VERGADERING VAN DEN HAARLEMSCHEN GEMEENTERAAD. FLITSEN FEUILLETON DE GEHEIMZINNIGE ZAAK VAN STYLES HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 18 AUG. 1927 School voor Voorbereidend Lager Onderwas in het Leidsche kwartier. Een geheime zitting van een ha3f uur. Het overgenomen personeel uit de ge annexeerde gebieden. De scheuren in de zwem. inrichting aan de Houtvaart. Debat over de staking in de Slachthuisstraat. Nog eens de biervaatjes aan het Spaarae. De tooneelwedstrijd van „Jacob van Lennep". Mededeelingen en ingekomen stukken. Ingekomen zijn: een brief van Gedeputeerde Staten ten geleide van een afschrift van een uit treksel uit het Koninklijk Besluit van 18 Juli 1927 No. 11. houdende goedkeuring van de verordening tot heffing van schoolgeld op de scholen voor lager on- d vijs; afschrift van het Koninklijk Besluit d-d. 27 Juli 1927 No. 39 tot schorsing van het raadsbesluit van 18 Juli ji. betref fende vaststelling eener verordening te gen onredelijke opdrijving van woning- huren: een brief van Gedeputeerde Staten ten geleide van het door hen goedgekeurde raadsbesluit d-d. 16 Maart 1927 betref fende goedkeuring rekening en verant woording 1926 commissie voor school kleed ing; een brief van de Haarlemsche Orkest- Vereeniging. houdende dankbetuiging voor de voor 1927 toegekende extra subsidie van 6.750— en waarin nog maals verzocht wordt de subsidie voor 1928 en volgende Jaren te verhoogen tot j 40.000; een brief van den voorzitter van het Centraal Stembureau houdende mede- deeling, dat J. H. Visée zijn benoeming tct lid van den Raad niet aanneemt een schrijven van W. P. Jansen, waar in hij bedankt als lid van den Gemeen teraad; brieven van den Voorzitter van het Centraal Stembureau betreffende inzen ding benoemingsbesluiten M. H. Groe- nencaal en G. Wolzak Hzn.. als leden van den Raad alsmede bericht dat deze die benoeming aannemen. een verzoek van den Gemeente-Ont vanger om hem verlof te willen verlee- nen van 5 September tot en met 1 Octo ber a.s. wordt ingewilligd. Gesteld worden in handen van B. en W. om prae-advies: een verzoekschrift van de Naarnlooze Vennootschap Bouwmaatschappij „Kle- verpark" om het recht van erfpacht van een perceel grond aan de Santpoorter- s:raa: te beëindigen en om den grond aan verzoekster te verknopen. een verzoek van de Kerkvoogdij der Ned. Hervormde Gemeente te Spaarn- dam om een bijdrage van 1.000 in de kosten van restauratie van haar kerk gebouw. Besloten wordt om de huur van twee perceelen grond aan den weg langs de Leldschevaart bij besluit van 28 Juli 192S nr. 19 verhuurd aan W. J. Dankmeijer over te schryven met ingang van 1 Ja nuari 1928 op naam van mevr. C. A. v. c. Eerg geb. Dankmeyer. School voor Voorbereidend Lager Onderwijs. Voortgezet wordt de discussie over het voorstel van B. en W. tot stichting van een School voor Voorbereidend Lager Onderwijs in het Leidsche kwartier. De heer Peper dringt op spoedige uit voering van de plannen aan. De heer Joh. Visser merkt op. dat het hier de eerste aanvrage van derge- 1 ijken aard is. Hier moet dus een begin sel beslui: genomen worden. De zaak dient cus van alle kanten bekeken te worden. Het staat bij hem vast, dat niet alle kinderen van deze school later een open bare school zullen bezoeken. Het verdient dus overweging, In het vervolg bij een dergelijke aanvraag goed te onderzoeken wat de voornemens der belanghebbende cuders zijn. De heer Van Liemt brengt hulde aan B. en W., omdat men er blijkbaar op uit is, de bestaande gebouwen in on ze gemeente zoo economisch mogelijk te gaan gebruiken. De heer J o o s t e n waarschuwt er te gen, om niet de richting uit te gaan, die de heer Klein blijkbaar uit wil. Het mag geen „beroerde" school worden. Van alle kanten moet geprobeerd worden, het enderwijs zoo goed mogelijk te maken. Mevrouw Maarschal 1K o m i