HAARLEM'S DAGBLAD ONZE INDISCHE MARECHAUSSEES IN NEDERLAND. FLITSEN FEUILLETON PAPIEREN ROZEN STADSNIEUWS. WOENSDAG 8 JUNI 1927 Het! was een mooi gebaar van onze regeering, toen zij besloot een afdeeling der Indische marechaussees naar Neder; land te laten overkomen om deel te ne= men aan de plechtige bijzetting van het stoffelijk overschot van generaal Van Heutsz. Het! was een gebaar, dat door allen, die bij het Indische leger hebben gediend, naar zijn volle waarde zal wer# den geschat. Want deze Inlandsche mi li; -tairen behooren in den stoet, die gene* raai Van Heutsz naar zijn laatste rust; plaats zal geleiden, ja meer nog, hun komt' daarin een eereplaats toe. Zijn het niet de Indische marechaussees geweest, die het meest hebben bijgedragen tot de verwezenlijking van Van Heutsz* plannen, hebben zij niet het grootste aandeel gehad in Van Heutsz' roemrijk: st'c werk, het beëindigen van den Atjeh: oorlog, hebben zij in de uren van ge= vaar niet altijd voorkan gestaan en over al do spits afgebeten? Hun overkomst is niet alleen bedoeld als een hulde aan de nagedachtenis van den grootstcn ge: ncraal, die ons Jand ooit heeft voori'ge; bracht, maar ook en niet minder aan het Indische leger, waarvan dat heldhaftige keurkorps der marcchaus; Secs de kern vormt. Van de Indische marechaussees wil ik nu de beste afgevaardigden van dit korps in ons land zijn aangekomen, een eri ander in ons blad mcdedeclen. Het is mij uit gesprekken herhaaldelijk ge; bleken, dat' men zich in Holland een heel verkeerde voorstelling der Indische marechaussees maakt. Velen verkeeren in dc meening, dat dc marechaussees in In die politie;soldatcft zijn, zoo ongeveer in den trant als de marechaussees in ons land. Dat is allerminst het geval. De marechaussees in Indië zijn zuiver „vccht;soldatcn" en vormen het élite-- korps van ons Indisch leger. Tot de op; richting van dit korps werd tijdens den Atjeh;oorlog in do jaren '90 besloten, omdat men meende den Atjeher niet bci'er te kunnen bestrijden dan met zijn eigen vechtmethode. De Indische leger; eenheden dc bataljons en dc com; pagniecn waren op den duur te „log" gebleken voor dc gevechten op Atjeh. Tegenover dc vlugge, bewegelijke At; jchschc benden, d e onze troepen her; haaldelijk overvielen en met hun kle; wangsaanvallcn soms enorme verliezen toebrachten, meende men even bewège; lijke afdeelmgen tc moeten stellen, die den vijand niet met het geweer, maar met hun eigen wapen de klewang te lijf gingen. Dc Europeesche soldaten hoe flink en dapper ook in het ge; vecht deugden daar minder voor. Zij misten de noodige vlugheid cn waren ook niet zoo bestand t'cgen de ver; moeicnissen van het Atjèhsche terrein en het afmattende Indische klimaat! En daarbij kwam. dat de Europeesche sol; daat zich moeilijker dan de Inlander kon aanpassen aan het uiterst sobere bestaan, dat ccn langdurig léven tc vel de nu eenmaal cischtc. Een Atjchschen vijand kon men niet beter bestrijden dan met kleine, bewegelijke Inlandsche èfdeelingcn brigades ofider Euro: peesche aanvoering. Die gedachte heeft het korps der ma; rcchaussees in Indië geboren doen wor; den. Oorspronkelijk was het een klein élite;korps van niet meer dan 200 man. Wat dit kleine, korps marechaussees on; der aanvoering van den ook bij vele Haarlemmers nog bekenden kapitein Jhr. Graafland heeft gepresteerd grenst aan het ongeloofelijke. Wanneer de ge; schiedenis van de maréchaussees eens mooht worden geschreven, dan zal het tijdvak van kapitein Graafland zeker een der meest belangrijkste periodes van dit epos vormen. Bijna lcgendari; schc verhalen gingen er in mijn tijd rond van de gevechten, welke de marcchaus# secs onder aanvoering van Graafland met zijn luitenants Vuijk, Dijkstra en Stoop in 1896 het jaar van den afval van