"^Trv* :3 y, - y HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 19 JULI 1927 VERGADERING VAN DEN HAARLEMSCHEN GEMEENTERAAD. Behandeling ontwerp huurverordening. Interpel- latie-Joosten verbod opvoering van „De Moeder" Verworpen motie-Peper ontstemming uitsprekende over het verbod. Verbouwing enkele lokalen Hoo- gere Burgerschool A. Huurverordening. Punt 3. Voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening tegen onredelijke op drijving van huurprijzen. By de voortgezette discussiën maakt de heer Joosten de opmerking, dat de huurgrens in de verordening te laag is gesteld en dat de termijn in de ver ordening genoemd tekort is. Echter om de verordening niet in gevaar te bren gen zullen de soc. dem. geen ingrij pende amendementen indienen. Alleen zou spr. in art. 13 het woord „uiteriyk" willen doen vervallen. Daartoe dient spr. een amendement in. De heer Van Santé kan om de redenen die reeds door den heer Wolzak zijn ontvouwd, zich niet met de veror dening vereenigen, mede niet ornaat het opzeggingsrecht niet Is geregeld. Voor een verordening als de nu voorgestelde, is naar de meening van spr. geen plaats, gezien het feit dat het bestuur der vereeniging van huiseigenaren de leden der vereeniging aanraadde de huren niet te verhoogen. Spr. zou wen- schen dat de voorzitter en de leden der in te stellen huurcommissie geen ver goeding zouden krijgen. Daartoe dient spr. een amendement in. De heer Joh. Visser is van mee- nlng dat het een fout is dat de ge meente niet heeft uitgemaakt dat zy de beschikking had over een groot aan tal woningen met een lagen huurprijs. Of de verordening al dan niet tot stand komt, de gemeente dient te ma ken dat er dergelijke woningen komen. Met de meening van de minderheid van B. en W. kan spr. voorts mede gaan. De heer De Braai oordeelt dat de regeering ontydig overging tot de in trekking der huurwetten. Spr. acht zich niet verantwoord tegen het voorstel van B. en W. te stemmen. De heer Castricum oordeelt het noodlg. gezien ook den huurprijs van tal van vereenigingswoningen, om de huurgrens te stellen op f 8 in stede van op f C. Mede namens den heer Keesen. dient spr. daartoe een amendement in. De heer Van Liemt is krachtens beginsel, zoo goed als tegen iedere Over heidsbemoeiing. Alléén indien het par ticulier initiatief ten eenen male on machtig is iets te doen wat de gemeen schap eischt is spr. te vinden voor Over heidsbemoeiing. In Haarlem is nog een aanzienlijk tekort aan normale woningen voor de arbeiders. Velen wonen nog in krotten die een andere woning moeten hebben. Voor die allen is in Haarlem 00 het gebied van de woningen nog een abnormale toestand. Om die redenen kan spr. medegaan met een gemeente- ljjke huurverordening. Aan de grens van de huren zou spr. niets wenschen te veranderen. De heer Peper zet uiteen dat B en V. ondanks de toezegging van den wet houder niet vlug met hun voorstel kwa men. In andere gemeenten is men al lang met een huurverordening klaar. Indien men een verordening maakt laat het dan cn goede zijn. Bij een huur grens van f 6 vallen honderden wonin gen buiten- de .verordening. Verder, van de uitspraken der commissie dient be roep op den Raad te zijn, voor beide partyen. Het opnemen van een datum in de verordening is niet goed. Spr. dieiét een voorstel in om te be sluiten beroep open te laten op- den Raad. zoowel voor den huurder als den verhuurder; om de huurgrens van f 6 per week cp f 