RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG IS DEC. 1926
RAADSELS
(Deze raadsels zijn alle ingezonden
door jongens en meisjes die ..Voor onze
Jeugd" lezen.)
Iedere maand worden onder de beste
oplossers drie boeken in prachtband
verloot.
1. (Ingez. door Condor.)
Mijn geheel wordt met 14 letters gc*
schreven en noemt een der gezelligste
avonden van het jaar.
3 4 13 staat in ieder bosch.
5 2 9 zien jullie eiken middag aan
tafel.
6 7 8 ziet ge op 'r land.
1 11 4 13 ziet ge bij den bakker.
10 13 13 12 betcckcnt jaar.
14 1 12 8 is een voorzetsel.
2. (Ingez. door Gerard van der Colk).
Wie kan uit het volgende potjeslatijn
een betrekking halen?
Schuurbouwcrscatsdgditer
Ter vergemakkelijking wordt nog ver
teld. dat het woord begint met S. cn
eindigt met r.
3. (Ingez. door Panther).
Driehockraadscl.
xxxxxxx.xxx
Een plaats in onze W. Indische be»
xir-ingen.
Sappige voorjaarsvruchten.
Een Indiaan.
Een werelddeel.
Een familielid.
Een deel van den dag.
Een verbrandingsproduct.
Een boom.
Een insect.
Een klinker.
De kruisjes moeten dezelfde plaats
vermelden.
4. (Ingez. door Heideroosje.)
Ik ben een spreekwoord van 20 let»
ters.
3 5 17 is een grootc rivier.
13 18 is een voertuig.
6 16 17 11 is een bergplaats.
7 S 9 10 is niet goedkoop.
1 is een klinker
2 15 is een lengtemaat.
12 2 18 is een afrastering.
4 5 6 is levenloos.
14 16 17 18 hing vroeger bij de kachel
19 20 2 3 is een hemellichaam.
5. (Ingez. door Prikkebeen).
Welk Rubrickertje leest ge hieruit.
TOM JERAM
6. (Ingez. door Heemstedenaartje.)
Ik ben een wezen, dat niet. bestaat,
maar nog wel als scheldnaam gebezigd
wordt, onthoofd me en ik dien om het
vuur op te rakelen.
Raadseloplossingen
De raadseloplossingen der vorige
week zijn:
1. Schoenmaker.
2. Gembertaai.
3. Rubriek voor onze Jeugd.
4. KozijnRozijn. Gootnoot.
5. Gezelligheid kent geen tijd.
6. HaarlemHaarle.
Goede raadseloplossingen ontvan*
gen van
De kleine Vogelvriend Dc kleine
Violist 6 Leo v. Velzen 6 Pietje Bell 6
Pianist 5 Elzebootje 6 Sterretje 6 Walt
en half Watt 6 Wilgenroosje 6 Panther
6 Kleine Ulbo 6 Astcrtje o Mccrmcisjc
Juffertje Onrust 6 Witvlak\ Ündcctjc 5
Prikkebeen 6 Koning Brombeer 0 De
jonge Kapitein 6 Mimi Pocsckat 6 Astc:
tje 6 Kraaloog o Duinroosjc Witkopje
6 Bellefleur 6 Micp 6 Goudreinct 6 Fa»
zant 5 De jonge Drogist 4 Rijstcpikkcr»
tje 6 Beertje 4 Boschnimf 4 Breeroo 6
Aladin 5 Amazone 6 Sneeuwballetje 6
Prins Soes cn Meel De kleine En»
gclschman 6 Hccmstedcnaar 5 4 Jim»
mv 5 Pietje Bell 6 Prinses Marscpijntjc
6 Pianist Joost v. d. Vondel 6 Fulco
dc Minstreel 5 Groenling 5 Blondkopje
6 Popje r. Rembrandt v. Rijn 6 Boerin,
netje o Walvisch Velsenaar 5 Mei.
doorntje 6 Zeclandertje 6 Lotusbloem,
pje 6 Alpenroosje 6 Korenbindstertje 6
Ventje Piggelmee 6 Goudhaantje 6 Len>
teknopje Heemskerck 4 Iris 4 Duikc.
