HAARLEM'S. DAGBLAD
DE NED MAATSCHAPPIJ VOOR NIJVERHEID
EN HANDEL
J. Greeve Zoon
Persianer
VRIJDAG 24 JUNI 1927
DERDE BLAD
De herdenking van het 150-jarig bestaan.
De plechtige herdenking.
Donderdagmiddag had in de groote
Gemeentelijke Concertzaal de plecht
•tigc herdenking plaats van het 150*
jarig hestaan der Nederlandsche
Maatschappij voor Nijverheid en
Handel.
Podium en zaal varen feestelijk met
palm en en bloemen versierd.
OndeT de talrijke aanwezigen verden
opgemerkt dc Commissaris der Konin?
■gin, Jhr. Mr. Dr. A. Röell. de heer
C. Maarschalk, burgemeester van
Haarlem, de wethouders de heeren
Mr. J. N. J. E. Heerkcns Th ijs sen,
Mr. M. Slingenberg, Mr. A. Bruch,
eenige 'burgemeesters, Kamerleden,
leden van Ged. Staten» en van den
Gemeenteraad. Voorts waren aanwezig
Prof. Dr. H. A. Lorenbz, secretaris
van de Holt. Maatschappij der Weten?
schappen en de heer Heringa, chef
•der afdeeling Handel van het Dcpar?
temen t van Handel en Nijverheid',
Mr. Th. A. Wesstra. gemeente?secre?
tarls. Jhr. Mr. J. W. G. Brg-eel van
Hogeilanden. o»ud?burgeimeester van
Haarlem.
De 'bijeenkomst werd geopend met
orgclS'P'el door d'en. stadsorgartist, den
beer George Robert: allereerst het
oude Wilhelmus, dat staande door de
aanwezigen werd aangehoord.
Hierop volgde de reeds door ons
vermelde rede van den voorzitter der
Maatschappij. Dr. F E. Posthuma.
In dien loop van zijn rede deelde spr.
■mede dat telegrammen vain hulde wa?
ren gezonden aan de Koningin en de
KoniinginsMoeder en 'tevens aan den
oudsalgemeen secretaris, den heer G.
S. De Clercq, 'die helaas door ongc?
steldheió' verhinderd was deze bijeen?
komst bij te wonen. Dit telegram
luidde: „Bij de bijeenkomst ter viering
van het 150?jarig bestaan, onzer
'Maatschappij gaan onze eerste gedach?
ten naar u uit, aan wic.n wij zooveel
te danken» hébben en »d»ie mede de
[Maatschappij hebt gemaakt etn gestuurd
tot wat zij thans is. Wij missen u
zeer in. oms midden™.
De 'heer De Clercq had hier on?
(middellijk op geantwoord, dat hij voor?
zichti'ghaidshalve, met het oog op zijn
gezondheidstoestand', de bijeenkomst
niet (bijwoonde (maar haar 'toch in den
geest 'medeleefde.
Rede van den Minister
van Arbeid, Handel en
Nijverheid.
"Vervolgens was het woord aan Dr.
!JL R, Slotemaker de Bruine, Minister
van Arbeid, Handel en Nijverheid,
vertegenwo ord iger der Regeering.
Spr. begon met te zoggen» dat de
Regeering groobe 'belangstelling gevoelt
voor diit jubileum. Uit dein. aard van
zijn ambt komt spr. vaak met jubilea
in zeer nauwe aanraking. Er zijn 25,
50, 75=jarige jubilea En telkens 'blijkt
nieuwe vitaliteit, de ontwikkeling van
economie en industrie drong telkens
tot het op den voorgrond schuiven
van nieuwe ondernemingen.
En» daarnaast hebben wij» nu. aldus
spr. een maatschappij van 150 jaar.
Zulk een» leeftijd» spreekt van bijzon?
dorheid', deftigheid', bezadigdheid'. De
tijd van vóór'150 jaar kan nauwelijks
een verklaring vormen voor de oprioli?
ting der Maatschappij. 'Het was im?
mcr-s een tijd van nationale inzinking.
Toch dateeren ook uit dien tijd istich?
tingen» op het 'gebied van, het onder?
wijs en op economisch terrein», waar?
uit blijkt dat elke stichting niet al?
'tijd exponent is van een bepaalden
tijd1.
