HAARLEM'S DAGBLAD
GEMENGD NIEUWS.
WAAROM IS IJSLAND EEN MERKWAARDIG
OORD?
ZATERDAG 15 OCT. 1927
Een stad met één
inwoner
In 1891 werd In Brltsch Columbia niet
Ver van de Noord-Amerikaansche grens
koper aangetroffen, dat goud bleek te
bevatten. Een zwerm fortuinzoekers
streek natuurlijk neer op de streek.
Eenige Jaren later waren reeds hon
derd duizend arbeiders in de grootsche
omgeving van het Rotsgebergte geves
tigd en hadden er een stad gebouwd.
Kerken zoowel als dancings verrezen
al spoedig er waren luxueuse hotels en
de vrijmetselaren hadden er een loge.
Houten villa's stonden aan de breede
wegen. Een der rijk geworden mijnwer
kers werd burgemeester.
De Noord-Amerikaansche pelsjagers,
Jaloersch op den voorspoed van de
nieuwe stad beschoten haar en deden
aanvallen op reizigers in de nabijheid.
De zeden van de Far West waren dus
nog niet geweken voor beschaving.
Toen de oorlog kwam groeide de stad
dubbel zoo hard. Koper werd bijna meer
waard dan zilver. Lieden die de stad
binnen gekomen waren zonder een cent
te bezitten werden millionaire.
Toen de vrede kwam, konden de kos
ten de exploitatie van de kopermijnen
niet meer dekken, en de stad werd ver
laten. De mijnwerkers emigreerden in
En nu ligt de stad eenzaam en ver
laten in de woeste Rocky Mountains. De
huizen, haastig en onsolied gebouwd,
storten in. Het gras schiet te voorschijn
tusschen de straatsteenen en het woud,
dat wijken moest voor de bouwmeesters
der stad, begint het verloren domein te
hernemen. Het publiek, dat 's nachts
op straat is, bestaat uit beren en her
ten.
De stad draaft den eigenaardiger! naam
van Phoenix, en er is nog slechts éen
persoon, die in dien naam gelooft. Een
zaam woont nog één enkele man in de
verlaten stad, een oude mijnwerker, die
gelooft dat de stad, gelijk de legendari
sche vogel, wiens naam zy draagt, uit
haar assche zal herrijzen.
De hondenrennen en
dierenmishandeling.
'Het lid van het Lagerhuis Bromley
heeft schriftelijk aan Joynson Hicks ge
vraagd of de minister wist, dat de
nieuwe rage voor rennen met windhon
den aanleiding gaf tot dierenmishan
deling vooral bij de hindernisrennen.
De minister heeft geantwoord dat zulks
hem niet bekend was, doch dat ieder
burger er voor de rechtbank een toetsge-
val van kon maken. Bromley heeft nu
aangekondigd zijn vragen, door feiten
gestaafd, in het Lagerhuis zelf te zullen
hertialen.
Zooals men weet wordt bij de hon
denrennen een mechanisch voortbewo
gen haas gebruikt
Voor den man de vrouw.
Lady Iveagh, de echtgenoote van den
nieuwen lord Iveagh die tengevolge van
zijn verheffing tot pair zijn zetel in het
Lagerhuis verliest, is gisteren door de
Conservatieve Kiesvereeniging te
Southend candidaat voor den zetel van
haar echtgenootgesteld.
Het is in het Engel sohe parlement
reeds meer voorgekomen dat een vrouw
haar man opvolgde. Lady As tor werd
lid voor Plymouth, toen haar echtge
noot tot pair verheven werd. Mevrouw
Wintringham volgde haar man bij zijn
dood op en mevrouw Philipson won den
zetel dien haar man door een techni
sche onregelmatigheid bij de verkie
zingen had verloren.
WILLIAM LE QUEUX,
de overleden Engelsche r
manschrijver.
Je moet 't maar treffen.
Twee firmanten in de bekende uitge
versfirma Cope and Fenwick te Londen,
die te Falmouth hun vacantie doorbren
gen, zijn toen zij van een autotocht naar
Dartmoor terugkeerden en twee voor
bijgangers naar den weg vroegen, een
zeer onaangename ervaring rijker ge
worden. De lieden die hun den weg
hadden gewezen, schijnen het vreemd
té hebben gevonden dat twee vreemde
lingen zoo laat op den weg waren. Zij
waarschuwden althans telefonisch de
politie, die het tweetal aanhield en hen
aan een kruisverhoor onderwierp, om na
te gaan of ze soms iets meer wisten van
den moord op den veldwachter Gutte-
ridge uit Essex. Kun verweer, dat zij
argelooze vacantie-toeristen waren werd
niet geloofd. „Wie gaat er nu in Octo
ber met vacantie?" merkte de politie
man op. Na geruimen tijd in het po
litiebureau vastgehouden te zijn slaag
den de twee er ten slotte In het bewijs
van hun onschuld te leveren. Zij heb
ben zich echter voorgenomen voortaan
hun vacantie eerder te nemen.
