U RAADSELS Raadseloplossingen RUILRUBRIEK ELSJE DE TOOVERFEE. In heel, heel lang vervlogen tijden, leefden er eens een vader en een moe der, die een lief, lief dochtertje hadden, dat Elsje heette. Elsje was de oogappel van haar ouders en terecht; zy was een heel braaf en lief meisje, dat altijd gehoorzaam was en vader en moeder nooit verdriet aan deed. De ouders van Elsje woonden in de nabijheid van een groot, groot bosch en als het mooi weer was, mocht Elsje in het bosch spelen. Heel dikwijls ook ging zij met een boek, waaruit zij begon nen was te leeren lezen, op een omge vallen boomstam zitten en bestudeerde dan ijverig de verschillende lettertee- kens; want Elsje wilde later een flink meisje een flinke, ontwikkelde vrouw worden. Zoo was zij op zekeren zonnigen dag weder naar het bosch getogen met haar boek en zat op haar geliefkoosd plekje, waar een gevallen woudreus haar tot rustplaats diende. Vol ijver zat zij te lezen, toen zjj plotseling achter haar eenig geritsel hoorde. In den beginne dacht Elsje, dat het Roodstaart, de Eekhoorn was, die heel dikwijls bi) haar in de buurt kwam spelen met zijn vrouw en kin deren. Doch het was toch een geritsel van anderen aard, Juist alsof een lichte voet over het mos tapijt van het bosch gleed. Elsje keek om en bleef meteen in starre verbazing zitten. Daar zag zy een •choone vrouw, met prachtige haren, een grooten. wijden hoepelrok van e zijde dragend en een keurslijfje van groen met een grooten ragfijnen witten doek om de schouders geslagen. „Dag Elsje," zelde de vrouw; „ik ben de Boschfee en heb Je hier al heel dikwijls alen zitten, al zag je mij niet. Het doet mU plezier, dat je zoo vlijtig en braaf bent en lk stel het erg op prijs, dat Je zoo lief en vriendelijk bent voor de dieren van het woud. ZIJ allen vertellen mij, dat ze het zoo prettig vinden in Je buurt te komen spelen, omdat zij dan nooit bang behoeven te zijn en gerust hun gang kunnen gaan. En ook Je liefde voor Je ouders Is groot en nooit doe Je hun verdriet. Houd Je veel van lekkers, Elsje?" In het eerst was Elsje nogal verle gen, toen zij die statige Tooverfee zoo vriendelijk tegen zich hoorde spreken, doch weldra overwon zij haar verlegen heid en zeide; „O, Ja zeker, goede Fee Doch lk mag alleen snoepen, als ik ver lof heb van vader en moeder." „Nu," zeide fee, die Elsje eens op de proef wilde stellen, „als ik zeg, dat Je mag. dan is het toch zeker ook wel goed, nietwaar?" ..Neen," zeide Elsje, „ik geloof het toch niet. Ik denk, dat het beter ls, als ik het eerst aan moeder vraag." Dat is flink," zelde de fee. „Kom dan morgen weder hier, als Je het thuis ge vraagd hebt en dan zal lk zorgen, dat Je wat lekkers krijgt." ..Heel graag," zelde Elsje en de fee. beleefd en vriendelijk groetend, stond zij op. om naar huls te gaan. De fee be antwoordde haar groet eveneens vrien delijk en zy keek Elsje met een lief lachje na. De volgenden dag stond Elsje vol ver wachting over de dingen, die komen zou den, op. Den geheeicn nacht had zij, half wakend, half droomend, aan de lieftallige fee gedacht en toen de tijd waarop zy gewoonlijk naar het bosch ging, eindelijk, eindelijk gekomen was, ging zij vol verwachting naar het bosch. Nauwelijks was zij op haar boomstam gezeten, of daar hoorde zij wederom het lichte geruisch van voetstappen en daar stond de fee reeds achter haar. „Nu, Elsje," zeide zij, „heb Je verlof om Iets lekkers te mogen eten?" „Ja, lieve Fee," zeide Elsje. „Moeder zeide, dat U zeker een goede fee moest zijn, want dat U anders geen kinderen zooals ik zoudt