HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 7 JAN. 1928 DERDE BLAD AMSTERDAMSCHE INDRUKKEN. Generale Repetitie bij Louis de Vries. Ida Wasserman in de titelrol zyn veelal slechts onzinnig, maar de muziek is onmiskenbaar dik-sentimen teel. Als je erover gaat denken.... Dat doet Chrispijn niet, tenminste niet in dien zin. Hij zit nu naast het souffleurshol, balanceerend op den rand van den afgrond, en geeft tempi aan. ..Kunt u niet zóó zoowat.... ta-ra-ta, ra-ta-ta-ra-ta? „Meneer Dullé!vaar bent u nou?.... meneer Dullé.... kom 'es om laag?.... Dat licht lijkt nog naar niks.... Baars, is je hers an?Is-ie an?.... Doe 'm dan 'es uit.... Nee nou 't zaallicht anNee, dat licht opZaallicht uit.... Hers an wat minder nou an dien kant.... Zóó., nee toch nog niet.... Lou, heb jij een plastron?" ,,Moet ik zelf an, Lou. Maar 'k heb er nog een thuis". ..Neem je dat morgen mee? Wat is er nou?" .Mevrouw", zegt Louis de Vries in den toon van een Vondel-rei tot mevrouw Kiehl: „U ziet er te deftig uit Veel te deftig voor een tingeltangel-directrice. U .moet meer rood op uw wangen heb ben". .Maar ik ben nu heelemaa! ge schminkt". ..Het is toch heusch te deftig, me vrouw". Zij lacht en van Korlaar, de Vries' mededirecteur, ook Van Korlaar lijkt hier de kalmste. Maar hij vertelt mij hoe-ie de Nederlandsche Opera beheerd heeft, na Koopman, en hoe opera's een compleet wanhoopswerk zijn zondrr sub sidie, zoodat. hij tenslotte voor herstel van geschokte zenuwen naar Zwitser land moest. Voor de regie moet je ook sterke ze- numen hebben. Chrispijn beheerseht zich prachtig, maar hij is .geladen". Als hij driemaal denzelfden man moet roe pen eer deze verschijnt stijgt zhn stem van mezzo voce via forto in s tot forto fortissimo, en een ratelende r. De schijnbare verwarring duurt voort. Het orkest sentimenteelt ironisch door. Drie of vier familieleden van acteurs. E ond Visser van De Groene en wij zien het van de tweede rij stalles aan. Een bveede plank is over 't orkest ge legd en alles trekt heen en weer over deze brug, Eindelijk is het eerste tooneel goed van kleur en zuiver van belichting. Keel pittoresk; het doet heel aardig. ..Dat ziet er goed uit", verklaart De Vries, wiens natuurlijke opgewektheid her leeft. en Chrispijn zegt: „Licht is alles!" zonder de bedoeling om een theatrale uitspraak te doen of Philips-Eindhoven aan een .slogan" te helpen. Ik geef hem het laatste bij deze in overweging. Eindelijk sluit zich het scherm, er wordt gehaald, en dadelijk blijken de drie meisjes aan de kaptafel niet goed genoeg belicht te zijn. „Kinderen, sta 'es op. Draai Je om Kom 'es hierheen. Stop". „We lijken wel gedresseerde apen", zegt er een. zooals later blijkt: haar rol citeerend. Chrispijn kijkt slechts, hard door z'n lorgnet heen. Er wordt weer veranderd. Het stuk begint, en Ida Was- sermann komt op, afdalend langs de trap en een storm van levendigheid op het tooneel brengend. Caro van Domme len zegt haar eerste zinnen. Er is 'n mi- I nuut of vijf verloopen, dan weer: „Halt. Ida, kom jij nog maar 'es opnieuw op. En 'til dan je attila'tje wat opzóó.. Chrispljn's colbert wipt slobberig.... gooi je sabel neer. Zie je?" Ida wipt proef met haar attila'tje, beklimt gracieuselijk de trap en we be- binnen weer vrijwel heelemaal opnieuw. Zoo gaat een generale repetitie in haar werk. De eerste acte duurt uren. En dan neemt het changeeren weer een langen tijd. Om halftwaalf begint pas het tweede bedrijf, ingeluid met een vernietigende critiek van dc regie om dat de koffiekopjes en de pousjes-glazen ontbreken, en dat dames-garnituurtje, hoe-heet-dat-nou. ergens zoek is.... Het tweede bedrijf, in een hótel- lounge aan de Riviera, opent met drie mannen, in niet-oneigenaaraige tegen stelling met het eerste, dat met