H. D. VERTELLINGEN
Vlammende Katchen
FLITSEN
INDRUKKEN VAN DE FEESTVIERING OP
DEN KONINGINNEDAG.
NI VA TANDPASTA
FEUILLETON-
HAARLEM'S DAGBLAD
DINSDAG 4 SEPT. 1928
(Nadruk t or boden; auteursrecht voorbehouden.)
Het Volkslied
door
HASSE ZETTERSTRÓM.
HIJ was een echte Spaansche grande,
bezat 15 millioen peseta's en lag aan den
.rand van een boschje in de buurt van
Mollköping. Ik kwam in een auto aan
rijden en had den jongeman, die een
echte Spaansche grande was en 15 mil
lioen peseta's had en aan den rand van
een boaphje lag, nooit gezien, wanneer
de auto niet kapot was gegaan en op
een paar Meter afstand van den Span
jaard was blUven stilstaan.
Gedurende de twee uur, waarin de
chauffeur op de auto vloekte en een of
ander instrument zocht, waarmede hij
den wagen kon mishandelen, maakte ik
36 ronden om de auto en den chauffeur,
vervolgens trok ik mijn langen ulster,
waar ik last van had uit en ging de 36
ronden weer terug. Toen kwam de
Spaansche grande uit het bosch te voor
schijn. Hij was elegant gekleed en zeide
in het Spaansch:
Ik heb opgemerkt dat u een kleine
panne hebt gehad en het komt mij voor,
dat u haast hebt.
Dat zou men wel kunnen zeggen,
zeide ik, want ik had twee uur geleden
in Mollköping moeten zijn. Ik heb daar
een belangrijke zaak af te doen. Ik ben
door den burgemeester uitgenoodigd, bij
hem koffie te drinken.
Ik ken hem. zeide de Spanjaard,
hij heeft een rooden neus.
Ja, zeide ik, maar dat zou mij er
nooit van weerhouden hebben, met hem
te lunchen. Hier in Zweden nemen wU
het niet zoo nauw met de roode neu
zen. 't Klimaat is koeltjes en zooiets kan
gemakkelijk gebeuren. In het bijzonder,
wanneer men 's avonds laat naar bed
gaat.
Hier kwam er stagnatie in het ge
sprek en op hetzelfde oogenblik was de
auto in orde. Daar was de chauffeur
bijzonder blij om. Ik ook en terwijl ik
de deur van de auto opende, zeide ik tot
den Spanjaard:
Wilt u meerijden naar Mollköping?
De lunch is waarschijnlijk nog niet af-
geloopen.
Conde Ramon y Castelar, zeide hij
en nam zijn kleinen vilthoed af.
Zeer aangenaam, Sennor Conde,
antwoordde ik, kennis met u te maken,
in het bijzonder in omstandigheden, die
het mogelijk maken, een lichte lunch in
uw aangenaam gezelschap te gebruiken.
Daarop reden wij naar Mollköping.
een tamelijk groote en mooie stad in
Zweden, die aan een meer ligt, dat de
reputatie heeft, diep en mooi te zijn.
Niet vex van de stad ligt het garni
zoen.
Tijdens den rit vertelde de Spaansche
grande mij, dat het de eerste maal was,
dat hij Zweden bezocht, een land;, waar
van hij veel had gehoord door zijn
wilden volksaard, zijn onheilspellende
natuur en zijn onbeschaafde steden, waar
de wilde dieren brullend door de straten
gingen. De werkelijkheid had aan zijn
verwachtingen niet voldaan. Met
Spanje verre-leken maakte Zweden een
kalmcn, gereserveerden indruk. De Zwe
den waren vroolijk, goed en vriendelijk.
Hij was van plan. zoo snel mogelijk
weer naar huis te rijden, om zijn land-
genooten te vertellen, hoezeer zij zich
vergist hadden, 4oen zij geloofden, dat
Zweden een land is, dat een reisbeschrij
ving waard is.
Wij reden naar het hotel en daar
ontmoetten wij den burgemeester, die
juist geluncht had maar die natuur
lijk terstond uit beleefdheid tegenover
mij en den jongen Spanjaard plaats
nam, om met ons nog eens te lunchen.
