger bedienen!"En wat bij al deze voortreffelijkheden het voornaam ste is, mevrouw, de prijs van mijn ma# chine is absoluut lager dan van de an# dere systemen.... Nou maar, 't is toch 'n hand met geld, hoor! bracht de juffrouw in 't midden. Maar u behoeft immers het bedrag niet ineens te betalen, mevrouw! En ons stelsel van afbetaling is zóó ge# regeld, dat ieder met een vast inko# men dat niet eens groot behoeft te zijn, aan onze regeling kan voldoen.... Dat kan nooit een bezwaar tegen de aan# schaffing zijn, mevrouw'n Kleinig# heid per week, die u gemakkelijk op andere overbodige snuisterijen kunt _be# zuinigen, stelt u in staat zware, huise# lijke bezigheden te verlichten, tot een minimum tc beperken.... en u tijd te geven voor ander werk.... voor lc# zen, bijvoorbeeld! Nou, ik hou niet zooveel van leze, zei de juffrouw. Dan andere bezigheden, om u geestelijk te kunnen verheffenordi# naire arbeid, als vegen langs den grond moet u aan de machine overlaten.. En thans geloof ik de voordeelen u wel zoo duidelijk voor oogen te hebben ge# steld, dat ik met succes tot een demon# stratie zal kunnen overgaanZal ik maar beginnen met het vloerkleed? Nou, net zoo as u wil.... De stoe# len had 'k ok graag gedaanen de gordijneen de matrasse boven ken dat allemaal? Met plezier, mevrouw! hoe meer, hoe lieverwant de stroom, die deze stofzuiger verbruikt is slechts gering., voor 'n paar centen werkt hij een uur langcn ik beloof u dat er dan heel wat gezuiverd is. Nou, begint uwe dan maar met dit kleed. Best mevrouw!.... Heeft u hier in de kamer een stopcontact? Een wat? vroeg de 'juffrouw, ter# wijl ze Van der Wiele onderzoekend aankeek. Een stopcontact, mevrouw, om de einden van de draad in te steken. Hemeltjelief! waar zou dat motte zitte?Ik heb 't nog nooit gezien. *t Is mogelijk, mevrouw, er zijn meer huizen waar in de kamers geen stopcontacten zijn.... maar dat is geen overwegend bezwaar.... dan koppel ik de draad even aan uw lamp. Nou, lachte de juffrouw, zou dat kenne? Wel zeker, mevrouw, 'n beetje handigheid, en dan is het zóó ge# schied. Toen Van der Wiele den geel zijden lampenrand had opgetild, om gemak# kelijk bij de lamp te kunnen komen, schrikte hij opeens, en terwijl hij den rond weer liet hangen, zei hij eenigszftÈj ontsteld: j Maar dit is een gaslamp! Ja, netuurlijk, zei de juffrouw, wa$ dochie dan? Hebt uhebt u dan geen elee# trisch licht? stamelde Van der Wiele. Wel nee! lachte de juffrouw. In de andere kamer misschien? waagde Van der Wiele te veronder# stellen. Ok niet hoor!Ik mot niks niet hebbe van dat elektriekmijni te gevaarlijk! Maar had u dit dan gezeid, juf# frouw! mopperde Van der Wiele, boos. Ikke?Waffoor?Weet ik, dat dat met electriek mot? - 't Is goed, juffrouw! zei Van der Wiele, spinnijdig, en na zijn toestel weer spoedig te hebben ingepakt, was hij haastig verdwenen. Zijn eerste provisie had hij nog altijd niet verdiend-. KANTONGERECHT. UITSPRAKEN J- B. G. het met een rijwie rijdende de vrijheid en veahgheid van het ver keer m gevaar brengen, door in! woeste vaart een wielrijder ïn plaats van links voorbij te rijden dit rechts le doen 8 subs- 1 dag hechtenis. G. B. vrijspraak. Ch. S- en G- K. üdem. \V. R. het tegen het vonnis d-d- 19 Mei D26 ifcgesteld verzet niet#ontvankelijk verkiaard. J. v. R. zeih in kennelijken staat van dronkenschap zich bevinden den. bij le herhaling f 15 subs- 3. d- h. S. S. overtreding der Arbeidswet f30 subs. 10 d- h. A. A. v. M. baldadig# - heid f 1 subs. 1- d. h. J. K. het te Haar lem bakkersarbeid verrichten des voor# middags pl-m- 9 uur, althans des v.m. vóór 10 uur f3 subs. 1 d. h. J- G. de G- overtreding v. d- wet op de open bare middelen van vervoer f.15 subs- 3 d. h- J. B. het als bestuurder van een motorrijtuig daarmede over een weg rijden op zoodanige wijze dat de vrij# heid en de veiligheid in gevaar ge bracht f 8 subs- 1 d. h. H- D. het loo# pen over verboden gronjl f 1 subs. 1. d- h. G. v. d- P. openbare dronken schap f4 subs. 4 d- h. P- D- het te