drie vrouwen begon. En dc middelste man in den achtersten fauteuil zit te laag. De regisseur commenteert op de lengte van zijn bovenlijf cn de kortheid van zijn beenen. of omgekeerd. Hij schijnt milde- lijk verstoord. Er worden kussens aange dragen. Hij rijst in het fond. WU gaan verder. Met Caro van Dommelen nu als barones, en door een graaf telkens aan gesproken als „Lieve baronesWeet de vertaler Felix Hageman niet beter? Ida Wassermann poseert nu als luiar dochter, derhalve freule, en Kramer s precieuse en seniele aristocraat-minister. Er wankelen voortdurend allerlei dé tails. en de balcondeuren willen niet sluiten. Iemand zet er blokjes tegen. „Denk er om, straks moeten ze dicht". Nieuw probleem. Zoo gaat het door. tot onze laatste trein tot den aftocht noopt „Hoe moet dat nou morgen loopen?' vraag ik van Kordelaar. „Hoe kan dat changeeren dan ineens viermaal zoo snel gaan?" En hij glimlacht: .Morgen? Dan doen ze het in tien minuten, alle maal op hun zenuwen, Vannacht wordt het half drie". De première heb ik toen ook nog maar bijgewoond, uit belangstelling voor Louis de Vries en die andere harde wer kers, in den laatsten tijd zoo door tegen slag vervolgd en ook om het heele stuk nu toch eens te zien. Blijkbaar is de kans gekeerd voor den Hollandschen Schouwburg en zijn ge zelschap. Het ding had een warme ont vangst en werd heel goed gespeeld De Vries zelf. alleen optredend in het vier de bedrijf, als een seniele oude vorst, was subliem. Kij greeg een open doekje dat hij tenrolle verdiende. Dat was prachtige, fijne typeering, humor van de beste soort. Het klinkt gek om van on zen sterksten tragediën te getuigen dat hij tevens een van onze beste blijspel- acteurs moet zijnmaar u weet. dat ik met deze verklaring in goed gezel schap ben. Onze tooneelcriticus heeft Caro van Dommelen ais de schoonmaakster het al veel eerder gezegd en ik geloof met J. B, Schuil dat De Vries groote successen te wachten staan als hij zich meer aan het blijspel gaat wijden. Deze kleine rol was weer meesterlijk. Caro van Dommelen volbracht haar lange en moeilijke taak heel knap. met die volkomen beheersching van de tech niek die de geroutineerde actrice ken merkt, en de jeugdige Ida Wasserman belooft heel veel. deed weldadig aan door haar bruisend, krachtig tempera ment.één en al leven. Chrispijn had een nogal ondankbare opdracht in de marqué-rol van het stuk, die niet sterk geschreven is, en verscheidene kleine rollen werden knap getypeerd door Fol- kert Kramer, Jean Specht en den ouden Teime. De jonge Vlaming Joris Diels Het was niet vroolijk bü den Hol landschen Schouwburg op de Plantage Middenlaan, toen wij er Woensdagavond kwamen om de generale repetitie van een nieuw stuk bij te wonen. 't. Regende staag, er blies zoo'n felle Hollandsche wind die om alle straathoeken en in, alle richtingen schijnt te jagen, maar altijd tegen je in, en de schouwburg zag er triest cn verlaten uit. „D'r is van avond niks te doen meneer", zei een rasechte Amsterdammer met den hoop- vollen glimlach van een stadsjongen die een gebbetje ruikt. Het gebbetje dat wij hier voor niets waren gekomen. „Dat weet ik wel", zei ik, en zijn glimlach verstierf. Hij heesch zijn kraag wat hooger op tegen den feilen Wind, en marcheerde af. De acteur Folkert Kramer nam zijn plaats in. Die dacht hetzelde, maar voel de mededoogen. ,,De première is niet vanavond maar morgen", begon hij ijve rig, „Een dag verzet ziet u.... Ah. u komt voor meneer De Vries. Da's wat anders. Gaat u mee". Hij ontsloot daarop een deur en bracht ons in een nauwe gang. zich voortzettend in een schemerig slop. Er brandde een enkele lantaarn. IX- hing links, van den onafzienbaar hoogen schouwburgmuur, een ijzeren brandlad der omlaag. De regen droop erlangs, en ook van het