TWEEDE KAMER. EERSTE KAMER HANDELSBLAD EEN ONTWIKKELINGS- EN ONTSPANNINGSREIS FEUILLETON De vier gedenkwaardige jaren der familie Van der Velde HAARLEM'S DAGBLAD VRIJDAG 15 JUNI 1923 14 Juni. De Dienstplichtwet in wijziging. De keuring. Geestelijken als militair Geen contingentsverminde- ring - De varkortng van den eersten oefeningstijd gaat niet door. Vandaag waren de artikelen van de Dienstplichtwet in behandeling. Wij zijn over die behandeling kort, want nieuwe dingen over de hoofdpunten «tin, na het bij de algemeene beschou wingen gezegde, niet opgemerkt. Een voorstel-Duijmaer van Twist, om ieder voor de militie ingeschrevene te keuren werd afgewezen, omdat de voor deden daarvan by mobilisatie niet op wegen tegen de groote kosten, die ver bonden zijn aan het keuren van 70.000 jonge mannen, wanneer er maar pl.m. 20.000 noodig zijn. Een aardig debat ontspon zich over bet s. d. amendement, dat geestelijken ook tot den dienstplicht wilde oproepen, omdat de s. d. fractie geen reden zag de geestelijken daarvan vrij te stellen, als anderen dien plicht vervullen De heer ter Laan wees den voor het' leger ge voelenden afgevaardigden op den goeden invloed, dien de geestelijken in het le ger kunnen uitoefenen. De heer Deckers herinnerde eraan, dat soortgelijke s. d. voorstellen reeds dikwijls zijn ingediend, maar steeds ver worpen werden. Hij deed de Kamer op de geschiedenis letten, die geestelijken stec-ds van den krijgsdienst vrijstelde en vroeg de s. d. fractie verdraagzaam te willen zijn tegenover andersdenkenden. De heer Oud vroeg het zelfde, de s. d. wvcendo op de vrijstelling van be zwaarden wegens gemoedsbezwaren en verschillende groepen van ons volk, die den dienstpliolit van geestelijken als een zwaren druk gevoelen. De heer Lingbeek, predikant, merkte op, dat dc predikanten leidslieden des volks zijn, dus ook ter zake van den dienstplicht moeien vóórgaan. Boven dien verwachtte hij voor de a.s. predi kanten van hun verblijf in de kazernes groote levenservaring, die hen later te stade kan komen bij hun geestelijken arbeid. Hiertegen kwamen meer dan eens onderbroken door den heer Lingbeek met den roep „Dus U wilt dat alle kloos terbroeders vrij komen" Dr. de Vis ser, de heer Kersten en de minister met het betoog, dat ln oorlogstijd en in mobilisatietijd de geestelijke steun van predikanten niet kan gemist worden, ze ker niet in kleine gemeenten, die juist gewoonlijk door Jonge predikanten wor den gediend. Zij wezen ook op het oude recht,, dat nooit de geestelijken tot den militairen dienst werden opgeroepen. Dat recht wilden zij niet wegnemen. „Ik 3'.oud mij liever" zei Dr. de Visser on der groote hilariteit y,bij het oude recht, dan bij het nieuwe recht Ter Laan— Lingbeek". Het amendement werd met 60—19 ver worpen. De Kamer heeft nog geruimen tijd gesproken over de verkorting van den eersten oefeningstijd. De heeren Deckers, Duymaer van Twist en Krijger bleven bi.i hun standpunt, dat er nog wel het een en ander te verbeteren is in het vcoroefeningslnstituut en dat de minis ter reeds veel voorstelde, dat tot verbete ring aanleiding zal kunnen zijn. „Kan do minister het neg niet eens probee- ren?" vroegen zij. Neen, antwoordde do minister ik kan het niet doen zon der mijn verkorting van den oefenings- tijd, omdat de paraatheid var. de voorge- ©efonden het noodig maakt. De minister kreeg zijn zin niet: de af trek met vier maanden voor de voorgc- fenrien bleef in de wet met 5222 stem men. Wel een échec voor den minister! Daardoor was de mogelijkheid van contingentsvermindeiing die de so ciaal-democraten voorstelden van de baan. Het s.d., dat vragend, amendement werd verworpen mot 5024 stemmen. De s. d. poogd enook nog wijziging te verkrijgen van de wet, In dier voege, dat het aantal, wegens een geestelijk ambt