Wij hadden alle drie voortreffelijken
eetlust, zooals men dien heeft, wanneer
imen zich veel in de open lucht met
kapot gegane auto's bezighoudt.. De -
chauffeur kreeg ook een lunch. Hij
kreeg zelfs onze drie porties geconfijte
gember, die wij niet konden eten, omdat
zij ons te scherp was. De Spanjaard
zeide, dat hij nog nooit zulke scherpe
gember had gegeten, sedert hij in
cayenne was geweest, waar men haar
E^peperd eet.
De chauffeur verslond alle gember.
Hij at haar gulzig, zonder na te den
ken. wat hij deed. Daarna bracht hij
den middag op de plaats achter het
hotel door. waar hij met het hoofd
achterover gebogen stond en maar
ademde. Hij verzekerde, dat de avond
koelte zijn Ingewanden zoo aangenaam
streelde.
Toen de lunch was afgeloopen, begon
het orkest in den tuin van het hotel te
epelen. Het was de militaire kapel van
het garnizoen en voor de muziektent
zaten de ingezetenen van de stad en
dronken punch, zcoals dat in Zweden
voorloop!® nog gebruik is.
Wij kregen ook een tafel ln den tuin,
maar daar wij nog geen middagmaal
hadden gebruikt, dronken wij geen
punch, maar een lichten cognac. De
muziek speelde, de zomeravond daaldd
mild over de oude linden en Ik haalde
een visitekaartje uit mijn portefeuille
te voorschijn. Door middel van dit kaar
tje bestelde ik het Spaansche volkslied
hij het muziekcorps. Had ik geweten,
wat er later zou gebeuren, dan had ik
Kever de wals uit de „Lustige Wittwe"
of iets dergelijks besteld: maar ik
wenschte nadrukkelijk het Spaansche
volkslied, om den Spaanschen grande
een attentie te bewijzen. Ik ben er van
overtuigd, dat hij mij dezelfde eer zou
hebben bewezen, wanneer ik hem te
Madrid zou hebben opgezocht.Wanneer
daar althaas militaire muziek is, die in
een ouden tuin speelt.
Het orkest, dat zag, dat het visite
kaartje kwam van oen tafel, waaraan de
burgemeester zat, begon c.Mniddell'jk "t
Spaansche volkslied te spelen.
Ik zag den Spanjaard aan. Hij herken
de het volkslied van zijn land oogenblik -
kelijk en zijn oogen traanden.
Toen het stuk uit was, klapte het pu
bliek met geestdrift en de Conde y Cas
telar zeide tot mij:
Dit oogenblik zal ik nooit vergeten!
Een eenzaam reiziger zoo te eeren! Dat
is meer dan ik had kunnen droomen.
Hij drukte mij en den burgemeester
de hand en het vo.ger.de oogenblL': had
hij uit een portefeuille van krokodilleer
een biljet van honderd kronen te voor
schijn gehaald, dat hij mij gaf met de
woorden:
Geeft u dat alstublieft aan het or
kest als gering blijk van erkentelijkheid,
van dank!
Ik weet niet. zeide ik, of het gaat.
Het is een militaire kapel en die mag
geen geld aannemen.
Maar ik zou toch het geld willen
geven, zeide de Spanjaard. U moet haar
het biljet geven.
Ik ging in een pauze naar de kapel
en legde den kapelmeester de zaak uil.
Het ging, zooals ik gedacht had. HU
weigerde, het geld aan te nemen. Ik
keerde terug en de Spanjaard was
wanhopig.
Ik begrijp het. zeide hij, het was te
weinig! Hier zijn nog honderd kronen.
Probeert u het nog eens!
De kapelmeester was verbaasd over
deze vrijgevigheid, maar nam tenslotte
het bedrag ais ondersteuning voor de
muziekschool van het garnizoen aan. Hij
verzocht, zU'n groote blijdschap over het
mooie geschenk te mogen uitdrukken,
dat zeker te pas zou komen. En hU en
de geheele kapel stonden op en bogen
voor den milden gever, die met zün hoed
zwaaide en „Viva la Sueda!" riep.