De val van de rotsen.
Bij Dael is en bouwer, die met zijn
auto was uitgereden om de werkzaam
heden aan een huis in aanbouw na te
gaan op 'n punt waar de weg dicht langs
het strand lcopfc, van een 150 voet hooge
rots in zee gestort. De auto viel met
een doffen slag op het rotsige strand en
werd geheel vernield; de bouwer, Ken
neth genaamd was op slag dood.
De dagelyksche dracht..
Eert schoone IJslandsche. Hel lange mooie
haar is een bezit waar de IJslandsche
trotsch op is.
De IJslander is ondanks zijn zakelijke,
stoere karaktereigenschappen, die hij
verwierf in een gestagen harden strijd
om het bestaan een menschelijk pro
duct, waarin nog iets van het Romanti
sche, Keltische bloed van de sagen
stroomt. Zoo althans ziet R. Pape Cowl
de man die belangrijke werken over
IJsland en IJslandsche cultuur heeft
gepubliceerd den IJslander. En dat
is niet alleen zoo, omdat hij de robuste
nakomeling is van een sterk en oud ge
slacht, doch omdat hij en de zijnen,
de eenzamen zijn op het groote eiland.
Doch er is ook nog een derde, een
klassieke omstandigheid die den IJslan
der een voornaam cachet verleent.
Zij hebben het contact met hun
„gouden" verleden niet verbroken
omdat zij en dat is eenig in
de geschiedenis van Europeesche vol
ken, de taal spreken van de 12de
eeuw, de boeken lezen van die eeuw, en
de poëzie schrijven in den klassieken
vorm van dien tyd. De taal die een dui
zend jaar geleden alle Scandinavische
volken spraken, het oude Noorsch is de
taal van IJsland. Zelfs een kind kan
de oude IJslandsche sagen uit de 12de
eeuw, zonder noemenswaardige moei
lijkheden lezen.
Vele IJslanders zijn ook uitstekende
vertellers van sagen. Zy schijnen door
alle banden waarmee zij vastzitten aan
een beroemd verleden een talent te heb
ben om dat verleden fantastisch maar
mooi te zien en mooi te doen herleven.
De bevolking van IJsland (95000 zie
len) is dun verspreid over een uitge
strektheid, die aanmerkelijk grooter is
dan Ierland of Schotland.
Op iedere 10 vierkante kilometers on
geveer 9 menschen! Dat is waarlijk niet
veel. Doch dit is slechts een gemiddelde.
Want het binnenland van IJsland, om
het zoo maar eens te noemen is hoog,
bestaat uit ruwe bergen, is bedekt met
gletschers, lavavelden en zelfs moerassen
en uitgestrekte verlaten woestenijen. De
bewoners hebben zich, zooals het ge
meenlijk in dergelijke landschappen gaat
geconcentreerd in de valleien en lage
landen by de kusten. Doch zelfs daar is
het land nog vry dun bewoond. Uitge
zonderd in Reikjavik dat 18000 inwoners
heeft.
Een oud, sterk en mooi ras op ouden grond.
GELUKKIG LAND VAN DILIGENCE EN CENTRALE
VERWARMING!
Een JJslandsch melkmeisje op haar morgenrit. een landelijke idylle.
In den regel zyn de vrouwen en man
nen van IJsland blond en blauw-oogig.
Doch vrü veel ziet men een combinatie
van zwart haar en licht blauwe oogen.
De mannen zyn groot en welgevormd.
Robust en rustig. De vrouwen zyn ge
zond. frisch en over het algemeen regel
matig en goed gevormd. De mannen
kleeden zich vrywel geheel zooals de be
woners van West-Europa dat doen. Doch
de vrouwen toonen grooter aanhanke
lijkheid voor het klassieke nationale
costuum. „De vrouw op haar Zondagsch"
draagt een jak, meestal in donkere tin
ten gehouden en daarbij een hemd. dat
hoven hét jak uitkomt, en in kleur er bij
hoort. Op het haar dat in lange dikke
vlechten neerhangt, draagt de IJsland
sche een zwart fluweelen kap met tres
sen. Trouwens de vrouwen van IJsland
hébben mooi haar. Zy zouden dat niet
graag opofferen voor de geneugten van
't bobbed hair.