Heemstede als bestuurder van een motorrijtuig binnen de bebouwde kom op den openbaren weg rijden met een snelheid van meer dan 20 K.M. pei uur f6 subs. 1 d- h- B. H. M- R. het rijden met een rijwie 's avonds niet voorzien van een lichtgevende lan# taarn f 1 subs. 1 d. h. A. V. het als bestuurder van een rijwiel waarmede over een weg wordt gereden, het rij wiel niet doen stilhouden telkens wan# neer de veiligheid van het verkeer zuks vordert f 3 subs- 1 d- h- C. W. het te Heemstede als bestuurder van eea rijwiel zich vasthouden aan een in be weging zijnd motorrijtuig f2 supbs- 2 d. h. L. v. d. W- het te Velsen in de uebouwde gedeelten der gemeente op vegen een motorrijtuig onbeheerd la# ten staan f 1 subs- 1 d- h- J- M. S. straatschenderij f5 subs. 1 d. h. (Jit 't Duitsch. „Je verdenkt iemand, knöwe; ik kan 't uit je woorden hóoren. Wil je dit voor mij ook verbergen? Heb ik niet, als mijn vader werkelijk vermoord zou zijn, dc plicht om onderzoek naar den moordenaar te doen?" „Ik heb u beloofd u te vertellen wat ik weet, niet wat ik misschien mocht denken. Onderzoek op uw eigen hout# je; ook ik zal, zoolang ik nog in deze streek blijf, hetzelfde doen. Maar een aanduiding wil ik u toch geven, mis# schien kan die u nog van dienst zijn om u op 't goede spoor te leiden. Toen ik 't levenlooze lichaam verliet en vlug door 't bosch liep, ten einde 'n paar arbeiders op te zoeken, die m.e konden helpen, mijn meester naar Brandenberg te brengen, zag ik in de verte een mensch door 't kreupelhout sluipen, die probeerde zich voor me schuil te hou# den. Ik herkende de canaille toch, alle moeite die hij zich gaf, ten spijt, 't ■was de opzichter Upsen uit Dahlwitz". „Groote genade, wil je daarmee zeg# gen dat Upsen de moordenaar is?" „Neen, een schoft is de vent wel, maar een moordenaar niet. Hij durft zelden, over het geheel, een ge# weer af te vuren, nog veel minder op n mcnsch. Upsen is de slimste en ge# meenste canaille. Ik weet dat hij voort# durend strikken zet voor 't wild, maar ik heb hem tot op heden, nog nooit kunnen snappen. Mocht ik hem eens op heeterdaad betrappen dan zij dc he# mei hem genadig; dat zou hem z'n arm# zalig leven kosten. Hij kent 't hosch bij# na nog beter dan ik, en weet me altijd te ontwijken. Ik ben overtuigd dat hij onlangs ook weer in 't bosch was om strikken tc zetten of om te zoeken of cr niet t een of ander stuk wild in 'n strik zat. Neen. aan dien moord draagt hij geen schuld, maar ik zou er een eed op kun# nen doen dat hij weet wie de moorde# naar is. Hij heeft, of dc daad mee aan# gezien, of is tenminste den moorde# naar spoedig daarna tegen gekomen. Ziezoo, nu heb ik alles verteld; maakt u nu maar bij u zelf uit hoe de zaak staat. Van den ouden Knöwe verneemt u niets meer!" Wolfgang kende den houtvester ge# noeg, om te weten dat elke poging, om hem tot verdere mededeelingen te bc# wegen, vruchteloos zou zijn. „Ik dank jc, Knöwe," zei Wolfgang nadat hij even nagedacht had. „Ik zal je mede# deelingen rijpelijk overdenken, en dan m'n besluit nemen, maar nu reeds moet ik je zeggen: overtuigd dat er een mis daad is begaan, heb je me niet". „Natuurlijk niet", antwoordde de houtvester spottend. Als zoo'n verstan# dig man als de raadsheer, er anders over denkt, hoe zou dan de domme meening van den ouden Knöwe eenig gewicht in de schaal kunnen leggen!" „Ik geloof noch aan een zelfmoord noch aan een misdaad. Ook ben ik evenmin in staat me, over hetgeen ik zoo juist heb gehoord, een vaste over# tuiging te vormen; ik moet verder on# derzoeken eer ik dat kan. Wil je me beloven, mij mee te deelen, als je de eenc of andere bepaalde ontdekking hebt gedaan?" „Ik beloof heelemaal niets. Dat hoef ik ook niet. Misschien doe ik 't, mis# schien ook niet. Onderzoekt u zelf, u bent de zoon". „Ik zal mijn plicht vervullen. Alleen had ik gewenscht, en van den ouden dienaar van m'n vader gedacht, dat hij me. uit dankbaarheid, zou bijstaan". 