H. D. VERTELLINGEN
Vlammende Katchen
FEUILLETON-
FLITSEN
"AARLEM'S DAG RL AD WOENSDAG 17 OCT. 1928
(Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.)
De romanschrijver.
DICKY WAFELBAKKER.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1321
DE KAPOTTE BEL
Vader zegt dat hij te
moe is. om nu nog naar
de bel te kijken, maar ex
zal toch wel niemand ko;
men
draait radio aan, maar
moeder verzoekt hem stil
te zijn, ze meende dat ze
iemand aan de voordeur
hoorde
j laat de radio gaan en
wijdt zich aan een min
der rumoerige bezigheid
I hoort een geklop en be*
geeft zich naar de voor
deur. Niemand l
ontdekt dat het geluid
afkomstig was van ge
heimzinnige werkzaam
heden van Jan op de bo:
venverdieping
legt zich ter ruste op de
divan, gevolgd door de
bat of dat iemand aan
de deur was. of Mientje
boven
gaat naar de deur en ziet
menschen cp straat loo=
pen, die wel wat op de
Kommers lijken
holt achter hen aan om
een verklaring te geven
en ze terug te roepen,
ziet dat het volslagen
vreemdelingen zijn, keert
terug en repareert de bel.
(Nadruk verboden.)
„Groote goedheid!" riep Marcus Spoo
ner nijdig uit, terwijl hij het tijdschrift,
waarin hij eenigen tijd verdiept was ge
weest, op tafel smeet. Er lag een min
achtende uitdrukking in zijn oogen en
hij liet een eigenaardig gesnuif hooien.
Een man. die niet ver van Spooner in
de rookkamer van het Gordon-Hotel
verwijderd zat. boog zich een weinig voor
over en vroeg:
„Zou ik dat blad misschien ook even
mogen inkijken?" Spooner knikte beves
tigend.
De bewuste gast nam het maandblad
op, waarin verschillende plaatjes voor
kwamen en een spookgeschiedenis, ge
schreven door A. Barton. Er verscheen
een glimlach om de lippen van den
vreemdeling.
„Ik veronderstel dat u zich over deze
spookgeschiedenis ergerde, nietwaar?"
vroeg hij aan Spooner.
De laatste knikte, opnieuw.
„Ja. Die geschiedenis, geschreven door
een zekeren Barton, is een van de on
mogelijkste verhalen, d/ie ik nog ooit in
mijn leven heb gelezen. Ik zou het ding
met geen mogelijkheid precies kunnen
weergeven; zóó onzinnig is het. Het is
een zoogenaamde spookgeschiedenis,
maar de man die een en ander heeft
neergekrabbeld, heeft evenveel verstand
van een juiste „atmosfeer" als een zee
hond'
..Dat is Inderdaad een buitengewoon
interessante verklaring".
„Ik ben heusch niet zoo bijzonder ge
steld op de verhalen, welke men in
maandschriften meestal te slikken krijgt,
doch ik kocht dit boek omdat er op de
kaft met groote letters aangekondigd
stond, dat er een bijzonder goede schets
in voorkwam van een zekeren Barton.
Maar ik vertel u, dat die man het klap
pen van de zweep totaal niet kent. Lieve
hemel, wat een onzin". Even wachtte hij
om diep adem te halen en daarna ver
volgde hij:
„Ik wil voorop zeggen, dat de intrige
niet slecht is .rnaar zooals reeds gezegd
heeft de man niet de juiste „atmosfeer"
kunnen vinden. Dat valt je op zoodra
men het verhaal begonnen is. In ge
dachten zie ik den schrijver al vóór me
zitten in een mooie, goed verlichte ka-
jner, terwijl zijn vrouw tegenoverover
hem aan de tafel een spelletje patience
doet".
De andere hield het tijdschrift nog
steeds in de hand en vond het noodig
nu ook eens een woordje in het midden
te brengen.
„U zult echter moeten toegeven dat u
als leek redeneert", zei hij op uiterst be-
jninnelljken toon. „Ik moet u eerlijk be
kennen dat ik als schrijver
„Is u een schrijver?" vroeg de andere
verrast.
