AUTOMOBILISME. QUITTE. FLITSEN FEUILLETON DE GEHEIMZINNIGE ZAAK VAN STYLES HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG IS JULI 1927 J officieels badgasten en die van de vroo lijke rust en ontspanning zoekende Zon- dagsgangers. Verleent die combinatie niet die charme, die vele buitenlandsche badplaatsen zoo eigen is? Dit is slechts een deel van de rede die burgemeester van Alphen ten faveure van Zandvoort uitsprak. Jhr. Jan Feith antwoordde namens de journalisten met 'n geestige speech. HU bracht den bur gemeester groote hulde en sloot zich bU des heeren van Alphen's dank aan voor dc heeren Laucr. v. Vlijmen en Veth. Na het diner begaf men zich op het terras om het vuurwerk te aanschouwen, f-n later naar „Riche" waar -eo Lauer dc eerste prijzen verdeelde en waar de bands, de conférencier Lou Bandy, ..Mr. Frankly's Pretty Girls and their boy", de feestvreugde tot een zeer uitzonderlijke maakten. Dus ook in Pavilion Riche heerschte die bijzondere, aparte stemming die der badplaats in den midzomer is, die zich tijdens Charleston en Black Bottom uit, in den langgerekten vreemden zang der saxaphones. Hieronder laten wij tenslotte de uit slagen volgen: Klasse B. (Open auto's van 2000 tot en met 3000) geen eerste prijs toege kend; 2e prijs André Ceurvorts, Amster dam. met Chrysler; idem 2e prUs M. J. Olanda, Bussum, met Amilcar. Klasse C (gesloten auto's idem) le prijs A. M. I. C. O. te Amsterdam, met Chevrolet 2e prijs H. van Duynen, Haarlem, met Ryan; 3e prijs mevrouw A. J. Felleman, Zandvoort, met Essex. Klasse E (open auto's van 3001 tot en met 4000). Geen eerste prijs toe gekend. 2e prijs F. A. Louwman Parqul, Don Haag. met Dodge. Klasse F (gesloten auto's Idem), le prijs Reo Automobile Cy. te Amsterdam, met Wolverine; 2e prijs Julius Dlckhout te Amsterdam, met Pontlac. Klasse G (auto's van 3001 tot en met 4000 Transformable), le prijs Automobiel Mij. Peugeot, Amsterdam, met Peugeot. Klasse H (open auto's van 4001 tot en met 5000). le prijs mevrouw Fels- Van Voss (Arnhem) met Dion Bouton; 2e prijs Continentale Automobiel Mij. te Amsterdam, met Hupmobile: 3e prijs Joh. Swaalf «te Haarlem, met Bulck. Klasse I (gesloten auto's idem), le prijs R. E. M. v. h. H. Croon «Sc Co. te Rotterdam, met Métallurgique; 2e prijs Continentale Automobiel Mij. Amster dam met Hupmobile: 3e prijs W. Jansen Zandvoort, met F. N. Klasse K (auto's van 5001 tot en met 6000 transformable), le prijs R. E. M. v. h. H. Croon Co., Rotterdam, met Métallurgique. Klasse K (idem, idem, open), le prijs Mij. Olanda, Bussum, met Itala; 2e prijs André Ceurvorst, met Chrysler; 3e priis Reo Automobiel Mij. te Amsterdam met Reo. Klasse L (gesloten auto's idem), le prijs Reo Automobiel Cy., met Reo; 2e prijs Andreé Ceurvorst Amsterdam, met Chrysler; 3e prijs André Ceurvorst, met Chrysler. Klasse O (gesloten auto's van 6001 tot en met 7500). le prijs Reo Automo biel Cy„ Amsterdam, met Reo; 2e prijs André Ceurvorst, met Chrysler. Klasse P (transformables idem), le prijs I. Alex. Fonteijn, Zandvoort, met Paige, 2e prijs André Ceurvorst, Amster dam, met Chrysler. Klasse R (gesloten auto's <van 7501 tot en met 10.000). le prijs Dr. David te Berlijn, met Horch; 2e prijs P. Nauta Amsterdam, met Flat. Klasse T (open auto's van 10.001 tot en met 15.000). le prijs Continentale Automobiel Mij., Amsterdam, met Alfa Romeo. Klasse U (gesloten auto's idem), le prijs P. Landry te Bennekom, met Cot- tln «Sc Desgouttes; 2e prijs mevrouw A. Kruyshoop-Metzelaar te Bentveld, met MinerVa; 3e prijs Amsterdamsche Ga rage v. h. C. L. de Groot, met Lincoln. Klasse X (gesloten auto's boven 1600). Eerste prijs niet toegekend. 