HAARLEM'S DAGBLAD BUITENLANDSCH OVERZICHT WOENSDAG 24 AUG. 1927 DERDE BLAD De lijken van Sacco en Vanzetti zullen worden tentoongesteld. On lusten in verschillende landen en ste den. Een poging om het paleis van den Volkenbond te Genève in brand te steken. T BELANGRIJKSTE NIEUWS. Nog steeds bepaalt het nieuws uit het buitenland zich tot de zaak van Sacco en Vanzetti. En dat zal wellicht nog eenigen tijd voortduren, t Wordt een napleiten over de vraag: schuldig of niet schuldig? Bovendien hebben in zeer vele steden betoogingen plaats ge had ten gunste van Sacco en Vanzetti die tot ernstige onlusten aanleiding hebben gegeven. Te Genève heeft men zelfs getracht het paleis van den Volkenbond in brand te steken. Het comité voor de verdediging van Sacco en Vanzetti heeft thans het plan zoo wordt ons althans door Reuter uit Boston geseind om de lijken van de terechtgestelden in verschillende steden van Amerika tentoon te stel len. Dat zal dan wel weer aanleiding geven tot nieuwe betoogingen en on lusten. In enkele landen wordt gesproken over een boycot van Am erikaansch e goederen. Voorioopig heeft die actie NA DE TERECHTSTELLING VAN SACCO EN VANZETTI evenwel nog geen omvang van be- teekenis. Er zal vermoedelijk speoidg 'n beslissing vallen in de quaestie van de Rijnland bezetting. Over hét Belgische standpunt in zake de vermindering der bezettingstroepen is thans het volgende bekend gewor den. België neemt niet deel aan de be sprekingen tusschen Londen en Parijs, maar wordt langs dlplomatieken weg wel op de hoogte gehouden van het verloop dier besprekingen. De Belgische regeering is bereid het troepeneffectief in Rijnland te vermin deren 'in eenzelfde verhouding als Frankrijk en Engeland, maar is. even als de Fransche militaire autoriteiten van meening, dat het totale effectief niet minder dan 60.000 man mag zy'n. Op het oogenblik zijn de Belgische bezettingstroepen circa 7000 man sterk. Men kan dus zeggen, dat Belgié zich vereenigen zal met de vermindering, die door Frankrijk en Engeland toelaat baar geacht wordt De lijken van Sacco en Vanzetti. Reuter seint ons uit Boston: De commissie ter verdediging van Sacco en Vanzetti defelt mede, dat de lijken van de beide terechtgestelden in speciaal daartoe vervaardigde lijkkisten in de voornaamste steden van de Ooste lijke staten tentoongesteld zullen wor den. misschien zelfs zoover Westelijk als Chicago. Zij zullen eerst op het hoofd kwartier van de .commissie te praal wor den gelegd. Een afscheidsbrief van Sacco. Uit het doodenhuis der gevangenis heeft Sacco nog den volgenden brief ge richt tot zijn dochtertje Ines: Mijn kleine Ines, Ik zou willen, dat jp kon begrijpen, hetgeen ik je schrijven ga. met mijn ge pijnigde ziel en de diepte mijner aan doeningen. Altijd, tot den laatsten dag van mijn leven zal ik op mijn arme hart den brief dragen, dien jü mij hebt ge schreven. Ik zal zelfs vragen, dat men mij toestaat, hem mee te nemen in mijn graf. Koe gaarne zou ik willen leven met jou. met je broer Dante en je moeder, in een huisje, verborgen in het groen van een bosch, vereenigd in een ge meenschappelijk streven en in weder- zijdsche teederheid. Op de zomernamid dagen, gezeten in de schaduw van een eik. met Jou op mijn knieën, zou ik je hebben leeren lezen, schrijven, liefheb ben en gelooven! Maar zoo heeft het niet mogen wezen. De slechtheid der menschen heeft het niet gewild. Een vijandig noodlot heeft ons gescheiden. Deze oude stervende maatschappij heeft mij wreed ontrukt aan de armen van je moeder en aan jelui diepe liefde, mijn kleinen, en te vergeefs zult gij mij wachten.... Maar ik weet, dat jelui goede kinde ren zult zijn, Ik weet, dat jelui er van overtuigd zijt, dat ik Jelui bij mij voel, ieder oogenblik, en dat ik