n spreekt in denzelfden geest. De heer Boes komt op tegen de wóórden van den heer Joh. Visser. Het Is niet de bedoeling om het bijzonder onderwijs te kleineeren. Ook vindt spre ker het onvoorzichtig, om te zeggen dat misschien niet alle kinderen later op de openbare school zullen komen. Hij is van meening, dat de voorbereidende school too goed mogelijk moet -wezen. Mej. Berdenis van Berle k o m acht het open terrein bij deze voorberei dende school wel wat klein. Zij vraagt, zoo mogelijk later een aansluitende uit breiding tot stand te brengen. Wethouder Bruch dankt voor den steun, die hem door sommige leden is gegeven. Volgens hem heeft men hier alleen te maken met de toelichting van B. en W. en niet met die van den heer Kuling. Spreker acht de keus van de plaats voor deze voorbereidende school goed. Bij deze school zal rekening worden gehouden met de belangen van het on derwijs eenerzijds en met die van de gemeentekas aan den anderen kant. Overbodige uitgaven zullen achterwege blijven. Het moet een goed gebouw met degelijk onderwijs worden. Wel zal het heel moeilijk wezen, het open terrein nog wat grooter te maken B. en W. zul len overigens met de uitwerking van de ze plannen den noodigen spoed betrach ten. De heer Klein merkt in antwoord aan den heer Joost en op, dat ook hij van meening is, dat de school zoo goed mogelijk moet wezen. Alleen hoopt spre ker dat de raad later eventueel ook voor een voorbereidende school voor bijzon der onderwijs welwillend zal wezen. Het voorstel van B. en W. wordt zon der hoofdelijke stemming goedgekeurd. PUNT 5. Aanschaffing gymnastiek werk tuigen. B. en W. stellen den Raad voor een bedrag van f 1065 beschikbaar te stellen voor aanschaffing van verschil lende gymnastiek toes tellen en werktui gen voor school C aan den Rijksstraat weg 374 zoomede voor het aanbrengen van e enige verbeteringen aan reeds aan wezig materiaal. Goedgekeurd. PUNT 6. Scholen in voormalig Schoten. B. en W. stellen den Raad voor te be sluiten, onder intrekking van het be paalde sub B. en C. van het besluit van 3 Augustus 1927, o.m. tot reorganisatie van het openbaar lager onderwijs in de voormalige gemeente Schoten daarvoor te lezen als volgt: B, School A in de voormalige ge meente Schoten met ingang van 23 Augustus 1927 terug te brengen tot de gewone formatie van zevenkiassige school, en van hare 14 parallelklassen te vormen twee nieuwe scholen, elk met 7 klassen en deze drie scholen aan te dui den: School A met nummer 34 eh de beide nieuw ontstane scholen, onder scheidenlijk met de nummers 35 en 36. C. Als plaats van vestiging voor School nummer 35 aan te wijzen een ge deelte van het schoolgebouw aan de Overtonstraat no. 42, en voor School no. 36 een gedeelte van het schoolgebouw aan de Soendastraat no. 41. Wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. PUNT 7. Overplaatsing onderwijzend per soneel. Tenslotte komt aan de orde het voor stel van B. en W. tot overplaatsing en benoeming van onderwijzend personeel voor openbare lagere scholen, dat reeds eerder uitvoerig in ons blad werd me degedeeld. De raad vereenigt zich zoowel met de overplaatsingen als met de benoemin gen. Geheime zitting. Daarna wordt de openbare vergade ring geschorst. Na de geheime zitting, die ruim een half uur duurde, stelt Wethouder R e i- nalda namens B. en W. voor, aan te kcopen twee stukken grond aan de Jan Gijzenvaart voor resp. 63.000 en 184.574. De Raad keurt dit goed, evenals een voorstel van B. en W. om den post voor het maken van den basaltkademuur aan de Friesche Varkenmarkt te verhoogen met 8800 voor een verlenging van dien muur. Het overgenomen personeel. In de vorige raadszitting had de heer Roodenburg vragen gesteld naar aanleiding van het overnemen van amb tenaren en werklieden uit de gean nexeerde gebieden. Wethouder R e i n a 1 d a antwoordt