HAARLEM'S DAGBLAD
LETTEREN EN KUNST. FLITSEN
DE GRENSREGELING.
FEUILLETON
DE808RINSKY-JUWEELEN
DONDERDAG 21 APRIL 1927 TWEEDE BLAD
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 876
Na de beslissing.
LAAT ONS T BESTE ERVAN HOPEN
Na de berichten over stijgende op;
positie ia de Eerste Kamer, die zoo*
wel in Haarlemsche gemeentelijke
Haringen als in <110 d!cr buitengemeens
ten ontvangen waren, heeft de Senaat
tenslotte niet een onverwachtsgroote
meerderheid 'het ontwerpsKa® aange;
momen. Dertig stemmen tegen «der»
tien,! Het was meer dan zelfs sommige
Haarlemmers voorspeld hadden.
Bij een nauwkeurige analyse van de
stemmen cijfers komt men tot de cons
clusie dat vóór het ontwerp stemden:
Alle elf S.D.A.P.'ers, alle drie V. D.,
vier van de zes VjB. (de geheele 1-in»
Ikerzijde was compleet bij de stem;
ming aanwezig), twee van de vier aan;
wezi-ge A. R. en tien va® de dertien
aanwezige R.K.
Tegen stemden: alle zes aanwezige
C. H., twee van de vier aanwezige
A. R.. dTie van de dertien aanwezige
R.K. en twee V.B.
'De ker® van de oppositie tegen het
ontwerp bleek dus te liggen bij de
Christelijk^Historisoho fractie, waar;
van de zes aanwezige leden (alleen
baron v. Wassenaar v. Cat wij ck onf;
brak) allen tegenstemden,
Merkwaardig is wel dat de A.R.,
steeds beschouwd als principiëele
tegenstanders van annexatie, volstrekt
geen invloed op het Tesultaat uit;
oefenden. Van hun fractie van zeven
waren er drie afwezig, cn van de vier
overigen verklaarden zich twee voor
e® twee tegen, het ontwerp, zoodat zij
wat den uitslag 'betreft ook wel.
•hadden bunnen wegblijven,
Toen wij eenige dage® geleden ver;
meldden dat er wel een twintigtal
stemme® tegen zouden bunnen zijn
was daarbij natuurlijk gerekend op de
aaneengesloten oppositie van de AR.»
partij. De afwezigheid va® drie 'harer
leden heeft het aantal tegenstemmers
ongetwijfeld met drie verminderd,
maar het is verrassend dat de heeren
prof. Anema'en mr. de Veer zich vóór
het ontwerp uitspraken. Misschien
heeft het minister Ka® minder ver;
rast, nadat hij er dn zijn rede op ge;
wezen had dat zoo buitengewoon veel
annexaties tot stand waren gekomen
■tijdens het ministerschap van clr. A.
Kuyper.
De S.D.A.P., die zoo ongeveer den
naam heeft van principieel pro»a-n;
mexatie" tc zijn, handhaafde deze op»
vatting en stemde voltallig vóór, even»
als dc V.D., die meevoeren ónd'er de
vlag van rnr. SI in gen berg
De door velen, gekoesterde verwach»
ting dat de helft der R K.=fractic zou
tegenstemmen werd niet in dc verte
bewaarheid Alleen dc hceren Blom»
jous, dc Jong en dr. Steger bleken
tegenstanders uit deze fractie.
Nu dc beslissing gcvalllcn is richten
wij gaarne een woord van gelukwensch
tot het Haarlemsche gemeentebestuur
met het verwezenlijken van een doel
waarvoor het hard gewerkt heelt, en
een woord van cven»welgemeende sym»
pathie tot de tegenstanders, in het bij»
zonder tot het Heemsteedsche gemeen»
tcbestuur, dat met niet minder energie
zijn standpunt heeft verdedigd. Deze
woorden gelden niet alleen burgemees;
ters en wethouders, maar ook verschei;
dene gemeente»ambtenaren. Er wordt
wel eens van dc ambtenaren gedacht,
en ook beweerd, dat zij zich slechts
bepalen tot het werk dat persé gebeu;
Ten moet, en tevreden zijn met hun
vaste aantal bureau»uren per d'ag door
tc werken.