Groote antieke; en artistieke waarde
heeft het feestcostuum (het heet: up-
phlutur of skantbuningur). De kap is
er het hoofdbestanddeel van (ditmaal
in letterlijken zin!) Deze bestaat uit een
hoogopgemaakte wit linnen haartooi die
van voren vastgehouden wordt door een
prachtigen breeden gouden band. Het
vest en bijbehoorend hemd, zijn ryk be
werkt.
Op de wegen ziet de toerist veelal
karovanen van ponies en paarden. En
daarbij loopen dan de ouderwetsch-uit-
gedoschte vrouwen. De kleine paardjes
zyn belast met groote pakketten. De
wegen zijn tram- en treinvry. Geen
wonder dat men zich af en toe in de
middeneeuwen teruggekeerd waant!
IJsland heeft geen spoorwegen en men
doet dan ook werkelijk het beste den
rug van de gedweëe pony voor lief te ne
men. Het dier zal u veilig, zij het lang
zaam langs de slingerende wegen voeren.
Toevalliger wyze komt ons juist een
berichtje uit een Fransche Courant on
der het oog, waarin staat dat er sprake
van is dat in de volgende lente IJsland
zijn eerste spoorweg krijgt van
80 K.M. lengte!
Die zal 8 millioen francs moeten kos
ten. En zegt het Fransche blad er
by in afwachting daarvan bedienen
de IJslanders zich nog maar steeds van
de diligence. Dit gelukkige land, dat
geen gevangenissen en politieagenten
kent, bezit wel het- moderne' voorrecht
van een alleruitmuntendste centrale
verwarming I De geysers, de immense
spuitfonteinen zorgen daar wel voor.
En zy zyn meteen de bezienswaardig- j
En de feesttooi.
Nog een dochter van IJsiand, met wit
linnen kap en gouden hoojdband.
heid van het eiland. De IJslanders,
zoo besluit de Fransche journalist, heb
ben weliswaar het warme water niet uit
gevonden, maar zy weten zich er dan
toch maar goed van te bedienen!
Schapenfokken en visschen zijn de
voornaamste bezigheden van de IJslan
ders. De laatste tak van nijverheid om
vat zelfs 65% van de bevolking. De
kusten van het eiland zijn zeer vogel
rijk en de wateren herbergen groote
hoeveelheden visch, die een evengroote
economische waarde vertegenwoordigen.
Daarnaast zyn de machtige watervallen
en heete bronnen belangryke bronnen
van welvaart en rykdom.
De lezer zal wel inzien dat by een
dergelijke „voorraad" voor handenarbeid
er menschen te kort komen. Want zoo
als gezegd, de bevolking is dun
zaaid over IJsland. Het is daarom een
heel gewoon plaatselijk verschynsel, dat
de geestelijke van een gemeente ook
boer is en wellicht ook, postdirecteur.
En de schoolmeester vindt het heel
normaal als hy in zyn vacantie en
vrijen tyd de handen uit de mouwen
steekt, om de hooioogst binnen te
halen, of zelfs bereid is om de vis-
schers op hun booten by te staan. En
u moet ook maar niet verwonderd zyn
als u ontdekt bij een bezoek aan IJsland,
dat de bankdirecteur die uw financiën
behartigt de eerste acteur is van het
stedelijk schouw tooneel.
Ondanks deze merkwaardige verhou
dingen hebben zonen en dochters van
het eiland kans gezien om zioh in
wetenschap of kunst dermate te speciali-
seeren dat zy er naam mee maakten.
IJsland heeft zelfs in tijden van geeste
lijke depressie belangryke figuren
voortgebracht op het punt van litera
tuur, philosophic en schilderkunst. Einar
Jónsson is één van de grootste leven
de beeldhouwers van dezen tyd. Hy is
een man van Reykjavik....
Hier lezer hebben wy u een idee ge
geven van wat IJsland typeert en den
IJslander merkwaardig maakt. In een
volgend artikel iets over andere be
langwekkende zaken die IJsland be
treffen, en die vele zyn!
Andersen en Heine.