voortdurend tot jelui spreek van mijn liefde en mijn smart. Breng mijn dank over aan alle vrien den, die voor mijn vrijheid hebben ge streden. en weet, dat ik in gedachten je telkens weer omhels, jou, je broeder en je moeder. Je Vader NICOLA SACCO. (In de ee! der slooden te Charleston n.) Memoires van Vanzetti. Vanzetti heeft In de gevangenis mé moires geschreven. Daaraan is het vol gende ontleend: „Over mijn leven is niet veel te ver tellen. Tot mijn dertiende jaar woonde ik bij mijn ouders in een klein stadje in Pieraont, ging naar school en was van plan mijn studies later voort te zetten. Mijn vader was echter een arm man en zoodoende moest ik zoo jong mogelijk aan het werk. Van zes uur des morgens tot tien 'uur des avonds bij vreemden werken. Zes Jaar hield ik dat vol, toen werd ik ziek. Mijn moeder, die altijd zoo goed voor mij is geweest, liet mij naar huis komen en verzorgde mij. Ach. ik heb bijna vergeten hoe zacht en lief devol handen kunnen zijn. Toen ik weer hersteld was, zou ik naar Amerika vertrekken, naar het „Be loofde Land", waar vervuld zou worden, hetgeen ik in mijn eigen land niet had kunnen bereiken. Doch voor mijn ver trek werd mijn moeder ziek. Het klein ste geruisch veroorzaakte haar last sn meer dan eens verzocht ik den jongens op straat ergens anders te gaan spelen, omdat zü met hun spel mijn moeder stoorden. Eindelijk stierf zij, zonder mijn ver driet te hebben gezien. Dat is de laat ste herinnering aan mijn vaderland, aan het zonnig Italië. Toen kwam Amerika. De quarantaine was de eerste verrassing. Ik zag dat de landverhuizers door Amerikaansche ambtenaren als wilde dieren werden be handeld. Bij mijn aankomst te New York had ik niet veel geld meer op zak. Na lang zoeken kreeg ik een baantje als vatenspoeler. Dag en nacht werd in het restaurant, waar ik werkte, gestookt, de hitte was ondragelijk en ik kon des nachts niet slapen. Een jaar duurde dit leven. Ik was weer zonder werk en leef de van halfrotte aardappelen, die ik tusschen afval opzocht Ik zwierf van farm tot farm, om werk te vinden. Twee jaar werkte ik nog in de mijnen van Connecticut". Verder vertelt Vanzetti, dat hij steeds weer door zijn werkgevers werd ontsla gen, omdat de agenten, die zich met plaatsing van personen bezig houden, op ontslag aandringen, om van het nieuwe personeel, dat zij zullen plaatsen, op nieuw provisie te ontvangen Na eeni gen tijd van ae eene betrekking in de andere te hebben rondgezworven, trok Vanzetti van New York naar Plymouth en daar had de beschuldiging wegens moord plaats. De aandacht was vooral op Vanzetti gevestigd door zijn agitatie op verscnil- lende vergaderingen. Als hij nergens meer plaatsing kan vinden, gaat hij visch venten, ondanks zijn wankele ge zondheid en de aanhoudende brieven van zijn vader en zuster om toch naar Italië terug te keeren. Die vischverkoop zou niet lang duren. In Mei 1919, terwijl hij een protestvergadering tegen de te rechtstelling van een anarchist orga niseerde, werd Vanzetti gearresteerd, te zamen met zijn vriend Sacco. Vapzetti eindigt met te zeggen: „Toen begon die vreeselijke geschiedenis, die thans de geheele wereld kent. Dat is zeven jaar geleden." Onlusten en betoogingen. Te New-York. Na het bekend worden van de terecht stelling van Sacco en Vanzetti te New- York heeft op de Union-Square een communistische betooging plaats gehad. Politie te paard, versterkt door pant serauto's, verspreidde de menigte, die ongeveer 7000 man sterk was. Ook eeni- ge andere demonstraties werden door de politie .uiteengejaagd. Het aantal stakers bedraagt 25.000. Te Parijs. Dinsdagavond hebben te Parijs twee groote betoogingen plaats gehad, een ge organiseerd door de communisten op de groote boulevards en 'n tweede, uitgaan de van de anarchisten, en het Comité Sacco en Vanzetti. voor de Ambassade der Vereenigde Staten. Hoewel naar schatting ruim 2100 personen aan de demonstraties deelnamen, hebben er geen ernstige incidenten plaats gehad. Alleen op eenige punten heeft de po litie de betoogers uit elkaar gejaagd Daarbij werd met caféstoelen naar de politie-agenten gegooid. 