Dat deze meening niet gerechtvaar»
digd is heeft de langdurige annexatie»
campagne wel bewezen. Vele ambtens»
ren hebben een energie en een initiatief
getoond waarvan menigeen in het par»
ticuliere bedrijf heel wat zou kunnen
leeren. Laten wij dat ronduit erken»
nen. Eere wien eere toekomt.
De jarenlange voorbereiding van deze
zaak heeft heel wat wrijving en onaan»
genaamheden, heel wat bittere en harde
woorden veroorzaakt. Het is te ho»
pen dat daar nu een eind aan is gebo»
men. Dat zal ons verheugen. Er werden
Woensdag op dc gereserveerde tribune,
toen dc beslissing gevallen was, vriend»
sohappclijbe handdrukbeu tusschen dc
Haarlemsche en Heemsteedsche ge»
meentebestuurders gewisseld die beiden
tot eere strebten, maar vooral den laat»
sten, want het is heel wat moeilijber
om een goed verliezer dan een goed
winner te zijn. Mogen anderen het ge»
geven voorbeeld ter harte nemen cn
navolgen. Practisch heeft het trouwens
ook geen zin meer om nu nog te gaan
•apraten over grieven cn bezwaren; dé
zaak is beslist, en men zal alle zeilen
moeten bijzetten om de nieuwe situatie
tot een succes te maken.
Daarin zal, naar mijn meening, dc
gemeente Haarlem de zwaarste taak
hebben.
Toen schrijver dezes ruim een jaar
geleden de hoofdredactie van dit Mad
aanvaardde was het Groote Plan al
iang van de baan, had minister Ruys
bet Kleine Plan al lang in actie gezet
en werd dit juist, bij wijze van erfenis,
an zijn opvolger Mr. J. B. Kan nage»
laten. Haarlems Dagblad had dit Kleine
Plan steeds aanbevolen en gesteund
omdat het meende dat het 't beste was
dat bereikt kon word'c® om Haarlem's
dringend streven naar expansie;moge»
lijkheden te vervullen, en aan een ver»
ouderde, onjuist geworden bestuurs»
organisatie een einde te maken.
De stand van zaken veranderde aan;
merkelijk toen minister Kan het ont;
werp ging herzie®, en vooral toen hij
er do veelbesproken schadeloosstelling
va.® twee miillioe® (later gefo-rmu»
leerd als „maximaal twee millioen")
aan verhond. Wij hebben toen, gespro»
'ken van een vertroebeld ontwerp, en
er ons niet meer mee bunnen vereen!»
gen. Het was langzamerhand teveel be»
snoeid en o.i. een te duur beestje ge»
worden. Het Haarlemsche Gemeente»
bestuur meende er nog steeds mee te
moeten doorgaan en de Raad bewil»
I'S de in de door Gedeputeerde Staten
voorgestelde twee millioen. Haarieni
bleef doorgaan i® het streven: „Laten
wij maar zien te brijgen wat er nog te
brijge® is". Heemstede bleef zich te»
gen alles verzetten, en Bloemend'a-al
ook deze laatste gemeente blijkbaar
alleen op grond van haar vrees dat
aanneming van dit wetsontwerp zou
leiden tot een nieuwe campagne voor
een Groot Annexatieplan.,
Intusschc® zakte de belangstelling
•bij het publiek danig, en wij geloovcn
dat ook de meeste Haarlemmers het
•met ons eens waren en thans nog
eens zijn dat het thans aangenomen
wetsontwerp geen voldoening kan ge»
ven. Niemand is er eigenlijk tevreden
mee, cn dc bovenbedoelde geluk»
wensoh aan d c G c mc ent ebestutu rd c rs,-
die er hard voor gewerkt hebben
kunnen wij Jan ook niet uitbreiden
tot een felicitatie aan de stad Haar»
lem. Wij blijven vreezen dat dez re»
geling veel te kostbaar is tegenover
de geringe voordcelen die zij biedt, en
dat het nieuwgcsühapcn Groot Haar»
lem een moeilijken tijd tegemoet gaat.
Maar laat ons hopen dat het mee zal
vallen, ook voor Heemstede, dat even»
eens voor nieuwe moeilijkheden komt
te staan en niet meer uit de ruime
beurs, die het tot dusver bezat, beheerd
zal kunnen worden.