na mens B. en W.. dat in totaal zijn over genomen 176 ambtenaren, werklieden en politiepersoneel. Hiervan zijn alle werk lieden en werksters alsmede het pöli- tieuersoneel te werk gesteld: dit ge schiedde ook met 33 ambtenaren uit Schoten, 8 uit Heemstede, 1 uit Spaarn- dam en 1 uit Haarlemmerlïede c.a. Op wachtgeld zijn gesteld na besprekingen met de Commissie voor Georganiseerd Overleg vijf ambtenaren uit Schoten en één uit Heemstede. Eén ambtenaar is niet overgenomen. Nagegaan zal worden welk tijdelijk personeel zal worden ont slagen en wie nog eventueel op wacht geld moeten worden gesteld. De over neming van al die personeel achten B en W. in het belang van de gemeente en dit zal ook de bevordering van het oude personeel niet schaden. De scheuren in de nieuwe zweminrichting. De heeren Klein Schiphorst en Wolzak hadden in de vorige raadszit ting vragen gesteld over de scheuren in de nieuwe gemeentelijke zweminrichting aan de Houtvaart. O-a. hoe die scheuren ontstaan zyn.wat er gedaan wordt voor de herstelling en voor wie de financieele gevolgen zijn. Wethouder R e 1 n a 1 d a antwoordt, dat B. en W.. na kennis genomen te hebben van het rapport van den direc teur van Openbare Werken (dien spre ker den bouwmeester der inrichting noemt), ten aanzien van deze inrichting volkomen gerust zijn. Er is geen helfun- deering onder het reservoir. De scheuren zijn ontstaan door een zetting, omdat gedeeltelijk op staal gebouwd en een ander gedeelte geheid is. De financieele gevolgen van het herstel zullen door de gemeente gedragen moeten worden. De ze kosten zijn veel geringer, dan bij toe passing van heifundeering voor het geheele complex. Het reservoir in het voorgebouw is 4.55 M. hoog en de inhoudsmaat bedraagt 450 kub. M. Het water wordt verwarmd door de zon en door de omgeving. De douches zijn pre cies eender aangebracht als aan de Kle verlaan en zooals ook elders geschied is. De heer- Klein Schiphorst is met het antwoord van wethouder Rei- 'nalda niet voldaan. Al had het eenige duizenden méér gekost, dan zou spreker er toch vóór geweest zijn, om ook on der het reservoir te heien. Als het reser voir, dat volgens spreker niet aan de gestelde eischen voldoet, geheel met wa ter werd gevuld, dan zouden de gevol gen nog veel ernstiger zijn Doordat de zon buitengesloten wordt, kan de tem peratuur niet goed worden. Spreker had liever gehad, dat men er ruiterlijk voor uitgekomen was, dat er een technische fout gemaakt was. Waar gewerkt wordt, kunnen immers ook fouten gemaakt worden. En dat is dan ook niet erg. Maar dan moet men er voor uit durven komen. De heer M ie z ér us kan zich geheel met de zienswijze van den heer Klein Schiphorst vereenigen. Spreker zou er nooit vóór geweest zijn, om slechts on der de helft van een groot, aaneenge sloten gebouw te heien. Er wordt vol gens hem om de zaak heen gedraaid. Wethouder Re in aid a komt tegen dit laatste op. B. en W. en de directeur van Openbare Werken draaien niet. maar zeggen precies waar het op aan komt. Er zouden veel te veel kosten ge maakt zijn. Het gebouw zal door de scheuren en het herstel daarvan geen schade lijden. Beter was het natuurlijk geweest, als het niet gebeurd was en B. en W. betreuren dit dan ook, maar zij en de directeur van Openbare Wer ken zijn volkomen gerust over dit bouw werk. In ieder geval Is de gemeente voor de uitgifte van een belangrijk be drag gespaard. De heer Castrlcum vraagt, om dan eens het reservoir geheel met wa ter te doen vullen, wat toch eigenlijk moet kunnen geschieden. Dan kan men beter over de gevolgen oordeelen. Wethouder R e i n a 1 d a verklaart nog eens, dat deze zweminrichting voldoet aan de gestelde eischen. Nochtans zijn B. en W. bereid, nog eens aan'deskun digen inlichtingen te vragen. De staking in de Slacht huisstraat. De heer Peper had schriftelijk in lichtingen