lunrtjc 4 Dc kleine Gymnast 6 Charlie
Chaplin 6 Blr-cmenvriendinnetjc 4 Ver»
springer 5 Hardiooper 5 6 Elven*
prinsesje 5 5 De kleine Koerier 5 De
kleine Bakker 5 Hansje Teddybeer 5
KruMcmie 5 Muurbloem 5 Edo 6 Thee.
roosje 5 Knagelijntje 6 Flip 6 Flap 6
Duinviooltjc 6 De zwarte neger 6
Meeuwtje Garcng 6 Herfstmann.-tjc 6
RUILRÜB.1IEK
ALI VAN DER SLI YS. Laurens Cos.
erstraat 15 vraagt of iemand ook voor
haar heeft het lste, nummer van Snuf.
felgraag en Knagelijntje. Ze is al heel
lang ziek en teekent nu alle plaatjes uit.
ELS'E VAN ECK. Westerhoutsrraai
10, vraag Verkadeplaatjes voor het Al»
bum „dc Vecht" en wil in ruil geven
Aquariumplaatjes of bons.
GROENLING. Gen. Cronjéstraat 2S
vraagt Hillcsbonncn en geeft er -igaren»
bandjes cn Enfi»bonncn voor terug 1 bon
tegen 2 bandjes of 2 Enfi»bonnen.
NIEUWELINGEN
113de nieuweling in 1926 is: LEO
BELS, oud 10 jaar, Vclserstraat 101.
114de nieuweling is: LEENDERT
KL'YL, oud 11 jaar. Ten Katestraat 7.
115de nieuweling is: WILLEMIEN
STERRENBURG. oud 9 jaar. woonpl.?
llóde nieuweling is: ANDRE VAN
SANTEN, oud 13 jaar. Rijksstraatweg
1C4. Schoten.
117de nieuweling is: K0BA BARENDSE
oud 10 jaar. Molcnsteeg 29r.
llSdc nieuweling is: CORNELIA M.
v. KRIMPEN, oud 10 jaar, Oostvest 88
NIEUWJAARSWEDSTRIJD
Inzendingen ontvangen van:
Inzendingen ontvangen van: Prinses
Marsepeintjc, Jimmy, Witvlindertje,
Madeliefje, Heemstedenaar, Jerry
Creed, Prins soes en meel. Boschnimf,
Beertje, Fazant, Wilgenroosje, Goud.
reinet. Witkopje, Duinroosje. Mimi
Pocsckat, Juffertje Onrust, Groenling,
Meidoorntje. Zeclandertje Lotus-
hloempjc, Ventje Piggelmee, Goudhaan
tje. Iris. Duikelaartje, De kleine Gym»
nast, Witte van Hacmstede, De Sprin»
ter. Dc kleine Koerier, Dc kleine Bak»
ker, Hansje Teddybeer, Krullemie.
Muurbloem, Theeroosje, Meeuwtje,
f Icrfstmannctje.
Leo van Velzen, De kleine Violist, Dc
kleine Vogelvriend, De 3 Hoycrtjcs,
Panther, Kleine Ulbo.
DE DRAAIMOLEN.
Dit is nu eens een mooie teckening
■waax je pleizier van kunt hebben 1 Zoo»
als je ziet, zijn alle oncerdeelen voor een
prachtigen draaimolen aanwezig. Nu is
het maar zaak. dezen draaimolen :r.
elkaar te zetten!
Daartoe ga je als volgt tc werk:
Op de eerste plaats plak je het ge»
heei op een stuk karton, dat niet al te
dik is. want dan wordt het uitknipper,
moeilijk. Heb je dat gedaan, en de stijf-
sel is goed droog, dan begin je met alle
paarden en wat er nog meer in den
draaimolen behoort, netjes te kleuren
We zullen d.tinaal geen kleuren aangc
ven. zocdar ieder zijn e.gen fantasie
den vrijen loop kar. laten Ju'.l.e hebben
allemaal natuur! jk dikwijls genoeg in
een draa.moler. gezeten, om te weten
boe al die dingen er uit zien
Zijn alle figuren netjes geklc-rc. dar.
knip je de stukken rondom de beesten
Bwoo'voort netjes weg cn ook de stuk*
ken tusschen dc stralen van den cirkel.