Ter nabetrachting op de behandeling
van het ontwerp in de Staten»Generaal
zij alleen nog opgemerkt, dat die in
dc Tweede Kamer aanmerkelijk gron»
diger en zakelijker was dan in de Eer»
ste. Wel bleek duidelijk dat de Senaat
het in 't algemeen niet tot zijn taak re»
kent om dergelijke küeine wetten, die
geen nationale maar slechts plaatselijke
belangen betreffen, af te wijzen. Alleen
als zich zeer buitengewone omstandig»
heden voordoen zou de Eerste Kamer
daar misschien eens toe overgaan, maar
tot dusver heeft zij nog nooit een
'rensregelings»ontwerp afgestemd, en
ook in dit geval vond zij blijkbaar geen
aanleiding om van haar gewone for;
meele opvatting af te wijken.
HET TOONEEL.
JUBILEUM WILLEM
HUNSCHE.
DE KRIBEEBIJTER.
„*t Is patent!" heeft Willem Hunsche
na de huldiging baron Von Blasewitz
kunnen nazegge.n Want al had het aan»
tal bezoekers gisterenavond grootcr
kunnen zijn, hartelijker had hij de hul»
diging toch zeker niet verwacht. Wij
hebben werkelijk op zulke avonden
wel eens toespraken hooren uitspreken,
die minder oprecht waren gemeend dan
de woorden, gisteren tot Hunsche door
de verschillende sprekers gericht. Daar
was allereerst de heer van Maris, die
als voorzitter van Jacob van Lennep
den jubilaris bedankte voor het vele,
dat hij in korten tijd voor deze Haar»
lemsche dilettanten»vcreeniging had ge»
daan. Natuurlijk herinnerde dc heer
Van Maris in dit verband aan de lau»
weren en talrijke prijzen, op de laat
ste wedstrijden met het door Hunsche
geregistreerde tooneelspel De S c h a n»
d e behaald. Hij wees er op, hoe allen
bij Van Lennep in Hunsche eerden den
tooncelspeler, den regisseur en den
mensch!
In denzelfden geest sprak ook de
heer Sandbergen namens den werken»
den kring van Van Lennep en hij
voegde daaraan toe, dat de leden zoo
gaarne de artistieke leiding van Hun»
sche volgden. De heeren Van Maris cn
Sandbergen deden hun .toespraak ver»
gczcld gaan met dc aanbieding van
kransen en geschenken, waarbij een en»
velop „met inhoud" namens Jacob van
Lennep en de afdeeling Haarlem van
Het Tooneelverbond.
Daarna kwam als derde man Carcl
van Hees^ die toen hij zijn krans
en lauwertak namens het Tooneelver»
bond cn den Stadsschouwburg aanbood
den toon wist te treffen, welke re»
gelrecht anar het hart ging. Hier sprak
de artist tot den artist cn het was dui»
delijk merkbaar, dat het Van Hees,
toen hij daar tusschen zijn oud»kamcra»
den op de planken stond, een oogen»
blik bijna even te machtig werd! Hun»
sche hai de ontroering van onzen di»
recteur begrepen. „Carol, beste Carci"
sprak hij tot hem, terwijl hij hem beide
handen drukte. „Dc woorden, die jij tot
mij gesproken hebt, zal ik nooit en
nooit vergeten! Jij hoort toch tusschen
ons Jij bent artist, als wijl"
Was het wonder, dat de oud»coüega
Van Hees Hunsche het meest getroffen
had, al sprak hij dit dan ook niet
openlijk zoo uit.
Ook tot Jacob van Lennep dat
met zoowat alle werkende leden dezen
avond tegenwoordig was richtte Hun»
sc'he woorden van warmen dank en hij
liet daarbij niet de gelegenheid voorbij
gaan iets over het d'ilettanten»tooneeï tc
Haarlem te zeggen, „Er is geen stad in
Nederland, waar het dilettantisme zoo
hoogtij viert als Haarlem!" zei Hun»
sche. „Hier gaat het dilettantisme zelfs
buiten zijn baan door tegen entree te
spelen!" Dat op dit uitwas van het
Haarlemsch dilettantisme door een ae»
tcur in het openbaar gewezen werd,
was wel eens goed, al vreezen wij, dat
het bitter weinig zal helpen.