4 De regeering en de politie-prefect te Parijs hebben thans alle verdere betoo gingen verboden. Volgens de laatste berichten zijn te Parüs toch nog 11 gewonden gevallen. De politie heeft 200 betoogers gear resteerd. Te Berlijn. Te Berlijn hebben in de nabijheid van het Amerikaansche gezantschapsgebouw vrij ernstige botsingen plaats gehad tus schen communistische betoogers en de politie. Achttien personen werden gear resteerd. Het Amerikaansche gezantschapsge bouw aan den Wilhelmplatz is door een sterke politiemacht afgezet, daar op nieuw groote demonstraties der commu nisten en van den „Rooden frontstrü- dersbond" worden verwacht. Te Genève. In de omgeving van het Consulaat der Vereenigde Staten hebben Dinsdag avond opnieuw manifestaties plaats ge had. Na 6 uur verzamelde zich daar een zeer talrijke menigte en toen men aan de driemaal door ae politie gedane som matie om uiteen te gaan weigerde ge volg te geven, werd gechargeerd. De manifestanten vluchtten in de naburige straten. Er werd een tiental personen gearresteerd, die allen verwondingen hadden opgeloopen. De spuitgasten, die voor deze gelegenheid gerequireerd wa ren, richtten een sterke waterstraal op de menigte, die zich had opgesteld in de straten in de nabijheid van het con sulaat der Vereenigde Staten. Geen enkele samenscholing is langer veroor loofd. De chef van de afdeeling buiten- landsche zaken van het Politiek Bonds- de^artement en de Bondsprocureur zijn te Genève aangekomen, waar zij een on derhoud hebben gehad met de autori teiten. Op verscheidene punten zijn po- litieafzettingen opgesteld, o.m. bij het Secretariaat van den Volkenbond. Nader wordt uit Genève gemeld: Met betrekking tot de onlusten te Ge nève, die bijna het karakter van een oproer droegen, wordt nader gemeld, dat de politie tegenover de menigte het on derspit dolf. Eenige betoogers slaagden er zelfs in het Volkenbondspaleis binnen te dringen. Zij trachtten dit vervolgens in brand te steken, hetgeen hun echter door een der bewakers werd belet. De burgers, die wenschen, dat de orde wordt gehandhaafd, zijn opgeroepen om een burgerwacht te vormen. Het onderzoek schijnt te hebben uit gewezen, dat de onlusten door plaatse lijke en vreemde extremistische elemen ten zijn georganiseerd. De bij de onlusten aangerichte schade wordt op 200.000 Zwitsersche francs geraamd. De regeering heeft haar leedwezen aan den Volkenbond betuigd. Te MontpelKer. Te Montpellier heeft een hevige ont ploffing plaats gehad, veroorzaakt door een tijdbom. Het Commissariaat van Po litie heeft groote materieele schade ge leden. Een andere ontploffing had plaats voor het Jeanne d'Arc beeld, dat bijna INGEZONDEN MEDEDEELJNGEN geheel vernield is. Twee politieagenten a 60 Cent* per regeL zyn zwaar gewond. Te Paraguay Te Asuncion (Paraguay) is een alge- meene staking begonnen als protest te gen de executie van Sacco en Vanzetti. De arbeiders in de meeste vakken slo ten zich bij de bewegmg aan, terwijl de kranten niet uitkwamen. Te Cleveland Bij de deur van de pastorie van de katholieke kerk St. Joseph is een bom ontploft, de ruiten van de pastorie als mede van een naburig gebouw zijn ge broken. De politie schrijft de explosie toe aan medestanders van Sacco en Vanzetti; niemand is gewond. Te Kaapstad Door medestanders van Sacco en Van zetti is op de trappen van het stadhuis te Kaapstad een Amerikaansche vlag verbrand, terwijl door een spreker