vrijgestelden zou worden afgetrokken van het contingent, m. a. w. dat voor de vrijgestelde geestelijken niemand anders zou behoeven op te komen. De minister zeide dit amendement niet te kunnen aanvaarden, omdat thans nu de geeste lijken vrij zijn, reeds rekening gehouden werd bij de bepaling van het contingent met de vrijstellingen (pl.m. 600) wegens een geestelijk ambt. De meerderheid der Kamer (5123 stemmen) 3loot zich bij don minister aan. Ten slotte heeft de minister zijn voor- stelten t. a„ v. de verlenging van den eersten oefeningstijd der zeemilitie met 62—13 stemmen niet aangenomen ge zien: de verlenging van 8 op 19 maan den. Een tot critiek van s. d. zijde aanlei ding gevend artikel verduidelijkte de minister tot volledige tevredenheid van de s. d. fractie: niet in het algemeen zouden drie herhalingsoefeningen wer den mogelijk gemaakt, maar indivi dueel. In dien zin, dat de totale tijd, dien men volgens de wet ia herhalingsoefe ningen moet doorbrengen, niet over twee herhalingsoefeningen behoeft te worden verdeeld, maar over drie jaren. Een s. d. amendement om ziekenver plegers van herhalingsoefeningen vrij te stellen werd verworpen. Enkele R.-K. heeren vroegen stem ming over het geheele ontwerp: he: werd aangenomen met 65 tegen nul stemmen. Waarvoor die hoofdelijke stemming noodig was het is ons niet duidelijk. Immers voor iedere groep bracht het ontwerp verbetering, al kreeg iedere groep op haar beurt niet alles, wat zij gewenscht had. Morgen de laatste ronde! Voor het recès. De Dienstplichtwet gaf de trom petstoot ter aankondiging daarvan. De Wet op de Naaml. Vennoot schappen. Voor en tegen. Nog geen voorspelling te wagen. Een novelle in zicht Van de veertien sprekers hebben zich vandaag 7 heeren doen hooien. Met de vijf van gisteren zijn dat er 12. Groote kans dus. dat morgen de mi nister aan het woord komt! Als de twee, die nog komen, zich eens schrappen lieten want veel nieuws zal er niet meer op te merken zijn. De argumenten pro en contra zijn.... uit geput. Vandaag dan hoorden wij de hee ren v. d. Bergh, Slingenberg, Michiels, van Kessenich, Verkouteren, Mendels, Janssen en de Jong. Onder deze hc-ejen was er maar één, die van de wijziging van de bestaande wetgeving op de N. V. niet weten wilde. Niet omdat het de N.V. betrof, maar om dat de heer Verkouteren in rechtsregelen in het algemeen geen zekerheid ziet, ncoit en deswege heel de rechtspleging wil overlaten aan de wisseling van de jurisprudentie. Tegen deze wijze van rechtspraak is de heer Slingenberg, die de opmerkingen van Mr. Verkoutexen blijkbaar verwachtte, opgekomen door daartegen liet groote argument te zetten van het gebrek aan rechtszekerheid bij heel het rechtsleven overlaten aan de Jurisprudentie. Alleen de heer Verkouteren wilde alles bij het oude laten. De andere hee ren gevoelden allen de noodzakelijkheid van wijziging. Hoewel zij dan niet allen gelijkelijk dachten over de wenschelijk- heid van wat de ministers Nelissen, Heemskerk en Donner tezamen aan verbetering hadden tot stand gebracht. De heeren Verkoutexen, Michiels, D; Jong en v. d, Bergh geloofden, dat de minister te ver had gegrepen en me! zijn bepalingen, die de aandeelhouders wilden beschermen, de N. V. als zooda nig aantastte. Daartegenover hebben de heeren Slingenberg en Mendels en vooral de heer Slingenberg had zeer het oor van de Kamer betoogd, dat in de bescherming der aandeelhouders de huidige wetgeving niet zooveel mogelijk heden ten bate van een versterkte be stuursvoering biedt, als thans mogelijk zal worden bij de wet van rar. Donner. Maar ook de heer Slingenberg had be zwaren en hij trok daarin één. lijn met de ongeveer gelijke, in ieder geval ge lijkgerichte, beschouwingen van Mr. Janssen. Het bezwaar dat de minister geen ondersoheid maakte tusschen de open, op