FLITSEN HAARLEM'S UIT DEN FEUILLETON DE GEHEIMZINNIGE ZAAK VAN STYLES DAGBLAD RAAD. BINNENLAND VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 950 WINKELEN MET JUNIOR Moeder vraagt de juf frouw om gordijnstof bekijkt die niet zonder moeite. door Jantje's plotselinge wensch om te gaan wandelep tracht Iets te weten te komen over prijzen, ter wijl Jantje het denkbeeld van een ritje in de lift oppert beseft plotseling Jantje verdwenen is vindt hem terug in speelgoedaf deeling vervolgt de prUsonder- handelingen, Jantje met tusschenpoozen van 5 se conden waarschuwende, dat hij nergens aan mag komen ontdekt dat Jantje met zijn buik op een piano kruk ligt en draaimolen tje speelt besluit om de oude gor dijnen maar te houden tot Jantje volwassen ls. (Nadruk* verboden.) DINSDAG 19 JULI 1927 Rare gewaarwording. zoo'n zitting op Maandag. Met twijfel in 't hart loop je door de Pandpoort en denkt: zouden ze er wel heusch zijn?en ziet den agent niet die op Woensdagen langs den tempel der Stadswljsheid pleegt te sur- veilleeren, en ons allen te beveiligen te gen aanslagen van eventueele revolu- tionnaire benden, strulkroovers, Hun nen en wat dies meer zij. Ik mag wel zoo'n beetje levendige fantaisie ln 't la ten kuieren van Bobbies. De Raad was ditmaal slecht opge komen. Er ontbrak minstens een half dozijn leden. De rest, en wü ook, zat op de oude leelijke stoeltjes, die een halfjaar geleden zijn afgedankt Onze nieuwe Duizend Kilo Zetels waren weg gehaald om ruimte te maken voor de ze venenzeventig oudjes, waarop Provin ciale Staten Dinsdag moesten zitten. Alleen de burgemeester troonde nog op zijn machtige gevaarte. Blijkbaar leent hij het aan den Commissaris der Ko ningin. De hoofddoelen van deze zitting wa ren: le. de vaststelling van de nieuwe gemeentelijke verordening ter voorko ming van onredelijke opdrijving van huurprijzen van woningen met lage huurwaarde, en 2e de interpellatie van den heer Joosten over het beletten van de opvoering van het tooneelstuk „Moe der". Het leek geen aantrekkelijk program ma, en het werd het ook niet. De Huur- verordening was al ter ziele voor zij in leven kwam. Een doodgeboren kindje. Diverse afwijzende colleges van Gede puteerde Staten, en het Rijk, dat eenige dergelijke verordeningen schorste, heb ben ons al duidelijk gemaakt wat het lot van deze Haarlemschè zal wezen. Er is geen kans op. De burgemeester deed in deze om standigheden een poging om het over bodige debat te voorkomen, maar faalde daarin. Blijkbaar hadden verscheidene leden zich tezeer geprepareerd om van het woord te kunnen afzien. Het wou eruit, het liet zich niet stuiten. Notaris Wolzak begon met een breed betoog, waarin hy zich tegen de ver ordening verklaarde. Tenminste op dit tijdstip. HU wilde haar wel aanemen als de datum van in-werking-treden werd opengelaten. Want zei hij, op dit oogenblik scheidt het Rijk met een crisismaatregel uit en nu moeten wij geen nieuwe invoeren eer er reden voor is. Het motief komt pas als onre delijke huuropdrijving zich voordoet. Dan stellen wij pas een verordening in. Het leek in theorie heel mooi, maar in de practijk vrees ik dat dit systeem niet zou voldoen. Je zoudt telaat komen. En fin, het gebeurt niet, want de verorde ning heeft toch geen kans. Dit laatste zou ik bij iedere commen taar op lederen spreker kunnen zeggen, en dus lijkt het raadzaam om dit de bat verder maar erg beknopt te behan delen. De wethouder van Financiën zei: „men kan evengoed pogen leven in te blazen aan een overledene die al op weg naar 't kerkhof is" en dat was ook een heel mooi beeld van het geval. De wethouder van Openbare Werken ver dedigde de verordening in een schrik kelijk lange en breed-opgezette rede. ge durende dewelke hét aantal aanwezige leden zakte tot zeventien, en alle an dere wethouders absent waren. Het scheen inderdaad