BINNENLAND,
LETTEREN EN KUNST
FLITSEN
UIT DE OISTREKEN.
FEUILLETON
Het Huis met den Pijl
HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 17 OCT. 1927
DE AMSTERDAMSCHE
UNIVERSITEIT.
HAAR GOUDEN FEEST.
De gemeente-universiteit van Am
sterdam heeft haar gouden feest ge
vierd. En ze heeft dat gedaan op
luisterrijke wijze. De dag is ingezet met
een offieieele ontvangst ten stadhuize.
In plechtigen stoet trokken Zaterdag
ochtend de hcogleeraren en de sena
ten van de studentencorpsen van de
universiteit naar bet stadhuis.
In de ontvangstzaal van het Stad
huis sprak de recfcor-magnificus Prof.
Dr. H. Burger. Spr. gedacht den steun
dien de Universiteit steeds van het ge
meentebestuur had, mogen ontvangen.
Burgemeester De Vlugt antwoordde
Spr., gedacht hoe het leven van Am
sterdam en haar universiteit is samen
gevlochten. Hij eindigde met den wensch
dat de universiteit moge groeien en
bloeien.
Moge. zoo zeióe hij, de band die haar
met de hoofdstad bindt hecht én stevig
blijven. Moge de liefde tot de weten
schap steetfc zijn saamgeweven met de
liefde voor onze stad, die naast haar
handel, scheepvaart en industrie een
centrum van kunst en wetenschap wil
blijven.
Na de plechtige ontvangst ten stad
huize bood het gemeentebestuur van
Amsterdam in het Paviljoen Vondelpark
een noenmaal aan. Aanwezig waren
daarbij alle leden van het dagelijksch
bestuur der gemeente, en van het col
lege van curatoren, voorts verscheidene
gemeenteraadsleden, de hoogleeraren en
eenige emeritus hoogleeraren.
Burgemeester De Vlugt, aan wiens
rechterzijde de rector-magnificus pro?,
dr. H. Burger en de vice-president van
den Raad van State, tevens curator mr.
dr. W. F. van Leeuwen, en aan wiens
linkerzijde de Commissaris der Konin
gin, jhr. dr. A. Röell, hadden plaats
genomen, presideerde de tafel.
Tijdens dit noenmaal, heef:
Professor Burger een tafelrede ge
houden waarin hij zijn groote waar
deering uitsprak voor hetgeen de ge
meente Amsterdam doet voor 't Hcoger
Onderwijs.
Na het noenmaal vond des middags
de herdenkingsplechtigheid plaats in de
gehoorzaal van het Koloniaal Instituut
De burgemeester opende de plechtig
heid met een welkoms trede. Na de be
groeting van den minister van Onder
was, richtte spr. zich tot den Commis
saris der Koningin in Noord-Holland.
Uwe aanwezigheid, mijnheer de Com
missaris der Koningin, in de Provincie
Noord-Holland, is ons een hernieuwd
bewijs, van de belangstelling van het
Provinciaal Bestuur voor de Amster-
damsche Universiteit; een belangstelling
waarvan gij steeds by gewichtige ge
beurtenissen in het leven der Universi
teit door Uwe tegenwoordigheid getuige
nis geeft.
In het verdere gedeelte van zijn toe
spraak liet de burgemeester er nadruk
op vallen dat het feit dat vele buiten-
landsche geleerden voortdurend aan de
Amsterdamsche Universiteit komen ar
beiden. wel aantoont dat niet slechts
in ons land doch tot ver over onze
grenzen de Universiteit haar invloed uit
oefent.
Daarna bracht minister Waszink de
gelukwenschen over van de regeering
aan hei bestuur der stad Amsterdam
en aan de universiteit.
De minister verklaarde dat geheel
Nederland zich gelukkig prijst in het
bezit der Amsterdamsche Universiteit.
