HAARLEM'S DAGBLAD
BUITENLANDSCH OVERZICHT
WOENSDAG 24 AUG. 1927 DERDE BLAD
De lijken van Sacco en Vanzetti
zullen worden tentoongesteld. On
lusten in verschillende landen en ste
den. Een poging om het paleis van
den Volkenbond te Genève in brand te
steken.
T BELANGRIJKSTE NIEUWS.
Nog steeds bepaalt het nieuws uit
het buitenland zich tot de zaak van
Sacco en Vanzetti. En dat zal wellicht
nog eenigen tijd voortduren, t Wordt
een napleiten over de vraag: schuldig
of niet schuldig? Bovendien hebben in
zeer vele steden betoogingen plaats ge
had ten gunste van Sacco en Vanzetti
die tot ernstige onlusten aanleiding
hebben gegeven.
Te Genève heeft men zelfs getracht
het paleis van den Volkenbond in
brand te steken.
Het comité voor de verdediging van
Sacco en Vanzetti heeft thans het plan
zoo wordt ons althans door Reuter
uit Boston geseind om de lijken
van de terechtgestelden in verschillende
steden van Amerika tentoon te stel
len.
Dat zal dan wel weer aanleiding
geven tot nieuwe betoogingen en on
lusten.
In enkele landen wordt gesproken
over een boycot van Am erikaansch e
goederen. Voorioopig heeft die actie
NA DE TERECHTSTELLING VAN SACCO EN VANZETTI
evenwel nog geen omvang van be-
teekenis.
Er zal vermoedelijk speoidg 'n beslissing
vallen in de quaestie van de Rijnland
bezetting.
Over hét Belgische standpunt in zake
de vermindering der bezettingstroepen
is thans het volgende bekend gewor
den.
België neemt niet deel aan de be
sprekingen tusschen Londen en Parijs,
maar wordt langs dlplomatieken weg
wel op de hoogte gehouden van het
verloop dier besprekingen.
De Belgische regeering is bereid het
troepeneffectief in Rijnland te vermin
deren 'in eenzelfde verhouding als
Frankrijk en Engeland, maar is. even
als de Fransche militaire autoriteiten
van meening, dat het totale effectief
niet minder dan 60.000 man mag zy'n.
Op het oogenblik zijn de Belgische
bezettingstroepen circa 7000 man sterk.
Men kan dus zeggen, dat Belgié zich
vereenigen zal met de vermindering,
die door Frankrijk en Engeland toelaat
baar geacht wordt
De lijken van
Sacco en Vanzetti.
Reuter seint ons uit Boston:
De commissie ter verdediging van
Sacco en Vanzetti defelt mede, dat de
lijken van de beide terechtgestelden in
speciaal daartoe vervaardigde lijkkisten
in de voornaamste steden van de Ooste
lijke staten tentoongesteld zullen wor
den. misschien zelfs zoover Westelijk als
Chicago. Zij zullen eerst op het hoofd
kwartier van de .commissie te praal wor
den gelegd.
Een afscheidsbrief
van Sacco.
Uit het doodenhuis der gevangenis
heeft Sacco nog den volgenden brief ge
richt tot zijn dochtertje Ines:
Mijn kleine Ines,
Ik zou willen, dat jp kon begrijpen,
hetgeen ik je schrijven ga. met mijn ge
pijnigde ziel en de diepte mijner aan
doeningen. Altijd, tot den laatsten dag
van mijn leven zal ik op mijn arme hart
den brief dragen, dien jü mij hebt ge
schreven. Ik zal zelfs vragen, dat men
mij toestaat, hem mee te nemen in
mijn graf.
Koe gaarne zou ik willen leven met
jou. met je broer Dante en je moeder,
in een huisje, verborgen in het groen
van een bosch, vereenigd in een ge
meenschappelijk streven en in weder-
zijdsche teederheid. Op de zomernamid
dagen, gezeten in de schaduw van een
eik. met Jou op mijn knieën, zou ik je
hebben leeren lezen, schrijven, liefheb
ben en gelooven!
Maar zoo heeft het niet mogen wezen.
De slechtheid der menschen heeft het
niet gewild. Een vijandig noodlot heeft
ons gescheiden. Deze oude stervende
maatschappij heeft mij wreed ontrukt
aan de armen van je moeder en aan
jelui diepe liefde, mijn kleinen, en te
vergeefs zult gij mij wachten....