Daarna vouw je de beesten om, zoodat
zij recht komen te staan. Dan is het
bovenstuk van den draaimolen gereed.
Wij behoeven nu nog maar te zorgen,
dat hij draaien kan. En dat doen we als
volgt: Je neemt een oud garenklosje,
dat je aan moeder kunt vragen en plakt
daar een puna:sc,op. met de punt naar
boven. Als het een puna:sc is met gaat*
jes in den kop-, dan kun je die ook
met twee andere punaises vaststeken;
anders neem je er het beste een goede
soort lijm voor. Op deze punaise prik
je her middelpunt van de draaimolen
vast en het spel kan beginnen!
Een bu n ge woon aard;g werkje dat
vooral als je den draaimolen mei een
beetje virtuositeit weet te kleuren, een
heei ieuk effect heeft, als de molen aan
het draaien is. Veel genoegen ermede
hoorl
Ook de portserie verscheen in 1925
in dc nieuwe waarden. Het zijn zeer
eenvoudige zegels, waarvan dc gro»
schen waarden zijn uitgegeven, zooals
figuur 13 aangeeft Bij dc schillingwaar*
HUISVLIJT
AVONTUREN VAN SNUFFELGRAAG EN KNAGELIJNTJE-
KENNISMAKING MET BARON VAN WORKENBURG.
Wederom een bekende uit ons ver»
haal. Op hun wandeling door den tuin
ontmoeten Snuffelgraag cn Knagelijntje
een heel voornaam persoon. Baron van
Workenburg.
Het model ligt weer in de Tijdingzaal
ter bezichtiging. Een gekleede jas, grijze
broek en lakschoenen maken den ba
ron zeer deftig.
Bloemhofstraat 29rd. S.
Postzegelrubriek
(Voor de kinderen).
OOSTENRIJK.
(Slot)
'f
Jen zijn dc lijnen niet oploopend. d< ch
horizontaal. Er verschenen: 1,2, 3. 4. 6.
8 groschen (alle rood). 10, 12, 15, 20, 23
30, 40, 60 groschen (alle blau^r), 1, 2, 5
en 10 schilling (alle groen). Grootte van
de vakjes 2,2 bij 2,7 c.M. Zie voor in*
Jeeling 't schetsje.
In 1925 verscheen nog een serie voor
de vliegpost en in 1926 wederom ccn
nieuwe weldadigheidserie, doch deze
zullen we voorloopig laten rusten, zoo
dat hiermede de behandeling van Oos»
tenrijk is geëindigd.
Maandag en Dinsdag 27 en 28 Decem»
ber wordt onze 3e postzegeltentoonstel*
ling gehouden in de Tijdingzaal. Het los»
bladig album, dat wordt verloot onder
de deelnemers, die de netste verzumc»
lingen hebben en nog niet in 't bezit
zijn van een groot album, ligt tn dc
Tijdingzaal ter bezichtiging. Doe jc
best, dat je ook een kansje krijgt het
tc winnen.
Daar ik den volgenden keer ga begin»
nen met de behandeling van België, zal
ik op de tentoonstelling mijn verzame*
ling van dat land ter bezichtiging leg»
gen. Misschien hebben jullie ook nog
wel wat moois, dat we kunnen gebrui
ken.
Nog een mcdedeeling betreffende dc
tentoonstelling, hoofdzakelijk bestemd
voor de vele nieuwelingen. Jullie bren*
gen allemaal je verzameling mee naar
de Tijdingzaal, waar ik de beide dagen
van 9 tot 12 aanwezig zal zijn. Alle ver*
zamelingen worden daar gekeurd; voor
de netste zullen eenige prijsjes, bestaan
de uit zegels, beschikbaar zijn. Moch»
ten er onder de vele philatelisten in dc
stad zijn, die ook een prijsje beschik»
baar willen stellen, dan zal ik dat in
dank aanvaarden.
