HAARLEM'S DAGBLAD BUITENLANDSCH OVERZICHT MAANDAG 29 AUG. 1927TWEEDE BLAD Waarom Lord Robert Cecil er aan denkt uit het Engelsche ministerie te treden. De mislukking van de vloot- conferentie te Genève. T BELANGRIJKSTE NIEUWS. Er is heden van over de grenzen wei nig belangrijk nieuws. De Sacco en Vanzetti-stormen beda ren. Alleen is het te Parijs nog niet geheel rustig. Daar duren de razzia's, welke onder de verdachte elementen en voor al onder de buitenlanders worden ge houden, in verband met de communis tische relletjes, der afgeloopen week, nog steeds voort. In totaal hebben 300 arrestaties plaats gehad, waarvan niet mindèr dan 100 vreemdelingen zijn, die niet in het bezit waren van de noodige papieren, zich niet hadden gehouden aan de order tot het verlaten van het land, of die uit Frankrijk waren uit gewezen en weder clandestien zijn terug gekeerd.. Een aantal personen is ook in arrest gehouden wegens het onwet tig bezit van vuurwapenen. De mees ten der gearresteerde vreemdelingen zullen zoo spoedig mogelijk over de grens worden gezet. Verder verwijzen wij naar de hieron der volgende berichten en beschouwin gen over het mogelijke aftreden van lord Robert Cecil als lid van het Engel sche ministerie. Omdat hier vraagstukken van Euro- peesche politiek mee samenhangen, trekt dit geschil de aandacht. De vlaggen-quaestie te Berlijn. Nog steeds is het vlag-conflict te Berlijn niet geheel opgelost. De vertegenwoordigers van de Belgi sche hotel-directies hebben, na heftige conferenties, besloten, vast te houden aan het huidige standpunt in zake het hijschen van de rykskleuren, tenzij, van bevoegde zijde een uitweg wordt aan gewezen, hoe men de ergernis van een groot deel der gasten over een hijschen dier kleuren zou kunnen wegnemen. Nu deelt evenwel de directie van de Aschinger A. G. mede, dat zij de zwart- rood-gouden vlag van de republiek na tuurlijk eerbiedigt. Op den tachtigsten verjaardag van president Hindenburg zal zij van haar administratiegebouw, waar de directie zetelt, deze vlag uit steken. De republikeinsche bladen hebben met bevrediging van dit besluit kennis genomen en voegen er de verwachting aan toe, dat de directie, welke door de meerderheid der aandeelen, de hotels Kaisershof, Bristol, Fürstenhof, Palast, e.a. dirigeert, reeds thans zal nagaan, op welke wijze men op de a.s. verga dering van den raad van commissa rissen der Hotelbetriebs A. G. deze zaak zal kunnen regelen. Naar vernomen wordt, is men in de bankkringen, die bij het hotelbedrijf geïnteresseerd zijn, de meening toege daan, dat ook de hotels op 2 October a.s. ter gelegenheid van den 80sten verjaardag van rijkspresident Hinden burg de zwart-rood-gouden vlag dienen uit te steken. Overigens zou men het niet ongaarne zien, wanneer van rijks wege bepaald werd, dat bij het hijschen eener buitenlandsche vlag ook de rijks- kleuren geheschen moeten worden. Op het schrijven van den Pruisi- schen minister-president Braun aan de rijksrregeering, betreffende de vlag- kwestie, heeft dr. Gessier, die thans den rijkskanselier vervangt, volgens het „Hamburger Fremdenblatt" geantwoord dat de rijksregeering haar houding in deze aangelegenheid nog niet heeft kunnen bepalen, daar de meeste leden der rijksregeering zich thans niet te Berlijn bevinden. Voor zijn persoon voegde hij er evenwel aan toe, dat hij natuurlijk een hotel, dat weigeren zou de officieele Duitsche rijksvlag uit te steken, niet zou betreden. Het Engelsche ministerie. Er is reeds gemeld, dat. lord Cecil op het punt staat om uit het Engelsche ministerie te treden. Zijn secretaris heeft nu Zaterdag evenwel de volgende verklaring aan de pers gegeven: „Er is niets definitiefs te melden; men laat de kwestie voor het oogenblik rusten; mogelijk zullen er over eenigë dagen definitieve berichten zijn". Voor het oogenblik is nog geen wijzi ging gebracht in het oorspronkelijk plan dat lord Cecil sir Austen Chamberlain zal vergezellen naar de