Toekoe Oemar op Atjeh hebben geleverd. Dit keurkorps spreid; dc telkens weer zoo'n moed cn onver; schrokkenheid ten toon, dat het enthou; siaste bewondering afdwong in het In; dische leger, dat toch werkelijk wel wist, wat moed en onverschrokkenheid was. Graafland, die door zijn maré; chaussees letterlijk werd verafgood, wist zijn mannen steeds weer tot een paroxysme van geestdrift op tc voeren Ik schreef reeds eenmaal in ons blad, Jioc hij een Europeesch onderofficier één der dappersten onder de dappe* ren die bij een aanval doodelijk uit; geput en gewond met zijn manschap; pen neerlag en op het commando „voor; waarts!" van zijn chef, antwoordde: „kapitein, wij kunnen niet meer!" toe; riep: „Je leeft tóch nog!" een zin, die in veelzeggende kernachtigheid doet denken aan het beroemd: ..Dcbout les Morts!" Hij durfde en kon het uiterste eischen van zijn maiéchaussees, die voor de eer van hun korps zonder aar; zelen den dood ingingen. „Wanneer een maréchausee zijn ka= rabijn gebruikt om te schieten, dan schaam ik mij diep over hem!" placht Graafland tegen zijn mannen tc zeggen. „Wanneer hij met de klewang den vijand aanvalt, dan doet hij niet meer wat dc plicht is van een marechaussee. Maar wanneer hij zijn klewang weg; werpt en den vijand met zijn vuisten te lijf gaat, dan ben ik eerst trotsch op hem!" Velen van mijn lezers zal dit mis* schien wat barbaarsch toeschijnen, maar men vergete niet, dat Graafland midden in den Atjeh#oorlog stond en dat aan dien oorlog, die elk jaar honderde men; schenlevers cn millioenen guldens kostte, in het belang van Nederland en voor ons prestige in Indië een einde moest komen. Dit kon alleen door een geest van doodsverachting, die alles tartte. Ik schreef, dat er in mijn tijd legenda; rischc verhalen in het leger rond gingen over de krijgsverrichtingen der maré; chaussees onder Graafland. Was het bij; voorbeeld niet een roerend bewijs van liefde en verecring voor hun chef, dat de maréchaussees na dc inneming van Anakgaloeng waarbij alle officieren sneuvelden of gewond werden den gewonden Graafland in een tandoe tus5 schen een driedubbele heg van man; schappen onder een moorddadig vuur der Atjehers uit dc omliggende kam; pongs fier en trotsch over een dijk droe; gen, hem zoodoende met hun lijven be; schuttend, en dat zij weigerden dekking tc zoeken achter den dijk, omdat hun kapitein, als hij niet gewond was ge; weest, ook voor het oog van den vijand boven over den dijk zou zijn 'gegaan? En. wat te zeggen van den mood der marechaussees, die bij hetzelfde Anahgaloeng, allen als vrijwilligers zich verdrongen, om hun luitenant om door dezen officier over de palissav deering i.r> de ben ting geworpen, te worden* waarachter de vijand met de klewang hen opwachtte. Zij wisten* dat dit ©era bijna zekere dood be; teekende, maar ook, dat nooit Anak; ga!oeng genomen zou worden, wanneer niet de klink van de poort, drie aan. d'e 'binnenzijde der pal issa doering zat, door een marechaussee op zij werd ge; schoven* Voor de eer van hura korps heten een tiental marechaussees zich afslachten. Eerst de elfde sloeg zich door den vijand heen cn wist de poort te 'bereiken. Toen zijn makkers naar binnen stormden, ging het over het lijk van den marechaussee, die den toegang tot de Atjehsche versterking voor hen geopend had». De geest van offensief, waarmee Graafland zijn marechaussees had weten te bezielen, is in. het korps ge; bleven., ook toen het later tot 1200 man was uitgebreid, Het zijn de marechaussees geweest, die onder of; fi eieren, als Van Daatera en Col iju d'e beroemd geworden toGhtc.n dwars door Atjeh en de Gaijoclanden heb; hen gemaakt! Het zijn de iraarechaus; sees geweest, die «rader aanvoering van mannen als Ghristoffcl. Darlang, Veltman, Vasten au, Schmidt