Ik heb vergeten te vertellen, dat de
Conde Ramon y Castelar in een villa
buiten de stad woonde. HU had deze
villa van een weduwe gehuurd en ge
dacht, er den gchoelen zomer te blijven
wonen. Hij was alleen en op zUn her
haald aandringen bleef ik bij hem ln de
villa. De streek beviel mU en daar iïc
vacantie had, kon ik evengoed bulten
Mollköping als ergens anders wonen.
Ik nam er den avond na de goede lunch
mUn intrek-en daar ik na de inspannen
de panne van den vorigen dag moe was,
ging ik tegen elf uur slapen. Do Conde
bleef op en las de laatste Spaansche
kranten, die voor hem met de post wa
ren gekomen. Ik wilde juist inslapen,
toen een geluld mU weer wakker maak
te. Het waren de klanken van muziek,
die door het raam binnenkwamen. Ik
sprong het bed uit en keek naar bene
den. Wat aardig! Beneden in den tuin
stond de kapel van het hotel en speelde
het Spaansche volkslied. Ik liep naar
den Conde y Castelar. HU had de mu
ziek ook gehoord en stond aan het open
venster en luisterde. Ik zag dezelfde
ontroering in zUn gezicht als eerst in
den tuin van het hotel.
Dat is mooi. zeide hU. Heel aardig!
De muziek speelde en toen ik naar
buiten keek, zag ik, dat een hcele me
nigte menschen uit de stad de muzikan
ten naar de villa hadden vergezeld. Zij
hadden allen het hoofd ontbloot,
Toen de muziek had opgehouden, trad
dë kapelmeester naar voren en hield
een toespraak tot Conde Ramon y
Castelaar, met dank voor de royale
gift aan de muziekschool van het gar
nizoen. De Conde antwoordde met
eenlge korte opmerkingen en eindigdh'
met een hoezee op het garnizoen van
Mollköping. Toen kleedde ik mU aan en
wij gingen naar buiten en onderhielden
ons met het orkest. De bUeenkomst ein
digde hiermede, dat het Spaansche
volkslied nog eens werd gespeeld, waar
op nieuwe hoezee- en bravo-roepen wer
den gewisseld.
Tenslotte namen wij afscheid en gin
gen slapen. De Sfeuijaard maakte zUn
hoofdkussen nat met tranen, waartoe
hU geroerd was door de goede en be
leefde Zweden. Hij sliep in met het
vaste besluit, het Zweedsche volkslied
te leeren en het bü ten minste tien
Spaansche orkesten in te voeren.
De volgende dag was mooi en wU
brachten hem door op aangename wij
ze. WU gipgen wandelen en zwommen
in het mooie, diepe meer, en wij aten
voortreffelyk op het terras met uitzicht
over het prachtige Zweedsche zomer
landschap. Om 10 uur gingen wij naar
bed en om 11 uur werden wij door het
Spaansche volkslied gewekt. WU spron
gen uit de bedden en renden naar het
venster. Daar stond de kapel van gis
teren en speelde en blies het volkslied
van Spanje. De begeleidende volksme
nigte was dezen avond nog grooter dan
daags te voren. Het gerucht van den
Conde Ramon y Castelar had zich naar
het scheen door de stad verspreid. De
menigte telde verscheiden honderden,
vrouwen en kinderen en toen zij ons
ontwaarden, barstte een luid hoezeege-
roep los.
Het ging als den vorigen avond. De
grande bedankte. De kapelmeester dank
te en het volk riep: Hoezee! De muziek
speelde het Spaansche volkslied opnieuw
de inwoners van Mollköping dansten bos
ton, tango en t-.vostep tot vier uur in den
morgen. WU gingen om acht uur sla
pen, na een ontUdig déjeuner met de
wethouders en we werden in den na
middag wakker. De grande kwam bij mij
binnen, bleef in de deuropening staan
en zeide:
De Zweden zUn een sterk volk!
Daarop trok hij zich terug en sliep on-
middeliUk weer in.
Om elf uur 's avonds, toen we lunch
ten, kwam de kapel met het Spaansche
volkslied. De geheele stad was aanwezig.
Er ontbraken alleen een paar kreupelen
en de burgemeester, die bericht had ge
zonden, dat hU later zou komen. En hjj
kwam. Wij dronken met de wethouders
en verloofden ons byna met hun doch
ters. En de nacht ging voorby. En de
volgende acht nachten op dezelfde wyze.