„Ja. en ik zal u meteen maar vertel
len. dat ik het verhaal schreef, waarover
u zich zoo ergert".
„Oh", kreunde Spooner. „Ik,... ik
het spijt me ontzettend. Ik.... ik had
er geen flauw vermoeden van, dat,
maarik kan het nu eenmaal niet
helpen, dat ik op deze manier over uw
verhaal denk, mijnheer Bartcn, en
ik
„Het doet me een onuitsprekelijk ge
noegen de eerlijke meening van een
mijner lezers te hooren", zei Barton be
daard.
Op dat oogenblik kwam een kellner
de rookkamer binnen en Spooner bestelde
een glas lilceur. Daarna boog hij zich
dicht tot den schrijver over.
„Ik hoop niet dat u het me kwalijk
neemt, als ik u nu vraag, op welke ma
nier u dat bewuste verhaal schreef!",
vervolgde hij. „Zooals ik zooeven al zei.,
neemt u het me alsjeblief niet kwalijk
deugt de „atmosfeer" totaal niet.
Terwijl ik de geschiedenis las. vroeg ik
me onwillekeurig af. of u ooit in uw
leven een nacht in een zoogenaamd
„spookhuis" heeft doorgebracht".
„Nee", zei de schrijver openhartig.
„Ik schreef dat verhaal terwijl ik in
de hangmat in mijn tuin lag en de zen
stralend aan den hemel stond. Ik zie
ook eigenlijk niet in, dat een bepaalde
„atmosfeer" vereischt is. Men verwacht
toch van lederen schrijver die er zooiets
•als hersenen en verbeeldingskracht op
na houdt, dat hU een behoorlijke be
schrijving kan geven van een spookhuis
en van den invloed welken dit op de
verschillende karakters kan hebben".
„Tk ben er van mijn kant van over
tuigd, dat dit eenvoudig een onmogelijk
heid is", gaf Spooner kalm - te ken
nen. „en uw verhaal bewijst maar al
te zeer dat ik gelijk heb. Spookverhalen
■kunnen niet overtuigend verteld zijn,
als de bewuste schrijver een en ander
niet zelf meemaakte. Kent u de om
streken hier?"
„Niet bepaald. Ik maakte een auto-
Roman door
PAUL OSKAR HÖCKER
Uit het Duttsch vertaald door
HERMINE VAN GEERTEN
50)
Mevrouw Troilo zette een hooge borst.
„Ja. eigen rijtuig of auto schijnt er toch
nog niot af te kunnen, al scheppen ze
op alsof er voor hun Vlammende Kat
chen nog nooit een bloem op de wereld
gegroeid is!"
Als mevrouw Troilo de „Laatste Roos"
(hoorde zingen smolt ze altijd weg in
wecke sentimentaliteit en ook nu nog
neuriede ze de melodie natuurlijk
valsch. Toen haar mooie rijtuigje en
bruidsgeschenk van Rispeter, bergop
waarts ging. verviel het paard in stap.
Mevrouw, die haar kostbare skunksman
tel aan had en groote diamanten knop
pen in de ooren had schitteren, maakte
nu oen praatje met haar koetsier, den
ouden, getrouwen UlTich.
„Daar in dc Dlctcrniühle hebben ac
tocht en reed door Taunton, waar ik
een paar vrienden wilde bezoeken. Voor
dat ik hun huis evenwel kon bereiken
kreeg ik moeilijkheden met myn wagen
en daarom besloot ik in het Gordoiir
hotel den nacht door te brengen. Waar
om vraagt u dat?"
„Ik zou wel eens willen weten of u
er wat voor voelt eens iets bijzonders
mee te maken bij wijze van experi
ment".
„Laat me eens hooren, wat u bedoelt
en dan zal ik een beslissing nemen. Als
dit niet te veel van mijn krachten
vergt
„Allerminst, en bovendien kan dat
avontuur van groot nut wezen voor uw
werk".