ge pleit werd voor een boycot van Ameri kaansche goederen. Een protest van Sovjet-Rusland. Uit Moskou wordt ons geseind: Toen hier de tijding der executie van Sacco en Vanzetti bekend werd, hadden er talrijke demonstraties plaats. Het Executief Comité der Communis tische Internationale heeft een oproe ping gepubliceerd, waarin er de nadruk op wordt gelegd, dat men de Ameri kaansche Justitie dezen justitieelen moord niet zou vergeven en dat de- klas senjustitie zich in de toekomst zou heb ben te verantwoorden. De moord bewyst, zoo wordt gecon stateerd dat het huidige burgerlijke regime in de Vereenigde Staten niet meer stevig genoeg gefundeerd is om edelmoedigheid te kunnen betrachten. De arbeidersorganisaties van Moskou, Leningrad en andere groote steden heb- 'ben ten teeken van rouw de vlag half stok geheschen. Een boycot. De Finsche vakver een igingsraad heeft aan alle aangesloten Finsche arbeiders bevel gegeven onmiddellijk alle goede ren die in de Vereenigde Staten gepro duceerd of elders uit Amerikaansche grondstoffen vervaardigd of door Ame rikaansche burgers verkocht worden, te boycotten. Tevens is opdracht gegeven, overal betoogingen te organiseeren. De Finsche vakvereenigingsraad be staat voor het grootste deel uit commu nisten. Zaghloel pasja. Te Cairo is Zaghloel pasja, oud- premier van Egypte, overleden. Hij werd in 1850 geboren, zoodat hij hu 77 jaren is. Omstreeks 1882 nam hü aan den Arabischen opstand deel, waar bij hü door de Engelsehen gevangen genomen werd. Na zijn vrijlating wijdde hij zich aan het' recht in Egypte. In 1893 was hij raasbeer in het ge rechtshof van Egypte. 't Was in 1906 dat Zaghloel benoemd werd tot minister van onderwijs. Later kreeg hij de portefeuille van justitie. Na den oorlog werd hü de leider der genen, die streefden naar een verbe tering in den politieken status van Egypte. Kort na den wapenstilstand diende hü dan ook. afe hoofd eerter Egyp tische delegatie, bij den hoogen com missaris, Sir Reginald Wlngate, een verzoek in om afschaffing van het Britsche protectoraat en er kerming van de onafhankelijkheid van zijn vader land. Tevens verzocht hij om toestem ming, zich naar Engeland te mogen be geven, om zün zaak aan het Britsche publiek voor te leggen. Die toestemming werd geweigerd en het was deze weigering, door Zaghloel en zijn aanhangers ais een vijandige daad opgevat, die den stoot gaf tot het vormen van de „Wafd", een commissie welke, naar zü verklaarde, het Egyp tische volk vertegenwoordigde. Zaghloel was de ziel dezer beweging en de auto riteiten jachtten zün activiteit in dit op zicht zoo gevaarlijk, dat hü en drie zyner medewerkers naar Malta werden gedeporteerd. Hierop volgde de groote opstandige beweging in Maart 1919, welke ongetwijfeld door de Wafd-partfj Twee maanden later werd Zaghloel Pasja weer op vrije voeten gesteld, waarna hü zich naar Parüs en later naar Londen begaf. Hier overhandigde lord Milner hem het bekende memoran dum. waarin werd uiteengezet. wat Milner aan de Britsche regeering wil de aanbevelen als tegemoetkoming aan de wenschen der nationalisten. Zaghloel wenschte cEt memorandum echter eerst aan zyn vrienden in Egypte voor te leggen, waar men er zooveel bezwaren tegen had. dat deze poging op niets uitliep. In 1921 mocht Zaghloel eerst naar Egypte terugkeeren, waar hij met bui tengewone geestdrift werd ontvangen. Ook toen ging hij evenwel weer in de oppositie tegen de toenmalige Britsch- gezinde regeering, hetgeen leidde tot een tweede deportatie, eerst naar de Seychelles en later naar Gibraltar. Na het opheffen van den staat van beleg werd zün terugkeer ten tweeden male toegestaan. Bij de verkiezingen behaalde zijn partij een schitterende overwinning en in Februari 1924 werd hü minister-president