Wy gingen 's morgens met het Spaan
sche volkslied in de ooren naar bed en
stonden 's avonds met dezelfde sohoone
muziek weer op. Mollköping leefde ln
een roes van feesten en vreugde. Men
wilde een feest in het hotel geven, alleen
met Spaansche muziek.
Op den avond van den achtsten dag ont
waakte ik tamehjk vroeg, al om zeven
uur; een geluid in de kamer van den
Conde Ramon y Castelar stoorde mU-
In ging by hem binnen. Hy was bezig,
te pakken.
Gaat u heen?, zeide ik
Ja ,een belangrijk telegram van
myn advocaat in Madrid, ik moet da
delijk vertrekken! Dadelyk! Zoo snel mo
gelijk. nog met den avond trein.
Hij wierp een paar overhemden in den
koffer en zeide'
Niets spijt mU meer, dan dat ik nu
vertrekken (.2 paar sokken) moet, heen
gaan van waar het zoo (16 dassen) pret
tig en (24 boorden) werkelyk aangenaam
is. Dat ik van deze (twee dozijn zakdoe
ken) goeie, hartelUke menschen moet
scheiden, (3 paar schoenen), die ik heb
leeren kennen en waardeeren (4
pyama's).
Ik kleedde mij aan en een uur later
reden wy naar het station. Op het per
ron stond de kapel en toen de trein zich
in beweging zette, speelde zy ter eere
van den Spaanschen gast het Spaansche
volkslied.
Conde Ramon y Castelar was aan het
coupéraam niet te zien. Hij was onder
de coupébank gekropen om kalm te kun
nen uitsnikken.
VAN HAARLEM'S DA-GBLAD No. 1286
BENZINE
NOG EENS: DE ZAAK-
PACE.
Het geheim van den dood van Harry
Pace, den schaapherder, die aan arse-
nicum-vergiftiging is oveleden,.laat de
Engelsche justitie niet los, zoo meldt de
Tel. Enkele weken nadat, mrs. Pace on
der groot enthousiasme was vrijgespro
ken van de beschuldiging, haar man te
hebben vergiftigd, bleken nieuwe in
lichtingen te zijn ontvangen. De rechter
lijke atuoriteïten die de zaak in de vo
rige instanties hebben behandeld, heb
ben overleg gepleegd terwyl de politic
van Gloucester, waar Pace woonde, in
structie heeft gekregen nieuwe nasponn-
gen te doen. Ook Scotland Yard zal de
zaak weer ter hand nemen.
Dit is een ongekende toestand in de
Engelsche rechtspraak. Voor mrs. Pace
echter kan dit nieuwe onderzoek naar
men meent geen consequenties hebben,
daar haar vryspraak onberroepelUk
schynt.
op het oogenblik van
vertrek stelt moeder voor
dat vader neg even kijkt
of ze wel genoeg benzinc-
hebben
vader klimt naar buiten
en inspecteert het peil-
glas
rapporteert dat dit hem
niet wüzer maakt, trou
wens het is defect en
weet moeder nog, wan
neer ze het laatst ge
kocht hebben?
trachten zich te binnen
te roepen of het Dinsdag
of Vrijdag was dat ze 20
liter gekocht hebben, of
was het tien?
vader haalt den dop van trekt zich terug met eet; kyfct rond naar een stOiC- vindt den dop onder den
de tank maar kan
niet dicht genoeg by ko
men om den benzine
stand te zien
pUnlUke botsing van zUn
hoofd tegen het reserve
wiel
je om den stand te me
ten: vindt er geen en
evenmin den dop van het
reservoir
wagen, besluit voor alle
veiligheid 10 Liter in te
nemen en de tank
stroomt over bU den
Ssten liter.
(Nadruk verboden
HOE MEN ZICH NU VOORSTELT, VERDER TE GAAN. EEN STEVIGE
FINANCIEELE BASIS. DE FEESTVIERING BRENGEN OP HOOGER
PLAN. VELE COMITéS ONDER ALGEMEENE LEIDING VAN HET HOOFD
BESTUUR VAN DE VEREENIGING KONINGINNEDAG.
feest kan worden uitgebreid, onder
de algemeene leiding van het
hoofdbestuur van de Vereeniging
Koninginnedag. Want er moeten
meer comités gesticht worden, maar
de algemeene leiding moet bij de
Vereeniging Koninginnedag blijven,
anders gaat het toch weer te niet.