komen opzoeken." „Dat ls juist", zeide de Fee. „En omdat je nu zoo gehoorzaam bent ge weest. zal ik Je iets lekkers geven, waar Je langen tijd wat aan zult hebben." Zij nam haar tooverstok, sprak eenige voor ELsJe onverstaanbare woorden, be schreef met den tooverstok eenige krin gen in de lucht en sprak toen tot Elsje: „Je hebt altijd zooveel van dit plekje ln het bosch gehouden, dat Je er n°S wel dikwijls terug zult komen. En deze boomstam, waar je altijd zoo graag op zit, zul je ook niet spoedig vergeten." „Kijk nu eens" en zij brak met groot gemak een stukje van den geval len stam af „en proef, of dit niet lekker smaakt." Elsje proefde het stukje en vond, dat zij nooit lekkerder koek gegeten had. „O, hoe heerlijk!" riep zij uit. „Daar moet ik een flink stuk mee van naar huls nemen voor vader en moeder 1" „Goed." zei de fee, „doe dat maar. En als je dan zoo nu en dan eens zin hebt ln een stukje koek, dan behoef je niets te doen dan even aan mi) te den ken en Je breekt met gemak een stuk van den stam af. Dat stuk is koek. Iedereen, die hier echter langs mocht gaan, zal aan den stam niets bijzonders zien het blijft voor allen, behalve voor Jou een gewone boomstam." „Doch dit moet ik er nog bijzeggen: zoodra ik merken zou, dat je snoeplustig wordt, dan is het met de koek gedaan. Denk daaraan Elsje 1" En met deze woorden verdween de fee. Elsje heeft haar nooit meer gezien, doch zij bleef de woorden der fee in haar herinnering bewaren, hoedde zich voor snoeplust en tot in lengte van dagen kon zij van den stam, die tel kens weder scheen aan te groeien, zoo veel koek breken, als zij maar wilde. Zoo ziet ge, hoe in lang vervlogen da gen de goede feeën brave kinderen be loonden. MEDEDEELINGEN. Zou ik mogen weten, welke vrien delijke Sint-Nicolaas mij zoo'n mooie scheurkalender heeft gestuurd? En die mooie tasch met kraagje en 't alleraar digste gedicht. Ik ben er natuurlijk heel biu mee, maar ik zou er nog blijer mee zijn, als ik de namen der vriendelijke Rubriekertjesmoeders wist. Mag ik het nog eens uitdrukkelijk zeg gen, dat alle kinderen van 616 jaar, waarvan de ouders geabonneerd zijn op Haarlem's Dagblad Rubriekcrtje kunnen worden. Dezer dagen vernam ik al weer het wonderlijke verhaal, dat 't geld kost om mee te mogen doen aan Onze Jeugd. Daarom nog eens: Kubriekertje zijn kost niets. DE OUDSTE door W. B.—Z. 24) Ik droomde over moeder. Zc kocht bossen vol bloemen en toen lk vroeg voor wie die waren, zei ze: „Voor Ilse, voor Ilse", Opeens werd ik wakker. Ik moest heusch lachen om dien bespotte- lijken droom. Stel je voor al die bloemen voor Ilse, Wat zou moeder doen? Och, dat wist ze natuurlijk wel. Moeder zou werken, al was het dag en nacht om Ilse die vreugde te gunnen. En. Mies? O ja, Mies. dat was nu een maal zoo'n huishoudelijke ziel. Die vond het een pretje om voor meid te spelen, 'k Had eens in een comedlestukje de rol van een ouderwetsche dienstbode moe ten vervullen. Dat was oer-geestig ge weest voor een oogenblikje. Verbeeld Je. dat ik in datzelfde cos- tuum hier mijn diensten eens kwam aan bieden? De tulen muts met de keelban den had grootmoeder voor me gemaakt. Die lieve oma had toen tegen me ge zegd: „Je ziet er koninklijk uit!" Een koninklijke dienstbode, 't was om 't uit te schateren, 'k Stel ook zoo'n degelijk exemplaar voor Wat zei ik ook weer? O ja, zoo begon het: Hier staat nu op uw drempel Een van 't oude stempel Ik draag behoorlijk lange kleeren, "k Heb ook mijn haar niet laten scheren. Ik hoop, dat U dit van mij gelooft, Al siert een muts mijn oude