Aan het gemeentebestuur bracht hij
hulde voor de uitnemende en onbekrom
pen wijze waarop het '6 hooger onder
wijs hier ter stede verzorgt, en aan de
universiteit voor de uitstekende wijze
waarop zij de wetenschap gediend heeft
en er het hare toe heeft bijgedragen
dat de Nederlandsche wetenschap roem
rijk bekend is tot ver over de gren
zen.
Ten slotte deelde de minister van
onderwijs, kunsten en wetenschappen
mede, dat het H. M. de Koningin be
haagd heeft te benoemen tot: ridder in
Nederlandschen Leeuw prof. dr. J. H.
Scholte, secretaris van den Academischer.
Senaat, alsmede de nestor van de uni
versiteit, prof. dr. R. Sissingh. (De
laaftste kon wegens ziekte niet aanwezig
zijn).
Bovendien hebben twee leden van het
personeel een onderscheiding ontvan
gen en is verleend de zilveren eere-
medaille in de Oranje-Nassau orde. aan
de heeren J. Steenken, assistent-pedel
en E. Scheyde, preparaior aan het ont
leedkundige laboratorium.
Na de toespraak van den minister,
hield de rector-magnificus Prof. Bur
ger een herdenkingsrede. Na afloop van
de plechtigheid hielden de Academische
Senaat en curatoren receptie. Verschei
dene kwamen gelukwenschen aanbie
den.
Er volgde nog een feestmaaltijd in
Couturier. Aan het feestmaal zaten 130
genoodigden aan.
Behalve de rectormagnificus voerden
ondermeer nog het woord de burge
meester van Amsterdam, de minister
van Onderwijs en de Commissaris der
Koningin in Noord-Holland Jhr. Mr.
Dr. A. Röell.
De heer Röell zeilde hulde te hebben
fcooren brengen aan het provinciaal be
stuur voor hetgeen dit voor de Uni
versiteit heeft gedaan. Doch bij het
naspeuren van de dossiers vond hy een
..uitvoerig beredeneerd verslag van Ge
deputeerde Staten aan de Provinciale
Staten", waarin onder Hoofdstuk IV
staat: het Atheneum Illustre is op 15
October 1877 opgeheven. omdat de
Universiteit werd opgericht. (Gelach)
Maar hij. vond ook iets anders. In
1865 is bepaald, dat de Staten een
Jaarlijksch subsidie van f 10.000 zou
verleenen aan het hooger medisch on
derwijs. Uit dat onderwijs is de Uni
versiteit voortgekomen, uit de „pillen"
(Gelach).
En dat subsidie is gebleven, al werd
er ook wel eens gevraagd of het geld
goed besteed werd. (Hilariteit).
Doch een 'band is er altijd gebleven
tusschen de Amsterdamsche Universi
teit en de provincie. Dat dit zoo moge
blijven, is spr. innigsten wensch.
(Applaus).
I IET ROTTERDAMSCHE
TRAMBEDRIJF.
OVERGENOMEN DOOR DE
GEMEENTE.
Zaterdagmorgen hebben B. cn W. van
Rotterdam in het dirertiegebouw met
eenige plechtigheid het trambedrijf na
mens de gemeente overgenomen. Daar
toe hadden met de leden van het col
lege de directeur Ir. J. G. J. C. Nieu-
wenhuis en de hoog ere ambtenaren zich
in de directiekamer vereenigd.
Burgemeester Wytema hield een toe
spraak. Spr. deed een beroep op' de toe
wijding van het personeel en zeide over
tuigd te zijn dat het personeel al zijn
krachten zal inspannen om te werken
voor de gemeente Rotterdam. Verder
•erzocht spr. den nieuwen directeur den
heer Nieuwenhuis allen steun te geven.
De directeur, de heer J. G. J. C. Nieu
wenhuis, zeide daarop, het zich tot een
eer te rekenen, aan het hoofd te zijn
gekomen van een zoo belangrijk bedrijf
als heden in handen van de gemeente
is overgegaan. In antwoord op wat de
burgemeester heeft gezegd over de toe
wijding van het personeel, meent hij uit
naam van allen de verzekering te kun
nen geven, dat zij alle krachten, al hun
ijver en toewijding zullen geven, om
het bedryf zoo goed mogelijk te doen
uitvoeren.
