H. D. VERTELLINGEN Vlammende Katchen FEUILLETON- FLITSEN "AARLEM'S DAG RL AD WOENSDAG 17 OCT. 1928 (Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.) De romanschrijver. DICKY WAFELBAKKER. VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1321 DE KAPOTTE BEL Vader zegt dat hij te moe is. om nu nog naar de bel te kijken, maar ex zal toch wel niemand ko; men draait radio aan, maar moeder verzoekt hem stil te zijn, ze meende dat ze iemand aan de voordeur hoorde j laat de radio gaan en wijdt zich aan een min der rumoerige bezigheid I hoort een geklop en be* geeft zich naar de voor deur. Niemand l ontdekt dat het geluid afkomstig was van ge heimzinnige werkzaam heden van Jan op de bo: venverdieping legt zich ter ruste op de divan, gevolgd door de bat of dat iemand aan de deur was. of Mientje boven gaat naar de deur en ziet menschen cp straat loo= pen, die wel wat op de Kommers lijken holt achter hen aan om een verklaring te geven en ze terug te roepen, ziet dat het volslagen vreemdelingen zijn, keert terug en repareert de bel. (Nadruk verboden.) „Groote goedheid!" riep Marcus Spoo ner nijdig uit, terwijl hij het tijdschrift, waarin hij eenigen tijd verdiept was ge weest, op tafel smeet. Er lag een min achtende uitdrukking in zijn oogen en hij liet een eigenaardig gesnuif hooien. Een man. die niet ver van Spooner in de rookkamer van het Gordon-Hotel verwijderd zat. boog zich een weinig voor over en vroeg: „Zou ik dat blad misschien ook even mogen inkijken?" Spooner knikte beves tigend. De bewuste gast nam het maandblad op, waarin verschillende plaatjes voor kwamen en een spookgeschiedenis, ge schreven door A. Barton. Er verscheen een glimlach om de lippen van den vreemdeling. „Ik veronderstel dat u zich over deze spookgeschiedenis ergerde, nietwaar?" vroeg hij aan Spooner. De laatste knikte, opnieuw. „Ja. Die geschiedenis, geschreven door een zekeren Barton, is een van de on mogelijkste verhalen, d/ie ik nog ooit in mijn leven heb gelezen. Ik zou het ding met geen mogelijkheid precies kunnen weergeven; zóó onzinnig is het. Het is een zoogenaamde spookgeschiedenis, maar de man die een en ander heeft neergekrabbeld, heeft evenveel verstand van een juiste „atmosfeer" als een zee hond' ..Dat is Inderdaad een buitengewoon interessante verklaring". „Ik ben heusch niet zoo bijzonder ge steld op de verhalen, welke men in maandschriften meestal te slikken krijgt, doch ik kocht dit boek omdat er op de kaft met groote letters aangekondigd stond, dat er een bijzonder goede schets in voorkwam van een zekeren Barton. Maar ik vertel u, dat die man het klap pen van de zweep totaal niet kent. Lieve hemel, wat een onzin". Even wachtte hij om diep adem te halen en daarna ver volgde hij: „Ik wil voorop zeggen, dat de intrige niet slecht is .rnaar zooals reeds gezegd heeft de man niet de juiste „atmosfeer" kunnen vinden. Dat valt je op zoodra men het verhaal begonnen is. In ge dachten zie ik den schrijver al vóór me zitten in een mooie, goed verlichte ka- jner, terwijl zijn vrouw tegenoverover hem aan de tafel een spelletje patience doet". De andere hield het tijdschrift nog steeds in de hand en vond het noodig nu ook eens een woordje in het midden te brengen. „U zult echter moeten toegeven dat u als leek redeneert", zei hij op uiterst be- jninnelljken toon. „Ik moet u eerlijk be kennen dat ik als schrijver „Is u een schrijver?" vroeg de andere verrast. „Ja. en ik zal u meteen maar vertel len. dat ik het verhaal schreef, waarover u zich zoo ergert". „Oh", kreunde Spooner. „Ik,... ik het spijt me ontzettend. Ik.... ik had er geen flauw vermoeden van, dat, maarik kan het nu eenmaal niet helpen, dat ik op deze manier over uw verhaal denk, mijnheer Bartcn, en ik „Het doet me een onuitsprekelijk ge noegen