Bij het keuren der verzamelingen zul»
Ien punten worden gegeven voor de vol»
gende onderdeden:
1. Regelmaat der ingeplakte zegels.
2. Manier van opplakken (of de zegels
bijv. gemakkelijk verwisseld kunnen
worden.)
3. Netheid der zegels.
Zorg er dus vooral voor, dat je ver»
zamcling er netjes uitziet.
Nieuwe deelnemer:
122. Johan Monsma, Archipclstr. 29.
Bloemhofstraat 29rd. S.
EEN JONGENSWENSCH
lOOR HEEMSTEDENAAR.
We merken nog niet. dat het winter
getij.
Een sneeuwkleed gaat spreiden over
bosschen cn hel.
Wij jongens, verlangen naar de zachte,
witte lager..
Als naderen gaan de Kerstmis*dagen.
fc.cn witte Kerst vindt ieder een pracht,
yooral als de Sneeuwpret je tegenlacht.
JANTJE IN DROOMEN-
LAND.
(Vervolg.)
DE FEE TOOVERT EEN TAART
„En nu," zei dc fee, „zou 'k jc iets aan
willen bieden,
Zeg gerust wat jc 't liefst hebt; je
wensch zal geschieden."
„Ik had," zcidc Kooltje, (die was niet
vervaard!)
Het liefst voor ons beiden ccn lekkere
taart."
„Heel goed," zei de fee: en nog vóór
ze er aan dachten,
Stond ccn tafel met prachtige taart
hen tc wachten.
Die taart was zóó heerlijk, dc room was
zóó fijn.
Dat er nu wel niet veel meer van over
zal zijn.
DE PORSELEINEN
POPPETJES.
loopje neemt. Zie jc wel? Daar begint
dc klok al te slaan! Een, twee. drie. vier
acht, negen elftwaalf maal
slaat dc klok. En plotseling beginnen
dc beide poppetjes tc bewegen. Het mid
dernachtelijk uur is het* ccnige uur, dat
porseleinen poppetjes zich kunnen be»
wegen. En zelfs dan nog slechts kort
Doch dat ze er gebruik van maken, kan
iedereen natuurlijk wel begrijpen. En
zeit! Het Chineesje wandelt met zijn
kleine dribbelpasjes van zijn plaats en
trippelt tot! vlak voor de schoone Japan
schc dame. Hij maakt ccn keurige bui»
ging en vraagt haar ten dans. De ster*
oogen van de Japanschc schitteren nog
helderder dan straks, nu zij denkt aan
dc genoegens van een heerlijk ouder»
wetsch dansje met den Chinceschcn
cavalier. En op voor menschcnooren on»
hoorbare muziek draaien de twee rond
en zweven over den schoorsteenmantel,
als ware het een prachtige balzaal met
spiegelglad gewreven vloer.De kleine
voetjes van de Japanschc reppen zich
cn dc groote zijden strik wappert achter
haar, en haar mondje rondt zich nog
meer en dc kleine neusvleugels trülen
van plcizicr. De wipneus van den Chi»
nces gaat. als het ware, heen cn weer op
de maat van dc muziek cn den dans.
Zoo genieten zij ccn korte poozc. Maar
niet lung, want het mancstraalt ic schuift
langzaam voorbij cn een zwak lichten
gaat reeds over het marmeren beeld,
dat een eindje verder op den schoor»
stren staat. Het is slechts door de too»
vermacht van het maanlicht om twaalf
uur 's nachts, dat dc porseleinen pop»
petjes vrijheid krijgen om een oogen»
blik te dansen. En hoe lang duurt het
oponthoud van ccn manest'raaltic op ccn
stilstaand voorwerp? Niet lang. dat weet
gc allen. Langzaam schuift bet manc»
straaltje verder cn verder weg; nog even
worden de glinsterende kleuren van
dc mooie costumes der beide poppetjes
belicht en dan stilte. Weer
hccrscht er rust in het groote huis aan
dc deftige straat. Het manestraaltje is
voorbijgcglcdcn en de porseleinen pop»
petjes staan weer als voorheen, ieder
op zijn plaats op den schoorsteenmantel
Toch hebben zij een oogcnbükje heer»
I jk gedanst, de Japanschc dame cn dc
kleine Chincesl
c \v as sul in het groote huis in oc
dcfrtgc straat, heel stil. Dc avond was
voorbijgegaan cn langzamerhand daalde
de nacht en wierp zijn zwarten sluier
over de gcheele omgeving. Dc bewoners
waren ter ruste gegaan cn in de grootc
kamer stonden stoelen en tafcLs in rust
op hun groote zware eikenhouten poo»
ten. Niets bewoog zich aiks sliep.