2e prijs Mer cedes* Benz Automobiel Mij. Amsterdam met. Mercedes; 3e prijs Autohuls J. Val kenburg, Den Haag. met Delage. Het concours d'élégance. le prijs, I. Alex. FonteUn, te Zandvoort. prijs, I. Alex. Fonteijn. te Zandvoort. met Paige; 2e prijs R. E. M. v. h. Croon Co.. te Rotterdam met Métallurgique; 3e priis Automobiel Mij. Peugeot te Am sterdam, met l'eugot. De Horch van dr. David te Berlijn verwierf een eervolle vermelding. De uitslag van het behendigheidscon cours ls als volgt: lc prijs de heer Fischer met Krelsler in 3 m. 30 sec.; 2e pr. de heer Sievers met Wolverine In 3 m. 36 sec.; nog een tweede prijs de heer Verbeek met Itala in. 3 m. 36 sec.; 3e pr. de heer Croon Jr. met Métallurgique in 3 m. 46 sec. (Er werd een zeer zwaar parcours ge reden waarvan een moeilijk deel. dat op het strand, met het oog op den tijd. moest vervallen). (Een Novelle) Dc groote oorlog was al tien jaar achter den rug toen Hans Lottwitz, fa» briksnt uit Magdeburg, Parijs terug zag. Hij had er als twintigjarige een tijd doorgebracht, om Fransch te Iccren, tc genieten, „de wereld te zin". Hij had de electriseercndc sfeer van die won» dcre. bekorende Ville Lumière gevoeld zoonis allen haar gevoelen. Ook Duit» schers ja, waarom zij niet? Toen hij in 1914 bij Charleroi streed dacht dat hij dat hij binnen een weck Parijs zou binnenrukken, als het Leven hem zoolang mocht sparen. En het deed hcra pijn dat hij het zóó weer zou zien het binnenrukkend als over» winnaar. Want men bestrijdt Parijs niet. Het is te mooi, en vooral tc be« korend. Hans Lottwitz besefte dat, want hij was een fijnvoelend man. Maat het gebeurde niet. Na den slag bij de Marne en den te» rugtocht der Duitsche legioenen over een grooten afstand kwamen die lange jaren van positic«oorlog, waarin het ..Nach Paris!" vergeten raakte, waarin jc je tenslotte alleen nog maar afvroeg hoe lang die oorlog nog duren zou, en je telkens maar weer spitste op je vol» gende verlof. Thuis, in Magdoburg, was het ook niet alles vroolijk, maar Hans' jonge vrouw hield zich dapper, en alles bleef mooi en goed tot in *17 Ernst, hun achtjarige ecnige zoon, ziek werd en stierf. Dc griep was het, en zc hadden Hans Lottwitz wel naar huis laten komen, maar hij kwam te» laat Zoo ging hun gelukszonnctje voor langen tijd achter zware wolken schuil. Kleine Elsa was zwakjes, telkens ziek, leed aan de ondervoeding van dien verj schrikkelijkcn oorlogstijd, en moeder Elsa, altijd beangst voor haar eenigc overgeblevene en voor Hans, die itn» mers zoo licht haar ontnomen kon worden, doorleefde zware beproevin» gen Toen eindelijk de strijd gestreden was, dc vrede gesloten, kwamen er voor Hans Lottwitz zakelijke zorgen. Dc fabriek, met moeite gaande gehou» den onder leiding van een ouden pro» curatichoudcr en onder mcde»toezicht van een paar goedwillige commissaris» sen, welke laatstcn van de fabricage en dc commerciccle mogelijkheden van schrijfmachines geen notie hadden, was cr natuurlijk al niet best aan toe. In» tegendeel. De oorlog en de afwezigheid van den leider hadden ernstige gevol» gen gehad. De malaise, de crisis»cucnde waarin Duitschland na den oorlog ver» zonk, brachten ook voor Hans Lott» witz jaren van onverpoosd zwoegen waarin het vaak scheen dat toch niets baten zou. Maar hij streed manmoedig voort. Er kwamen ten langen leste bc« tere tijden. De onderneming door zijn vader begonnen