te lang. Tenslotte gingen wij stemmen, en er rust geen zegen op deze verordening, want toen liep het nog eens ln de war. De kwestie was, dat in den loop van het debat eenige leden amendementen hadden voorgesteld. Het tamste van alle was er een van den heer Van Santé. In art. 6 van het ontwerp stond dat de voorzitter en de leden van de Huurcommissle resp. f 7.50 en f 5 pre sentiegeld per zitting zouden krijgen. Dit vond de heer Van Santé niet noo- dig. Hij vond dat die leden voldoende burgerzin moesten hebben om het voor niets te doen. en diende een amende ment in dezen geest in, waarmee ik het van harte eens was. De helft der raads leden ook. De stemmen staakten (13 te gen 13) en daarmee werd het onmoge lijk om de verordening nog in deze zit ting aan te nemen. Immers, de Ge meentewet gebiedt dat by een staking van stemmen in een volgende vergade ring opnieuw gestemd moet worden. En morgen moest die verordening worden afgeleverd, om nog bytijds op voor- door AGATHA CHRISTIE. Vertaling van A. d. Z. 7) Myn avond was totaal bedorven door de aanwezigheid van dr. Bauerstein. Het scheen me toe, dat de man nooit wegging. Hy stond echter eindelijk op en ik slaakte een zucht van verlich ting. „Ik loop tot het dorp met u mee", zei mr. Inglethorp. „Ik moet onzen op zichter spreken over de rekening van het landgoed". Hy wendde zich tot John. „Er hoeft niemand op te blU- ven. Ik neem deri sleutel mee". HOOFDSTUK ITL De nacht van de tragedie. Het scheen midden in den nacht te Zijn, toen ik door Lawrence Cavendish wakker werd gemaakt. Hy had een kaars in de hand en de opgewonden heid van zijn gezicht deed me dadeiyk DERDE BLAD dracht van Ged. Staten door de regee ring geschorst en door de Kroon vernie tigd te kunnen worden! Er ontstond een heel opschuddinkje, en „goede Raad" scheen duur, maar ziet een heerlyke uytcomste was weldra gevonden. En deze uytcomste was ook duur. Staande de zitting werd een vergadering uitgeschreven tegen 's avonds acht uur, alleen om even over te stemmen. En dat kost aan presentiegeld acht gulden per lid, dus op een Raad van 27 leden (er wa ren acht afwezigen) twee honderd zestien gulden.... Bitterder ironie had het goedbedoel de voorstel des heeren Van Santé wel niet kunnen treffen. Het werd by her stemming met 1413 stemmen ver worpen, en de heele verordening daar na met 199 stemmen aangenomen. Het gebaar tegen een presentie geld, dat nooit uitbetaald zal be hoeven te worden, had honderden ge kost aan een presentiegeld dat bestaat. Of zouden de leden uit puren burger zin daar nu ook afstand van doen.... al thans voor deze avondzitting? Ik weet het niet, en vrees. De burgemeesterlyke censuur is slecht in ons land geregeld. Dat blijkt herhaal- delyk in allerlei gemeenten. Het bleek ditmaal weer te Haarlem, by de inter- peUatie-Joosten tegen de burgemees ter lij ke ban op het tooneelstuk „Moedér". Dit stuk, gebaseerd op Maxim Gorki's ro man van denzelfden naam, achtte de burgemeester niet geschikt voor opvoe ring omdat de inhoud naar zyn mee ning in stryd is met de openbare orde. Hy bevestigde dit in een voorgelezen antwoord op vief schriftelijke vragen des heeren Joosten. en weiger de beslist om verder zyn standpunt te motiveeren, of er over van gedachten te wisselen. Daarop hield de heer Joosten een rede. En de heer Peper hield een rede. En de heer Johan Visser hield een rede. Enzoovoorts, maar het hielp allemaal niets. Het liet den burgemeester koud. In t begin genoot hy de lectuur van ver scheidene dagbladen. Later in dit eenzydige debat legde hij tegenover den heer Joosten de korte en besliste verkla ring af dat hy het recht van censuur had, en dat men moest trachten om de wet veranderd te krijgen als men in dien toestand wijziging v. ou brengen. De heer Joosten had een mooie theorie. De burgemeester had een brief van den heer