HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 30 JUNI 1928DERDE BLAD MGR. J. D. J. AENGENENT, DE NIEUWE BISSCHOP VAN HAARLEM. Een bekende socioloog, geleerde docent en knap schrijver. Nog liggen de voor velen droeve da gen dat monseigneur Cailier de ocgen sloot en grafwaarts gedragen werd kort achter ons, twee maanden lang heeft de Haarlemsche bisschopszetel leeg ge staan. Maar het leven gaat voort en dezer dage" is te Home beslist dat de hoogeerwaa.^e zeer geleerde heer J. D. J. Aengenent benoemd zou worden tot bisschop van Haarlem. Gistermorgen heeft de pauselijke in ternuntius Mgr. L. Schioppa zich naar "Warmond begeven om dit den. op het Groot-Seminarie aldaar wonenden. prol'. Aengenent mede te deelen. Kor. daarop werd de benoeming bekend en zy zal zeker voldoening verwekt hebben by vele Katholieken, vooral «n het Bis dom Haarlem, waar prof. Aengenent een bekende figuur was in het vereenigings- leven, terwijl hy als hocgleeraar a en he: Groot-seminarie veler achting ver wierf. De thans benoemde bisschop ts ruim vijf-en-vijf tig jaar oud, in he: hartje van Rotterdam werd hij geboren op 4 Maart 1873 als oudste zcon van een smid. Hij was nog een kleine jongen toen de familie naar Delft verhuisde, daar in de Prinsenstad groeide hij op, g-ing hij T>aar school en kreeg hij later Pransche les bij den bekenden meester Morel. Op dertienjarigen leeftijd ging hy „op studie" en het was op 3 April 1897 dat hij door wijlen Mgr. Bottemanne, den toenmaligen bisschop van Haarlem, tot priester gewijd werd. Anderhalf jaar was hij kapelaan te Roelofarendsveen, maar de studie trok den jongen geeste lijke en op 30 September 1893 werd hij benoemd tot leeraar aan het klem-semi narie Hageveld dat toentertijd nog te Voorhout was. Doch hij legde zich toe op de zich meer en meer baan brekende ■wetenschap der moderne sociologie en in 1904 werd hij hoogleeraar in de socio logie aan het groot-seminarie te War mond waar hij dus bijna drie en twintig jaar den studenten een inzicht heeft ge geven in de zoo belangrijke problemen dezer wetenschap, doch daarnaast gaf hy colleges in wijsbegeerte voor de Leidsche studenten. De nieuwe bisschop is echter niet wat men noemt een kamer-geleerde, zeker was het zijn studie, die hem bracht in het volle,leven en op maatschappelijk gebied is hij een goede en geachte be kende in Katholieke kringen. In dit leven groeide prof. Aengenent's werk. Hfj schreef in verschillende tyd- schriften en couranten over belang- ryke actueele onderwerpen, zijn advie zen als lid van den Hoogen Raad van Arbeid werd zeer geschat, hij was voor lichter van middenstanders en werklie den en leidde als voorzitter van de commissie van beroep voor het onderwys in verschillende dekanaten het werk, terwyi hy secretaris -was van de Ne- derlandsche Katholiekendagen. Meer dan eens hield hij op groote vergaderin gen belangrijke en interessante rede voeringen en op den onlangs gehouden Katholiekendag betoogde hy vurig de noodzakelijkheid van de coalitie in het politieke leven der Nederlandsche Katholieken. Hy doceerde klaar en bevattelyk, sterk theoretisch en objectief, zoo was hy ook in de vele artikelen die hij schreef en in zyn boeken waarvan enkele reeds verscheidene herdrukken beleefden. Uit dit alles blykt wel dat deze nieuws sociale bisschop van zeer groote waarde kan zijn voor zijn bisdom, in Katho lieke kringen koestert men dan ook groote verwachtingen van hem, zyn Haarlemmer Halletjes, EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE Op den dag na het muziekavondje maakte Bosch een lange wandeling en bemerkte al dadelijk, dat zijn dokter hem een goeden raad gegeven had, toen hij Groenwoud genoemd had. De plaats was klein, maar het natuurschoon prachtig. Urenlang kon de bankier er wandelen zonder iemand te ontmoeten; geen enkele auto waagde zich op de mulle zandpaden. Het was de grootste rust, die een vermoeide man wenschen kon en