en zoo veel andere Indische officieren met hun weergalooze bravoure era hun, sol; dateskc eigenschappen die hen voor geen hindernissen era vermoeienissen terug deden deinzen het taaie; en. laten wij het toch vooral erkennen, heldhaftige verzet der Atjehers hebben, gebroken. En die ook later het meest hebben bijgedragen. Om het Neder; ■landsch gezag op de bulten^bezittimgon waar wij vóór Van Heutsz slechts in. naam regeerden te he es tig, en. Aan al onze expedities der laatste 30 jaar hebben, zij het 'leeuwenaandeel ge; had. Tegen het ©ran dor marechaussees was geen vijand bestand. Een officier- van gezondheid', drie de Bonrifexpiedlttie hcöft meegemaakt, vertelde mij eens, dat bij dc gccom# bin eerde lan din g van m arechaussees en marine, die onder hevig vuur vara den vijand plaats had, do Bonische versterkingen aam dc 'kust reeds door do marechaussees genomen waren, en alles al was -afge-lo op-era, toen. do ma; trozen drie toch gelijk met de In; kindertjes gedebarkcerd waren nog niet tot aan den voet der palis sa; •doering waren genaderd. Zoo groot VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 91S PRIVAAT-EIGENDOM Vader zoekt in dc gang; kast naar zijin overschoe# roept maar boven: het I boort dat Jan zc geleend ziet eruit of het gant heeft omdat de zijne op regenen, wie heeft zijn school zijn blijven staan overschoenen gezien I vraagt een minuut later of iemand weet waar zijn paraplu is cn ver; neemt dat moeder die aan oom Frans heeft ge; leend mompelt dat hij dan zijn Mientje excuseert zich regenjas zal moeten dra; gen dat ze die den vorigen avond als extra dek in den auto van de Kom-- mers heeft meegenomen en daar laten liggen moeder waarschuwt hem dat zij zijn ticnrit'ten; kaart voor de tram den voéigen dag heeft ongc# maakt cn va.dër vertrekt in sombere gepeinzen. (Nadruk verboden.) DE ROMAN VAN EEN CIRCUS; MEISJE Uit het Engelsch van RUBY M. AYRES. Vertaald door J. van der Sluys. (Nadruk verboden). 23) Enfin, zei Roric, het is nutteloos om te praten over alles wat had kun nen zijn. Ik zou er mijn rechterhand voor over hebben als ik Rosalie terug kon halen. Meen je dat nu heusch of zeg je dat maar zoo? vroeg Fergerson scherp. Roric aarzelde. Neen. als ik eerlijk wil zijn, ge loof ik toch niet, dat ik het echt meen Alia! Fergerson liet zich met een grimml- gen trek op zijn gezicht weer in zijn stoel vallen. Roric liep opgewonden de kamer op en neer en verlegen wierp hij achterdochtige blikken op den advo caat. Plotseling kwam hij vlak voor den ouden heer staan: Hebt u iets ge hoord, iets nieuws? vroeg hij. Fergerson bedacht dat het toch mis schien ook wel zonde zoude zijn voor het dappere kleine meisje om voor haar leven aan zoo'n moreelen slappeling ge bonden te zijn. Maar hij antwoordde onverstoorbaar-bedaard: Als je denkt, dat ik wat voor je achterhoud, waarom ga je er dan zelf niet heen om te informeeren? Er zelf heengaan? Ik hoop er nooit meer te komen. In de heele buur niet. Ik v/ou dat ik de „Four Winds" van de hand kon doen. Dan koop ik een huis te Londen. Maar dat is nu eenmaal niet moge lijk. Het is onvervreemdbaar familie bezit. Fergerson legde zijn hand op den arm van den jongeman en sprak hem vrien delijk toe: Roderick, wanneer zul je tooh eens iets ernstigs beginnen? Het is schan delijk, dat je je geld en je beste jaren wegsmijt. Er zit toch zooveel goeds in je. Je hebt mij verteld, dat dat arme meisje je beschaamd had gemaakt.dat ze je je gebrek aan levensernst en levens moed heeft laten voelen. Dat is het, wat Je noodig hebt; een dappere, trouwe vrouw, die Je kameraad is, die Je den goeden weg wijstgeen luxe vrouw tje, geen speelpop, die aan niets anders denkt dan aan de dingen, die ze 'van jouw geld kan koopen. Je hebt je han den vol mogelijkheden, Roderick...