hoofd. Ja, twee nieuwe wedstrijden- een voor de grooten van 10 Jaar en ouder en een voor de kleintjes van 9 Jaar en Jonger. We zullen het eerst maar hebben over de wedstrijd voor de grooten. dus voor Afdeeling I. Hiernevens zie Je een cirkel in al lerlei vakjes verdeeld. In ieder vakje staan eenige letters. Deze letters zijn ge. knipt uit 6 Hollandsche spreekwoorden. Ik zeg expres geknipt, want ze staan in volgorde. Als ik b.v. het spreekwoord Rust-Roest had genomen, dan zou ik kunnen krijgen ru—ad—str. enz. De stukken staan dus wel door elkaar, maar de letters hooren bij elkaar. Nu is het de kunst om die letters bij elkaar te voegen en er woorden en vervolgens zinnen te maken. Tot 15 Januari heb Je Dus je antwoord bestaat slechts li., spreekwoorden. Je zet Je naam en je leeftijd erbij en klaar is Kees. Onder de goede oplossers ver loot lk 3 boeken ln prachtband. Nu Afdeeling n. Onze Jongeren, die nog geen 10 Jaar zijn moeten eens pro- beeren, hoeveel woorden za kunnen Als lk vroeg, of moeder mij die muts wou sturen? Zoo met mijn stofjas aan, zou ik best nog in die rol kunnen co- medie-spelen? Als ik vanmorgen een brief schreef, kon lk morgen een pakje hebben. Mevrouw Verburg zei Immers laatst, dat er zoo weinig van me uitging. Zou ik de blommetjes eens buiten zet ten en ze eens laten gieren van het lachen? Die gedachte maakte me zoo vrooiyk, dat ik een half uur vroeger dan, gewoonlijk opstond, om voor 't ontbijt mijn brief nog te schrijven. Toen ik hem ging posten, kwam lk mevrouw in de gang tegen. „Wat ben JU cr vroeg bij," klonk het verbaasd. ,,'k Zal 't u straks wel vertellen, 'k Weet iets reuze-leuks." Met groote, verbaasde oogen keek mevrouw me aan. Onder 't ontbijt be gon lk al gauw te zeggen: „Als ze me van huis gauw sturen, waar ik om ge vraagd heb, zal ik iets heel leuks voor dragen." ,,'k Wist niet, dat Jij zoo geestig was," zei mevrouw. Maar meneer zei Joviaal: „Wacht er mee tot Vrijdag, dan ls mijn vrouw ja rig". „Daar wist ik niets van," zei lk, terwijl mijn stemming aanmerkelijk daalde. Waarom was mevrouw zoo weinig open hartig tegenover mc? „Je hadt er niet over moeten spre ken, man. Ik wou dien dag zoo stil en rustig mogelijk voorbij laten gaan. Extra werk wil ik van Ilse niet vergen." Ik voelde iets als jaloezie om die voort durende zorg voor Ilse. „Nu Ja, maar als Suzc den avond wat wil opvroolijken," vervolgde meneer. (Wordt vervolgd.) maken uit het woord „Kcrslvacantic". 't Moeten echter Hollandsche woorden zijn. Ik zal even voor Je beginnen. Eerst do k: kerstvacantie, kers, kersen, kee, keer, kerven, enz. Is de k afgehandeld, dan begin Je aan de e, dan de r en zoo verder. A en e staan er tweemaal in, maar je behoeft w natuurlijk slechts eenmaal te behandelen. In de gevonden woorden mogen geen letters voorkomen, die niet in Kerstvacantie staan. Ook mo gen de letters, die er wel in staan niet meer keeren voorkomen dan in Kerst vacantie. Ik bedoel dit: kersje ls fout, want er staat geen J in het woord, visite is fout, want de i komt maar eenmaal in Kerstvacantie voor. Goed begrepen? Anders maar vragen, voordat Je fouten maakt. 