Kaart ontvangen, waarin deze om een beslissing had gevraagd op grond van art. 149 van de Politieverordening. De burgemeester had geweigerd zonder zelf dit artikel opnieuw te noemen, en daarmee had hy volgens den heer Joosten erkend dat hy op grond van dit artikel weigerde. Niet op grond van artikel 188 van de Gemeentewet, dat bepaalt: „Hy (de burgemeester) waakt tegen het doen van met de openbare orde of zedelykheid strydige vertoo ningen." Doorgaande op deze theorie beriep dc heer Joosten zich op art. 103 van de Ge meentewet, dat zegt dat B. en W. voor het voeren van het dageiyksch bestuur verantwoording aan den Raad zyn ver schuldigd. Derhalve meende hy dat tie burgemeester verplicht was om aan het debat deel te nemen. De burgemeester, die met grooten spoed den heer Kaart antwoord had gezonden, om dezen directeur te gerieven, werd een beetje korzelig onder dezen juridisch- spitsvondigen aanval op zyn briefje. De heer Peper hield een van zyn ka- lakteristieke redevoeringen op die eigen aardige half-ironische, haastige manier die je altyd weer doet twyfelen aan de intensiteit van zyn liefde voor Moskou. Hij waarschuwde den burgemeester voor dc gevaren die in Dostojewski, Turgenieff en anderen, ja zelfs in Tolstoi schuilen. Evenals de heer Joosten die gezegd had dat dezelfde dingen, die men in het tooneelstuk „Moeder" leest, op elke socialistische vergadering gezegd en ln elk socialistisch tijdschrift gedrukt worden vend hij het verbod zeer overdreven. Ten slotte slaagde de heer Peper er in om den heer Johan Visser tegen zich te ontke tenen, zoodat deze een van zyn beste peroraties hield, zoo maar voor de vuist weg. vol geestdrift en overtuiging. De hier Visser is een goede meeting-spreker, maar ik hoor hem met minder belang stelling als hy zich opnieuw heeft weten, dat er iets ernstigs gebeurd was. „Wat is er?" vroeg Ik. terwyi ik in bed ging opzitten, en trachtte mijn verwarde gedachten te verzamelen. „We vreezen, dat myn moeder heel ziek is. Ze schijnt een soort beroerte te hebben. Ongelukkig genoeg heeft ze zich opgesloten". „Ik kom dadelijk". Ik sprong uit bed. een dressing- gown" aantrekkend, volgde ik Law rence over het portaal en de galerij naar den rechtervleugel van het huis. John Cavendish voegde zich by ons en een paar dienstmeisjes stonden in 't rond in een toestand van verbyster- de opwinding. Lawrence wendde zich tot zyn broer. „Wat denk je, dat we doen moe ten?" Nooit, dacht ik, was het weifelach tige van zyn karakter meer aan het licht gekomen. John rammelde heftig aan den knop van mevrouw Inglethorps deur, maar zonder succes. Die was blijkbaar aan den binnenkant op slot gedaan of gegrendeld. Het heele huishouden was nu wakker. De meest verontrustende geluiden waren van binnenuit de kamer hoorbaar. Het was duideiyk, dat er iets gedaan moest worden. „Probeer door de kamer van mr. Inglethorp ie gaan, meneer", riep Dor cas. „O, die arme mevrouw!". Plotseling drong het tot me door. i voorbereid op het chapiter krotwe- 'nlngen. De motie-Peper, verdriet te sennen gevende over de burgemeesierlijke cen suur op het tooneelstuk Moeder, werd (net als verleden jaar de dito-motie in zake de film Pantserkruiser Potemkin) verworpen. Met 179 stemmen. Even later was de vergadering uit. En 's avonds werd er. zooals gezegd, nog even over-gestemd. Tegen acht pop per stem Achtmaal zoo duur nog als dat dure stembureau in Bosch en Vaart! R. P. DE CAP1TULANTENWET. LEIDEN TOT BEZUINIGING? Verschenen ls het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer over het ontwerp Capitulantenwet. Verscheidene leden hadden bezwaar tegen het ontwerp om dat ze van meening waren dat te veel capitulanten in burgerlijke betrekking zouden worden geplaatst. Anderen deel den echter die meening niet en waren niet van oordeel dat ten slotte het over- groote deel der