Spr. dacht daarbij, er op wijzende
dat de Maatschappij ook steeds veel
belang in 'het koloniale leven heeft
getoond, aan de zending die op zoo
velerlei gebied haar invloed h;eft .do-en
gelden.
De Minister vestigde er voorts de
aandacht op dat dc Maatschappij er
altijd voortreffelijk i»n |eslaa»gd is,
onophoudelijk zich aan 'te passen aan
en zich bewust te worden van nieuwe
eischcn. Ook vóór zijn ministerschap
had hem dit vaak getroffen. Dat groote
aanpassingsvermogen blijkt ook uit
de herhaaldelijke naamsverwisseling
in den loop der tijden, die slechts een
onwelwillend beoordeclaar het woord
r,Kameleon" in den mond zal geven.
De Maatschappij is d/us steeds geken?
merk£ door een groote lenigheid, waar?
bij niemand denkt aan de dwalingen
van den ouden dag en die altijd ge?
combi-neerd is geweest met traditie.
Er aan herinnerend dat vroegere be?
stuujders eens -met nadruk verklaard
hebben, niet van stilstand tewillen
weten, uitte spr. den wensch dat de
jubilares.se bij voortduring baar lenig?
beid en traditie zou behouden en dat
dc bestuurders ook na 150 jaar, zouden
willen vooruitgaan.
,,Do Regeering", zoo eindigde de
minister, .heeft ook nog op andere
wijze haar belangstelling in dezen
schoon en dag willen toonen en daarom
is het mij een genoegen gewag te kun?
oen maken van het Kon. Besluit van
20 April 1927. no. 28, bij hetwelk
het H.M. de Koningin behaagd heeft
aan twee leden van het Hoofdbestuur
een onderscheiding toe 'te kennen en
den heer K. C. Honig te Overveen,
ondervoorzitter van het Hoofdbestuur
te benoemen tot Ridder in de Orde
van den Nederlandschen Leeuw en
den heer P. H. van Groningen, te
Deventer, Hoofdbestuurslid te bevor?
deren tot Officier in. dc Orde van
Oranje Nassau" (applaus).
Rede Jhr. Mr. Dr. A.,
Röell.
Derde spreker was Jhr. Mr. Dr. A.
Röell, die het woord voerde in zijn
hoedanigheid van voorzitter van de
Hollandsche Maatschappij der Weten?
schappen, wa ar va-n de Ned. Mij. vocu-
Nijverheid' en (Handel een dochter
is, In verband hiermede gewaagde
spreker va,n» de 175?jari»gc moeder die-
het 150?jarige- kind aan het hart druk?
te; beiden gaan hand in hand en
schouder aan schouder de toekomst
tegem oe't.
Spr. wensch te de dochter van harte
gcluik en. vestigde er de aandacht o>p
dat de „.Economische Tak" ook zijn
tijd van pokken en mazelen gehad
heeft. Maar hij heeft zich ontwikkeld
tot een krachtig lichaam en is opge?
wassen tot heil des vaderlands.
Indien het waar is, dat in 't verleden
ligt het heden, in 't geen i« wat wor?
den zal", dan zal zeker de Maatschap?
pij tot in verre toekomst gedijen», en»
tnog jaren arbeiden aan de verbetering
der volkswelvaart. Dat dit zoo zij,
eindigde spr., is de oprechte wensch
van de Hollandsche Maatschappij der
W e fcenschappea.
Rede Jhr. F. Teding van
Berkhout Jr.
Na de redevoeringen der miintisfiers
was het woord aan Jhr. F. Teding van
Berkhout Jr., voorzitter van het de?
partcment Haarlem der Maatschappij.
„Et is voor mij, achterkleinzoon van
de eerste voorzitters van de Oeoono?
mischen Tak en van de Nederland?
sehe Huishoudelijke Maatschappij, de
heeren van Systeyni en Teding van
Berkhout, iets omroerend» in, u mijn?
heer de voorzitter 'deT M»aabsch'appij,
in vieii deze in bare tegcnwo'ord'ige
gejdlaanife eenie zoo waandiige belic-ha?
miinig vindt, te mogen toespreken in
Ihum geliefde- Haarlem, 150 jaren ua?
•dat zij de Maatschappij ten doop hiel
dom", aldus begon sipr.