15 Januari moet ik je werk hebben, voorzien van naam en leeftijd. De 3, die de meeste goede woorden gevonden hebben, krijgen van mij een boek in prachtband, zyn er meerderen die evenveel woorden goed hebben, dan beslist het netste werk. Ziezoo, nu maar rustig aan 't werk. SPREEKWOORDEN-WEDSTRIJD ▼oor Afdeeling I. Lecftyd 10 tot en met 16 jaar. Zie byschrift. TWEE NIEUWE WEDSTRIJDEN HET SCHIMMENSPEL. Zoo langzamerhand krygen wU nu een j kostbare verzameling schimmen voor de opvoering van het sprookje „Sneeuw witje". Het schijnt dat onze teekenaar de •chimmen zoo gemakkelijk voor jullie weet uit te teek enen, dat je met het uitknippen en opplakken geen moeite hebt. Ik wil jullie er even op wyzen, da.t het opplakken en uitsnyden der Schaduw beelden elke week lastiger wordt; daar staat echter tegenover, dat de beelden ook steeds mooier worden en de opvoe ring van het sprookje een werkelijk I succes voor jullie kan zyn. Kennen jullie het al van buiten? Het eerste beeld van deze week Iaat zien, hoe Sneeuwwitje in haar bedje ligt by de kabouters. Let erop dat je de schim op het juiste oogenblik laat verschijnen. Dan komen we aan het oogenblik dat de koopvrouw, die niemand anders is dan de verkleede Koningin, haar kra meryen te koop aanbiedt Sneeuwwitje kykt uit het venster en knikt. Zooals je in de teekening ziot zyn zoowel de arm van de verkoopster als het hoofd van Sneeuwwitje, beweegbaar. Hoe Je de beweegbare deelen moet maken weten jullie nog wel van vorige gelegenhe den. De derde sohim ls wederom voor een gedeelte beweegbaar. Deze scène geeft het oogenblik weer, waarop de Konin gin wederom als koopvrouw verkleed, Sneeuwwitje een kam aanbiedt. Nu ls het, uit den aard der zaak, onmogelijk om een kam als zuiver schaduwbeeld voor te stellen in een teekenin;'. wy moeten daarom gebruik maken van een hulpmiddel. Op de teekenong zie Je dunne streepjes, dicht naast elkander, welke d" tanden van de kam voorstel len. Nu neem Je een stevige dikke naald of speld en maak in elk e r streepjes 3 of 4 gaatjes onder elkander, zoodat daar het licht door kan vallen. Op deze wyze wordt voor de toeschouwers toch do indruk gewekt, dat zy een kam zien. Het laatste beeld van deze week no. 4 laat je de Koningin zien, die, thans als boerin verkleed, Sneeuwwitje een vergiftigden appel geeft. Bij deze schim zyn de armen van de boerin en van Sneeuwwitje beweegbaar. Hier moeien Jullie er op letten, dat de beide be weegbare armen niet aan elkander blij ven haken. Daarom moet ja onder den arm van de boerin, daar, waar hy met een yzerdraadje aan het lichaam ver bonden ls, een stukje bordpapier leg gen. Daardoor komt die arm hooger to liggen, dan die van Sneeuwwitje en glijden zy gemakkelijk langs elkaar. En nu wil lk er Jullie nog even op wyzen, dat het beeld van de Koningin voor den spiegel natuurlijk lederen keer gebruikt wordt, als de Koningin vooi den spiegel gaat staan cn vraagt: „Spiegeltje, Spiegeltje aan den wand, ▼ie is de schoonste ln het land" Telkens als zy die woorden zegt, ver toon Je het schaduwbeeld van de Ko ningin voor den spiegel Het is aan te bevelen dat Jullie het sprookje met z'n drieën of vieren goed re peteeren. Je ziet het dan zelf wel erg dikwijls, maar wanneer de echte voorstelling ge houden wordt, zullen de toeschouwers des te meer genieten, als alics vlot en prettig van stapel loopt. Dus nu maar weer aan dzr. slag! Het vervojg komt a s. Zaterdag. (Deze raadsels zUn ingezonden door Jongens en Meisjes die Onze Jeugd le ien.) Iedere maand worden onder de beste oplossers drie boeken verloot. 1. (Ingez. door Rozentakje.) Welk dier is AU Noft? En Gys Rat ioning? 2. (Ingez. door Condor) Ik kom dageiyks ln Jullie huizen en besta uit 15 letters. 1234567 ls een plaats in Neder land. 11 6 7 8 is de naam van een Rubrie- kertje. 9 10 11 is licht. 12 13 14 15 zit in boek of schrift cn bevindt zich ook aan een bcom. 3. (Ingez. door den kleinen Schilder.) Myn 1ste lettergreep ligt in 't kip penhok. Myn 2de en 3de lettergreep lig gen in Zwitserland. En myn géheel ligt in Gelderland. 