Verder werd nog gesproken door ver
tegenwoordigers der organisaties.
DE CULEMBORG3CHE
MOORDZAAK.
Anderen de daders?
BELANGRIJKE GEGEVENS
AAN DE JUSTITIE.
De correspondent van de Tel. te
Arnhem schrijft:
Naar wij van de zijde der verdedi
ging in de Culemborgsche moordzaak
vernemen, zal de verdere behandeling
dezer zaak voor het Gerechtshof alhier
vermoedelijk eerst einde December as.
plaats vinden. De beklaagden bevinden
zich thans reeds anderhalf jaar in
voorarrest, terwijl het onderzoek, dat
thans door het Hof is gelast, weinig
voortgang heeft.
Aan de Justitie zyn thans belangrijke
gegevens verstrekt, welke er op zouden
wyzen, dat anderen dan de thans ver
dachten de daders, althans medeplich
tigen zouden zijn.
ROTTERDAMSCHE
AERO-CLUB.
EERSTE BREVET UITGEREIKT
Naar de Avondpost verneemt is dezer
dagen het eerste brevet van |de Rotter-
damsche Aero-club uitgereikt aan dor
heer H. Pander, directeur van de beken
de Pander-vliegtuigenfabrieken.
By hst examen fungeerden de heeren
M. v. Meel, Schmidt Crans en Bakke-
nes als vlieg-commissarissen.
Als bijzonderheid dient nog te worden
vermeld, dat de heer Pander niet op
2000 M-, doch op 4100 M. hoogte gevlo
gen heeft.
SUBSIDIE AAN DE K. L. M.
j 200.000 MEER.
Ingediend is een wetsontwerp tot ver
hooging van het IXde hoofdstuk der
Siaatsbegrooting voor 1927. Het is een
gevolg van de gewijzigde regeling voer
het verleenen ran verderen steun aan
de Kon. Luchtvaart Mij. voor Neder
land, en Koloniën, welke bij de wet van
30 Juni 1.1. van kracht is geworden.
Ingevolge die regeling zal aan de
maatschappij over het jaar 1927 f 500000
alzoo 200.000 meer dan is uitge
trokken als subsidie worden uitge
keerd en zal een som van 100.000 in
de kas van de maatschappij moeten
worden gestort voor 100 ten name van
het Rijk gestelde aandeelen.
MUZIEK.
UITGAAN.
DIRK SCHaFER.
De beroemde pianist Dirk Schaf er
zal Vrijdagavond 21 October een piano
avond geven in de Gem. Concertzaal.
Als bijzonderheid zij vermeld, dat dit
het 500ste concert zal zijn, dat Schafer
zal geven.
Het lydt dan ook geen twijfel of zeer
vele muziekliefhebbers zullen wederom
van zijn hooge kunst genieten.
LEDENCONCERT DER H. O. V.
De nieuwe concertmeester der H. O.
V., Frits Hinze trad op het ledencon
cert Zondagnamiddag als solist op met
een virtuoze, technisch volkomen be-
heerschte vertolking van het vioolcon
cert van Brahms. De wijze, waarop de
speler de vele en aanzienlijke moeilijk
heden zonder eenige zichtbare inspan
ning overwon mocht terecht bewonde
ring wekken: zekerheid en zuiverheid
faalden geen oogenblik, ook niet in de
dubbclgrepen der cadens; het toonvo-
lume hadden we echter gaarne nog
wat machtiger, de begeleiding hier en
daar wat bescheidener gewenscht: vele
passages der solcviool werden wat over
stemd. Ook. heeft deze voordracht bij
alle gaafheid ons toch nog geen diepere
indrukken kunnen geven; zy had een
weinig te kort aan innigheid zoowel als
aan stuwkracht; zij wekte belangstel
ling, zij dwong eerbied af, maar zij ont
roerde het hart zoo min als zij den
geest deed ontvlammen. Maar, het zij
nog eens gezegd, zij was een respecta
bele.'voorname praestatie, en het doét
genoegen een zoo bekwaam kunstenaar
op de concertmeestersplaats te weten.