en tot bloei gebracht, herleefde, en iets van dc oude glorie keerde terug. Nieuwe, grootsche pers» pectieven begonnen zich te openen voor den jongen, energieken directeur. Al het leed scheen te zullen worden ver» geten, toen een stoere knaap geboren werd in den huize Lottwitz, cn haar vervulde eerst van zijn kreten, later van zijn breeden glimlach, dien hij mildelijk schonk aan ieder die zulks maar even waardig scheen. Een jaar later zag Hans Lottwitz ein» dcüjk Parijs terug. Hij ging er over* hanst heen. zonder voorbereiding, tot plotseling afreizen genoopt door de kans op 'n groote order van ce^i Pa» rijsch huis waarmee hij nimmer tc vo» ren zaken had gedaan. Do teekenen van een grooter afzetgebied in Frank» rijk waren al sinds cenigen tijd zeer gunstig. Er waren eenige aardige or» dertjes gekomen, er hingen nog een paar belangrijke offertes, die kans op succes boden als hij er zich zelf maar eens krachtig voorspande, 't niet alle» maal aan zijn reizigers overliet. Han» dige jongen anders, die Werner, die Frankrijk en België voor z'n rekening had. Maar in z'n hart wist Hans dat hij zelf beter verkooper was, speciaal bij de Franschen, wier eigenaardighe» den hij zoo goed begreep omdatnu ja, omdat hij zooveel van hen cn van hun land hield. Gek idéé, als je er vier* jaar en vier maanden tegen gevochten hebt. jc zelfs mee hebt laten sleuren in dc Hetze tegen den vijand, in dc oor» logspsychose die toen heel het mensch» dom bevangen scheen te hebben. Hans Lottwitz had mcegescholden, mee»ge» bombast cn voor zcihzelf steeds den valsohcn pathos in dat alles gevoeld. Op het terras van 't Café de la Paix, verzamelplaats aller vreemdelingen in Parijs, slurpte hij z'n Mazagran, zich opnieuw verbazend over dat grappige idéé om zwarte koffie uit groote glazen te drinken, en genoot van de boulevard» herrie. Hij kon daarvan genieten, als 'n schooljongen, alleen omdat 't zoo druk VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 949 OP DEN VOLGENDEN TREIN WACHTEN Ja staat de 8.23, die In i haalt jc horloge te voor»! dc verte verdwijnt, na I schijn cn moppert erop, 1 omdat het aéntcr is zet jc horloge gelijk met de perronklok bestudeert het vertrek» tijdenbiljet in vergeef» sche hoop. du't er nog ccn is voor dc 9.08 oonstateert bii aanblik van het verlaten perron dat jc de ecnige bent die 'm gemjst heeft vindt zes redenen, waar» om het juisit vandaag van belang was dat jc op tijd op kantoor was haalt opnieuw je horlo ge te voorschijn om te' constatceren dat je nu not in Amsterdam zou zijn als je 'm had ge» ha aid brengt de rest van den tijd door met uitkijken of dc volgende er nog niet aankomt (Nadruk verboden.) en rumoerig was. en er zooveel ver» schillende auto»fabrikaten voorbijglc» den. Onwillekeurig somde ie zc op: „Dclagc, Fiat, Lancia, Lancia... drie Citrocns, cn alweer twee van die groote Italianen! die schijnen hier 'n goeie markt te vinden" 't Was net als vroeger, toen«ie als twintigjarige hier de auto's had bc» studccrd. Lang geleden.1910.wat waren er toen nog weinig, en zulke on* beholpen modellen als je ze nou ver* geleek.Had je daar niet 'n ouwe de Dion»Bouton? Waarachtig moest uit dien tijd wezen, of misschien nog wel eerder. Sterk oud beestje, die motor trok nog aardig op tocn*ie daar even dc ruimte kreeg. Hans Lottwitz ontbrak zijn motori» sche mijmeringen in 't besef dat het hoog tijd werd om spijkers met koppen te slaan, er op uit te gaan voor z'n za» ken, als»ie vandaag nog wat bereiken wilde. En dat moest. Geen weekdag