Natuurlijk dankte ook Hunsche het
bestuur en de leden van Jacob van
Lennep en hij beloofde hun Van Len»
nep aan de spits van de dilettantenver»
eenigingen in Nederland te zullen bren»
gen, als zij zijn leiding met strenge
tucht wilden blijven volgen. Een warm
applaus uit den Van Lennep»hoek was
het antwoord aan de andere zijde van
net voetlicht! En toen Hunsche zich
aan het slot tot het publiek had ge»
wend en het zijn dank voor dezen
ivond had gebracht, sloten allen zich
bij het applaus aan en brachten den
misschien in zijn toespraak wat al
te nederigen jubilaris een recht har»
tclijke ovatie. Waarmee dit vriendelijk
gevierde jubileum eindigde.
Vóór de huldiging had Hunsche als
Nepomuk von Blasewitz de gelegen»
heid gehad zijn komisch talent nog
eens volop te toonen. Het is duidelijk,
dat hij zelf pleizier in dezen goedmoe»
digen braven oom Mucki eheft. Hij
speelde hem weer met alle bonhomie,
waarover hij beschikt, in den ouder»
wetschen blijspel»toon, waarin hij weer
het licht liet vallen op Nepomuk's bra;
vc, gevoelige hart dan op zijn adelijlce
afkomst!
De leden van het Ver. Tooneel ston»
den den jubilaris in dit voor hem al
heel gomakkolijke familiespel opgewekt
ter zijde. La Chapelle zocht het wij»
selijk niet in overdrijving en was
als de Kribbebijter toch voldoende
contrast v3n zijn gemoedelijken zwa»
ger Mucki. Dat Ficntjc Beulemans ook
een allerliefste Clara zou zijn was tc
verwachen! Magda Janssens wist in dit
goedige stuk zelfs nog even te ontroe»
ven door dc manier, waarop zij het
HARDOP LEZEN
Vader vertelt moeder,
dat! hier een interessant
artikel is over dc Chi»
necsche situatie hij
zal het voorlezen
zet zijn lorgnet goed
recht cn leest den ccr»
sten zin
moeder wordt aan dc tc» I moeder komt Da een
lefoon geroepen I eindeloos gesprek met
I mevrouw Kommer terug
I en vader hervat zijn
taak
moeder valt Item in dc
rede om te informccrcn,
of hij ook weet, waar zij
de schaar heeft gelaten
vader vindt dc schaar cn
begint opnieuw als Jan
van boven informeert of
moeder ook weet, waar
zijn t'ennisbroek is
even later verdwijnt
moeder weer om te zien
of het meisje het vlccsch
al heeft opgezet
zucht en verdiept zich
verder in zijn krant,
(Nadruk verbwfen.ï
kleine zinnetje zei: „Des vaders zegen
bouwt der kinderen huizen!" Willy
Haak was een pittige, elegante Ger»
trudc, die echter wel ccn beetje uit dit
landelijk milieu viel. Noemen wij nog
den kluchtigen Schimmelman van Frits
van Dijk, de huishoudster Katrien van
Betsy van Berkel, die zoo uit het Jan
Klaasscn;spel scheen weggeloopen en
den wat erg dilettanterig gespecldcn
Erich van Sterncberg, dan rest ons al»
leen nog te zeggen, dat het publiek dit
goedmoedige familiespel in vroolijke
stemming ontving. Zoodat het als ge»
heel een gezellige, oudcrwetsche avond
is geworden.
J. B. SCHUIL.
DILETTANTEN, DIE EEN JONG
KUNSTENAAR HELPEN
Twee jaar geleden is de acteur Gil»
huys wegens ernstige ziekte t. b. c.
naar Zwitserland gegaan om daar
herstel voor zijn gezondheid te zoe»
ken .Hij werd hiertoe in staat gesteld
door zijn kunstbroeders en kunstzus»
ters, die altijd bereid tot helpen als
het een collega betreft gezamenlijk
de handen in elkaar sloegen om den
jongen, ernstigen acteur, die zoo veel
beloofde, te steunen. De toestand van
den heer Gilhuys is zeer veel verbeterd
maar voor zijn totale genezing is een
verblijf van nog ecnige maanden in
Zwitserland beslist noodzakelijk. Doch
de fondsen zijn uitgeput!