.Weinig zullen zij bevroed hebben-,
dat de jonge Vereeniging, die zij in
den aanvang geleid hebben, zou uit?
groeien tot het machtige sociale
lichaam, dat than® geworden is. Maar,
wetende wat die Maatschappij thans
betee'kent.zult u het in
hünnepj nazaat kunnen billijken, dat
hij hier aan hunne nagedachtenis een
enkel woord van herinnering en pië?
telt gewijd heeft.
Evenwel, bet is nriet het verleden,
dat ik thans tot u moet laten spreken,
maar het heden. Het heden! Dat zijn
do departementen van thans, de do na?
teurs van thansde leden van thans.
Zij legden op de schouders va»n d!en
voorzitter van het oudste Departe?
ment de moeilijke taak om hun tolk
te zijn bij. het brengen van hulde en
dianlk voor datgene, wat de Maat?
schappij voor hen gedaan heeft en dat
in- korte woorden is saam te vatten in
datgene, w»at als haar oordeel is aan?
gegeven in de Wet n'l, de vermeer?
dering van de volkswelvaart door de
bevordering van nijverheid en han?
del."
Spr. vestigde er vervolgens de aan?
dacht op, dat in de allereerste plaats
de Maatschappij de Volkswelvaart be?
vorde rd heeft 'door de b e vo rd ering van
het particulier initiatief op het gebied
van nijverheid en handel,
Zoo loofde de O economische Tak
premiën uit aan de fabrikanten van
binnenlandsche producten, aan dc
winkeliers die deze producten walden
vcrko'opcn. aan werkgevers die werk?
loozen te werk stelden. Werden me?
dailies en andere belooningen
ven- aan degenen, die het aandurfden
woeste gronden te ontginnen, uitheem?
sehe gewassen aan te kweek en, een
nieuw schapenras te fokken voor de
verkrijging vaji wol voor de textielnij?
verheid.
Zoo heeft later de Maatschappij,
niet wachtend op het voorgaan van
de overheid, ook zelf de verbetering
van het volksonderwijs ter hand ge?
nomen, met alle kracht gestreden
voor beperking van den arbeid van
kinderen op fabrieken.
Steeds, zoowel in tijden van. voor?
spoed als vain tegenslag, heeft zij
hooggehouden het 'beginsel van „zelf?
doen", daarbij de taak der ovenheid
erkennende, om te waken tegen exces?
sen.
Zoo heeft het beginsel van „zelf
doen",' het particulier initiatief, geze?
gepraald. Spr. bracht de Maatschappij
daarvoor hulde.
„Dat de Overheid het werk der
Maatschappij op prijs stelde, is zeker
niet'het minst gebleken uit het feit,
dat zij., toen de Maatschappij verzamc?
linigen moest onder dak brengen, een
lanid'sgcbouw afstond om haar te huis?
vesten. Wij zijn baat voor de ver?
leemde gastvrijheid oprecht dankbaar,"
aldus spr. „Wij begrijpen dat de Over?
'held verleden, jaar moest bandelen
zooals zij deed, toen zij de gebruik van
het Paviljoen, nadat de Koloniale ver?
zame'ling een groots ober bestemming
gekregen had cn als kernverzameling
verhuisd w:as naar hc.t Koloniaal Imsti?
tuut te Amsterdam, weder v»oor een
Overheidslichaam opcischte. Met
schrik wer»d de tijding door het hoofd?
■bestuur vernomen, want die staat der
financiën gedoogde nauwelijks dc ex?
ploitatie van een eigen gebouw naast
de vele andere verplicht ngen, welke
de Maatschappij moest nakomen.
Maar ziet, het particulier initiatief
overwon ook hier alle moeilijkheden.
Een plan rijpte in veler brein te ge?
lijikertij'd', maar ik meen toch wed het
eerst in dat van den heer G. S. de
Ol'ercq, clie ook hier weer den stoot
beeft gegeven tot iets goeds voor de
Maatschappij, een plan om ter ge?
dach'teniis van dit jubielum een huis?
vestimgisfonds te stichten om met be?
hulp -daarvan zoo mogelijk een eigen
huis te bekostigen. Hoe het gelukt is,
'hoe de giften van alle zijden binnen?
stroomden, bij het Departement
Haanlem zoowel van de Departe?
men ten' als van d;e Donateurs en, Le?
