VICTORIA-WATER HAARLEM'S DAGBLAD BEURSKRONIEK 71 ONTMOETING FLITSEN STADSNIEUWS. JE ZEEPPOEDER FEUILLETON DE GEHEIMZINNIGE ZAAK VAN STYLES ZATERDAG 16 JULI 1927 VIERDE BLAD Bankiersconferentie en francstabilisatie. Uit den scheepvaarthoek. Van de emissiemarkt. - De stem ming ter beurze van Amsterdam. Amsterdam, 14 Juli. Het was te verwachten, dat zich naar aanleiding van de conferentie van pre sidenten van circulatiebanken te Washington, allerlei geruchten zouden ontwikkelen, ten aanzien van de aan staande stabilisatie van den Fransehen franc. Positief werd beweerd, dat steun- verleening beloofd was voor een stabi lisatie van den franc op een koers van 20 franc per dollar of 100 papierfranc per Louis d'or. De stabilisatie werd be schouwd als een van de voorwaarden waardoor de moeilijkheden op de inter nationale geldmarkten te overwinnen zouden zijn. Hoewel aan de juistheid van deze stelling wel niemand zal twij felen, werd categorisch ontkend, dat de conferentie zich speciaal met de stabi lisatie van den Franschen franc occu peerde, terwijl er op gewezen wordt, dat Poincaré voornemens zou zijn, binnen enkele weken, als de Kamer op recès is, de stabilisatie door te voeren. Inder daad heeft men reeds geruimen tijd daarop gewacht, aangezien door bevoeg de beoordeelaars de voorwaarden voor een succesvolle stabilisatie aanwezig werden geacht Er schijnt echter aan deze kwestie meer vast te zitten. In de eerste plaats houden sommigen re kening met een a.s. val van het kabinet- Poincaré, waardoor het stabilisatie-pro bleem 'in zijn oplossing weer vertraagd zou wQrden. Anderen vestigen er de aandacht op, dat Poincaré's doel moet zijn geweest het lokaas van de stabili satie t* bewaren ten einde daarmede aanhangers te winnen bij zijn pogingen om de huidige „nationale unie" (ge vormd ter verdediging van den franc) om te zetten in een centrum-partij, die hem difinitief in den zadel zou zetten. In ieder geval, is dit wel duidelijk, dat aan het stabilisatie-vraagstuk meer vastzit, dan uitsluitend financieel-eco- nomische kwesties. En in verband met de jongste politieke ontwikkeling in Frankrijk schijrtt een spoedige oplos sing eenigszins twijfelachtig. De in zekere mate verminderde acti viteit in de scheepvaartafdeeling ter beurze kan voor een deel worden ver klaard, uit het feit, dat zich den laat- sten tijd een toenemende concurrentie op vrachtengebied merkbaar maakt, hetgeen leidt tot een verlaging van het niveau der vrachtprijzen. Hoewel geen reden tot pessimisme aanwezig kan worden geacht, is het duidelijk, dat een lichte druk van de vrachtenmarkt de teergevoelige beurs dadelijk doet reagee- ren. In Juni j.l. bedroeg het gemiddelde indexcijfer der vrachten van de Engel- sche Economist 124, tegen Mei eh April ca. 1291/2, Febr. 1401/4, November 1926 (hoogste punt Engelsche kolenstaking) 196 3/4, Juni 1926 104, Mei 1926 96 en het gemiddelde van 1913 116. Een op merkelijk feit deed zich verder in de scheepvaartwereld voor. Volgens Lloyds Register heeft nl. in het 2e kwartaal 1927 voor de eerste maal in de geschie denis de in aanbouw zijnde wcreldmo- tortonnage de in aanbouw zijnde wereld stoomtonnage overtroffen. De wereld- motortonnage in aanbouw bedroeg nJ. 1.495.595 ton, de stoomtonnage 1.366.809 ton. Aan nieuwe emissies werden aange kondigd: 1500 aandeelen aan toonder en 60 op naam, a f 1000 tegen 100 pet. van de Cultuur Mij. Modajac; f 500.000 51/2 pet. schuldbrieven Friesch-Hol- landsche Bank tegen 100 pet.; 3 mil- lioen 6 pet. obl. Deutsche Renten- bank-Kredit Anstalt tegen 95 1/2 pet. en f 6.000.000 6 pet. obl. Ruhrverband te gen 951/2 pet. De 5 pet. leening ge meente Soerabaja en de uitgifte Indus- trieele Disconto Mij. werden beide over- teekend. De