gevraagd over de staking bij den bouw der 142 arbeiderswoningen. Hij had gevraagd, of het gemeentebe stuur pogingen wilde aanwenden, om aan het conflict een einde te maken. De Voorzitter antwoordt, dat B. en W. op dit verzoek, dat laat ingeko men is, in deze zitting nog geen ant woord kunnen geven. In ieder geval kunnen zij nog niet zeggen, wat zij voor nemens zijn te doen. De heer Kees en meent, dat B. en W. toch wel een antwoord kunnen ge ven op de vraag van den heer Peper, of zU bereid zijn, eventueel bemiddelend op te treden. Wethouder R e i n a 1 d a acht hefc in het belang van deze zaak, als er in dit stadium nog niet in den raad over ge sproken wordt. B. en W. zullen zich, zooals zij reeds van den eersten dag af hebben ge daan, op de hoogte van deze zaak hou den. B. en W. zullen, als dit in het be lang van de gemeente noodig mocht blij ken en als het kan, ingrijpen. Maar nog maals merkt spreker op, dat het niet in het belang van deze zaak is, als er nu reeds in den raad over gedebatteerd wordt. Dadelijk na den aanvang van dit conflict heeft de wethouder voor de werkloosheidsbestrijding aan de belang- VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 976 SUGGESTIE Vader besluit, na een hartig ontbijt, gezellig buiten te gaan zitten zet zich in een scha-1 vouwt zijn krant open duwrijken hoek, waar 't I en bereidt zich voor op lekker koel is I een plezierigen Zondag- I ochtend leest een bericht met de voorspelling dat de dag buitengewoon heet' zal zijn hoort Jan Kommer over de hitte mopperen en Jansen met Klaasen i staat op en consulteert voelt zich de rest van en Jansen met isjaasen l staat op en cons in een debat over de I den thermometer vraag of het vandaag I nog heeter is dan vori- gen Zondag den dag loom, warm en onbehagelijk. (Nadruk verboden.) hebbende partijen gevraagd, bij hem te komen, om deze zaak te bespreken. B. en W. zijn daardoor volkomen op de hoogte van de zaak gekomen. Het is evenwel niet gelukt, een einde aan het conflict te maken. Toch hoopt spreker, dat een gunstige oplossing verkregen zal worden, als al de partijen hiervoor wil len samenwerken. De heer Peper meent, dat het bi het belang van de gemeente is, als er dadelijk bemiddelend door het gemeen tebestuur wordt opgetreden. Anders zal er veel nadeel ontstaan. Elke regenbui berokkent een blijvende schade. De soli diteit van den bouw heeft er onder te lijden. Spreker hoopt dus, dat B. en W. met de betrokken partijen in overleg zullen treden. De heer Klein Schiphorst deelt mede, nu niet langer te kunnen zwij gen. Zoowel de patroons als de meer derheid der arbeiders waren bereid om de zaak door arbitrage te doen beslis sen, maar de partygenooten van den heer Peper wilden dat niet, namelijk de leden der Federatie van Bouwvakarbei ders. Als de arbeiders dus schade lijden, dan komt dat op rekening van de par tygenooten van den heer Peper. Ook keurt spreker het af, dat een gemeente opzichter buiten zijn bevoegdheid om inlichtingen over deze zaak aan derden heeft gegeven. Hy wenscht dit onder zocht te zien, want dit acht hij aller minst in het belang der gemeente. Dit conflict zou al lang voorbij zijn geweest, als de partygenooten van den heer Pe per hun goeden wil maar hadden laten zien. De heer Joh. Visser uit zijn ver ontwaardiging over de molestaties van werkwilligen. Dit is geen strijdwapen meer van dezen strijd, zegt hy. Ook is hy verontwaardigd over het feit, dat de politie dit niet heeft kunnen belet ten. Wethouder Re in al da merkt op, dat B. en W. zich over hun meening omtrent de wyze van strijd voeren niet uitlaten. Door deze staking zal een uitstel van den termyn van oplevering zeer zeker plaats hebben. Daar is trou wens in het bestek in voorzien. Een sta king behoort tot de redenen, waarom uitstel verleend kan worden. Er zal dus schade worden geleden. Het