WEENSCHE BRIEF. FLITSEN LETTEREN EN KUNST. FEUILLETON Het Huis met den Pijl HAARLEM'S DAGBLAD VRIJDAG 4 NOV. 1927 (Van onzen correspondent.) Een verzameling van onschatbare waarde. Histo rische wapenrustingen. Harnassen van Philips den Schoone, Maximiliaan van Oostenrijk en Karei V. Een vlaggetje uit het leger van Willem den Zwijger. De enorme waarde der collectie. De kleine republiek Oostenrijk heeft tal van zware lasten te dragen, welke een gevolg zijn van den verschrikkelijken wereldoorlog, die door het vroegere kei zerrijk in het leven werd geroepen, en van de moeilijke economische toestan den. die na dezen oorlog bleven voort bestaan. Doch ook onschatbare rijk dommen zijn in Oostenrijk, en vooral te Weenen, overgebleven, kunstschatten, die de Oostenrijkers voor geen geld ter wereld zouden willen missen. Enkele jaren geleden was er sprake van. dat men een deel der schitterende oude go belins naar het buitenland zou verkeo- pen, opdat Oostenrijk zich financieel be ter zou kunnen bewegen, maar een storm van verontwaardiging ging op. De Oostenrijkers beschouwden deze go belins als een soort nationaal eigen dom. dat niet verloren mocht gaan. en precies zoo oordeelden zij over de kostbare schilderijencollectie van het groote staatsmuseum aan den Burgring, waar tallooze Rembrandts, Van Dycks, Rubens. Breughels, Teniers, Geertgen van Haarlems, Ruysdaels, Gerard Dous Van Mieris', Wouwermans en anders oude Nederlandsche meesters hangen, zoomede kostbare doeken van beroem de Italiaansehe schilders als Titiaan. Tintoretto, Veronese, Raphael, Correg- gio e.a. Wanneer men zich van een paar dezer kostbars schilderstukken had ontdaan, zou Oostenrijk wellicht zoo veel geld hebben ontvangen, dat de staat het niet noodig had gehad een buitenlandscha leening aan te gaan. Doch neen, de Oostenrijkers wilden deze meesterwerken in Weenen behou den. ook wanneer zij misschien het hardste schreeuwden, die persoonlijk steeds de minste belangstelling in deze kunstwerken aan den dag hadden ge legd en die het museum haast nooit betraden. Ook in Frankrijk maakte men een groot misbaar, toen de een of an dere vermetele persoon het idee op perde een deel der schilderyen van het Louvre eer "tournee" door Amerika te laten maken. In hetzelfde groote kunsthistorische museum te Weenen, waar al deze kost bare schilderijen zijn ondergebracht, bevindt zich ook een buitengewoon in teressante collectie oude wapenrustin gen, die eigenlijk veel te weinig bekend is en die steeds door een te gering aan tal bezoekers wordt bezichtigd. En toch bevinden zich in deze verzameling stukken van onschabare waarde, stukken, die zoowel van een histo risch standpunt als om him kunstwaarde ten zeerste de aandacht verdienen. Doch museumbezoekers wagen er zich zeer zelden aan van het eene harnas naar het andere te wandelen en voor elk dezer wapenrustingen een tydlang in gedachten verzonken te staan! In de Weensche collectie vinden we een complete wapenrusting van Ferdi nand den Katholieke, kening van Arra- gon, de echtgenoot van Isabella van Kastilie. In de onmiddellijke nabijheid daarvan bevindt zich een in gothischen stijl uitgevoerd harnas ran zijn schoon zoon, Philips den Schoone, en In de zelfde zaal treft men een harnas van diens zoon, Karei V aan. uit den tijd. toen deze nog een kleine jongen was. Doch ook uit de latere jaren van dezen machtigen vorst, in wiens rijk de zon nooit onderging, heeft men hier een wa penrusting, welke in den loop der eeuwen een zwarte tint heeft aangenomen. Dit harnas, dat de keizer in het veld droeg, is met schitterende arabesken