Helnrich Heine en Hans Christian
Andersen hebben elkaar in hun leven
een paar maal ontmoet. Andersen
stelde er een groote eer in, in het
buitenland met vooraanstaande persoon
lijkheden kennis te maken. Uit zyn
dagboek blijkt dat het hem dan ook
gelukt is. met een groot aantal belang
ryke tydgenooten in aanraking te ko
men. Een dergenen, die Andersen by'-
zonder gaarne wilde ontmoeten, was
Heine. Het eerst troffen zy elkander in
1 op een letterkundige club te Parys.
Andersen was toen 28. Heine 36 jaar oud
De Kopenhaagsche bibliothecaris Chr.
Behrend beschrijft in de „Nationalti-
dende" de ontmoeting naar Anderen's
dagboek:
De Deensche dichter riep onmiddel-
lyk uit: „Niemand heb ik hier liever
willen ontmoeten dan u".
„Dat zegt u maar", glimlachte Heine,
„als u werkelijk zooveel belang in my
stelde, had u mij wel eens eerder be
zocht".
Andersen verontschuldigde zich er
mee te zeggen, dat hy steeds gevreesd
had, geen goeden indruk op Heine te
maken en in zijn dagboek voegt hy
daaraan toe: Mijn woorden hadden een
gunstige uitwerking. Hij was buiten
gewoon vriendelijk en hartelijk. Reeds
den volgenden dag bezocht- hy my in
myn hotel. Wy spraken daarna nog
meermalen af en gingen vaak wandelen
langs de boulevards. Maar toch was er
toen nog geen vertrouwelijkheid tus
schen ons en ik voelde nog niet die
hartelijke toenadering, waartoe het
later gekomen is. By het afscheid gaf
Heine Andersen een paar vriendelijke
regels mede.
In 1843 zagen zy elkander ten tweede
male te Parys. Andersen heeft daar
over in zyn dagboek het volgende ge
schreven: „Ik trof hem eenigszins ly-
dend aan, maar toch vol energie en
zoo vriendelijk jegens my, zoo onge
dwongen, dat my ditmaal niets weer
hield my geheel aan hem voor te doen,
zooals ik was".
Andersen werd aan Heine's vrouw
voorgesteld en terwyl de laatste speelde
met een troepje buurkinderen, schreef
Heine voor Andersen zyn gedicht: „Ein
Lachen und Singen, Es blibzen und
gauketa",
Andersen's aanteekeningen worden
nog aangevuld door hetgeen bekend
geworden is over den indruk, dien hij
zelf op Heine maakte.
Andersen sprak by het eerste be
zoek Duitsch. Daar hem dit niet be
paald vloeiend afging, stelde hy zelf
voor liever Fransch met elkaar te spre
ken. Ook daarmede vlotte het echter
niet byzonder en de Deen kon zich
slechts met moeite uitdrukken. Daarop
vroeg Heine allervriendelijkst: „In
welke taal wenscht u zich vervolgens
met my te onderhouden, monsieur
Andersen?"
Andersen geraakte buiten zichzelve
over deze spottende opmerking.
Over datzelfde 'bezoek zegt Heine van
Andersen, dat deze op hem den in
druk maakte van een kleermaker, en
inderdaad zag Andersen er geheel zoo
uit. Een lange schrale man met een
hol ingevallen gezicht, angstig in zijn
optreden en onderdanig, zooals vorsten
dat wenschen. Daaraan heeft hij ook
het gunstig onthaal te danken, dat hem
by alle vorsten ten deel is gevallen.
Andersen was zeer trotsch op zyn
vorstelijke relaties. By zyn eerste be
zoek aan Heine droeg hy een groote
dasspeld op de borst. Op Heine's vraag
wat het voor sierraad was, antwoord
de de Deensche dichter zalvend, dat
het een cadeau was, dat Hare Hoog
heid, de Keurvorstin van Hessen hem
wel allergenadigst had willen vereeren.
Overingens, voegt Heine er aan toe,
achtte hy Andersen's karakter zeer
hoog.
Om een Friesche kist.
Het dorpje East Derham in Nor-
folkshire is in heftige beroering ge
bracht door een Amerikaansch bod van
1000 pond voor een antieke Friesche be
werkte kist, die in de parochiekerk als
altaarstuk wordt gebruikt. De kist is af
komstig uit de bouwvallen van het oude
kasteel der Howards, hertogen van Nor
folk, in Buckenhara en staat reeds
eenige eeuwen in de kerk. De dominee
en de ouderlingen kunnen het geld goed
gebruiken voor restauratie der oude
kerk, maar een deel ran den gemeente
raad en der parochianen is tegen ver
koop tot iederen pry's.
