HMRLEM'S DAGBLAD
OM ONS HEEN
w
FLITSEN
DE 3Q3R1NSKY-JUWEELEN
MAANDAG 14 MAART 1927 TWEEDE BLAD
No. 3641
HET TIENJARIG BESTAAN VAN DE
JAARBEURS.
OPTIMISTEN DWALING VAN HET BEGIN
TWEëEN EN VIEREN TEGENWIND IN SOORTEN.
SPLITSING IN
„Er is verbazend veel oppositie dus
is het plan goed", zei een van de op»
nenters van ue Jaarbeurs toen het pian
werd uiigevoerd. Dat is wat sterk gc«
sproxen, maar dit staat wel vast: er Kan
nooit een belangrijke onderneming
worden geopperd, 01 honderden men»
oenen haasten zich tot bestrijding cn
tegenwerking. Wonderlijk toch. iJt
m-atschappij verandert onophoudelijk
van aard en vorm, grillig als dc wmu
cu er zijn nog maar aiujd menschcn
die denken, dat ze op een gegeven
Oogenolik stolt en onbeweeglijk wordt.
Nu kan men, last ons billijk wezen,
niet zeggen dat het gekozen moment
er gunsiig uitzag, 't Was 1917, de we»
reiu was nog voiop in den oorlog, wij
in het onzijdige Nederland hoorden het
kanon aan den Yser daveren en wcr»
dne geknepen in ons voedsel, in onze
klecoing, in onze woning, in alles.
Het duurde al van 1914 af cn tiet scheen
of er nooit ccn einde aan zou komen;
wc zijn het al haast vergeten, want onze
indrukken gaan, gelukkig, snel voorbij
nis Je vogelen, maar dit is zeker: toen
op 10 Maart 1917 de eerste Nederland»
sene Jaarbeurs geopend werd, had nog
niemand November 1918 voorspeld,
noch voorzien. Toch waagden ze het in
Utrecht. W'elk een optimisme! Alleen
al riiirvoor moeten wij de aanstichters
dankbaar wezen er is niet vaak gc»
nocg opgewektheid in deze lage lan»
den. onden den grijzen hemel. Zwaar
zuigt de klei aan de zevenmijlslaarzen
van onze verbeelding. Daarom alleen al
was de Jaarbeurs te Utrecht ccn knap
•tuk werk van
Ja, van wicn? Hier past voorzichtig»
heid. Meer dan een maakt cr aanspraak
op, dat hij den eersten stoot gaf tot de
oprichting. Met een opmerking met ccn
gesprek:, met "n stukje in dc krant. De
keus is moeilijk, nu nog meer dan tien
jaar geleden; laat ons aan alle geluk»
kigcr. die mcencn dat zij het waren cn
niemand anders, dc illusie laten.
Het hindert ook niet. Evenmin komt
het er op aan. dat Je menschcn den
opzet cn het doel van de Jaarbeurs in
dat cera te jaar verkerrd begrepen. Ze
dachten aan een tentoonstelling daar in
Utrecht en wanneer man cn vader voor
zijn zaken een kijkje wou nemen, of cr
wat te handelen viel, dan zei moeder
dc vrouw: „maar ik ga mee! W'ou jij
alleen? Je gunt r^e ook nooit ccn pret»
je!" En zoo kwamen zc dan op het
Vreeburg aan, in paren, in partijen, stap»
ten de poort door en vonden wel, dat
het er niet erg vroolijk uitzag, met al
die grijze bokjes cn houten naambord»
jes, zoo hcclcmaal niet als p andere
ten tonstellingen. En waar was het
•t rijkje? En hadden zc niet eens ccn
kermisterrein? Dc ecnigc troost was
nog, dat deelnemers aan dc Jaarbeurs
(ja. zoowaar!) ook nog niet van de
tentoonstellingsidcc hadden kunnen los»
komen cn artikelen uitgestald, die het
bestuur aict had kunnen of misschien
niet willen weigeren. Maar dc indruk
was toch een teleurstelling. Daar gin»
gen ze niet meer heen, zciJcn dc dames.