ambtenaarsplaatsen door oud-militairen zal worden bezet. Of deze wet inderdaad bezuiniging zal brengen en inderdaad in het belang yan de defensie zou blijken te zyn, werd intusschen door verscheidene leden, die ln dat geval hun stem wel aan het ont werp zouden willen geven, zéér betwij feld, aangezien hi. het stelsel in dit ontwerp onvoldoende voorbereid en on voldoende uitgewerkt tó. Dok zal het niet strekken, zoo wordt gezegd, tot ver hooging van het rendement der uitga ven, welke voor de landsverdediging worden gedaan, doch integendeel niet anders kunnen doen dan medewerken aan de vermindering van de waarde van het defensie-instituut. Gevraagd werd nog, ten eerste hoe groot de in het ontwerp genoemde pre mie zal zyn; ten tweede of deze premie zal bestaan in een bedrag ineens of in een jaariyksche uitkeering; ten derde of er eenig waarborg is, dat er jaariyks een genoegzaam aantal burgerlyke be trekkingen te vergeven is; ten vierde in welke burgerbetrekkingen de capitulan ten zullen worden geplaatst; ten vyfde of de capitulanten tusschen de reeds werkzaam zynde ambtenaren zullen wor den ingeschoven of dat men hun'steeds aanvangsbetrekkingen zal geven. Tenslotte gaven deze leden als hun meening te kennen dat het zonder twij fel niet de besten zullen zyn. die zich als capitulanten beschikbaar zullen stellen. De gevoerde beschouwingen gaven aan "n aantal leden aanleiding, om de regee ring te verzoeken, te overwegen of niet de mogeiykheid bestaat, het ontwerp in dien geest te wijzigen, dat ten eerste den capitulanten zekerheid wordt gebo den van plaatsing in een burgerlijke betrekking na de beëindiging van hun militairen dienst; ten tweede, dat be vorderd wordt, dat voor de vervulling der te verkrygen burgerlyke betrekking voldoende geschiktheid aanwezig zy en ten derde dat in de wet regelen wor den gesteld, ten einde te voorkomen, dat door de plaatsing van den capitu- ïant rechten van andere ambtenaren of beambten worden geschonden. ONZE TAAL NAAR DE MAAN TOE. .DEUTSCHLAND «BER ALLES" De hoefijzercorrespondent van het Hbld. merkt ter snede op: Minister De Geer, de uitvinder der „veiligstelling" van den gulden, blyft, linguïstisch, dooraan in die lyn. Het is volgens hem namelijk noodig de Staatsgarantie voor het Middenstands- crediet „veilig te stellen". Als Z. E. zyn aandacht voor het Oosten eens wilde „onderbreken", dan zou hy merken, dat het niet „mangelt" aan Nederlandsche uitdrukkingen voor wat hy wenschte te zeggen. „En lezen wy" in onze Staatsstukken b.v. ook niet van droogleggen maar van droog maken der Zuiderzee. Maar deze minis ter schynt onverbeterlijk te zyn. Even als vele Nederlanders met hem. En dus wordt er maar steeds weer veilig gesteld, gemangeld, onderbroken en drooggelegd. .Deutschland über alles!" Of deze opmerking baten zal? WU vreezen. Eenvoudig omdat het helaas den meesten Nederlanders koud laat of de Nederlandsche taal* zuiver ge handhaafd wordt. Beets in zijn staafde het al. En zou het nu anders zyn? dat Alfred Inglethorp niet bij ons was, dat hy alleen geen teeken van zyn tegenwoordigheid had gegeven. John opende de deur van zyn kamer. Het was er pikdonker, maar Lawrence volgde met de kaars, en by het flauwe licht zagen we, dat het bed niet be slapen was, en dat er geen teeken was, dat de kamer in gebruik was ge weest. We gingen rechtstreeks naar de ver bindingsdeur. Die was ook aan den binnenkant op slot of gegrendeld. Wat moesten we doen? „O meneer", riep Dorcas, de handen wringend, „wat moeten we toch begin nen?" „We moeten probeeren. de deur open tc breken, denk ik. Maar het zal een lastig karwei zijn. Hier, laat één van de meisjes Baily gaan wekken en hem zeggen, dadelijk naar dr. Wilkins te gaan. Nu, dan zullen we het met de deur probeeren. Maar, één oogenblik, is er geen deur naar de kamer van miss Cynthia?" „Ja