en figu ren versierd en bovendien zijn er ver gulde ornamenten op aangebracht, die er als borduurwerk uitzien Aan deze wapenrusting ziet men. dat Karei V eigenlijk heelemaal niet zulk een groote man was, wat postuur aangaat. Een heel anderen indruk maakt de wapenrusting van Ferdlnando Gonzaga, hertog van Arianos, die een boom van een kerel moet zijn geweest, ongeveer twee meter lang, met een enormen buik, die vaak zeer veel wijn in zich moet hebben ge torst 1 Van Karei V .is overigens ook nog een prachtig zwaard aanwezig, dat in het jaar 1530 vervaardigd werd. Kareis grootvader, keizer Maximiliaan I van Oostenrijk, de man van Maria van Bour- gondië, is door een wapenrusting en een paar zwaarden vertegenwoordigd en ook de ons Nederlanders uit de geschie denis zoo goed bekende hertog van Al va heeft een veer, of liever gezegd een wa penrusting moeten laten, opdat deze in de twintigste eeuw door ons in het Weensche museum kan worden aan schouwd. Op eigenaardige wijze kwam dit harnas in Oostenrijk terecht. Ferdi nand van Tirol hield er een merkwaar dige liefhebbrij op na Hij verzamelde wapenrustingen en hij deinsde er niet voor terug cok zijn tegenstanders om een stuk voor zijn collectie te vragen. Zoo schreef hij zijn vijand Alva een brief waarvan de inhoud ongeveer op het vol gende neerkwam: .Beste meneer mijn vijand! U hebt in die en die veldslag een wapenrusting gedragen, die er zoo en zoo uitzag. Wilt u zoor goed zijn mij die harnas te sturen. Ik wil dan graag ver geten, dat mijn tegenstander bent geweest. Ik zou het buitengewoon op prjjs stellen, wanneer U my ook een portret en een levensbeschrijving zoudt willen zenden". De brutalen hebben de halve wereld en ook Ferdinand van Ti- rol had geluk. Want Alva stuurde hem het gewensehte. Ferdinand heeft deze wapenrusting in liet werk beschreven, waarin hij alle stukken van zyn collectie behandelde. Ferdinands verzameling is een der voornaamste onderdeelen der te genwoordige Weensche collectie. Weenen bezit ongeveer twee derde ge deelte van alle oude tournooiharnassen en van alle oude wapens, van steek- en ridderspelen, welke thans nog zijn over gebleven. In het Weensche museum bevindt zich ook een ruitsrvlaggetje van witte zijde, waarop zeven bijeengebon den pijlen zijn geschilderd. Dit vaantje is afkomstig van een der ruiters van Willem den Zwijger. Voorts treft men aan een fraai bewerkt harnas van keizer Maximiliaan II van Oostenrijk, een pronkhamas van Alessandro Farnese, hertog van Panna, een wapenrusting van Maurits van Saksen, een met verguld sel versierden helm van Georg Castriota, vorst van Albanië, bijgenaamd Skander- beg, enz. enz. Welke waarde bezitten nu oude wa penrustingen en wat betaalt men even tueel voor hen op de internationale markt? Een harnas van een onbekend gewoon krijgsman brengt ongeveer vijf duizend schilling, L circa 1875 Ned. guldens op. De wapenrusting van een ridder, wiens naam men niet kent. en van welk harnas ook de vervaardiger onbekend is, kost ongeveer het dubbele. Een harnas, waarvan men weet, door welken kunstenaar het gesmeed cn ge ciseleerd is, en waarvan men ook den vroeger en drager en bezitter kent, kan, wanneer het werkelijk een fijn uitge voerd kunstwerk is, wel een millioen schillingen opbrengen, d.i. ongeveer 375.000 Ned. guldens. Voor eenigen tijd werd te Londen de mouw van een be roemd harnas in een veiling verkocht. Een Amerikaansch museum bezat reeds het geheele andere gedeelte dezer wa penrusting. De mouw alleen bracht 50.000 Engelsche guinjes op! De Weensche collectie, die zoo on telbaar veel gewone