Voorname kunst werd ook in de Tra
gische Ouverture van Erahms gèboden,
die echter eer den naam „ernstig" dan
„tragisch" verdient; zij staat dichter bij
Schuin arms „Faust Ouverture" dan bij
Beethovens „Corioian". De uitvoering
wees op zorgvuldige voorbereiding; zui
verheid, orkestklank en samenspel wa
ren zeer goed. Van Beethovens Vierde
Symphonie werd vooral het verrukkelijk
mooie Adagio voortreffelijk gespeeld;
behoudens een paar kleine, niet storen
de inzetfoutjes der blazers; doch ook in
de andere hoofddeelen waren tal van
gelukkige, schoone momenten. De tem
pi waren over 't geheel wat gereserveer
der genomen dan we gewend zijn: aan
nauwkeurigheid won men wat men aan
levendigheid inboette.
Onjuiste inzetten kwamen in de bege
leiding van Brahms' vioolconcert ook
wel eens voor. Het wil ons toeschijnen
dat de dirigent Eduard van Beinum den
orkestleden wat meer behulpzaam kan
zyn door belangrijke inzetten aan te
te geven dan hij tot dusver deed. Zij 1
zijn in dit opzicht door Nico Gerharz,
die alles en alles rechts en links aangaf,
verwend. Maar deze had meestentijds
de partituur in zijn hoofd; Van Bei
num heeft zijn hoofd nog te veel in de
partituur, zooals men wel eens zegt.
Doch dan kan het blauwe potlood er
kend goede diensten bewijzen en voor
komen dat serieus voorbereide uitvoe
ringen door ongelukjes geschaad
worden.
Vele belangstellenden, waaronder
meerdere bekende Amsterdamsche
musici, woonden dit concert bij.
KAREL DE JONG.
VAN HAARLEM'S DAGELAD No 1027
DE GESLOTEN DEUR
Vader gaat in zijn eigen kamer
zitten om de krant te lezen. Voelt
tocht in zijn nek en staat op om
de deur te sluiten
Jan komt binnen om zijn algebra-
boek te halen
Jan vindt het boek en verdwijnt
vader roept hem achterna, dat
hij de deur moet sluiten
Jan hoort het niet meer en vader i
staat op om de deur te sluiten
Mientje komt binnen om de tele-
foon te gebruiken en laat gedu- I
rende een langdurig gesprek de I
deur open
verzoekt Mientje de deur te sluiten
als zij er uitgaat
Mientje sluit de deur, die echter
niet goed in het slot valt en da- I
delijk weer open zwaait
vader staat op, slaat de deur met
een nijdige smak dicht en keert
tot zijn krant terug
voelt plotseling tocht in zijn nek
en bemerkt dat moeder, denkende
dat de deur door den wind was
dichtgeslagen, haar weer geopend
heeft.
(Nadruk verboden).
HAARLEMMERLIEDE
GEMEENTERAAD.
Motie van afkeuring over de
houding van B. en W. aan*
genomen.
Vergadering vaa den Raad der ge*
iT'.ente Haaijemnuoliede en Spaarn*
woude op Zaterdag 15 October 1927
Voorzitter: dc burgemeester, de
heer L. Simons. Aanwezig alle leden.
Ingekomen is o m. een mededee*
ling van God. Staten, dat goedge*
keurd is het raadsbesluit tot het aan*
gaan van een kasgcldleening tot een
bedrag van ten hoogste 40.000.