Het is een zeer sympathiek gebaar
van de „Haarlemsche Tooacclclub" om
voor dc versterking van dit fonds een
herhaling van dc voorstelling van
„Dicky", het vroolijke blijspel, dat bij
dc opvoeringen op 7 en 9 April een zoo
groot succes heeft gehad te geven!
Dc poging om Gilhuys te helpen moet
slagen! Daarom beveel ik met warmte
een bezoek van deze voorstelling der
H. T. C. aan mijn lezers aan. Is u dien
avond verhinderd, welnu, neemt u dan
toch kaarten en geeft ze aan vrienden
of kennissen! U schenkt dan anderen
genoegen en helpt hiermee een jong
kunstenaar, die zoo gaarne nog veel
voor zijn kunst wil doen.
J. B. SCHUIL.
MUZIEK.
KUNSTAVOND R.K. MANNEN»
KOOR „SINT CAECILIA".
Dit concert werd door den voorzit»
ter geopend met een woord van wel»
kom, in 't bijzonder aan den eere»
voorzitter, den HoogEcrw. Heer Plc»
baan L. A. A. M. Westerwoudt, 19
Maart j.l. was het cén jaar geleden
dat „St. Caecilia" opgericht werd.
Door de vasten was de herdenking
uitgesteld tot op dezen avond. Het
koor heeft in dien korten tijd al een
groote ontwikkeling doorgemaakt on»
der de kundige leiding van den heer
P. C. Rooyakkcrs. Hem werd na. de
pauze door den tweeden voorzitter
van den R.K. Volksbond, waarvan St.
Caecilia" een onderafdcelintf is, hul»
de gebracht namens het hoofdbestuur.
In het eerste nummer, „Beati Mor»
tui" xan Mendelssohn zong het koor
nogal valsch, later werd'dit beter. Het
zingt echter mooi genuanceerd en met
warme klankkleur. i\a het rcligicuse
werkje van Mendelssohn was het op»
treden van het mandolinc»orkest
„Santa Lucia" met een flauw werkje
van Mario xMaciocchi een ontgoochc»
ling. Door deze vereeniging werden
op clezen kunstavond alleen amuse»
mentsstukjes ten beste gegeven en dan
nog een weinitf slordig en droog. Dit
laatste zou onder nog meer suggestie»
ve en metrisch zuivere leiding van den
heer A. J. G. Hakkenberg van Gaas»
beek waarschijnlijk verholpen zijn ge»
wcest. Na dc pauze kwam „Santa
oucia" echter op dreef. Verrassend
veel beter was b.v. dc uitvoering van
„Sous les ailes du moulin" van A.
Coulct. Het werkje zit er goed in cn
werd frisch gesnoeid. Het slagwerk
klonk pikant en accentueerde het
rhytbme op geestige wijze. Het man»
nenkwartet ..Preciosa" zong verdien»
stelijK. De eerste tenor domineerde in
„Vineta" vooral iets te sterk tegen
den cenmszins troebelen samenzang
van bas, bariton cn tweeden tenor.
Het kwartet moet dus nog meer naar
evenwicht en klaarheid zoeken. Er
werd echter gevoelig gezongen, zoo»
dat er wel poëzie uit straalde, wat ten
slotte het voornaamste is. Ecce quo
modo moritur, een motet van Jacob
Handel (pl.m. 1575) maakte veel in»
druk. „St. Caecilia" kan op dezen eer»
sten herdenkingsavond met genoegen
terugzien en ook wü wer.-chen koor
en dirigent geluk met liet reeds be»
reikte resultaat.
PIET MöHRINGER.
EEN NEDERLANDSCHE
OPERA.
De heer A. Heuwekemeijer zendt
ons ccn circulaire waarin hij mede»
deelt dat, overtuigd van het bestaans»
recht en de bestaansmogelijkheid van
een Ne-derlandsche Opera in Neder»
land, door hem is samengesteld een
Nederlandsch Operagezelschap, be»
staande uit de beste vocale krachten,
•die ons land bezit en. uit Iandgenooten
die aan buitenlandsche gezelschappen
verbonden waren. Aan liet gezelschap
zulle® de vólgende krachten verbom
den zijn:
Dames: Faniella Lohoff en Greta
Santhagens»Mainders dram. sopranen'
Maartje Offers cn Lilly Koekoek,
mezzo»sopranen; Truus de Bruin,
lyrische sopraan; Elise de Haas en
Madeleine Segard, coloratuur» en
lichte sopranen.