harnassen en -zoo veel bijzondere harnassen van groote historische waarde in zich bergt, is dus zóó kostbaar, dat men misschien heel Obstenrijk en meer nog wellicht voor haar zou kunnen koopen. Doch waar zyn de lieden, die zóóveel geld voor een liefhebberij zouden kunnen uitge ven? Bovendien, en dat is de hoofd zaak: Oostenrijk verkoopt de collectie niet' W. M. BEKAAR. CHRISTELIJKE TECHNICI. In het gebouw voor Chr. Sociale Be langen vergaderde de afdeeling Haar lem van de Ned. Ver. van Chr. Tech nici. Onder meer werd behandeld het onderwerp „Werkstaking, uitsluiting en steun", meer speciaal in verband met de positie van de technici. De heer Riphagen werd tot bestuurs lid gekozen, zoodat thans het bestuur bestaat uit de heeren: C. Zuilhof, voor zitter; P. de Wagenaar, secretaris; H. Riphagen, penningmeester, J. H. Wern- sen, 2e secretaris en T. Oosterling, alg. adjunct. Het voornemen bestaat om op 14 De cember een propaganda-avond te orga- niseeren, waarop het hoofdbestuurslid de heer W. Dijkshoorn uit Den Haag, een propaganda-rede hoopt te houden. EVANGELISCHE MAATSCHAPPIJ. Voor de afö. Haarlem en Omstreken der Evangelische Maatschappij zal as. Maandag Ds. P. Stegenga van Amster dam, het onderwerp: „Roomsch en Pro- testantsch gezag", behandelen. HEROPENING ..CENTRAL". Het liep Donderdagmiddag reeds direct in het oog dat er aan het eind van de Groote Houtstraat iets bijzonders te zien was. Talrijke voorbijgangers bleven even staan, om een blik te werpen op café-restaurant „Central" dat heropend was. Achter de breede ramen trokken tien tallen bloemstukken de aandacht. Het interieur is geheel gerestaureerd. Alles in is moderne kleuren geschilderd en de wanden zyn sierlijk gedecoreerd, uitgevoerd naar ontwerpen van de hee ren v. d. Ouden en Aider te Rotter dam. Kleurige lampen verspreiden een warm licht. De tafeltjes, het buffet, al les ziet er even aantrekkelijk uit en een groot aantal gasten was dan ook 's mid dags bij de opening aanwezig, en felici teerde den eigenaar den heer G. M. W. Hartje met het gunstige resultaat van de verbouwing. Twee maanden is ..Cen tral" na den brand gesloten geweest, en in dien tijd is het heel wat veranderd. Achter de groote zaal is een eetzaal, ter wijl ook de binnenplaats dicht gebouwd is. Boven heeft de heer Hartje 'n groote zaal met parketvloer, waar gedanst kan worden. Het glas in lood in de ramen aan de voorzijde is van het atelier Le Nobel, d? onderpui van de firma J. Noë en de electrische installatie van H. J. Zomers allen te Haarlem. Het stucadoorswerk leverde M. de Vries, en de granieten vloeren V. Massaro. beiden te Haarlem. Gezien de groote belangstelling bij de heropening zal de heer Hartje met de nieuwe zaak wel veel succes hebben. NED. ARBEIDERS REISVEREENI- GING Door het bestuur der afdeeling Haar lem is voor de maand November het volgende programma vastgesteld. Zaterdag 19 November: Kienavond. Daarna dansen. Vrijdag 25 November: openbare pro- pagandalezing in het Blauwe Kruis met lichtbeelden. Door den heer H Bartels zal de ^Hoogtoer in Zwitserland" en door den heer H. van Herwerden, „Een voetreis door de Alpen" (met lichtbeel den) behandeld worden. Zondag 4 December bezoek aan de Kon Fabriek van verbandstoffen vh. Utermohlen en Co. te Amsterdam. Vóór het bezoek aan de fabriek wordt door de Directie een film vertoond, welke een beeld geeft van de cultuur in Indië. waaraan de watten enz. haar ontstaan te danken hébben. Zaterdag 10 December feest ter eere van het vijfjarig bestaan der 3fdeeling PERSONALIA. - By de Ned. Spoorwegen zijn be roemd tot commies te IJmuiden