emissiestroom blijft voortduren, ook die uit het buitenland. En bedrie gen de teekenen .niet, dan zal dit in de toekomst voortduren en wellicht nog toenemen. Uit Amerika komt namelijk het bericht, dat de leidende emissiehui zen zich grootendeels hebben terugge trokken van het plaatsen van nieuwe leeningen voor Europeesche staten en gemeenten, behalve voor conversie-ope raties. Door de kleinere emissiehuizen worden namelijk door de concurren tie. de aanbiedingen tot prijzen opge dreven, die door de groote emissiehuizen onverstandig worden geacht. Het ge volg hiervan kan zijn, dat een deel dier leeningen uit Centraal en Zuid-West Europa zich tot andere geldcentra, o.m. Holland wendt. Het zal daarom goed zijn. indien men in de toekomst een ze kere verscherpte waakzaamheid in acht neemt, opdat geen ongewenschte elementen onze markt kunnen binnen dringen. Op een enkele afdeeling na, heeft de beurs in de afgeloopen overzichtspe riode een lusteloos voorkomen vertoond, met beperkte handel en afbrokkelende koersen. De Amerikaansche afdeeling bleef kalm. Daar de handel over het al gemeen binnen enge grenzen beperkt bleef, zijn de koersverschillen per saldo ook niet groot. In de bankafdeeling waren ze slechts fractioneel. In de industrieele afdeeling heersch- te voor kunstzijde-waarden een vrij goede stemming. Af en toe ontwikkelde zich daarin tamelijk omvangrijke vraag en het peil kwam hier dan ook eenige punten hooger. Voor aandeelen Phi lips gloeilampen bestond aanvankelijk goede vraag en de koers verhief zich van 446 tot over de 470. Later trad eenige reactie in, zoodat het slot op ca. 462 kwam. Opmerkelijk was voorts ook de flauwe stemming in Jurgens, die 10 punten inboette tot 165, op geruchten omtrent verscherpte concurrentie en prijsverlagingen voor margarine. Overi gens 'gaf deze afdeeling weinig belang rijke koersveranderingen te zien. Te Eindhoven werd opgericht, met mede werking van Philips, het Administratie kantoor van belangen in Gloeilampen- bedrijven met een kapitaal van f 412.000 Vooral in den beginne was er veel aanbod in de olie-afdeeling, dat niet 'geheel door de tameliik ruime vraag kon worden opgenomen, hetgeen resulteerde in lagere koersen. Koninklijke kwam ca. 7 punten lager af op 347 3/4. Later trad een licht herstel in. In rubbers ging niet veel om en de tendenz was niet bepaald optimistisch. Toch waren de koersdalingen niet al te groot, ca. 5 tot 10 punten. Het publiek neemt een afwachtende houding aan. De Sumatra Rubber Mij. geeft eerst daags 500 aandeelen van f 1000 tegen 200 pet. uitsluitend voor aandeelhou ders uit. Aanvankelijk brokkelden scheepvaar ten iets af. doch later werd de stem ming iets beter, terwijl zich wat vraag ontwikkelde. Zoodat het slot nog eerder hooger was, dan de vorige week. Suikerwaarden, eerst tamelijk vast, brokkelden later af, op lagere cuba-pry- zen. H. V. A. kwam iets lager af, op eenig aanbod in claims. De koersver schillen in deze afdeeling waren overi gens niet groot. Sommigen konden per saldo zelfs ,nog iets verbeteren. Positief vast was de stemming voor tabakken, in verband met de gunstige verwachtingen voor de laatste inschrij ving van deze week. De handel in deze afdeeling, hoewel ook niet groot, was toch beter dan in menige andere af deeling en het koerspeil kwam 5 tot 10 punten hooger af. BEURSMAN. DRAMA. EEN DOLLEMAN IN EEN BIOSCOOP-RESTAURANT. De geweldige hitte, die Woensdag te New-York heerschte, had vele bewoners van de hoofdstad naar het strand ge dreven. Daar was het echter ook warm en een kok op Coney Island werd plot seling gek van de hitte en rende met een vleeschmes het gecombineerde restaurant en bioscooptheater, waarin hij werkzaam was, binnen. Onder de eters, die juist een