Maar ik weet, dat jelui goede kinde
ren zult zijn, Ik weet, dat jelui er van
overtuigd zijt, dat ik Jelui bij mij voel,
ieder oogenblik, en dat ik voortdurend
tot jelui spreek van mijn liefde en mijn
smart.
Breng mijn dank over aan alle vrien
den, die voor mijn vrijheid hebben ge
streden. en weet, dat ik in gedachten je
telkens weer omhels, jou, je broeder en
je moeder.
Je Vader
NICOLA SACCO.
(In de ee! der slooden te Charleston n.)
Memoires van
Vanzetti.
Vanzetti heeft In de gevangenis mé
moires geschreven. Daaraan is het vol
gende ontleend:
„Over mijn leven is niet veel te ver
tellen. Tot mijn dertiende jaar woonde
ik bij mijn ouders in een klein stadje in
Pieraont, ging naar school en was van
plan mijn studies later voort te zetten.
Mijn vader was echter een arm man en
zoodoende moest ik zoo jong mogelijk
aan het werk. Van zes uur des morgens
tot tien 'uur des avonds bij vreemden
werken. Zes Jaar hield ik dat vol, toen
werd ik ziek. Mijn moeder, die altijd
zoo goed voor mij is geweest, liet mij
naar huis komen en verzorgde mij. Ach.
ik heb bijna vergeten hoe zacht en lief
devol handen kunnen zijn.
Toen ik weer hersteld was, zou ik
naar Amerika vertrekken, naar het „Be
loofde Land", waar vervuld zou worden,
hetgeen ik in mijn eigen land niet had
kunnen bereiken. Doch voor mijn ver
trek werd mijn moeder ziek. Het klein
ste geruisch veroorzaakte haar last sn
meer dan eens verzocht ik den jongens
op straat ergens anders te gaan spelen,
omdat zü met hun spel mijn moeder
stoorden.
Eindelijk stierf zij, zonder mijn ver
driet te hebben gezien. Dat is de laat
ste herinnering aan mijn vaderland, aan
het zonnig Italië.
Toen kwam Amerika. De quarantaine
was de eerste verrassing. Ik zag dat de
landverhuizers door Amerikaansche
ambtenaren als wilde dieren werden be
handeld. Bij mijn aankomst te New
York had ik niet veel geld meer op zak.
Na lang zoeken kreeg ik een baantje als
vatenspoeler. Dag en nacht werd in het
restaurant, waar ik werkte, gestookt, de
hitte was ondragelijk en ik kon des
nachts niet slapen. Een jaar duurde dit
leven. Ik was weer zonder werk en leef
de van halfrotte aardappelen, die ik
tusschen afval opzocht Ik zwierf van
farm tot farm, om werk te vinden. Twee
jaar werkte ik nog in de mijnen van
Connecticut".
Verder vertelt Vanzetti, dat hij steeds
weer door zijn werkgevers werd ontsla
gen, omdat de agenten, die zich met
plaatsing van personen bezig houden, op
ontslag aandringen, om van het nieuwe
personeel, dat zij zullen plaatsen, op
nieuw provisie te ontvangen Na eeni
gen tijd van ae eene betrekking in de
andere te hebben rondgezworven, trok
Vanzetti van New York naar Plymouth
en daar had de beschuldiging wegens
moord plaats.
De aandacht was vooral op Vanzetti
gevestigd door zijn agitatie op verscnil-
lende vergaderingen. Als hij nergens
meer plaatsing kan vinden, gaat hij
visch venten, ondanks zijn wankele ge
zondheid en de aanhoudende brieven
van zijn vader en zuster om toch naar
Italië terug te keeren. Die vischverkoop
zou niet lang duren. In Mei 1919, terwijl
hij een protestvergadering tegen de te
rechtstelling van een anarchist orga
niseerde, werd Vanzetti gearresteerd, te
zamen met zijn vriend Sacco.
Vapzetti eindigt met te zeggen: „Toen
begon die vreeselijke geschiedenis, die
thans de geheele wereld kent. Dat is
zeven jaar geleden."
Onlusten en
betoogingen.
Te New-York.
Na het bekend worden van de terecht
stelling van Sacco en Vanzetti te New-
York heeft op de Union-Square een
communistische betooging plaats gehad.
Politie te paard, versterkt door pant
serauto's, verspreidde de menigte, die
ongeveer 7000 man sterk was. Ook eeni-
ge andere demonstraties werden door de
politie .uiteengejaagd. Het aantal stakers
bedraagt 25.000.