Bosch va" der Veen maakte ge bruik van de gelegenheid, nu die hem aangeboden werd. Hy ging na het ont bijt op pad en toen hy eenmaal den smaak van lange wandelingen in de eenzaamheid beet had, waarschuwde hy mevrouw van den Berg, dat hy we! eens van het koffiemaal wegblyven en niet vóór het diner terugkomen zou. Zoo kwam hij meermalen pas tegen zes uur warm en moe terug, had nog juist tyd om zich te verkleeden en op te frisschen om daarna met ontvanger Jansen aan tafel te gaan. Zoo ging de eerste weck van zijn ver blijf te Groenwoud snel voorbij. De fa milie zag hy maar weinig, mevrouw van den Berg een enkelen keer en haar dochter in het geheel niet. Zyn eenige conversatie was dus de ontvanger en het scheen, alsof deze minder spraakzaam werd. Vaak ging het middagmaal voor bij. zonder dat zij iets meer dan het al lernoodzakelykste tot elkaar zeiden Bosch, van nature aar> stilzwygendheid gewend, vond dit niet onaangenaam maar Let verwonderde hem van den ontvanger, die op den eersten avond zoo spraakzaam was geweest. De gewone muziekavond kwam weer aan. Di - vanger was aan tafel bij- zonder stil. Het scheen, dat hem iets hinderde, dacht 3osch en daarom vroeg hy uit beleefdheid of hy zich niet wel gevoelde. ..Dank u, mij scheelt niets", ant woordde de ontvanger en daarop, zonder eenigen overgang: „weet u al. dat de muz.ekavona niet doorgaat?" „Niet doorgaat? Er is toch niemand ziek?" „Mevrouw van den Berg heeft my een kwartier geicaen gezegd, dat haar doch ter zware hoofdpijn had en ons ver zocht, haar te excuseereu." „Dat spyt mij", zei Boseh, kalm. Dat was geen ledige formule. Het speet hem inderdaad, want hij had de indrukken groote werkkracht en sterke wil zullen het bisdom zeker ten goede komen. Uit dc Pers, De Katholieke bladen getuigen alle van groote ingenomenheid met de be noeming van prof. Aengenent tot bis schop van Haarlem. De Maasbode die verscheidene kolommen aan hem wydt, schryf: onder andere: „Uit de rij van Haarlem's pries ters trad er één naar voren, uitmun tend in vroomheid maar tegelijk een mar. der wetenschap in den vollen zin des wcords. Men zegt niet te veel als men beweert, dat heel het lever, van Mgr. Aengenent tot op de middag- hoogie van den huldigen dag één on- af ge broken studie-periode is geweest. Een ingespannen studie, gewijd aller eerst aan de kennis der onzieniyke dingen, het eigen domein der god geleerdheid. dcch daarneven voor een overgroot deel gericht op de stoffelij ke nooden van een maatschappij, ont wricht door de economie van het libe ralisme." En: .En by deze even gewichtige als ver antwoordelijke taak zullen den nieu wen Kerkvoogd naast zyn voorzichtige wijsheid mede zyn serene karakter eigenschappen uitnemend te stade komen. Steeds hield hy ten nauw ste voeling met de realiteit van het sociale leven. Wat intusschen niet ver hinderde, dat hy zich by de bestu deering der ingewikkelde vraagstuk ken koel-bezonnen op een objectief standpunt wist te plaatsen. Voor on beraden stappen was er in-de streng- logische gedachtensfeer van dezen wysgeer-econoom wien het „mise- reor super turbam" ran een gevoelig priesterhart intusschen all^.tminst vreemd bleef geen plaats." In De Tijd lezen wy: Zoo mogen wy in den nieuwen Bis schop van de Haarlemsche Diocese oen Kerkvorst begroeten, wiens uit verkiezing wyde uitzichten opent voor het bestuur der Kerk, die in dezen voorbeeldigen priester niet alleen een Herder vol kennis en vastberadenheid, maar tevens vol liefde voor God en den naaste vindt. Ook van den socialen Bisschop kan Haarlem dus nog groote verwachtin gen hebben, gegeven de ongemeene werk- en wilskracht van deze figuur, die zich in zyn geheele leven en werk liet leiden door een diep stichtende opvatting van het „Misereoi* super turban", de leuze, welke ongetwyfeld de hooge bisschoppelijke waardig heid zal bezielen, tot welke thans de opperherder ran Rome den sociaal - priesterlijken leider heeft geroepen, wien het Katholieke Nederland eer biedig zyn gelukwenschcn aanbiedt. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cents per regel. van den eersten muziekavond nog niet vergeten." „Het spyt u," herhaalde de ontvan ger werktuigelijk. „U zegt dat wel heel bedaard." Bosch keek hem verwonderd aan. De ontvanger, anders zoo vriendelijk en welwillend, leek niet recht tevreden, in ieder geval niet geheel en al op zyn ge mak. „Het was niet myn bedoeling." zei Bosch met zyn keurige beleefdheid, „u iets onaangenaams te zeggen. Als ik dat toch gedaan mocht hebben, maak ik mijn excuus." „Goeie genade man," zei de on vanger lomp en hy zag er uit alsof hy veel liever een krasser uitdrukking had wil len gebruiken, maar zich met groote in spanning bedwong, „maak toch zooveel complimenten niet. Zie je niet, dat ik ongerust ben?" „Ongerust? Als ik vragen mag: waar over?" „Ja waarover!" zei Jansen met een korten lach. „Dat kan u natuurlyk niet begrijpen en ik weet ook eigenlyk niet, waarom ik er met u over praat. Ik ken u nog maar een paar dagen. Waarom zou ik u in myn vertrouwen nemen? Waarom zou u mijn vertrouwen willen hebben?" „Pardon," zei Bosch, die nu toch ook wat kitteloorig werd. omdat hy er niets van begreep en zich er niet van bewust was, dat hij aanleiding gaf tot dc ont stemming van een ontvanger. „Par don." maar u wüfc wel zoo vriendelijk zyn om te bedenken, da', ik niet om uw vertrouwen gevraagd heb." „Ja," zei dc ontvanger en het klonk als een pistoolschot. „Ja. Ja. U heeft er niet om gevraagd. Het kan u ook niet schelen. U is zoo koud als een steen. U zegt: het spyt me. Ja. Ja. Het spyt u' Alsof de koffie koud is. Of de soep een beetje aangebrand. Het spijt u. Maar man denk je soms, dat ik in dit gat der gaten, in dit afgelegen oord nog een dag ianger zou blijven, als zy er niet was?" Nu was Bosch een vrijgezel (de hoop volle mama's van vroeger, die wel eens voor hun dochters op hem gerekend liadden, zeiden een verstokte vrijgezel) maar hy had er toch een flauwe notie van. dat er zooiets als liefde bestond. HU begreep dus dat de ontvanger ver liefd was en da - er maar drie vrouwe lijke personen ln de buurt waren en het kamermeisje met de roode wangen n'.e: in aanmerking kwam. dacht hy aan de eenige die naar zyn meening by den ontvanger paste en zei onwillekeurig, half vragende; GEMEENTELIJK BUREAU VOOR BEROEPSKEUZE. De voorbereiding HOE HET BUREAU ZAL WERKEN. J. VADER. Nu Maandag a-s. liet Gemeentelijk Bureau voor Beroepskeuze voor het pu bliek zal worden opengesteld, waren de heeren J. Vader, directeur van den dienst voor de Werkloosheidöbes try ding (waarby het nieuwe bureau is onderge bracht) en W. P. Janzen, de ambtenaar van het bureau, zoo welwillend, ons het een en ander mede te deelen betreffen de ae inrichting en ae werkwyze der voor Haarlem nieuwe instelling, die gehuis vest is in de bovenverdieping van het gebouw van den dienst der Werkloos heidsbestrijding in de Hoofmanstraat. De openstelling heeft wat lang op zich laten wachten, nadat in het laatst van 1926 door B. en W. een reglement werd ontworpen, dat 30 Maart daaraan volgend door den gemeenteraad werd goedgekeurd. Maar er was ook heel wat voorbereiding noodig. De bestaande groote Commissie voor de Werkloosheidsbestrijding diende daar. by van advies. Voorts werd in het leven geroepen een speciale sub-commissie voor de beroepskeuze, (die van advies diende en nog dient omtrent al- gemeene zaken de beroepskeuze raken de) met Mr. J. N. JE. Heerkens Thys- sen als voorzitter en den heer J. Vader als secretaris. Deze commissie is verder samengesteld uit de heeren Ir. P. C. Dufour (lid werkgever). G. van Eek (lid werknemer). H. L. Scheepers, G. W. Paauw en C. van der Winden, de laatste drie onderscheidenlyk als vertegenwoor digers van de bestaande R.