wonderlijke verhoogde plan kiertje links. Iets verder verdween weer een geheimzinnige trap in het gebouw, en aan 't einde van het slop opende in eens een onzichtbare hand een geweldig hooge, smalle deur. Wel tien meter hoog leek die. Er kwam toen vaag licht, een paar figuren bewogen zich haastig, een stuk décor werd naar buiten gedragen. Het was vreemd in dat slop, tusschen beklemmend-hoog-oprijzende zwarte, druipende muren, met die lichtflikkering aan 't einde en dien warboel van trap pen, ladders en deuren. Vreemd, maar mooi. Er zat stemming in, er leefde wat, het deed je denken aan de sloppen van Montmartre, Het slop ,,De Wanhoopsgang", verklaarde de acteur kort. „Martin Monnickendam heeft er laatst ook al aan zitten werken", ver klaarde Louis de Vries, dien we in zijn kleedvertrekje vonden. ,.Ga zitten. Nee, ik lach niet vanavond. Het gaat slecht. Het wil niet met onze laatste stukken; Het publiek wil er niet aan. Bij de an dere gezelschappen lukt het evenmin, maar wat helpt ons dat? Een schrale troostWeet u nog van de dagen toen we samen in Londen op stukken uitgingen, en toen ik De Wandelende Jood en Het Recht tot Staken mee naar huis nam? Twee successenah! Weet u soms weer eens een stuk voor me?" Ik adviseerde er een, met voorbehoud Gevaarlijk werk.... pas als het een keer gelukt is besef je volkomen hoe de go den erbij moeten helpen. Het bewijst immers niets of iets in het buitenland Haarlemmer Halletjes EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE 's Morgens tusschen vijf en zes uur word ik uit mijn rustigen slaap wakker door een haastigen stap op het grint in mijn voortuintje. Even een zacht metaal achtig geluid dan gaat de vlugge voet stap weer terug, even knirpt het grint. In mijn gedachten zie ik een jongen die zonder de trappers aan te raken, op de fiets springt en op weg gaat naar den volgenden abonné. Want de rondbrenger heeft zooeven het ochtendblad bij mij in de bus gedaan. Dit is in den vroegen morgen de eer ste dienst, dien mijn brievenbus mü be wijst. Ik hou van mijn brievenbus. Die is een van mijn drie aanrakingspunten met de buitenwereld. De eerste is de te- lephoon. Die is duur en wanneer een on- noozele of onnadenkende de waterlei ding boven de centrale laat bevriezen, weigert mijn telefoon den dienst. De tweede is de radio. Die is nog veel duur der, want ik kan haar niet huren, zoo als de telephoon maar ik moet haar koopen en zij heeft de eigenaardigheid, verouderd te wezen zoodra ik haar heb aangeschaft; juist op dat oogenblik komt er een nieuw toestel op de markt, dat beter en goedkooper is. Mijn radio doet, zooals ieder ander radiotoestel, haar werk met tegenzin. Zij grauwt, zoodra' er maar iets te veel van haar gevergd wordt en heeft de hebbelijkheid, te zwij gen midden in het mooiste muziekstuk, waaruit ik begrijp, dat de accu moet worden bijgevuld. Van de drie verbindingen met dc bui tenwereld, die openstaan bij dag en bij nacht (behalve mün radio, die aan tot zwijgen gedoemd is) vormt dus mijn brievenbus de eenvoudigste en de goed koopste. Zij doet haar mond open. zoo dra maar iemand op het klepje duwt en neemt zwijgend alles in zich op. Het eenige geluid dat zij daarbij laat hooren is een korte metaalklank „ting". Niets is haar te veel- Alleen midden in den zomer, tijdens de veertien dagen dat mijn beurs mij toestaat op reis te gaan, zet ik het deurtje dat haar afsluit, open. Dan is zij geen bewaarplaats meer, maar een trechter. succes heeft gehad. Je intuïtie moet je toevallig op het goede spoor brengen. „Ja, raad dat nou eens", zei Louis Chrispijn Jr., ook somber gestemd. „Van ons vorige stuk had ik de beste verwachtingen. Mis. En nou moet dit ding erin gaan Een comedie, ja. 