Heeren.: Charles Fontaine, Hendrik
Drost, Gustaaf de Loor (gast), helden»
•tenoren; Gerrit Visser (gast) en Jo
Besselink, lyrische tenoren; Amton
Dirks, Richard van Hclvoirt Pel, Paul
Pul en Tifkc® Servais helde® »bari tons;
John de NocLer, lyrischo bariton;
Henri Bloemgarten en Joh. Iscke, eer»
ste bassen. Verder voor kleinere par»
tijen, J. v. d. Ploeg, tenor en- Bernard
Leeuwin, 2e bas tevens inspecient.
Dirigenten zijn de heeren: Rudolph.
Tissor en Willem Lohoff, de laatste
tevens le Concertmeester. Regisseur:
dc heer Pierre Versiturmc. Repetitoren:
dc heeren II. Floor tevens 2e regis»
seur; A. D. van Buuren e® Pim de
la Fuente.
Het Corps de Ballet bestaat uit
twaalf dames onder leiding van de
eerste solodanseres mevr. Eline Fol»
mer; tweede solodanseres mej. Olaire
dc Jongh.
Voor enkele partijen die voorloopig
nog niet door Iandgenooten te bezet»
ten waren verzekerde de heer
Heuwekemeijer zich, naar hij verder
mededeelt van dc medewerking van
ee® 'paar uitmuntend© buitenlandsche
krachten, in afwachting, ook daarvoor
later Nederlandschc vocaliste® die
than snog dn den vreemde vertoeven-,
aan le wijzen.
Besloten is, om voorloo-pig gedu»
rende een vóórseizoen n.l. van 24
April tot en met 6 Juni «te spelen, In
die periode zullen o.-m. de volgend©
werken voor het voetlicht worden ge#
hracht: Samson ct Dalila va® C. Saint
Sacns; Lohengrin cn Tannhauser van
R. Wagner; Hoffmann's Vertellingen
van J. Öffcnbach; Laagland va® Eugcn
d*Albert; Mignon van A. Thomas, Car»
men van G. Bizct.
Slaagt deze campagne, zoowel in fï»
nanciccl als artistiek opzicht, dan ligt
het in de bedoeling, het .gezelschap
gedurende de® geheel en, zomer bijeen
tc houden in welken tijd enkele voro»
.stellingen per weck tc Rotterdam, Am»
sterdam e® Den Haag zullen worden
gegeven De verdere beschikbare tijd
zai da® 'besteed worden om nieuwe
werken in te studccren ter voorberei#
ding van het winterseizoen..
De openingsvoorstellingen zijn vast»
gesteld als volgt: Den Haag, 24 April,
Gebouw voor K. cn W.; Rotterdam.
27 April, Groote Schouwburg; Amster»
dam, 4 Mei. Stadsschouwburg.
Opgevoerd zal worden de Opera
„Samson et Dalila" van C. Saint»
Saëns, met in de hoofdrollen: mevr.,
Maartje Offers en dc heeren Charles
Fontaine. Richard van He-lvoirt Pel cn
Henri Bloemgarten.
EEN STANDBEELD VOOR
STRINDBERG.
Te Stockholm is een commissie van
bekende dichters cn letterkundigen ge»
vormd, die van plan is, geld bijeen te
brengen voor een standbeeld voor
Strindberg; dc algcmccnc bijdrage zal
1 kroon bedragen, liet standbeeld zal
Strindberg voorstellen als Titaan, zit»
tend op ec® klip cn worden vervaar»
digd door den beeldhouwer Carl
Eid'h.
Geautoriseerde vertaling naar het
Engelsch van
BARONES ORCZY.
49)
„Het gaat er nu maar om", besloot
Paul Sergine met nadruk, terwijl hij met
zijn donkere, Mongoolsche oogen de Ta
rokspelcrs om de beurt aankeek, „dat
die twee vrouwen elkaar niet mogen
ontmoeten. We moeten zc met geweld
van elkaar verwijderd houden. Als ze
eenmaal bij elkaar zijn, gaan zc natuur»
lijk kletsen en als Gabricl'le Bobrinsky
cr achter komt dat haar man dood is
en dat zij bij den neus is genomen,
steekt ze geen hand uit naar de juwee»
len".