Dat was natuurlijk ook juist de 'bc»
doclmg. Met alle respect voor dc
Vrouw, men kan zc wel missen, dc bc»
zoekster, die als je midden in een gc»
sprek was over hout of rubber of mar»
meren achoorsteenmanfels. haar neus
binnen de deur stak cn na even rond»
gekeken te hebben weer verdween met
<ic verzekering, „Jat het een saaie boel
was". Er ging een golf van teleurstelling
door Nederland: de jonggeborene vol»
deed niet. Maar zoo was het misver»
6tand het snelst dc wereld uit. In het
tweede jaar Het moeder dc vrouw man.
lief trekken. Van de mcening, dat hij
alleen de bloemetjes buiten ging zetten
was ze teruggekomen. Dc ecnigc die
het bejammerde was de spoorwegmaat»
schappij.
Misschien verschijnt «r bij deze ge»
tegenheid, namelijk van het tien»
jarig bestaan, wel een gedenkboek. Ik
weet het wiet Als het komt, dan zal
er wel een uitgewerkte opsomming in
staan van de vakken, die vertegenwoor»
digd zijn geweest, van de firma's die
getracht hebben op de Jaarbeurs te
verkoopen en van de getallen bezoc»
kers, die er naar gestreefd hebben
daar te koopen. Het bestuur houdt
noga! van cijfers en daar heeft het
gelijk in. Die hielden het op dc hoogte
van den gang van zaken. Ging het
voorwaarts? Raakte het achteruit? Het
bestuur heeft z.ehztvf nooit de waar»
henl verdoezeld en ook nimmer an»
deren wat wijsgemaakt. Als het wiet
naar den vleeze ging is het daar rond
voor uitgekomen cn heelt daarbij stei»
lig zóó geredeneerd: „wij hopen dat
het slaagt, wij vertrouwen dat het goed
is, maar wanneer het tegendeel blijken
mocht, zuilen wij de Jaarbeurs niet
kunstmatig in het leven houden".
Da: was goed gezien. Ook omdat
het vertrouwen gaf bij anderen. Maar
bij die algemeenc opmerking wil ik
het vandaag laten en afzien van oijfers
en overzichten, ofschoon daarvan een
menigte voorhanden is in ons archief.
Het Jaarbeursbestuur hield van druk»
werk, haar secretaris»generaal, jaren»
lang met de pers verzwagerd, kende er
dc kracht van en gebruikte die duchtig.
Over die tien jaar zou ik dus gemak,
kcl.jk tien artikelen kunnen schrij»
vendie evenwel geen sterveling
lezen zou. Cijfers liggen zwaar op de
maag. Daarom alleen maar wat losse
greepjes uit den loop van de gesohie»
denis.
De onderneming groeide. Wel wtst
mesn niet, wist men noort, of het suc»
ces op de Jaarbeurs ook niet zonder
haar zou zijn bereikt, maar men kreeg
er vertrouwen in cn begreep toch ook
wel het voordeel, ontmoet tc worden
cn anderen te ontmoeten. Eón gesprek
doet soms meer. dan tien catalogi en
twintig brieven. Maar het bezoeken
verd vermoeiend. Mijn eigen hcrinwe»
ringen aan de Jaarbeurzen zijn: een
iuuschc ontvangst, een stroom van in»
lichtingen door den heer Graadt van
Roggen, one of us. ccn der onzen,
etn rondgang over bcmodderde ter»
rcinen. verzacht mag ik zoggen al
k?inkt het wat vreemd door plan»
ken, en doodvermoeide kniegewrioh»
ten en hcupsp.crcn door het drentelen
over vier terreinen. Gelukkig dat een
gezellige lunch verkwikking en rust
bracht.
Natuurlijk zwegen zc ook toen nog
niet,
dc hetgaattochnieters,
dc hctlukttochnooitcrs,
dc jcverbceldjcmaarwatters,
maar het bestuur raakte aan storm
en tegenspoed gewend. Voorzitter van
Zijst zette dan, denk ik, den hoogen
hoed nog maar een tikje scheever, de
secretaris, die toen nog niet ,.genc»
raai" er bij heette, kneep dc oogon
wat dicht alsof hij zeggen wou: „we
hooren het wel, maar het raakt ons
niet" cn men ging verder.