de publieke geldmarkt een be roep doende, vennootschappen en de be sloten of familie-vennootschappen. Voor al met het oog op den eisch van publi citeit. Wanneer de heeren v.d. Bergh, Midi iels, de Jong, Verkouteren daarin een groot, zoo niet het grootste bezwaar zien tegen het ontwerp, dan kan de mi nister ae stemmen van de heeren Slin genberg en Janssen winnen door de toe zegging te doen, dat hij, vóór de wet op de N.V. wordt afgekondigd, bij de Sta- ten-Gcr.eraal komt met een voorstel tot wetswijziging. Op zulk een novelle heeft de minister in de schriftelijke voorbe reiding reeds gezinspeeld. Hadden wij nu maar zekerheid zeide de heer Michiels onder veel instem ming van de Kamerleden, die zijn zijde houden dat de Tweede Kamer deze novelle aanvaarden zou! Maar daarop is heel weinig kans, gezien de aanvaar ding van het amendement-Heemskeric in de Tweede Kamer, meenen deze heeren. De bezwaren, ook vandaag weer ge opperd betroffen allereerst 's ministers bepalingen t.o.v. de oligarchische dau- suie. Maar betoogden de heeren Slin genberg, Mendels en Janssen wan neer er een meerderheid is, als de mi nister eisoht voor het nemen van beslui ten door de aandeelhouders tegen het bestuur in, en deze meerderheid wil ver keerd dan geeft ook de beste oligaichi- sehe clausule niets.. De bszwairden zagen groote gevaren in het enquête-recht. Maar daartegen over zetten do verdedigers, dat het ge bruikmaken daarvan door de aandeel houders met zóóveel waarborgen is omgeven, dat voor het ongestoord voort bestaan eener goede N.V. geen vrees be hoeft te bestaan. De bezwaarden merk ten weer op, dat het enquête-recht in zijn bedoeling falen zal: met het en quête-recht kunnen nóg velerlei N.V. verkeerd, ten eenenmale verkeerd gaan. De heer Mendels wees vooral op ver schillende voordeelen ter bescherming van aandeelhouders© die de wet wilde brengen en waarvoor hij meende, dat de wetstegenstanders het oog volkomen hebben gesloten en daarvan niet willen reppen. Ook werd gewezen, door de verdedi gers van het ontwerp op de mogelijk heid, dat bij de statuten vele beslissin gen in handen van het bestuur kunnen gelegd worden. Wij hadden op de tribunes meer be langstelling verwacht voor een ont werp, dat de zakenwereld zoo beroerde als de wet op de N.V. INTIMUS. SCHEPEN IN NOOD. DOOR DEN HEVIGEN WIND. Gistermiddag verkeerde te ongeveer twaalf uur voor de kust bij Katwijk, de Sciieveningsche schokker 250, die door een. motorschip gesleept werd, in nood, doordat onderweg do tros die beide sche pen verbond, op verscheidene plaatsen was afgeknapt waardoor de sterke wind den schokker zwaar bestookte, meldt de NJt.Ct. De zeilen varen vernield, het roer was onklaar geraakt en de opvarenden verkeerden in levensgevaar. Inmiddels was van IJmuiden uit een sleepboot ter assistentie vertrekken, aan wie het na eenige vergeefsche pogingen gelukte verbinding met de schokker te krygen en deze naar IJmuiden te sleepen. De Katwyksche reddingsboot stor.d klaar om uit te rukken, doch behoefde geen hulp te vcrleenen. Voordat de richting naar IJmuiden werd ingesla gen, trachtte de sleepboot tegen den wind in naar Schevenirgen koers te zet ten, dcch door den sterken wind bleek dit onmogelijk, zoodat naar IJmuiden gevaren werd. Het sleepschip Fijo van Puttershoek, geladen met zand is gisteren ten Zuiden van Enkhuizen door stormweer over vallen en gezonken. De vijf opvarenden zijn door de sleepboot Gc-zina van Kam pen gered cn te Enkhuizen aange bracht. Drie zolderschuiten met basaltsteen die gisterochtend uitgesleept zijn om bij de Delflandsche hoefden te storten, verkeerden door het breken der sleep trossen in nood. Op elke schuit zijn 2 man. De stoomreddingsboot is ter hulp vertrokken. ERGERLIJK OPTREDEN VAN AMSTERDAMSCHE AGENTEN. ZJJ KRIJGEN ééN EN DRIE MAANDEN