-K. en Chr. bureaux voor beroepskeuze en van het bureau voor beroepskeuze van den Haar- lemschen Besüuurdersbond. Verder heb ben er zitting in twee onderwijsdeskun digen: de heer L. Broekhuizen (hoofd eener school) en J. L. Munnik (onder- wUzer) en een technisch deskundige: mej. D. van der Waals, Directrice der Haarl. Huishoud- en Industrieschool. De voorbereiding, die natuuriyk meer in t byzonder in handen was van de heeren Vader en Janzen, begon met een theoretische studie van het onderwerp en bezoeken aan andere bureaux voor beroepskeuze in ons land. Verder werd een studie gemaakt van de verschillende beroepen in den uitgebreidsten zin en werden bezoeken gebracht aan werk plaatsen fabrieken, ondernemingen enz. waarby werd speciaal gelet op het leer lingwezen, de arbeidsmarkt en ook op wat voor de toekomst van de beroepen venvacht mag worden. Naar aanleiding van deze studies stelde de heer Janzen verslagen en overzichten samen, die in mappen werden verzameld en volgens een kaartsysteem gerangschikt, zoodat het opzoeken van gegevens betreffende een willekeurig beroep (en de beroepen „Mevrouw van den Berg. Deze opmerking scheen den ontvan ger nog meer te ontstemmen, want hy viel onmiddellyk uit: „Welzeker. O. dank u wel. Het is heel vriendelyk. Ik ben een ouwe kerel, niet waar?. Jawel, een en vyftig, om u, te dienen. Me vrouw van den Berg! Maar ik zou wel eens willen weten, waarom het muziek avondje niet doorgaat. Dat is nooit overgeslagen, zoolang ik het voorrecht heb de dames te kennen. Waarom ge beurt dat dan nu voor het eerst? Hé? Waarom?" De driftige manier waarop Jansen riem bleef aanspreken, hinderde Bosch meer en meer, maar by ervaring weten de dat kalme behandeling driftige men- schen het gauwst tot bedaren bracht, zei hy zoo kalm mogeiyk: .juffrouw van den Berg heeft immers zware hoofdpijn?" „Hoofdpijn! Hoofdpijn! zy heeft nooit hoofdpijn. Wil ik u zeggen, waar om het muziekavondje niet doorgaat?" Hy bleef vlak voor Bosch staan en zet met nadruk, maar toch zacht sprekende, alsof hy niet wou dat een ander hem hooren zou: „dat ls uw schuld." En daarop keerde hy zich om. ging de ka mer uit, stapte dreunend de gang door en naar bulten. Bosch, aldus alleen gelaten in de ka mer. waar zy samen middagmaalden, besloot naar zyn eigen kamer te gaan om te overdenken wat dat allemaal be- teekenen kon. In der- gang kwam hy het verlegen boerenmeisje tegen, dat een schaal met flensjes aandroeg en met verwondering zag, dat hy naar bo ven ging, terwijl het eten nog niet was afgeloopen. Zij had natuurlyk den ont vanger met driftige stappen de deur al hooren uitgaan en begreep dus, dat er iets ongewoons aan de hand was. zoodat zy met een kleur van verlegenheid zei: „moet u geen flensjes?" „Meneer Jansen is weggegaan en ik heb geen honger meer. Neem je flensjes dus maar weer mee. myn kind," zei Bosch en daarop om haar niet te leur te stellen: „ze zien er anders heeriyk uit, hoor!" De groote rieten stoel op zyn kamer kraakte harder dan ooit, toen hy er in ging zitten om eens rustig na te denken. Hy be greep nu wel. dat het den ontvanger niet om de moeder, maar om de doch ter te doen was en verwonderde zich. met de superioriteit van den vrijgezel, erover dat een man van over de vijftig dus blijkbaar het hof wou maken aan waarvan studie werd gemaakt zjjn vat den meest uiteenloopenden aard: ook beroepen en betrekkingen in ïndië zUn niet vergeten) zeer weinig tjjd kost. Daarna kwam aan de beurt het ver zamelen van gegeven betreffende inrich tingen waar kinderen worden opgeleid: inrichtingen voor vak- en handelsonder wijs en waar opgeleid wordt voor beroe pen by de zeevaart. Een derde punt van studie was de wijze waarop by opleiding voor een be roep steun kan verkregen worden. In dien deze noodzakelijk zou blijken. Ben van de dingen die veel zorg en tijd elschten was het verkrijgen van contact met de scholen. Teneinde hier toe te geraken is aan verschillende on derwijsorganisaties gevraagd afgevaar digden aan te wijzen om in gezamenlijk overleg een