Te Parijs.
Dinsdagavond hebben te Parijs twee
groote betoogingen plaats gehad, een ge
organiseerd door de communisten op de
groote boulevards en 'n tweede, uitgaan
de van de anarchisten, en het Comité
Sacco en Vanzetti. voor de Ambassade
der Vereenigde Staten. Hoewel naar
schatting ruim 2100 personen aan de
demonstraties deelnamen, hebben er
geen ernstige incidenten plaats gehad.
Alleen op eenige punten heeft de po
litie de betoogers uit elkaar gejaagd
Daarbij werd met caféstoelen naar de
politie-agenten gegooid. 4
De regeering en de politie-prefect te
Parijs hebben thans alle verdere betoo
gingen verboden.
Volgens de laatste berichten zijn te
Parüs toch nog 11 gewonden gevallen.
De politie heeft 200 betoogers gear
resteerd.
Te Berlijn.
Te Berlijn hebben in de nabijheid van
het Amerikaansche gezantschapsgebouw
vrij ernstige botsingen plaats gehad tus
schen communistische betoogers en de
politie. Achttien personen werden gear
resteerd.
Het Amerikaansche gezantschapsge
bouw aan den Wilhelmplatz is door een
sterke politiemacht afgezet, daar op
nieuw groote demonstraties der commu
nisten en van den „Rooden frontstrü-
dersbond" worden verwacht.
Te Genève.
In de omgeving van het Consulaat
der Vereenigde Staten hebben Dinsdag
avond opnieuw manifestaties plaats ge
had. Na 6 uur verzamelde zich daar een
zeer talrijke menigte en toen men aan
de driemaal door ae politie gedane som
matie om uiteen te gaan weigerde ge
volg te geven, werd gechargeerd. De
manifestanten vluchtten in de naburige
straten. Er werd een tiental personen
gearresteerd, die allen verwondingen
hadden opgeloopen. De spuitgasten, die
voor deze gelegenheid gerequireerd wa
ren, richtten een sterke waterstraal op
de menigte, die zich had opgesteld in
de straten in de nabijheid van het con
sulaat der Vereenigde Staten. Geen
enkele samenscholing is langer veroor
loofd. De chef van de afdeeling buiten-
landsche zaken van het Politiek Bonds-
de^artement en de Bondsprocureur zijn
te Genève aangekomen, waar zij een on
derhoud hebben gehad met de autori
teiten. Op verscheidene punten zijn po-
litieafzettingen opgesteld, o.m. bij het
Secretariaat van den Volkenbond.
Nader wordt uit Genève gemeld:
Met betrekking tot de onlusten te Ge
nève, die bijna het karakter van een
oproer droegen, wordt nader gemeld, dat
de politie tegenover de menigte het on
derspit dolf. Eenige betoogers slaagden
er zelfs in het Volkenbondspaleis binnen
te dringen. Zij trachtten dit vervolgens
in brand te steken, hetgeen hun echter
door een der bewakers werd belet.
De burgers, die wenschen, dat de orde
wordt gehandhaafd, zijn opgeroepen om
een burgerwacht te vormen.
Het onderzoek schijnt te hebben uit
gewezen, dat de onlusten door plaatse
lijke en vreemde extremistische elemen
ten zijn georganiseerd.
De bij de onlusten aangerichte schade
wordt op 200.000 Zwitsersche francs
geraamd.
De regeering heeft haar leedwezen
aan den Volkenbond betuigd.
Te MontpelKer.
Te Montpellier heeft een hevige ont
ploffing plaats gehad, veroorzaakt door
een tijdbom. Het Commissariaat van Po
litie heeft groote materieele schade ge
leden.
Een andere ontploffing had plaats
voor het Jeanne d'Arc beeld, dat bijna INGEZONDEN MEDEDEELJNGEN
geheel vernield is. Twee politieagenten a 60 Cent* per regeL
zyn zwaar gewond.
Te Paraguay
Te Asuncion (Paraguay) is een alge-
meene staking begonnen als protest te
gen de executie van Sacco en Vanzetti.
De arbeiders in de meeste vakken slo
ten zich bij de bewegmg aan, terwijl de
kranten niet uitkwamen.
Te Cleveland
Bij de deur van de pastorie van de
katholieke kerk St. Joseph is een bom
ontploft, de ruiten van de pastorie als
mede van een naburig gebouw zijn ge
broken. De politie schrijft de explosie
toe aan medestanders van Sacco en
Vanzetti; niemand is gewond.