moctht voorbijgaan zonder dat er 'n nieuw steentje aan de onderneming was bijgebouwd. Het was z'n stelregel van de laatste jaren geweest, hij had er zich in z'n zakenleven mee vcreentel» vigd. Een onbetwistbaar axioma. Hans riep den kellner, natuurlijk weer een Italiaan, die hem het telefoon» boek bracht, en even later sprak ic met 't kantoor van de groote firma Lemontier. die zoo'n belangrijke op» dracht op 't oog had. „Le directeur vous attend... si si... dans une demishcure.c'esl ccla." Het was een zeer bevredigend zaken» gesprek geweest, van beide zijden kort en duidelijk gevoerd, en 't had tot de» finitievc resultaten geleid bovendien. Hans had die order voor duizend ma* chines in zijn zak. en voelde zich tc» yroden met ziehzelf en iedereen. Mon* sieur Charles Lemontier, man van zijn eigen leeftijd, bleek een hoffelijk mensch en een goed koopman boven* dien. Hij leek wat stil, wat neerslach» tig, praatte niet levendig, zooals Hans het zich van alle Franschen meende tc herinneren. Alle Franschen! Malle ge* neralisatie. Is er een enkel volk welks zonen cn dochtcrcn allen dit of allen dat zijn? Natuurlijk niet. 't Is hoog» stens een kwestie van 'n meerderheid, en dan krijg jc al die graduceringen... Deze Franschman bleek overigens gastvrij genoeg, want aan 't slot van het gesprek inviteerde hij Hans zonder omwegen om dien middag bij hem thuis tc komen dineeren. Bij hem thuis! Het was bepaald on«Fransch, dat wist Lottwitz positief. Een Franschman haalt geen vreemdelingen in z'n huise> lijken kring. Monsieur Lemontier scheen zijn ver* -rassing tc begrijpen, glimlachte even, wat stroef, lichtte toe: mijn vrouw op reis, wij zullen getweeën zijn als u mij de eer en het genoegen wilt doen. HET AUTOFEEST. Een geslaagde dag BURGEMEESTER VAN ALPHEN OVER ZANDVOORT. Wat meer van die feesten, en Zand voort zou er mee gebaat zijn! Een groote toeloop van sportsmen en sportswomen, een keur van wagens, een vol Kurhaus, op den boulevard honderden nieuwsgie rigen. 's Avonds bU het vuurwerk dito, dito. In 't Grand Hotel gereserveerde plaatsen voor de deelnemers aan 't con cours om 't schouwspel van 't kunstig vuurwerk in een comfortabele omgeving te kunnen genieten. „Riche" stampvol, omdat daar de prfjzen werden uitge reikt. Dat heeft Zandvoort noodlg behalve goede verbinding met Amsterdam en Haarlem, en goede wegen in de omge ving voor de automobilisten. Trouwens burgemeester H. van Alphen die een be kend sportsman ls zit er danig achter heen en men mag veel verwachten van Zandvoort In dc toekomst. Zal de Noord. Hollandsche badplaats bijvoorbeeld niet 6poedig schitterende golflinks rijk zijn? 's Middags om een uur begon het *utofec6t waar de heer Leo Lauer de regisseur van is. Eerst 't concours de ca- rosserle. Eenige uren later het concours d'elegance. Tot slot de behendlghcidswed strijden. Dank zij het organiseerend ta lent. van den heer Lauer. dank zij de vlotte wijze van werken der Jury was te gen 6 uur het heele wedstrijdprogramma achter den rug. De heeren Burgemeester Van Alphen, Bernard van Vlijmen en B. Veth -vormden de Jury. De heer Van Wermeskerken was namelijk te elfder ure verhinderd, en de sportieve burge meester viel dadelfjk voor hem in! Het was een geste die typeerde. Er was die aparte stemming die de badplaats bohoort te kenmerken. Er heerschte die mondaine alleraangenaam ste sfeer, die het strand, en de boule vards, dank zij de moderne badgasten, de vlotte benzine-sportlul, de Kur- en danszaal en de zingende, saxaphones, eiaen is. Het „concours de earosserle et d'élé gance" is een show in besten en dubbe len zin. Een ihow van de sportiefste, statigste en chiqueste wagens en een show van demonstreerer.de dames en heeren. Belde laatste categorieën (van modlezen stijl) tegelijk met hun wagens, Janceerend „les dernlers crls" op 't ge bied der sportieve- en strandmode. BU de heeren valt natuurlijk meer de een heid op. Voor 't meerendeelplus fours, of Oxford trousers. (Terecht merkte de burgemeester 's avonds tU- dens het diner op dat de meeste „sportieve" Jongelui „hangende" in plus fours niet, weten wat de zin feitelUk wel mag zijn van die betiteling „plus four"De dames in kleuriger, dos zwierig, maar toch ook.., sportief, vlug. kort-af, figuurlijk en letterlijk, en zéér elegantevenals haar sierlUke two- seaters. BUzondere beteckenls kreeg dit Zand- voortsöhe aütofeest, doordat burgemees ter van Alphen 's ajvonds als gastheer optrad voor de Jury en een 6-tal Jour nalisten In het Groot-Badhuis.'TUdens het diner hield de heer van Alphen een rede waaruit het voorzeker interessant is eenige deelen te lichten: Zandvoort's beteekenis in de rij van Nederlandsche badplaatsen werd door den burgemees ter besproken, 't Zwaartepunt legde hU daarop dat „men" geneigd Ls een bad plaats een bepaalden rang toe te ken nen. een bepaalde categorie menschcn toe te kennen. Doch al is het Juist dat Scheveningen en NoordwUk een ander karakter hebben dan Zandvoort, dit sluit niet uit. dat Zandvoort verstokén zou moeten blijven van een zeker deel van het publiek. Weineen de combinatie van diverse elementen van publiek is in een badplaats zeer goed mogelijk. Brigh ton is er het fcewils van. Daar logeert het goede publiek en daar brengt de Engelsche dagjes-mensch zU'n ..moolen dag" door. De burgemeester meende dat dit altijd over 't algemeen wordt verge ten. Amsterdam maakt bijvoorbeeld te veel reclame voor Scheveningen en ziet absoluut de belangen van haar bad plaats over het hoofd! De heer van Alphen zcide dat het zijn vaste overtuiging was dat het in het belang was van Amsterdam cn Haarlem, dat Zandvoort uit zUn betrèkkelUk iso lement wordt verlost, dat het ten spoe digste een electrische treinverbinding krijgt, die het absoluut noodig heeft cn dat het vóór alles de groote belangstel ling van 't Hollandsche publiek krijgt die het verdien* en alleszins waard is. Late men dan ook niet met een bekrom pen of benepen kUk oordeelen over de combinatie van twee verschillende ele menten in één badplaats, die van de door Ati.VTIIA CHRISTIE. Vertaling van A. d. Z. 8) „O. zUn Jullie daar", zei ze. „Is cr iets, tante Emlly?" vroeg Cyn thia. „Volstrekt niet", cel mevrouw Ingle- thorp scherp. Wat zou er zUn?" En Dorcas, het kamermeisje ziende, dat dc eetkamer uitging riep zc. haar ter. een paar postzegels in haar boudoir te brengen. ..Ja mevrouw." De oude dienstbode aarzelde, toen voegde ze er bedeesd bU: „Zou liet niet beter zUn. mevrouw, als u naar bed ging? U ziet er erg moe uit." „Misschien heb Je gclUk. Dorcas Ja - neen nu nog niet Ik moet vóór posttUd een paar brieven afmaken. Heb jc den haard in mijn kamer aange maakt, zoon!s 11: gezegd heb?" „Ja mevrouw." ..Dan zal ik dadelUk na liet avond- ptcn naar led gaan." Ze ging weer naar het boudoir en Cynthia staarde haar na. „Groote goedheid! wat zou er aan de hand zUn?" zei ik tot Lawrence. HU scheen haar niet gehoord te heb ben. want zonder een woord draalde hU zich op zUn hielen om en ging het huls in. Ik opperde een vlug tennisspel vóór het avondeten