de eerlijke meening van een mijner lezers te hooren", zei Barton be daard. Op dat oogenblik kwam een kellner de rookkamer binnen en Spooner bestelde een glas lilceur. Daarna boog hij zich dicht tot den schrijver over. „Ik hoop niet dat u het me kwalijk neemt, als ik u nu vraag, op welke ma nier u dat bewuste verhaal schreef!", vervolgde hij. „Zooals ik zooeven al zei., neemt u het me alsjeblief niet kwalijk deugt de „atmosfeer" totaal niet. Terwijl ik de geschiedenis las. vroeg ik me onwillekeurig af. of u ooit in uw leven een nacht in een zoogenaamd „spookhuis" heeft doorgebracht". „Nee", zei de schrijver openhartig. „Ik schreef dat verhaal terwijl ik in de hangmat in mijn tuin lag en de zen stralend aan den hemel stond. Ik zie ook eigenlijk niet in, dat een bepaalde „atmosfeer" vereischt is. Men verwacht toch van lederen schrijver die er zooiets •als hersenen en verbeeldingskracht op na houdt, dat hU een behoorlijke be schrijving kan geven van een spookhuis en van den invloed welken dit op de verschillende karakters kan hebben". „Tk ben er van mijn kant van over tuigd, dat dit eenvoudig een onmogelijk heid is", gaf Spooner kalm - te ken nen. „en uw verhaal bewijst maar al te zeer dat ik gelijk heb. Spookverhalen ■kunnen niet overtuigend verteld zijn, als de bewuste schrijver een en ander niet zelf meemaakte. Kent u de om streken hier?" „Niet bepaald. Ik maakte een auto- Roman door PAUL OSKAR HÖCKER Uit het Duttsch vertaald door HERMINE VAN GEERTEN 50) Mevrouw Troilo zette een hooge borst. „Ja. eigen rijtuig of auto schijnt er toch nog niot af te kunnen, al scheppen ze op alsof er voor hun Vlammende Kat chen nog nooit een bloem op de wereld gegroeid is!" Als mevrouw Troilo de „Laatste Roos" (hoorde zingen smolt ze altijd weg in wecke sentimentaliteit en ook nu nog neuriede ze de melodie natuurlijk valsch. Toen haar mooie rijtuigje en bruidsgeschenk van Rispeter, bergop waarts ging. verviel het paard in stap. Mevrouw, die haar kostbare skunksman tel aan had en groote diamanten knop pen in de ooren had schitteren, maakte nu oen praatje met haar koetsier, den ouden, getrouwen UlTich. „Daar in dc Dlctcrniühle hebben ac tocht en reed door Taunton, waar ik een paar vrienden wilde bezoeken. Voor dat ik hun huis evenwel kon bereiken kreeg ik moeilijkheden met myn wagen en daarom besloot ik in het Gordoiir hotel den nacht door te brengen. Waar om vraagt u dat?" „Ik zou wel eens willen weten of u er wat voor voelt eens iets bijzonders mee te maken bij wijze van experi ment". „Laat me eens hooren, wat u bedoelt en dan zal ik een beslissing nemen. Als dit niet te veel van mijn krachten vergt „Allerminst, en bovendien kan dat avontuur van groot nut wezen voor uw werk". De sohrijver knikte vol verwachting. „Welnu, ik zal het u vertellen. Op een paar mijlen afstand, ligt een spelonk, waarin de gekste dingen schijnen te ge beuren. De ober heeft me er vanavond iets van verteld. Vroeger moet er een kluizenaar in geleefd hebben, die als jonge man van een meisje dat hij lief had, een blauwtje liep en zich sindsdien volkomen uit de wereld heeft terugge trokken. Op een dag kwam zijn vroegere verloofde hem bezoeken entoen ver moordde hij haar. Zou u het nu niet iets heel bijzonders vinden indien u bij voorbeeld vannacht alléén in de spelonk een schets ging schrijven? Een spook geschiedenis in dergelijke omstandighe den verteld, zou zonder twijfel een heel natuurlijken indruk verwekken; dat valt toch niet te ontkennen, zou ik zeg gen." „Km...." mompelde, de schrijver op twijfelachtlgen toon. „Ja, interessant zal het zeker wezen, dooh „U imoet niet vergeten dat hetgeen u daar ondervond u voor altijd bij zou blijven," ging Spooner opgewonden voort. „U kunt dat avontuur bij wyri van spreken, als een zekere