Wethouder van Zijst was weldra
overleden cn als voorzitter door bur.
geincestcr Fockcma Andreae vervan»
gen. Dc leider heette anders, de leiding
sin-g in dezelfde richting. Zij bekom»
merde zich wel om dc buitenwacht,
maar ging daarom toch niet uit haar
koers. Ook niet, toen 't debat van vóór
de stichting werd herhaald, niet minder
fel. over de vraag of de Jaarbeurs na
tionaal blijven of internationaal wor»
den zou. Dat laatste wilde het be»
stuur. Een grootc groep hclangheb»
beoden cn (verzekerden zc) bclar.gstd»
lenden was van eer, andere mcening.
Dc Jaaifceurs moest Nedcrbndsch blij.
ven. dc vreemdelingen zouden ons
onder den voet loopen en de heele on*
derneming zou bezwijken. Dat N ook
al weer jaren geleden en natuurlijk ge»
cindvgd met de overw riting van wie
het breedste dachten. Nu weten we al*
weer niet beter of zc is altijd interna»
t'onaal geweest cn dc beperkers zijn
al lang in hun bekrompen schulp ge»
kropen. Dc Ncderlandsche nijverheid
zal goed zijn of zij zal niet zijn;
ziedaar ccn woord, dat in dc gesdhicdc*
nis van dc Jaarbeurs past.
Overigens was zij, met den strijd
over dc vraag: nationaal of internario*
naai? n<»g niet *an het einde van haar
moeilijkheden. Er viel al heel gauw-
weer over een «nder onderwerp te
vechten, liet eigen gebouw. De primi»
tievc inrichting over vier terreinen
was inderdaad wat a] te ver van het
ideaal verwijderd. Men wcnschtc ccn
eigen gebouw, waardoor het bezoek
aan dc Jaarbeurs gemakkelijker zou
wêzcn, omdat het meer gcconcen»
treerd zou zijn. Maar zonder hulp van
den Staat ging dat niet. Daarin zagen
velen een gevaar. Niet ten onrechte.
De S,aa.i (ik heb dat al eens meer ge*
zegd, maar het kan niet tc vaak ge»
zegd worden) is ccn waan. Hij bc»
staat niet. Hij kan nooit iets meer
wezen, dan een wijsgeerig begrip,
dat (en zich:er juist het gevaar) toe»
gepast wordt op het practische leven
door een ambtenaar. Die ambtenaar
□u kan neigingen hebben in strijd
met de lenigheid cn dc soepelheid
van het dagclijksch leven, dus ook en
vooral met handel cn nijverheid, welke
aanpassing en verandering noo«dag heb»
ben om te kunnen leven. Die nci*
gingen van den Staatsambtenaar zijn:
eenvormigheid, continuïteit, tegenzin
in verandering en gebrek aan geschikt»
beid om vooruit tc zien in d« toe»
komst, eigenschappen die aan elkaar
grenzen en uit ci'kaar voortvloeien.
Al te nauwe samenwerking met den
Staat zou dus het karakter van de
Jaarbeurs kunnen aantasten; laat ons
constatcercn, dat dit tot nu toe niet
gebeurd is, althans dat wij het niet
hebben opgemerk. Des te beter. Ook
daarom, dat er na dozc moeilijkheid
alweer een andere is opgedoken, die
haar bestaan bedreigt. Dat nieuwe
verschijnsel zijn dc vakbeurzen. Of die
inderdaad beter aan de bedoeling be.
antwoorden, dan de Jaarbeurs te
Utrecht, die de vakken onder één dak
vereenigt, is ec,n vraag waarop thpns
nog geen antwoord gegeven kan wor»
den. De toekomst zal het uitwijzen.
Misschien is dc stichting van menige
vakbeurs niet geheel uit zuivere
bron voortgevloeid. Zelfs in een klein
land als het onze en misschien nog
wel meer dan in een groot land kom.
de lokale geest op. die bijvoorbeeld
Amsterdam altijd vijandig heeft ge»
stemd tegen dc Jaarbeurs tc Utrecht.