12 te brengen en het tydstip waar op de verordening zal ophouden te wer ken, uit de verordening te lichten. De heer Slingenberg is van meening dat in dit stadium van de zaak nog critiek op de verordening uit te oefenen even weinig zin heeft als om te trachten als een begrafenisstoet al onderweg is, leven in den doode te brengen. Te verwachten is toch dat alle verordeningen worden vernietigd. Spr. herinnert dan aan den grond voor de huurwetten in 1916. De vraag naar wo ningen was teen toenemende en er was geen aanbod. Wegens gebrek aan mate- l rialen konden geen woningen worden ge bouwd. Om die redenen kwamen de huurwetten er. Spr. zet nog uiteen dat een gemeen telijke huurverordening geen effect als de huurwetten hebben kan omdat ze be perkt is tot een bepaald gebied en ver volgens dat in het raadsstuk niet is uit eengezet dat de verordening noodlg is. De heer Heerkens Thijssen heeft als waarnemend burgemeester van Schoten op woninggebied ervaring opge daan, die hem een voorstander van een gemeentelijke huurverordening doet zijn. In alle opzichten verwacht spr. daar goeds van al was het alleen maar dat er een preventieve werking van uitgaat, dat het is een rem om den klei nen man uit te buiten. De heer Joh. Visser dient een amendement in om de huurgrens te stellen op f 5. De heer Rei n a 1 d a verdedigt het voorstel van de meerderheid van B. en W. Nu het Rijk zich aan de taak heeft onttrokken is het de plicht van de ge meentelijke Overheid die over te nemen. De verordening is gericht tegen onrede lijke opdrijving van de huurprijzen. Volgens de verordening kan ieder een rechtmatige huurverhooging krijgen. Na gaande hetgeen de minister in de Ka mer zeide concludeert spr. dat. de ge meente in dezen verordende bevoegd heid moet nemen of de gemeente zal maatregelen moeten nemen tot den bo'-.w van een groot aantal woningen 1 a een huurprijs waarvoor particulie ren ze niet kunnen bouwen Spr. wenscht vast te houden aan de huurgrens genoemd in het voorstel van B. en W. Het gaat om de woningen met lagen hui-prijs. Is er vraag naar woningen met een hoogcren huurprijs, dan zullen die woningen er wel komen. Tegen een beroep op den Raad is spr. Js de raad met een beslissing niet te vreden. dan kan de raad gaan interpel- leeren. In de verordening dient een be paalde tennyn te worden genoemd. De heer Gerritsz gaat mede met het voorstel omdat het geldt een maat regel die een crisiskarakter draagt. Op voorstel van den heer Van Liemt komt art. 1 b der verordening in stem ming. Het wordt aangenomen met 15 stemmen voor en 11 tegen. Het armendement van den heer Peper op art. 3 (beroep op den raad) wordt verworpen met de stemmen der leden Peper, Koppen, mej. Berdenis van BerlekomJ en mevrouw Maarschall Komin voor. Over het amendement van den heer Van Santé staken de stemmen. De Voorzitter: Wij zullen dus over dit amendement een volgenden keef moeten overstemmen. Het amendement van den heer Peper op artt. 11 (huurgrens te brengen op f 12) wordt verwotep met alleen de stem van den heer Peper voor. De heer Castricum deelt mede dat hij, gehoord den wethouder, zijn amendement wenscht in te trekken. Het amendement van den heer Joh. Visser (huurgrens f 5) wordt verworpen met 15 stemmen tege nen 11 voor. Voor stemden de leden Bruch, Slingenberg. De Boer, Wolzak. Klein Schiphorst, Van Santé. Joh. Visser, Loosjes, mej. Berde nis van Berlekom, De Braai en Mizerus. Het laatste gedeelte van de amende- mennten wordt verworpen met alléén de stem van den heer Peper voor. De eindstemming over de verordening kan niet plaats hebben. Interpellatie over JDc Moeder". Punt 4. Interpellatie van den heer Joosten in zake de geweigerde opvoering van het tooneelstuk tvDe Moeder". De heer Joosten had de volgende vragen gesteld. Ie. Is het bericht in de Stads-Editie van 25 Juni 1927, juist, dat door den burgemeester van Haarlem de opvoering is belet van het tooneelstuk „De Moe der", op 24. 