De vergoedingen over 1925 voor de
R.K. school te Haarlemmerliede en'
de Christelijke School tc Halfweg
(art. 101, lid 9 L.O. wet 1920) worden
vastgesteld resp. op 24S7.78 en
4093.45; en dc vergoeding over 1925
voor Vakonderwijs aan de R.K.
school te Haifwcg (art. 101 lid 9 L.
O. wet 1920), op resp. 200 en
116.66.
Bij punt 4, vaststelling vergoeding
over 1925 en 3»jaarlijkschc afreke*
ning over de jaren 1923. 1924. 1925
van de R.K. school te Halfweg (art
101. lid 1 en 9 L.O. wet 1920). merkt
de heer De Graaff op, dat hij de
post voor de speelplaats van dc RJC.
school te hoog vindt. De voorzitter
zegt. dat de Raad het recht niet heeft
het bedrag te verminderen, ook hij
vindt het bedrag hoog.
Dc bedragen worden vastgesteld
op resp. 2010.32; 4238.78 en
4504.02.
Goedgekeurd wordt punt 5 verhu»
ring lokalen O. L. School Halfweg
voor Vakteekenonderwijs.
Punt 6. Ondcrhandschc vcrpach*
ting pontveer Zuid*Schalkwijk.
De heer Stork wenscht een open*
bare verpachting. De heer Dc Graaff
vraagt om een tariefsherziening, te*
vens zou hij graag zien, dat een regie*
ment opgehangen werd bij dc pont
De voorzitter stelt voor het weer
voor éen jaar aan den tegenwoordi*
gen pachter, Van Heemskerk, tc vei*
pachten. Dan kan daarna een tariefs*
herziening plaats hebben. Over des
zen pachter kwamen nooit klachten
binnen. Dit wordt goedgekeurd.
Besloten Wordt tot ondcrhandsche
verhuring van landerijen in den Haar*
lemmermeer, tot publieke verhuring
van weiland van het Grondbedrijf,
cn tot den verkoop van grond aan
den Haarlemmerstraatweg.
De Commissie van Bijstand
voor de Bedrijven.
Alvorens punt 10. voorstel van
raadsleden tot wijziging van dc ver*
ordening voor de Commissie van
Bijstand voor dc Bedrijven in behan*
deling komt, zegt de voorzitter,
dat de Raad beter zal doen het voor»
stel in te trekken.
De heer v. d. Vegt zegt. dat nu
de Raad wil, dat dc Commissie blijft
bestaan B. en W. haar niet mogen
gabn opheffen. Dit is niet een goede
samenwerking.
De heer Stokman sluit zich
hierbij aan.
De heer Stormbroek wil de
commissie laten bestaan.
Wethouder Biesheuvel is het
met den burgemeester eens, dat de
commissie opgeheven moet worden.
Hij wil zich houden aan de adviezen
van hen, die het Staatsrecht bestu*
deerd hebben. B. en W. kan geen bij*
stand opgedrongen worden-
De voorzitter merkt op, dat
er thans nog slechts één bedrijf'is,
tegen vroeger drie. En voor het wo*
ningbedrijf is niet veel te doen. De
commissie acht spr. daarom overbo*
dig.
De heer Stokman begrijpt de
halsstarrige houding van B. cn W.
niet. Laat een lid van het college zich
nu a's voorzitter van dc Commissie
beschikbaar stellen. anders vreest
spr. voor de goede samenwerking.
De voorzitter zegt, dat de
raad B. en W. bijstand wil opdrin*
gen; en bijstand wordt gevraagd, niet
opgedrongen, volgens de Gemeente*
wet. Als B. en W. het niet wenschen
kan de Raad geen oommsisie van bij*
stand instellen. Wel is dit het geval
met commissies van voorbereiding.
Motie.
De heer v. d. Vegt dient een mo*
tie in, waarin dc houding van B. en
W. betreurd cn ten zeerste afge*
keurd wordt.
De motie komt in stemming en
wordt aangenomen met 65 stem»
men.
De heer v. d. Vegt betwijfelt, of
het juist was, dat cle wethouders
meestemden.