vergadering van den Volkenbond te Genève. Verder meent de „Evening Standard" te weten, dat welke overweging lord Cecil moge hebben om af te treden, die geen ver band houdt met de oyereenkomst tus- schen Engeland, Frankrijk, en België, in zake de bezetting in het Rijnland. Lord Cecil was het volgens dit blad niet geheel eens met dë houding van de meerderheid zijner collega's ten op zichte van de vlootconferentie te Genève vooral in verband met het werk der voorbereidende ontwapeningscommissie van den Volkenbond, waarin hij een zoo groot aandeel heeft gehad. Het falen der vlootconferentie heeft de waarde van den arbeid gedaan door de voorbereidende commissie, volgens hem gewijzigd. Bij zijn terugkeer uit Genève zoo wordt gemeld, heeft hij zijn teleur stelling daarover te kennen gëgeven en hij besprak toen de mogelijkheid van een aftreden. Men trachtte hem er toe te brengen zijn houding te wijzigen. Vernomen wordt verder, dat hij wel licht een onderhoud met Baldwin zal hebben voordat deze heden Maandag naar Aix-les-Bains vertrekt. De Telegraaf-correspondent te Lon den seint nog: Een onderhoud heeft Zondag plaats gehad tusschen Baldwin en lord Cecil, waarin deze laatste de gelegenheid kreeg, om de redenen uiteen te zetten, welke hem tot zijn stap hebben geleid. Maandag wordt dan zijn definitief be sluit verwacht, vóór Baldwin naar Aix- les-Bains vertrekt voor een korte va- cantie en tevens vóór het vertrek der Britsche delegatie naar de Volkenbonds vergadering te Genève, waarvan lord Cecil onder normale omstandigheden deel zou hebben uitgemaakt. Lord Cecil hult zich naar buiten nog in stilzwijgen doch in een blijkbaar ge ïnspireerd bericht geeft de „Observer" een overzicht van de overwegingen, die op het voornemen van lord Cecil van invloed waren. De werkelijke oorzaak van zijn be sluit is de mislukking van de vloot conferentie te Genève. Gedurende de laatste stadia van deze conferentie poogde hij met alle macht de volledige ineenstorting van de conferentie te voorkomen, doch de aanhangers van het standpunt der Britsche Admiraliteit kregen de overhand. Naar de meening van Cecil zou de mislukking vermeden hebben kunnen worden, indien er aan Britsche zijde meer wezenlijke geneigd heid had bestaan om tot een compromis te komen, en sedert zijn terugkeer uit Genève heeft hij niet verheeld bitter te zijn teleur gesteld over het betreu renswaardig resultaat. Toen bleek, dat deze mislukking niet meer was te vermijden, was Baldwin intusschen reeds naar Canada vertrok ken. Lord Robert stelde derhalve zijn decisie tot diens terugkeer uit, wan neer hij gelegenheid zou hebben zijn standpunt openhartig een den premier kenbaar te maken. De burgeroorlog in China. Uit Sjanghai wordt ons door Reuter geseind, dat de Nationalisten verklaar den, dat zij de Noordelijkë troepen, die Vrijdag den Jangtse waren overgesto ken, teruggedreven hebben, na het meerendeel te hebben ontwapend. Voorts verzekerden zij, de spoorwegverbinding weer hersteld te hebben en onverwijld 8000 man naar Tsjingkiang te hebben gezonden. De boschbanden in Frankrijk. Uit Toulon wordt ons geseind: Aangewakkerd door den hevigen Mistral duren de boschbranden in Zuid- Frankrijk voort. De bosschen op de heuvels ten westen van Toulon staan tot Baume in vlammen. De overtuiging wint veld, dat het ontstaan der branden door misdadigen toeleg wordt veroor zaakt. De gendarmerie en de. politie zet ten het onderzoek hiernaar met groote energie voort. De fascisten te Praag. Uit Praag wordt gemeld, dat onder de documenten, welke de politie in hett fas cistische hoofdkwartier in beslag heeft genomen, zich ook een lijst bevond van de betrouwbare fascistische elementen in de verschillende regeeringsbureaux. Er komen o.m. veertig beambten van de staatspolitie op voor. Een Praagsch blad zegt vernomen te hebben, dat de fascistische organisatie binnen veertien dagen zal worden ont bonden. De bewaking van generaal Gajda in zijn woning