'n Duitsche come- dieMaar dat Recht tot Staken, die doktersstaking, die vergeet ik nooit. Boven waren ze wild van opwinding, en ik zeg nog: „Waarachtig Lou, als d'r daar een 'n bierflesch bij zich lieeft, gooien ze me aanstonds dood." „Doen ze niet, Lou". zegt-ie. Hij had daar ock een mooie rol in! We waren dien avond wel even verlicht toen het gordijn dicht was zonder ongelukken. Maar een enthousiasme, en een succes!" Chrispijn „Hoe laat begint u vanavond 1" „Halfnegen, als 't meeloopt". Het liep niet mee, en werd kwart over negen eer er voor 't eerste bedrijf van „Vier dagen uit het leven van een on fatsoenlijk meisje" gehaald kon worden. In Berlijn heette dit stuk van Rudolf Bernauev „Der Garten Eden",' in Lon den, waar liet met verberging van de Duitsche origine ook veel succes heeft gehad en een „run" van 250 voorstellin gen beleefd. „The Garden of Eden", De Hollandsche titel is de vertaling van den Duitschen ondertitel, waarin van een „unanstandiges Madchen" gespro ken wordt. Dat is niet hetzelfde als on> fatsoenlijk, en deze Hollandsche bena ming blijkt niet juist, want de heldin van het stuk is juist een zeer fatsoen lijk meisje, die door haai' lichtelijk- onwaarschijnlijke avonturen alleen maar met de conventies in botsing komt. En fin, dat daargelaten. Het eerste bedrijf speelt in de dames kleedkamer van een variété-gezelschap in het Zevenburgsche stadje Klausen- burg. Een armoedige kleedkamer, met een 'opgedoften toilettafel-met-spiegels, veel gekleurde lappen en costuums, en een geheimzinnig-verborgen chambre séparée achter een dubbele deur. Zoo'n tooneelaankleeding lijkt de een voud zelf. als je haar op den avond van de première uit de zaal ziet. Maar op den avond tevoren ontdek je de tal- looze complicaties.. Er komt een trap in uit. die tot omvallen geneigd is en on middellijk het leven van den veteraan H. K. Teune. Klausenburgsch politie commissaris. bedreigt. De gekleurde lap pen, aan een soort van drooglijn opge hangen van trap naar coulissen, versto ren het labiéle evenwicht van de eerste. En telkens hangen ze niet goed. Het kleurenschema bevalt Chrispijn niet, die uit de stalles zijn tallooze aanwij zingen geeft. Wat een werk, die regie! Tooneelknechts, electriciens, inspiciënt, decorateur hollen af en aan. De politie commissaris, met een drankneus van je welste en een uniform als een Pruisische kolonel uit de Wilhelmus-dagen me vrouw Kiehl als variété-directrice, Caro van Dommelen als schoonmaakster en een zwerm jonge actricetjes die de va- riété-artiestjes zijn, dwalen allemaal over het. tooneel. Daar zijn Annie Fol- lender, de ex-Haarlemsche Jo Stam, AnnieVersteegh, en in extra-rood-gala met gelakte laarzen en tressen Ida Was serman, die de titelrol zal nemen. In het orkest spelen drie musici, onder lei ding van een jeugdig violist met een ironisch profiel en een larmoyant zwart dweepershoedje, sentimenteele En gel - sche songs. De woorden van die dingen Lof en blaam moet je in de wereld nooit overdrijven. Een van mijn vrien den was een jaar of wat geleden voor zijn gezondheid in het buitenland, nog wel in Engeland. Zijn toestand was nog al ernstig en zijn familie was dan ook niet zoo buitengewoon verwonderd, toen de eigenares van het pension zijn over lijden berichtte. Hij was in het openbare leven een bekende persoonlijkheid, zoo dat zijn vrienden aan verschillende dag bladen artikelen toezonden over de be- teekenis van zijn werk en dc beminne lijkheid van zijn persoon. De nummers van die kranten kreeg dc zoogenaamde gestorvene juist op het oogenblik, toen hij genoegelijk aan zijn ontbijt zat en tot zichzelf zei, dat hij zich dien dag heelwat prettiger voelde. Hij was namelijk niet gestorven, maar zijn buurman in het pension, een andere Nederlander, ook uit Amsterdam. De eene heette Banner en de ander heette Blaeuw. Voor