Alleen het regelmatige tikken van ac
zware gangklok drong tot in dc kamer
door cn verstoorde de rustige rust in het
stille huis. Maar wacht!., wat is dat..
Wat is dat voor een lichtje? Het is een
straaltje van dc maan. die juist is op»
gekomen, dat zich tusschen de reten
van dc fluweclen gordijnen heeft door»
gewrongen en nu zijn vroolgk licht
werpt op de voorwerj*n, die op den
schoorsteen staan.
Het manestraaltje belicht iuist twee
porseleinen poppetjes, ccn Japanschc
dame, met prachtige spelden in het haar
cn ccn kleurig costuumpjc aan met wij.
de mouwen cn ccn grootc rose zijden
strik. Zij heeft heel kleine voetjes cn
loopt op ccn soort hoogc sandalen, zoo*
als dc.Japanschc dames doen. Zij heeft
prachtige grootc oogen, die schitteren,
als sterren, een rood rond mondje cn
een heel klein fijn neusje. Het andere
poppetje is een Chineesje, met een zij*
den gewaad vol roodc blokjes. Ook hij
draagt de Oostcrsche wijde mouwen cn
heeft kleine voeten. Bovendien heeft
hij een langen staart van heel zwart
haar. zooals dc Chincezcn dragen. Hij
is echter lang 'niet zoo knap, als de
Japansche dame. want hij heeft een wip.
neus. een grooten mond en ooren en
scheefstaande oogen. Het manes'raaltic
verlicht de beide poppetjes, die stijf
rechtop naast elkander staan Het is stil
in huis a'iccn het voortdurende tik.
ken van dc klok wordt gehoord. Thans
ratelt het in die kb!:. Wat zou dat zijn?
O, het is het slagwerk, dat een aan»
DE KLEINZOON VAN VROUW
ROORDA.
door W. B.Z.
(Vervolg).
Ulbo vergat zijn hccle gezelschap. Hij
speurde naar alle kanten. Wat was het
hier mooi. Wat ccn dik mostapijt. Je
hoorde je eigen voetstappen niet. En
wat ccn schaduw gaven die hoogc
zware hoornen! Wat voor vogels zou*
den daar in nestelen? Dit was een eik,
die dikkerd was ccn beuk cn die gind*
schc met die zilverachtige bladen was
een populier. Wat ruischtcn, die blade*
ren. als de wind er doorheen speelde!
Met zijn voet streek hij langs het mos»
tapijt. Daar zaten vast insecten onder.
Kijk. daar liep al een boktor en daar
een doodgraver.
Als hij hier woonde, zou hij alle vrije
middagen hier naar toe gaan.
„Daar is dc Kom!" riep Greet opeens.
„Wat ccn rcuze»praclitig water!" riep
Ulbo. Plotseling vervolgde hij; „Een
hagedis!"
Hij liet zich op den grond vallen,
bukte zich. greep, greep nog eens cn
riep blij: .,'k Heb hem. Geef cffc een
zakdoek."
„Laat 's kijken." vroeg Mies, terwijl
ze bereidwillig haar zakdoek afstond.
„Kijk dan gauw, anders piept ic hem
nog."
Mies en Greet stonden op hun tecnen
achter Ulbo. terwijl deze den zakdoek
een klein eindje opensloeg.