De sohrijver knikte vol verwachting.
„Welnu, ik zal het u vertellen. Op een
paar mijlen afstand, ligt een spelonk,
waarin de gekste dingen schijnen te ge
beuren. De ober heeft me er vanavond
iets van verteld. Vroeger moet er een
kluizenaar in geleefd hebben, die als
jonge man van een meisje dat hij lief
had, een blauwtje liep en zich sindsdien
volkomen uit de wereld heeft terugge
trokken. Op een dag kwam zijn vroegere
verloofde hem bezoeken entoen ver
moordde hij haar. Zou u het nu niet
iets heel bijzonders vinden indien u bij
voorbeeld vannacht alléén in de spelonk
een schets ging schrijven? Een spook
geschiedenis in dergelijke omstandighe
den verteld, zou zonder twijfel een heel
natuurlijken indruk verwekken; dat
valt toch niet te ontkennen, zou ik zeg
gen."
„Km...." mompelde, de schrijver op
twijfelachtlgen toon. „Ja, interessant zal
het zeker wezen, dooh
„U imoet niet vergeten dat hetgeen u
daar ondervond u voor altijd bij zou
blijven," ging Spooner opgewonden
voort. „U kunt dat avontuur bij wyri
van spreken, als een zekere belègging
beschouwen.... ja, hoe zal ik het eigenlij
uitdrukken? U begrijpt me vermoedelijk
wel."
„Ik doet het.", zei de sohrijver ineens
op beslisten toon. „Uw critiek over mijn
laatste novelle heeft mijn trots gewond;
dat steek ik niet onder stoelen of ban
ken. Hoe laat zal ik vertrekken?"
„Het lijkt me het beste toe tusschen
twaalf en één uur middernacht," gaf
Sjiooner te kennen. „Ik zal er u heen
brengen en u daar dan achterlatenIk
heb een schitterende gedachte.... Als een
zeker experiment, waarop we onze ge
volgtrekkingen kunnen brseeren, zou ik u
willen voorstellen dit tijdschrift mee te
nemen en het heeie verhaal eens over te
schrijven in de bewuste spelonk. CJ
kunt van een toorts gebruik maken en ik
ben er van overtuigd, dat u onder der
gelijke omstandigheden een heel wat be
ter verhaal zult scheppen dan wanneet
u in uw hangmat in üj zon ligt. Nu
krijgt u tenminste de juiste „atmos
feer"."
„We zullen zien... we zullen zien", zei
de andere glimlaohend. „We houden he:
dus afgesproken dat we elkaar om
twaalf uur ontmoeten. Mijn kamer heef."
no. 11. Ik verwacht u daar."
Om één uur in den morgen keerde de
schrijver naar het Gordon-Hotel terug.
Het geheele avontuur was volgens zijn
meening een geweldig fiasco geweest.
Spooner had hem bij de spelonk van
den hermiet om twaalf uur achtergela
ten en gedurende liet uur dat de schrij
ver hierin doorbracht, was hem niets
bijzonders overgekomen dan een hoogst
onaangenaam gevoel van koude en
vochtVerdere sensaties had hij niet
meegemaakt.
Hij was totaal niet bang geweest en
geen enkele der gevoelens die hij in zijn
laatste schets beschreven had, had zich
van hem meester gemaakt.
Hij tred het hotel binnen en begaf
zich regelrecht naar zijn kamer. Na de
deur achter zich gesloten te hebben,
bleef hij vol verbazing het vertrek rond
kijken. Zijn bagage lag over den grond
verspreid en alle laden waren openge
trokken. Het was maar al te duidelijk
merkbaar, dat een hoteldief hier bezig
was geweest.
Op de tafel lag een brief, waarvan de
inhoud als volgt lrtlddc:
„Beste vriend,
„Je zult moeten toegeven dat ik een
veel betere schrijver ben dan jij. want
ik bézit een flinke dosis verbeeldings
kracht. Ik ben echter bang. dat ik die
In dit geval totaal verspild heb. Ik was
namelijk te weten gekomen dat een ze
kere schrijver. A. Barton geheeten, een
groot geldbedrag naar een koopmatr in
het, Westelijk gedeelte van Engeland zou
brengen. Daarom volgde ik je onbe-
nog bijna in alle kamers licht aan. Ik
zoun die lichtrekenLng ook niet graag
betalen. Ulrich", viel zc zichzelf haastig
in de rede. „stop eens even".