Ik denk byvoorbeeld aan een
bloemencorso. De burgerij moet
meer contribueeren. zoodat het uit
is met het gebedel by de muziek
korpsen. In de verscmilende kwar
tieren moeten zélateurs en zélatri-
ces komen, die er zich mee belasten
contributies Op te halen met bon
nen, een kwartje of een dubbeltje
per week: zoo dragen de menschen
veel meer by, dan zU doen zouden
met een vaste contributie.
Die bydragen moeten besteed
worden in het kwartier dat ze heeft
opgebracht, zoodat de mensehen
zien wat zij voor hun geld Krijgen,
nadat een gedeelte, bUvoorbeeld 25
procent gereserveerd is voor de al
gemeene kosten van de Vereeniging
Koninginnedag. MUn wensch is, dat
er jaarlijks twee feestvieringen zui
len zyn, één voor de kinderen op 30
April en een op 31 Augustus voor de
volwassenen.
Tot zoover de opmerkingen, die wil
van deze drie ingezetenen vernamen en
waaruit twee dingen duidelijk blijken:
vooreerst, dat men eenparig van oordeel
is dat het feest geslaagd is.
Wy hebben trouwens niemand ont
moet, die er anders over dacht. Allen
stemden daarmee van harte in.
En in de tweede plaats komt duidelijk
aan den dag, dat al zijn er natuurlijk
nog geen besluiten gevallen, nu reeds
denkbeelden genoeg worden geopperd.
Tot de verwezenlyking moeten de inge
zetenen meewerken. En na dit voor-
treffelUke begin van de reorganisatie
zullen zij dat ook zeer zeker doen.
KORTHALSFONDS
Telkenjare worden van de stadsscho
len één of twee leerlingen aangewezen,
die in aanmerking komen voor een prijs.
Deze bestaat in een tegemoetkoming
in de kosten van verder onderwijs. Van
bevriende zy'de is het bedrag dat het le
gaat opbrengt, voor dit jaar met 25 pet.
verhoogd.
Het bestuur der vereeniging „Door Nut
tot Vermaak" zal de prijzen Woensdag
12 September a.s. des middags om 3 uur
uitreiken in de gymnastiekzaal van de
school aan de Tempeliersstraat.
Na afloop van de feestviering op den
Koninginnedag hebben wij aan verschil
lende daarbij betrokken personen hunne
meening gevraagd over de feestvie
ring, namelijk aan den voorzitter van
de Vereeniging Koninginnedag, Mr- Th.
A. Wesstra, aan een lid van het
Centrum-Comité, de heer W. Worst
aan den heer P. J. M. van
Te tering, die precies 3 jaar gele
den, namelys op 2 September 1925, een
voorstel deed tot reorganisatie van de
feestviering en juist daarom noch in het
hoofdbestuur van de Vereeniging Ko
ninginnedag, noch in het Centrum-
Comité, zitting heeft willen nemen, om
te voorkomen dat men zyn werk zou
toeschrijven aan baantjesjagerij.
De heer Wesstra verklaarde ons:
Het feest is zeer goed geslaagd. Er
is nu gebleken, dat de bevolking
van Haarlem wel feestvieren kan.
Geen wanklank is gehoord, geen
moeilijkheden zijn er geweest, ook
niet met de tapperyen. Wat er in
den beperkten tUd en met de be
perkte nüddelen verkregen kon
worden, is wel bereikt. Ik hoop, dat
het feest het volgend jaar op iets
hooger plan kan worden gebracht,
dat er bUvoorbeeld een taptoe van
gecombineerde muziekkorpsen kan
worden gehouden en een vuurwerk
aan het Zuider Buitenspaarne bij
de Zonnelaan, by het huis van den
burgemeester.
De heer Worst gaf zyn indruk als
volgt weer:
Wij zUn allen met het feest zeer
in onzen schik: het is prachtig ge
slaagd. Van alle kanten is er mede
werking geweest. Overal was het
stampvol. Alles marcheerde goed.