is evenwel onjuist, dat de bouw dezer woningen niet solide zou zijn. Er is precies vol gens de teekeningen gewerkt. Ook heeft een strenge keuring van de materialen plaats gehad. Als zy niet goed waren, werden zy onverbiddelijk afgekeurd. Zonder overdreven te zyn heeft men de best mogelyke materialen gebruikt. B. en W. waren en zyn nu nog steeds van plan. te trachten een eind aan dit inder daad moellyk conflict te maken door arbitrage. Gehoopt was. dat ook de niet- gecontracteerde arbeiders zich aan arbi trage zouden onderwerpen, wat zy even wel geweigerd hebben. Dat waren zooge naamde „duizendpooters" uit Amster dam. Hiermede wordt de discussie over deze zaak gesloten. In antwoord op een vraag van den heer Van Liemt over den bouw van een houten hulpschool en of die aan een Haarlemsche firma is gegund, antwoordt wethouder R e i n a 1 d a, dat aan B. en W. hiervoor een crediet van 10.000 is toegestaan. Het laagst werd ingeschre ven door den Haarlemschen aannemer J. Klerk voor 7375; aan hem is het werk gegund. Hij zal het werk in vier weken opleveren. De heer Van de Kamp vraagt, of by dit bedrag ook de kosten voor het schilderwerk begrepen zyn. Wethouder Re in al da antwoordt, dat hierby alles is inbegrepen wat in de bestekken genoemd is. De biervaatjes aan het Spaarne. De heer Groenendaa] informeert, hoe het nu staat met het bestrijden van het walgelyke tooneeltje aan het Spaar ne. waar mannen de restjes bier opdrin ken uit de vaten, die daar neergezet worden. De Voorzitter antwoordt, dat aan alle betrokken firma's een waarschuwing is gericht om de vaten daar leeg neer te zetten. Men dient nu eerst eens af te wachten, welk effect deze waarschu wing heeft. Spreker ka,n niet garandee- ren. dat dit euvel zich niet nog eens een keer zal voordoen. De toestand is ove rigens wel iets verbeterd. By de behan deling van voorstellen tot wyziging der Politieverordening zal deze zaak bespro ken worden. De heer Van de Kamp heeft ook de ervaring opgedaan, dat de toestand iets verbeterd is. De tooneel wedstrijd van „Jacob van Lennep". De heer Van de Kamp vraagt in lichtingen. waarom voor den toon eel- wedstrijd van „Jacob van Lennep" thans slechts een zilveren medaille is geschon ken en in 1923 een gouden. Volgens den heer Bruch was die wedstrijd van 1923 belangryker, omdat er zich vier of vijf buiteiilandsche vereenigingen hadden aangemeld. Dit was evenwel onjuist, zegt spreker. Er had er zich maar één aangemeld. Wethouder Bruch antwoordt, dat bij een aanvrage van een medaille altyd geïnformeerd wordt, wie zich voor deel neming hebben opgegeven. Zich opge ven en meedoen is evenwel niet hetzelf de. Het is nu niet meer gemakkelijk te onderzoeken, wat er vier jaar geleden gebeurd is. Spreker haast zich om mede te deelen, dat hy ook dezen wedstrijd van „Jacob van Lennep" belangryk vindt. Maar B. en W. meenden ui 1923 te doen te hebben met een wedstryd. „die zich belangwekkender deed aan zien". Spreker hoopt, dat ook de wed stryd van 1927 met een goeden uitslag bekroond mag worden Te 4.15 uur wordt de vergadering ge sloten. MUSEUM VAN KUNST NIJVERHEID. DE BIBLIOTHEEK. De verbouwingen voor de huisvesting der Provinciale Staten, van het Pavil joen „Welgelegen", waarin, zooals be kend is, het Museum van Kunstnyver- heid en de Bibliotheek gevestigd waren, hebben verschillende verhuizingen ten gevolge. De collecties der voorwerpen van het Museum zyn thans voor het grootste gedeelte ingepakt en deze zullen, wan neer de nieuwe huisvesting voor het Museum in de Vleeschhal is vrygeko- men,opnieuw worden tentoongesteld. Voor de bibliotheek was het gemeen tebestuur zoo welwillend een zaal. de z.g. Noorderpandhuiskamer, een ruim te, behoorende tot het gebouwen-com plex van het stadhuis, af te staan, waardoor het mogclyk is geworden, dat deze belangrijke verzameling van wer ken