door twee rechercheurs is opgeheven. De politie verklaart, dat deze bewaking niet meer noodig is, daar thans ook de laatste fascistenleider bij den inval in de woning van dr. Vorel gearresteerd is. De politie onderzoekt thans, of Gajda bevel tot den inval by dr. Vorel heeft gegeven. De resul taten van dit onderzoek zyn tot dusver nog niet bekend gemaakt. De politie heeft een document in handen, waaruit blijkt, dat in het voorjaar ter gelegen heid-van het groote Sokol-congres een fascistische revolutie beraamd was. De hoofdredactie van het orgaan der fascis ten, zekere Dostal, is gearresteerd we gens poging tot opruiing van het volk. De doodstraf voor 40.000 roebel. De rechtbank te Moskou heeft een boekhouder van de Russische Staatsbank wegens verduistering van 40.000 roebels tot de doodstraf veroordeeld. Het bedrag met wissels liep reeds over jaren- Een medeplichtige kreeg 3 jaar cel straf. Scheepsramp. De Zweedsche stoomboot „Tryggoe" die van Stockholm naar Leningrad ver* trokken was, is daar niet aangekomen. Het is zeer waarschijnlijk dat de boot vergaan is en alle 13 opvarenden (op één na) zijn verdronken. Een Finsche stoomboot heeft name lijk dezer dagen te Stockholm een sto ker van de „Tryggve" aan wal gezet: hij blijkt de eenig overlevende te zijn van de opvarenden van het schip, dat op 14 Augustus in de golven verdwenen is. Aan boord bevonden zich een be manning van 11 koppen en twee pas sagiers. Toen het schip zonk, bevon den zich nog zes matrozen aan boord. De overige vijf leden der bemanning benevens de twee passagiers waren er in geslaagd een boot- uit te zetten. Maar toen deze op 21 dezer door de Finsche stoomboot werd opgepikt, was nog slechts de stoker in leven. Eenige der overige inzittenden waren ten gevolge van doorgestane ellende bezweken, ter wijl een paar anderen zich in een vlaag van verstandsverbijstering in zee. had den gestort. LETTEREN EN KUNST. BEETHOVENMONUMENT TE BOEDAPEST Het Hongaarsche orrespondentiebureau seinde uit eoBdapest dat de Beefchoven- Gemeinde daar ter stede het besluit heeft genomen tot het oprichten van een monument voor den componist in de Hongaarsche hoofdstad. De kosten zullen worden bestreden uit de opbrengst van een inzameling in het geheéle land. EVERT CORNELIS NAAR AMERIKA. Evert Cornells, de dirigent van het Utrechtsch Stedelijk Orkest, heeft aan een verslaggever van het U. D. medege deeld dat hij uitgenoodigd was in Ame rika een serie concerten te cfirigeeren. Hij voegde daaraan toe: Wy konden jammer genoeg niet tot overeenstemming komen, tenminste niet op één punt: het tijdvak dat Ik in Ame rika zou moeten zijn paste mij niet, Waarschijnlijk zullen de plannen het volgend jaar tot verwezenlijking komen. Men heeft my uit Amerika geschreven, dat men het op prijs zou stellen, in dien ik dan voor onderhandelingen te vinden ben. Eén gastdirigentschap in Amerika geefti je altijd weer rijker erva ring. De heer Cornells toonde zich met de uitnoodiging ten zeerste ingenomen en drukte er nogmaals zijn spijt over uit, dat hij de invitatie voor dit seizoen on mogelijk kon aanvaarden. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cents per regeï. WELKOM IN KOPENHAGEN. De enthousiaste begroeting In de Oeensche hoofdstad van Geysendorffer, zijn makker Bcholte en hun onafsoheidelijken passagier Van Lear Black. Het drietal met mevrouw Geysendorffer als inzet WEENSCHE BRIEF, Een vereeniging van ongelukkig- gehuwden en een bond van mislukkelingen. (Van onzen correspondent.) Weenen, Aug. Voor eeniger. tijd werd te Weenen een mannenbond opgericht, die den naam „Justitia" draagt en die opkomt voor de rechten van den man tegen de al te overdreven eischen, die vrouwen tegenwoordig in het openbare en econo mische leven en in de rechtspraak vaak stellen. Ik schreef indertijd over dezen mannenbond, toen het bestuur van deze vereeniging een langen brief aan Char lie Chaplin had geschreven, toen deze het slachtoffer dreigde