spannend drama op het witte doek volgden, verwekte de verschijning van den kok een paniek. Stoelen werden omgeworpen en vele bezoekers namen de vlucht. Vervolgens bedreigde de kok buiten, op een stoel staande, de voorbijgangers. Hij sloeg een van hen een arm stuk en verwondde twee anderen met een mes. Tenslotte zag de politie zich genoopt op den kok te schieten. Zij loste negen schoten, waarvan één een toeschouwer trof in den buik. De kok werd doodgeschoten. door CONST. DE RAYMOND Toen de heer Selletier terugkeerde van een conferentie, welke had plaats gehad in een gebouw, gelegen in een der uit hoeken van de stad, meende hij in de lange, rechte straat, waarin hij ging, in de verte zijn Jongste dochter te zien naderen. Ofschoon ze hem meermalen tegenliep, wanneer hij zich na kantoortijd huis waarts begaf, keek hij thans eenigszins vreemd op, want naar zijn beste weten had hij zich niet uitgelaten over de ver gadering van dezen morgen. Maar mo gelijk had ze het op de- een of andere manier vernomen, en wilde ze nu haar vader verrassen, door hem tegemoet te gaan. Ze scheen hèm nog niet op te merken, maar het was wel degelijk zijn dochter, hij had zijn To onmiddellijk herkend. Ze werd al flink, dacht de heer Selle tier, toen hij haar daar zoo parmantig zag komen aanstappen. Zestien was ze. Nu ja, bijna zeventien dan, de volgende maand. Wat zag ze er lief uit in haar beige mantelpakje en dat coquette hoed je op haar kastanje-bruin haar. Wat "n nuffige pasjes nam ze. Een echt dame tje aL Geen bakvisch meer. Zoo tusschen servet en tafellaken, was ze. Wat geleek ze sprekend, ook ln haar gaan en bewe ging, op haar overleden moeder. Hjj kan er het best over oordeelen; op dien leeftijd was zij immers ook geweest, toen hij kennis maakte met het meisje, dat later zijn vrouw zou worden. Was het daarom, dat zijn jongste dochter hem zoo lief was? Opmerkelijk, dat To ook aan hem sterk gehecht bleek. Toen zijn vrouw hem, eenige jaren geleden, door den dood werd ontnomen, daarna de oudste twee dochters achtereenvolgens in het huwe lijk traden, en zijn huis verlieten, was het To, waarmee hij alleen overbleef, zoons had hij niet. „Wees maar niet bedroefd, vadertje", had zij toen gezegd, terwijl ze hem har telijk omhelsde, „ik blijf bij U..., en ik zal voor u zorgen". Ongetwijfeld had hij in de jaren die voorbijgegaan waren, veel steun ondervonden van zijn kleine meid. En nooit had hij er aan gedacht, dat er eenmaal een tijd zou kunnen ko men, dat ook zy hem zou gaan verlaten. Ze leefde in alles met hem mee, en naarmate zy ouder werd ging ze steeds meer op haar moeder gelijken. Soms was het of de tijd had stilgestaan en hy niet ouder was geworden. Een enkele maal kon hy zich droomen weer te leven als jaren te voren, in een vèr verleden. Ja. was zyn zoet geluk, het zon netje in huis. Maar het was hem nog nooit zoo opgevallen als thans nu ze daar in haar nieuwe costuumpje zoo pit tig kwam aangeloopen, bleek het maar al te duidelijk: Zc was geen „kind" meer. Hé! Ze hield haar passen eenigszins in; klaarblïjkeiyk had ze haar vader nog niet opgemerkt. Neen, stèllig niet! Want ze keerde zich plotseling om en wandelde denzelfden weg terug, met ietwat langzamer passen evenwel, alsof ze toch iemand wachtte. De heer Selletier lachte reeds by voor baat, als hy dacht aan het verbaasde gezicht, dat zyn dochter zou vertoonen, wanneer hy haar zou hebben achterhaald en op den schouder zou tikken. Doch vooreerst bleef ze nog een be- trekkelyk grooten afstand van hem ver- wijderd, en ..luimoesL.iefca -flinter S" stappen, teneinde - bij haar te kunni zyn, alvorens ze weer zou omkeeren. Nogmaals bewonderde hy zyn jongste lieveling, hy kon trotsch op haar zyn en hy prees haar in gedachten, om