GEVANGENIS STRAF. De Vierde Kamer der Amsterdani- sche Rechtbank heeft gisteren uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de Am- sterdamsche politic-agenten B. van den H., en F. van der P., die een 21-jarig student in de medicijnen in den nacht van 12 op 13 November 11. in of vlak bij de Ferdinand Bolstraat mishandeld heb ber- Het O.M. had voor v. d. H. vrijspraak gevraagd en tegen v. d. P. twee maan den gevangenisstraf gevorderd. De Rechtbank overwoog dat de ver dachten den getuige opzettelijk ver schillende malen met gummistokken hebben geslagen, hoewel getuige geen aanleiding had gegeven tot dit ruwe op treden. Volgens de rechtbank was het optre den volslagen doelloos en in hoage mate ergerlijk en wordt door een dergelijke handeling van politieagenten de veilig heid van het publiek op straat en de goede naam der poiltie in gevaar ge bracht. Bij de strafoplegging verliest de Recht bank niet uit het oog, dat den verdach ten een strenge disciplinaire straf wacht. Waar v. d- P- blijk gegeven heeft van bijzondere ruwheid en onverschil ligheid, terwijl juist van hem als oudere een meer bezadigd optreden verwacht had mogen worden, moot hem een zwaardere straf worden opgelegd, meldt hot Hbld. Tenslotte overwoog de Rechtbank, dat liet misdrijf van mishandeling ais een voortgezette handeling moet worden beschouwd en veroordeelde zij v. d. H. tot één maand en v. d. P. tot drie maan den gevangenisstraf. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN 60 Cent» per regel. Geeft uwe advertenties op ter plaatsing in het HET algemeene GROOTE dagblad der beschaafde kringen. ALLE soorten advertenties worden zonder prijsverhooging aangenomen 22 ky ket Bijkantoor Handelsblad (Wensing's Alg. Advert.-Bureau) TEMPELIERSSTR. 32 Telefoon 10209 DE KONINKLIJKE VACANTIE. KONINGIN EN PRINSES VERTREKKEN ZATERDAG AVOND NAAR NOORWEGEN. De Koningin en Prinses Juliana zullen Zaterdagavond per extra trein om 21.30 van het paleisperron bij het Loo, naar Apeldoorn reizen. Nadat aldaar de ko ninklijke trein aan den D-trein is ver bonden vertrekken de vorstelijke per sonen om 21,45 naar Noorwegen. VACANTIE VOOR TEXTIELARBEIDERS. WELWILLENDE HOUDING DER FABRIKANTEN. Dc fabrikantenvereeniging in de Tex tielindustrie hebben thans, volgens de N.R.Ct. aan de arbeidersorganisatie me degedeeld, dat zij bereid zijn mede te werken tot het geven van vacantie, niits de door deze vacantie verloren g-egane uren tegen het gewone loon worden in gehaald. De vroegere eisch van 48 uren extra overwerk bij het geven van 6 da gen vacantie hebben de fabrikantenver- eeiiigingcn hiermede dus blijkbaar in getrokken. NOG EENS DE SCHOOLBEWAARDERS. OOK HET N. O. G SPREEKT ZICH UIT VOOR DE BEWAARDERS. Wij hebben reeds medegedeeld, dat de afdeeling Haarlem van den Bond van Ncderlandsche Onderwijzers een adres aan den gemeenteraad gezonden heeft, om, althans aan de dubbele scholen voor 1. o. weer schcolbewaarders aan te stel len. Nu schrijft men ons: De afdeeling Haarlem van het Neder landsen Onderwijzers Genootschap is ten sterkste overtuigd, dat door het in stellen van concierges de belangen van het onderwijs, het kind en de gemeente zeer worden gebaat. Daar de kostenvermeerdering op het onderwijs pirn, f 10.000 zal bedragen, wanneer het instituut van schoolbewaar- ders weder geheel wordt ingevoerd, is de afdeeling Haarlem van het N.OG. van meening dat de financieele lasten voor de gemeente betrekkelijk gering zijn tegenover de vele voordeelen, die gebo den worden. Bovenstaande overwegingen hebben de afdeeling er toe geleid een adres aan Haarlem's Raad te richten tot het weder aanstellen van een concierge, waar die tot heden in. het schoolgebouw ontbreekt bij het Gewoon Lager Onderwijs. Dit adres is een uitvoering van een besluit der ledenvergadering van 22 Februari