te worden van de hebzucht van zijn vrouw, van welke hij zich liet scheiden. Thans is er te Weenen alweer zulk een vreemdsoortige vereeniging opgericht, die zich „Schutzbund der ungluec-klichen Ehen" noemt, ..Bond ter bescherming van ongelukkige huwelijken"! Jaren ge leden zou geen mensch aan de oprich ting van een dergelyken bond hebben gedacht, maar thans, nu in onzen tijd duizenden en duizenden huwelijken worden ontbonden of echtgenooten als halve vijanden in voortdurende ruizie en ontevredenheid naast eikaar blijven voortleven, thans heeft men gemeend, dat een vereeniging, waarvan tallooze ongelukkig-gehuwaen deel uitmaken, er misschien wel iets toe kan bijdragen het verstoorde liefdesgeluk weder 'terug te roepen. Natuurlijk moet men een opti mist zijn, om een dergelijke vereeniging te kunnen oprichten en bovendien eenig heil erin te zien. Welnu, de oprichter een Weensche koopman, Julius Hradil geheeten, is zulk een optimist. Hij ^ïeeft reeds anderhalf jaar geleden een an dere vereeniging in het leven geroepen, die ook van niet alledaagschen aard is, namelijk een „Vereeniging van misluk te levens"!! Vreemd klinkt de naam in de ooren. Een bond van mislukkelingen? Door een kleinigheid kan iemands le ven te gronde worden gericht en in de huidige maatschappij, die zeer wreed is, bestond voor deze ongelukkige wezens absoluut geen mogelijkheid ooit weer eens in beteren doen te komen. Bijvoor beeld: iemand heeft zich, door nood ge dreven, aan een klein vergrijp schuldig gemaakt of een diefstal begaan. Dat is gemakkelijk mogelijk, zonder dat de man een geboren misdadiger behoeft te zyn! De schuldige komt voor den rech ter en wordt veroordeeld. Hij blijft nu voor zyn geheele verdere leven een mis dadiger en in de meeste gevallen heeft hij zijn betrekking verloren. Reclassee- ringsvereenigingen kunnen wel veel, doch niet alles bereiken en vooral in een land als Oostenrijk, waar zooveel werkloosheid heerscht en ,in zooveel be drijven telkens nog meer lieden door den grooten „Abbau" op straat worden ge zet. De bestrafte krygt geen bewijs van goed gedrag en noch in het binnenland, noch in den vreemde kan hij zonder dit papier een nieuwe betrekking vinden. Julius Hradil, de oprichter van de vereeniging, waartoe de lieden, wier le ven te gronde dreigde te gaan, als le den toetraden, heeft in henderden ge vallen weten te bewerkstelligen, dat de betrokken personen toch een bewijs van goed gedrag kregen en hij heeft hon derden lieden het pad geëffend om een nieuw leven te beginnen. Ook arme uit vinders en mannen, die buiten hun eigen schuld in de misère kwamen, heeft hij de reddende hand geboden. Tallooze He len zijn hem daarom dank verplicht! Of hij echter ook zooveel succes met ongelukkig-gehuwden zal hebben is een groote vraag. Liefde laat zich niet dwin gen en of men kapotte huwelyken weer kan lijmen, is zeer dubieus. In ieder ge val: het doel is goed en ook de middelen, die Hradil wil toepassen, zijn niet slecht gekozen. In de eerste plaats wil hij groote bijeenkomsten arrangeeren, want. zoo zegt hij, het groote kwaad, waaraan veel huwelyken te gronde gaan. ligt daarin, dat de lieden te weinig omgang met anderen hebben. Uitgaan kost vaak te veel geld en wanneer men overdag druk bezet is met werkzaamheden, komt men er des avonds niet zoo licht toe bezoeken af te leggen of te ontvangen. De echtelieden zijn dan alleen op zich zelf aangewezen en dan beginnen zij te twisten. Ook wil Hradil een juristisch informatiebureau voor.de leden van de nieuwe vereeniging in het leven roepen. Men heeft te Weenen wel een „Ehebera- tungsstelle", dat is een bureau, waar trouwlustigen allerhande informaties kunnen inwinnen, maar dit is alleen lie den van dienst, die eerst van plan zijn met elkaar in het huwelijksbootje te stappen. Zoodra zij eenmaal aan elkaar vastgeketend zijn, helpt dit bureau hen niet meer. Een bekend Weensche advo caat zal de leden van de nieuwe ver eeniging steeds