d'en, het is geen nieuws meer voor u
allen, die de ver antwoord! ng en hebt
kunnen volgen in het tijdschrift der
Maatschappij. Daarin zullen ook de
meest en» uwer gelezen hebben, dat
reedis een flink 'huis op het Nassau?
plein alhier werd aangekocht, waarvan
de 'bendeniverdieping ruime plaats
biedt voor het secretariaat cn de ad?
minis tra tie, terwijl de OudsHoljand?
sehe Kamer. die eens een sieraad was
van het Kunstnijverheid Museum in
het Paviljoen, naar het nieuwe buis is
overgebracht en een waardige omge?
ving zal vormen voor de vergaderin?
gen van het hoofdbestuur.
Het huis zal straks n»a afloop der te?
ceptie door u allen bezichtigd kunnen
worden. Dat het de goedkeuring van
alle schenkers moge wegdragen is de
oprechte wensch van hen. die zich met
aankoop cn inrichting belast hebben.
Moge ook ,in dit huis de welvaart van
ons volk bevorderd worden en moge
het eens aan een daar vergaderd
Hoofdbestuur gegeven zijn door alle
doelen van ons volk erkend te zien,
dat volkswelvaart alleen verkregen
kan worden door het laten van zoo
groote mogelijke vrijheid aan het par?
ticulier initiatief.
Ln onzeA strijd om dat beginsel ho?
pen wij steeds te mogen rekenen op
den steun en de levendige belangstel?
ling van allen die in het economische
leven van ons land eon groote rol spe?
len."
Met deze wenschen droeg spr.
namens de gezamenlijke schenkers
aan den voorzitter voor de Maat?
schappij over het huisvestingfonids, dat
dc aanzienlijke grootte van f 68.000
heeft bereikt, een bedrag, dat een wel
sprekend getuigenis aflegt van de lief?
de en de waard coring der leden en van
de levenskracht, die nog steeds het
deel is der oude Maatschappij,
Het slot van den middag.
De voorzitter dankte voor alle har?
lelijke wenschen en wcnschtc dc ge?
decoreerden hartelijk geluk. Den
heer Honig spelde hij ondc-r luid ap?
plaus en gejuich der aanwezigen de
juist verkregen decoratie op de boTSt.
Aan den heer van Groningen zal te?
legrafisch medeeling van zijn onder?
scheiding worden gedaan. Hem is een
aoto?ongeval overkomen en hij wordt
verpleegd in een ziekeninrnohting te
Dusscldorf.
De heer Robert bracht vervolgens
op het orgel ten gehoorc: „Marche
9ur uu tbèrnc de Haendcl" van A.
Guiknant,
De voorzitter deelde daarna mede
dat een telegram van geluk wens oh was
ingekomen van de Koningin «Moeder,
dat geen antwoord kon zijn op het
Haar gezonden telegram van hulde.
De heer Posthuma aanvaardde na?
mens het hoofdbestuur het Huisves?
tiu'gfond'S met grooten dank aan de
milde gevers. Spr. achtte het een -voor?»
recht voorzitter te zijn van het hoofd?
bestuur een-er Maatschappij, wier leden
zooveel liefde voor die Maatschappij
gevoelen.
Voorts deelde spreker mede, dat
het hoofdbestuur zich gewend heeft
tot- alle oudöHoofd'bestuursleden,
waardoor het mogelijk zal worden het
geschilderd portent van don o.u»d?alge?
meen secretaris, den heer G. S, dc
Clercq, in het nieuwe gebouw aan den
wand te hangen.
De heer Teding van Berkhout Jr.
deelde mede dat het Departement
Haarlem bij de Koninklijke Begeer
een nieuw stempel voor de Maat?
schappij 'heeft doen vervaardigen, dat
het oprichtingsjaar en het jubileums?
jaar vermeldt. Op ditzelfde stempel
zijn ook de medailles geslagen, die
zullen worden, aangeboden aan de te?
genwoordige leden van het hoofdbe?
stuur en de gasten, aan dc voorziters
•en secretarissen, der departementen,
aan de deelnemers aan het diner te
Zand voort en als zilveren herin nerings?
penning aan minister Slotemaker de
Bruine, Jhr. Mr, Dr. A. Röell, den
burgemeester van Haarleim en den
heer G. S. de Clercq.
Met een hartelijk en waarde erend
woord bood de heer Honig aan Dr.