Te Kaapstad
Door medestanders van Sacco en Van
zetti is op de trappen van het stadhuis
te Kaapstad een Amerikaansche vlag
verbrand, terwijl door een spreker ge
pleit werd voor een boycot van Ameri
kaansche goederen.
Een protest van
Sovjet-Rusland.
Uit Moskou wordt ons geseind:
Toen hier de tijding der executie van
Sacco en Vanzetti bekend werd, hadden
er talrijke demonstraties plaats.
Het Executief Comité der Communis
tische Internationale heeft een oproe
ping gepubliceerd, waarin er de nadruk
op wordt gelegd, dat men de Ameri
kaansche Justitie dezen justitieelen
moord niet zou vergeven en dat de- klas
senjustitie zich in de toekomst zou heb
ben te verantwoorden.
De moord bewyst, zoo wordt gecon
stateerd dat het huidige burgerlijke
regime in de Vereenigde Staten niet
meer stevig genoeg gefundeerd is om
edelmoedigheid te kunnen betrachten.
De arbeidersorganisaties van Moskou,
Leningrad en andere groote steden heb-
'ben ten teeken van rouw de vlag half
stok geheschen.
Een boycot.
De Finsche vakver een igingsraad heeft
aan alle aangesloten Finsche arbeiders
bevel gegeven onmiddellijk alle goede
ren die in de Vereenigde Staten gepro
duceerd of elders uit Amerikaansche
grondstoffen vervaardigd of door Ame
rikaansche burgers verkocht worden, te
boycotten. Tevens is opdracht gegeven,
overal betoogingen te organiseeren.
De Finsche vakvereenigingsraad be
staat voor het grootste deel uit commu
nisten.
Zaghloel pasja.
Te Cairo is Zaghloel pasja, oud-
premier van Egypte, overleden.
Hij werd in 1850 geboren, zoodat hij
hu 77 jaren is. Omstreeks 1882 nam hü
aan den Arabischen opstand deel, waar
bij hü door de Engelsehen gevangen
genomen werd. Na zijn vrijlating wijdde
hij zich aan het' recht in Egypte. In
1893 was hij raasbeer in het ge
rechtshof van Egypte.
't Was in 1906 dat Zaghloel benoemd
werd tot minister van onderwijs. Later
kreeg hij de portefeuille van justitie.
Na den oorlog werd hü de leider der
genen, die streefden naar een verbe
tering in den politieken status van
Egypte.
Kort na den wapenstilstand diende
hü dan ook. afe hoofd eerter Egyp
tische delegatie, bij den hoogen com
missaris, Sir Reginald Wlngate, een
verzoek in om afschaffing van het
Britsche protectoraat en er kerming van
de onafhankelijkheid van zijn vader
land. Tevens verzocht hij om toestem
ming, zich naar Engeland te mogen be
geven, om zün zaak aan het Britsche
publiek voor te leggen.
Die toestemming werd geweigerd en
het was deze weigering, door Zaghloel
en zijn aanhangers ais een vijandige
daad opgevat, die den stoot gaf tot het
vormen van de „Wafd", een commissie
welke, naar zü verklaarde, het Egyp
tische volk vertegenwoordigde. Zaghloel
was de ziel dezer beweging en de auto
riteiten jachtten zün activiteit in dit op
zicht zoo gevaarlijk, dat hü en drie
zyner medewerkers naar Malta werden
gedeporteerd. Hierop volgde de groote
opstandige beweging in Maart 1919,
welke ongetwijfeld door de Wafd-partfj
Twee maanden later werd Zaghloel
Pasja weer op vrije voeten gesteld,
waarna hü zich naar Parüs en later
naar Londen begaf. Hier overhandigde
lord Milner hem het bekende memoran
dum. waarin werd uiteengezet. wat
Milner aan de Britsche regeering wil
de aanbevelen als tegemoetkoming aan
de wenschen der nationalisten. Zaghloel
wenschte cEt memorandum echter eerst
aan zyn vrienden in Egypte voor te
leggen, waar men er zooveel bezwaren
tegen had. dat deze poging op niets
uitliep.
In 1921 mocht Zaghloel eerst naar
Egypte terugkeeren, waar hij met bui
tengewone geestdrift werd ontvangen.
Ook toen ging hij evenwel weer in de
oppositie tegen de toenmalige Britsch-
gezinde regeering, hetgeen leidde tot
een tweede deportatie, eerst naar de
Seychelles en later naar Gibraltar.