MéA meende in dc hoofdstad (en
meent nog) dat «en dergelijke instel»
ling niet in een provmemie hoofdstad
thuis hoort. Niet altijd zijn dc bc»
grippen daarover kloek en groot. Hier
komt nu dc breedcrc opvatting van
het Jaarbcursibestuur weer op den
voorgrond. Dc heer Graadt van Rog»
gen zei daarvan:
„Indien de handel zijn belang niet
„m de Jaarbeurs zag. zou geen enkel
„kunstmatig propagandamiddel hel»
„pen. Dc vakbeurzen kunnen
„haar groei bemoeilijken, maar niet
.tegenhouden. Doch dc strijd zal
..moeten worden uitgevochten."
Zoo is het inderdaad: wie dc beste
is zal moeten blijken. Dc andere wijkt
daarna vanzelf. Ik vermoed overigens,
dat zoodra deze strijd geëindigd z*'
zijn, ccn andere dc Jaarbeurs weer
tc wichten staat cn waarschijnlijk kan
dat niet anders en moet het ook niet
anders. Alles cn ieder dommelt in door
•je rust cn blijft wakker in den strijd.
Maar ccn merkwaardig verschijnsel
is toch ook, a-ut dc Jaarbeurs in deze
tien jaar in dc stormen niet omverge»
waaid, maar gegroeid is en telkens
vaster op haar wortels is komen tc
staan.
J. C. P.
BINNENLAND.
JUST1TIEBEGROOTING.
Tn de Memorie van Antwoord aan dc
Eerste Kamer over zijn begrooting voor
1927 deelt de minister van Jusiitie
mede, dat hij allereerst wil streven naar
afdoening van verschillende reeds aan*
hangigc wetsontwerpen. De minister
denkt hierbij o.a. aan het ontwerp, hou»
dende nieuwe regeling van dc N.Y., het
ontwerp houdende nadere regeling der
collectieve arbeidsovereenkomst cn het
ontwerp betreffende dc z.g. flcsschen*
trckkcrij. Verder is dc invoering van de
psvehopathenwet in voorbereiding.
Êcn nieuw .ontwerp betreffende den
rechtstoestand van ambtenaren hecit
het departement reeds verlaten. Voor*
zicningen op het gebied van het straf*
stelsel stelt dc minister rich voor te bc»
vorderen. Nog andere onderwerpen (b.v.
rechts positie van dc handelsreizigers,
arbeidsovereenkomst van kapitein cn
schepelingen, huwclijksgoedcrcnrecht)
hebben s minister's aandacht.
De kwestie van ccn wettelijke regc*
1' S nopens het houden van gcldinzame*
1 r.gcn is ccn materie d'c allereerst den
minister van Binncnlandschc Zaken en
Landbouw betreft. Deze wijdt zijn aan*
dacht aan dc zaak.
Voorstellen oin dc ambten van rech*
ter, griffier cn notaris voor vrouwen
pen tc stellen zegt dc minister niet
toe.
Dc benoembaarheid der vrouw tot ar»
biter onilmoct bij hem minder bezwaar.
Ook kan naar het oordeel van den
minister van volkomen gelijkheid van
man en vrouw als grondslag bij dc rege*
ling der rechtsverhoudingen, in het hu»
weTijk niet worden uitgegaan. In begin*
scl voelt ook dc minister voor dc mo»
gelijkheid van wijziging van huwelijk»
Bchc voorwaarden, al ontveinst hij zich
niet. dat het geenszins een eenvoudige
zaak is dc rechten van derden naar bc»
hooren tc waarborgen.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 845
DE PRIJ3
Jc hebt den eersten prijs
in het whistconcours gc*
wonnen, zooals de optel»
ling van je puni'en aan»
wijst
op verzoek van cenige
achtccdochUge dames
tel je dc lijst nog eens
over
je neemt den prijs in
ontvangst en vraagt jt
af, wat je nu moet doen
je mist alle routine
als prijswinnaar
meent op t'c merken dai
de menschcn vcrwach»
ten. dat jc bet pakje
opent
je hebt moeite met den
knoop en bent je pijnlijk
bewust van jc demon*
stratie van linkschheid
jc slaagt tenslotte en
vindt ccn aardewerk*
bakje, waarvan het doe!
je ten ccncnmalc ont»
gaaf
begrijpt, dat jc iets
vriendelijks moet zeggen
en merkt na aarzeling
op, dat het werkelijk een
alleraardigst' ding is
I jc stopt het in je zak en
bent je bewust, dat de
anderen zich gelukkig
achten dat zij het niet
I gewonnen hebben.