Posthuma namens het Hoofdbestuur
een legpenning in goud aan, eveneens
geslagen op het nieuwe stempel der
Maatschappij. De heer Honig sprak
ook nog een woord van waardoering
tot mevrouw Posthuma, voor den
grooten steun, dien zij steeds aan haar
echtgenoot verleende.
Onder luid applaus stemden allen,
staande met deze huldiging in. De heef
Posthuma dankte het Hoofdbestuur
voor de aangename samenwerking
en zijn cchtgenoote voor haar groote
•medewerking.
Hierna was gelegenheid voor het
aanbieden van geschenken. Het de?
pantement Amsterdam, schonk eenige
stoelen, het Departement Rotterdam
een ets, voorstellende een gezicht op
Rotterdam, de Zaanstreek een klok,
Zutphen een zilveren, schaal, de Fede?
ratie van Nederlandsche Kamers van
Koophandel in het Buitenland een
klokje en een bedrag in geld voor de
.aankleedlng van het. nieuwe gebouw
cn dc Vereenjgiing bot het houden van
Jaarbeurzen» een schilderij,
Met een geestig en hartelijk woord
dankte de voorzitter allen.
Daarna volgde een hartelijk samen?
zijn in een der nevenzalen van het
Gemeentelijk Concertgebouw en was
er gelegenheid het nieuwe eigen ge?
bouw op het Nassauplein tc gaan be?
zichtigen.
DE LUIDSPREKERS OP
DE GROOTE MARKT.
Zelden of misschien wel nooit zullen
oud-minister Posthuma en de andere
heeren. die Donderdagmiddag ln de Ge
meentelijke Concertzaal het woord voer
den in de bijeenkomst der Ned. Maat
schappij voor Nijverheid en Handel,
zulk een groot aantal luisteraars hebben
gehad, als thans het geval was. Want
behalve door het flink aantal bezoekers
ln de zaal zelf, werden de redevoerin
gen ook aangehoord door honderden en
honderden menschen op de Groote
Markt, daartoe in de gelegenheid ge
steld door de Philips luidsprekers, die
door bemiddeling van de firma Keiler
en Macdonald op het bordes van café
Brinkmann waren opgesteld.
Het was wel een heel eigenaardige ge
waarwording. die we daar Donderdag
middag op de Groote Markt opdeden.
Alle mogelijke geluiden drongen tot ons
door. Ten eerste het stemgeluid van den
heer Posthuma, niet minder dan 25.000
maal versterkt! In de zaal zullen de
woorden stellig niet zoo goed gehoord
zijn als daar buiten, tot zelfs in de
verste hoeken achter de aloude St. Bavo.
Uit den aard der zaak kon de rede bui
ten niet onafgebroken gevolgd worden,
want onophoudelijk stoorden het belge
rinkel van de trams en het klaxonge-
snerp der auto's de stilte. Daarbij kwa
men bovendien nog een stevige regen
bui en een luide donderslag. En om dit
alles nog te volmaken speelde het uur
werk in den toren te drie uur voor den
vijftienden keer in dit etmaal het Kerst
gezang „Daar is uit 's wereld duis'tre
wolken".
De menschen keken elkaar af en toe
eens aan, alsof zij wilden vragen, in
welk een zonderlinge omgeving zü te
recht waren gekomen.
Het leek soms wel een heksenketel,
vooral toen de luidsprekers het applaus
uit de Concertzaal over de Markt deden
bulderen.
Welk een wijd perspectief opent an-
ders deze schitterende uitvinding!
Voortaan zal geen zaal meer te klein
zijn, ook al kemt de populairste man
van ons land hier spreken. We hebben
meermalen bijgewoond, dat wanneer de
dertienhonderd toegangsbewijzen tot de
Gemeentelijke Concertzaal uitverkocht
waren, nog ettelijke honderden liefheb
bers teleurgesteld teruggestuurd moesten
worden.
Wat nood!
Dat is nu niet meer noodig!
Als er nu een groote volksredenaar
komt, dan huurt men doodeenvoudig
een paar Philips luidsprekers, zet die
ergens op de Groote Markt en het succes
en de bevrediging zijn ongekend groot.