over Kunst. Architectuur en Kunst- nyverheid door den belangstellende blij vend kan worden geraadpleegd en daar uit kan worden geleend. De bibliotheek welke ten doel heeft door middel van periodieken, boek- en plaat werken, de kennis en de belangstelling in schilder- en beeldhouwkunst, archi tectuur, kunstny verheid en industrieele kunst te vergrooten en te verbreiden, verzendt daarvoor aan den aanvrager de hierover handelende literatuur bin nen de grenzen van het Rijk kosteloos ter lezing; slechts de transportkosten heen en weer en de onkosten voor cor respondentie of frankeering komen voor rekening van den aanvrager. Op ver zoek worden over toegepaste schilder en beeldhouwkunst, architectuur, kunstnijverheid, industrieele kunsten of onderdeelen daarvan opgave van be staande litteratuur verstrekt, terwyi te vens wordt opgegeven, welke werken de bibliotheek daarvan bezit. Het museumbestuur heeft besloten om de bibliotheek in het vervolg voor het publiek open te stellen alle werkdagen, des Maandags van 15 uur, alle overige werkdagen van 105 uur. TIMMERLIEDENVEREENIGING EENSGEZINDHEID". De St.Crt. van 16 Augustus bevat de statuten der Timmerlieden-, Machi nale Houtbewerkers- en Modelmakers- vereeniging .Eensgezindheid", gevestigd te Haarlem. De vereeniging heeft ten doel een dracht en verbroedering, alsmede het vrïendschappeiyk verkeer onder de le den te bevorderen en te onderhouden en tevens de zedelyke en stoffelijke wel vaart der leden te bevorderen, los van elk politiek of godsdienstig party ver band. door AGATHA CHRISTIE. Vertaling van A. d. Z. 33) „Werkelijk? is dat zoo, mon ami?"^ "ja. Licht me, als 't u blieft, even in". Poirot bekeek me een paar minuten aardachtig. Töen schudde hij. tot myn greote verwondering, beslist het hoofd. „Neen, m'n vriend". „Och kom, waarom niet?" „Twee is genoeg voor een geheim". „Nu, 7111(1 het heel onbmyk' de feiten voor me achter te houden". ,/Dc houd geen feiten achter. Ieder feit, dat ik ken, is in je bezit. Je kunt je gevolgtrekkingen daaruit maken. De zen keer is het kwestie van meenin gen". .Toch zou het interessant zyn, die te kennen". Poirot keek me ernstig aan, en schud de nogmaals het hoofd. „Zie Je", zei hy treurie. jy hebt geen instinct". „Het was verstand, wat u daareven van me wenschte", bemerkte ik. „Die twee gaan dikwijls samen", zei Poirot raadselachtig". Die opmerking leek zoo totaal er naast, dat ik niet eens de moeite nam, ze te beantwoorden. Maar ik besloot, dat als ik interessante en belangryke ontdekkingen zou doen zooals onge- twyfeld zou gebeuren ik ze vóór me zou houden, en Poirot verrassen met het laatste resultaat. Er zyn oogenblikken, dat het iemands plicht is, zich te handhaven. HOOFDSTUK IX, Dr. Bauerstein. Ik had nog geen gelegenheid gehad, om Poirots boodschap aan Lawrence over te brengen. Maar, toen ik nu over het grasveld naar buiten liep, nog steeds een grief koesterend tegen de heersch- zucht van myn vriend, zag ik Lawrence op het croquetveld doelloos een paar heel oude ballen rondslaan met een nog ouderen hamer. Het trof me, dat dit een goede ge legenheid zou zyn, om myn boodschap over te brengen. Anders zou misschien Poirot zelf me er van ontlasten. Ik be greep wel niet heelemaal de portee er van, maar Ik vleide me, dat Ik door het 'antwoord van Lawrence en misschien een klein, handig kruisverhoor van mijn kant, spoedig de beteekenis er van zou gewaar worden. Dus sprak ik hem aan: „Ik heb naar je gezocht", merkte ik, niet naar waarheid, op. „Zoo?" „Ja, om je de waarheid te zeggen, heb ik een boodschap voor je.... van Poi rot". f „Ja?" „Hy zei me, te wachten, totdat ik al leen met je was", zei ik, terwyl ik myn stem beteekenisvol liet dalen, en hem van terzyde scherp aankeek. Be heb er altijd nog al slag van gehad, om, wat je geloof ik, noemt, een atmosfeer te scheppen". ..Nu?" Er