(Nadruk verboden.)
CONGRES VAN HET
N. V. V.
DE ACHTURENDAG.
Zaterdag s te Den Haag begonnen
het tweedaagsch congres van bet Ne»
derLandsch Verbond van Vakvexeeni*
gingen, cat in hoofdzaak belegd is ter
propageering van de doorvocr.ng van
dc doorvoering van de arbeidswet voor
alle groepen van werknemers.
De bijeenkomst, die onder leiding
van den heer E. Kopers stond, was
dru-k beizocht. Aanwezig waren oa.
de heeren Zaalberg, directeur*generaal
van den Arbeid, mr. Scholtens, secre*
taris*generaal van het departement van
Arbeid, Handel en Nijverheid, de so*
ciaahdemocratische Eerste Kamerleden
Mendels en De Zeeuw en de s.«d.
Tweede Kamerleden mcj. Grocncweg
en de heeren Schaper en Brautigam.
De heer G. J. A. Smit Jr. bepleitte
de wenschelijkhtid van wettelijke be»
perking van den arbeidsduur voor de
k an too rbedce nd'en
Op zijn bc-toog volgde cenige d'is*
cussic.
De heer J. Brautigam besprak hier*
na in 't bijzonder den toestand in het
haven en scheepsvaartbedrijf. Vervol»
gens schetste spr. hoe lang dc arhei<Js*
tijden zijn in het automobielbedrijf.
Ook betoogde spr. de urgentie van de
invoering van dc herziene stuwadoors»
wet. Verder critiseerde hij de houd.ng
van don tegen/woordigen minister van
arbeid, van wicn spr. alleen bevrcd.gng
verwacht, indien hij door een kracht gc
massale actie ertoe wordt gedwongen
Tot deze actie wekte spr. op.
De heer Waardhuizen (Rotterdam)
bepleitte een wettelijke regeling voor
het oprichthoudend personeel.
Op dc rede van den heer Brautigam
volgde ecuig debat.
Hierna was het woord aan den heer
J. C. B. van Hikt. die dc toestanden
met betrekking tot het café» cn restau*
rantbedrijf naging Spreker weidde
allereerst uit over de voongeschiedcn.s
van de actie tot verkorting van den
arbeidsduur in dit bedrijf. Invoering
van cc wettelijke beperking van den
arbeidsduur voor dit personeel achtte
spr. een eisch van sociale rechtvaar*
dikheid.
Ook op deze inleiding volgde cenige
discussie, waarna het congres werd
verdaagd tot Zondagochtend.
Zondag werd het congres voortgezet
m verschillende sprekers voerden het
woord.
De algemeenc kwestie van het vraag»
stuk van den 8«urendag werd daarop
door den heer R. Stenbuis. voorzitter
van het N.V.V., behandeld, die im een
rode scherp hekelde, dat dc regcering
de destijds gedane belofte niet was
nagekomen, betoog end dc noodzak e»
Iijkheid om alsnog binnen korten tijd
hiertoe maatregelen te treffen, om
ten slotte het cosigres op te wekken
hun organisaties zoo sterk mogelijk tc
maken opdat d.t demonstratieve con*
gres spoedig zou kunnen worden ge»
volgd door een congres van dreiging
Ten slotte werd dc. volgende rc-so*
lutie aangenomen:
Het congres enz., kennis genomen
hebbende van de op bet congres ge*
houden redevoeringen en debatten,
overwegende, dat nog steeds voor
verschillende belangrijke groepen van
werknemers de Arbeidswet 1919 niet
van toepassing, is verklaard: dat voor
andere groepen, zelfs voor belangrijke
groepen van personeed in overbeids*
dienst, nog elke wettelijke regeling van
den arbeidsduur on-tbreekt,
overwegende, dat voor duizenden
werknemers nog schandelijk lange ar*
bcidstijden gelden,
dringt er bij de regeering met klein
op aan binnen den kortst mogelijken
tijd maatregelen te treffen, waardoor:
a. de Arbeidswet 1919 volledig wordt
toegepast op den grondslag van de
•iS urige werkweek;
b. voor die groepen, welke thans
nog geheel buiten de Arbeid wet *1919
vallen, eveneens een wettelijke rege»
ling van den arbeidsduur wordt ine
gevoerd;
c. de arbeidstijd voor de groepen,
vallende onder de Stuwadoorswet,
wordt teruggebracht op 48 uren per
weck. en ccn ruimere interpretatie van
het begr'p havenarbeider wordt gege»
ven.
draagt h^t bestuur van het N.V.V.
op. deze motie ter kennis van de re*
geering 4c brengen en een krachtige
actie te ontwikkelen, ten einde spoedig
het beoogde doel te bereiken.