kosteloos met raad bij staan. En Hradil zelf zal steeds al het mogelijke doen om eventueele geschil len tusschen echtgenooten bij te leggen, zoodat hun huwelijk niet noodeloos be hoeft te worden ontbonden. Van de bijeenkomsten der leden stelt hij zich veel voor. Wie weet, hoe gezel lig deze nog zullen worden. In plaats, dat een man, die geen huiselijk geluk meer kent, zijn toevlucht tot de kroeg neemt, gaan man en vrouw gezamenlijk naar de clubavonden van hun vereeni ging toe. „Waar gaan jelui heen?" wordt hen dan op straat gevraagd. „O, naar de clubavond van de vereeniging der onge lukkig-gehuwden. Dat is de gezelligste en leukste club van heel Weenen!" W. M. BEKAAR. Ongelukkige renteniers. Het moet in Frankrijk geen plezier zijn obligaties te bezitten. Niet dat de Fransche obligaties noodlijdend zijn, maar dank zy den fiscus. Ieder rente trekker betaalt in Frankrijk zijn aan deel aan den Staat, in den vorm van een coupon-belasting, die lang niet malsch is. Iemand die op zijn coupon netje 20 francs behoort uitbetaald te krijgen ontvangt door de ongewenschte tusschenkomst van Vader Staat 1 franc en 26 centimes. 18 francs en 74 centi mes is voor de schatkist. Verkeert iemand in het gelukkige ge val. dat hij 80 centimes meer rente krijgt dan de in het vorige geval be doelde rentenier, dan betaalt hij ineens 6 francs 4 centimes meer belasting. Van 20 francs 80 intrest moet dus af 24 70 be lasting. zoodat deze gelukkige rentenier er 4 francs 10 op toelegt. Evenmin te benijden is hij, die wat meer rente trekt. Iemand, die op zijn couponnetje 75 francs 60 behoort te in nen betaalt75.60 aan couponbelas ting. Het is geen pleziertje in Frankrijk je spaarcenten in obligaties belegd te heb ben. al nemen wij aan dat bovenstaande heffingen wel op toevalligheden zullen berusten, en dat het niet altijd zoo erg is. Wat zijn de Nederlandsche rente niers gelukkig, vergeleken bij de Fran sche. Het dubbele huwelijk. Heel Noyal-sous-Bazouges is in op schudding. Vanwege een slagersjongen. Valentin Fontaine, 26 jaar oud heeft de dwaze streek uitgehaald twee maal te huwen, zonder ooit weduwnaar of ge scheiden te zijn geweest. Den eersten keer is hij getrouwd voor den burgemeester, den tweeden voor den dominee. Beide keeren trouwde hij in een andere plaats en met een ander meisje, zoodat hij nu twee wettige vrouwen bezit. De ceremo nieën waren in orde, maar toch heeft de rechter gemeend te moeten ingrijpen en het laatste huwelijk, met een meisje van 19 beschouwd als schaking van een minderjarige. Valentin heeft gemaakt, dat hij tegen dien tijd uit de voeten was. Zijn min derjarige bruid heeft hij meegenomen. De burgerlijk met hem getrouwde is achtergebleven. Het zal haar niet spij ten! Sneeuw te Parijs. Te Parijs werd verleden week bericht uit New-York ontvangen, dat het in die wereldstad sneeuwde, en de Parijzenaars verwonderden zich. Weldra zouden zy er zelf ook him deel van krijgen. Vrijdag begon het 's middags kwart over tweeën plotseling te sneeuwen, en om drie uur begon het opnieuw. Wel is waar vielen er geen dikke vlokken en werden de boulevards niet met een wol lige deken bedekt maar toch moesten de Parisiennes in allerijl hun bont en pelsmantels uit de naphtaline halen, want het was leelijk koud. Een mot regentje vermengde zich met de dunne natte vlokjes en drenkte al de zomer gasten in een vieze nattigheid. En dat in Augustus. Romantische dieven. Op het Fransche platteland heerscher. nog hier en daar toestanden die men in den modernen tijd niet zou verwach ten. In Ariège is de laatste dagen een bandietenbende aan het werk. zooals men die aantreft in zeventiende eeuw- sehe verhalen. Een goed georganiseerde troep stroopt overal in de omgeving en waagt zich in afgelegen dorpen. De bende verbergt zich in dichte bosschen, zooals de bende van „Zwarten Piet" uit Ferdinand Huyck, het pleegde te doen. De boeren worden door de met revol vers gewapende bandieten in hun eigen huis