HAARLEM'S DAGBLAD
ALLERLEI UIT VELSEN
FLITSEN
DE STOFZUIGER
FEUILLETON
DOOR EIGEN KRACHT
16>
ZATERDAG 3 JULI
1926
DERDE BLAD
Bij de vroede vaderen.
eerzame wandelaars.
slotte over „Oome Jaap".
Over woeste wielrijders en
Over andere zaken en ten
Om 7 uur Dinsdagavond was een tal#waardoor het publiek er weer rustig
rijk publick ten gemeentehuize aanwe#jkon wandelen, zonder gevaar, door
zig, om de vergadering van den gemeen#woeste wielrijders ömver te worden ge#
teraad bij te wonen. Gewoonlijk is de reden. Ten einde dezen maatregel wets#
belangstelling niet groot; meestal is de j kracht te kunnen verleenen, was deze
publieke tribune zoo verlaten als bet I wijziging noodzakelijk. Maar de raad
strand in de maand Januari, Dinsdag# |wi'de er niets van weten. Een der leden
avond waren er evenwel heel wat toe# kwam met het argument, dat het voor
hoorders. Ze troffen het echter niet IJmuidcnarcn, die er des avonds graag
en uren lag hij op wacht, te loeren op»
stroopers, waarbij soms heelc krijgs»
listen werden geënsceneerd. En ondanks
zijn harde leven, ondanks de nachtelijke
uren, doorgebracht onder een haag of
languit op de besneeuwde velden, ver#
borgen onder een wit laken om zich
zoo onzichtbaar mogelijk tc maken, is
hij nog steeds een stoere grijsaard,
wien de jacht op wild en op stroopers
als het ware tot een tweede natuur
was geworden.
Moge het zonnetje op Velserbeek hem
nog vele jaren koesteren.
S. B.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 630
bijzonder; hun geduld zou op een zware
proef worden gesteld. Het werd half
acht, acht uur en nog steeds bleef de
zitting „geheim". Half negen, „geheim";
negen uur, dito. Eindelijk, het ücp al
aardig naar half tien. daar ging het
huistelefoontje als waarschuwing dat
we boven mochten komen. De geheim#
zinnigheid der geheime zitting zweefde
nog door de raadszaal; alsmede een
gordijn van rook, waardoor de hoofden
der raadsleden, verhit door het geheime
debat, nog slechts ter nauwernood zicht#
baar waren. Nadat na veel pro en con#
tra's, maar meest contra's, het voorstel
dei hecren Visser c.s. tot verlaging van
den gasprijs was verworpen, kwam de
groote verrassing, van den avond. We
vingen al de woorden „geen manier
van doen" en eenigc andere uitlatingen
op, toen op de publieke tribune nog
niet eens bekend was, wat er aan het
handje was. Totdat we uit een onder de
bedrijven door opgehaald gecyclosty#
leerd raadsstuk te weten kwamen, waar
het over ging. En dat was niet gering
ca het verklaarde bovendien den langen
duur der besloten vergadering. Dit
raadsstuk toch behelsde een voorstel
van burgemeester en wethouders tot
uitbreiding der werken voor de water#
leiding met een laag reservoir en een
ponipinstallatie met toebehooren. Kos#
ten ruim 100-000 gld. Waar men anders
in den raad dezer gemeente niet over
één nacht ijs gaat en thans een dergc#
lijk belangrijk voorstel, als gevolg waar#
van een nieuwe geldleening gesloten
zal moeten worden, zonder veel omhaal
van woorden werd aangenomen met
Hechts twee stemmen tegen, mag wor#
den verondersteld, dat de voorgestelde
uitbreiding -hoog noodig was. Hetgeen
uit het betreffende raadsstuk dan ook
duidelijk naar voren kwam. Het bleek,
dat tengevolge van het toenemende wa#
terverbruik, in de zomermaanden geen
reservevoorraad aanwezig is, als gevolg
waarvan in bijzondere gevallen als bij
brand, groote lekkage, enz., het gevaar,
dat aan de behoefte niet kan worden
voldaan, lang niet denkbeeldig is. Het
hoogreservoir in den watertoren heeft
slechts een inhoud van 500 M3. Waar
nu voor de a.s. zomermaanden gerekend
wordt op een maximum uurverbruik
van 200 M3. is het duidelijk, dat er
slechts heel weinig behoeft te geselde#
den of onze gemeente wordt droogge#
legd, nog wel zonder plaatselijke keuze.