Ji. Dat het eenigen tijd op afdoening ge wacht heeft, is het gevolg van het in winnen van nadere gegevens omtrent deze zaak. ONDERWIJZERS-EXAMENS. Da Costa-Kweeksch^ol (Nieuwe Gracht) Haarlem 14 Juni 1928. Groep 2. Geëxamineerd 6 candidaten. Geslaagd: de dames G. E. Boelens, K. G. Boven, N. M. Buyze, H. Hogeland. A. G. A. Kappers en B. F. van Melle, allen te Haarlem. EXAMENS. Eindexamen Gymnasium te Haarlem. Geëxamineerd voor diploma B. 8 can didaten. Geslaagd: Mej. H. J. Stalling en de heeren: R Sterringa, H. van den Briel A. C. Vreede, R. Haverschmidt, A. de Vries, G. H. van Hoolwerff, R. Frant. (Van onzen eigen verslaggever.) De tempels van Zeus of Jupiter en Theseus. Ik ben vandaag eens op mijn gemak enkele oudheidkundige monumenten gaan bezichtigen waarvan in de eerste plaats de Tempel van Zeus of Jupiter in aanmerking kwam. Van de kolommen staan er 13 onder een architraaf en 2 afzonderlijk, een 16de ligt, door de jongste aardbeving ter neder geworpen, in schijven ter aar de, doch kan gemakkelijk wederom worden opgesteld. Deze witmarmeren Corinthische zuilen met hun versiering van acanthusbladeren omsluiten hel heilige, de cella, waarin het beeld van den god bewaard placht te worden terwijl de overblijvende ruimte bestemd was voor wijgeschenken. De daken, meestal van brons, die de schijven der pilaren op elkaar plachten te houden, zijn meest alle gestolen in tijden toen het materiaal duur of niet te krygen was, vele boorgaten in de kolommen leggen daarvan getuigenis af. De vlak daarby gelegen monumentale poort van keizer Hadrianus deed mij sterk denken aan een blokkendoos: een groote boog rustende op 2 zuilen van behoorlijke dikte en vooral breedte; daarboven, juist in het midden van de benedenpoort, een op twee ronde zuilen rustende kleine poort, gedekt door een architraaf met schuine dakpoorten, en geflankeerd door 2 kleinere poorten, onder dezelfde fries. Dan gaat het naar den tempel van Theseus dateerende van pl.m. 440 v. Chr., en die zich in uitstekenden toe stand bevindt, zijn dorivale zuilen van marmer, 6 aan de breedte- cn 13 aan de langszijden, hebben zich goed ge houden, het dak is ten deele vernieuwd, van beeldhouwwerk is nagenoeg niets van beteekenis meer over. In de cella (het heilige interieur) is een kle'in mu seumpje van hetgeen op de plaats zelve en de naaste omgeving is opgegraven Mijn bijzondere aandacht trekken de z.g. druppel ornamentatie, lijsten, waarvan druppels schijnen af te druipen. Ter afwisseling naar het Nation» !e Museum. De eerste zaal, waar ik binnentreed is voor mij tevens de belangrijkste: de overblijfselen uit het mycunsche tijd vak dat gerekend wordt van 1500/120C voor Christus. Tal van bladgouden or namentenplaten, vermoedelijk geïm porteerd van Creta, waaronder prach tig, volmaakt zuiver gestyleerde bijen, octopussen, bladeren en maskers. Op welk een enorm hoog standpunt stond toch die beschaving der ouden! Vitrine naast vitrine met de meest kostbare voortbrengselen van dien tijd: vazen, kommen, kannen, met fraaie klem-en beschilderd, bronzen wapenen met goud ingelegd, incrusties die de perfectie na bij komen. Ik herinner my een leeuwen jacht, een stieren-aanval, zuiver na tuurlijk, krachtig elke lijn. Een aanta zalen niet Grieksche sculptuur, in de eerste de meest primitieve pl.m. 520 v. Chr., platte lijven, stijve lichamen, een ornamentiek die min of meer doet den ken aan de Egyptische vlakkunst, die vermoedelijk geïnspireerd heeft. Dan komt langzamerhand wat meer muziek in de beelden, ze beginnen wat losser te worden, wat te draaien, het linker been komt wat vopr liet rechte te staan, de lijven z(]n minder plat, de beenderen, te beginnen met jukbeenderen, knie schijven, later de spieren van armen en beenen worden aangegeven, nog later geaccentueerd. Zalen met