het ïïefderyke idee haar vader ook in dit afgelegen stadsgedeelte tegen te gaan, ten einde den weg naar huis in gezel lig samenzijn te kunnen afleggen. Meer en meer naderde hij haar, en juist wilde hy ctoor een zacht kuchen haar attent maken, in de hoop, dat ze dan zou omzien, toen zyn aandacht werd getrokken door een blond jongmensch, van ongeveer twintig jarigen leeftyd, die, in sportcostuum, van zijn fiets stapte, toen hy by To genaderd was. Hy lichtte zijn hoed en onder sterk blozen groette hy haar lachend.Stak eenigszins schuch ter zyn hand vooruit, om, toen To dit ook deed, die van het meisje hartelijk te drukken. Na deze begroeting liep hy. met de fiets aan de linkerhand, om To heen, om als een galant ridder, zyn dame aan de rechterzyde te hebben. Daarna liepen beiden vertrouwelyk zy aan zy, vroolyk babbelend verder. De heer Selletier hield zijn passen een weinig ln. Hy 'nad begrepen, zyn dochter had blykbaar toch niet van de vergade ring geweten, zy was niet voor hèm hier gekomen. Het was hem nu volkomen duideiyk. De afstand tusschen hem en de beide jonge menschen werd grooter en groo- ter. Hy bleef achter. Weldra zou hy alleen zijn, ook voor het verdere gedeel te van zijn leven. Maar ging het ooit anders? Was het niet altyd zoo geweest? Het was lief en leed van alle tyden. De jongèn vliegen uit, tot ook de laatste is verdwenen, vlug, krachtig, vol levens moed het nieuwe geluk tegemoet; de ouden blyven achter, droef, eenzaam er verlaten, slechts terend op oude herinne ringen. VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 948 DE WERELD OP Z*N ERGST Als alles klaar is om te vertrekken voor het vacantiereisje is de hond nooit te vinden. fNadni verboden.) OVER UITBREIDINGS PLANNEN. IN HAARLEM EN OMGEVING. Verschenen is het verslag van de werkzaamheden der Vaste Commissie voor uithbreidingsplannen in Noordhol land, over het tydvak van 1 November 1926 tot 1 April 1927 Daaraan ontleenen wy: Door de Technische Subcommissie werd behoefte gevoeld aan samenwerking met de Vereeniging tot Behoud van Natuur monumenten in Nederland, terwijl zy het noodig achtte op de hoogte te zyn van de plannen van de Nederlandsche Spoorwegen en van den Rykswaterstaat. Op verzoek van Gedeputeerde Staten werd. yopr overleg .metde Technische missie door-de-Vereeniging -tot Behoud van Natuurmonumenten de heer Dr. Jac. P. Thysse aangewezen, ter wijl de Directie der Nederlandsche Spoorwegen hiervoor Ir. N. M. de Kanter aanwees. Natuurschoon en spoorweg- plannen tc Haarlem. Met den eerstgenoemde werden enkele besprekingen gehouden o.a. over het te behouden natuurschoon in de omgeving van Haarlem, terwyl met laatstge noemde een bespreking plaats vond over de spoorwegplannen in de omge ving van Haarlem en over de plannen voor een emplacement by Alkmaar. Hoewel voor het overleg met den Rijkswaterstaat nog niemand officieel is aangewezen heeft niettemin een be spreking plaats gehad van de Technische Subcommissie met den Hoofdingenieur- Directeur in de Directie Noordholland, Ir W. G. C. Gelinck. over de plannen van het Ryk met betrekking tot de om geving van Haarlem. In verband daar mee werd door de Vaste Commissie een brief gericht aan Gedeputeerde Staten met verzoek den Minister van Water staat inlichtingen te vragen omtrent de plannen van het Rijk aangaande een verkeersweg Noord-Zuid tusschen de Zuidhollandsche grens en de streek ten Noorden van Beverwyk en de plannen voor uitbreiding van de haven van IJmulden Het Naaldenveld. Over de wyziging van het uitbreidings plan van Bloemendaal voor het Naal denveld en omgeving, hadden uitvoerige besprekingen met de Technische Sub commissie plaats. Tenslotte kwam een gewyzigd plan tot stand, dat zich be paalt tot het