Hollandsche ooren is daar een verbazend verschil in, maar de eige nares van een Engelsch pension kan zich daar gemakkelijk in vergissen en zoo had 7.ij dan het telegram gestuurd aan de verkeerde familie. Natuurlijk was de zaak gauw opgehelderd cn hersteld. Maar de artikelen over Banner waren eenmaal opgenomen en het was voor hem een merkwaardige gewaarwording, toen hij daar las. wat zijn vrienden over hem schreven. „Ik zou het griezelig ge vonden hebben", zei naderhand zün zus ter. „Juist, niet", zei Banner, die daar als man anders over dacht. „Het deed mij zooveel goed. dat ik van stonde af aan beter werd en een maand later ge zond en wel naar mijn familie terug keerde." Als men mij waagt wat dit alles nu met mijn brievenbus te maken heeft, dan wil ik wel zeggen, dat Banner den inhoud van die begrafcnisartikelen rij kelijk overdreven gevonden had. Vreemd was het. dat toen hij de schrijvers weer ontmoette, zij een beetje koel tegen hem deden, „alscf ze me wat kwalijk namen, dat ik nog leefde," zei de goeie Banner. Niet te veel lof dus. Ook niet te veel lof aan mijn brievenbus, want zij heeft al is zij een onvermoeide diena resse, ook haar tekortkomingen en ge breken. Crïtisch begrip heeft zij namelijk niet in het minst. Zij aam-aardt alles, i-ijp en groen, vriendelijk en onvriendelijk. Het is nog geen veertien dagen gele den, dat de zelfde brievenbus voor mij een brief bewaarde, die inderdaad vol ledig aan mij geadresseerd was en die van den volgenden inhoud was: .Mijnlheer, Reeds sedert meer dan een halfjaar heb ik u allerlei dure soorten koek en banket geleverd, benevens ver schillende taarten, waarvan ik u te zijner tijd nota's heb toegezonden, ge volgd door de bybehoorende quitantiën. Tot nu toe is nog geen van die quitantiën betaald. Onder allerlei voorwendsels werden ze voortdurend geweigerd. Ik moet u zeggen dat mijn geduld is uit geput. Morgen vóór twee uur, om het precies te zeggen, precies tusschen half een en een uur zal ik persoonlijk de ge zamenlijke qui tan ties ten bedrage van honderd acht en tachtig gulden, vijf en zeventig cents, zegge f 188.75 aan uwe woning aanbieden. Wordt alsdan niet minstens de helft, groot honderd gulden in mijn handen voldaan, dan zal ik onmiddellijk passende maatregelen nemen". Daarop volgde zonder „achtend" of „hoogachtend" zoomaar plompverloren de onderteekening met een nijdige kras. een teeker. van de boosheid van den afzen der. Natuurlijk sprong ik dadelijk op en greep de telefoon helaas, wij leefden toen nog in den tüd van de telefoon- storing. Het was onmogelijk, in aan raking te komen met den boozen ban ketbakker. Mijn vrouw was twee dagen de stad uit en ou dienstmeisje was nieuw. Die kon mij dus niet inlichten. Kon het mogelijk wezen, dat mijn vrouw, anders zoo precies in haar be talingen. de schulden bij den banket bakker zoo ongehoord had laten op- looper.! Het w-as niet denkbaar. En toch. het, adres was in orde en de brief liet aan duidelijkheid niet te wenschen over. Onaangenaam gestemd ging ik naar bed. Een vreesdijke nachtmerrie kw_m mü plagen. Een kolossale banketbakker stcud op mijn stoep, heelemaal in 'c wit, met een grooten koksmuts op zijn hoofd, tegen wien ik moest opzien als tegen een toren. Hij zwaaide een reus- achtigen potlepel en deed voortdurend zijn mond open en dicht, alsof hij luid schreeuwde, maar ik hoorde geen ge luid. Om hem heen stonden al de buren aandachtig te luisteren, op dc voorste rij die nare kerel Van der Bik. met zijn kwaadsprekende vrouw, die de heele buurt ever de tong laat gaan. Ik had willen antwoorden, maar kon geen ge luid uitbrengen. Eindelijk, toen dat vreeseJiJke tooneel eindeloos scheen ge duurd te hebben, had de booze banket bakker op eens een heel groote taart in de hand. die hij naar mijn