DE „MADOERA".
WAPENEN AAN BOORD.
Dezer dagen arriveerde te Amster*
dam het s.s. „Madoera" van de Stoom»
vaart Maatschappij „Nederland". Toen
de lossing was afgeloopen weri, zooals
gebruikelijk is, het vrachtvaartuig een
goede beurt gegeven. Bij het onderhan*
den nemen van de machineruimte vond
ccn der arbeiders, die met het reinigen
waren beiast, twee pakken, die verbor»
gen waren in een verloren hoekje van
de machinekamer. Hij maakte ze open
en kwam tot de ontdekking, dat het
cenc pak tien revolvers bevatte cn het
andere patronen. Dc chef werd er bij
geroepen.en ten slotte kwam de politic
cr bij te pas. Bij het nakijken bleek, dat
de vuurwapens imitatie*Brownings wa»
ren, afkomstig van een Belgische fa*
brick. Ook dc patronen. 13.500 in getal,
waren daarvan afkomstig.
Dit oorlogstuig bleek ingeladen tc
zijn in Antwerpen, welke haven door
de „Madoera" op de uitreis paar Indië
was aangedaan. Als zeker kan worden
aangenomen, dat de revolvers en de pa»
tronen, die in het verborgen hoekje
werden aangetroffen, oorspronkelijk be»
stemd waren voor dc Indische com*
munisten. die in die dagen zulk een
roerigheid toonden Dat de wapens niet
het land binnengesmokkeld konden
worden vindt zijn oorzaak in het feit,
feit, dat bij aankomst en trouwens
van alle schepen zulk 'een strenge
controle door de autoriteiten weid uit*
geoefend. De smokkelaars zagen in elk
geval geen kans de wapens en de pa*
tronen van boord te krijgen. Op de
thuisreis gingen deze dus weer mee
terug.
Zee vermoedelijk is een en ander
door Chineesch stokerspersoncel te
Antwerpen op de vorige reis gekocht.
Het geld voor den aankoop moet bc*
schikbaar zijn gesteld door communis»
ten, aangezien de partij een flink bedrag
vertegenwoordigt. Wie de lastgevers
en wie de daders zijn geweest, hierom»
trent tast dc politie in het duister. Het
onderzoek wordt ten zeerste belem»
merd door het feit, dat een groot ge»
dceltc van het stokerspersoncel al weer
met andere schepen is vertrokken.
Het vermoeden dat het Chincezen
zijn geweest, die de partij hebben ingc*
slagen, berust op drie aanwijzingen:
ten eerste werd een patroon, die tot de
collectie behoort en die in een kist ver*
pakt was, in het Chineczenverblijf aan
boord der „Madoera" gevonden; ten
tweede stonden op de kist Chineesche
karakters en in dc derde plaats was het
verborgen hoekje in het stookruim vlak
bij het verblijf der stokers. Eenige Chi»
neczen, die gehoord zijn, verklaren van
niets te weten.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cents per regeL
I Gedurende
De Schoonmaak
Van 14 Maart14 April
Bij iedere 3 pakjes
SNEEUWWITGLOOR
Eén pak gratis
2
V raagt uw winkelier heden
Sneeuwwitgloor
Bleekt wit als sneeuw
FEUILLETON
Geautoriseerde vertaling naar het
Engelsch van
BARONES ORCZY.
17)
Een bescheiden kuchje, het geluiJ
van ccn hand aan den deurknop, ver
braken dc stilte.
„Daar komt Phil om jc goeden dag
tc /eggen", zei Litta cn droogde vlug
ccn paar tranen.
„Heb jc hem verteld dat ik weg
ging?"