eigeniyke Naaldenveld. Weliswaar is de wijziging minder ingry- pend dan de Commissie had gewenscht. doch niettemin beteekent zy een groote verbetering van het oorspronkeiyke plan. Zoowel het gemeentebestuur van Bloe mendaal als de Directeur der Maat schappij Veenduin. verklaarden zich met dit gewijzigde plan te kunnen vereeni gen Aan de besprekingen werd ook deel genomen door den heer Dr. Jac. P. Thysse als vertegenwoordiger van de Vereeniging tot Behoud van Natuur monumenten. Gedeputeerde Staten hebben conform deze beide adviezen aan B. en W. van Bloemepdaal bericht. Reeds is thans een plan overeenkomstig het ontwerp door den Raad vastgesteld. Badhocvebuurt te. Haar lemmermeer. Het bleek dat het gemeentebestuur van Haarlemmermeer prys stelt op be bouwing volgens een goed. weloverwo gen plan. onverschillig, of dit doel be reikt wordt met een door den Dienst ran Publieke Werken van Amsterdam ont worpen plan of met uitvoering van aan hangige tuinstadplannen, Besloten werd. dat Ir. Hulshoff (ver tegenwoordiger van het gemeentebestuur van Amsterdam) in overleg met het ge meentebestuur en de Technische Sub commissie een schetsplan zal opmaken voor een klein gebied om aan de be staande neiging tot bouwen leiding te geven en zal zorgen, dat dit plan, dat de kern zal kunnen vormen van een groo ter plan, zoo min mogeiyk prejudiceert op latere plannen van Amsterdam. Door het opnemen van een bepaling in de bouwverordening zou dan voor het bui ten het plan gelegen gebied alleen be bouwing voor landbouwdoeleinden moe ten worden toegelaten. Veis en. In haar praeadvies kwam de Subcom missie tot de conclusie, dat, hoewel het te waardeeren is .dat het gemeentebe stuur by de herziening nogmaals het ge- heele plan onder de oogen heeft gezien en daarbyverschillende verbeteringen heeft weten te bereiken, niettemin de opeet van het plan veel te groot is. Naar haar meening is zulks in stryd met arti kel 311 der Woningwet en met artikel 11 van het Woningbeslult; ook toont zy aan. dat de omvang buiten verhouding is tot den bevolkingsaanwas Het plan zou h.i. daarom beperkt moeten woixien tot uitbreidingen van de bestaande kernen met de de ar tusschen voor het verkeer noodige verbindingen; daarby zou be bouwing aan de westzijde van de spoor baan HaarlemUitgeest zooveel moge- 1NGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 CU. per regel. De Hollandsche Waschvrouw lijk moeten worden vermeden, terwffl getracht zou moeten worden de zeer mooie buitenplaatsen zooveel doenlijk ongerept te bewaren Tenslotte merkte zy op, dat het nieuwe tracé van den Ryksstraatweg in het plan, niet in over eenstemming was met de plannen van den Rykswaterstaat. Gedeputeerde Staten besloten aan de gemeente Velsen een nieuw plan te vra gen. Reeds hebben B. en W. zich tear be spreking van het plan tot de Commissie gewend. Zandvoort. Met de behandeling van het door den Directeur van Gemeentewerken ter be oordeeling toegezonden ontwerp-ultbrei- dingspian van Zandvoort voor Bentveld, werd door de Technische Subcommissie een aanvang gemaakt. Voor een Juiste beoordeeling werd het evenwel wensche- ïyk geacht kennis te nemen van het ge- heele uitbreidingsplan van Zandvoort en dit te bezien in verband met het ge heel e gebied van Haarlem en omgeving. Op verzoek van de Technische Subcom missie werd dit plan onlangs toegezon den; het werd door deze Subcommissie bestudeerd. Bloemendaal. Het door B. en W. van Bloemendaal toegezonden uitbreidingsplan voor het grootste deel der gemeente werd door de Technische Subcommissie ln verband met het geheele gebied van Haarlem en aangrenzende gemeenten, den Inspec teur voor de Volkshuisvesting en den ontwerper behandeld. Alvorens een be spreking te houden met het gemeente bestuur om tot overeenstemming te ko men over een wyziging van het plan. achtte de Technische Subcommissie het wenscheiyk het plan te behandelen in een vergadering van Vaste Leden. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 CENTS PER REGEL. Reed» meer dan 40 jaren OBERLAHNSTEIN ia Nederland ingevoerd door AGATHA CHRISTIE. 5) De uitvoering was een groot succes en Je voordracht van mevrouw Inglethorp kreeg een kolossaal applaus. Er waren ook een paar tableaux, waaraan Cynthia meedeed. Ze ging niet met ons terug, daar ze voor een souper gevraagd was, en om 's nachts by een paar vriendin nen te blijven, die met haar in de ta bleaux gespeeld hadden. Den volgenden morgen bleef mevrouw Inglethorp in bed ontbyten, omdat ze wat oververmoeid was; maar ze ver scheen in haar levendigste stemming om ongeveer halféén en nam Lawrence en mij mee naar een luch. „Zoo'n lieve uitnoodiging van me vrouw Rolleston. De zuster van Lady Tadminstèv, weet je. De Rollestons zijn met den Veroveraar meegekomen één van onze oudste families." Mary had zich geëxcuseerd om een af spraak met dr. Bauerstein. Vertaling van A. d. Z. We hadden een prettige lunch, en toen we wegreden stelde Lawrence voor, dat we langs Tadminster terug zouden gaan. dat nauwelijks een mijl uit onzen weg lag, en een bezoek aan Cynthia in haar apotheek zouden brengen Mevrouw Inglethorp antwoordde, dat het een uit stekend idee was, maar daar ze verschei dene brieven te schryven had. zou ze ons daar afzetten en dan konden we met Cynthia in den ponywagen terugkomen. We werden door den portier van het hospitaal onder verdenking vastgehou den, totdat Cynthia voor ons kwam in staan. die er heel koel en lief uitzag in haar lange witte „overal". Ze nam ons mee naar haar heiligdom en stelde ons voor aan haar mede-apothekeres, een vrij ontzagwekkend individu, die Cyn thia vroolyk als ..Nib" aansprak. „Wat een massa flesschen!" riep ik uit, terwyi myn oog langs de kleine ka mer dwaalde. „Weet je werkelijk, wat er overal in is?" „Zeg toch iets oorspronkelijks", zucht te Cynthia. „Iedereen die hier komt, zegt dat. We denken er heusch over, een prijs uit te loven voor den eersten per soon, die niet zegt: „Wat een massa flesschen!" En ik weet, dat het volgende, wat je gaat zeggen zei zijn: „Hoeveel menschen heb je al vergiftigd?" Ik bekende met een lachje schuld. „Als jullie wist, hoe fair.?.1, gemakke lijk het is, iemand li»j ongeluk te ver giftigen. dan zou je er niet mee spot ten. Kom, laten we gaan theedrinken. We hebben allerlei geheime voorraden in de kast Neen Lawrence dat is de vergiftkast. De groote kast juist," We hadden een heel vrooiyke thee en hielpen Cynthia later met afwasschen. We hadden Juist het laatste theelepel tje weggelegd, toen er op dfc deur getikt werd. De gezichten van Cynthia en Nibs versteenden plotseling in een strenge en ontoegankeiyke uitdrukking. .Binnen," zei Cynthia op scherpen, professioneeien toon Een jonge en tame- ïyfc verschrikt kykende verpleegster verscheen met een fleschje, dat ze aan Nibs toereikte, die haar met een hand gebaar naar Cynthia verwees met de eenigszins raadselachtige opmerking: „Ik ben hier vandaag eigenlyk niet." Cynthia nam het fleschje. en keek er naar met de strengheid van een rech- tei. „DaV moest vanmorgen gebracht zyn." „Het spyt de zuster wel, ze heeft het vergeten." „De zuster moet de regels aan de deur maar eens lezen." Naar de uitdrukking van het verpleeg stertje te oordeelen. was er niet de min ste kans. dat ze den moed zou hebben, de boodschap aan de gevreesde „Zus ter" over te brengen. „Dus nu kan het niet vóór morgen gedaan worden." besloot Cynthia. „Denkt U, dat we het onmogelijk van avond kunnen hebben?" „Nu," zei Cynthia goedgunstig, „we