hoofd wilde slingeren. Ik won in huls gaan, maar kon geen voet verroeren. Al de toeschouwers stonden met groote open monden te grijnzen. Opeens nam de banketbakker de taart met twee handen vast en slingerde die in mijn richting. Ik deinsde achteruit daar verdween alles en lag ik op den vloer van de slaapkamer. De aanbrekende dag. voor zoover er to deze dagen nog van dag licht sprake kan wezen, keek door de ruiten. Geen uur later was ik in den winkel van den banketbakker. Het raadsel was dadelijk opgelost. Een circulaire van den banketbakker was aan een ander geadresseerd, die den boozen brand brief Ihad moeten hebben en omge keerd. Toen ik thuis kwam keek ik mijn brievenbus aan en zei: „had je mij dat niet kunnen besparen?" Maar de brievenbus antwoordde niet. Die antwoordt nooit! Ja, wanneer zoo'n brievenbus praten kon. Hoeveel ongewenschte stukken zou zij mü niet kunnen besparen! Daar is de circulaire op grof papier gedrukt en geadresseerd: Edele Menschenvrlenden, Is het u bekent, fk als vader van een groot gezin (zeven knaapjes, drie meis jes. waarvan een noch zuigelinch) sedert twintig Weken werkloos bcr»? Met naal den. sj>eldden en zeep van de voornaam ste fabrikea uit buiten- cn binnenland moot ik in mijn onderhout en dat van mün talrUke familie voorzien. Binnen een paar dagen kom Ik aan de deur en hoop ik niet weggestuurt te worden. Een ijverig huisvader. P. S. Mijn liefe vrou lelt van het voor jaar af in een ziekenhuis hier ter stede met een gevaarlüke ongesteldheid (zc- cuwcn to het hoofd). toonde zich een verdienstelijk acteur in de mannelijke hoofdrol, al kostte het moeite om ons voor te stellen hoe een enkel meisje ter wereld zich hartstoch telijk zou kunnen verlievcn op een jongen geleerde met zoo'n uiterlijk. Eenige restauratie zou liet ten goede komen. De inhoudsbeschrijving van het stuk zal ik u maar onthouden Het doel van deze gemoedelijke causerie is niet om er een volledige critiek aan vast te knoopen. Het stuk vliegt niet hoog, maar 't is een aardige, plezierige come die en met wat bijschaven er komen eenige onnooöige platheden in voor en een uitkleed-scène aan 't eind van III. die smakeloos is door haar onwaar schijnlijkheid en zeker door iets aannc- meliJkers vervangen kan worden ral net ook buiten Amsterdam succes heb ben. De auteurs kennen hun vak, cn er komen heel wat goede brokjes tooneel In voor. die Chrispijn's regie tot hun volle recht deed komen. Hel was prettig om deze kenterlng-ten- goede met een zwaarbeproefd gezel schap mee te maken. R. P. DE GASPRIJS. EEN VOORSTEL TOT VER LAGING VAN HET VASTRECHTTARIEF. De heeren Joostcn. Schoü en Koppen en mevrouw Maarschall—Kcmin stellen voor de bepaling die thans luidt: „De verbruiker verplicht zich tot betaling van een vast bedrag van I 2 per maand, indien hU gas betrekt over den gewonen meter en van f 2.25 in dien hij zulks over den muntmeter doet" te veranderen in: „De verbruiker verplicht zich tot be taling van een vast bedrag van f 1.80 per maand, indien hij gas betrekt over den gewonen meter en van f 2, indien hij zulks over den muntmeter doet". VASTRECHT ELECTRICITEIT. VOORSTEL TOT VERLAGING. De heeren Joosten. Scholl en Koppen en mevrouw MaarschallKomin stellen voor, in de verordening regelende de voorwaarden voor de levering van elec- trischer. stroom de volgende wijzigingen te brengen: in artikel 15 onder C. Huis- houdtarlef. Het gedeelte: „Te betalen bedrag per 10 M2. opper vlakte: f 0.24 per maand, (f 2.88 per jaar)" Voor verbruikers over den muntmeter wordt dit bedrag: f 0.22 per maand, (f 2.40 per jaar)" wordt veranderd in: „Te betalen bedrag per 10 M2. opper vlakte: f 0.20 per maand (f 2.40 per Jaar) Voor verbruikers over den muntmeter wordt dit bedrag: f 0.22 per maand (f 2.64 per iaar)". In het laatste lid het tusschen haak jes geplaatste gedeelte: „(b.v. wanneer in een perceel een kar.