Eigenaardig was het, te zien en te
hooren, welken indruk het geval Don
derdagmiddag op de Groote Markt
maakte. Juist toen de heer Posthuma
met verheffing van stem den inhoud
van het hulde-telgram aan de Koningin
voorlas, kwam een bejaard mannetje
van de Riviervischmarkt naderbij. Hij
kijkt onderzoekend rond, maar vindt
blijkbaar niet wat hij zocht. Hij wendt
zich tot een man, die op den hoek van
de Smedestraat staat te luistere)} en
vraagt hem:
„Waar staat die redenaar?"
De aanesprokene antwoordt kortaf:
„Bij Brinkmann!"
„Nou, nou, die kerel heeft óók geen
kinderachtige stem", is de meening van
het oude mannetje.
Hij voegt zich bij de luisteraars op
den vluchtheuvel en wordt dan spoedig
uit den droom geholpen.
Hij hoort het. maar begrijpt het niet!
Een andere man is blijkbaar blij, dat
hij in deze eeuw leeft. Hij zegt verge
noegd tot een vriend:
„Als dat nou-es iemand van honderd
jaar geleden nog-es hooren kon!"
„Man, schei uit!", luidde het ant
woord. „Hij nam vast de beenen!"
Alleen het orgelspel kwam via den
luidspreker niet zoo goed tot zijn recht.
Daar kwamen te veel bij-geluiden bij.
Toch was het een Interessante mid
dag tusschen al die historische gebou
wen.
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN
a 60 Cent» per regel.
DE MAATSCHAPPIJ EN
HAARLEM.
Uit ihet feestnummer van het Tijd?
schrift der Maats, voor Nijverheid en
Handel nemen wij een artikel over
van een onzer directeuren, oud lid
va.n het hoofdbestuur over:
„DE MAATSCHAPPIJ EN
HAARLEM".
De secretaris van onze Maatschappij
heeft mij de eer aangedaan, mij uit
te nood'igen om in het feestnummer
van het tijdschrift een kort woord
te schrijven over „de Maatschappij en
Haarlem".
Kort dus is het volgende niets
meer dan een greep hier en daar.
Natuurlijk is de verhouding tusschen
de Maatschappij en Haarlem altijd
•uiterst vriendschappelijk geweest. Zij
hehooren bij elkaar: hoe zou een kind
2ij,n geboorteplaats ooit kunnen ver?
geten en hoe de wieg de zuigeling,
die er ln rustte! Nog altijd staat in
onze wet de bepaling, dat de alge»
mcenc vergadering om de vijf jaar in
Haarlem nioct worden gehouden en
wat er i»n den loop van de jaren ook
veranderd is, aan dit artikel zal zeker
geen departement willen knagen.
Om d»c waarheid te zeggen», heeft
de algemcene vergadering hoe aange?
naam die ook was. aan Haarlem wel
eens zorg verschaft. Niet zoozeer zorg
voor financiën, want daarmee was het.
■als het zoover 'kwam, altijd in. orde.
maar zorg voor vergaderruimte. Wij
hopen er altijd het beste van., maar
konden niet altijd bet beste aaubic?
den.. Ook dit jaar is de regeling zoo
goed mogelijk, -zelfs op het laatste
oogemblik mog veranderd. Op dit
oogenbli'k zijn we er al aan gewend,
■dat het Pav-iljoen ons gaat ontglippen
maar vroeger toen wij dat gebouw nog
beschouwden als de zetel der Maat?
•schappij tot in eeuwigheid, is wel ge?
vraagd: „waarom niet daar de alge?
me ene vergadering gehouden?" Helaas
N.V. Pellerïjenhandel
Opgericht 1770
Amsterdam
er waren twee bezwaren van belangt
op druk bezoek zijn de toiletten n.et
berekend en er mag om het brandge*
vaar niet gerookt worden. En welk
een opoffering zou dat wezen! De
gang naar dc" algemcene vergadering
zou een straf en geen genoegen zijn.
Er is gehoopt op het vergadergc?
bouw. dat de gemeente Haarlem stich»
ten zou met andere plannen uit de-n
tijd van de Hochconjunctur is ook dit
in het nevelig verschiet verdwenen.