Een ruwharige herder. Eerste prijswinner
wiens optimistische lijfspreuk is: „Pluk
den dag."
Een zeer geheimzinnige
moord.
Te Merxem by Antwerpen heeft zich
een voorloopig nog geheimzinnig drama
afgespeeld in de woning van een be
kenden aannemer van bouwwerken. De
aannemer zou zich, volgens de eerste ver
klaringen van zyn vrouw, om een on
bekende reden twee kogels in het hoofd
hebben gejaagd, maar het parket, dat
ter plaatse kwam, liet de vrouw, op
grond van zekere vermoedens, arrestee
ren.
Tydens het bezoek van het parket on
derzocht een politie-officier het wapen,
een revolver van klein kaliber, waar
mede de aannemer zelfmoord zou heb
ben gepleegd, toen plots een schot af
ging en den ambtenaar doodelyk ver
wondde. Kort na zyn overbrenging in
het ziekenhuis van Antwerpen is hy
•verleden.
Tornado, orkaan en
typhoon.
Maar al te vaak Is de wereld in den
afgeloopen onheilszomer door natuur
rampen bezocht. Typhoons in China en
Japan, tornado's in Amerika, orkanen
overal. Zoo gemakkelijk, zonder er by
na te denken, spreken wij deze woorden
uit, zonder dat wy eigenlyk recht weten,
waar ze vandaan komen.
B.v. het woord tornado. Men leidt dit
vaak af van het Latynsche „tornare",
aldus de Tel., dat draaien beteekent.
Doch naar alle waarschynlijkheid is
deze afleiding onjuist. Want het woord
is tegen het einde der zeventiende eeuw
uit Spanje tot ons gekomen, waar het
door de zeelieden als aanduiding van
byzonder hevige stormen werd gebe
zigd. Het Spaansche woord was oor-
spronkeiyk „tonado" en duidde op een
met onweer gepaard gaanden storm,
zoodat het klaarblijkelijk van het La
tynsche „tonare", donderen afkomstig
is. Eerst later leidde de foutieve opvat
ting over de afleiding van het Latynsche
„tornare" tot de inlassching van de „r"
in tonado, waardoor ons huidig tornado
ontstond.
Ook het woord orkaan komt uit het
Spaansch; het werd afgeleid van het
Spaansche woord „huricano". Laatstge
noemd woord was door de Spanjaarden
op hun beurt uit de taal der Caraïbische
Indianen overgenomen, die de geweldi
ge stormen langs hun kusten met het
woord „huracan" bestempelden.
Het woord typhoon, dat voornamely'k
voor de stormen in de Japansche en
Chineesche zeeën wordt gebezigd, geldt
meestal voor Chineesch. In waarheid
echter is het afgeleid van het Griek-
sche „typhon", dat wervelstorm betee
kent. Door de Arabieren werd „tyiphon"
in „toefan" gewijzigd en door de Arabi
sche zeevaarders, die in dien overouden
tjjd zich reeds langs de kusten der ge-
heele toenmaals bekende wereld waag
den, voor de stormen in het Verre Oos
ten gebezigd. Vandaar de meening, dat
het woord eigenlyk Chineesch zou zyn,
welke foutieve opvatting steun vindt in
de toevallige omstandigheid, dat „ta" in
het Chineesch groot en „fang" storm
beteekent.
Over dansen dat
steeds moeilijker wordt.
Het dansen zal den komenden winter
stijlvoller en als gevolg daarvan moel-
lyker zyn, wanneer de „walk" de ge
wone looppas, die de laatste jaren in
vele danszalen voor danspas is doorge
gaan, naar het 'zeggen der experts, ver
dwenen zal zyn.
De directeuren der Londensche dans
zalen zoeken thans het geheele West
End af voor bekwame leeraren en
leeraressen aan wie hoogere eischen
dan ooit gesteld zullen worden. Ook de
beroepsdanspartner zal een strengere
proef moeten doorstaan, voordat hij of
zy geëngageerd wordt. Zco had Santos
Casani, de bekende Londensche dans-
leeraar voor eenige dagen groote moeite
met het uitzoeken van een twaalftal pa
ren, die tijdens de wintermaanden, wan
neer de Yale-Blew één der populair
ste dansen belooft te worden, als in
structeurs en partners zullen optreden
in het Royal Opera House in Covent
Garden.