Dus krijgen we nu voor reserve een
laagrescrvoir van 2000 M3-. welk reser#
voir zal worden gebouwd nabij het
pompstation. Van dit laagreservoir
wordt het water opgepompt naar den
toren,' door middel van twee electrisch
gedreven pompen, ieder met een capa#
citeit van 300 M3. per uur. Hierdoor
wordt het dagvermogen aanmerkelijk
opgevoerd, doordat dan het hoogrescr#
voir steeds gevuld kan blijven.
De noodzakelijkheid van deze nieuwe
installatie treedt nog te meer naar vo#
Ten, als men weet, dat in de eerste vijf
maanden van dit jaar volgens het in
het raadsstuk aangehaalde schrijven
va» de commissie voor gas en water,
reeds 32000 M3. water meer is afgele#
verd dan in hetzelfde tijdvak van 1925.
Voor dezen zomer zullen we aan de
nieuwe installatie wel niet veel hebben.
Want voor den bouw zijn ongeveer drie
maanden noodig. Als dc zaak dus klaar
is. is het al weer October. In die paar
zomermaanden, die ons eventueel nog
te wachten staan dienen we dus wel de
grootst mogelijke zuinigheid te betrach#
ten.
Als een onderwerp, waar het publiek
belang in stelt, noemen we nog het
voorstel van burgemeester en wethou:
dcis tot wijziging der verordening vat
het park Velserbeek. Het dagelijksch
bestuur verlangde slechts de bevoegd#
lieid te verkrijgen, om het park op druk;
ke uren voor wielrijders tc sluiten. De
praktijk heeft de noodzakelijkheid van
dezen maatregel bewezen. De Linden#
laan, dc hartader van het park, toe#
gangsweg naar het hotel en de thee#
schenkcrij en middelpunt van dat deel
van het park, dat, nog ongeschonden,
den wandelaar tot verrukking brengt,
werd den laatsten tijd door jongelui op
een ergerlijke wijze geprofaneerd, door=
dat zij er af en toe formcele wielerwed;
strijden organiseerden. Als tijdelijke
maatregel werd toen de laan des avonds
na zes uur voor wielrijders afgesloten,
wat rondrijden een strop was. Maar het
aantal IJmuidenaren. dat des avonds
na'ar Velserbeek komt, kan men tellen
op de vingers van écn hand. Dc voor#
z'ttcr trok het voorstel weer in. Voor#
loopig blijft het dus zooals het is. De
commissie voor Velserbeek zal echter
naar een oplossing moeten zoeken. De#
ze dagen ging het nog vrij goed, maar
als dc jeugd er achter is gekomen, dat
de bordjes wegblijven, zal het gejakker
weer inct frissche moed beginnen, tot
schade van dc wandelaars die komen
tc genieten van de rust en de
schoonheid van het park.
We verlaten hiermede dc vroede va#
deren, doch blijven nog een oogenblik
in Velserbeek vertoeven.
Wat ons verwondert is. dat het park
zoo weinig bezocht wordt door de in#
woners onzer gemeente. Het zijn meest
vreemdelingen, die het park bezoeken.
Waar blijven toch de onderwijzers met
hunne schoolkinderen? Nog nooit heb#
ben we er een onderwijzer aangetroffen
die een paar vrije uren opofferde om
met z'n leerlingen een wandeltocht door
het boseh te maken. En al spelende en
wandelende kan men den kinderen heel
wat kennis der flora en fauna bijbren#
gen. Men klaagt over het vandalisme,
de straatschenderijen en dc brutaliteit
onzer hedendaagsche jeugd, maar het
gebrek aan speeltuinen en het gemis
aan gevoel voor de schoonheden der
natuur als gevolg van de onbekendheid
daarmede, zijn de oorzaken der verwil#
dcring. Dc beste remedie tegen deze
kwalen des tijds is een wandeling in de
ihcerlijkc natuur.
De inventaris van het park zal straks
worden verrijkt met een flinke muziek#
tent. Naar wij vernemen hebben burge#
meester en wethouders besloten, de
tent tc doen plaatsen niet bij de thee#
schenkerij, doch op een grasveld nabij
het jeneverhuïsje. Voor het geven van
•olksconcertcn is hiervoor wel iets
zeggen, maar als B. en W. het geven
van zulke concerten willen bevorderen,
zullen ze met het plaatsen van de tent
alléén nog niet aan het eind hunner be#
moeiingen zijn. Want geen onzer mu#
ziekvcrccnigingen zal er voor te vinden
zijn pro deo te concerteeren. De con#
certen, tot nu toe bij dc theeschenkerij
gegeven, hebben den pachter heel wat
geld gekost. Men verwachte echter niet
dat hij concerten zal organiseeren in een
tent, die op een grooten afstand van
het terras wordt opgeslagen. Als de ge#
mcente a zegt, zal ze ook b moeten
zeggen en dus een bedrag voor deze
volksconcerten moeten uittrekken. En
wil men goede muziek, dan mag men'
gerust op minstens 51) gld. per concert
rekenen. Met belangstelling zien wc de
verdere stappen van het gemeentebe#
stuur tegemoet.