„Ik ken dat soort van menschen bij
ondervinding" ging Paul voort, terwijl
de spelers een oogenblik hun kaarten
lieten rusten en vol aandacht naar hem
keken: „Ik ken ze bij ondervinding en
ik weet het. A!s dat mcnsch Bobrinsky
weet dat haar n-.an dood is, kun je haar
dreigen met wat je maar wilt, maar
zc zal geen vinger meer uitstekend. En
bovendien", ging hij na een oogenblik
Soort, .misschien sterft zc wel of wordt
zc krankzinnig als ze het hoort".
Jakob Grossman schudde ernstig het
hoofd
„Die zaak is nog allesbehalve eenvou»
dig, dat merk ik wel", mompelde hij.
Zijn vriend Mosenthal had hem ver»
teld, wat Peter Abramovitch met Ga»
briellc Bobrinsky had afgesproken,
want Aaron had door de deur alles
kunnen hooren en Jakob Grossman
maakte zich ernstig ongerust. Als de
zaak gelukte zou zijn aandeel nogal
groot zijn, want hij was' een voornaam
iemand bij de misdadigersbende, omdat
hij de eigenaar van den herberg was
en dientengevolge met allerlei vrcem»
delingen in aanraking kwam. En omdat
hij een groot aandeel van den buit zou
krijgen was hij er natuurlijk op gesteld
dat alles zoo vlot mogelijk zou verloo»
pen. Hij maakte zich werkelijk ernstig
ongerust.
„Veronderstel nu' eens", zei hij, „dat
die Zweed de juweelcn niet wil afge»
ven voor hij Bobrinsky gezien heeft.
Dan zou je toch leelijk in moeilijkhe»
den komen, hè, Peter Abramovitch?"
„Neen, toch niet", antwoordde de
volkscommissaris kortaf. „Je vergeet,
Jakob Grossman, dat Ivan Nikolaie»
vitch, de gouverneur van de gevange»
nis i® Kharkoff, een speciale vriend
van mij is".
„Neen", antwoordde dc herbergier,
„dat vergeet ik niet. Maar je wilt toch
niet zeggen. Peter Abramovitch, dat
Ivan Nikolaievitch ook betaald moet.
worden? Op die manier blijft er voor
ons niets over".
„O ja, nog genoeg, hoop ik. In ieder
f al kunnen we niet buiten Ivan Niko»
iaievitoh".
Waarom niet?"
„Omdat de Zweed zoodra hij mijn
cvel aan den gouverneur van de ge»
vangenis in Kharkoff ziet, om den ge»
vangene vrij te laten, iemand naar het
fort zal sturen ,of zelf zal gaan, om
een onderzoek in tc stellen".
„Natuurlijk", vielen de anderen hem
b'F
„Na dan", ging dc commissaris voo-t
„Ivan Nikolaievitch zal dan dc ver»
jekcring moeten geven dat alles in orde
is, dat de gevangene er is, en vrijge»
htcn zal worden zoodra er een paar
Jormalitcitcn vervuld zijn. Hij zal ailes
zeer officieel en logisch behandelen;
maar natuurlijk moet hij daarvoor be»
taald worden".
„Natuurlijk" herhaalden de ande»
ren met sombere stem.
„Ivan Nikolaievitch zal ook moeten
zeggen dat die formaliteiten twee en
misschien wel drie uur in beslag zullen
hemen"
„Ja", stemde Jakob Grossman toe
,.maar dan nog--.."
„Ja, dan nog! Ik zit dan met Ga»'
brielle Bobrinsicy bij dc Dank te wach»
ten en word steeds ongeduldiger cn
tenslotte na ongeveer een half uur.
begrijp je zal ik plotseling zeggen
dat ik genoeg heb van al dat wachten,
cn dat ik de heelc zaak laat loopen,
wanneer men mij hcclcmaal niet ver»
trouwt".
„De licele zaak laten loopen?" riep
aron Mosenthal luidkeels uit, „wat
moet cr dan van ons worden?"