Bezat de gemeente een ander ge*
schikt lokaal, dan zou zij dat zeker be*
schikbaar stellen. Heeft zij niet vroc*
ger zelf baar Stadhirs voor een N'ij*
ve rheidsteoit o on s fell in g a fgestaa n
Dat was in 1861 Nadat Koning Willem
I in het toen Vereenigd Koninkrijk
een tentoonstelling te Gent had uitge*
lokt. was er in 1825 eer. tc Haarlem
gevolgd: toen kwam de afscheiding
van België cn als gevolg daarvan ont»
stond in Europa dc meening. dat do
Noord'Nederlandse vhe nijverheid al»
leen niets te beteekenen had. Om dat
te logenstraffen besloot de Maatschap*
pij van Nijverheid tot een nationale
tentoonstelling te Haarlem. Daar
stond dc gemeente Haarlem n.iet al*
leen ruimte in haar Stadhuis voor af,
maar ook in het Pand. het Prinsen»
hof. den Hortus medicus en bet gym»
nasium; de goedige afbeeldingen uit
die dagen, houtsneden veelal, ver»
toonen ons in het expresse!ijk daar»
voor uitgegeven Tentoonstcllngs»
nieuws het Ilaarlemsche Raadhuis
met een hek er voor.
Maar voor de feestelijkheden was
er in dit complex van offlcice'.c ge»
bouwen geen ruimte: die werden ge»
houden in het buiten Sparen-Hove,
een var. die Schotensche buitenplaat»
sen, die naderhand door de behoefte
aan woonhuizen verslenden zijn.
Misschien mag hier wel verklapt
worden, dat ook bij de voorbereiding
van deze 150ste olgemcene ve-gade»
ring het denkbeeld va.n een tentoon*
stell.ng weer ter sprake gekomen is.
Maar d? groote sommen, die daarvoor
•noodig zouden, zijn en de onzekerheid
van het succes in een stad van gemid»
deldc grootte hebben dat belet een
oogenbli'k is nog overwogen of een
•retrospectieve tentoonstelling van mo»
dellen, zou kunnen, slagen, maar te*
recht heeft men daarin een tegenstrij»
ddgheid gezien. Een practische nijver»
heidsman kijkt met meer belangstel
ling maar wat morgen zijn zal, dan naar
wat gisteren, geweest is en voor goed
voorbij. Zoo is het departementsbe»
stuur, ,na nog gedacht tc hebben aan
een feéstelljken optocht (bij uitstek
kostbare dagvlieg), gekomen tot de
stichting van een eigen gebouw voor
zetel van de Maatschappij. De beste
gedachte heeft hier zeke» gewonnen
cn de manier. waarop de vrienden
van de Maatschappij het denkbeeld
hebben 1 -»en uitvoeren., is voor haar
ongetwijfeld cen groote voldoening
geweest. Als mcri een teeken wenscht
van dc verhouding tusschen de Moaf»
schappij en Haarlem, dan is dit het
beste. Nu wij het Paviljoen moesten
ontruimen ten gunste van het Provin»
ciaal bestuur, dat met zijn administra»
t'eve paperassen een zonderling effect
zal maken in Hope's paleisje, mogen
wij wel den tegenspoed danken, die
de Maatschappij aanvankelijk met zorg
vervulde- daar ze nu oneindig beter
zal gehuisvest zijn in haar eigen ge»
bouw op het Nassauplein en boven»
dien ondervonden heeft boevele vricn»
den zij bezit, vrienden nog wel. dia
bereid zijn dc beurs voor haar ope.ni
te maken.
Nu deze stormwolk aldus tot ieders
genoegen is afgedreven, komt vanzelf
de vraag op, 'hoe het staat met de
Ha a r 1 omscho n ij verh e i d
Voor mij ligt een. boekje „Haarlem
als Industriestad", dat het Haarlemsohi
departement uitgaf ter gelegenheid
van de algemeene vergadering vaal
1906.
Het is nog maar 30 jaar geleden, em
hoeveel vera-odering is er in dc plaat»^
selijlkc nijverheid al gekomen. Dc
laatste Fabriek bijvoorbeeld, d:e aan do
eertijds vermaarde textielnijverheid
herinnerd'C, de Haarlemschc Katoen»
Twee foto'* die een indrukwekkend overzicht geven van Haarlem's groeiende industriëele centrum ten O. van het Noorder Bnitenspaarne, £<^ven ook dezjc
jfoto'e naar aapjeidku? van iet fessfcyn der Ned, WÈpi van Nijverheid en Handel jq