Alle geregelde bezoekers van Vel#
serbcck kennen „Oome Jaap". Tot voor
korten tijd, toen er nog veel konijnen
in het park waren, zagen we hem er nog
geregeld met z'n geweer op uittrekken.
En met zijn onfeilbaar schot heeft hij
verscheidene langooren uit den weg ge#
ruimd. Want missen stond niet in z'n
woordenboek en dat is ook licht tc be#
grijpen als men weet, dat hij nu al bijna
60 jaar het geweer hanteert. En niet
alleen het geweer draagt hij al die vele
jaren; ook de penning, want 19 Juli
a.s. zal het 60 jaar geleden zijn, dat
hij als onbezoldigd rijksveldwachter
werd aangesteld. Hij was toen (in 1866)
23 jaar en ongetwijfeld de jongste titu#
laris, want men moest dezen leeftijd
hebben bereikt om voor de penning in
aanmerking te kunnen komen. Thans is
hij 83 en zeker de oudste zijner colle#
ga's, zoodat hem een jubileum staat te
wachten dat tot de zeldzaamheden be#
hoort. Al dien tijd was hij, tot hij pen#
sioen kreeg, jachtopziener in dienst
van dc familie van Hoorn en als zoodas
nig dc schrik der stroopers. Drie ge#
slachten der familie heeft hij zien ko#
men en gaan. Gekend heeft hij nog een
oudere generatie want reeds als kind was
Jaap dc Vries op het landgoed der fa#
milic werkzaam. De achterkleinzoon
van den toenmaügen landheer heeft zijn
diensten beloond met de toekenning van
een pensioen, dat hem in staat stelt, te
genieten van een zorgeloozen ouden dag.
Vele nachten heeft hij in de duinen
doorgebracht, de hevigste snccuwstor#
men noch de felste koude konden hem
door SIMON MOS.
Eindelijk had Van der Wiel dan bij
zijn aanhuodend sollicitecren naar be#
trekkingen, gevraagd in een adverten#
tie, op een zijner brieven antwoord ont#
vangen. Hij was opgeroepen en had den
aangeboden post gekregen ook. Salaris
bleek er evenwel niet aan verbonden, al#
thans in het begin niet, voorkiopig zou
hij op provisie werken. De directeur
maatschappij waarvoor hij zou
werken, had hem echter voorgehouden,
dat het hoofdzakelijk aan hem zelf lag,
of hij veel of weinig zou verdienen. De
rnenschen, die er behoefte aan kunnen
hebben, opzoeken, ze weten te vinden,
en een beetje bespraaktheid, om de
voortreffelijkheid van het instrument,
bóven andere, in het volle licht te stel#
len, eenigc activiteit bij het demon#
streeren, en dan voortdurend hameren
op hetzelfde aanbeeld, als er zijn die
tegenspartelen, er om denken, dat de
aanhouder wint, ziedaar wat er noodig
is om je een provisie van wel honderd
gulden per week te verzekeren, conclu#
deerde de directeur.
Nu, Van der Wiel wilde het probee#
ren.
Hij was bediende geweest op een
bankinstelling, maar door de algemeene
malaise was een gedeelte van het per#
soneel, om bezuinigingsredenen ontsla#
gen, en daartoe had ook hij behoord,
^leer dan een half jaar liep hij nu reeds
zonder eenige verdienste, zonder dat
het hem was gelukt een andere betrek#
king te krijgen, ondanks zijn vele solli#
citaties. Hij nam dus het aanbod van
de stofzuigermaatschappij met graagte
aan, .hoe moeilijk het hem zou vallen
dat begreep hij wel die instrumen#
ten aan den man of liever aan dc vrouw
te brengen. Want het was een artikel,
waarin scherp geconcurreerd werd, en
het bleek een soort vliegenvangerij tus#
schen de agenten of reizigers van de
verschillende systemen; wie cr het eerst
bij was stelde niet alleen het eigen fa#
brikaat het voordeeligst en gemakke#
lijkst in het gebruik voor, doch kamde
gelijkertijd het systeem van den ander
af.