de klerk F. Meeken en tot commies te Zandvoort de klerk T. H. Bossers. In de hoofdcommissie van de ver- eeniging voor Chr. Nationaal Schoolon derwijs zijn thans o.m. benoemd Ds. B. van Schelven van Overveen, voorzitter en de heer Tyo H. van Eeghen te Aer- denhout, penningmeester. De heer L. H. v. d. Woude té1 Vijfhuizen slaagde te Den Haag voor het Staats examen werktuigkunde (V. D.) SYNAGOGEDIENSTEN. Ned. Israël. Gemeente. Van 411 Nov. af. Sabbath: Vrijdagavonddienst b. den Ingang te 4 uur. Ochtenddienst te 8 uur. Middagdiens t te 1 uur. Avonddienst te 5.11 uur. Werkdagen: Ochtenddiensten te 7 u. Zondag te 7 1/2 uur. Avonddiensten te 7.45 uur. Talmoed Torah: Sabbath te 12 uur. Werkdagen: 's avonds te 7.15 uur Zon dagavond te 7 uur. De Avonddiensten op de werkdagen, alsmede Talmoed Torah, vinden plaats in het gemeentegebouw L. Wijngaard straat 14. De overige diensten worden verricht ter Synagoge L. Begijnestraat no. 11. DE DIEF OPGESPOORD. Vóór eenige weken werd bij de politie te Haarlemmerliede door de E. S. M. aangifte gedaan van diefstal van 26 dwarsliggers, liggende nabij het Lieweg- je. Het is de politie van Haarlemmer liede gelukt de hand te leggen op den vermoedelijken dader. De 24-jarige schip per J. v. T. te Haarlem had de dwars liggers in zijn schuit geladen, ze vervoerd en later van de hand gedaan. Proces-verbaal is opgemaakt. VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1043 DE MINUUT DIE EEN EEUW LIJKT Wanneer de man, met wien je bij den vorigen straathoek ruzie hebt gehad vlak achter je stilhoudt en je merkt dat je beiden op het zelfde eetpartijtje bent uitgenoodigd. (Nadruk verboden) GEVONDEN DIEREN EN VOOR WERPEN. Terug te bekomen bij: Bur. v. Politie, Smedestraat, broche, aardrijkskunde boekje, J. Huising, Craye nesterlaan 30. broche met steentje; Por. tier Gasbedrijf, beursje met inhoud; J. Kors. Jan Steenstraat 27. rapportenboek je (Woude); B. v. d. Maat. Kruistocht- straat 57, étui schrijfbehoeften; Tesch, Zomerluststraat 16, padvindersfluit; B. Witteman, Kamperstraat 39. paar glacé handschoenen; M. v. Wamel, Goltzius- straat 12. beige handschoenen; J. Geels. Kinderhuisstraat 5 rood, damesarmband horloge. Kennel .Fauna", Parklaan: bruin hondje, gebracht door G. Out. Zuid Polderstraat 61; Kennel „Haerlem" Wilhelminalaan 22, greote zwarte hond; L. Hooidonk, Bakenessergracht 58, zil veren kruisje; A. v. Orden, Leidsche- straat 45, kindermuts met bontrand; v. Duffelen, Eerckheydestraat 23 rood. bruine overjas; J. Kramer, Jansweg 16. kinderrozenkrans in étui; A. Nessen, Gr. Willemstraat 30, rozenkrans in étui; N. v. Hamburg, Glasblazerstraat 33, rozen krans; Bur. van Politie. Smedestraat, si garettenkoker. J. Vermeer. Hof van Eg- rf!óff(f*3«T'5br'®hë heefenschoen; B. v. d. Vosse, Ten Katestraat 'i, sleutel Ford- ■auto; A. Rol. Soendastraat 14. 2 sleutels, waarvan 1 „Lips M. v. Reekom. Hofje van Oorschot 44c, lapje grijze stof: C v. d. List, Grebberstraat 5. kindertaschje W. v. Es, Glasblazerstraat 41, tabaks zak. Terug te bekomen bij: Bellaart. Tuinwijk'aan 26, zilveren armbandje; P. Kneijnsberg, Garcnkokcrskade 26 hoeveelheid aardappelen; F. J. Bom. Leidschestraat 2 rood, heerenboord: Klein Laures Csotcrstraat 23. dag* staatje; Wasscnberg. Karolingensfr- 43, geldstuk; F. A. Vissers. Krui*s weg 5O. dameshandschocnen: T. Vree* ken. Gasthuislaan 74, hecrcnhorloge; M. Prinsen, Prinsen Bolwerk 54, kist met groente, hlauwc muts; Terhorst. Bothastraat 76. kraan van melkbus: A. Brouwer- Antoniëstr. 51 J. rij* wielpomp; '7. van Houten Ktc Hce* renstraat 10, penning 110. 