- toor, een spreekkamer of een behande- lingskamcr of dergelijke aanwezig is of abnormaal veel stroom voor llcht- doeleinden gebruikt wordt)" wordt veranderd In: wordt veranderd in: „(wanneer in een perceel een kan toor, een spreekkamer of een behande lingskamer of dergelijke aanwezig is. waardoor abnormaal veel stroom voor lichtdoeleinden gebruikt wordt)". In artikel 15 onder D. Winkeltarict wordt het gedeelte: „Voor de aldus berekende totale aan- sluitwaardc wordt per Hectowatt i:i reken ing gebrach f 1.10 per maand (f 13.20 per Jaar)" veranderd in: „Voor de aldus berekende totale aan- sluilwaarde wordt per Hectowatt in rekening gebracht: f 1 per maand (f 12 per jaar)". Zoo luidde dc circulaire. Ach. hoe ge makkelijk zou het wezen, wanneer mijn trouwe brievenbus zoodra zooiets daar in geworpen werd, met haar metalen stem den man terugriep en zei: „Vriend, och vriend, neen loop niet weg, noem die circulaire maar weer mee terug. De familie geeft nooit aan de deur. Waarom niet vraag je. Omdat er zooveel in de briefjes gelogen wordt. Toe neem liet papier weer mee cn kom hier niet terug aan de deur." Als dat. kon, hoe gemakkelijk zou het wezenMaar bir.ncn een paar dagen staat de man toch voor de deur en vraagt zün circulaire terug, die na tuurlijk weggeraakt is en begint te schelden, wanneer er niets gekocht wordt. Als het allemaal waar was wat in zün drukwerk staat. ja. danMaar wie kan daarvoor zekerheid geven? En als Je zonder die zekerheid iets koopen zou, met hoeveel kooplui zou iemands huis dan niet ioderen dag worden over stroomd! Maar mijn brievenbus speelt stomme tje cn reageert op geen enkel van de briovon en drukwerken, die er dage lijks in worden neergelegd. Brievenbus, trouwe dienaresse. als ge spreken kondt. zoudt gij mü hebben toegesproken op den dag toen de brief binnenkwam, waarin mij werd meege deeld. o op soo'n voorzichtige manier, dat mijn beste vriend niet lang meer zou kunnen leven. Gü zoudt althans een waarschuwend woord hebben laten hooren- Ik zou voorbereid zün ge weest. Nu hoopte tk, bü het zien van het welbekende poststempel, dat het goede lüding zün zou. Nog weken later heb ik altijd geaar zeld. wanneer ik brieven uit de bus ha len moest, uit angst dat 't weer slecht bericht wezen zou. Die indruk slijt eerst later. Ja. trouwe brievenbus gij zijt nis de doos van Pandora: ul»„ u komt kwaad en goed. En op dien andoren dag. Juist toen ik in een sombere stemming verkeerde en een blüde tijding zoo noodig had. zoudt gij. trouwe brievenbus, gejuicht heb ben bU het binnenkomen van dien an deren brief, waarin zulk een schitte rende tijding bevestigd werd. waarop wij sedert den vorigen brief al hoopten. Zoo weten wij van den eenen dag op tien anderen niet, wat wc in onze bric- ONGELUK BIJ DE HOOGOVENS. WERKMAN ERNSTIG VERWOND. Donderdag is een man die werkzaam was bü het lossen van een schip in de haven van het IJmuidensche hoog- ovenbedrüf. ernstig aan het hoofd ver wond door een vallend stuk erts. Na voor'.oopig te zün verbonden is de ge troffene naar het Roode Kruis Zie kenhuis te Beverwijk overgebracht. DE AANSLAG OP INSPECTEUR PAUL'. 