Punt 10 wordt daarna aangenomen.
Punt 11. Voorloopige vaststelling
rekeningen dienst 1926 wordt aange*
nomen met de stem van den heer
v. d. Vegt tegen.
De heer v. d. Vegt wenschtc niet
voor te stemmen, omdat de Comm.
voor de Bedrijven niet gehoord is.
De rekeningen zijn als volgt vast*
gesteld: Electriciteitsbedrijf, winst
742.63; Grond* cn Woningbedrijf,
verlies 3071.50; Waterleidingbedrijf
verlies 1539.35; Armbestuur
ƒ475 85 1/2.
Begrooting.
Punt 12. Aanbieding der begrooting
voor den dienst 1928.
De begrooting sluit met een bedrag
van ontvangsten cn uitgaven van
108.421.62 1/2 cn voor den kapi*
taaldienst met een bedrag van
31.520.
Bij de benoeming van een commis*
•sic voor onderzoek der bcgrootin*
gen dienst 1923 stelt de voorzitter
voor te benoemen de heeren v. d.
Vegt. Duynhoven en De Graaff. De»
ze heeren worden benoemd.
De heer v. d. Vegt wenscht zijn
benoeming in beraad te houden.
Benoemd worden tot leden van
het Burgerlijk Armbestuur de heeren
N. v. d."Laan (aftr.) en W. P. Vink,
Rondvraag.
Naar aanleiding van een opmerking
van den heer Duynhoven. zegt de
voorzitter, dat B. en W. bereid zijn,
nu er geen stadskwartier meer is, de
verordening op het neerwerpen van
mest bij de huizen in te trekken, in*
dien dc heer Duynhoven er een
schriftelijk voorstel toe indient.
Na beantwoording van eenige an*
clcre opmerkingen sluiting, der verga*
dering.
HAARLEMMERMEER.
INBRAAK.
Wederom is bij een landbouwer aan
den Sloterveg ingebroken. De dief heeft
zich door het openschuiven van een
raam toegang tot de woning verschaft
en zich meester gemaakt van verschil
lende kleedingstukken.
De politie meende ook thans den ver-
moedelïjken dader onder de in dezen
polder werkzaam zijnde vreemde arbei
ders te moeten zoeken en heeft, als ver
dacht van dezen diefstal, een uit Noord-
Brabant afkomstigen arbeider aange
houden.
BEVERWIJK.
GAS AAN WIJK EN ZEE.
Vrijdagavond heeft te Wijk aan Zee
een drukbezochte vergadering plaats
gehad, waar door den heer H. J. de
Groot, directeur der Lichtbedryven, een
uiteenzetting is gegeven van het nut van
gas voor de badplaats.
Alle aanwezigen waren het er over
eens, dat alles in het werk moest wor
den gesteld om zoo spoedig mogelijk
hiertoe te geraken.
De Burgemeester en verschillende
raadsleden, welke de vergadering bij
woonden, zegden hun volle medewer
king toe.
Naar het Engelsch van
A. E. W. MASON.
31)
Iets van haar angst deelde zich mede
aan fcar.r tdéheorders misschien neg
meer dear haar uiterlijk, terwijl ze dit
vertelde, dan door de woorden die ze
gebruikte. Jim Frobisher kon nauwelijks
stil blijven staan. Estty keek naar Anr.
met groote wijd open oogen en hield
haar adem in. Hanand zeif zeide:
„Gaf u een gil? Dat verbaast mij
niets".
„Ik wist dat niemand mij hooren
Iron en dat ik hulpeloos was zoo lang
il: in bed lag", vervolgde Ann. In mijn
doodsangst sprong ik uit bed. en
raakte nu niemand aan. Ik was zóó ge-
schrc'.-J.-en, dat ik alle gevoel voor rich
ting kwijt» was'.
Het kropje van het eleetrische licht
kon ik niet vinden. Ik voelde mat mijn
henten langs een muur. Ik hoorde mij
ztif snikken alsof ik een vreemde was.