53 J. J. B.. Bur. van Politic, Smedestraat. por* temonaie met inhoud; II. Vcrkooij, De Clercqstraat 92, poretmonnaic m. inhoud; N. van Esch, 2c Zuidpolder* straat 66a, portcmonnaic met inhoud; J. Hendriks. Gasthuislaan 7, rozen* krans; A. Verhaart, Wouwermanstr. 112, rijwiclbolastingmerk; B. v Waard Amstcrdamstr. 3 M„ rijwielbelasting* merk; P. van Egmond, Lcidschevaart 300. rijwiel; Flink, Hertogstraat 7, paar damesschoenen; J. Koopman, Zomerstraat 39. kindertaschjc; S. P. Schouw, Damiatcstraat 38, kinder* taschje met inhoud; F. Kuipers, Bar* teljoristraat 22, vulpenhouder. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 CENTS PER REGEL MUZIEK. FRITZ IIIRSCH OPERETTE GAST- SPIEL. Stadsschouwburg. De operette heeft, oorspronkelijk als uitwas van de Fransche Opéra-Comi- que, haar meestal komisch of paro- diëerend karakter behouden. In 't al gemeen is de operette meer als amuse ment dan als kunst op te vatten; het geen ons echter in „Wie Einst lm Mai" onder regie van Fritz Hirsch geboden werd, is tot goede z.g. kleinkunst te re kenen. Waar tooneel en muziek samen gaan is het altijd de vraag geweest wel ke van deze kunstvormen de groottse aandacht mag vragen. Ieder werk eischt andere verhoudingen, maar wanneer een schoon geheel verkregen is, zal zoowel de muziek als het tooneel, het een af wisselend meer dan het ander, belang rijk moeten zijn. De genoemde operette is bijna uitsluitend als tooneel op te vat ten. terwijl de muziek het rythme, vooral voor de vele dansen leverde. Dit gebeurde echter voortreffelijk onder lei ding van Willy Libiczowsky. die een beknopt maar niet onverdienstelijk or kestje tot zijn beschikking heeft. De strekking van deze operette is een beeld te geven van liefdesavonturen uit ver schillende tijden, nl. 1845, 1860 („lm zeichen der Krinoline!) 1888 (Als der Vater die Mutter nahm!) en 1927, waar bij nog eenige „Jazz Taumel" te pas kwam. In de eerste acte wist de muziek door het verwerken van eenige gra- eieuse 18de eeuwsche motiefjes even sfeer te scheppen; behalve enkele an dere kleine verheffingen werden „Wie ner Walzer" enz. gespeeld. Grappige, spannende, dramatische, ja zelfs aan doenlijke momenten kwamen voor. Dit laatste was b.v. het geval met het jonge meisje Ottilie (Friedl Dotza) uit de eerste acte, die we in de derde acte als oude vrouw de droevigste jeugdmyme- ringen hooren klaag-zingen. Alle acteurs speelden uitstekend; de decors en vooral de kleeding, beide naar de verschillen de modes ingericht, waren smaakvol en uiterst verzorgd. Ondanks alle wisselen de vormen en begrippen waren de lief desuitingen in deze vier periodes natuur lijk niet zoo verschillend en, evenals het wederzijdsche geklaag van ontrouw, even spontaan. Groot succes had Fritz Hirsch in zijn rol van Stanislaus van Methusalem. den rijkaard, die al deze periodes doorleeft, niets doet dan steeds opnieuw trouwen en modern blijven. De erfenis komt tenslotte in 't bezit van een handig modern winkelmeisje die de laat ste vrouw van den ruim honderdjarige wordt. Deze uitstekend uitgevoerde ope rette had groot succes. Gememoreerd dient nog het optreden van de danseres Maud Zajonz in het ballet uit de tweede acte. Zy danste in het hoepelrok-cos- tuum zeer gracieus. Te midden der vele leuke vondsten was dit een bijzondere verrassing. PIET MÖHRINGER. EEN STUK VAN HERMAN POORT. Het Ver. Rotterdamsch Hofstad Too neel, directeur Cor v. d. Lugt Melsert, heeft een tooneelstuk van Hennan Poort getiteld „De Professor zonder Pruik", ter opvoering aangenomen. Aan een medewerker van de „Prov. Groninger Crt." vertelde de schrijver over dit