25 en 25 Juni in de schouw burg aan den Jansweg? 2e. Indien dit bericht juist is, kan de burgemeester dan meedeelen aan den raad, of die opvoering is verboden op grond van art. 108, 2e lid van de Ge meentewet, dan wel of een vergunning tot opvoering is geweigerd op grond van art. 149 van de Algemeen© Politiever ordening voor Haarlem? 3e. Indien een verbod tot opvoering is uitgevaardigd op grond van het tweede lid van art. 188 der Gemeentewet, is dan aan den betrokken schouwburg directeur mededeeling gedaan of het verbod is gegeven op grond van strij digheid met de zedigheid dan wel op grond van strijd met de openbare orde? 4e. Indien een verbod is gegeven, op grond van art. 188, 2e lid, was het dan mogelijk door coupeering van bepaalde gedeelten- het bezwaar tegen de opvoe- 1 ring weg te nemen en is over die cou peering overleg gepleegd met de be trokken schouwburgdirectie? 5e. Indien geen verbod is gegeven van de opvoering, op grond van het 2e lid van art. 188 der gemeentewet, maar een weigermg. op grond van art. 149 van de Algemeene Politieverordening voor Haarlem, kan de burgemeester dan als uitvoerder van een raadsverordening aan den raad mededeeling doen van de motieven die er toe hebben geleid om voor deze tooneelvoorstelling ver gunning te weigeren? De Voorzitter zegt. dat hij. hoe wel daartoe niet verplicht wel bereid is een antwoord te geven, maar hij wenscht dan daarover geen discussie aan te gaan. Overgaande daarna tot de beantwoor ding der vragen zegt spr. dat op de eer ste vraag het antwoord luidt: het is juist. Oxf de tweede dat de opvoering is verboden op grond van art. 188, 2e lid der Gemeentewet, op de derde dat het verbod is gegeven omdat het geheele stuk strijdig is met de openbare orde en op de vierde dat door het aanbrengen van coupures genoemd bezwaar niet vol doende wordt opgeheven. De heer Joosten zegt dat indien hy indertijd geweten had wat hy nu weet hij de vragen anders had gesteld. Naar de meening van spr. is gehan deld volgens art. 149 der Politieverorde ning en dan is de burgemeester wel aan dc-n raad verantwoording schuldig. Naar aanleiding van art. 149 is vergun ning door de schouwburgdirectie ge vraagd. De Voorzitter antwoordde „het bij nevensgemeld schryven gedaan verzoek kan niet worden ingewil- ;,"d". Dus concludeert spr. er is gehan deld volgens art. 1*9 der Politieverorde ning. Een nsaerc mededeeling van den Voorzitter mag d'. s worden verwach'. Spr. neemt aau dat de Voorzitter het stuk kent. Hij kar, dus aangeven waar om het in stryd is met de openbare orde. De voorzitter moge het dan niet eens zyn met de theorieën in het stuk verkondigd. Dit is nog geen reden op zich zplf om het te gaan verbieden. Spr. boeit in het stuk niets kurnen vinden dat zoo strydig is met de openbare ordo dat het niet door den beugel kan. Na dere mededeelingen ziet spr. daarom gaarne tegemoet. De heer Peper is van oordcel ge zien wat hier met de film Potemkln is