't Gezicht van den houtvester werd donkerrood van toorn: „Dankbaar# heid?" riep hij grimmig uit. „Waarvoor zou ik mijn ouden meester dankbaar hebben moeten zijn? Ik heb hem ge# diend voor een laag loon, dag cn nacljt. gedurende meer dan dertig jaar, zon# der me rust te gunnen. Ik had al lang 'n betere plaats kunnen hebben, want houtvester Knöwe is bekend genoeg; alle eigenaren van landgoederen weten wat hij presteert. Ik heb ze niet aan# vaard, wat kan 't me schelen of ik 'n paar honderd daalders meer- of minder heb! Aan 't bosch hangt m'n hart, en nooit zou ik Brandenberg verlaten, in# dien nog, als vroeger, m'n heerlijk bosch ontzien werd. Ja, vroeger, toen had ik m'n ouden meester, van ganscher harte lief, toen zou ik voor hem door 't vuur zijn ge# gaan, sedert hij echter een boschver# woester werd, alleen om wat goud uit 't bosch te persen, is mijn genegenheid binnen in me, gestorven. Zou ik er hem dankbaar voor moeten zijn dat hij m'n bosch heeft mishandeld, hij heert cr mezelf mee geraakt, cn daarom haat ik hem, ja, sedert hij 't Sebenfelder hosch heeft verkwanseld, heb ik zoo'n hekel aan hem gekregen, dat ik In eens hield hij op; hij had Wolf# gang met boos schitterende oogen aan# gekeken, nu keek hij plotseling naar den grond en toen hij weer opkeek, was 't alsof er een waas over z'n oogen was gekomen: met plotseling verander# den toon, ging hij norsch voort: „Wat zwets ik daar eigenlijk voor onzin! Wat gaat 't u aan of ik u vader bemind heb of gehaat, gediend heb ik hem, dertig jaar, trouw cn eerlijk, cn daarvoor was hij mij dankbaarheid verschuldigd, maar ik hem niet". „Maak dat maar met je geweten uit, Knöwe!" was Wolfgang's ernstig ant# woord. Ik heb, na wat ik daarop 't laatst vati je gehoord heb, niets meer met je te verhandelen. Dienstbevelen zal je, zoolang jc nog in deze betrek# king bent, door den opzichter Berner ontvangen". Hij wenkte den arbeider, die 't paard op het grasveld aan den teugel leidde; zonder den houtvester nog met één blik te vervaardigen of kern, wat anders altijd z'n gewoonte was, een hand te geven, steeg hij op z'n paard en reed in galop heen. De houtvester keck hem met som# bere blikken na. Hij klemde z'n tanden op elkaar en balde z'n vuisten. Toen Wolfgang in 't bosch was verdwenen, schudde hij onwillig z'n hoofd. „Ellen# dige zwetser!" bromde hij. „Moet zoo'n oude ezel zich nog door z'n toom la# ten meeslepen! Dan zeg je altijd meer dan goed is. Maar, de duivel hale hem. Die is ook al niet beter dan de oude. Een kranig garde#officier. Nu zal de rest van 't bosch wel gauw naar de haaien gaan!" Wolfgang Het den vos alleen galop# peeren, tot hij 't bosch had bereikt, toen liet hij hem langzaam en rustig loopen. Hij vond 't volstrekt-inet noodig om den weg naar Dahlwitz zoo gauw mo# gelijk af te leggen, eigenlijk was 't buitendien ook nog te vroeg voor een bezoek op 't slot, en tevens voelde Wolfgang, na het merkwaardig onder# houd met den houtvester, de dringen# de behoefte, om eens kalm over 't ge# hóórde na te denken, eer hij een ver» dere opheldering bij Hermine en me» neer Funk probeerde tc krijgen. De brutale uitingen van Knöwe had» den op Wolfgang diepen indruk ge» maakt, en zonderlinge twijfelingen in hem doen ontstaan. Knöwe, de fanati# cus en boschontziener, voedde 'n die» pen haat tegen z'n ouden meester, dien hij dertig jaar lang had gediend, en die hem steeds, met een haast te ver gaan# de vriendschap en zachte verdraagzaam heid. tegenover z'n zonderlingheden en grillen had behandeld. Wolfgang had, tot nog toe, gedacht, dat z'n vader geen vijand gehad had. nu had hij onder# vonden dat hij toch een mensen had ontmoet, die den overledene hitter had gehaat. Mocht er een misdaad be# gaan zijn, kwam dan niet vanzelf de gedachte boven dat die eene haar be# gaan zou kunnen hebben? Een roof# moord had er niet plaats gehad, dit was bewezen, als er dus een moord was begaan, moest de drijfveer haat of wraak zijn. Kon mén den houtvester Knöwe wel zoo'n daad toedichten? (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1926 | | pagina 9