„Ik geloof het wel, maar zeker weet
ik het niet".
Sir Philip beantwoordde dc vraag
zelf zoodra hij b:nnen kwam.
„Litta heeft mij verteld dat u weg
gaat" zei hij op zijn langzame, kalme
manier. „Het spjt mij erg. Kan ik ook
iets voor u doen?"
„Het is bee! %vrï ndclijk van u. Sir
p' p antwoordde Gabrielle. ,^-ie»
mnr.d kan eigenlijk iets voor mij doen.
Ik ga naar Rusland, ziet u".
„Dat weet ik. Een ellendig oord",
voegde Sir Philip er haiflachcnd bij-
„Ik ga tot Londen met Gabrielle m:c
Phil," zei Litta koeltjes. „Ik zal natuur»
k zorgen dat alles hier in huis in
orde is'
„Kom jc gauw terug?" was het eenige
commentaar dat hij gaf.
„Dat denk ik wel. Maar in ieder gc
val blijf ik tot ze weg gaat. Jc zult het
in dic.i tusschentijd zonder mij ook wel
goed kunnen stellen".
„Is er eigenlijk eenige reden", zei Sir
Philip kalm, „waarom we deze heele
geschiedenis in het donker moeten be*
spreken?"
En zonder af tc wachten of de da»
mes het goed vonden, draaide hij het
licht op. Hoewel het door goudkleurige
kapjes getemperd werd scheen het bij*
na hel op Litta's kastanjebruin haar en
blauwe japon en ook op Gabrielle's
bleekc gezicht en saaie zwarte jurk. Dc
beide vrouwen knipperden met hun
oogen fegen het licht.
„Het was zoo heerlijk in het donker",
zuchtte Litta. „en ik zie er hcelemaal
niet voordcclig uit".
„Zal ik het licht weer uitdraaien?"
vroeg haar man goedig.
„Neen, neen, laat het maar zoo. Ga*
brielle gaat weg. Wil jij haar naar de
auto brengen?"
Toen keerde ze zich tot haar vrien»
din cn zcidc haar heel hartelijk goeden
dag.
„Ik zal tc Cannes een slaapwagen ne»
men". zei zc. .Ik veronderstel tenminste
dat ik cr ccn zal kunnen krijgen, En
anders neem ik den gewonen sneltrein.
In ieder geval ben ik Woensdag in Ho*
tel Claridge; als wij elkaar nog niet eer*
der ontmoet hebben, moet je dien dag
bij mij komen eten".
Sir Philip stond cr bij met een eenigs*
zins verlegen glimlach op zijn gezicht,
en scheen zich verder niet voor de reis
van zijn vrouw te interessecren. Hij
bracht dc prjnses naar haar auto, maak*
te de gewone opmerkingen over ccn
prettige reis en een behouden thuis»
komst cn ging toen naar den salon tc*
rug. waar hij zijn vrouw bij het vuur
vond zitten.
„Het spijt me dat de prinses naar
Rusland moet gaan", zei hij, „ik geloof
dat het een verschrikkelijk land is.
Weet jij, waarom ze er eigenlijk heen
gaat?"
„Phil". antwoordde Litta opgewon»
den. „hoe wist jc dat Gabrielle naar
Rusland gaat? Ik heb het jc nooit ver»
tcid".
„O neen, lieve kik bedoel heb
ie het mg" met verteld? Dan heb ik
zeker gehoord dat zij het jou vertelde,
zonder cr m<i van bewust te zijn".
„Niet onbewust", antwoordde ze
kalm: „Je hebt zeker staan luisteren".
„Hcusch niet. Ik verzeker jc dat het
mij heel weinig interesseert was Prinses
Bobrinskv doel. en waar zc heen gaat".
Toen greep hij naar dc krant, cn met
ccn zucht ging Litta dc kamer uit,
VII.
Lady Chartley had geen slaapwagen
meer kunnen krijgen op den zoogenaam»
den Blauwen Trein, en toen ze Woens»
dagsavonds in Hotel Claridge aankwam
zat Prinses Bobrinsky al in de hal op
haar te wachten.
„Ik heb niet in den trein gegeten",
zei ze. „omdat ik wist dat jij hier zat
te wachten. Laten wc vlug dienccren cn
dan gezellig gaan praten".