f-obeurd dat, als in een andere gemeente iets wordt verboden de burgemeester dnt hier ook maar doet. Maar zoo gaat niet de Burgemeester zelfstandig eon be?" ssing nemen, maar beslissen fe.teiyk ''e burgemeesters van andere gemeen ten. Indien alleen gelet wordt op een revolutionnaire strekking van een stuk dan kan dat tot allerlei buitensporig heden leiden. Wat nu gebeurd is. is naar de meening van spr. een absurditeit in de overtreffende trap. Als men dat zoo laat begaan dan weet men niet meer wat al dan niet geoorloofd is- De raad kftn dat zoo maar niet laten gaan. Een dergeiyke censuur is een ont voogding die niet is te aanvaarden, iets dat niet kan worden geduld. Spr. dient daarom de volgende motie in: De Raad der gemeente Haarlem; gehoord de besprekingen ten opzichte van het verbod van vertooning van het tooneelstuk ..De Moeder" zyne ernstige ontstemming over bedoeld verbod uit sprekend; gaat over tot de orde van den dag. De heer Joh. Visser leest voor een citaat uit een artikel in Het Volk waaruit biykt dat de soc -dem. wethouders van Amsterdam het er mede eens zyn dat een Burgemeester handelende volgens art 188 der gemeentewet niet interpel- labaar is. Wat aangaat de quaestie in geding gaat het niet alleen om de vraag is het kunst? Iemand als Tolstoi heeft gezegd dat hy van meening is dat het beter is sommige muziekstukken alleen onder Staatstoezicht voor een bepaald publiek te doen geven. Na de lezing van het boek van Gorki is spr. van oordeel dat met het tooneel stuk „De Moeder" het ook zoo staat. Het Volk merkte op dat het stuk geen kunstwaarde heeft, dus heeft het Haar- lemsche publiek er niets aan verloren dat het Vliet mocht worden opgevoerd. Het verbod juicht spr. toe. Na de le zing. van het boek bleek spr. dat de ge heele strekking er van is: er is alleen een geneesmiddel tegen alle kwalen en dat is aanstichting tot revolutie. En als het tooneelstuk iets waard zal zUn, dan moet iets daarvan er toch in zyn neer gelegd. De heer CastrLcum merkt op dat de geheele quaestie hierop neerkomt of men het gezag al dan niet eerbiedigt. De R.-K. die van oordeel zyn dat alle gezag van God afdaalt, meenen dat. op grond daarvan, een ieder die met gezag bekleed is. verantwoording aan God schuldig is voor zijn handelingen. De vryheid van den Burgemeester wenscht spr. daarom te eerbiedigen. Spr. kent het bedoelde stuk niet maar hij^kan zfch indenken dat de burgemeester oordeel de dat het niet een stuk is geschikt om voor leder te geven, dat een ieder daar niet ryp voor is. De heer Gerrltsz is van meening art. 188 der Gemeentewet beschouwen de dit in verband met art. 190 dat de Burgemeester wel aan den Raad verant woording moet doen. Het gaat niet aan dat een burgemeester niet aan iemand verantwoording zou behoeven te doen. Heel het Staatsrecht kent een derge- lyke positie niet. De Voorzitter zegt dat hU alleen om den heer Kaart ter wlle te zyn hem antwoordde. Spr. gaf het verbod niet op grond van art. 149 der Politieverorde ning. De Raad dient mij te laten be gaan zoolang de wet niet veranderd is. voegt spr. daaraan toe. Ik laat niet toe dat men my een deel van mya be voegdheid gaat afnemen. De heer Joosten herhaalt dat de beslissing van den burgemeester is ge nomen op grond van het in den brief van den heer Kaart gedane verzoek. Er staat uitdrukkeiyk in het antwoord naar aanleiding van uw bij nevens ge meld schryven gedane verzoek Dat praat u niet meer weg aldus