belègging beschouwen.... ja, hoe zal ik het eigenlij uitdrukken? U begrijpt me vermoedelijk wel." „Ik doet het.", zei de sohrijver ineens op beslisten toon. „Uw critiek over mijn laatste novelle heeft mijn trots gewond; dat steek ik niet onder stoelen of ban ken. Hoe laat zal ik vertrekken?" „Het lijkt me het beste toe tusschen twaalf en één uur middernacht," gaf Sjiooner te kennen. „Ik zal er u heen brengen en u daar dan achterlatenIk heb een schitterende gedachte.... Als een zeker experiment, waarop we onze ge volgtrekkingen kunnen brseeren, zou ik u willen voorstellen dit tijdschrift mee te nemen en het heeie verhaal eens over te schrijven in de bewuste spelonk. CJ kunt van een toorts gebruik maken en ik ben er van overtuigd, dat u onder der gelijke omstandigheden een heel wat be ter verhaal zult scheppen dan wanneet u in uw hangmat in üj zon ligt. Nu krijgt u tenminste de juiste „atmos feer"." „We zullen zien... we zullen zien", zei de andere glimlaohend. „We houden he: dus afgesproken dat we elkaar om twaalf uur ontmoeten. Mijn kamer heef." no. 11. Ik verwacht u daar." Om één uur in den morgen keerde de schrijver naar het Gordon-Hotel terug. Het geheele avontuur was volgens zijn meening een geweldig fiasco geweest. Spooner had hem bij de spelonk van den hermiet om twaalf uur achtergela ten en gedurende liet uur dat de schrij ver hierin doorbracht, was hem niets bijzonders overgekomen dan een hoogst onaangenaam gevoel van koude en vochtVerdere sensaties had hij niet meegemaakt. Hij was totaal niet bang geweest en geen enkele der gevoelens die hij in zijn laatste schets beschreven had, had zich van hem meester gemaakt. Hij tred het hotel binnen en begaf zich regelrecht naar zijn kamer. Na de deur achter zich gesloten te hebben, bleef hij vol verbazing het vertrek rond kijken. Zijn bagage lag over den grond verspreid en alle laden waren openge trokken. Het was maar al te duidelijk merkbaar, dat een hoteldief hier bezig was geweest. Op de tafel lag een brief, waarvan de inhoud als volgt lrtlddc: „Beste vriend, „Je zult moeten toegeven dat ik een veel betere schrijver ben dan jij. want ik bézit een flinke dosis verbeeldings kracht. Ik ben echter bang. dat ik die In dit geval totaal verspild heb. Ik was namelijk te weten gekomen dat een ze kere schrijver. A. Barton geheeten, een groot geldbedrag naar een koopmatr in het, Westelijk gedeelte van Engeland zou brengen. Daarom volgde ik je onbe- nog bijna in alle kamers licht aan. Ik zoun die lichtrekenLng ook niet graag betalen. Ulrich", viel zc zichzelf haastig in de rede. „stop eens even". Het rijtuig kwam juist voer den ingang van het Sanatorium tot stilstand. „Het schijnt er vol te zijn. dat de gas ten ook al buiten slapen", zèi de oude koetsier op zyr. manier grappig „Zeg. zie je niet wie het is? Daarom heb ik je juist .--til laten houden!" Zielsgelukkig met de sensatie zei zc: „Dat Is immers Grootpapa! De edele heer schijnt een klein stukje in zijn kraag te hebben!" „Vanmiddag is hy met zyn geliefde buurvrouw uit rijden gegaan". Ulrich kende den toon waarop me vrouw graag over de buren hoorde pra ten. „In een gehuurde landauer". De portier had het rytuig hooren stil houden en kwam naar buiten. Hij dacht dat het huiswaarts keerende gasten wa ren. maar herkende direct mevrouw Troilo. Ulrich herhaalde zUn mop van daar net en wees met den zweep naar den beweglngloozen, man. ..Misschien heeft meneer wel een koud waterkuur noodig na zUn avondpartijtje", zei Mevrouw Troilo in haar beste hu meur. „Vraag het hem 'maar eens". merkt.met het je bekende resul taat. En nu ben ik bovendien nog tot de ontdekking geraakt dat Je geen Barton doch Wheeler heet. en er geen penny te bekennen was. Ik ben dus zelfs niet eens betaald geworden voor mijn praten