en als zoodanig de aangewezen man voor het leiden der onderhandelingen met Groot- Brittannië, een functie, welke steeds het doelwit van zün streven was ge weest. In den zomer van dat jaar begaf hy zich naar Engeland, waar zijn on derhandelingen met Ramsay MacDo- nsald, den Labourpremier, tot niets leid den. Inmiddels had hy zich ook in zijn eigen party bittere vijanden gemaakt. De Watani-vleugel der nationalisten ertrouwae hem niet. Op 12 Juli 1924 erd te Cairo een aanslag op hem ge. pleegd; een Egyptisch student bracht hem een lichte kwetsuur toe. Op 19 November 1924 trad hij af, ten gevolge van meeningsverschilleu met koning Foead. KORT EN BONDIG. De Commissie tot reorganisatie van het Strafwetboek der Zwitsersche repu bliek besloot een voorstel in te dienen tot afschaffing van den doodstraf. Loti's IJslandsche visschers. Ieder, die Pierre Loti's prachtige boek „Pêcheur d'Islande" heeft gelezen, ge voelt sympathie voor de Fransche vis- schersplaatsjes in Normandië. Paimpol en Ploubazlanec en voor de visschers die er wonen. Eenige van die IJslandsche visschers zijn weer de zee ten prooi gevallen, en niet op de lange reis, die zy moeten on dernemen om het dagelyksch brood te verdienen, maar op een pleziertochtje. 's Middags waren de visscher Yves Levax, zün dochtertje, zün neef en zijn schoonzuster een tochtje gaan doen in de visschersboot. Eenige mülen uit de kust stak plotseling een stormwind op, de boot liep vol en zonk. Slechts het bo venste deel bleef boven water uit steken. De schepelingen vluchtten daarop, en kwamen nochtans tot aan het middel in het water te staan. Men begrijpt welk een marteling zü ondergaan moesten toen de vloed opkwam en zü met het rü- zende water de dood zagen naderen. Er kwam geen schip voorbü- De neef tracht te zwemmend een honderd meter verwü- derden rots te bereiken, maar zün krach ten lieten het niet toe. z{jn oom sprong hem na, en een groote golf verslond bei den. Dë twee vrouwen zagen hen voor hun oogen verdwünen. Zü gingen voort met een zakdoek te zwaaien en werden later gered door een te hulp gekomen boot uit Ploubazlanec. Het lyk van den neef werd den volgenden dag gevonden dertig meter van den rots, dien hü niet meer had kunnen bereiken. Het lük van den visscher zelf werd op dezelfde plaats in zee terug gevonden, waar het in de diepte was verdwenen, bedolven onder het wier, dat reeds de lichamen van zoo veel Normandische visschers bedekt. Generaal Galents. De in de laatste jaren dikwijls ge noemde generaal Galents, die als eigen- lüke militaire leider van de troepen der vroegere Cantonregeering werd be schouwd, is gedwongen geworden even als Borodin, China te verlaten en hü moet zich volgens de laatste berichten over Mongolië naar sovjet-Rusland heb ben begeven. Het te Parijs verschünende Russische blad „Wosroshdenje" bevat eenige bü- zonderheden over dezen generaal, die in het vToegere Russische leger onbekend was. De gegevens zün afkomstig van den vroegeren kozakkengeneraal Aku- linin, die hem gedurende den Russl- pchen burgeroorlog leerde kennen. In het eerste stadium van den Russischen burgeroorlog trad de tegenwoordige Ga lents op onder den naam Blücher. Des tijds werd verondersteld, dat hij een vroegere Duitsche officier was; hij was in militair opzicht bijzonder begaafd en beheerschte de Russische taal geheel. Hü dook in 1918 te Orenburg op en vocht aan het hcofd van „roode kozakken- tegen den toenmaligen hetman van de Oeralkozakken. generaal Dutow, die ten slotte op Chineesch grondgebied moest vluchten. In Orenburg onderscheidde Blücher zich door energie, systematisch werken en eenvoudige levenswijze, hij verbloemde zün minachting voor de bolsjewistische .kameraden" in het ge heel niet en hij gaf dikwüls als zy'n meening