Maar je moet toch eten, je lust eiken
dag je boterham of je een betrekking
hebt of niet. Hij zou zijn uiterste best
doen, dat had hij zich voorgenomen, en
zich niet door tegenslagen laten ontmoe#
digen. Praten kon hij als de beste en
door een goede schoolopleiding was hij
ook een weinig op de hoogte met elec;
triciteit in het algemeen. Groote hui#
zen en voorname instellingen waren ech#
ter meestal voorzien van de nuttigheids#
machines, die stofzuigers worden ge#
noemd. Er moest in andere richting wor#
den gewerkt, om met eenig succes een
afzetgebied te vinden. Maar daarbij be#
hoefde de kleine middenstand en dc
werkman niet overgeslagen te worden.
De maatschappij hield er een huurkoop-
systeem op na, zoodat het voor iemand
met «un niet al te groot inkomen, ab#
soluut geen bezwaar was tegen een !ut#
tel bedrag per week, het instrument te
ontvangen, om het voorloopig te ge#
bruiken en het mettertijd in cigondom
te ontvangen.
In een dezer buurten had Van der
Wiel de wetenschap opgedaan, van een
der buurvrouwen aldaar, dat een juf#
frouw in een andere straat, wonende
daar en daar, er al dikwijls over gespro#
ken had, zoon stofzuiger graag te wil#
len hebben. Deze aanduiding was oor#
zaak om, ofschoon hij die juffrouw al
eenige malen niet thuis had gevonden
er telkens weer heen te gaan. Eindelijk
was hij zoo gelukkig geweest de be#
wuste dame thuis te treffen, en reeds
aan de voordeur .daar ze niet noodigde
tot binnenkomen, draaide hij, voor dc
zooveelste maal, zijn van buiten geleerd
lesje af.
Kijkt U eens, mevrouw!
Zeit uwe maar juffrouwme#
frau ben ik niet, viel de juffrouw
even tusschen.
Van der Wiel reageerde daar evenwel
niet op en ging door:
De vrouwen waren vroeger slavin#
nen van haar huishouden.Wasschen.
vegen, kloppen, schrobben en boenen
van vroeg tot laat, maakten het leven tot
een last, eiken dagmaakten haar
vroeg oud!Daarin is een vcrande#
ring ten goede gekomen door de eicc#
triciteit, en in verband daarmede door
de uitvinding van den stofzuiger!
Ieder onzer is voor het gemakWat
voorheen door handenarbeid moest wor#
den verricht, geschiedt thans door onze
wereldDe stofzuiger, mevrouw,
neemt u eiken dag het grootste en het
moeilijkste gedeelte van het werk uit
DE BEWEGENDE TRAP
Je gaat op de electrische trap i je laat je zachtkens naar boven I tot Je verscheidene menscBen
staan, peinzende hoeveel genoege# I dragen, mtusschen de woelende I achter je ziet komen, wien het
lijker dit is dan naar boven tc I menigte beneden je bestu dee rend I niet hard genoeg gaat en die dus
moeten klimmen I I klimmen f
beseft dat ze je nu bereikt heb# I je houdt je ferm wat drommel I tot je zwicht voor de publieke
ben en wachten tot je zelf zult I is het nut van een bewegende I opinie en met versnelden pas het
gaan loopen trap als je nog moet loopen ook laatste stuk aflegt,
(Na'druk verboden)
in huis houden als cr onraad was. Uren de handenIn n oogenblik is alles
jereed.... U is vroeg klaar véél vroe#
ger dan andersU houdt tijd over
voor nuttiger bezigheden.. En nu kunt
u aan mijn woorden twijfelen.... doch
ik zal u komen overtuigenik zai u
bewijzen, dat ik de waarheid spreek
Woorden zeggen zoo weinig, maar laat
mij ons toestel demonstrceren op een
dag, door u zelf te bepalen.... en ik
weet van te voren, dat u verstomd zult
staan, van hetgeen onze machine in
staat is te presteeren
Maarre.ik wou liever eerst met
m'n man der es over spreken, ziet uwe?
opperde de juffrouw.
Geen bezwaar, mevrouw!.... U
verbindt u tot niets.. De demonstratie
met gerenommeerde stofzuiger kost u
niets, mevrouwU blijft na afloop
volkomen vrij, of u al of niet tot de aan#
schaffing wilt overgaanIk laat u
alle voordeelen zien, en het besluit tot
den aankoop kunt u ook daama nog in
beraad houden
Nu, het scheen de juffrouw toch wel
aan te staan; haar kleeden, stoelen en
gordijnen moesten reeds lang eens goed
worden geklopt en uitgestoft, zij kon er
best toe besluiten, dat een en ander
voor niets werd gereinigd. Er werd dan
maar een dag en uur bepaald waarop de
demonstratie met den stofzuiger zou
plaats hebben, en op den vastgesteldcn
tijd was Van der Wiele aanwezig met
het instrument, netjes ingepakt en door
een helper gedragen.