van gisteravond. De spelonk van den hermiet bestond natuurlijk alleen maar in mijn verbeel ding en ik vrees dat je myn „spookver schijning" even teleurstellend zult heb ben gevonden als ik zelf. Adieu. Ik hoop dat een volgend zaakje beter van stapel zal loopen." DE FEESTEN DER K. M. A. DE HEER DROP HEEFT AANMERKINGEN. Het Tweede-Kamerlid, de heer Drop, heeft den minister van Defensie de vraag gesteld of het waar is, dat bij den optocht, dien de burgerij van Breda aan biedt bij gelegenheid van het 100-jarig bestaan der Kon. Militaire Academie, ook gebruik zal worden gemaakt, van een aantal paarden van de cavalerie en de artillerie. Is het waar, zoo vraagt de heer Drop. dat voor de deelneming aan ge noemden optocht ook zUn aangewezen een aantal te Breda voor eerste oefening dienende militairen van lageren rang? Moet de Minister niet toestemmen, dat deelnemen van militairen aan een optocht als bovenbedoeld in stryd is met het voorschrift, dat militairen van lage ren rang. voor eerste oefening in actie ven dienst, niet vergund is zich anders dan in uniform in het openbaar te ver- tocnen? Tenslotte verzoekt de vrager den Mi nister de commissie, die de Academie feesten te Breda organiseert, of denge nen. die hieromtrent regelingen troffen, alsnog mede te deelen, dat by die fees ten van paarden en manschappen, be- hcorende tot 's Lands weermacht, geen gebruik behoort te worden gemaakt. WORDT HET OUDE STADION GESLOOPT? TEN GUNSTE VAN HET NIEUWE. E. en W. van Amsterdam hebben prae- advies uitgebracht over het voorstel van het raadslid E. Polak c.s. om het oude Stadion niet aanstonds na 1 Januari as. te sloopen, maar het voorloopig in gebruik te geven aan volkssport-organi saties. B. en W. hebben nagegaan of daardoor geen inbreuk zou worden 'ge maakt op de rechten, welke de N.V. My. tot Exploitatie van het Nederlandsche Sportpark ontleent aan de met de ge meente gesloten cverepnkomst. waarbï] genoemde maatschappij de exploitatie van het zooveel grootere en duurdere nieuwe stadion ter hand genomen heeft. Bedoelde maatschappij immers heeft medewerking verleend onder voorwaar de dat het oude stadion zou worden ge sloopt en dat de gemeente aan die ter reinen geen bestemming zou geven in strijd met de belangen der maatschappij. B. en W, hebben zich tot het bestuur der maatschappij gewend. Het sportpèrk dringt met klem op het nakomen der gesloten Overeenkomst aan. daar het voorziet dat het in gebruik geven van het oude stadion aan de volkssport- organisaties de exploitatie van het nieuwe stadion zou verzwaren. B. en W. geven volgens de Tel.. d?n raad daarom in overweging, bovenge noemd voorstel niet aan te nemen, mede omdat de exploitatie van het terrein ais bouwgrond voor onbepaalden tyd zou worden verschoven. DE EERSTE „TREIN" TE BOSKOOP. OP HET WATER. Nie op rails, maar op schuiten ge laden arriveerde, voor rekening van een Boskoopschen kweeker een aantal vyftons wagens van „The London Mid land and Scottish Railway", die. na met planten te zyn geladen, wederom via Amsterdam of Rotterdam per bost naar Engeland worden vervoerd en daar verder op de aanwezige onderstellen per rail naar de verschillende plaatsen van bestemming gaan, meldt de Tel. Het gebrek aan een spoorweg doet zich met den dag ernstiger gevoelen, waar door thans, in afwachting van een zoo snel mogelijken afbouw van den ontwor pen spoorweg, reeds een kweeker zijn toevlucht heeft genomen tot het laten overkomen van wagons van kleine af meting uit Engeland Het voorbeeld vindt reeds bij verschil lende exporteurs navolging, zoodat deze week wederom dergelijke Engelsche wagons zullen arriveeren. Bovenstaande noodmaatregel demon streert opnieuw de dringende behoefte die Boskoop aan een spoorweg heeft. De portier bekeek den slapenden man