en daar Cynthia toestemde, liep ik naar boven om mijn raquet te halen. Mevrouw Cavendish kwam de trap af. Het kan verbeelding geweest zUn, maar zU zag er ook vreemd en veront rust uit. „Een prettige wandeling met dr. Baucrstcin gedaan?" vroeg ik, zoo on verschillig trachtend te schUnen, als ik kon. „Ik ben niet gegaan, antwoordde ze kortaf. ..Waar is mevrouw Inglethorp?" „In liet boudoir." Haar hand groep zich aan de leuning vast: toen scheen zc haar moed te ver zamelen voor een ontmoeting, en ging snel langs me heen de trap af en de gang door naar het boudoir, waarna ze de deur achter zich sloot. Toen ik een oogenblik later naar het tennisveld liep, moest ik het open bou- doirraam lang. en kon er niets aan doen, dat ik het volgend stukje dialoog hoorde. Mary Cavendish zei met de stem van een vrouw, die zich met moeite be- hecrscht: „Dus u yilt het me niet laten zien?" Waarop mevrouw Inglethorp ant woordde „Beste Mary, het heeft daar niets mee te maken." „Laat het me dan zien." „Ik zeg je immers, dat het niet is, wat je denkt. Het betreft jou in t ge heel niet." Waarop Mary Cavendish met toene mende bitterheid antwoordde: „NatuurlUk, ik had wel kunnen weten, dat u hem zoudt beschermen." Cynthia wachtte me op en begroet te me dadelijk met: „Zeg! Er zUn hevige standjes ge weest! Ik heb het alles van Dor cas". „Wat voor standjes?" „Tusschen tante Emily en hem. Ik hoop. dat ze hem eindelijk in de gaten heeft!" „Was Dorcas er dan bU?" „NatuurlUk niet. Ze was toevallig bU de deur. Het was een echte ruzie. Ik wou, dat ik wist, waar het over was". Ik dacht aan het Zigeunergezicht van vrouw Ralkes, en aan de waar schuwing van Evelyn Howard, maar besloot wUselyk, mUn mond te houden terwUl Cynthia op alle mogelijke ver onderstellingen inging en blUmoedig hoopte, „dat Tante Emily hem weg wu sturen en nooit meer tegen hem zou willen spreken". Ik verlangde er naar. John te pak ken te krijgen, maar hij was nergens te zien. Er was klaarblijkelijk dien mid dag iets heel gewichtigs gebeurd. Ik trachtte de paar woorden, die ik ge hoord had, te vergeten; maar wat ik ook deed. ik kon ze niet geheel uit mijn gedachten krUgen. In hoeverre was Mary Cavendish bU de zaak be trokken? Mr. Inglethorp was in het salon, toen ik voor het avondeten naar beneden kwam. ZUn gelaat was als altUd onbe wogen, en de vreemde onwerkelijkheid van den man trof me opnieuw. Mevrouw Inglethorp kwam het laatst naar beneden. Ze zag er nog altUd zenuwachtig uit en gedurende het maal heerschte er een eenigszins ge dwongen zwijgen. Inglethorp was on gewoon stil. ALs regel omgaf hU zUn vrouw met kleine attenties, een kus sen in haar rug leggend en over het geheel de rol van liefhebbend echtge noot spelend. OnmiddellUk na het souper trok mevrouw Inglethorp zich in haar boudoir terug. „Laat mUn koffie maar hier bren gen. Mary", riep ze. „Ik heb juist vUf minuten om de post te halen". Cynthia en ik gingen aan het open raam in het salon zitten. Mary Caven dish bracht ons de koffie. Ze scheen opgewonden. «Wil Je licht hebben, Het diner was uitstekend cn weïbe» steed aan Hans Lottwitz, die de cui» sine frangaise altijd had weten te waar» decren, cn van haar finesses genoot. Hij smulde, voelde zich onbezorgd, kwam door die nobele oude Montra* chet hcelcmaal op dreef, praatte veel en levendig cn merkte nauwelijks op dat zijn gastheer steeds zwijgcnaer werd. Lemontier scheen zich gedrukt tc voelen, maakte slechts sporadisohc opmerkingen, antwoordde kort cn lus» tcloos. Dan stond»ic ineens