Dat de demonstratie een schitteren#
den indruk zou achterlaten, daarvan
was van der Wiele ten volle overtuigd;
de resultaten zijn na afloop gewoonlijk
zoo, dat men werkelijk versteld staat,
hoe die kleine machine zulke uitgebrei#
de en zware werkzaamheden in een
oogwenk opknapt, terwijl niemand, zelfs
de zuidelijkste huisvrouw niet. zich kan
voorstellen, waar in vredesnaam al die
stof van daan komt. Het voornaamste
was nu maar, dat de juffrouw na afloop
van de demonstratie onmiddellijk zou
kunnen besluiten tot de aanschaffing
over te gaan, dadelijk, zonder uitstel,
zonder allerlei bezwaren, wafit daar was
het ten slotte om te doen. Het zou ae
eerste provisie worden voor Van de?
Wiele en hij zou het ellendig vinden
als die hem op ccnigerlei wijze zou kun#
nen ontgaan. Daarom bij het uitpakken
van het toestel nog maar eens de voor#
deelen enz. enz., opgedreund.
Hier is#ie, mevrouw!'n pracht,
vindt u niet?.... Niet lomp of zwaar,
als anderegracieus en elegant...
makkelijk te verplaatsenlicht en
sierlijk, en overal, tot in de kleinste
hoeken te gebruiken.... En, zooals 'J
ziet, alles met nikkel gemonteerd.
roest nooitschilfert niet af
glanzend en fraai afgewerktblijft
onveranderd.... ook bij langdurig ge#
bruikDeze machine, mevrouw,
zuigt zoo goed als geruischloos.als
een voortdurende zucht van een lieflijk
lentewindje doet hij zijn werkabso#
luut zonder ei hinder van te hebben,
kunt u hem overal gebruiken, zelis in
ziekenkamerswaar hij wordt gc#
plaatst, functionncert hij naar behoo#
ren
Ook onder de bedde, as 'k vragen
mag? onderbrak de juffrouw
Ook onder de bedden, mevrouw!,
geen hoekje, geen gaatje zoo klein, of
het is met dit systeem te bereiken, en
van stof te zuiverenniets, maa;
dan ook letterlijk niets slaat hij over.
Ja, misschien as uwe 't doet, Lachte
de juffrouw ongeloovig.
Ook wanneer U het doet. mevrouw
De handigheid in het gebruik leert u
subietcr is volstrekt geen moeilijk#
heid aanU leest wel eens in een
advertentie van waschmachines: „Een
kind kan de wasch doen"Welnu.
mevrouw, met 'n kleine variatie zou ik
kunnen zeggen: „een kind kan mijn stol#
zuiger bedienen!"En wat bij al
deze voortreffelijkheden het voornaam
ste is, mevrouw, de prijs van mijn ma#
chine is absoluut lager dan van de an#
dere systemen....
Nou maar, 't is toch 'n hand met
geld, hoor! bracht de juffrouw in 't
midden.
Maar u behoeft immers het bedrag
niet ineens te betalen, mevrouw!
En ons stelsel van afbetaling is zóó ge#
regeld, dat ieder met een vast inko#
men dat niet eens groot behoeft te zijn,
aan onze regeling kan voldoen.... Dat
kan nooit een bezwaar tegen de aan#
schaffing zijn, mevrouw'n Kleinig#
heid per week, die u gemakkelijk op
andere overbodige snuisterijen kunt _be#
zuinigen, stelt u in staat zware, huise#
lijke bezigheden te verlichten, tot een
minimum tc beperken.... en u tijd
te geven voor ander werk.... voor lc#
zen, bijvoorbeeld!
Nou, ik hou niet zooveel van leze,
zei de juffrouw.
Dan andere bezigheden, om u
geestelijk te kunnen verheffenordi#
naire arbeid, als vegen langs den grond
moet u aan de machine overlaten.. En
thans geloof ik de voordeelen u wel
zoo duidelijk voor oogen te hebben ge#
steld, dat ik met succes tot een demon#
stratie zal kunnen overgaanZal ik
maar beginnen met het vloerkleed?
Nou, net zoo as u wil.... De stoe#
len had 'k ok graag gedaanen de
gordijneen de matrasse boven
ken dat allemaal?