eens gccd. Maar dat was toch de schoon vader van mevrouw Troilo! Ze moest hem toch vast herkend hebben! Hy klopte den ouden man op den schouder. Ten minste die paar meter naar zijn huisje hadden ze hem toch wel kunnen meenemen! O ja. nu herinnerde hy zich de breuk tusschen de twee families, waar over in Sonaierberg indertyd zooveel was gepraat. De oude Balthazar Troilo scheen vast te slapen. Wat zou hy deen? Zyn post in de portiersloge mocht hij nu niet verlaten, want de gasten, die naar den schouwburg geweest waren, konden direct thuis komen. Maar op kamer No. 84 logeerde de kleinzoon van den ouden man. Die wil de hy tenminste door de telefoon op de hoogte stellen. De jonge Troilo droeg nog steeds een verband om het hoofd, maar hij mocht al weer uit, dat wil zeg gen, hy wandelde weer in den tuin van het sanatorium en het aangrenzende ge deelte van het Kurpavk. Het meisje op de bovenste verdieping zei op dc vraag door de telefoon dat dr meneer op 84 nog aar zyn schrijftafel zat; zc zou den portier dus uiet zyn ka mer verbinden. EEN WREEDE DIEF. TIEN SLACHTOFFERS. Een maandje geleden had een juffrouw uit de Vinkenstraat een dozyn prachtige broedeieren gekocht, welke een zorgzame hen op waardige wijze ging „bezitten", om na den vastgestelden tijd een aantal vriendelyke patrijs-krielkuikens te laten uitkomen, schrijft de Msb. Het was een zonnige, blijde dag voor de juffrouw, toen tien piepjonge kuiken tjes tusschen de pooten van de klokken de en tokkende broedhen doorliepen. Ze kregen het allerbeste opfokvoer werden dik en nog donziger en genoten in het rennetje van alles, waarvan pluimgedier te dat nog geen pluimen of veeren heeft, genieten kan. Al gauw werden de karbas- jes zichtbaar, de haantjes toonden al hun kam, het dons verdween, om plaats te gaan maken voor een vederdos, die wel dra een lust voor de oogen zou moeten worden. Zoo werd het 13 October. 's Avonds had de eigenares ze op tijd in het hok gelaten en nog gekeken of ze wel water hadden. Wie beschryft haar droefheid, verba zing en woede, toen den volgenden mor gen het hok leeg bleek, de ren verlaten en het gaas kapot. De juffrouw liep naar de politie: haar prachtige patrys-krlelkuikens waren ge stolen! De politie schreef de aangifte op, een rechercheur werd naar de ren gestuurd, keek met scherpe oogen en ontdekte een spoor van den dief. Een klein spoor, klein maar waardevol. Het waren voetindrukken van een bru taler, handigen schurk. die gewapend, slim, listig en bloedgierig geweest moest zyn. Het spoor volgendekwam de politie man by een schutting, waarin een gat was gemaakt, groot genoeg om den dief met zyn buit door te laten. Door dit gat. kon men in een aangren- zenden tuin kijken, waar onder een bank je iets afgrijselijks het gelaat van den man der wet, verbleekcn deed. Daar lagen de lyken der tien edele pa- tryskrieltjes, verminkt en bebloed. Een felle, roofzuchtige rat had in den nacht van den dertienden het kippen hok belegerd, de weerlooze bewonertjes in zyn gemeenen bek genomen, wegge sleept en vermoord, om zich aan het bloed te goed te doen. De moordenaar is voortvluchtig en dik. MEER DANSEN IN AMSTERDAM. 15 NIEUWE VERGUNNINGEN. Naar de Tel. verneemt, zal overeen komstig de destyds door den burge meester van Amsterdam gedane toezeg ging het aantal dans vergunningen, dat tot dusver in de hoofdstad acht bedroeg, uitgebreid worden en wel met vyftien Er waren ongeveer vyftig verzoeken ingekomen voor een dans vergunning in buitenwyken en volksbuurten, waarvan dus vyftien ingewilligd zyn, en de rest is afgewezen. ..Me* Troilo". „U spreekt met den portier, meneer Troilo. Uw moeder rydt hier juist vcor- by en maakt me attent op een ouden heer. die op de bark voor de deur van myn loge in slaap is gevallen. Ze is di rect