te kennen, dat de Russische of ficieren goed hadden gedaan, wanneer zij in het roode leger hadden dienst ge nomen, om het op deze wijze in handen te krügen. „Handige menschen", moet hij gezegd hebben, „moesten de domheid van de communisten exploiteeren". Na een opstand tegen de rooden in Oren- burg verdween Blücher uit deze stad, had daarna het bevel over een brigade, vervolgens over een divisie en tenslotte in 1919 over een leger aan het bolsje wistische front tegen Dénikln. In 1921 ging hij naar het Russische verre Oos ten, toen de bolsjewisten tegen de „wit te" regeering in Wladiwostok oorlog voerden. Hy' moet later aan de reorga nisatie van het roode leger hebben deel genomen en ging naar China onder den naam van generaal Galents. Akulinin is van meening. dat hü geen communist is, maar een internationale avonturier, die uit de revolutie munt tracht te slaan. De oudste monarch ter wereld. Onlangs is gemeld, dat koning Siso- wath van Kambodsja. een Fransch pro tectoraat in Indachina. op 87-jarigen leefty'd is gestorven. Hy" werd beschouwd als de oudste mo narch ter wereld. Geboren In het jaar 1840, volgde hü in 1904 ingevolge de wet van Kambodsja zün broer Norodom als koning op. Na zün troonbestüging maak te hy' een reis naar Parüs, waar hü door zün vriendelijk optreden en zijn origina liteit weldra de gunst van de bevolking verwierf. Van zün 500 vrouwen nam hij er 20 mede naar de Fransche hoofdstad, benevens een zwerm ambtenaren, be dienden en zeventig „heilige" danseres sen. Zün wonderlüke kleeding wekte de bewondering en de vroolykheid van de voorbijgangers. Hü droeg den nationalen „sampot", een uit zijde brocaat ver vaardigde kruising van een lus four en een onderrok en daarover een jaquet gelyk het in de 18e eeuw mode was. Zwarte zy'den kousen, roode schoenen en 'n merkwaardige schamele hoed, dien hij met den ouderwetschen hoogen hoed dien hij aanvankelijk droeg had verwis seld, voltooiden het toilet. De hoed, die eenige francs had gekost, was versierd met een diamant, waarvan de waarde op 20.000 pond sterling werd geschat. De koning was bü zün aankomst te Mar seille zoo verheugd over de uitbundige begroeting door de bevolking, dat hü uit het raam van zün hotelkamer han den vol zilverlingen over de me nigte uitstrooide, waarbij hij zich over de vechtpartijen, die dit veroorzaakte, als een kind amuseerde. De vreug'de werd echter verstoord door den Fran- schen commissaris van politie, die hem vergezelde en den koning verzocht, van zün vrijgevigheid afstand te doen en die hem tenslotte met geweld van het raam moest verwyderen; een maatregel, die den politieman aan een vloed van scheldwoorden uit den mond van de beleedigde majesteit blootstelde. Slso- wath was intusschen weldra met hem verzoend en hij gaf den politieman zijn eigen staatsbroek van goudbrocaat ten gesihenke.Toen hij naar Kambodsja was teruggekeerd, stak hy' zün meening over de Franschen niet onder stoelen of banken. „Het Fransche volk", verklaar de hü. „brengt het grootste deel van zijn tijd door met pj-aatjesmaken. Zij spre ken allen tegelijk, en de vrouwen wa gen het niet. haar mannen in de rede te vallen zonder een bestraffing te moe ten vreezen. Iedereen draagt veel te veel dingen aan het lichaam. De vrouwen dragen geen sampot. maar in plaats daarvan beladen zü zich met een im mense hoeveelheid stof van verschillende kleur, met dingen, die over elkaar wor den gedragen". Koning Sisowath bezocht ook den Mont Blanc en hij raakte niet uitge praat over den schoonen aanblik van sneeuw en ijs. De kleinste. Te Madrid is op het oogenblik de kleinste vrouw ter wereld te zien. Zij zal er optreden in een nummer getiteld „De wonderen dezer weveid". dat in de Music hall gegeven wordt. Het vrouwtje is vüf en veertig