..Ik zeg het immers alleen maar,
idioot!" antwoordde dc volkscommis»
saris, „maar ik zal het zoo nadrukke»
lijk cn zoo vaak zeggen, cn ik zal zelfs
in de auto stappen, alsof ik van plan
was om "regelrecht naar huis terug te
gaan dat Gabriclle Bobrinsky over»
al in zal toestemmen. Dat weet jij ook
wel, Paul Alcxandrovitch", ging hij
voort, en keek naar Paul. die zonder
ecnigc uitdrukking op zijn gezicht er
b.ij zat.
„Maak jullie je maar niet ongerust",
zei Paul nu vol overtuiging „die
vrouw zal in ailes toestemmen, zooals
Peter Abramovitch zoo terecht op»
merkt. Ze is bereid om alles te geloo»
ven. Toen ik haar in Nice dien brief
gaf. heeft ze er geen oogenblik aan ge»
twijfcld of hij wel echt zou ziin. Neen,
neen, jullie hoeft hcusch niet bang tc
zijn. Zij zal geen spaak in het wiel
steken".
„En Ivan Nikolaievitch kan zijn rol
.uitstekend spelen", vervolgde de com»
missaris. „Hij heeft zooiets a! meer gc»
daan. Hij zal den Zweed allerlei boe»
hen en papieren laten zien. Eindeloos
.veel boeken cn papieren cn hanatee»
keningen. Ivan Nikolaievitch ziet er
heel indrukwekkend uit in zijn uniform
en zoo trotsch cn eerlijk", voegde hij
"cr op n-aieve toon bij.
„Bovendien" zei Paul Sergine kalm
„noch de Zweed, noch de vrouw zelf
zullen een oogenblik op de gedachte
komen dat er iets niet in orde kan zijn".
De anderen knikten goedkeurend.
Maar toen dit dus naar algemeene te»
vredenheid was afgesproken, kwam Ja»
kob Grossman weer met een nieuw
onderwerp aanzetten.
„Het is jammer", zei hij met ccn
zucht, „dat wij niet buiten Ivan Niko»
Iaicvitch kunnen".
„Maar dat kan nu eenmaal niet*',
antwoordde de volkscommissaris „er
is niets aan tc doen".
„Wij moeten het al met zooveel an>
deren deelen", zei Aaron Mosenthal op
somberen toon.
„Ivan Nikolaievitoh doet er niet zoo
heel veel toe; hij is als 't ware een der
onzen; maar we beginnen met de -helft
te moeten afstaan aan die vreemde»
lingen".
In somber stilzwijgen hoorden dc
anderen die opmerking aan. Jako'o
Grossman zag er diep ongelukkig uit.
De volkscommissaris keek nijdig; alleen
Paul Sergine bleef volkomen onbewo»
gen.
„Zouden westelde Aaron Mo»
sen thai vaag voor.
„Neen, dat gaat niet!" viel Peter
Abramovitch hem in de rede.
„Wij zouden uit dc Europcesche or;
ganisatic verwijderd worden", merkte
Paul kalm op „cn in Rusla®d is op 't
oogenblik weinig tc doen".
„Datis zoo", stemde Jakob Gross#
man® toe, cn zuchtte spijtig, toen hij
dacht aan de gelukkige dagen in den
eersten tijd van dc revolutie, toen er
zoo veel, o zoo veel tc doen was.
„Maar", stelde een van dc anderen
voor „als er nu eens een ongeluk ge?
beurde?"
En Grossman knikte.
„Er gebeuren vaak ongelukken**, zei
hij. „In treinen. Of of je kunt
ïooit weten", voegde hij er vaag bij.
Drie van hen keken naar dc andere
twee om tc zien hoe zij cr over dach»
ten. Blijkbaar hadden Paul Sergine cn
Peter Abramovitoh dc meeste hersens
van deze dievenbende. Ze merkten dat
men op hun oordcel wachtte, cn wis»
seldcn een blik; dat wil zeggen dat de
commissaris een blik opving va® Paul
Sergine een blik die misschien voor
niemand anders eenige betcckenis ge»
had zou hebben, maar die voor zijn
vriend blijkbaar veelzeggend was. En
blijkbaar afdoende, want het volgende
oogenblik zei Peter Abramovitoh op»
gewekt:
„Geef ons nog eens een fleseh van
die Jekkere Chartreuse, Grossman, En
daij", zei hij, terwijl hij om zich heen
keek „gaan we over iets anders pra»
ten".
(Wordt ycrvolgd.)