op, met een ietwat bruuske beweging, cn nood* de zijn gast om in „le petit salon" de koffie met hem te gebruiken. Zij gingen er heen, nestelden zich in diepe fauteuils cn rookten, terwijl Lott» witz den exquisen smaak bewonderde die dit kleine vertrek gemeubeld had, cn met een „Vous permettcz?" zich om» wendde om speciale aandacht te wij* den aan een fijn klein landschapje, prachtig van kleur cn distinctie. „Corot?" vroeg hij, en Lemontier knikte. Toen viftl Lottwitz' blik, van de Corot naar dc andere schilderijen dwa* lend, op ccn stuk dat op 'n ezel weg* geschoven stond in een hoek. Er hing ccn zijden doek losjes over, die het bijna geheel bedekte. „Vous per...." begon hij opnieuw, maar Lemontier voorkwam hem haas» tig: „Ah non, ce n'est ricn pour vous. ?a n'est pasfini „Je vous demande mille pardons", zei Lottwitz in zuiver»Franschcn stijl, cn zette zich weer gemakkelijk in z'n fauteuil, cn beantwoordde Lemontier's vraag, of hij den oorlog had meegc» maakt, bevestigend. Lemontier had geen dienst kunnen nomen, was dade* lijk afgekeurd, en later nog eens twee» maal bij herkeuringen. „U behoeft er geen spijt van te heb» ben", verzekerde Lottwitz, en hij bc* gen te vertellen van zijn persoonlijke ondervinding in den oorlog, van gruwc* len die hij aanschouwd en mee door. gemaakt had, van de lange, lange maanden in dc loopgraven, van al het leed cn het afgrijzen en ook van dc eindelooze verveling. „Toch is er éen incident dat mij al» tijd bij zal blijven als het ergste", zei hij- ..Ik zie het nog voor mij. Het was in dc eerste weken, toen wij bijna Pa» rijs bereik* hadden. Ons regiment ruk te 'n dorpje binnenik weet den naam niet meer, maar 't was vlak bij Compiègne. Wij hadden' vele dagen van 70 K.M.*marschen achter den rug. cn daarvóór Charleroi. Wij waren op» gedreven, opgejaagd, hongerig omdat de bagagetrein was achtergebleven en de voedselvoorziening in de war ge. raakt. Wij waren doodmoe. Er was 'n honderd meter afstand tus* schen ons en het regiment dat vóór ons marcheerde. Mijn compagnie was de voorste, en ik liep aan 't hoofd met Schulz, den Feldwebcl. Schulz was ge» wond in Visé, voor 't overtrekken van dc Maas, en ze- hadden 'm te gauw jongelui, of vindt je het prettig, te schemeren?" vroeg ze. „Wil je me vrouw Inglethorp haar koffie brengen Cynthia? Ik zal ze inschenken". ,Doe geen moeite, Mary", zei Ingle thorp. „Ik zal ze naar Emily brengen". HU schonk ze in en ging, ze voorzich tig dragend, ermee uit de kamer Lawrence volgde hem en mevrouw Cavendish kwam bU ons zitten. We zaten met ons drieën een poosje zwUgend. Het was een prachtige avond warm en stil. Mevrouw Cavéndish waaide zich zacht met een palm blad. „Het ls bUna te warm", mompelde ze. „We zullen onweer krijgen". Helaas dat die harmonische oogen- bllkken nooit lang kunnen duren! Mijn paradUs werd ruw verstoord door het geluid van een welbekende en gehate stem in de gang. „Dr. Bauerstein". riep Cynthia uit. .Wat een grappige tUd. om te komen". Ik keek Jaloersch naar Mary Caven dish. maar ze scheen volkomen kalm, de teere bleekheid van haar wangen veranderde niet. Na een oogenblik bracht Alfred Ingle thorp den dokter binnen: de laatste lachend, en bewerend, dat hU niet in geschikten staat was voor een salon. Werkelük bood hij een treurig schouw spel. daar hU letterlijk met. modder bepleisterd was. weer in dienst gesteld. Zijn wond was niet genezen; ik wist dat hij tijdens die geforceerde marsehen schier duldeloo» ze pijnen leed. Het is geen excuus, maar. Enfin, midden in