kwam geen verandering in de uit drukking van het donkere, melancho lieke gezicht. Had hy eenig idee van wat ik ging zeggen? „Dit is de boodschap". Ik liet myn stem nog dieper dalen. „Probeer het extra koffiekopje te vin den, en je kimt in vrede leven". „Wat kan hy bedoelen?" Lawrence staarde me met volkomen natuurlyke verbazing aan. „Weet je het niet?" „Volstrekt niet. jy?" Ik kon niet anders, dan myn hoofd schudden. „Wat voor extra koffiekopje?" „Dat weet ik niet", .Hij kan het beter aan Dorcas of één van de andere meisjes vTagen, als hy iets over koffiekopjes wil weten. Dat is hun zaak, niet de myne. Ik weet niets ven de koffiekopjes af, behalve dat we er hebben, die nooit gebruikt worden, en die een ware droom zyn. Oud Wor cester! Je bent geen kenner, wel, Has tings?" Ik schudde het hoofd. „Dan mis je een boel- Een werkeiyk volmaakt stuk oud porcelein het is een waar genot, het in de hand te heb ben, of zelfs er naar te kijken". „Nu, wat moet ik Poirot zeggen?" „Zeg hem maar, dat ik niet weet, waar hy het over heeft. Het heeft geen zin voor me". „Goed". Ik ging weer naar huis terue, toen hij me plotseling terugriep. „Zeg, wat was het eind van de bood schap? Zeg het nog eens, wil je?" .Probeer het extra koffiekopje te vinden, en je kunt in vrede leven" Weet je zeker, dat je niet begrijpt wat het beteekent?" Hij schudde het hoofd. „Neen", zei hy peinzend. „Ik ik zou wel gillen, dat ik het wist". Het gebons van de gong klonk uit het huis en we gingen samen naar bin nen. Poitrot was door John gevraagd om te biyven lunchen en zat al aan tafel, By zwygende overeenkomst werd ëe tragedie niet aangeroerd. We spraken over den oorlog en andere onderwer pen van buitenaf. Maar nadat de kaas en beschuitjes rondgegeven waren, en Dorcas de kamer verlaten had, leunde Poirot plotseling voorover naar me vrouw Cavendish. „Excuseer me, madame, dat ik onaan gename herinneringen wakker roep, maar ik heb een klein idee" Poi- rot's kleine ideeën werden een stop woord „en zou u graag een paar vra gen doen." „Aan my? Zeker." „U bent al te vriendelijk, madame. Wat ik wilde vragen, is dit: de deur, die van mademoiselle Cynthia's kamer naar die van mevrouw Inglethorp leidt, was gegrendeld, zegt u?" „Zeker was die gegrendeld", ant woordde Mary Cavendish, eenigszins verwonderd. „Dat heb ik ook by het verhoor gezegd." „Gegrendeld?" „Ja." Ze keek verbaasd. „Ik bedoel", verklaarde Poirot, „bent u er zeker van, dat die gegrendeld was, en niet enkel op slot?" „O, ik begrijp, wat u bedoelt. Neen, dat weet ik niet. Ik zei gegrendeld, daar mee bedoelend, dat die dicht was, en ik ze niet kon openen, maar ik geloof, dat alle deuren gevonden zyn, aan den binnenkant gegrendeld," „Maar, voor zoover u betreft, kon de deur evengoed op slot zyn geweest?" „O ja." „U hebt niet toevallig opgemerkt, ma dame, toen u de kamer van mevrouw Inglethorp binnen bent gekomen, of die deur toen gegrendeld was, of niet?" „Ik ik geloof het wel." „Maar u hebt het niet gezien?" „Neen. Ik heb er niet naar geke ken." „Maar ik wel." kwam Lawrence plot seling tusschenbeide. „Ik heb toevallig opgemeskt, dat die gegrendeld was." „Ah, dat is dus uitgemaakt." En Poi rot keek teleurgesteld. Ik kon niet laten, me te verheugen, dat voor dezen keer één van-zyn kleine ideeën op niets was uitgedraaid. Na den lunch vroeg Poirot me. met hem mee naar huis te gaan. Ik stemde er, een beetje stijf, in toe. „Je hebt iets, wat je hindert, niet?" vroeg hy bezorgd, toen we door het park liepen. „Volstrekt niet," zei ik koeL ,Dat is goed. Dat is een pak yan myn hart." Dit was niet bepaald, wat ik bedoelde. Ik had gehoopt, dat hy het styve in myn houding zou hebben opgemerkt. Toch droeg de warmte van zyn woorden ertoe by, om myn biliyk misnoegen te kalmeeren. Ik ontdooide. „(Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 10