leerlingkaart te ontwerpen, waarop verschillende gegeven betreffen de de belanghebbenden kunnen worden ingevuld. Deze kaart is thans nog niet ingevoerd, maar dit zal gebeuren zoo dra het overleg tot resultaat heeft ge leid. Wanneer het Bureau Maandag as. zal worden opengesteld, zullen zy die in lichtingen komen vragen ontvangen worden door den ambtenaar voor de be roepskeuze, den heer W. P. Janzen. r f m t v W. F. JANZEN. Het zal dezen ambtenaar, die niet ge heel vreemd tegenover deze zaken staat maar is een vorige functie reeds eenies- zins met beroepskeuze en wat daaraan annex is te maken had. er natuurlyk in de eerste plaats om te doen zyn, een vertrouwelijke spheer te scheppen en het zal ook zeer in het belang zijn van hen. die om inlichtingen komen, dat zy den heer Janzen met vertrouwen tegemoet treden. De vriendelijke lokaliteiten waarvan de wanden met mooie platen en teeke- ningen zUn versierd of nog verder ver sierd zullen worden, zullen daartoe on getwyfeld medewerken. Er is een ruime, prettige kamer voor den ambtenaar, een wachtkamer (indien noodig kan ook de deur van een grootere wachtkamer worden geopend) en nog een afzonder- iyk vertrek, geheel er op ingericht om een rustig onderzoek, onder vier oogen. te kunnen doen naar intellect, vaardig heid enz. van de(n) belanghebbende. Een voornaam ding zal wel zyn het onderzoek naar de beroepsgeschiktbeid. Het type van het kind moet gepeild wor den het milieu van de ouders bepaald. Vragen zullen moeten worden gesteld naar leeftijd, liefhebberyvakken op school, liefhebberijen in het algemeen, om aanleg en geschikheid voor een be paald beroep te bepalen. Zooals gezegd: indien noodig zal ook een handvaardig heids- of intellectonderzoek plaats heb ben. Met dankbaarheid spraken de hee ren Vader en Janzen over de hulp, door Dr. J. Dozy op dit gebied verschaft, evenals van de bereidwilligheid, waar mede de sclioolartsendienst en de ge neeskundige dienst bijstand hebben ver leend en nog verleenen zullen. Een psycho-technisch onderzoek kan op het oogenblik op het bureau nog niet plaats vinden; is dit noodig dan zal het Haarlemsch Bureau voor beroepskeuze een minstens twintig jaar jongere vrouw. Maar toen de glimlach daarover van zyn gezicht verdwenen was, ver wonderde hy zich nog veel meer over het feit. dat deze ontdekking hem hin derde. „Waarom neem ik dat den man kwaiyk?" zei hij hardop, een gewoonte die hy zich in de eenzaamheid van zijn leven eigen gemaakt had. „Gaat het mij wat aan? Heb ik er wat mee te maken, dat die ontvanger mal is?" Hy probeer de zijn ontstemming van zich af te zet ten, maar het lukte hem niet. Hy voelde zich uit zyn evenwicht, meer dan hem in den laatsten tyd in de stad overko men was. Om afleiding te hebben greep hy naar een boek, maar kon er zijn ge dachten met by bepalen. Toen probeer de hy een brief aan zyn procuratiehou der te schrijven, maar met geen beter resultaat. Eindelijk gaf hij het op en ging naar bed, boos op den ontvanger en nog meer boos op zichzelf, omdat het hem zoo aan zeifbeheersching ontbrak Dien nacht had hy een wonöeriykln droom. Hy zelf zat op de bank voor het huis. U:t de deur kwam juffrouw van den Berg in een witte japon en met oranjebloesem in haar prachtig ha^r. De ontvanger stapte achter haar aan in een gekleede jas en met een hoogen hoed in de hand. Zy waren bruid en bruigom en gingen naar het Raadhuis om te trouwen. Op den stoep van het kleine Raadhuisje stond de bode die meteen veldwachter was, al op het paar te wachten. Hijzelf, Bosch, wou van de bank opstaan, maar hy kon niet. Hij was. alsof hy er aan vast gespijkerd zat. Hij wou zyn mond opendoen om wat te zeggen, maar die mond kon niet open. De bruid en de bruigom stapten lang zaam naar het Raadhuis, iedere stap daverde in zOn ooren en hy kon nog alt yd niet opstaan en niet spreken. Eln- de'.yk. toen het bruidspaar op het punt was. het Raadhuis binnen te gaan. kreeg