Na het opheffen van den staat van
beleg werd zün terugkeer ten tweeden
male toegestaan. Bij de verkiezingen
behaalde zijn partij een schitterende
overwinning en in Februari 1924 werd
hü minister-president en als zoodanig
de aangewezen man voor het leiden
der onderhandelingen met Groot-
Brittannië, een functie, welke steeds
het doelwit van zün streven was ge
weest. In den zomer van dat jaar begaf
hy zich naar Engeland, waar zijn on
derhandelingen met Ramsay MacDo-
nsald, den Labourpremier, tot niets leid
den.
Inmiddels had hy zich ook in zijn
eigen party bittere vijanden gemaakt.
De Watani-vleugel der nationalisten
ertrouwae hem niet. Op 12 Juli 1924
erd te Cairo een aanslag op hem ge.
pleegd; een Egyptisch student bracht
hem een lichte kwetsuur toe.
Op 19 November 1924 trad hij af,
ten gevolge van meeningsverschilleu
met koning Foead.
KORT EN BONDIG.
De Commissie tot reorganisatie van
het Strafwetboek der Zwitsersche repu
bliek besloot een voorstel in te dienen
tot afschaffing van den doodstraf.
Loti's IJslandsche
visschers.
Ieder, die Pierre Loti's prachtige boek
„Pêcheur d'Islande" heeft gelezen, ge
voelt sympathie voor de Fransche vis-
schersplaatsjes in Normandië. Paimpol
en Ploubazlanec en voor de visschers die
er wonen.
Eenige van die IJslandsche visschers
zijn weer de zee ten prooi gevallen, en
niet op de lange reis, die zy moeten on
dernemen om het dagelyksch brood te
verdienen, maar op een pleziertochtje.
's Middags waren de visscher Yves
Levax, zün dochtertje, zün neef en zijn
schoonzuster een tochtje gaan doen in
de visschersboot. Eenige mülen uit de
kust stak plotseling een stormwind op,
de boot liep vol en zonk. Slechts het bo
venste deel bleef boven water uit steken.
De schepelingen vluchtten daarop, en
kwamen nochtans tot aan het middel in
het water te staan. Men begrijpt welk
een marteling zü ondergaan moesten
toen de vloed opkwam en zü met het rü-
zende water de dood zagen naderen. Er
kwam geen schip voorbü- De neef tracht
te zwemmend een honderd meter verwü-
derden rots te bereiken, maar zün krach
ten lieten het niet toe. z{jn oom sprong
hem na, en een groote golf verslond bei
den. Dë twee vrouwen zagen hen voor
hun oogen verdwünen. Zü gingen voort
met een zakdoek te zwaaien en werden
later gered door een te hulp gekomen
boot uit Ploubazlanec. Het lyk van den
neef werd den volgenden dag gevonden
dertig meter van den rots, dien hü niet
meer had kunnen bereiken. Het lük van
den visscher zelf werd op dezelfde plaats
in zee terug gevonden, waar het in de
diepte was verdwenen, bedolven onder
het wier, dat reeds de lichamen van zoo
veel Normandische visschers bedekt.
Generaal Galents.
De in de laatste jaren dikwijls ge
noemde generaal Galents, die als eigen-
lüke militaire leider van de troepen der
vroegere Cantonregeering werd be
schouwd, is gedwongen geworden even
als Borodin, China te verlaten en hü
moet zich volgens de laatste berichten
over Mongolië naar sovjet-Rusland heb
ben begeven.