^ ben je van plan ze op den grond te la-'1 was Het elan van dit keurkorps, "dat zij aan onze matrozen en mariniers die toch .herhaaldelijk .'bij kincf:ragen die bewijzen, hebben geleverd, dat het hem aara moed era biehewd'igh.eiid waar; lijk raiet ontbreekt, zelfs geem kaïns gaven* Maar mijn» grootste eerbied' voor de Indische marechaussees gaat niet uit maar hun onverschrokkenheid, hun aanvalsdrift en hun moed. Hc-t zijn die andere eigenschappen, welke hen in staat stelden bij de vele tochten en patrouilles in dc rimlboe weken ja soms maanden. Lang de grootste ver moeicnissen en vreeselijlkste oralberin# gen opgewekt cn zonder een klacht ■te doorstaan, In- zijn, 'bekend 'boek ..Dc tocht d'cor .de Ga joel aandien" heeft Kcmpecs hier iets van verteld, doch do meeste daden van, moed era geest; kracht der marechaussees zullen wel aitijid -onibesehrevera blijven. Maar zg; fcer is het,- dat zij: boekdeclien zouden kunnen vullen era misschien.' zelfs vu; rige pacifisten Dot bewondering zou; den kunnen, brengen voor zoo grooie opoffering, kameraadschap en plicihits# betrachting. En. de bclooniimg voor al dcize da; die-ra? Voor een» h:c.el' enkele de Miilii# t-arire Willemsorde, de medaille voor moed cn trouwt of een eervolle ver; melding. Voor ..et meerendeel alleen maar de eer om bij het korps mare; charassecs tc mogen dienen. En dat was den: meestem vooral den Am; boineezen en. Menadoraeeizen reeds genoeg. In een afzonderlijk artikel hoop ik nog een en ander over den ArnJborimee; schen, den Menadoneeschen era den Javaansehen soldaat in ©ras» Indisch 1c# gcr tc mogen schrijven. J. B SCHUIL. TERAARDEBESTELLING- H. HOSPES. Op de Algemeen© Begraafplaats aan deraSchoterweg is Dinsdag ter aar dc besteld' het stoffelijk overschot van •den. heer H. Hospes, in leven oud; ouderwijzer bij» het openbaar lager on; dertwijis te dezer ste de. Verscheid ene o-uctctflitega's en öud;leerlingera kwa; men den overledene dc Laatste eer be; wijzen. Aan het graf werd gesproken door dera heer G. Max. „Het is mij een bijzonder voorrecht geweest", zei spreker, „jarenlang met den, overlede; ne aan d.e school op het LeidsichepJein te mogen samenwerken. Ik heb hem daarbij leerera kennen en waardeeren als een zeer bekwaam onderwijizeT, drie met groote opgewektheid en blij; moedigheid zijn taak vervulde. Onder vaak moeilijke omstandigheden. Hij was een groot kindervriend; hij Meld van de kinderen, en de kinderen MM gen hem aan. Toen hij reeds een bc; jaard man was, speelde hij nog met d.e kinderen en nam hij aan het kinder spel actief deel. Bij feestelijkheden cn tochtjes van d'e kinderen naar buiten was hij de onvermoeide leider. Hij 'bleef steeds jong, een jeugdige' grijsaard te midden van d'e.. kinder; schaar. Toen hij veertig jaar bij het onderwijs werkzaam was, ontving hij vele blijken van waardeering van ver; schillende zijden. Na zijn perasion.ee; ring werden raog vele malen van hem •diensten gevraagd. Wie hem eenige weken geleden nog zoo opgewekt door de stad zag loopcra, zou zeker weinig vermoed hebben, dat wij rau aan zijra graf zouden staan. Hij geniet thans een welverdiende rust na een wel; besteed leven. Rust zacht!", eindigde spreker. „Uw nagedachtenis zal bij velen in dankbare herinnieiring blijven voorbleven". Namens de familie sprak Ds. W. Kr oese, van IJmuiden^Oost. Deze bracht ook in herinnering, dat de over 'lederac zulk een echte kindervriend was; schetste het tragische ervan», dat vader en zoon op cén dag kwamen te overlijden; zeiije, dat het hartelijk medeleven van zoovelen im deze da; gen de familie tot troost s'trekt en betuigde tenslotte dank voor de ^e' toonde belangstelling. Daarmede Was de plechtigheid ge* eindiffd. Eenige bloemstukken dekten dc baar. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cents per regel. ten vallen? Op een terechtwijzing van den ouden Fergerson had Roric aller minst gerekend. Hij probeerde zich wijs te maken, dat hij beleedigd was, maar daarvoor was de herinnering aan Rosa lie te hard aangekomen. Neen, de klap was raak geweest. Hij voelde een prop in zijn keel ko men en een tweede herinnering kwam zich bij de eerste voegen. Hij zag zich weer met Rosalie staan op den landweg naar Bedmund bij het kruispunt, waar hfj haar na de voltrekking van hun hu welijk had afgezet. Hij zag weer hoe zy haar schuwe oogen naar hem opsloeg; hij voelde den zachten druk van haar kleine handen op zijn schouders. Wat er ook gebeure, ik zal altijd blij zijn, dat jij mij getrouwd hebt. Met een plotselinge nik trok Roric zich los uit den vriendelijken, lichten greep van den ouden Fergerson. Zon der een woord te zeggen, maar met een vuurrooden blos van schaamte op zijn gezicht en tranen in zijn oogen, rende hij de kamer uit. De oude heer luisterde naar de gejaagde voetstappen op de trap, in de hallDaarop hoorde hij de voordeur dichtslaanEr kwam een warme tinteling in zijn heldere oogen en hij zei in zichzelf: Ik zal het toch maar wagen; ik geloof, dat ik het toch maar wagen moet! VRIJDENKERS-VER- EENIGING „DE DAGERAAD". 70-JARIG BESTAAN EN CONGRES. Op Zaterdag en de beide Pinkster# dagen werd in het gebouw van den Haarlemsehen Kegelbond te Haar; lom het copgres van de vereeniging „De Dageraad" gehouden waarbij tc; gelijkertijd het 70#jarig bestaan werd herdacht. Zaterdag, werd door den voorzitter der afdeeling Haarlem den heer Scheffer het congres namens de afdeeling gefeliciteerd met bet jubileum. Door den heer J.. Hoving, voorzit; teT van bet hoofdbestuur werd het congres welkom geheeten in het bij# zonder deed spr. het den oud#hoofd# bestuurders den heer Stadhouder en mevr. van 't Hart die geruimen tijd in het buitenland hebben vertoefd. Een hartelijk woord ontving de heer Lansen uit Amsterdam die op 80# jarigen leeftijd nog als afgevaardigde tegenwoordig was. Verschillende felicitaties uit binnen# r en buitenland waren in verband met het jubileum tot het H.B. gericht. Na het openingswoord kwam in be# handeling het verslag van den secre# taris en het beleid van het hoofdbc# stuur, waarvoor verschillende sprc# kers zich opgaven. Hierbij kwam in hoofdzaak in bespreking het gcschre# vene in het verslag over de afdeeling den Haag die omtrent den finan# cieelen toestand geen inlichtingen aan liet H.B. wenschte te geven era zich voorts op den politieken weg bij de verkiezingen wilde begeven. Naast de hulde aan het H.B. ge# bracht werd gevraagd waarom het H.B. niet meer aan' de algomeene vraagstukken als die der lijkverbran# ding, het 7de leerjaar etc. aandacht heeft geschonken. De gemaakte op# merkingen worden door den secre# taris den heer C. F. Everts beantwoord en de principieele vragen door den voorzitter waarin deze laatste wees op het groote verschil van inzicht tuschen het1 H.B. en dc afdeeling den Haag. Met genoegen nam het congres kennis van de verklaring dat deze af; dceling zich niet op het glibberige parlementaire terrein zal gaan be; geven. Besloten werd in het Sacco en Van# zetti;Comité zitting te nemen en voorts om namens het congres een telegram aan den gouverneur van Massachusetts te zenden. Hierna werd de vergadering ver; daagd. Des avonds werd in hetzelfde ge bouw een feestavond door het hoofd bestuur en de afdeeling Haarlegi aan; geboden, waar de lieer J. Hoving de XI. Roderick rende in één opwinding de straat op. Van ergens ver af kwamen de klanken van een muziekcorps in den vochtigen avond Het deed de herinne ring ontwaken aan den optocht van den eïreustroep en hij vroeg zich af, of hij de heugenis van die beklemmende da gen wel ooit weer