werk het volgende: „De Professor zonder Pruik" is een symbolisch stuk en behandelt de msn- schelijk-wording van een dorren geleer de, wiens leven geheel ls vastgeloopen in uiterlijkheid, in cliché, in de allure van de wetenschappelijkheid. De sym bolische figuur van een clown scheurt hem wakker uit dien onwaardigen ziels toestand en leert hem te lachen en mènsch te zijn. Doch ternauwernood is hem dit gelukt, of een andere symbo lische figuur, de „Verstandige Man" tracht den geleerde weer neer te halen naar het vooze. valsche leven van schijn, „slipjasserij"en pruikendracht. Tus- schen deze beide symbolische figuren gaat de strijd om de overwinning op den professor, waarby ik gepoogd heb, iets nieuws op tooneelgebied te bren gen". INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regeL In efye rol heolndl zich een spaarkaartje con 1 cenl, leoens Inwisselbaar legen boeken coor eiken leeftql Op aanoraog zenden a<i] U geschenkenlijst lot. Beschuitfabriek HILLE, Zaandam. Naar het Engelscb van A. E. W. MASON. 47) Monsieur Bex keek verontwaardigd. „Een excentriek mannetje. In Dyon zou hij zich gauw onmogelijk maken". Jim verdedigde Hanand. „Hij acteert graag, dat is wel waar", antwoordde hij. „Wat hij ook doet en hoe belangrijk het ook is, hij doet al tijd net of hij achter het voetlicht staat". „Zulke menschen zijn er", stemde monsieur Eex toe. Hij was iemand, die het menschdom graag in categoriën ver deelde. „Maar wat hij doet is van zeer groot belang", vervolgde Jim met gepasten trots. Hij had nu het gevoel of hij al minstens een kwartier in de arena was. „HU zoekt ergens naar iets. Ik heb er hem opmerkzaam op gemaakt. Hij had het over het hoofd gezien. Vanochtend heb ik hem nog verweten dat hij niets aan wilde nemen van menschen. die hem toch zoo graag wilden helpen. Maar ik heb hem blijkbaar onrecht aange daan. Hij luistert wel degelijk naar an deren". Monsieur Bex was diep onder den in druk en een beetje jaloersch. „Ik moet eens nagaan of ik Hanand ook niet iets kan voorstellen", zei hy. „Ja. ja. Is er niet eens in Engeland een paarlencollier in een lucifersdoosje in de goot geworpen, toen men den dief te dicht op de hielen zat? Ik weet zeker dat ik er iets van gelezen heb. Ik zal Hanand zeggen dat hij eens een paar dagen naar lucifersdoosjes in de gooten moet zoeken. Misschien vindt hij zoo de parels van mevrouw Harlowe wel. Ja, ja". Monsieur Bex was verrukt over die schitterende ingeving. Hij voelde zich nu weer niets minder dan zUn Engelsche collega. Hij zag Hanand al zoeken, langs alle straten van Dyon en aan iedereen die er naar vroeg, vertellen „Dit idéé is mij aan de hand gedaan door mon sieur Bex, den notaris. U weet wel, mon sieur Bex, van het Dolet-plein". Totdat hij ergens maar monsieur Bex had nog niet uitgemaakt in welke goot Ha nand het lucifersdoosje met de kost bare parels zou vinden, toen de deur van de bibliotheek open ging en Betty in de hal verscheen. Zij keek de twee mannen verbaasd aan. „En monsieur Hanand?' vroeg ze. „Ik heb hem niet zien weg gaan". „Hij is in je schatkamer", zei Jim. „O!" riep Betty vol belangstelling uit. „Is hU daar weer heen gegaan?" Vlug liep ze naar de deur en draaide den knop om. „Op slot!" riep ze verwonderd uit, zonder zich om te keeren. ,Fy heeft de deur achter zich op slot gedaan! Waar om?" „Vanwege het voetlicht", antwoordde monsieur Bex en Betty keerde zich om en staarde hem aan. „Ja, tot die con clusie zijn monsieur Frobisher en ik ge komen. Hij moet altijd doen of hU too neel speelt" en op dat oogenblik werd de sleutel weer omgedraaid. Betty keerde