T.r-slatie kop üc tegen een kas: aan en
kwam daardoor een beetje tot mijzelf.
Da' -na vond ik het knopje van het licht
en stak ha: aan. De kamer was leeg.
I". -orde mijzelf wij* te maken dat
ik gedroomd had, maar ik wist, dat dat
niet waar was. Iemand had zich in don
ker dicht, o zoo dicht, over mij heen
gebogen. Mijn hand, die het gezicht had
aangeraakt, tintelde. Ik vroeg mij af
wat er met mij gebeurd zou zijn als ik
niet juist op dat oogenblik wakker ge
worden was? Ik stond te luisteren, maar
mün hart kiepte zoo heftig dat ik het
geluid deer de heele kamer scheen te
hooren. Ik liep naar de deur en drukte
er mijn oor tegen aan. Op dat oogen
blik had ik mij zelf gemakkelijk kunnen
wijs maken dat er één voor één een
heel leger op de taenen langs mijn deur
sloop. Eindelijk nam ik een besluit. Ik
gooide óe deur wyd open. Een oogenblik
ging ik achteruit, maar toen de deur
eenmaal open was hoorde ik niets meer.
Ik liep naar de groote trap toe. Bene
den in de hal was het zoo stil als in
een leege kerk. Ik had zelfs een spin
kunnen hooren loopen. Het drong plot
seling tot mij door dat het licht uit mijn
kamer scheen en dat iets er van ook
op mij meest schijnen. Ik riep onmid
dellijk: „Wie is daar?" en toen liep ik
weer terug naar myn kamer en deed
de deur op slot. Ik wist wel dat ik
dier. nacht niet meer kon slapen. Ik
rende naar de ramen en gooide ze wijd
open. De nacht was helder de sterren
schenen duidelijk en er was een heer
lijke frirsche atmosfeer. Ik had ongeveer
vijf minuten bij het raam gestaan toen
u weet misschien we! dat er in Dyon
veel klokken zijn, monsieur toen alle
klokken drie uur sloegen. Ik bleef tot
den volgenden morgen bij het raam
staan".
Toen ze uitgesproken was zei een tijd
lang niemand iets. Toen stak Hanar.d
langzaam een sigaret op, en keek nu
eens naar den grond en dan weer naar
de lucht overal heen behalve naar de
gezichten van de anderen.
„Dus deze afschuwelijke ondervinding
had u even voor drieën?" vroeg hij ern
stig. „Daar is u toch wel volkomen ze
ker van? Want het zou van het gToot-
ste belang kunnen zijn, ziet u".
„Ik ben er heel zeker van, monsieur",
zeide ze.
„En u heeft deze geschiedenis tot nu
toe aan niemand anders verteld?"
„Aan niemand anders", antwoordde
Ann. „Den volgenden morgen werd me
vrouw Harlowe dood gevonden. Er
moesten allerlei dingen geregeld worden
voor de begrafenis. Toen kwam de be
schuldiging van monsieur Boris. Er wa
ren al moeilijkheden genoeg hier in huis
zonder dat ik nog met nieuwe zorgen
kwam. Bovendien zou niemand mijn
verhaal van het gezicht in de duisternis
geloofd hebben en ik bracht het toen
natuurlijk nog niet in verband met den
dood van madame Harlowe".
„Neen", stemde Hanand toe „want
u dacht dat zij een natuurlijken dcod ge
storven was".
„Ja, en ik ben er zelfs nu nog niet
van overtuigd dat dit niet zoo was",
antwoordde Ann. „Maar ik meest u van
daag deze geschiedenis vertellen, mon
sieur Hanand", en ze boog zich voor
over en nam al zUn aandacht in be
slag. „Want als u gelijk heeft en er is
dien nacht van den zeven-en-twintig
sten hier in huis een moord gepleegd,
dan weet ik precies hoe laat dat ge
beurd is."