zou kwijtraken. Een taxi reed hem achterop. Taxi, sir? vroeg de chauffeur, die wel een vrachtje wilde hebben. De jonge Briton aarzelde een oogen- blik en antwoordde dan: All right. Hij maakte het portier open en zei op een toon die bijna uitdagend klonk: Ildersley Gardens 45 West. De auto had een snelle vaart en Roric leunde achterover in de kussens. Hij staarde met een afwezigen blik door het portierraampje. Er was iets dat hem dreef om naar het huis van Lilian te ryden, De taxi had het idee spontaan bij hem doen op komen. Hij wist dat ze waarschijnlijk niet thuis zou zijn, hij was in een ge woon costuum en in Ildersley Gardens waren ze erg op de vormen gesteld. Maar het was, alsof hem dat op dit oogenblilc allemaal niets kon schelen. Hij was weer in dezelfde onverschillige stemming als op den dag dat het eerste testament geopend was en dat hij weg- getuft was om Rosalie op te zoeken in zijn heftig verlangen naar bemoediging en troost. feestrede uitsprak cn in vogelvlucht het leven der vereeniging van de op; richting af schetste. Verder werd me; dewerking verleend door de arbeiders Mandoline Club „Apollo", de Jazz# Band Ever Fun en The Jolly Follies van Ch. Voshard, waardoor het voor de talrijke aanwezigen een genoog; lijke avond is geworden. Nadat de afgevaardigden op den Isten Pinksterdag een uitstapje naar de omstreken van Haarlem hadden gemaakt cn hierbij het Crematorium te Westcrveld hadden bezichtigd, werd op Maandag (2de Pinksterdag) het congres heropend met bespre» king verslag penningmeester. Hierbij sprak het congres uit dat ten spoedigste de financieele aangele genheid met den voormali gen bro# churcnhandelaar geregeld behoort te worden en veroer werd aan het H.B. machtiging gegeven om nader over; log te plegen met de afdeeling den Haag ter delving van oude contrb butieschuld. Aan de afdeeling Haarlem werd op; gedragen een controlecommissie voor het volgend jaar aan te wijzen. De behandeling van het strijdpro# gramma, samengesteld door een daan- toe benoemde commissie, werd uitgc; steld tot een volgend congres het welk eveneens geschiedde met het voorstel (afd. Haarlem) inzake aan wijzing districibcstuurders. Bij de bespreking redactie Dc Vrij; denker en Veldviooltje werd bijna door iedere afdeeling het woord' ge# voerd zoowel in waardcerende als in critischen zin. Vooral -artikelen van den redacteur, den heer Hoving „Is er socialisme in Nederland" werden sterk aangevallen, doch evenzeer krachtig verdedigd door den redac# teur zelve die dan ook onder applaus werd herbenoemd. Het voorstel van het H.B. om den naam van het weekblad te veranderen in De Dageraad kon bij het congres geen voldoening vinden zoodat de naam van Vrijdenker gehandhaafd blijft. Als afgevaardigde naar het Inter; nationaal congres te Antwerpen wer; den aangewezen de heeren Hoving en Havers. Ten slotte is Utrecht als de plaats aangewezen waar het volgend congres zal worden gehouden. FAILLISSEMENTEN. Door de Haarlemsche Rechtbank zijn in staat van faillissement verklaard: 1 G. P. van der Aar, bloembollen handelaar te Heemstede, Manpadslaan 18, curator Mr. H. Ph. Visser 't Hooft, alhier; 2 J. B. Beugelsdyk. 3 C. Jansen weduwe W. Beugelsdijk. 4 G. B. Beugelsdyk, allen scheepma ker te Rijpwetering en aldaar handelen de onder den naam firma „Gebroeders Beugelsdyk"; cur. Mr. W. J. G. Veen- hoven. Toen hij op de stoep van het huis stond voelde hij een ongekend gevoel van zenuwachtigheid in zich opkruipen. Hij had Lilian niet weergezien sinds dien avond toen hij yiings naar de Four Winds had moeten vertrekken. Hij had den brief, waarin zy hem zyn vrijheid teruggegeven had, niet beantwoord en haar evenmin van het terugkrijgen van zijn vermogen op de hoogte gesteld. In zijn ontsteltenis om den dood van Rosalie was