Het te Parijs verschünende Russische
blad „Wosroshdenje" bevat eenige bü-
zonderheden over dezen generaal, die in
het vToegere Russische leger onbekend
was. De gegevens zün afkomstig van
den vroegeren kozakkengeneraal Aku-
linin, die hem gedurende den Russl-
pchen burgeroorlog leerde kennen. In
het eerste stadium van den Russischen
burgeroorlog trad de tegenwoordige Ga
lents op onder den naam Blücher. Des
tijds werd verondersteld, dat hij een
vroegere Duitsche officier was; hij was
in militair opzicht bijzonder begaafd en
beheerschte de Russische taal geheel. Hü
dook in 1918 te Orenburg op en vocht
aan het hcofd van „roode kozakken-
tegen den toenmaligen hetman van de
Oeralkozakken. generaal Dutow, die ten
slotte op Chineesch grondgebied moest
vluchten. In Orenburg onderscheidde
Blücher zich door energie, systematisch
werken en eenvoudige levenswijze, hij
verbloemde zün minachting voor de
bolsjewistische .kameraden" in het ge
heel niet en hij gaf dikwüls als zy'n
meening te kennen, dat de Russische of
ficieren goed hadden gedaan, wanneer
zij in het roode leger hadden dienst ge
nomen, om het op deze wijze in handen
te krügen. „Handige menschen", moet
hij gezegd hebben, „moesten de domheid
van de communisten exploiteeren". Na
een opstand tegen de rooden in Oren-
burg verdween Blücher uit deze stad,
had daarna het bevel over een brigade,
vervolgens over een divisie en tenslotte
in 1919 over een leger aan het bolsje
wistische front tegen Dénikln. In 1921
ging hij naar het Russische verre Oos
ten, toen de bolsjewisten tegen de „wit
te" regeering in Wladiwostok oorlog
voerden. Hy' moet later aan de reorga
nisatie van het roode leger hebben deel
genomen en ging naar China onder den
naam van generaal Galents. Akulinin is
van meening. dat hü geen communist is,
maar een internationale avonturier, die
uit de revolutie munt tracht te slaan.
De oudste monarch ter
wereld.
Onlangs is gemeld, dat koning Siso-
wath van Kambodsja. een Fransch pro
tectoraat in Indachina. op 87-jarigen
leefty'd is gestorven.
Hy" werd beschouwd als de oudste mo
narch ter wereld. Geboren In het jaar
1840, volgde hü in 1904 ingevolge de wet
van Kambodsja zün broer Norodom als
koning op. Na zün troonbestüging maak
te hy' een reis naar Parüs, waar hü door
zün vriendelijk optreden en zijn origina
liteit weldra de gunst van de bevolking
verwierf. Van zün 500 vrouwen nam hij
er 20 mede naar de Fransche hoofdstad,
benevens een zwerm ambtenaren, be
dienden en zeventig „heilige" danseres
sen. Zün wonderlüke kleeding wekte de
bewondering en de vroolykheid van de
voorbijgangers. Hü droeg den nationalen
„sampot", een uit zijde brocaat ver
vaardigde kruising van een lus four en
een onderrok en daarover een jaquet
gelyk het in de 18e eeuw mode was.
Zwarte zy'den kousen, roode schoenen
en 'n merkwaardige schamele hoed, dien
hij met den ouderwetschen hoogen hoed
dien hij aanvankelijk droeg had verwis
seld, voltooiden het toilet. De hoed, die
eenige francs had gekost, was versierd
met een diamant, waarvan de waarde
op 20.000 pond sterling werd geschat. De
koning was bü zün aankomst te Mar
seille zoo verheugd over de uitbundige
begroeting door de bevolking, dat hü
uit het raam van zün hotelkamer han
den vol zilverlingen over de me
nigte uitstrooide, waarbij hij zich over
de vechtpartijen, die dit veroorzaakte,
als een kind amuseerde. De vreug'de
werd echter verstoord door den Fran-
schen commissaris van politie, die hem
vergezelde en den koning verzocht, van
zün vrijgevigheid afstand te doen en die
hem tenslotte met geweld van het raam
moest verwyderen; een maatregel, die
den politieman aan een vloed van
scheldwoorden uit den mond van de
beleedigde majesteit blootstelde. Slso-
wath was intusschen weldra met hem
verzoend en hij gaf den politieman zijn
eigen staatsbroek van goudbrocaat ten
gesihenke.Toen hij naar Kambodsja was
teruggekeerd, stak hy' zün meening over
de Franschen niet onder stoelen of
banken. „Het Fransche volk", verklaar
de hü. „brengt het grootste deel van zijn
tijd door met pj-aatjesmaken. Zij spre
ken allen tegelijk, en de vrouwen wa
gen het niet. haar mannen in de rede
te vallen zonder een bestraffing te moe
ten vreezen. Iedereen draagt veel te veel
dingen aan het lichaam. De vrouwen
dragen geen sampot. maar in plaats
daarvan beladen zü zich met een im
mense hoeveelheid stof van verschillende
kleur, met dingen, die over elkaar wor
den gedragen".
Koning Sisowath bezocht ook den
Mont Blanc en hij raakte niet uitge
praat over den schoonen aanblik van
sneeuw en ijs.
De kleinste.