„Ah!"
Hanand knikte een paar maal lang
zaam met het hoofd. Hij zette z(jn voe
ten naast elkaar neer. Zijn oogen schit
terden terwijl hij naar Ann keek. Fro
bisher vergeleek hem in stilte met een
roofdier dat op het punt staat zUn prooi
te bespringen.
„De klok op de kast", zei hij „mid
den tegen den muur van de schatkamer.
De witte wijzerplaat en de tijd. die u
duidelijk zag in dat ééne oogenblik dat
u het licht in de kamer op had".
„Ja", zei Ann Upcott langzaam en met
nadruk. „Het was precies half elf".
Toen zij dat gezegd had verminderde
de spanning merkbaar. Betty liet een
zakdoekje uit haar hand op het gras
vallen. Hanand veranderde van houding.
Jim Frobisher uitte een zucht van ver
lichting.
„Ja, dat is héél belangrijk!" zei Ka
nand.
„Dat zou ik zoo denken", riep Jim partners en van den koetsier van mon-
uit.
Want dit stond voor hem vast. Als er
in den avond van den zeven-en - twintig-
sten April een moord gepleegd was, was
er één persoon, behoorende tot de be
woners van Malson Grenelle, die er niet
schuldig aan kon zijn; en die eene was
juist zyn cliënte, Betty Harlowe.
Betty bukte zich om haar zakdoek op
te rapen toen Hanand haar aansprak en
met een ruk ging ze weer overeind zit
ten.
„Gaat de klok op die kast goed, made
moiselle?" vroeg hij.
„Uitstekend", antwoordde zij. „Mon
sieur Sabin, de horlogemaker uit de
Vrijheidsstraat heeft haar meer dan eens
gehad om haar schoon te maken. De
klok loopt acht dagen en als vanmid
dag de zegels worden verbroken zult u
zien dat ze nog niet is blijven stilstaan".
Hanand legde zich dadelijk bi) haar
verklaring neer. Hij stond op en boog
voor haar, een beetje formeel, maar toch
met een vriendelijken glimlach.
„Cm half elf danste mademoiselle
Harlowe ten huize van monsieur de
Pouillac op den Boulevard Thiers" zei
h'j. ..Daaraan valt niet te twijfelen. Er
is e:n onderzoek naar ingesteld. Made
moiselle heeft dat huis pas over eenen
verlaten. Daarvan hebben wij bewijzen
genoeg om haar ergsten vijand te over
tuigen van haar chauffeur en haar
sieur de Pouillac, die dien avond met
een lantaarn bij de voordeur stond en
zich herinnert dat hij voor mademoi
selle de deur van de auto heeft open
gehouden toen ze weg ging.
„Dat is dus afgelocpon", zei Jim by
zichzelf. Betty was nu tenminste veer
goed vrijgepleit. Maar meteen kwam hij
tot andere gedachten. V/aar om zou Ka
nend z\jn onderzoek niet voortzetten?
Het was interessant om deze beschuldi
ging van een onbeker.de eens na te gaan
een geval van vergiftiging waarbij geen
vergif gevonden was, een massa veron
derstellingen met hier en daar een vast
staand feit. Ja nu wilde hij dat Hanand
door zou gaan, voorzichtig en kalm, zoo
dat alles tenslotte vanzelf aan liet licht
kwam. Maar er was één punt dat Pla
nand over het hoofd gezien had. en
waarop hy' toch gewezen moest worden.
En weer, dacht hij, met de ncodige ij-del
heid. zou de muis den leeuw t-e hulp
komen. Hij schraapte zijn keel.
„Mademoiselle Ann, er is een kleinig
heid die ik u nog zou willen vragen",
begon hij, en tot zijn verbazing stoof
Hanand met c-cn woedend gez'cht op
hem af.
„Wilde u iets vragen?" zei hy. „Nu,
monsieur, doet u dat dan maar. U heeft
er het recht toe".
(Wordt vervolgd.)