spr. Voorts oppert spr. de veronderstelling, dat feitelijk niet de burgemeester maar de politie de beslissing nam. De politie zal wel gezegd hebben geeft u daar geen toestemming voor burgemeester, want wij vinden dat stuk bedenkeiyk. U mijn heer de voorzitter kent dat stuk niet. De heer Slingenberg zegt dat, als hy had gestaan vooj het nemen van een beslissing, hy een andere dan de Burgemeester had genomen. Maar spr. kan niet medegaan met in een motie een afkeurend oordeel over de hande lingen van den Burgemeester uit te spreken. De Raad heeft dat niet te doen. De motie van den heer Peper komt in stemming en wordt .verworpen met 17 stemmen tegen en 9 voor. Vóór stemden de soc.-dem. en de heer Peper. De voorstellen van B. en W. tot ver koop van grond aan de Zomervaart en aan de Engelszstraat tot aankoop van het perceel Rozenstraat.6. en tot uit gifte van grond in erfpacht aan de Anslijnstraat worden z.h.s. aangenomen. By het voorstel van B. en W. tot ver betering van de bestrating van de Kle verlaan tusschen de Delft en de spoor baan vraagt de heer Kingma of er niet een asfalteering kan komen. De heer R e i n a 1 d a antwoordt dat naar aanleiding van het nieuwe uit breidingsplan de weg later zal moeten worden verbreed Daarom kan nu niet worden geasfalteerd. Daarna wordt het voorstel van B. en W. z.h.s. aangenomen. Bij het voorstel van B. èn W. om te besluiten tot afbraak der zweminrich ting aan de Mooie Hel. zegt de heer Bruch dat des ochtends is ingekomen een verzoek van een zeilvereeniging om de inrichting te mogen gebruiken als een zeilhaventje voor zeilscheepjes. Naar aanleiding daarvan wordt voorgesteld het voorstel wel thans aan te nemen maar dan aldus opgevat, dat de inrich ting niet meer zal worden gebruikt als zweminrichting, doch dat aangaande de slooping nog niets wordt beslist. De heer Joh. Vissej zegt dat, als die inrichting geen zweminrichting meer zal zijn, de ingezetenen van het voor malige Spaarndam niet meer zullen kunnen zwemmen. Spr. vraagt of de zweminrichting er nog niet dit Jaar zal kunnen blyven. De heer Bruch antwoordt dat vol gens den inspecteur van de lichame- lyke opvoeding en den directeur van Openbare Werken de inrichting onher stelbaar is. Er is een financieel bezwaar aan verbonden om voor 857 Spaarndam- mers een zweminrichting te gaan ex- ploiteeren. Twee man zouden daarvoor in dienst noodig zyn. Maar vooral is er een moreel bezwaar om de inrichting te blijven exploitceren. Als er eens een or.geluk gebeurde, na de Ingekomen ad viezen. zou de gemeente civiel rechter- lyfc aansprakeiyk zyn. Het voorste! van B. en W. wordt aan genomen. Goedcekeurd wordt het voorstel van B. en W. tot verbouw'.nT van enkele lo kalen van de Hoog"-? 5-jarigen cursus. Voorstel van B. er. W. om aijzend. te beschikken op het verzoekschrift van f. Martens om ftchageyergocding in zake schilderwerk aan woningen aan het Elzcnplein. De heer Van Santé zou dit voor ste! wilier, aanhouden om eerst het ad vies van de commissie van openbare werken in te winnen. De heer R e 1 n a 1 d a antwoordt dat het meer een quaestie van financiën dan van openbare werken is en meer een van uitlegging van een bestek. B. ten W. hoorden den voormaligen directeur van openbare werken te Scho ten en dien van openbare werken te Haarlem die beiden van oordeel waren dat aan het verzoek niet behoort te worden voldaan. Het voorstel van B. en W. wordt aan genomen. Rondvraag. De heer Klein