meneer, maar die is altijd ge grendeld. Die is nooit open geweest". ..Nu, we zouden het even kunnen zien". Hy liep snel het portaal af naar Cynthia's kamer. Mary Cavendish stond daar het meisje te- schudden dat een buitengewoon vaste slaapster moest zyn. en te trachten, haar wak ker te maken. In een paar minuten was hij terug. GEVOLGEN VAN EEN TWISTGESPREK- IN DIENSTBETREKKING OVERLEDEN. Uit Utrecht wordt aan de Tel. ge meld: In den loop van het vorig jaar had zich in het pakhuis van een kaashan delaar te Rotterdam tusschen een voor man en een aan dezen ondergeschikten kaaspakker een twistgesprek ontspon nen, waarby de voorman zich zoodanig opwond dat hy plotseling dood neervieL Het bestuur der Rijksverzekerings bank had geweigerd om aan de we duwe krachtens de Ongevallenwet 1921 een weduwenrente toe te kennen, en wel op grond hiervan, dat een twistgesprek in het dageiyksch leven te veel voor komt om als een ongevalsgebeurtenis te worden aangemerkt. Deze beslissing kon echter niet de goedkeuring verkrijgen van den Raad van Beroep te Rotter dam, waarby de weduwe van den over leden voorman in beroep was gekomen. Deze Raad vond integendeel.dat er wel degeiyk verband was tusschen het over- Ujden van den man en het daaraan voorafgaand twistgesprek. Op grond hiervan kende de Raad van Beroep alsnog aan de weduwe een we duwenrente toe, berekend naar 30 pet, van 's mans loon. De Centrale Raad van Beroep alhier heeft zich met deze uitspraak ver-' eenigd en haar met overneming harer gronden bevestigd. DE VOLKSHUISVESTING HET VERSLAG VAN DEN HOOFDINSPECTEUR OVER 1926. Dezer dagen verscheen het verslag van den Hoofdinspecteur voor de Volkshuis vestiging. den heer II. van der Kaa. Het is byzonder actueel, nu het vraagstuk der gemeentelijke huur beperking op het oogenblik aan de orde is. De Hoofdinspecteur meent dat door vele gemeentebesturen te hooge eischen aan arbeiderswoningen worden gesteld en komt tot de conclusie dat thans voor de arhtidersbevolking in Nederland in het algemeen een voldoend aantal woningen ls en wordt gebouwd. In het verslag wordt toegegeven dat in Amsterdam en ook in vele andere ge meenten. het velen arbeiders zwaar valt de huur van de arbeiderswoningen, wel ke thans worden gebouwd, te dragen en dat de weinig-draagkrachtigen onder de arbeidersbevolking de huur van een nieuwe woning niet kunnen bekosti gen. De vraag is echter of het laatstgenoem de feit een abnormaal verschynsel is, dat tn het byzonder aan de na-ooriog- sche periode, waarin wy nog steeds ver- „Het geeft niet. Die is ook ge grendeld. We moeten de deur open breken. Ik geloof, dat deze een beetje minder solide ls, dan die op het por taal". We duwden en zwoegden te zamen. Het geraamte van de deur was solide, en langen tyd weerstond die onze po gingen. maar eindelijk voelden we. dat ze onder ons gewicht meegaf en einde- ïyk, met een luid gekraak, barstte ze open. We vielen tezamen naar binnen, terwyi Lawrence nog altyd zyn kaars vasthield. Mevrouw Inglethorp lag te bed. terwyi haar geheele gestalte door hevige stuiptrekkingen geschokt werd. in één waarvan ze het tafeltje naast haar omgegooid moest hebben. Maar toen we binnenkwamen, ontspanden haar ledematen zich en ze viel op de kussens temg. John stapte de kamer door en stak het gas aan. Zich tot Annie, één van de werkmeisjes wendend, zond hy haar naar beneden naar de eetkamer om cognac. Toen ging hy naar zyn moe der. terwyi ik de deur die naar het portaal leidde ontgrendelde. Ik keerde me naar Lawrence, om voor te stellen, dat ik hen nu maar zou verlaten, nu er geen verdere behoefte aan myn diensten bestond, maar de woorden verstyfden op myn lippen. Nog nooit had ik zoo'n ijzingwekken de uitdrukking op iemands gezicht ge zien. HU zag w»t als was, de kaars keeren, eigen is, dan wel of zulks steeds het geval is geweest. Hoewel