hy de beschikking over zyn bee- nen en zyn mond terug en het paar achterna rennende, schreeuwde hy: „lk wil het niet, ik wil dat huwelijk niet!" en werd meteen wakker. Het was. als of de echo van die woor den nog in zyn kamer weerklonk. Angstig keek hij rond of iemand die ge hoord zou kunnen hebben, maar daarna lachte hy hardop en zei: „droomen zyn bedrog". Toch voelde hij op datzelfde oogenblik de ontstemming van den vo- rigen dag weer terugkeerer.. „k Wou. da', ik den lompert van een ontvanger nooit gezien had," zei hy en probeerde weer te slapen. Maar t lukte niet en eerst na uren gewoeld te hebben, nu op zyn zich met dat te Amsterdam in verbinding stellen. Officieele nazorg bestaat ook nog niet. Deze zal voorloopig worden over gelaten aan de verschillende Jeugdor ganisaties, die zich daarmede ongetwy feld gaarne zullen belasten. Het is duidelijk dat, als liet advies na ampele overweging eenmaal gegeven is. het bureau geen verantwoordelijkheid kan aanvaarden voor de resultaten van het opvolgen van het advies. Tal van fatcoren kunnen er immers toe mede werken dat niet die resultaten worden bereikt die aanvankelyk werden ver wacht. Er. zoo za! het Haarlemsche Bureau van Beroepskeuze dus Maandag rijn be langrijk sociaal werk officieel beginnen. (Officieus zyn sedert December reeds een 40-tal adviezen gevraagd en gege ven en betreffende de resultaten kwa men gunstige berichten binnen'. Wy mogen er de beste verwachtingen van koesteren. De leiders zijn bezield met liefde voor het werk en de voorbereiding heeft op grondige en conscientieuse wyze plaats gehad. DANSGELEGENHEDEN EN KERMISSEN EEN OORDEEL OVER DE DANCINGS. Het Algemeen Bestuur der Tuchtunle heeft verleden jaar aan de commissie inzake Volksvermaken opdracht gege ven een onderzoek in te stellen naar den Invloed van kermissen en dansge legenheden (meer in t byzonder de zoogenaamde „dancings"). De commissie heeft nu een rappor, ingediend, waaraan het volgende is ont leend. De commissie staat niet geheel af- wyzend tegenover kermissen. ma.ir heeft wel ernstig bezwaar tegen do wy ze waarop dé kermis dlkwUts wordt ge vierd en de geldverspilling waarmede zy gepaard gaat. Wederinvoering van de kermis kan de commissie niet aan bevelen; waar zij nog gehouden wordt trede de Overheid regelend op. ten einde de feestviering zooveel nïogeiyk binnen de perken dor welvoogelljkheld te houden.. Door overheid en particu lieren moet worden gestreefd naar be schaving van den volksgeest, waardoor een overwegend deel van het volk op den duur afkeerig zal worden van deze ruwe en luidruchtige uiting van feest vreugde en een feest ir. meer beschaaf den vorm voor de kermissen hetgeen tot nu toe de kermis, waar zU werd afge schaft, verving ln dc plaats zal treden. Over de dancings luidt het oordeel van de commissie r.let gunstig. De danswoede van den tegenwoordige» tijd verklaart zy uit de grootere vryheld die ook vrouwen en meisjes door meer moderne opvattingen genieten, den meerderen vrUen tUd tengevolge van de kortere werktijden, de verslapping van den gezinsband, waardoor het ka rakter van het gezin verloren gaat en verandert ln een samenwoning van op zichzelf staande individuen, die elk voor zich hun genietingen zoeken bulten dc huiseiyke omgeving. Van den modernen dans kan, meent de commissie, geen Invloed ten goede uitgaan. Het vermaak in de dancing ls vaak van erotischen aard cn kan niet beschouwd worden als een onschuldige ontspanning. Is het gebrek aan familieband een der lorzaken van hot bezoeken van dnns- lokalen, wederkecring verzwakt dit veel vu\'"g bezoek wat er nog aan gezinsle ven over is, het verzwakt de zedeiyke kracht en \.rco—-~kt de daarmede jte- paard gaande gevolgen als: toenenfcn- de nervositeit, vermindering van he verantwoordeiykheldsgevoel enz., terwijl de door het dansen en het ge regeld laa'. opblijven veroorzaakte ver moeienis de menschen minder geschikt maakt voor him ork. L -owel door jeugd':e personen als INGEZONDEN MEDEDEELINGElf a 60 Cents per regel. Stofzuigerhuis MAERTENS B ARTELJORISSTR A AT 16 TELEFOON NO. 10756 5 Apex Klop-Veeg-Stofzuigers f 175.