Te Madrid is op het oogenblik de
kleinste vrouw ter wereld te zien. Zij zal
er optreden in een nummer getiteld „De
wonderen dezer weveid". dat in de Music
hall gegeven wordt. Het vrouwtje is vüf
en veertig centimeter hoog. en een en
veertig jaar oud. Zij beweert het klein
ste vrouwtje ter wereld te zy'n, doch wie
zal het bewyzen.
Mag men in den schouw
burg slapen?
Een merkwaardig vonnis heeft het
hooggerechtshof te Rome dezer dagen
uitgesproken. In het jaar 1922 was in het
Theatro Manzoni in Rome een bezoeker
van den derden rang, de typograaf Ar-
naldo Scardamaglia, ingeslapen en na
het sluiten van den schouwburg in het
gebouw opgesloten. In den nacht was
de man wakker geworcl.n en in zijn slaap
dronkenheid gevallen. Hy had bij zijn
val zoodanige verwondingen opgeloopen,
dat hy den volgenden dag in het zieken
huis stierf. De directeur werd nu aange
klaagd wegens het veroorzaken van den
dood door nalatigheid, maar de zaak
kwam niet in behandeling, doordat des-
tüds in Italië ^n algemeene amnestie
werd afgekondigd.
De familieleden van den verongeluk
ten letterzetter hebben echter tegen den
theaterdirecteur een civiele vordering tot
schadevergoeding ingediend. Het hoogge
rechtshof heeft thans deze vordering on
gegrond verklaard. In de motiveering
van het vonnis wordt gezegd, dat een
schouwburgdirecteur te allen tijde voor
de veiligheid van het publiek aansprake
lijk is, doch dat deze aansprakelijkheid
eindigt bü het einde van Üe voorstelling.
Aan den directeur of den ondernemer
kan niet de verplichting worden opge
legd, na het einde van de voorstelling
iederen hoek van het gebouw te laten
doorzoeken. Hij heeft zijn plicht gedaan,
wanneer hij er voor heeft gezorgd, dat
een snelle ontruiming van het gebouw
mogelijk is. Wanneer een bezoeker door
eigen schuld in het gebouw achterblüft
en daarvan schade ondervindt, kan men
daaruit geen verantwoordelijkheid voor
den ondernemer construeeren. Wie in
den schouwburg slaapt nadat het gebouw
is besloten, houdt zün ongeoorloofde sies
ta voor eigen rekening en risico.
Men houde het zich voor gezegd!
De eerste.
Een eigenaardige herdenking vond in
hét Fransche plaatsje Mortagne plaats.
Er werd een gedenksteen onthuld voor
den eersten Franschman. die als kolonist
naar Canada is gegaan. Tevens werd een
gedenkraam in de kerk aangebracht. De
ze pionier heette Boucher, en vestigde
zich in het eenzame land dichtbü de zee.
Zün nakomelingen zijn nog altijd bezield
met de liefde voor het moederland. Na
Boucher zyn ontelbare Franschen naar Ca
nada geëmigreerd, en zeer groot doel van
de Canadeesche bevolkins is van Fran
schen bloede, hetgeen aan de namen der
Canadeesche steden duidelük te zien is.
Deze eersteling verdiende dan ook wel
i hulde.
Parijs in 't water,
Parüs heeft zün overstrooming gehad.
Noch storm, noch gezwollen rivieren had
den er echter aandeel in. En het water
kwam niet Van de bergen gestroomd,
noch uit den hemel gevallen. Het kwam
uit de aarde geweld, gestroomd, gespoten.
Midden in den nacht, even voor twaalf,
sprong tegenover nummer 95 op de Bou
levard Lefebvre een waterleidingbuis.
Een buis van een meter tien in doorsnee
was het, en zü lag onder het trottoir.
Weldra vormde zich een enormen krater,
en het water begon lustig te stroomen
over de boulevard, en over de aangren
zende straten.
De Parijzenaren, die juist op weg naar
huis waren, na een avond in schouwburg
of opéra werden alzoo midden in hun
goede stad door den vloed verrast en
moesten in allerül vluchten op de weinige
eüandjes, die droog gebleven waren, doch
waar zy ook voortdurend bedreigd wer
den. Eenige buren van thuiskomende be
woners waren zoo vriendelyk loopplanken
uit te steken, zoodat eenigen tenminste
heelhuids him huis konden bereiken. An
deren trokken resoluut hun schoenen en
kousen uit en kwamen „pootje badende"
thuis. Het water reikte hun tot de knieën.