gegevens terzake ontbreken, lijkt het de Hoofd inspecteur niet onwaarschyniyk. dat ook in vroegere perloden de nieuwgebouwde arbeiderswoningen ln de eerste plaats ter beschikking van de bcstbetaalde ar beiders kwamen en dat de minder-gesi- tueerden zich met een goede oude wo ning. vaak met een slechte, moesten te- •vreden stellen, zoodat op die wyze door voortdurende opschuiving elk een wo ning bekwam, in huur overeenkomende met zyn draagkracht. Dat voor alle groe pen der arbeidersklasse nieuwe wonin gen zullen worden beschikbaar gesteld, welke binnen hun draagkracht vallen, komt den Inspecteur een onvervulbare eisch voor. Alleen wanneer de aan een arbeiders woning te stellen eischen worden opge voerd. kan het mogelijk zyn. dat met f 2400 niet kan worden volstaan, voor het bouwen van zulk een woning, maar overigens is dit bedrag de practyk leert het toereikend te achten, be houdens dan in enkele der grootste ge meenten. waardoor de circulaire trou wens ruimte tot afwyking toestaat. Omtrent de opheffing van de Huur wetten zegt de Hoofdinspeteur o.m.: „Deze wetten verlagen niet den prys van alle woningen, maar beschermen stelselloos de toevallige bewoners van oude woningen en slechts van een deel der oude woningen. De duizenden mindergesitueerden. die op een nieuwe woning zyn aangewe zen, worden door de Huurwetten in geen enkel opzicht geholpen, terwyi het ontstaan van een vrye markt en vrye prysvormlng. welke op den duur tot hudrverlaglng moeten leiden, hetgeen in het belang van het geheele volk. ook van de minder-gesitueerden is. door de wetten werd tegengehouden. Het ar gument dat dc Huurwetten ipoe- ten worden in stand gehouden, omdat er nog een aanmerke- lyk tekort ls aan woningen van een lage huurwaarde, werd voorts ln het verslag jaar sterk aangetast door het feit. dat de gemeente Amsterdam vanwaar de sterkste aandrang tot handhaving der wetten placht uit te gaan honder den woningen van deze categorie in de oude stadswyken ging opruimen, al moge die opruiming uit anderen hoofde worden toegejuicht. De vrees, dat opheffing van de Huur wetten zou kunnen lelden tot onrede lijke huuropdrijving. kon ik niet deelen Al is het natuurlijk niet uitgesloten, dat de huur van sommige woningen na het buiten werking treden der wetten zal worden verhoogd, of dat andere plaatselijke onaangenaamheden zich tijdelijk zullen voordoen, de vergrootc woningvoorraad moet concurrentie uit lokken en de geringe draagkracht van de gegadigden naar de goedkoopste wo ningen stelt vanzelf aan de huren een economische grens. die hy in zyn bevende hand hield, spatte op het kleed en zyn oogen, ver steend van ontsteltenLs of een soortge- lyke aandoening, staarden strak over myn hoofd heen naar een punt op den anderen muur. Het was alsof hij Iets gezien had. dat hem deed versteencn. Ik volgde instinctmatig de richting van zyn oogen. maar kon niets ongewoons zien. De nog zwak flikkerende asch ln den haard en de ry styve ornamenten op den schoorsteen waren toch volko men onschadeiyk. De hevigheid van mevrouw Inglethorp's aanval scheen voorby te gaan. Ze was in staat met korte stooten te spreken. „Nu beter heel plotseling dom van me me op te sluiten". Er viel een schaduw op het bed en op kijkend zag ik Mary Cavendish bij de deur staan, met haar arm om Cynthia- Zc scheen het meisje te steunen, dat er heel versuft en anders dan gewoonlijk uitzag. Haar gezicht was hoogrood en zc geeuwde herhoaldciyk. ..Die arme Cynthia is erg verschrikt." zei mevrouw Cavendish met zachte, hel dere stem. Ze was zelf. naar ik merkte, in haar witten werkkiel gekleed. Dus moest het later zUn dan ik dacht. Ik zag. dat er zich een flauwe straal van het daglicht door de raamgordynen ver toonde. en dat de klok op den schoor steen op byna vijf uur wees. Een gesmoorde kreet van t bed af deed me opschrikkenEen