Schiphorst in formeert of de afwatering van polder- water in het Kleverpark een zaak is die Haarlem aangaat, in verband met het feit dat de tuinen in het Kleverpark meermalen onder water staan. De heer Re in al da zegt dat de vraag in een volgend j vergadering zal worden beantwoord. De heer Joh. Visser vraagt of als plaatsvervangers van den stadsorganist Haarlemmers zyn aangewezen. De heer Bruch antwoordt dat on der de plaatsvervangers twee Haarlem mers zyn, naar spr. meent de heeren Andriessen en Byster. De heer Kingma informeert hoe net staat met de verbinding van het Amsterdamsche kwartier met de bin nenstad'. Verder zegt spr. dat by de begrooting is toegezegd dat het woonwagenkamp in orde zou worden gemaakt. Er is daar echter maar weinig aan gedaan. Voor het grootste gedeelte is de toestand ge bleven zooals die was. De heer R e i n a 1 d a antwoordt dat aan de gedachte van de verbindingswe gen in het Amsterdamsche kwartier wordt gewerkt. Wat aangaat het woonwagenkamp is de meening dat het kamp niet kan biy- ven waar het nu is. Aan den directeur van Openbare Werken is opgedragen naar een andere plaats te zoeken Het rapport van den directeur is nu bin nen en gaat naar de commissie van Openbare Werken om advies. Naar aanleiding van een nadere op merking van den heer Kingma zegt de wethouder nog dat van de tramdirectie is ingekomen een voorstel tot verande ring van het tramnet met aansluitende autobusdiensten, te exploiteeren door de directie van de tram. B. én W. meenen dat dit voorstel ernstig moet worden onder de oogen gezien. Het gaat naar de onderscheidene commissies om advies en zal daarna in den raad komen met een voorstel van B en W. Niets meer aan de orde zynde wordt daarna de vergadering gesloten. De avondzitting. In de avondzitting kwam aan de orde de herstemming over het amendement van den heer Van Santé, om in de Huurverordening te bepalen, dat de voorzitter en leden der Huurcommissie geen presentiegeld zullen krygen. Het amendement werd verworpen met 14 tegen 13 stemmen. Tegen stemden de leden Schol!. Rei- nalda, Joosten. Wolzak, Keesen. Kuenen, De Braai, J. H. Visser. Joh. Visser. Kop pen. Bruch, Slingenberg, Gerritsz en Castricum. Vóór stemden de leden Van Santé. Keerwolf. Klein Schiphorst. Kingma, Peper, Groenendaal. Roodenburg. mej. Berdenis van Berlekom. Heerkens Thys- sen, Van Liemt, Miezérus, mevrouw Maarschall-Komin en De Boer. (Mevrouw Van Looy-Ranshuysen was by deze stemming nog niet in de Raads zaal aanwezig) Dc Huurverordening aan genomen. Tenslotte kwam de geheele Huurver ordening in stemming. Deze werd aan genomen met 19 tegen 9 stemmen. Vóór stemden de leden Castricum, Keerwolf, Kingma. Scholl. Peper. Rei- nalda, Joosten. Groenendaal. Keesen,' Kuenen, De Braai. J. H. Visser, Joh. Visser, Heerkens Thyssen, Van Liemt, Koppen, mevrouw Maarschall-Komin, Gerritsz. en mevrouw Van Looy-Rans= huysen. Tegen stemden de leden Van Santé, Klein Schiphorst. Wolzak. Roodenburg. mejuffrouw Berdenis van Berlekom. Bruch, Miezérus, De Boer, en Slingen berg. Te 810 uur werd de vergadering ge sloten BINNENLAND ZWARE BRAND TE LOOSDUINEN. ENORME SCHADE. Op de nieuwe Velllngsterreinen te Loosduinen is ongeveer te 12 uur ln den nacht brand uitgebroken in een der ïuoosen. welke dienen als opslagplaats voor zaden en landbouwwerktuigen. Aangewakkerd door den feilen wind breidde het vuur zich snel uit en sloeg over op de andere loodsen, zoodat toen de brandweer uit den Haag tegen half een op het terrein van den brand ver scheen zes loodsen in lichte laaie ston den. Omstreeks 2 uur was de brandweer het vuur meester, zy wist het hoofdgebouw en de aan den anderen kant van de veilingsgrachten gelegen woningen, voor welke groot gevaar bestond en die reeds ontruimd waren, te behouden. De oorzaak van den brand is onbe kend. De schade wordt op f 80.000 a f 100.000 geschat. SUIKERSMOKKELAARS. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN 60 Cent* per regel. DE STAAT BENADEELD VOOR 135.000. Naar de Tel. verneemt zyn de ambtenaren van invoerrechten en ac- cynzen er in geslaagd, een groote sui- kersmokkelasy op het spoor te komen, waardoor de Staat voor f 135.000 was benadeeld. Toen het Belgische sleep- schip „Trio" onlangs te Hansweert arri veerde, werd het onder bewaking van ambtenaren gesteld en vandaar verder opgesleept naar Rotterdam. Eenmaal hier gearriveerd, zyn de Belgische kapi tein en de bemanning van boord ge gaan en naar België teruggekeerd, zon der zich verder om het lot van hun vaartuig te bekommeren. Het schip werd eerst naar de Schiehaven en vandaar naar de Boompjes verhaald, waar de goederen in het Ryksentrepot zyn op geslagen. De lading was aangegeven als veevoeder en inderdaad bevond zich ook veevoeder in het vaartuig, doch onder de bovenste laag veevoeder bleken 500 balen suiker te liggen, die men op deze wyze gepoogd had. frauduleus in te voeren. Voor iedere baal suiker was een recht verschuldigd van f 27. Uit een onderzoek is gebleken, dat dit vaar tuig reeds voor de tiende maal vee voeder invoerde en alle vorige malen op deze wyze suiker onder de lading was vervoerd. In totaal was de Staat dus benadeeld voor 5000 maal f 27 of f 135.000. Steeds hadden de invoerders een z.g. „vry paspoort" voor de lading kunnen vertoonen. De papieren ston den op naam van de N.V. Zuid-Hol- landsche Veevoeder Mantschappy, die niet bestaat en de papleren werden af- geteekend met den naam van een veri ficateur, die eveneens niet bestaat. De documenten bleken fictief te zyn. Daar er vervalschte documenten in 't spel zyn is ook de politie in de zaak gemoeid die een onderzoek op groote schaal in stelt. daar men met een wydvertakt complot, waarby ook Belgen betrokken zyn. heeft te maken. Het vaartuig is thans op Rykswerf aan den ketting ge legd. GEMEENTELIJKE HUURVERORDE NING. Dc gemeenteraad van Tilburg heert Vrijdag ook besloten tot vaststelling eener gemeenteiyke huurverordening. EEN KLEINE TECHNISCHE FOUT. DIE GROOTE GEVOLGEN HAD KUNNEN HEBBEN. Zaterdagavond laat is in een der wa gens van iyn II in Den Haag een on geluk gebeurd, dat nog goed is afge- loopen. De 19-jarige N. v. Z. uit de Preto- riusstraat stond in den wagen, daar er geen zitplaatsen meer waren, en hield zich aan het bagagenet vast. Hij stond op een koperen plaat. Plotse ling kreeg hy een electrischen stroom door het lichaam, waardoor hy aan vier vingers van de rechterhand vry ernstige brandwonden kreeg. Overi gens had hij geen letsel. Na verbonden te zyn. kon hy naar huis gaan Men vermoedt, dat de oorzaak van het ongeval een kleine technische fout in de constructie is. Een onderzoek wordt Ingesteld. PERSONEELRAAD DER NED. SPOORWEGEN. DE DUURTEKRING DER GEMEENTE HAARLEM. De Personeelraad vergaderde ter be handeling der by hem aanhangig ge maakte aangelegenheden. De Raad ging. behoudens eenige op merkingen accoord met de door de Directie voorgestelde