stéles, grafsteenen, een prachtig marmeren groep van vrouw, 1 sater en engel, diervormen, Slanke grafvazen. Een andere zaal: Mycunsche beschil derde dierfiguren op grof aardewerk, later op borden en vazen steeds vol maakter uitgevoerd, amphoren, ook met een wetstuk, bestaande uit een drietal aardewerk-lussen. Vaatwerk met rooden ondergrond met zwarte daarop aangebrachte figuren, later zijn de vazen zwart gevernisd en de figuren rood uitgespaard (pl.m. 520 v. Chr.). Het beste op dit gebied heb ik echter in vele andere buiteniandsche musea ge zien. We lunchen in het Hótel de la Grande Bretagne en rijden daarna wederom naar den Acropolis, nu voor de details. De heuvel die plan. 150 M. hoog is, is alleen van het Westen toegankelijk door een door plantsoenen begrensden ge- asfalteerden weg, aan de andere zijden rijst zij steil op uit de vlakte. Hierop vestigden zich de eerste bewoners van Athene, in den Myceenschen tijd was hier een groot paleis; de grootsche mo numenten: de Propylaeën, het Parthe non, het Erechtheion alsmede de klei ne tempels dateeren eerst uit den tijd van Pericles. De Propylaeën: een middenportaal met zuilen en 2 vleugels, marmeren trappen leidden er heen, stijl afwisse lend dorisch en jonisch. Het Parthenon, de tempel der Godin Athena Parthenos (Minerva) dorische marmeren zuilen, waarvan diverse ter aarde liggen, docli die men bezig Is we der op haar plaats te brengen. De meeste beeldhouwwerken zijn ook hier gestolen en bevinden zich te Londen; indien ze niet zijn van de hand van den beeldhouwer Phidias, dan zyn ze toch vermoedelijk door hem geïnspi reerd. Het Erechtheion is vermoedelijk iets vroeger gebouwd dan het Parthenon, ?n jonischen stijl, feitelijk een dubbel- tempel, aan 2 goden gewyd; midden in de ruïne heeft een olijfboom wortel ge schoten. We bezien nog de overblijfselen van een door de Perzen verwoeste tempel, het Hekatompedon, van een Romein- schen tempel, eveneens door slechts weinige brokstukken en fundamenten vertegenwoordigd en 'tenslotte bestijgen we nog eenmaal de ietwat hooger ge legen Oostzij den. van den Acropolis om van het uitzicht te genieten. We komen aan boord terug. De „Pierre Loti" licht de ankers. We stoo- men de haven van Piareus uit. We houden het midden, ter weerszijde van ons liggen als vormden zij een eere- waclit de stoomschepen .tkomen van heinde en ver, de achtersteven tegen en bij den wal, de voorplechten naar het midden gekeerd. Wee naderen den uitgang. Links lig gen een drietal Grieksche ooilogssche- pen. Van de brug een fluitje, de „Plerre Loti" brengt het saluut met de vlag aan den achtersteven. Aan boord -van 't dichtst byzijnde dienstdoende oorlog schip wordt het fluitsignaal beantwoord. Plechtig daalt en herrijst het wit blau we gekruiste symbool der Griekschn Republiek. Het signaal „volle kracht" gaat naar de machinekamer. Met volle kracht snelt de „Plerre Loti" haar laatste aan loophaven vóór Marseille, Napels tege moet. TH. (Reeds in het grootste gedeelte onzer vorige oplaag opgenomen) HET JAAP EDEN- MONUMENT. DE ONTHULLING OP A.S. ZATERDAGMIDDAG. Wij herinneren er aan, dat de ont hulling van het monument op het graf van wijlen den Wereldkampioen Jaap Eden, morgen, Zaterdagmiddag 3 uur zal plaats vinden op de algemeene be graafplaats aan de Kleverlaan. Het graf is gelegen aan de oprijlaan by den hoofd ingang. Het publiek kan evenwel slechts de begraafplaats betreden door den in gang aan den Schoterweg. Voor houders van invitatie-kaarten zal toegangzyn tot het afgezette gedeelte, rondom het graf. De herdenkingsrede zal uitgesproken worden door den heer Leo Lauer uit uit Zandvoort. De eigenlijke onthulling van het monument zal geschieden door Baron Schimmelpenninck van der Oye, den voorzitter van het N.O.Q. Verder zyn er nog eenige andere sprekers In geschreven. Mevr, L. Eden'Prinsen, evenals de ont werper van het monument, de beeld houwer August Falise uit Wageningen, zullen de plechtigheid by wonen. Óck verschillende sportbonden en sportver- eeniglngen zullen vertegenwoordigd zijn. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cent» per regeL -Sfecfdb&oüt eenpfdmo. Qijggfyefig. &)un£oji Sand VERKRIJGBAAR BIJ ALLE ERKENDE RIJWIELHANDELAREN door JAN VAN MERLENSTEIJN. 30) Terneergeslagen zetten wy onzen tocht voort- Dit avontuur had onze gedrukte stemming nog verergerd Het had helaas ook nog andere gevolgen. Dit was de druppel geweest, die het vat deed over- loopen. Wat nu volgde, was wel bc- grijpeiyk menscheiyk maar diep treu rig. Plotseling vertoonden zich nl, duide lijke teekenen van ontevredenheid onder de bemanning. De mannen begonnen Kicli in kleine groepjes te verzamelen fluisterende gesprekken be voeren, die afgebroken werden, als een van ons ln nabyiieid kwam. wy deden of wij er niets van merkten te meer daar de dienst gewillig en goed werd verricht. Ook de beleefdheid tegenover ons bleef dezelfde als vroeger, hoewel die besprekingen onder elkaar zich dageiyks her haalden en langer duurden. wy begrepen er niets van totdat op zakeren dag de verklaring kwam, die ons trof als een donderslag. Ecu deputatie bestaande uit drie van de oudste matrozen verlangde vader te spreken. Hy ontving hen in den salon. Ook ik was op zUn wensoh er by tegen woordig. Ik moet er heden nog onze manschappen excuus voor vragen, dat wy toen het eerste oogenblik dachten, dat zy ons ontrouw waren geworden. Weliswaar was hetgeen zy te berde brachten nog veel erger, maar liet was niet tegen ons gericht, hoewel dat in het begin zoo scheen. De woordvoerder begon met te zeggen, dat er onder zyn kameraden ontevredenheid hcerschte. „U moet niet denken, mijnheer Van der Velde, dat deze ontevredenheid te gen u of uw familie gericht is. Daar hebt u en de uwen ons steeds te goed voor behandeld, wy zyn graag met u mee gegaan. hoewel wy wisten waarom het ging. Wy blijven ook nu nog graag by u, hoewel wij er allen naar verlangen onze familie en vrienden weer eens te zien. Maar als de zaken zóó blyven doorgaan als tot nu toe, hebben wy daar bitter weinig kans op. wy weten dat het niet uw schuld is, mynheer Van der Velde. Maar wy weten even goed, dat het schuld van de anderen is en we zien niet in waarom wy daaronder zouden ïyden". „Wat denken jullie dus te doen?" „Wy kunnen niets doen, mynheer Van der Velde, maai- u wel. Waarvoor hebt u anders vier apparaten? Wy hebben gezien waartoe die apparaten in staat zijn en wy weten dat wij niet noodig hebben altyd en eeuwig voor de anderen op den loop te gaan. Wy zyn dat eeuwi ge wegloopen zat!" De andere twee knikten energiek en de man wond zich hoe langer hoe meer op. Wy zijn er geen oogenblik zeker van. dat er niet hier of daar een vliegma chine, een duikboot of een schip komt dat op ons vuurt, hoewel wy het niets gedaan hebben. Tot nu toe is het ons nog altyd gehikt om goed weg te komen. Maar wie zegt, datt ons dit altUd zal gelukken? Daar willen we hei echter niet op laten aankomen. Wij willen ein- delyk ee.ns rust hebben. En als de an deren ons die rust niet willen geven, dan is het aan u, mynheer Van der Vel de, ons die rust te verschaffen." „Wat verlangen jullie dus van my?" „Dat u hun eens een keer laat zien, dat u ook tot meer in staat bent dan altyd maar afweren, zonder iemand een haar te krenken. Wij weten het. maar de anderen gelooven het niet. Weest i er maar van overtuigd, mynheer Van der Velde, als u eerst een paar oerless en handelsschepen hebt laten zinken, dan zullen we wel rust hebben." ,.En de menschen op die schepen?" „Bekommeren zy zich soms om ons, als z(i plotseling en onverwachts op ons schieten? Waarom zouden wy beter zijn dan