Pas na den maaltijd geraakten «'e
beide vrouwen in ccn intiem gesprek.
Gabrielle'ging met Litta naar baar zit.
kamer en, gesterkt door sigaretten cn
koffie bespraken ze daar nog cens dc
heele reis van Prinses Bobrinskv. Het
was vreemd, zoo sterk als Lady Chart»
ley er tegen gekant was: zc was nog
wel erg jong cn onervaren, cn haar
oordeel zou zeker niet veel gewicht in
dc schaal leggen, maar zc vocht tegen
het besluit van haar vriendin«alsof ze
iets over Gabrielle's toekomst tc zeg*
gen had.
„Ik begrijp er niets van", zei Gabrielle
op een oogenblik. onder den indruk van
Litta's heftige koppigheid. „Je weet
wel dat ik toch niet van mcening ver*
ander, wat je ook zegt Tk ben er abso»
luut van o\ertuigd dat Cyril mij noodig
heeft en ik ga naar hem toe. Boven*
dteu. wat weet je nu eigenlijk van Kus»
land af? Jc moet niet denken, dat alles
waar is wat jc er over hoort. Al die
verhalen zijn natuurlijk vreeselijk over»
dreven".
Litta knikte. „Dat weet ik allemaal
wel" zc. ze, „en het is ook wel erg
eigenwijs van me om je te willen over»
beien jc plan op tc geven. Maar ik
kan cr r.icts aan doen. Telken* als ik
cr aan denk dat je weg zult gaan, :s cr
iets dat mij dwingt om te probecren het
te verhinderen. Ik heb een gevoel", zei
zc, terwijl zc naar het kolenvuur keek.
dat cr zoo heel anders uitzag dan dc
vlammende houtblokken in haar eigen
huis „ik heb een gevoel alsof ccn
sterke, mcedoogcnloozc macht ons alle*
bei, jou en mij naar het onbekende
tocdrijft".
„Malle meid! Natuurlijk is er een
macht, die drijft maar mij niet
jou. En die drijft mij zeker naar het
onbekende, maar Cvril wacht mij Jaar,
en ik zal hem kunnen helpen".
Litta schudde het hoofd.
..Je begrijpt mij niet precies", zei zc.
Het gesprek kwam toen op meer
practische aangelegenheden: geld, dat
Prinses Bobrinsky voldoende scheen te
hebben; maatregelen voor de reis, waar
voor een reisbureau zorgde-, passen en
visa, die dc geheimzinnige Paul Sergine
den volgenden dag in orde hoopte te
hebben.
„Ik ga Vrijdagmorgen vroeg op reis",
zei Gabrielle „cn Paul zal mij mor».
genavond in mijn hotel mijn pas bren»
gen en alle papieren die ik noodig kan
hebben".
„Jc hotel? Logeer je dan niet in je
eigen flat?"
„Neen. dat h^h ik gelukkig verhuurd
cn ik hoop dat de nieuwe bewoner mijn
heele huur wil overnemen. Hardacrc, de
makelaar, komt er morgen over spre»
ken. Ik logeer nu in Hotel Beausite bij
Knightsbridge".
„Mag ik morgen naar dien wonde-*
baarlijken Sergine komen kijken?"
vroeg Litta.
..Natuurlijk! In ieder geval wil ik van
jou zoo laat mogelijk afscheid nemen.
Maar je moet zorgen dat Paul je niet
ziet. Hij heeft mij gesmeekt om zijn
naam en zijn persoon geheim tc hou»
den. Hij ;s doodsbang nu hij besloten
heeft om met mij mee te gaan...."
„Met jou tnee te gaan?" riep Litta uit.
..Gaat die die man met jou mee?"
..Ja! Toevallig werd hij net uitgeko»
zen om een paar brieven naar Moskou
te brengen, die zyn chef niet aan de post
durfde toevertrouwen. Hij had eigenlijk
vandaag al moeten gaan maar. op ge»
aar af van in moeilijkheden te komen
heeft hij ter wille van mij ziin reis neg
vier*en*iwintig uur uitgesteld".
„NVat een opofferende zici", zei Litta
hatelijk
(Wordt vervolgd).