Met plezier, mevrouw! hoe meer,
hoe lieverwant de stroom, die deze
stofzuiger verbruikt is slechts gering.,
voor 'n paar centen werkt hij een uur
langcn ik beloof u dat er dan heel
wat gezuiverd is.
Nou, begint uwe dan maar met dit
kleed.
Best mevrouw!.... Heeft u hier
in de kamer een stopcontact?
Een wat? vroeg de 'juffrouw, ter#
wijl ze Van der Wiele onderzoekend
aankeek.
Een stopcontact, mevrouw, om de
einden van de draad in te steken.
Hemeltjelief! waar zou dat motte
zitte?Ik heb 't nog nooit gezien.
*t Is mogelijk, mevrouw, er zijn
meer huizen waar in de kamers geen
stopcontacten zijn.... maar dat is geen
overwegend bezwaar.... dan koppel ik
de draad even aan uw lamp.
Nou, lachte de juffrouw, zou dat
kenne?
Wel zeker, mevrouw, 'n beetje
handigheid, en dan is het zóó ge#
schied.
Toen Van der Wiele den geel zijden
lampenrand had opgetild, om gemak#
kelijk bij de lamp te kunnen komen,
schrikte hij opeens, en terwijl hij den
rond weer liet hangen, zei hij eenigszftÈj
ontsteld: j
Maar dit is een gaslamp!
Ja, netuurlijk, zei de juffrouw, wa$
dochie dan?
Hebt uhebt u dan geen elee#
trisch licht? stamelde Van der Wiele.
Wel nee! lachte de juffrouw.
In de andere kamer misschien?
waagde Van der Wiele te veronder#
stellen.
Ok niet hoor!Ik mot niks
niet hebbe van dat elektriekmijni
te gevaarlijk!
Maar had u dit dan gezeid, juf#
frouw! mopperde Van der Wiele, boos.
Ikke?Waffoor?Weet ik,
dat dat met electriek mot?
- 't Is goed, juffrouw! zei Van der
Wiele, spinnijdig, en na zijn toestel
weer spoedig te hebben ingepakt, was
hij haastig verdwenen.
Zijn eerste provisie had hij nog altijd
niet verdiend-.
KANTONGERECHT.
UITSPRAKEN
J- B. G. het met een rijwie rijdende
de vrijheid en veahgheid van het ver
keer m gevaar brengen, door in!
woeste vaart een wielrijder ïn plaats
van links voorbij te rijden dit rechts
le doen 8 subs- 1 dag hechtenis. G.
B. vrijspraak. Ch. S- en G- K. üdem.
\V. R. het tegen het vonnis d-d- 19 Mei
D26 ifcgesteld verzet niet#ontvankelijk
verkiaard. J. v. R. zeih in kennelijken
staat van dronkenschap zich bevinden
den. bij le herhaling f 15 subs- 3. d- h.
S. S. overtreding der Arbeidswet f30
subs. 10 d- h. A. A. v. M. baldadig# -
heid f 1 subs. 1- d. h. J. K. het te Haar
lem bakkersarbeid verrichten des voor#
middags pl-m- 9 uur, althans des v.m.
vóór 10 uur f3 subs. 1 d. h. J- G. de
G- overtreding v. d- wet op de open
bare middelen van vervoer f.15 subs-
3 d. h- J. B. het als bestuurder van een
motorrijtuig daarmede over een weg
rijden op zoodanige wijze dat de vrij#
heid en de veiligheid in gevaar ge
bracht f 8 subs- 1 d. h. H- D. het loo#
pen over verboden gronjl f 1 subs. 1.
d- h. G. v. d- P. openbare dronken
schap f4 subs. 4 d- h. P- D- het te
Heemstede als bestuurder van een
motorrijtuig binnen de bebouwde kom
op den openbaren weg rijden met een
snelheid van meer dan 20 K.M. pei
uur f6 subs. 1 d- h- B. H. M- R. het
rijden met een rijwie 's avonds niet
voorzien van een lichtgevende lan#
taarn f 1 subs. 1 d. h. A. V. het als
bestuurder van een rijwiel waarmede
over een weg wordt gereden, het rij
wiel niet doen stilhouden telkens wan#
neer de veiligheid van het verkeer
zuks vordert f 3 subs- 1 d- h- C. W. het
te Heemstede als bestuurder van eea
rijwiel zich vasthouden aan een in be
weging zijnd motorrijtuig f2 supbs- 2
d. h. L. v. d. W- het te Velsen in de
uebouwde gedeelten der gemeente op
vegen een motorrijtuig onbeheerd la#
ten staan f 1 subs- 1 d- h- J- M. S.
straatschenderij f5 subs. 1 d. h.