Ook op het Spaarne, by de post-
duivcr.demonstratie, waren verba
zend veel menschen. Natuurlijk
moet er het volgende jaar weer wat
anders zijn. Het feest moet niet al
tijd in dezelfde iyn gaan, er moet
variatie wezen. Wat dat zijn zal is
natuurlijk nog niet bekend. Na de
volgende week zal daarover gespro
ken worden; het zou byvoorbeeld
eens een optocht kunnen zijn. Nu
moet er werk gemaakt worden van
uitbreiding van het ledental van de i
Vereeniging Koninginnedag.
De heer P. J. M. van Tetering liet
zich aldus uit:
Het feest is in ieder opzicht ge
slaagd, maar nu moet er een be-
hooiiyke financieele regeling ko
men, een flinke basis, waarop het
Ter bespoediging en voor het
gemak van belanghebbenden ver
zoeken wy voor de verschillende
afdeelingen van ons dagblad de
volgende nummers op te bellen:
Voor berichten en andere me-
dedeelingen of vragen voor de
Redactie: 10600;
Voor den Hoofdredacteur: 15054;
Voor advertenties, abonnemen
ten en bezorging: 10724 en 14825;
Voor aangelegenheden van de
directie: 13082.
GEMEENTELIJKE OPEN
LUCHTCONCERTEN.
DERDE CONCERT.
Het programma van het Concert door
de Mi#iekvereeniging „Kunstkring" te
geven op Woensdag 5 September des
avonds van 8 tot 10 uur in de verplaats
bare muziektent op het Brouwersplein,
luidt:
1. Ad Honores, Marsch, Sam Vlessing.
2. Fra Diavolo, Ouverture, Auber.
3. Thyrsis, Fantasie, Strauwen.
4. Ballet Suite No. 2, Peter Wit.
5. Sobiëski, Grande Marsch, Painpaiv
6. Rouget d'Isle, Fantasie, Sali.
7. Voux Roumaines, Wals, Kessels.
8. Finale.
Het volgende concert zal worden gege
ven op Woensdag, 12 September ek. op
het Voorhelmplein door de Muziekver-
eenigmg „Voorwaarts".
Het publiek wordt verzocht zich tij
dens het concert rustig en ordelyk te
gedragen, opdat ongestoord van de mu
ziek genoten kan worden.
ASPHALTEERING VAN DE SPAARN-
WOUDERSTRAAT
Reeds enkele maanden geleden werden
de verschillende grondleidingen, als gas,
electriciteit en water, in de Spaarn-
wouderstraat zoodanig verlegd, dat as-
phalteering kon volgen. Tegeltrottoirs
werden eveneens reeds aangelegd. Sedert
was de rUweg met de groote ongelijke
keien er niet beter op geworden.
Er is nu echter begonnen met de voor
bereidingen voor het asphalteeren, na
melijk het opruimen der oude keien en
het uitgraven van den grond voor het
storten van het puinbed. Daar alle an
dere bykomenae werken reeds geschied
zyn, zal het eigenlijke asphalteeren spoe
dig klaar zyn
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN
a 60 cents per regel.
VOORKOMT TANDBEDF.RF
en poetst s morgens en 's-avonds met
75 cts.psr 'A tube. 25cb p. 'A tube.
Roman door
PAUL OSKAR HÖCKER
Uit het Duitsch vertaald door
1IERMINE VAN GEERTEN
13)
..Ze is zoo valsch. zoo geniepig", had
zyn stiefmoeder steeds weer gezegd.
„Menschen met rood haar zUn nooit
te vertrouwen".
HU sloot de oogen. Een ondeelbaar
oogonblik voelde hij haar weer heel
d'clH bU zich, hoorde haar grapplgen,
vriendelUken lach, zag de warme glans
van hr.ar oogenToornig stampte hU
met den voet.
„Ellendige meid".