bedreigd, en moeten hun kostbare biljetjes van duizend franc gewillig af staan. Alle veldwachters uit de streek heb ben zich vereenigd en trekken er een drachtig met de bevolking op uit. om met hooivorken en buksen gewapend de gevaarlijke bosschen in te dringen. Wel licht zullen zij een kampvuur moeten omsingelen en een hevigen strijd met de bandieten moeten voeren, die gelijk Schiller's „Raber" hun hoofdman met ware doodsverachting zullen verdedigen. Dat is heel wat romantischer, dan een simpele arrestatie! De kaart van 't heelal. Veertig jaar geleden besloot het Astro nomische congres dat er een kaart sa mengesteld zou worden, waarop alle be kende sterren van het heelal zouden worden aangegeven. De uitvoering van dit moeilijke plan werd opgedragen aan professor Turner van de Universiteit te Oxford. Achttien landen namen aan deze groote ondernenvng deel. De hemel werd onder hen gelijkelijk verdeeld. Ieder kreeg een bepaald gedeelte in kaart te brengen; elke observatiepost moest 1100 a 1500 sterren fotografeeren. Thans veertig jaar later, doet Profes sor Turner, die inmiddels wel aardig grijs geworden zal zijn de mededeeling. dat enkele afdeelingen klaar gekomen zijn. De ijverigste observatoria waren de Spaansche en Britsche, en ook de ster renwacht van het Vaticaan. Als het reusachtige werk heelemaal klaar zal zyn zullen er op de kaari vijf millien sterren staan. Het is te hopen, dat Professor Turner het nog zal be leven. 't Is wel een geduldwerkje. Europeesche parels. Niet alle paarlen komen uit de Oos- tersche zeeën, zooals men allicht ge neigd is te denken. Ook West-Europa levert parels, en wel Schotland. Dit zijn zoetwaterparels, die gevonden worden in de Schotsche rivieren en heel wat makkelijker te verkrijgen zijn dan die uit het verre Oosten, die met groote moeite opgedoken worden. De parel oesters liggen verscholen tusschga het zand op den bodem van de Schotsche rivieren, en zijn niet talrijk. Toch wordt er regelmatig naar gevisch en wel voor namelijk in de rivieren Ugie en Ythan. De mooiste parel, die in het vorige sei zoen gevonden is heeft vijftien pond sterling oftewel honderdtachtig gulden opgebracht. De groote parel die op de Schotsche kroon blinkt werd in Ythan gevonden. De Schotten gewagen altyd met ple zier van het volgende verhaal: In 1750 vond een koopman uit Aber deen in de Ythan een vrij mooie parel, Den eersten den besten liefhebber, dien hij tegenkwam vroeg hij er honderd ponden voor. De kooper schatte de pa rel op het oog en betaalde er honderd Engelsche ponden voor. De koopman moest zich beheeTschen om niet van blijdschap een gat in de lucht te sprin gen. Hy had gerekend op honderd Schotsche ponden hetgeen een waarde vertegenwoordigt van acht Engelsche ponden sterling en zes shilling. Zulke meevallers komen tegenwoordig niet meer voor. Van een koe. Koeien kunnen er ook wel eens ge noeg van krijgen! Een Fransche koe tenminste begon het allang te vervelen op de altyd egaal groene wei. Temeer daar zij onbarmhartig achtervolgd werd door haar kwelgeesten, de vliegen, mug gen en andere kwaadwilligen. Zij moest er niets meer van hebben, van die da- gelyksche sleur met alle groote en kleine beproevingen. Zij nam 'n grooten sprong die haar ongetwyfeld tot kampioene van alle springende koeien maakte, en troon de in minder dan geen tyd boven op een schuur Ongetwyfeld genoot zij van de geheel ongekende emotie, maar de vreugde was van korten duur. De schuur, niet berekend op het gewicht van moeder koe begon te wankelen en nog voor het 't geheele terrein harer dagelijksche wandelingen overzien had stortte het arme beest al naar beneden, dwars door pannen en dakspanten heen. Physiek schadelyke gevolgen had het avontuur niet. maar wel psychisch, want ongetwyfeld is alle ondernemingsgeest van deze energieke kce voor goed ge dood. En dat is jammer. Het koeien* leven biedt zoo weinig afwisseling.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 5