(Jit 't Duitsch.
„Je verdenkt iemand, knöwe; ik kan
't uit je woorden hóoren. Wil je dit
voor mij ook verbergen? Heb ik niet,
als mijn vader werkelijk vermoord zou
zijn, dc plicht om onderzoek naar den
moordenaar te doen?"
„Ik heb u beloofd u te vertellen wat
ik weet, niet wat ik misschien mocht
denken. Onderzoek op uw eigen hout#
je; ook ik zal, zoolang ik nog in deze
streek blijf, hetzelfde doen. Maar een
aanduiding wil ik u toch geven, mis#
schien kan die u nog van dienst zijn om
u op 't goede spoor te leiden. Toen ik
't levenlooze lichaam verliet en vlug
door 't bosch liep, ten einde 'n paar
arbeiders op te zoeken, die m.e konden
helpen, mijn meester naar Brandenberg
te brengen, zag ik in de verte een
mensch door 't kreupelhout sluipen, die
probeerde zich voor me schuil te hou#
den. Ik herkende de canaille toch, alle
moeite die hij zich gaf, ten spijt, 't
■was de opzichter Upsen uit Dahlwitz".
„Groote genade, wil je daarmee zeg#
gen dat Upsen de moordenaar is?"
„Neen, een schoft is de vent wel,
maar een moordenaar niet. Hij
durft zelden, over het geheel, een ge#
weer af te vuren, nog veel minder op
n mcnsch. Upsen is de slimste en ge#
meenste canaille. Ik weet dat hij voort#
durend strikken zet voor 't wild, maar
ik heb hem tot op heden, nog nooit
kunnen snappen. Mocht ik hem eens
op heeterdaad betrappen dan zij dc he#
mei hem genadig; dat zou hem z'n arm#
zalig leven kosten. Hij kent 't hosch bij#
na nog beter dan ik, en weet me altijd
te ontwijken.
Ik ben overtuigd dat hij onlangs ook
weer in 't bosch was om strikken tc
zetten of om te zoeken of cr niet t
een of ander stuk wild in 'n strik zat.
Neen. aan dien moord draagt hij geen
schuld, maar ik zou er een eed op kun#
nen doen dat hij weet wie de moorde#
naar is. Hij heeft, of dc daad mee aan#
gezien, of is tenminste den moorde#
naar spoedig daarna tegen gekomen.
Ziezoo, nu heb ik alles verteld; maakt
u nu maar bij u zelf uit hoe de zaak
staat. Van den ouden Knöwe verneemt
u niets meer!"
Wolfgang kende den houtvester ge#
noeg, om te weten dat elke poging, om
hem tot verdere mededeelingen te bc#
wegen, vruchteloos zou zijn. „Ik dank
jc, Knöwe," zei Wolfgang nadat hij
even nagedacht had. „Ik zal je mede#
deelingen rijpelijk overdenken, en dan
m'n besluit nemen, maar nu reeds moet
ik je zeggen: overtuigd dat er een mis
daad is begaan, heb je me niet".
„Natuurlijk niet", antwoordde de
houtvester spottend. Als zoo'n verstan#
dig man als de raadsheer, er anders
over denkt, hoe zou dan de domme
meening van den ouden Knöwe eenig
gewicht in de schaal kunnen leggen!"
„Ik geloof noch aan een zelfmoord
noch aan een misdaad. Ook ben ik
evenmin in staat me, over hetgeen ik
zoo juist heb gehoord, een vaste over#
tuiging te vormen; ik moet verder on#
derzoeken eer ik dat kan. Wil je me
beloven, mij mee te deelen, als je de
eenc of andere bepaalde ontdekking
hebt gedaan?"
„Ik beloof heelemaal niets. Dat hoef
ik ook niet. Misschien doe ik 't, mis#
schien ook niet. Onderzoekt u zelf, u
bent de zoon".
„Ik zal mijn plicht vervullen. Alleen
had ik gewenscht, en van den ouden
dienaar van m'n vader gedacht, dat
hij me. uit dankbaarheid, zou bijstaan".
't Gezicht van den houtvester werd
donkerrood van toorn: „Dankbaar#
heid?" riep hij grimmig uit. „Waarvoor
zou ik mijn ouden meester dankbaar
hebben moeten zijn? Ik heb hem ge#
diend voor een laag loon, dag cn nacljt.
gedurende meer dan dertig jaar, zon#
der me rust te gunnen. Ik had al lang
'n betere plaats kunnen hebben, want
houtvester Knöwe is bekend genoeg;
alle eigenaren van landgoederen weten
wat hij presteert. Ik heb ze niet aan#
vaard, wat kan 't me schelen of ik 'n
paar honderd daalders meer- of minder
heb! Aan 't bosch hangt m'n hart, en
nooit zou ik Brandenberg verlaten, in#
dien nog, als vroeger, m'n heerlijk
bosch ontzien werd.