weer doorgereden en nu weet ik niet wat ik doen meet. want de oude heer L; haar schoonvader „Wat zeg je?Werkelyk, myn groot vader?.... de oude Balthazar? „Ja zeker; ik ken hem toch wel. Och. als hy wakker wordt zal hy het zelf vervelend vinden. Als direct de gasten uit ae Opera komen en hem daar zoo zien...." Het was een eigenaardig gevoel dat zich van Viktor meester maakte. Eén ondeelbaar cogenblik iets als een hate lijk gevoel ran triomf. Maar dat ver dween even snel weer. Hoe kwam de man hier? Hoe kon iemand het van zich verkrygen hem in zoo'n hulpeloozen toe stand op straat achter te laten? Voelde zyn stiefmoeder zich werkelyk verant woord een man van by de negentig, de vader van haar overleden man. onder bescherming van eon wildvreemden por tier rchter te later.? Hier was geen plaats meer voor ge voelens van vijandschap Hy trok snel het zwarte mutsje over INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 cent# per regel. Stofzuigerhuis MAERTENS BARTELJOR1SSTRA AT 16 TELEFOON No. 10756 Apex Eleclrische Waschmachines f 275.- HET GEBEURDE AAN DEN OMVAL. H. VRIJGESPROKEN. De Vierde Kamer der Amsterdamsche rechtbank heeft gisterenmiddag uit spraak gedaan in de zaak van den 48- jarigen koopman J. H. uit Diemen, die terecht heeft gestaan wegens poging tot moord, subsidiair poging tot doodslag. H„ die in het Huis van Bewaring te Am sterdam gedetineerd was, l.eeft volgens de dagvaarding op 11 Mei LL, ongeveer middernacht zekere Aaltje Maria S. van het Jaagpad langs de Weespertrekvaart, naby de spoorbrug over die vaart aan den Omval, opzet tel yk en met voorbe dachten rade in het water geduwd, ten 'einde de -vtovw door verdrinking van het leven te berooven. Hoewel de vaart onmiddeliyk bij den wal een diepte van 1.70 meter en één a twee meter verder van 2.30 meter heeft, mislukte verdaeh- t'"s opzet, aangezien het slachtoffer, dat niet zwemmen kon, zich aan een duc- dalf vastgreep en door op haar hulp geroep toegeschoten personen uit het wa ter gehaald werd. Het O. M„ mr. Reilmgh, had poging tot moord bewezen geacht er. H.'s ver oordeeling tot twaalf jaren gevangenis straf geèischt. Overwegende dat niet wettig en over tuigend is komen vast ts --taan dat ver dachte het hem ten laste gelegde heeft gepleegd, heeft volgens de Tel. de recht bank H. vrijgesproken en zijn onmiddel lijk ontslag uit de preventieve hechtenis bevolen. R.-K. SCHOOL AAN DEN KLEINEN HOUTWEG. Door het sterk toenemen van het aan tal leerlingen in de laatste twee jaren op de R.-K. school KI. Houtweg 22 was het schoolbestuur verplicht tot splitsing der 5e klas over te gaan, daar de loka len niet groot zyn. Het vraagt nu de medewerking van den raad voor een be drag van 912, om in de uitbreiding van leermiddelen en leerboeken te voorzien. B. en W. schrijven aan den raad: Het betreft hier aanschaffing van nieuwe leermiddelen en leerboeken, welke valt onder art. 84 der Lager-onderwys- wet 1920. Ingevolge dat artikel moet het school bestuur zélf deze leermiddelen en boe ken bekostigen, doch het kan daarvoor eene jaarlyksche vergoeding bekomen, welke berekend wordt naar den maat staf, vervat in art. 79, 5e lid dier wet. Die jaarlyksche vergoeding kan hoog stens 40 bedragen. zijn Tioofdverband en ging naar de lift. Toen hy beneden voor het huis het gezicht van den bewegingloozer man goed bekeek, stokte de adem hem in de keel. „Hy slaapt niet", riep hy uit. „Hy is dood!" En heel zyn kinderiyke liefde voor den ouden man ontwaakte in hem. Hy knielde by hem neer en sloeg zijn ar men om hem heen. ..Grootpap", riep hij uit, „hoort u my niet?" Een heel zacht kreunen werd hoor baar. „Neen. meneer Troilo. hij leeft, ik denk dat het een beroerte is". Balthazar Troilo had de oogen ge opend. het eene oog wat meer dan het andere en had