- door volwassenen wordt tengevolge van het bezoek aan de danslokalen meer en meer overdreven zorg aan de kleed ing besteed. Geh; vde vrouwen bezoeken de dan cings zonder haar echtgenooten en knoopen met de mannelijke bezoekers, die veelal niet tot de dageiyksten bo- hooren. connecties aan. die tot funeste consequenties kunnen lelden. Hetzelfde kon gelden ten aanzien van gehuwde nmnncn en zoo kan de invloed van een veelvuldig bezoek op het huwelijk niet anders dan ongunstig genoemd worden: het vernietigt het idealisme van het huwelijk en moet wel meer er. meer lelden tot echtscheidingen. Er bestaat in het algemeen een neiging de dancings te maken tot plaatsen van samenkomst voor mannen en vrouwen, waarvan ren dezvous bezoek dikwyls het gevolg is. In het algemeen zal het alcoholge bruik in de danslokalen, tengevolge van de hooge consumptieprijzen, niet over matig gTOOt zyn. Het komt de commissie voor dat de overheid voorschriften moet stellen, zóó dat het aantal dancings beperkt blijf'. De overheid dient zulke maatre gelen te nemen, zoowel voor het dansen in het openbaar als ln besloten clubs. -;.vt onmiddellyk door haar kan worden Ingegrepen, indien excessen plaats vin den. Minderjarigen behooren niet te worden toegelaten; voorts .dienen bepa lingen te worden gemaakt tegen toela ting van ongunstige personen (mannen zoowel als vrouwen), dronken personen en tegen drankgebruik (misbru-k). Gezorgd zal moeten worden voor een scherpe controle door de poliUe op de naleving van deze bepalingen. Naast overheidsbemoeiing zal een krachtig wapen kunnen zijn de objectief Inge lichte publieke opinie. Vele ouders zul len hun kinderen beter vasthouden, wanneer zy beter dan thans dc werke lijke gevaren kennen. De commissie bestond uit de heeren H. Janssen. G. A. A. Bouricius, P. H. Rttter Jr.. H. W. KChrcr Jr.. J. H. Lul- ting. A. H. Sirks cn P. J. Hamelberg. ELECTRISCHE TREIN RIJDT DE STRAAT OP. MERKWAARDIG ONGELUK TE BATAVIA. BATAVIA. 29 Juni (Aneta). De electrische trein, die 's morgens om streeks half-adht het station Batavia binnenrydt, is door het v.vigeren van dc remmen door het stootblok gereden. In den trein zaten slechts één pasagier dorde cn één passagier eerste klasse. Toen de trein het station Batavia-Noord binnenreed, schoof de trein door het stootblok en dwars door den vrij dik ken muur van het station aan de zUdre van de Binnen-Nieuwpoortstraat. waar de locomotief terecht kwam vlak voor het aan de overzyde gelegen gebouw van de Handelsvereniging. Op zyn weg dwars over de straat beschadigd© de trein een voorbijrijdend© sado, waar van het. paard moest worden afgemaakt. De trein had by de vyf eerdere ritten van dien morgen uitstekend geremd. De machinist bemerkte plotseling, dat de remmen niet werkten. De trein vloog toy het stationsgebouw. Met alle maolht trachtte men don trein te rem men met de handremmen. Dit bleek echter onmogelijk. Even voordat de trein door den stationsmuur brak en de straat op vloQg, was de stoomtram voorbijgereden. Het onderstel van den trein is ontwricht. Het bovenstel lioht besohadigd. Er waren geen persoonlijke ongelukken. Hot publiek toonde een geweldige belangstelling voor de ver nieling. Hot verkeer in de geblokkeerde straat was tydelijk gestremd. rechter- dan op zyn linkerzy, rankte hy weer in slaap en werd ten slotte vee! later dan gewooniyk wakker. Langzaam kleedde hij zich aan, giög naar beneden om te ontbyten cn lette er toen pas op. dat het slecht weer was. 