Hierover zeide Mr. Santos Casani in
het interview met een verslaggever van
de Daily Mail:
„Oschoon er duizenden de dansscho
len hebben doorloopen, is het toch heel
moeilijk personen te vinden, die ge
schikt zijn dansonderwys te geven. Ve
len van hen mogen al in staat zyn om
zelf uitstekend te dansen, maar dit
staat neg niet gelyk met het opleiden
van leerlingen, vooral nu het publiek
over het algemeen een veel hooger
standaard wenscht dan in vroeger ja
ren".
Volgens Casani zyn de voornaamste
vereischen om goed dansonderwijs te
geven: takt: persoonlijkheid; bescha
ving; natuurlyke gratie van beweging
en een absolute beheersching der tech
niek.
Hoe kan ik nog rustig
eten.
(Van onzen Londenschen
correspondent).
Het begon indertijd met het troepje
Weensche meisjes, een keur van Mizi's
dat ons maal van soep tot koffie „mu
zikaal illustreerde" (zoo heet het tegen
woordig). Toen kregen wy rood gejakte
Tziganen of wy hadden hen aL
Voor de afwisseling waren er ook wel
eens orkesten, te sterk bezet voor een
eetzaal, maar geriefelijk voor hen die
moeite hebben geruischloos te eten, die
ons onthaalden op ouvertures van
Wagner of op Mozarts tooverfluifcmu-
ziëk. Een sopraan of tenor plaagde by-
wylen onze ooren, die niet zoo naar
melodie stonden als een tong naar een
smakelijk maal stond. De jazz-bende
vroeg niet elleen aandacht voor onze
ooren maar ook voor onze oogen. Al
etend volgden wy de slangachtige be
wegingen van quasï-Argentijnsche dan
sers of de crimineele dansbewegingen
van leden der Parijsche onderwereld.
Toen de Charleston kwam konden wij
alle opvoeding ten spijt niet langer
stil aan tafel blijven zitten. Wij dan
sten meer dan wy aten.
Dit alles gaat voorbij. Wij zullen
weer stil aan tafel gaan zitten maar
niet kunnen eten; want een Lon-
densch hoteleigenaar heeft 'gezegd dat
hy er mee zou beginnen mannen
van het slag van een Casals, een Pach-
mann, een Kreisler gaan nu ons oor
sfcreelen op dat belangrijk uur, waarin
de inwendige mensch bevrediging be-
hooft.
Alleen de grofste natuur zal onder
zulke omstandigheden voor vork en
lepel den weg weten te vinden naar den
mond. De hotelhouder verontschuldigt
zich op de redeneering dat hotels ge
dwongen zyn geworden hun restaurants
om te zetten in gelegenheden voor
openbaar vermaak, daar ze als gastro
nomische tempels puur en simpel niet
meer kunnen floreeren.
Mrs Grayson, da volgende
eandidaat voor een vlucht
over den Oceaan.
Steun voor vliegclubs.
Het Brrtsche ministerie voor Lucht
vaart heeft vier nieuwe clubs voor lichte
vliegtuigen te Bristol, Norwich, Not
tingham en Schotland betrokken in
haar subsidie-schema, waarvan reeds
een aantal vliegclubs in Engeland ge
nieten.
Het bericht is met vreugde ontvangen
door diegenen, die heil zien in de in
stelling van een goede reserve aan
Britsche vliegers, voor welk doel die
vliegclubs bestaan. Het oorspronkelyke
plan was de vliegclubs 2000 pst. te ge
ven voor aanschaffing van vliegtuigen
en uitrustingstukken, 1000 p.st. voor
onderhoudskosten in het eerste jaar cn
een zelfde bedrag in het tweede jaar,
en de helft van de kosten f 2000 p.st.
niet te boven gaande, verbonden aan
herstel of vervanging van gebroken ma
chines. Van 1 Augustus van dit jaar af
is dit subsidie-stelsel ten gunste der
vliegclubs verbeterd. De regeering be
taald nu ook 50 p.st. aan elke club voor
eiken vlieger die het brevet A of B
haalt. Deze vliegbeweging blijkt succes
te hebben. Want zelfs zyn in verscheide
ne plaatsen vliegclubs opgericht, die om
haar status niet voor subsidie in aan
merking komen maar die toch met goe
den uitslag vliegers kweeken. De lief-
hebbery is grooter dan men had ge
dacht en breidt zich zoo uit, dat het
subsidie-schema ze niet meer kan om
vatten. Merkwaardig is dat het aantal
vrouwelijke aspiranten voor vliegbre
vetten grooter is dan het aantal man
nelijke,