wUzlgingen in het R.D.K. 1923. Tevens werden by deze gelegenheid enkele der meest dringende personeelwenschen naar voren gebracht. Uitvoerig werd besproken de positie der treindienstledcrs. bovenbouwambte- naren en ln verband daarmede de positie der ambtenaren in 't algemeen pil der wegwerkers. Besloten werd ter zake een bespreking aan de Directie te verzoeken. De kwestie dienstindeeling treinperso neel zal de Raad met de betrokken Or ganisaties behandelen. Met de door den Minister van Water staat voorgestelde wyziging van artikel 6 der Pensioenwet voor de Spoorweg ambtenaren 1925 ging de Raad accoord. Omtrent de door dc directie voorge stelde wyzlgingen in de duurtekringrn der gemeente Haarlem en Breda, zal de Raad de by hem ingebrachte opmer kingen aan de Directie kenbaar ma ken. Besloten werd aan de Directie te ver zoeken verhooging van de bedragen genoemd In artikel 5 der Bepalingen ter Uitvoering van de Pensioenwet voor de Spoorwegambtenaren 1925. BIJ INHALEN VAN HOOI. Tc Ommen is dc 71-Jarige landbou wer J. B. by het Inhalen van hooi van den wagen gevallen. De man is kort daarna aan de gevolgen van den val overleden. HET AUTO-ONGELUK RIJ LEUVEN. Mevrouw Philips—de Jongh uit Eind hoven die op 23 Juni Jl. in de nabyheld van Leuven een ernstig auto-ongeval overkwam, heeft het ziekenhuis te Leu ven kunnen verlaten en is weder te ha ren huize te Eindhoven teruggekeerd. WERKLIEDEN BESTOLEN Maandagmiddag waren eenige werk lieden aan den arbeid in een huis aan den Willemsparkweg, te Amsterdam, hetwelk men aan het verbouwen is. Een schilder had op den zolder een Jas en vest opgehangen cn ook had een tim merman dit gedaan. Om 3 uur bemerk ten belden dat een dief zich van een on ander had meester» gemaakt. De schil der miste een portefeuille inhoudende f 450 aan bankpapier benevens een zil veren horloge met gouden ketting; de timmerman een portefeuille met f 4.80 en een nikkelen horloge. Wie de dief is, heeft men nog niet kunnen ontdekken. DF. WAAL WA SI Uit Tiel wordt aan de Tel. gemeld: Door het stygende water zyn de laag gelegen aanwassen langs de Waal over stroomd. HENGELAAR VERDRONKEN Een hengelaarsclub uit Rotterdam, had Maandag een vlschwedstryd geor ganiseerd in het Ter Aarkanaal. Plotse ling geraakte een der visschers, de 18- jange J. de B. in het diepe kanaal en hoewel anderen in zyn nabyheld waren, duurde het ongeveer een kwartier vóór de drenkeling kon worden opgehaald, zyn collega's konden namelijk niet zwemmen. Hoewel onmiddeliyk onder leiding van een dokter kunstmatige ademhaling werd toegepast, bleken de levensgeesten te zyn geweken. Op dc honderden andere Amsterdamsche en Rotterdamschc hengelaars, die in het kanaal aan het vlsschen waren, maakte dit ongeluk een diepen Indruk. De club waarvan de getroffene lid was, staakte den wedstryd en keerde naar Rotter dam terug. NIEUWE AVONTUREN VAN SNUFFELGRAAG EN KNAGELIJNTJE. VOOR DE KINDEREN. f o J r Tn school geven Snuffelgraag cn Knagclijntje elkaar telkens een knipoogje. Dat wil zeggen ons plan is fijn gelukt, her Wat zullen Vader cn Moeder blij wezen! Jammer, dat wc hier zco lang in dat apenhok moeten zilteu, En Knagelijntje seint terug: Ja, een muis is nu eenmaal niet enkel voor z'n plezier op de wereld. Maar als wc straks thuis zijn zullen wc de peentjes eens extra opscheppen, ouwe jongen. Tenminste, als Vader cn Moeder eerst weer thuis zijn.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 7