HU hoorde duidelijk zijn stiefmoeder
ten van haar aanklachten tegen haar
met deze woorden beginnen. En woord
na woord, zin na zin uit haar brief
sloot zich er by aan. Op kantoor liet hU
de verkoopslijsten die hU zou nacUferen
liggen, dat wil zeggen hU gooide ze woe
dt na ln een hoek en beantwoordde den
brief uitvoerig en opgewonden: Als
Kr.tr.vina oorlog wil, kan ze het gedaan
kv, :on. Ik ben er niet bang voor. Ze
uir.g \eor mijn part grootvader als bond-
I-ben. Ik benijd l\aar daar niets
om. Ze moeten maar eens toonen wat ze
kunnen. De firma Viktor H. Troilo staat
op zulken vasten grond dat ze die niet
aan het wankelen zuilen brengen
Maar een ding moet ik u toch zeggen,
lieve Mama en dat zult u met me eens
moeten zijn. Ik vind dat mijn verblUf in
Aken tamelUk ovcbodig is. Wat ik in de
zaak presteer is bedroefd weinig. De
toestanden In de lakenbranche zUn zoo
heel anders dnn in ons bedrijf. Wat ik
weten moet leer ik bU u en Oom Alfons
veel vlugger dan hier. Bovendien is er
zoo'n gevoel van drift in me gekomen,
dat ik het luie leventje hier niet meer
kan uithouden. Ik wil er bU zUn als u
Katarina de tanden laat zien. Ze moet
zich niet gaan verbeelden dat ik voor
haar wegschuil. Ik denk dat u hierdoor
overtuigd zult zijn, dat ik geen steek
meer om haar geef. Ik weet dat u daar
erg bang voor bent geweest en mU daar
om met andere meisjes in aanraking
hebt willen brengen. Maar heusch, lieve
Mama. als ik ooit trouw zal het met een
meisje zUn dat in elk opzicht een tegen
stelling vormt met Katarina. Als u het
goed windt, ga ik nu eerst maar weer in
dienst voor mUn verdere officiersoplei
ding. dan rait mijn plotseling vertrek
van iiier niet zoo op. Van Karlsruhe kom
ik dan direct thuis om me in de zaak te
werken. Ik verlang naar flink werk
Mevrouw Dora Troilo was geen psy
choloog. anders had Viktor's hartstoch
telijke haat tegen Katarina en zyn plot
selinge eerzucht om in zaken den strUd
tegen haar aan te binden, haar te den
ken moeien geven. Maar zy voelde zich
er vreeselyk gelukkig mee en beschouwde
zUn wensch om in de zaék te komen als
het beste bewys dat zse zich over zUn ge
voelens voor Katarina geen zorgen meer
behoefde te maken.
Dat hy behalve werk. hier ook afwis
seling zou vinden, daarvoor zou ze wel
zorgen. Verderop op den Amselberg was
een jonge weduwe komen wonen, die ze
oppervlakkig had leeren kennen: Me
vrouw Fulvia Rettberg. Het was een
elegante, opvallende blondine. Ze had
haar mooi gezicht al vaker in geïllus
treerde tydschriften gezien, want Me
vrouw Retlbeg was een bekend figuur
op tenniswedstrUden. Samen met haar
het vorige jaar gestorven echtgenoot,
een bekend sportsman, had zU aan tal
rijke internationale matches overwinnin
gen behaald. En na den dood van haar
man verscheen ze met niet minder suc
ces op de tennisvelden. Ze had een oud
landhuis op den Amseibexg voor zich
laten verbouwen en woonde daar met
haar gezelschapsdame, een jonge Deen-
sche. Ze leefde vry vlot, ontving veel
gasten, maakte steeds veel toilet en was
een van de schitterendste verschijningen
bU alle gelegenheden in het Wiesbaden-
sche Kurhaus.
Met dit schitterende, schatrijke en
vroolijke weeuwtje, meest Viktor zoo
spoedig mogelijk kennis maken, vond zyn
stiefmoeder.
De gelegenheid om Viktor, die weer uit
dienst terug was, met haar in kennis te
brengen, deed zich spoedig voor. Me
vrouw Rettberg had een klein ongeluk
met haar auto gehad en Mevrouw Dora
Troilo telefoneerde zoodra ze het ge
hoord had, om naar haar te informee-
ren. Ze had alleen haar schouder maar
wat ontwricht-, maar het vervelende was
dat zU twee tennismatches, een in Wies-
baden en een in Homburg, moest afzeg
gen. Mevrouw Troilo liet een bouquet
donkerroode anjers binden en haar
brengen met haai' beste wenschen.