Natuurlük bleven bü dezen watervloed
de kelders niet gespaard. Een caféhouder
op den hoek van de Dantzigstraat en
van de boulevard Lefebvre wilde juist in
zijn bed stappen, toen bleek dat dit ook
het eenige middel was om aan een on
vrijwillig voetbad te ontkomen. In een
oogwenk stond er een halve meter water
in zün kamer.
Tegen middernacht ontstond er een
kuil van 10 Meter lengte voor het perceel
Dantzigstraat 8; een deel van het trottoir
verdween in de diepte. De ondergrond
van deze straat wordt gevormd dooT
vroegere steengroeven die nu waarschijn
lijk vol water zullen loopen. Ditmaal
moest men de brandweer oproepen om
de waterleidingkranen te sluiten inplaat-s
van te openen. Zij wist echter de kra
nen niet te vinden, de komst, van de wa
terleiding beambten moest afgewacht
worden. Tegen een uur in den morgen
werd de eerste kraan gesloten maar 'net
water bleef doorloopen, en maakte van
het heele kwartier een miniatuur Vene
tië. Gelukkig behoeven de inwoners van
dit nieuwe eilandenrijk niet verstoken
te blüven van leidingwater, omdat de
gesprongen leiding niet voor den water
toevoer in dat kwartier zorgde. Zij loopen
echter kans geen gas te krijgen, omdat
mén alle gevaar voor een ontploffing wil
de verwyderen.
Het is niet de eerste keer dat deze buis-
leiding het niet heeft kunnen houden. De
Parüzenaren hebben dus alle kans op
nieuwe waterpartijen.
Zelfmoord van een
tachtigjarige.
In Frankrijk, te Champigny heeft een
tachtigjarige zelfmoord gepleegd. Eerst
probeerde hij zich van het leven te be-
rooven door een revolverschot. Het
moordwerktuig ging echter niet af. De
grijsaard werd hierdoor niet van zijn
voornemen afgebracht en begon alles wat
in zijn huis was met petroleum te over
gieten. Toen stak hij er den brand in.
Buren en brandweer kwamen te laat, zy
vonden slechts het verkoolde lijk temid
den eener ruïne.
Een origineele visch.
De „vliegende visschen" bij Florida, die
zich uit het water verheffen en ongeveer
honderd Meter ver kunnen vliegen, zyn
stellig een büzonderheid in het rijk der
visschen. maar een veel grootere merk
waardigheid is de in Ceylon en Australië
voorkomende visch Periophtalmus, waar
van de Zweedsche ontdekkingsreiziger E.
Mjöberg een interessante beschrijving
geeft. Deze visch is eep. zeer wonderlijk
creatuur, niet alleen door zijn uiterlük,
maar ook doordat hij met zijn kolossale,
op het hoogste gedeelte van den kop
staande oogen, die van leden voorzien
zijn, een mensch nieuwsgierig aankijkt.
Zijn lichaam is een soort gemiddelde tus
schen een kreeft en een visch. Hij leeft
in de rivieren en in de moerasbanken in
de omgeving. Hierop beweegt hij zich met
sprongen voorwaarts, wat zeer komisch
aandoet. Zijnborstspieren zijn buiten
gewoon ontwikkeld en doen dienst als
hefboomen, waarmede hij het voorste
deel van het lichaam uit de modder om
hoog werkt. Op hetzelfde oogenblik
maakt hij een krachtige beweging met
den staart en op deze wijze snelt hij dan
voorwaarts. De Periophtalmus klimt ook
op de mangroveboomen, waarbij zijn
borstspieren als zuigioes tellen dienst
doen. Toen Dr. Mjöbérg eens in Noord-
vrest-Australië in zijn boot bij onderzoek
van de oeverfauna in een mangrovebosch
voer. viel plotseling een regen van leven
de visschen in zijn boot. Het waren Pe-
riophtalmusvisschen. die hun heil zoch
ten in de vlucht uit de boomen in het
water.
Een verklaring voor het feit, dat deze
visch zoo lang op het droge kan leven, is
hierin te vinden, dat hij in zijn goed af
te sluiten kieuwen een tamelijke portie
water opneemt, voor hü zich in de boo
men begeeft. Dikwyls liggen deze origi
neele visschen bü menigte langs den
oever, op een boomstam vastgezogen, om
zich in de zon te koesteren. Alle houden
den staart in het water, want zü ademen
door den staart. Zonder twyfel is deza
visch dus een origineel tyga.