zijn kleinzoon herkend. Een moe, hulpeloos glimlachje gleed vluchtig over zijn gezicht. Maar ook maar de eene helft. „Hoe is het met u, grootpapa?" vroeg Viktor hartelijk en streelde de hand die hem de vreeselyke stokslagen had toe gebracht. en die nu slap omlaag hing. „Hoe het met me gaat?het is gedaan, jongen", stamelde de oude man. „Goed van je kind. goed". Hy pro beerde hem toe te knikken. Viktor barstte in tranen uit. Het drong BAZAR VAN WIJK I DER NED. HERV. GEMEENTE. De bazar van Wijle I in het Wyfcge- bouw der Ned. Herv. Gemeente aan de Ged. Oudegracht werd Dinsdagmiddag in tegenwoordigheid van tal van belangstel lenden geopend door Ds. Waardenburg. Spr. toonde zich verheugd .".at veien hard gewerkt hadden om in korten tijd veel goeds tot stand te brengen. In en buiten de wijk bleek veel belangstelling te bestaan om het wykwerk te helpen bevorderen. Deze wijk telt veel zaken- menschen en dezen hebben veel royali teit en activiteit en een zakelijke mede werking getoond. Spr. zette nog eens het reeds in ons blad vermelde doel van den bazar uit een en wekte op tot een druk bezoek. In 't bijzonder dankte Ds. Waarden burg den heer Boone, mej. Knottenbelt, den heer en mevrouw Ten Klooster den. heer en mevrouw Polderman en mej. Malefijt voor alles wat zij voor de tot standkoming van den bazar hadden ge daan. Verder dankte spr. ook de vele in. zenders voor hun medewerking en be sloot met den wensch dat de bazar goed zou slagen en zou leiden tot vermeerde ring van geestelyke.activltei'. Mevrouw A. B. van Tienhoven zong vervolgens een lied van Beethoven, daar bij op de piano begeleid door mevrouw Van Kempen, waarna de aanwezigen zich verspreidden langs de verschillende ia- fels, waarop zooveel tot koopen lokte. VOORDRACHTAVOND LEO STRAUS. Leo Straus, wiens voordrachten blij kens zijn veelvuldig optreden in steeds wijder kringen gewaardeerd worden zal Dinsdagavond 23 October in den Pro testantenbond een interessant program ma ten gehoorc brengen. Het vermeldt Schillers Wilhelm Teil; Hebbels' Judith, in de Nederl. vertaling van v. Suchtelen; Armut van Wildgans; Multatuli's Kruissprook en tenslotte A. M. de Jong's Meryntje Gyzen waarvan twee mooie tooneelen gegeven worden: de Kruik bij den pastoor en de buren over de Kruik, een van de mooiste too neelen dat helaas in de hier gegeven tooneelbewerking niet voorkomt. Leden van Kunst aan het Volk, ver- eeniging van huisvrouwen. A.N.G.O B. en andere vereenigingen, alsmede leer lingen der Lycea, Gymnasium, en mid delbare scholen hebben er tegen esn kleine entree toegang. ORGELBESPELING iri de Groeten of St. Bavokcrk alhier, op Donderdag IS October 1928, des namiddags "an 3—4 uur, door den heer George Robert. Programma: 1. Maestoso cn Allci"- «ut het Con# cert c kl. t„ G. F. a 'cl. 2. Fuge asunoll. Joh. b.„.,ms. 3. Choral II, Cesar Franck. 4 Hymne: Ave Maris Stella (Trois Versets). M. Duprc. 5. Toccata, Th. Dubois niet tot hem door dat er vreemden om heen stonden. „Ik.... heb u nooit iers kwaads willen aandoenen aan Katchen ookniet", snikte ny. „Ja kind.... ik weet hefKatchen heeft het me gezegd". „Ik Z3l direct den dokter even halen", zei de portier, die van het heele tooneel niets begreep. De angstige fantasieën kwamen weer terug. „De roodebruisend golf", kreunde hy. En de nacht daalde weer over zyn geest. XVI. Zoodra het licht was. ging Viktor naar het huis van Katarina. Hij wilde haar even zeggen dat Grootvader in het sanatorium was opgenomen en op een kamer naast de zijne lag. Hy was den heelen nacht niet uit de kleeren geweest. De beide inwonende doktoren hadden bezorgde gezichten gezet. Een beroerte by iemand op dien leef tyddaar was niet veel goeds meer van te verwachten. (Slot volgt).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 6