zy? Als zij konden zouden zij ons met het grootste genoegen vernie tigen. Maar wij neem het- me niet kwaiyk, mynheer Van der Velde, w;j zyn zoo dom om altyd maar als goede sukkels op desn loop te gaan." Vader keek den spreker aan en zeide tenslotte: „Jullie willen dus dat wy beginnen te moorden?" De matroos schuifelde weifelend met zyn voet over het karpet. .Dat is een beetje sterk uitgedrukt, mynheer. Het is toch. geen moord als men zich krachtdadig verdedigt?' „Ja dat is het wel. Tenminste als men over zulke hulpmiddelen beschikt als wij, hulpmiddelen waartegen de ande ren zich niet kunnen verweren." .Dus u wilt ons verlangen niet inwil ligen, mijnheer Van der Velde?" Vader sloeg op de tafel, dat deaschbak er van danste. „Neen duizendmaal neen! Ik heb tot nu toe van den concentrator geen moordwapen gemaakt en zal dit ook nu niet doen. Het zou wat anders zyn, als dit laatste middel was oni een heel volk te redden. Maar om daar te begin nen te moorden, alleen omdat wy, eer. paar menschen, in een onaangenomen toestand verkeeren, daar denk ik niet aan. Het doet my bitter leed dat het zoover gekomen is en ik begrijp wat jullie tot dit verlangen dreef. Maar de zen wensch van jullie zal ik nooit in- willigen. Uc sla nog liever de appara ten in stukken. Ik kan jullie verlangen naar huis volkomen begrypen en Ik ben bereid, jullie zoo gauw mogelyk te laten aflossen." Zy gingen met. hangend hoofd weg en vader wendde zich tot my: „Het einde waar ik altyd bang voor ben geweest, is naby." Wy bespraken de zaak uitvoerig en kwamen tot het besluit, dat de eenige uitweg was van manschappen te wisse len, en anderen laten komen. Dat was echter geniakkeiyker gezegd dan ge daan. De nieuwe manschappen moesten zorgvuldig worden gekozen. Vader ver zond een lang code-telegram, dat nog dienzelfden avond werd beantwoord. Den volgenden nacht betrapte Gerard een der matrozen, die zijn hoofd in den concentrator had gestoken en aan de hefboom morrelde. De man verwij derde zich verlegen, zonder te beproeven zich te verontschuldigen. Wy wisten ge noeg. De toestand was critisch gewor den. Van nu af werd ons het leven tot een hel, waar we zoowel op onze vyan- den van bulten moesten letten als ook den concentrators steeds in het oog moesten houden, Elndelyk waren wy door het gebrek aan slaap zoo afgetobd dat onze zenu wen tot hot uiterste gespannen waren. Wy wisten dat wy nu voor een vyand stonden, die met ons wapen niet te be strijden was. Wij moesten tegen gevoe lens vechten en deze zyn ontastbaar. Ik wil hier een openhartige bekente nis afleggen, zelfs al loop ik er gevaar door, dat myn moraliteit als minder waardig wordt beschouwd. Ik moet dit doen om te toonen hoe ver zelfs wy al gekomen waren. In den loop der vol gende dagen gelukte het een paar koop- vaardyschepen nog tweemaal ©en schot op ons be lossen, voor wy hen konden ontwapenen. Wy hadden het byzondere geluk beide keeren niet getroffen te worden, hetgeen be verklaren was ten eerste uit het feit, dat de bemanning nog niet goed geoefend en ten tweede omdat ze al begonnen te schieten voor tfat ze zoo dicht by waren, dat een werkelyk schot mogeiyk was geweest. Deze voorvallen toonden ons. dat wij niet meer zoo goed als vroeger in staat waren om te waken. Toen het tweede schip ons ons begon te vuren, stond ik juist bU een concentrator. Ik had reeds mijn hoofd in de kogel van het apparaat en myn hand aan den versterkingshef boom. toen ik mij vlug weer vrijmaakte en terugtrek. Ik schrok van mijn eigen gedachten. Wat had ik willen doen. Hoe diep was ik reeds gezonken? Ik had my zelf op den wensch betrapt dat schip te laten zinken. Waar waren myn idealen en mijn opvoeding gebleven, dat ik nu aan de ruwe natuurinstincten wilde toegeven? (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 10