nieuwe aanval van pijn maakte zich van de ongelukkige. HOOG WATER. DE DIJK VAN DE BOLK5- BEEK DOORGEBROKEN. Men meldt aan de Msb.: Voor de derde maal binnen ncgeu maanden heeft weer een ernstige door braak plaats gehad van een der dU- ken van de Bolksbeek en wanneer we de minder ernstige dykbreuken mee tellen. dan heeft men hier byna elke maand hoog water, dat nu Juist niet erg verkoelend werkt op dc gemoeds stemming van de gedupeerde be volking. Wie dan ook dc schade waarneemt, vooral ditmaal door het water aange richt aan houw- en hooilanden, en aan den ïyve het ongerief ondervindt van ondergeloopen wegen, waardoor boer derijen in het water en geïsoleerd kwamen te liggen, kan zich eenlgszins de ontevredenheid dier menschen in denken. Men hoopt algemeen, dat het bezoek, 't welk Minister Kan de vorige week te MarkeJo mede aan de broek landen bracht, thans tot spoedig ge volg zal hebben, dat van regeorlngs- wege wordt Ingegrepen en het steeds hier weerkeerend onheil voor goed bin nen de perken wordt gebracht. Thans ls het dc dyk aan de Noord- Oostzyde van de Bolksbeek, die in de buurtschap Nettelhorst (gemeente Bor- culo) bezweek onder den druk van lvt# water. En het gevolg was. dat een groot aantal landerijen in Nettelhorst' Stokkumerbroek en Markclo onder wa ter liggen, Sommige boerdorUen zfJn slechts met moeite te bereiken en in vele landwe gen sloegen groote gaten door het zich een weg banende water. Verscheiden boeren waren genoodzaakt, hun vee in veiligheid te brengen. Hooi dryft overal rond. Zaterdag J.l. zou in het Geldersche gebied een deputatie van boeren don burgemeester van Borculo, namens ge dupeerden om hulp gaan vragen, ter- wyi in het Overijsselsche gebied den Commissaris der Koningin telegra fisch werd verzocht, den toestand in oogenschouw te komen nemen. Resul taten van deze stappen waren by de nfrmdine van dit bericht nog niet be kend. PERSONEELRAAD DER NED SPOORWEGEN. Aan het perscommuniqué van de ver gadering van den Personeel rruid der Ned. Spoorwegen ontleenen wij het vol gende: Omtrent de door de Directie voor gestelde wyzigingen in de duurtekrln- sen der gemeente Haarlem en Breda, zal de Raad de bij hem ingebrachte op merkingen aan de directie kenbaar ma ken. oude vrouw meester. De stuiptrekkingen waren van een hevigheid, vrceselijk om aan te zien. Het was alles verbUsterend. We drongen ons om haar heen. machte loos tot helpen of verlichting geven. Een laatste stuiptrekking lichtte haar van het bed op. totdat zc op haar hoofd en hielen scheen tc rusten, terwyi haar lichaam zich op wonderiykc wyze welfde. Tevergeefs probeerden Mary en John nog wat cognac tc geven. Er gingen een paar oogenblikken voorby. Weer wolfde het lichaam zich op die bijzondere ma nier. Op dat oogenblik baande dr. Bauer stein zich autoritair een weg in de ka mer. Eén seconde bleef liU stilstaan, sta rend naar de gestalte op het bed en to- geiykcrtyd riep mevrouw Inglethorp met gesmoorde stem, haar oogen op den dokter gericht: „Alfred Alfred Toen viel zc be wegingloos op de kussens neer Met een grooten stap bereikte de dok ter het bed en haar armen grijpend, werkte hy er krachtig mee. toepa: end wat ik kende als kunstmatige ademha ling HU gaf een paar korte, scherpe be velen aan de dienstboden. Een bevelend handgebaar dreef ons allen naar de deur. Wc keken geboeid naar hem, hoe wel we allen in ons hart wisten, dat het te laat was en dat er niets meer gedaan kon worden. Ik kon aan de uitdrukking van zyn gezicht zien, dat hd zelf weinig hoop gaf. .(Wordt YcrvalgdJ, Zitting op Maandag- De Oude Zetels. De Huur-verordening die toch niet '-even zal. De heer Van Santé heeft pech. Een duur amendementje tegen presentiegeld. Interpellatie-Joosten inzake het tooneelstuk „Moeder". De burgemeester zwijgt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 9