dat dorpje schoot 'n jongen van 'n jaar of ac\jt op ons af, bleef staan vlak voor Schulz, spuw» de 'm in zijn gezicht en gilde: „Sale Bochel" Schulz vloekte. Het was te veel voor hem. Hij lichtte zijn zwaren laars op cn trapte dien jongen opzij... en de Jon» gen viel, met 'n kreet van pijn, bcwus» teloos.Het was afschuwelijk Lottwitz zweeg, huiverend. Lemontier was zeer bleek geworden. Hij richtte zich langzaam in z'n stoel op, en vroeg op vreemden, hardejj toon: „I-Iebt u dien Schulz gestraft?" „Neen. Flij werd den volgenden dag gevangen genomen. Ik weet niet waar hij gebleven is".' „Zoud4 u hem gestraft hebben als cr gelegenheid voor was geweest?" „Dat zeker, maar.de provocatie en zijn toestand in aanmerking nc* mond „Ah! U herinnert u hoe dat jongetjo er uit zag?" „Ik zou hem zeker herkennen....** aarzelde Lottwitz, verbaasd over den vijandigen toon. Lemontier stond op, lieD in drio snelle passen naar het schilderij op den vezel en trok er de zijden doek af. Het toonde een aardigen, blonden jongen van 'n jaar of acht. Een vroolijk, open gezicht. „Vous voyez, n'est*ce*pas?" vroeg hij cp harden staccato*toon. „C'est lui. C'ctait mon filsassassiné par votrc Schulz.Hij stierf twee dagen later aan die beestachtige mishandeling. Ik heb jaren gezocht naar dien Schulz. en hem niet kunnen vinden. Ik heb al» leen ontdekt wie zijn commandant was, die naast hem stond en dit niet voor» komen heeft, die hem na de daad niet heeft gestraft, die zelfs nü nóg over provocatie en over Schulz' toestand als verzachtende omstandigheden dtirft tc pratenWij zullen onze rekening quitt<» maken Lemontier hjjgde, doodsbleek. „Sale Bochel" kreet hij. en trok een re volver, terwijl Lottwitz uit zijn stoel verrees. Hij was wonderlijk kalm. Hij wist dat de man tegenover hem niet schieten zou. Rustig nam hij uit zijn binnenzak een portret, dat een anderen vroolijken blonden knaap voorstelde, en bood het Lemontier aan. „Leg dien revolver neer", zei hij, „en bekijk dit portret. Hij was m ij n zoon. monsieur Lemontier, en hij stierf tijdens den oorlog omdat hij verzwakt was dooi slechte voeding, gevolg van uw geal» lieerde blokkade. Wie was daar ver» antwoordclijk voor? De een of andere Schulz die zeker niet gevangen is ge» nomen, die alleen in zooverre „ver» mist" is dat niemand hem precies kan aanwijzen. Hem vinden kan ik niet. „Wat hebt u gedaan, dokter?" vroeg mevrouw Cavendish. „Ik moet me verontschuldigen", zei de dokter; „ik was niet van plan. bin nen te komen, maar mr. Inglethorp drong er op aan". „Maar BauersteTn, wat zie je er uit", zei John, die uit de gang binnendrentel de. „Neem wat koffie en vertel ons dan. wat je hebt uitgevoerd". „Graag". HU lachte een beetje spU- tig. toen hU beschreef, hoe hU een heel zeldzaam soort rarer, op een on toegankelijke plaats ontdekt had en in zyn pogingen, cm die te krijgen. zUn evenwicht verloren had, en tot zijn schande in een aangrenzenden vijver gevallen was. „De zon heeft me spoedig gedroogd", voegde hy er by, maar ik vrees, dat myn uiterlijk meer dan erg is". Op dit oogenblik riep mevrouw Ingle thorp van uit de hall om Cynthia, en het meisje liep naar haar toe. „Wil je myn portefeuille even naar boven dragen, kindje? Ik gil n- - b De deur naar de hall wn* i- Ik was opgestaan, toen Cynthia op stond en John was vlak naart me. Er waren dus drie getuigen, die kon den zweren, dat mevrouw Inglethorp haar koffie nog ongebruikt in de hand hield. (Wordt vervolgd.), x

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 6