Ja, vroeger, toen had ik m'n ouden
meester, van ganscher harte lief, toen
zou ik voor hem door 't vuur zijn ge#
gaan, sedert hij echter een boschver#
woester werd, alleen om wat goud uit
't bosch te persen, is mijn genegenheid
binnen in me, gestorven. Zou ik er hem
dankbaar voor moeten zijn dat hij m'n
bosch heeft mishandeld, hij heert cr
mezelf mee geraakt, cn daarom haat ik
hem, ja, sedert hij 't Sebenfelder hosch
heeft verkwanseld, heb ik zoo'n hekel
aan hem gekregen, dat ik
In eens hield hij op; hij had Wolf#
gang met boos schitterende oogen aan#
gekeken, nu keek hij plotseling naar
den grond en toen hij weer opkeek,
was 't alsof er een waas over z'n oogen
was gekomen: met plotseling verander#
den toon, ging hij norsch voort: „Wat
zwets ik daar eigenlijk voor onzin! Wat
gaat 't u aan of ik u vader bemind heb
of gehaat, gediend heb ik hem, dertig
jaar, trouw cn eerlijk, cn daarvoor was
hij mij dankbaarheid verschuldigd,
maar ik hem niet".
„Maak dat maar met je geweten uit,
Knöwe!" was Wolfgang's ernstig ant#
woord. Ik heb, na wat ik daarop 't
laatst vati je gehoord heb, niets meer
met je te verhandelen. Dienstbevelen
zal je, zoolang jc nog in deze betrek#
king bent, door den opzichter Berner
ontvangen".
Hij wenkte den arbeider, die 't
paard op het grasveld aan den teugel
leidde; zonder den houtvester nog met
één blik te vervaardigen of kern, wat
anders altijd z'n gewoonte was, een
hand te geven, steeg hij op z'n paard
en reed in galop heen.
De houtvester keck hem met som#
bere blikken na. Hij klemde z'n tanden
op elkaar en balde z'n vuisten. Toen
Wolfgang in 't bosch was verdwenen,
schudde hij onwillig z'n hoofd. „Ellen#
dige zwetser!" bromde hij. „Moet zoo'n
oude ezel zich nog door z'n toom la#
ten meeslepen! Dan zeg je altijd meer
dan goed is. Maar, de duivel hale hem.
Die is ook al niet beter dan de oude.
Een kranig garde#officier. Nu zal de
rest van 't bosch wel gauw naar de
haaien gaan!"
Wolfgang Het den vos alleen galop#
peeren, tot hij 't bosch had bereikt, toen
liet hij hem langzaam en rustig loopen.
Hij vond 't volstrekt-inet noodig om
den weg naar Dahlwitz zoo gauw mo#
gelijk af te leggen, eigenlijk was 't
buitendien ook nog te vroeg voor een
bezoek op 't slot, en tevens voelde
Wolfgang, na het merkwaardig onder#
houd met den houtvester, de dringen#
de behoefte, om eens kalm over 't ge#
hóórde na te denken, eer hij een ver»
dere opheldering bij Hermine en me»
neer Funk probeerde tc krijgen.
De brutale uitingen van Knöwe had»
den op Wolfgang diepen indruk ge»
maakt, en zonderlinge twijfelingen in
hem doen ontstaan. Knöwe, de fanati#
cus en boschontziener, voedde 'n die»
pen haat tegen z'n ouden meester, dien
hij dertig jaar lang had gediend, en die
hem steeds, met een haast te ver gaan#
de vriendschap en zachte verdraagzaam
heid. tegenover z'n zonderlingheden en
grillen had behandeld. Wolfgang had,
tot nog toe, gedacht, dat z'n vader geen
vijand gehad had. nu had hij onder#
vonden dat hij toch een mensen had
ontmoet, die den overledene hitter
had gehaat. Mocht er een misdaad be#
gaan zijn, kwam dan niet vanzelf de
gedachte boven dat die eene haar be#
gaan zou kunnen hebben? Een roof#
moord had er niet plaats gehad, dit was
bewezen, als er dus een moord was
begaan, moest de drijfveer haat of
wraak zijn. Kon mén den houtvester
Knöwe wel zoo'n daad toedichten?
(Wordt vervolgd).