Daarop kwaxn Mevrouw Rettberg zelf
om te bedanken. Ze was betooverend
als altyd en betooverde ook Viktor, die
door zy'n moeder in allerUl van kantoor
was geroepen.
Natuurlijk kwam het gesprek ook op
tennis en toen bleek dat Viktor by' het
cavalerie-regiment, waarby' hy juist tot
reservé-luitenant was benoem<J, als de
beste tennisspeler werd beschouwd. „Met
u kan hU zich natuurlijk niet op een
HJn stellen. Mevrouw", zei Mevrouw
Troilo honigzoet. ..maar als u zoudt
goed vinden dat hU eens met u oefende.
„Maar Mama", viel Viktor haar bijna
verschrikt in de rede, zoo'n tenniswon-
der als Mevrouw...."
Mevrouw Rettberg gaf hem de linker
hand met haar rechterhand moest ze
nog een weinig voorzichtig zijl en zag
-'-ui stralend aan. „Maar het zal me een
groot genoegen zijn, meneer Troilo. Het
is daarboven op den Amselberg zoo ake
lig eenzaam. In het begin was ik ver
liefd op het mooie uitzicht, en nu kan
ik er gewoon niet meer naar kijken.
Als ik prettig gezelschap heb, raak
ik weer verzoend met myn vrijwillige
ballingschap hier in dezen uithoek. Dus
komt u maar eens, meneer Troilo".
Toen ze wegging zei ze op haar grap-
pig-naïve manier tegen mevrouw Troilo:
„Ik voel me eigenlijk erg bezwaard.
U bent zoo'n goede buur voor me ge
weest en ik heb er niet aan gedacht om
mUn tuin door de beroemde firma Troilo
te laten aanleggen. Dat was ik toch ver
plicht geweest nietwaar? In mijin on
wetendheid heb ik alles maar aan die
meneer Wentzel overgelaten. Ik hoop
dat u het mij niet kwalijk neemt".
Mevrouw Troilo stelde de jonge vrouw
lachend gerust en zei dat ze persoonlijke
relaties wel buiten de zaak wist te
houden. Maar toen Viktor een paar
dagen later het afgesproken bezoek
bracht en haar in den voortuin aantrof
in een bespreking met haar tuinarchitect,
moest hU erkennen dat het in dit bij
zondere geval wel hee'. moeilijk was het
persoonlijke en het zakelijke van elkaar
gescheiden te houden. Want de con
current. met wie mevrouw Rettberg in
druk gesprek was, was niemand anders
dan mejuffrouw Katarina Lutz.
De beide dames hadden teekeningen
en lijsten in de hand, Katarina, die een
voudig en practisch gekleed was, zonk bij
de elegante mevrouw Rettberg in t niet
In haar optreden en manier van spre
ken liet mevrouw Rettberg het verschil
uitkomen dat er voor haar gevoel be
stond tusschen een dame van de wereld
en een vrouw die voor haar broed
werkt. Men kon merken dat ze het
jonge meisje maatschappelUk niet voor
vol aanzag, want ze hsd niet eens de
moeite genomen haar naam te ont
houden. Maar ze bon er nu niet aan ont
komen om haar te moeten voorstellen.
„Daar hebt u uw concurrente, meneer
Troilo, Juffrouwoch, hoe is uw
naam ook weer? Neemt u me niet
kwalijk.
„Juffrouw Lutz", zei Viktor met een
ernstig gezicht, terwUl hU boog.
„O, u kent elkaar?"
„We zyn van kind af aan buren", zei
Katarina, zonder de minste aandoening
te verraden.
„Laat ik u niet storen, mevrouw Rett
berg", terwUl hy langzamerhand vuur
rood was geworden.
.Maar u stoort heelemaal niet. Mis
schien kunt u uw concurrente wel met
een een beetje controleeren. KUkt u maar
eens wat voor omwenteling de juffrouw
juffrouw Lutz.... hier bU mij wil
uitvoeren. Zelfs de grot, die de vorige
eigenaar voor veel geld heeft laten
bouwen, moet gesloopt worden. Dat gaat
me nog het meest aan mU'n hart".
Wordt vervolgd).