zich weer om toen ze' dat geluid hoerde en kwam vlak tegen over Hanand te staan. Hanand keek langs haar heen naar Frobisher en schudde het hoofd. „Niet gevonden?" vroeg Jim. „Neen". Hanand keek nu van Jim naar Betty Harlowe. .Monsieur Frobisher heeft mij iets aan de hand gedaan, mademoiselle. Ik had nog niet in dien mooien draagstoel gekeken. De parels hadden wel onder de kussens verborgen kunnen zijn. Maar dat was niet het geval". „En u deed de deur op slot, monsieur" zei Betty stijfjes. „De deur van mijn kamer nota bene". Hanand richtte zich op. „Zeker, mademoiselle", antwoordde hy. „Wat zou dat?" Betty was op het punt om een hate lijk antwoord te geven. Maar ze sprak het niet uit. Ze haalde haar schouders cp en zei koeltjes terwijl ze zich om keerde: „U heeft er ongetwijfeld het volste recht toe, monsieur". Hanand glimlachte vriendelijk tegen haar. Hy had haar weer beleedigd. Ze werd weer het humeurige, opstandige kind dat hij den vorigen ochtend ont moet had. Maar de glimlach bleef op zijn gezicht. In de deur van de biblio theek stond Ann Upcott. Haar gezichtje was heel bleek en haar oogen schoten vuur. „Ik hoop dat u mijn kamers doorzocht heeft, monsieur", zei ze op uiWagenden toon. „Terdege, mademoiselle". „En u heeft de parels niet gevonden?" „Neen!" en hij liep dwars door de hal naar haar toe. terwijl er plotseling een ernstige uitdrukking op zi)n gezicht kwam. „Mademoiselle ik zou graag willen dat u mij antwoord gaf op een vraag. Maar u behoeft het niet te doen. Dat moet u goed begrijpen. U heeft het recht om uw antwoorden te bewaren voor het bu reau van den rechter van instructie en ze dan alleen te geven in tegenwoordig heid en met toestemming van uw ad vocaat. Monsieur Bex zal dit wel willen bevestigen". Ann's houding werd minder uitdagend. „Wat wilde u mij vragen?" vroeg ze. „Hoe u precies in Maison Grenelle ge komen is". Ann sloeg haar oogen neer. Ze stak haar hand uit naar de deurpost om een steuntje te zoeken. Jim vroeg zich af of ze geraden had dat een deel van Simon Harlowe's pijl nu in Hanand's zak zat. „Ik was in Monte Carlo", begon ze en zweeg toen. „En alleen?" vervolgde Hanand mee- doogenloos. „Ja". „En zonder geld?" „Met een beetje geld", verbeterde Ann hem. „Dat u verloor", antwoordde Hanand. „Ja". „En in Monte Carlo maakte u kermis met Boris Waberski?" „Ja". „En zoo is u hier in huls gekomen" „Ja". „Dat is allemaal heel eigenaardig, mademoiselle", zei Hanand ernstig, en als het alleen maar eigenaardig was, dacht Jim Frobisher. Want Arm Up cott scheen voor den onderzoekenden blik van den detective in elkaar te krimpen. Nog één vraag van Hanand en de kans was groot dat ze stamelend zou bekennen. Bekennen dat ze een com plot had gesmeed met Boris Waberski! En dan? Jim dacht met afgrUzen aan wat haar dan te wachten stond. De guillotine? Waarschijnlijk iets veel er- gers. Want dat zou spoedig voorbij zyn en dan zou zij rust hebben. Een paar weken vol spanning, vol afwachten, nu eens dronken van hoop, dan weer ziek van ellende, een paar afgrijselijke minu ten bij het aanbreken van een dag en dan het eindeDat zou tenslotte toch beter zijn dan jaren en jaren van hart- verscheurenden arbeid grove kleeren, en slecht eten, te midden van andere mis dadigers in een Fransche gevangenis. Jim kon het niet verdragen om langer naar haar te kijken en zag met schrik dat Betty hem vol spanning aan stond te kijken, alsof ze het gevaar waarin Ann verkeerde, minder belangrijk vond dan wat hij er van dacht. Infcusschen had Ann haar besluit ge nomen. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 6