1 De koopman H. P. R. die wegens poging tot doodslag op inspecteur Paul en :vee officieren door de Haagsche rechtbank tot 20 Jaar gevangenisstraf werd veroordeeld, zal volgens de Tel. hooger beroep an n teekenen. Mr. E. G. S. Bourlier, de verdediger van E. zal ook voor het Hof zün pleiter zijn. DE PRIJS VAN HET DUINWATER, VOORSTEL TOT VERLAGING. De heeren Joosten. Scholl en Koppen cn mej. van Vl:e: stellen voor den prüs van het duinwater van 30 tot 32 cent per kub.meter te verlagen. Verder stellen zij voor de recognitie die het waterleidingsbcdrüf aan de ge meen :c moet betalen voor het hebben van bulzen in gemeentegrond, te verla gen van f 123.C00 tot t ci.soo, door hot tarief van f 0.60 tot t 0.30 per M. te verlagen. EEN GEMEENTELIJK VOLKSLOGEMENT? B. EN W ZULLEN GEEN VOORSTEL DOEN. Het is reeds eenige Jaren geleden, dat van sociaal-democratische zijde in den gemeenteraad het voorstel werd gedaan cm over te gaan tot stichting van ccn gemeentelijk volkslogcment. In de afdcelingcn van den raad is nu gevraagd hce het staat met het prnead- vies van B. cn W. op dit voorstel. B. cn W. deelen nu mede. dat zü tot nog toe geen aanleiding gevonden heb ben de aangelegenheid betreffende de stichting van een gemeentelük volks logcment ter hand te nemen. Een onaf wijsbare behoefte aan een dergelijk aan de gemeentekas wederom zwaro eischcn stellend instituut is intus- schen ook niet gebleken. Tot zoover het antwoord van B. en W. WU merken op. dat nadat dit voorstel bü den raad ingediend is van particuliere züde een volkslogement geopend is, dat aan rcdelü'ke cischen voldoet. BU de opening die door verschillende auto riteiten werd bijgewoond hebber. wU toen bijzonderheden over dit logement medegedeeld. EEN BADHUIS IN HAARLEM-NOORD. HET PLAN IS BIJNA KLAAR. Indertijd had de gemeente Schoten a! ccn plan klaar voor een badhuis. Toen Schoten evenwel geannexeerd was, vond ons gemeentebestuur het gcwenscht met eon ander plan bü den gemeenteraad to komen. Naar aanleiding van een vraag in dc raadsafdeeltngen waarbij aangedrongen werd op de spoedige tot standkoming van een douchebadhuis In Haarlem- Noord. deelen B. en W. mede. dat dc totstandkoming daarvan door hen zoo veel mogelük zal worden bespoedigd. Binnenkort zün zoo vernemen wü nadere voorstellen bü den raad tc wnchten. venbus zuilen vinden. Het kan vroolijk wezen of treurig, maar er is nog iets veel treurigere op de wereld en wat dat is heb ik een paar jaar geleden onder vonden. toen ik op reis was en logeer de in een hótel in den Harz. Onder de gasten waren twe dames, een moeder en dochter, blükbaar gefortuneerd, want zü hadden kamers op de eersto verdieping cn een prachtigon auto, waarmee zij groote tochten Sn den om trek maakten. Ik was op zekeren dag m dc gelegenheid, hun een kleinen dienst te bewüzon cn kwam daardoor met hen ln kennis. Het bleek dat zü weduwe was, geen famiiie had en veel reisde om ver strooiing te geven aan haar dochter, die verloofd was geweest; dc dag van het huwelük was al vastgesteld, toen dc bruidegom in een plotseling opgeko men sneeuwstorm met zün auto in ccn afgrond raakte en hel leven verloor. Dc schok was voor het arme kind geweldig geweest. Eerst nu, een Jaar later, ge beurde het een enkelen keer, dat zij deel nam aan een opgewekt gesprek. Bezoek kregen zü nooit. Correspon dentie evenmin. Nimmer zag ik, dat 7.U bezig waren met schrijven. Op zekeren dag kreeg ik met de post behalve mün ge wone dagbladen, drie brieven, twee van de familie en ren van een kennis. Tcr- wUl ik bezig was die tc lezen, kwamen dc dames door dc veranda cn bleven even staan. „Heeft u goede berichten van huls?" vroeg de oude dame uit beleefdheid. Ik gaf een passend antwoord cn Infor meerde naar een grooten tocht, dien zü den vorigen dag hadden gemaakt. Het scheen of zü de vraag niet hoorden. Plotseling zei de dochter, alsof zU half in een droom sprak: „ach Ja, brieven krijgen van menschen van wie men houdt!" Kr kwam een blik van diepe droefheid in haar oogen. Dc moeder raakte even haar arm aan. Met een kleine buiging gingen zij verder. Maar het oogenblik was voldoende geweest. Deze twee eenzamen leden door het gemis aan menschep, die hen liefhad den. vrienden cn kennissen. Nooit een brief ontvangen! Hoe vree- selük moet dat zijn! FIDELH

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 9