hij niet weer naar Lilian gegaan, maar toch had hij er zich meer malen op betrapt, dat hij een visioen had van hun weerzienvan Lilians vreugde als hij haar vertellen zou, dat nu niets meer hun huwelyk in den weg stond. Huwelijk! Plotseling zag hy zich weer terug in dat kleine, eenzame, halfver- lichte kerkje; de herfstbladeren dwar relden buiten over de graven van het kerkhof en de kille regendroppels drup ten als tranen langs de zerken. Hij voel de Rosalie's kleine hand weer beven in de zijne en hoorde weer haar verlegen stem. Dat was het huweiyk geweest, dat hem bondwat was hij voor een har teloos man, om te denken aan een an der, terwyi deze tragedie nog zoo versch was? Het dienstmeisje deed do deur voor hem open. Zonder een verzoek af te wachten, stapte hij de hall binnen. Hy was zoo buiten zichzelf, dat hij niet wachtte tot het meisje hem behoorlek INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. 5 A. N. Fangmann, manufacturier te Oude Wetering gem. Alkemade A 54, cu rator Mr. W. J. G. Veenhoven. 6 A. Lestrade, loodgieter te Haarlem, Glasblazerstraat 2a en b en aldaar een kruidenierszaak drijvende; curator Mr. H. Ph. Visser 't Hooft, alhier. 7 J. C. Lindeman, koopman in olie te Zandvoort; Hoogeweg 59; curator Mr. J. W. F. Wijsmuller van 't Wout, al hier. 8 J. Vlotman, broodbakker te Hille- gom; curator Mr. J. H. J. Simons alhier curator Mr. F. A. Davidson alhier. 10 H. Abma, kruidenier te Haarlem, Olmenstraat 52; curator Mr. B. Bou- man alhier. 11 C. Jongert Jr., vischrooker te Monnikendam; curator Mr. L. U. Ren- gérs Hora Siccama. 12 K. Metselaar, koperslager te IJmui den Willemsplein; curator Mr. L. Ali Cohen alhier; rechter-commissaris Mr. H. van Loghem de Josselin de Jong al hier. Vernietigd werden de faillissementen van: 1 C. J. Romein, wonende te Hoofd dorp, uitgesproken 31 Mei 1927. 2 de N. V. Maatschappy tot Exploita tie van onroerende goederen l'Esperance te Haarlem; uitgesproken 31 Mei jL Opgeheven werd het faillissement van C. A. ten Wolde, fabrieksarbeider te Zaandam; curator Mr. C. van Sprang te Zaandam. Geëindigd zijn de faillissementen, door ht verbindend worden der uitdeelings- lijsten van: De N.V. Merckens fabriek van dames- handwerken te Haarlem, en'hare leden W. J. en H. Merckens, curator Mr. W. de Rijke alhier. BOND VAN FORENSEN Het hoofdbestuur van den Alge; xneencn Bond van forensen deelt roes de dat reeds verschillende afdeelin; gen zijn opgericht en dat binnenkort de oprichting van nog eenige afdee; lïngen zal volgen o-a. ook in Haarlem en omstreken. zou hebben aangediend, maar op haar mededeeling, dat miss Fane thuis was, liep hy de hall door naar de woonka mer. Voordat hij de deur bereikt had werd deze al geopend en verscheen Li lian zelf op den drempel. Roric! Hy volgde haar de kamer binnen en ging met zyn rug tegen de deur staan. Je verwachtte zeker niet dat ik het zou zyn. Zyn hart klopte heftig. Neen. Ze keek hem aan van den overkant van de kamer; haar wenk brauwen waren gefronst. Je had hier niet meer moeten ko men; ik heb je in mijn brief immers alles gezegd wat er te zgggen viel. Daarom kom ik ook niet. Ik wou je alleen maar iets vragen. Is het waar dat je verloofd bent met Querne? Er was een oogenblik stilte. De zijden shawl, die om Lilians hals was gesla gen, gleed af en het gedempte licht viel op haar schouders. Ze had een kost baar amberkleurig zijden toilet aan met een tuiltje theerozen in haar corsage. In haar donker haar had ze een gou den band en een prachtige diamanten ster schitterde in de kant van haar uitgesneden japon. De jonge Briton kende dit kleinood; het was een van zijn buitensporige eschenken geweest in de eerste dagen van zijn verblindende liefde. (Wordt vervolgt^

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 6