4 (Ingez. door Duinroosje.) Ik ben een spreekwoord van 50 letters 21 22 is een voorzetsel Van 44 45 46 30 bakt men brood. 2 31 32 33 12 13 is een werkwoord. 8 9 10 11 is een huisdier. 26 27 14 38 39 ls een knaagdier. 4 5 6 7 ls een getal. 47 48 16 17 18 19 20 is ccn ander woord voor bevestigen. 1 25 29 1 ls een meisjesnaam. 34 15 23 50 49 50 zyn deelen van den voet. 28 30 2 1 ls een meisjesnaam. 26 41 42 43 is een roofdier. 40 36 is een bepalend lidwoord. 37 32 6 20 is het tegenovergestelde van later. 35 is de 4de letter van het alfabet. 3 2 1 is groente. 14 15 16 17 18, 19 20 moest de wereld uit zyn. 23 24 25 is een onbepaald lidwoord. 24 25 26 27 is een 1 chaamsdeel. 29 31 is een voorzetsel 49 50 is een voegwoord. 5. (Ingez. door Leeuwtje.) Ik ben een huisdier. Geef me een ar.- der hoofd en ik word een knaagdier. 6. (Ingez. door Moeders Oudste Doch ter.) Mijn 1ste is een edel metaal. Mijn 2de is een dieriyk lichaamsdeel. Myn 3de is een verkleinwoord. En mijn geheel ls een Rubriekertjes- naam. De raadseloplossingen der vorige week zyn: 1. Etaleur-Banketbakker. 2. Roswitha. 3. Lena. 4. Nijlpaard, 5. Wat gy niet wilt, dat u geschiedt, doe dat ook aan een ander niet. 6. a. hooi. b. de O, want er is geen einde aan. c Myn naam. d. Omdat hy niet door den muur kan zien. e. Om de graat. f. haring. Goede oplossingen ontvangen van: Grace 2 Amazone 4 Rystepikkcrtjc 5 Capricornus 6 Libra 6 Robbedoes 6 Bloze-Kriekske 6 Miep 6 Franschman- netje 6 Denappeltje 6 Heideroosje 6 Berliner Bol 6 Jan Buytendyk 6. Ha- rol Lloyd 6. Krielkip 6 Rozentakje 5 DuinToosje 5 Klkkl 6 Krekeltje 5 Roswitha 5 Goudhaantje 6 Ventje Plggelmee 6 Grace 2 RUstepik- kertje 5 Juttepeertje 4 Wilgenroosje 6 Robbedoes 6 Libra 6 Capricornus 6 De kleine Vogelvriend 6 Miep 6 Bloze Kriekskc 6 Goudkopje 4 Zeeuwinnetje 4 Duizendschoontje 5 Amazone 6 De klei ne Violist 6 De kleine Vogelvriend 6 Vorkecrsagentje 6 Knageiyn'.je 6 De kleine Lord 6 Baby Peggy 6 Elzebo.o' je 6 Sterretje 6 De kleine Journalist 4 Den- appelt.ie 5 Groenling 6 Prinses Roza 5 Heibloempje 6 Kleine Ulko 6 Am'co 4 Brccroo Ranonkcltjc 6 Roz.» Flu« wccltje 6 Dc Schippcrin O hlzekntjc o Verbeet mij nietje 5 Bruinoogje 5 Tooneelsoei :s-c i je 4 Prins l.dclhart '5 Zonnekoning 5 Kruimeltje .5 Speur» neus 4 5 Wielrenner 4, Kdflwcis» ic 4. Krullcmic 5, Duincnvricnd Herderinnetje 6 Klein Naaistertje 6 Herder O Liet Sehilücrtjc o Bocrmnc tje 6 Distelvink 6 Hurry v. Puffelcn 6 Michicl Adriaans/, dc Ruytcr 6 Floris V 6 Juni bloempje 6 Snikkclaur» tje 6. KOEKEBAKKERTJE. Lindelaan 22, Heemstede, heeft 23 Hillcbcnnen, 30 pe likanen, 1 vimcarton, 2 Nol-wapens, 35 Sickeszpunten, 20 Flip cn Flapbonnen, 40 voetbalspe'.regels, 50 Bensdorp-om slagen, 15 Klaverblad-Vogel-Album, 10 Scholtens bakmcelbcnner. Dit alles wit hy ruilen voor Bloemen in onzen tuin. Ruil'.ijd 's avonds na 6 uur. «Koekebak- kertje. kom ook maar eens bij mij, ik heb een collectie gekregen) DUIKELAARTJE. Rollamistr. 74. heeft 38 l'Tip'Plapbonncn, 22 Erdal» Pclikaantj.s, 15 ikschuitbonnen, 6 Sickcsz-oir.sla^cn. Dit al'es wil zij ruilen n van Ncllcs koffie=etikct» ten. Ruiitijd dagelijks van 45. RURPJEKERTJES-LiJST. 411 Corr'c v:ui Haarcn, Baljuwslaar. 24 food oud? 412 Arie Peper, Wolstraat 15, oud 7 jaar. 413 Joop Hurjjer Lakenstraat 2 rood, oud 9 jaar. 414 Gcertruic" t klumpcr. Lcidschc» straat 123, oud 7 uur. 415 M S. Diii ;sd:ig. Pictcr Ki-sstr. 36 rood, oud

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1927 | | pagina 14