centimeter hoog. en een en veertig jaar oud. Zij beweert het klein ste vrouwtje ter wereld te zy'n, doch wie zal het bewyzen. Mag men in den schouw burg slapen? Een merkwaardig vonnis heeft het hooggerechtshof te Rome dezer dagen uitgesproken. In het jaar 1922 was in het Theatro Manzoni in Rome een bezoeker van den derden rang, de typograaf Ar- naldo Scardamaglia, ingeslapen en na het sluiten van den schouwburg in het gebouw opgesloten. In den nacht was de man wakker geworcl.n en in zijn slaap dronkenheid gevallen. Hy had bij zijn val zoodanige verwondingen opgeloopen, dat hy den volgenden dag in het zieken huis stierf. De directeur werd nu aange klaagd wegens het veroorzaken van den dood door nalatigheid, maar de zaak kwam niet in behandeling, doordat des- tüds in Italië ^n algemeene amnestie werd afgekondigd. De familieleden van den verongeluk ten letterzetter hebben echter tegen den theaterdirecteur een civiele vordering tot schadevergoeding ingediend. Het hoogge rechtshof heeft thans deze vordering on gegrond verklaard. In de motiveering van het vonnis wordt gezegd, dat een schouwburgdirecteur te allen tijde voor de veiligheid van het publiek aansprake lijk is, doch dat deze aansprakelijkheid eindigt bü het einde van Üe voorstelling. Aan den directeur of den ondernemer kan niet de verplichting worden opge legd, na het einde van de voorstelling iederen hoek van het gebouw te laten doorzoeken. Hij heeft zijn plicht gedaan, wanneer hij er voor heeft gezorgd, dat een snelle ontruiming van het gebouw mogelijk is. Wanneer een bezoeker door eigen schuld in het gebouw achterblüft en daarvan schade ondervindt, kan men daaruit geen verantwoordelijkheid voor den ondernemer construeeren. Wie in den schouwburg slaapt nadat het gebouw is besloten, houdt zün ongeoorloofde sies ta voor eigen rekening en risico. Men houde het zich voor gezegd! De eerste. Een eigenaardige herdenking vond in hét Fransche plaatsje Mortagne plaats. Er werd een gedenksteen onthuld voor den eersten Franschman. die als kolonist naar Canada is gegaan. Tevens werd een gedenkraam in de kerk aangebracht. De ze pionier heette Boucher, en vestigde zich in het eenzame land dichtbü de zee. Zün nakomelingen zijn nog altijd bezield met de liefde voor het moederland. Na Boucher zyn ontelbare Franschen naar Ca nada geëmigreerd, en zeer groot doel van de Canadeesche bevolkins is van Fran schen bloede, hetgeen aan de namen der Canadeesche steden duidelük te zien is. Deze eersteling verdiende dan ook wel i hulde. Parijs in 't water, Parüs heeft zün overstrooming gehad. Noch storm, noch gezwollen rivieren had den er echter aandeel in. En het water kwam niet Van de bergen gestroomd, noch uit den hemel gevallen. Het kwam uit de aarde geweld, gestroomd, gespoten. Midden in den nacht, even voor twaalf, sprong tegenover nummer 95 op de Bou levard Lefebvre een waterleidingbuis. Een buis van een meter tien in doorsnee was het, en zü lag onder het trottoir. Weldra vormde zich een enormen krater, en het water begon lustig te stroomen over de boulevard, en over de aangren zende straten. De Parijzenaren, die juist op weg naar huis waren, na een avond in schouwburg of opéra werden alzoo midden in hun goede stad door den vloed verrast en moesten in allerül vluchten op de weinige eüandjes, die droog gebleven waren, doch waar zy ook voortdurend bedreigd wer den. Eenige buren van thuiskomende be woners waren zoo vriendelyk loopplanken uit te steken, zoodat eenigen tenminste heelhuids him huis konden bereiken. An deren trokken resoluut hun schoenen en kousen uit en kwamen „pootje badende" thuis. Het water reikte hun tot de knieën. Natuurlük bleven bü dezen watervloed de kelders niet gespaard. Een caféhouder op den hoek van de Dantzigstraat