„Bobby!" gilde Mies opeens. De hond
had zeker gevoeld, dat het koord slap»
per werd vast gehouden. Een ruk cn
hij was vrij. Uitgelaten van vreugde
holde hij voort. Hij buitelde over het
mos, hij sprong door de paadjes. Maar
daar kwamen zijn vervolgers: Ulbo,
Greet en Mies. Ze grepen alle drie naar
hei koord, maar mis hoor. Ulbo werd
zandruiter. Greet cn Mies botsten op
gevoelige wijze tegen elkaar aan.
Bobby had cr schik in. Hij holde door
ccn eikenboschjc.
Maar. daar kwam Ulbo van den tegen
overgestelden kant. Hij strekte zijn
hand uitMis. Bobby sprong midden
in de Kom.
„Hij verdrinkt!" jammerde Mies.
„Honden kunnen altijd zwemmen,"-
beweerde Ulbo.
„Let maar op, hij komt vanzelf weer
naar den wal."
„Dan grijpen we het koord en dan heb*
ben wc hem meteen!" zei Greet.
Maar alles zou lang zoo gemakkelijk
niet gaan. Ja, zwemmen kon Bobbic, al
had nooit iemand het hem geleerd. Hij
was echter doodmoe van het rennen
en hollen. En dc kom was meters breed
Af cn toe keek hij met zijn verstandige
donkere oogen naai Mies. Kon die hem
nu niet tc hulp komen? Maar dat koord
beviel hem hcclcmaal niet. Dat moest
zc voortaan maar thuis laten, 't Water
was wel erg koud. Dat viel ook al niet
mee.
„Hij verdrinkt! O. hij verdrinkt!**
riep Mies. Zc barstte in tranen uit.
„Kan jij zwemmen?" vroeg Greet
aan Ulbo.
„Een beetje. Kunnen jullie het niet?"-
„Nee," zei Greet kleintjes.
Ulbo was nooit op een zwem»inrich*
ting geweest. Bij hem op 't dorp leerde
je het jezelf maar zoo'n beetje. Hij twij*
felde eraan, of hij wel in deze diepe
Kom durfde zwemmen.
Mies merkte zijn weifelen, 't Had er
heusch veel van, of Bobbie zou gaan
zinken.
„O, Ulbo red hem alsjeblieft,"
smeekte ze.
Ulbo kon niet tegen meisjestrancn.
Hij trok zijn schoenen uit, zijn jas, zijn
bovengoed. Toen sprong hij pardoes
in de Kom.
Bobbic begon nu werkelijk te zinken.
Hulp was dringend noodig.
(Wordt vervolgd.)
DE WORSTELWEDSTRIJD
Dit is een buitengewoon aardig werk»
je! Jc knipt dc verschillende figuren,
die op het plaatje staan uit, nadat je ze
eerst op een stukje karton geplakt hebt
Vooral netjes uitknippen, dat is de
boodschap! Heb je dat gedaan, dan
neem jc een been van den blanken wor»
stclaar. prik het witte gaatje door cn
leg het op het witte puntje van het
lichaam. Evenzoo doe je met het an-
dere been van den blanke, dat jc aan
den anderen kant van zijn lichaam tc»
gen het gaatje, dat daarin zit, legt.
Knoop nu door de drie op elkander lig
gendc gaatjes een touwtje. Precies het»
zelfde doe je met den neger. Daarna
neem je het eerste paar armen, waar»
mede je precies hetzelfde doet als met
de becnen; evenzoo met het tweede
paar armen. Let er natuurlijk op, dat jc
dc blanke armen aan den blanken wor*
stelaar geeft cn niet aan den neger.
en omgekeerd. Daar haal je dus ook
een touwtje door, zooals hij de heencn
en dan zijn tic poppetjes aan elkander
verbonden. Nu prik jc de gaatjes in
het midden van de armenparen door en
haal daardooi een draad van een paar
meter lengte. In het midden, tuss:hen
de armen in, leg je in den draad een
nop. Als nu dc één het cene eind van
den draad en ccn ander het andere
einde vasthoudt, dan gaan dc twee wor*
stclaars aan het worstelen. Jc zult eens
zien wat een aardig stelletje dit isl