't Regende en woei. De natuur zog cr troosteloos uit, dat hem plezier scheen te doen, omdat het overeen kwam met zyn stemming. De ferme eetlust, die hy gekregen had van zijn lange wandelingen in de omgeving van Groenewoud. scheen totaal verdwenen. Hy raakte het bro >d nauwelijks aan. de versche eieren van de eigen kippen smaakten hem niet, de thee leek bitter als gal en na een paar vergeefsehe po gingen nam hy zijn regenjas van den kapstok, koos een dikken wandelstok en ging de deur uit. Onmiddellyk viel de zuidwesten wind op hem aan. smeet hem den klcttcrenden regen in 't ge zicht, en met een gewaarwording alsof hy des noods een orkaan getrotseerd zou hebben, stapte hU met opgeheven hoofd de dorpsstraat ln. Hy wist niet, dat op dit oogenblik de vitrage voor de huiskamer van de fa milie voorzichtig even op zU geschoven werd en dat de dochter hem nakeek. Haar moeder keek tersluiks op. maar zei geen woord. „De laagheid, moeder, de ongeloofe- Hjke laagheid „Zoo zUn de menschen. kind." zes mevrouw van den Berg. met dc ver moeide stem van de vrouw, die de zor gen van het leven moedeloos gemaakt hebben. „De menschen! Ja. die zUn wreed. Maar een vriendin van zoovee! Jaren." Zy gaf een korten snik. dien ze niet weerhouden kon. Mevrouw van den Berg zuchtte. Dit gesprek duurde nu al twee dogen en nog altijd kon het meisje maar niet in den ontrouw van haar vriendin ge- looven. En toch stond het cr, zwart op wit, in den wreed en brief, dien zU tel kens maar weer te voorschyn haalde en overlas in de hoop, dat zy er Iets anders uit lezen kon. dan er werkelijk Instond. Maar de woorden veranderden niet en voor den twintigsten keer brandden haar oogen van ontzetting en schaamte by het overlezen van de scherpe, wreede woorden. „Ik heb Je brief ont vangen. Wat ben je geestdriftig ge weest. toen Je dien brief schreef. Ja. Ik ken Bosch van der Veen wel. Vroeger is hy wel bij ons aan huls gekomen, maar in Jaren is hy niet meer over on zen drempel geweest. lederecu zegt, dat hy een koude natuur heeft. Een Ijskou de man. zeggen enze kennissen. Een egoïst, die alleen denkt aan geldverdie- nen. Je weet zeker, dat hy heel ryk ls, een van de grootste bankiers van heel Amsterdam. Laat ik Je, als Je beste vriendin heel ernstig tegen hem waar schuwen. Hy heeft geen hart. Alleen een geldzak, maar die ls heel groot. Je moet niet boos op my worden, als lk Je ronduit zeg. dat die ridderiyko man. zooals Je hem ln je brief noemt, vol strekt niet ridderlijk is. Toen hij Jou te hulp kwam op dat station en je party koos tegen dc dronken zeelui die het je lastig maakten, deed hU niets anders dan iedere andere man gedaan zou hebben uit zuivere beleefdheid. Mis schien heeft hy er zelf geen klap door opgeloopen en zeker, o dat weet lk heel zeker, heeft hij er later geen oogenblik meer aan gedacht. En Je hebt zoo mooi voor hem gemusiceerd. Hij zal er wel om gelachen hebben, want hy stelt vol strekt geen belang in muziek. Laat Ik Je een gooien raad geven, denk geen moment meer aan hem. Je zou er je zelf maar verdriet mee doen. Die zooge naamde ridder ls een geldwolf en an ders niet. Ais wy elkaar weer eens ont moeten, zullen we samen eens hartelijk lachen over Je enthousiasme, dat toch heusch niet meer bU onzen leeftyd past. Drt was goed ln den tyd. toen wy nog zestien waren. Harteiyke groeten van je Lena." „Verscheur dien brief, kind." ze! de moeder. „Je voelt toch wel, dat die niets dan zuivere afgunst is. ..Afgunst? Waarop?" De moeder antwoordde niet, maar keek bezorgd haar dochter aan. „Verscheur den akcligen brief en denk er niet meer aan." zei ze na een pooi. „Ik zou willen antwoorden. En toch wil lk niet antwoorden. Het ls te vree- sciyk. Zou Lena heusch bedoelen, dat ik Bosch...." „Kind. kind...." „Dat ik Bosch probeer te lokken, omdat... omdat hij zoo rUk ls? „Maak Je toch niet zoo van streek. Lena ls het niet waard." „Bah!" zei het meisje en gooide den brief op den grond. Maar toen raapte zij hem weer op. „Ik maak geen muziek meer voor hem. Nooit meer." Toen barstte zy hi tranen uit. Vol zorg keek mevrouw van den Berg haar dochter aan. (Slot volgt) fTDELIO,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 9