en van de boulevard Lefebvre wilde juist in zijn bed stappen, toen bleek dat dit ook het eenige middel was om aan een on vrijwillig voetbad te ontkomen. In een oogwenk stond er een halve meter water in zün kamer. Tegen middernacht ontstond er een kuil van 10 Meter lengte voor het perceel Dantzigstraat 8; een deel van het trottoir verdween in de diepte. De ondergrond van deze straat wordt gevormd dooT vroegere steengroeven die nu waarschijn lijk vol water zullen loopen. Ditmaal moest men de brandweer oproepen om de waterleidingkranen te sluiten inplaat-s van te openen. Zij wist echter de kra nen niet te vinden, de komst, van de wa terleiding beambten moest afgewacht worden. Tegen een uur in den morgen werd de eerste kraan gesloten maar 'net water bleef doorloopen, en maakte van het heele kwartier een miniatuur Vene tië. Gelukkig behoeven de inwoners van dit nieuwe eilandenrijk niet verstoken te blüven van leidingwater, omdat de gesprongen leiding niet voor den water toevoer in dat kwartier zorgde. Zij loopen echter kans geen gas te krijgen, omdat mén alle gevaar voor een ontploffing wil de verwyderen. Het is niet de eerste keer dat deze buis- leiding het niet heeft kunnen houden. De Parüzenaren hebben dus alle kans op nieuwe waterpartijen. Zelfmoord van een tachtigjarige. In Frankrijk, te Champigny heeft een tachtigjarige zelfmoord gepleegd. Eerst probeerde hij zich van het leven te be- rooven door een revolverschot. Het moordwerktuig ging echter niet af. De grijsaard werd hierdoor niet van zijn voornemen afgebracht en begon alles wat in zijn huis was met petroleum te over gieten. Toen stak hij er den brand in. Buren en brandweer kwamen te laat, zy vonden slechts het verkoolde lijk temid den eener ruïne. Een origineele visch. De „vliegende visschen" bij Florida, die zich uit het water verheffen en ongeveer honderd Meter ver kunnen vliegen, zyn stellig een büzonderheid in het rijk der visschen. maar een veel grootere merk waardigheid is de in Ceylon en Australië voorkomende visch Periophtalmus, waar van de Zweedsche ontdekkingsreiziger E. Mjöberg een interessante beschrijving geeft. Deze visch is eep. zeer wonderlijk creatuur, niet alleen door zijn uiterlük, maar ook doordat hij met zijn kolossale, op het hoogste gedeelte van den kop staande oogen, die van leden voorzien zijn, een mensch nieuwsgierig aankijkt. Zijn lichaam is een soort gemiddelde tus schen een kreeft en een visch. Hij leeft in de rivieren en in de moerasbanken in de omgeving. Hierop beweegt hij zich met sprongen voorwaarts, wat zeer komisch aandoet. Zijnborstspieren zijn buiten gewoon ontwikkeld en doen dienst als hefboomen, waarmede hij het voorste deel van het lichaam uit de modder om hoog werkt. Op hetzelfde oogenblik maakt hij een krachtige beweging met den staart en op deze wijze snelt hij dan voorwaarts. De Periophtalmus klimt ook op de mangroveboomen, waarbij zijn borstspieren als zuigioes tellen dienst doen. Toen Dr. Mjöbérg eens in Noord- vrest-Australië in zijn boot bij onderzoek van de oeverfauna in een mangrovebosch voer. viel plotseling een regen van leven de visschen in zijn boot. Het waren Pe- riophtalmusvisschen. die hun heil zoch ten in de vlucht uit de boomen in het water. Een verklaring voor het feit, dat deze visch zoo lang op het droge kan leven, is hierin te vinden, dat hij in zijn goed af te sluiten kieuwen een tamelijke portie water opneemt, voor hü zich in de boo men begeeft. Dikwyls liggen deze origi neele visschen bü menigte langs den oever, op een boomstam vastgezogen, om zich in de zon te koesteren. Alle houden den staart in het water, want zü ademen door den staart. Zonder twyfel is deza visch dus een origineel tyga.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 9