hebben het heel druk, maar als we tyd hebben, zal het gebeuren." Het verpleegstertje ging weg en Cyn thia nam dadehjk een flesch van de plank, vulde het fleschje, en zette het op de tafel buiten de deur. Ik lachte. „De discipline moet gehandhaafd wor den!" „Juist. Kom mee naar ons balkonne tje. Je kunt daai; alle buiten-afdeelingen zien." Ik volgde Cynthia en haar vriendin én ze wezen me de verschillende onder afdelingen. Lawrence bleef achter, maar na een oogenblik riep Cynthia hem over haar 'schouder toe, by ons te komen. Toen keek ze op haar horloge. „Niets meer te doen, Nibs?" „Neen." „Goed. Dan kunnen we sluiten en Ik had Lawrence dien middag in een heel ander licht gezien. Vergeleken met John was hi) een verbazend moei- lyk persoon, om te loeren kennen. Hij was in bijna ieder opzicht de tegenstel ling van zyn broer, daar hy buitenge woon verlegen en teruggetrokken was. Toch had hy een zekere bekoring in zijn manieren en ik verbeeldde me. dat, als men h'em verkeiyk geer! kende, men een diepe genegenheid voor hem kon voelen. Ik had nie altyd verbeeld, dat zUn "hou ding tegenover Cynthia een beetje styf was en dat zij van haar kant geneigd was, verlegen voor hem te zijn. Maar ze waren dien middag belden heel vroolyk en babbelden samen als een paar kin deren. Toen we door het dorp reden her innerde ik me. dat ik wat postzegels noodig had; dus hielden we stil bij het postkantoor. Toen ik weer buiten kwam, liep ik te gen een kleinen man aan, die Juist bin nenging. Ik ging opzy en verontschul digde me. toen hU me plotseling met een luiden uitroep in zyn armen nam en harteiyk kuste. ..Mor. Ami Hastings." riep hy. .Bet is werkeiyk mon Ami Hastings!" „Poirot!" riep ik uit. Ik wendde me naar den ponywagen. „Dit is een heel prettige ontmoeting voor me, miss Cynthia. „Dit is myn oude vriend, monsieur Poirot. dien ik in jaren niet gezien heb." „O. we kennen monsieur Poirot", zei Cynthia \rooiyk. „Maar lk had er geen idee van, dat hij een vriend van Je was." „Ja zeker", zei Poirot ernstig, „ken ik mademoiselle Cynthia. Het is door de liefdadigheid van die goede mevrouw Inglethorp, dat lk hier ben." Toen, daar ik hem vragend aankeek; „Ja, m'n vriend, ze was zoo vriende- ïyk geweest, gastvryheid te schenken aan zeven lar.dgenooten van me. die. helaas, uit hun geboorteland zyn uitge weken. Wy Belgen zullen haar altyd in dankbaarheid gedenken." Poirot was een eigenaardig uitziend mannetje. Hy was niet veel meer dan één meter zestig lang, maar bewoog zich met groote waardigheid, zyn hoofd had precies den vorm van een ei en hy hield het altyd een beetje naar één kant. zyn knevel was heel styf en mili tair. De netheid van zyn kleeding was byna ongeloofeiyk; ik denk, dat een stofje hem meer leed veroorzaakt zou hebben dan een kogelwond. Toch was deze vreemde dandy-achtige man. die tot myn spijt nu erg kreupel liep, in zyn tyd één van de beroemdste mannen der Belgische politie geweest. Als detective was zyn flair buitengewoon geweest en hy had triomfen behaald door destyds een paar van de verbluffendste gevallen te ontwarren. Hy wees me het huisje, door hem en zyn medc-Bclgcn bewoond, en ik be loofde, hem sjxjedig te zullen opzoeken. Toen nam hy met zwier zijn hoed voor Cynthia af en we reden weg „Het is een aardige man", zei Cynthia, „ik had geen idee, dat Je hem kende." ,Je hebt zonder het tc weten, een be roemdheid geherbergd", antwoordde ik. En de rest van den weg naar huis somde ik voor hen de verschillende da den en triomfen van Hercule Poirot op. We kwamen in een heel opgewekte stemming terug Toen we de hal! ingin gen kwam mevrouw Inglethorp uit haar boudoir. Zc zag er opgezet en zenuw achtig uit. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 13