Het rijtuig kwam juist voer den ingang
van het Sanatorium tot stilstand.
„Het schijnt er vol te zijn. dat de gas
ten ook al buiten slapen", zèi de oude
koetsier op zyr. manier grappig
„Zeg. zie je niet wie het is? Daarom
heb ik je juist .--til laten houden!"
Zielsgelukkig met de sensatie zei zc:
„Dat Is immers Grootpapa! De edele
heer schijnt een klein stukje in zijn
kraag te hebben!"
„Vanmiddag is hy met zyn geliefde
buurvrouw uit rijden gegaan".
Ulrich kende den toon waarop me
vrouw graag over de buren hoorde pra
ten. „In een gehuurde landauer".
De portier had het rytuig hooren stil
houden en kwam naar buiten. Hij dacht
dat het huiswaarts keerende gasten wa
ren. maar herkende direct mevrouw
Troilo.
Ulrich herhaalde zUn mop van daar
net en wees met den zweep naar den
beweglngloozen, man.
..Misschien heeft meneer wel een koud
waterkuur noodig na zUn avondpartijtje",
zei Mevrouw Troilo in haar beste hu
meur. „Vraag het hem 'maar eens".
merkt.met het je bekende resul
taat. En nu ben ik bovendien nog tot
de ontdekking geraakt dat Je geen
Barton doch Wheeler heet. en er geen
penny te bekennen was. Ik ben dus zelfs
niet eens betaald geworden voor mijn
praten van gisteravond.
De spelonk van den hermiet bestond
natuurlijk alleen maar in mijn verbeel
ding en ik vrees dat je myn „spookver
schijning" even teleurstellend zult heb
ben gevonden als ik zelf. Adieu. Ik hoop
dat een volgend zaakje beter van stapel
zal loopen."
DE FEESTEN DER K. M. A.
DE HEER DROP HEEFT
AANMERKINGEN.
Het Tweede-Kamerlid, de heer Drop,
heeft den minister van Defensie de
vraag gesteld of het waar is, dat bij den
optocht, dien de burgerij van Breda aan
biedt bij gelegenheid van het 100-jarig
bestaan der Kon. Militaire Academie, ook
gebruik zal worden gemaakt, van een
aantal paarden van de cavalerie en de
artillerie.
Is het waar, zoo vraagt de heer
Drop. dat voor de deelneming aan ge
noemden optocht ook zUn aangewezen
een aantal te Breda voor eerste oefening
dienende militairen van lageren rang?
Moet de Minister niet toestemmen,
dat deelnemen van militairen aan een
optocht als bovenbedoeld in stryd is met
het voorschrift, dat militairen van lage
ren rang. voor eerste oefening in actie
ven dienst, niet vergund is zich anders
dan in uniform in het openbaar te ver-
tocnen?
Tenslotte verzoekt de vrager den Mi
nister de commissie, die de Academie
feesten te Breda organiseert, of denge
nen. die hieromtrent regelingen troffen,
alsnog mede te deelen, dat by die fees
ten van paarden en manschappen, be-
hcorende tot 's Lands weermacht, geen
gebruik behoort te worden gemaakt.
WORDT HET OUDE
STADION GESLOOPT?
TEN GUNSTE VAN HET
NIEUWE.
E. en W. van Amsterdam hebben prae-
advies uitgebracht over het voorstel van
het raadslid E. Polak c.s. om het oude
Stadion niet aanstonds na 1 Januari
as. te sloopen, maar het voorloopig in
gebruik te geven aan volkssport-organi
saties. B. en W. hebben nagegaan of
daardoor geen inbreuk zou worden 'ge
maakt op de rechten, welke de N.V. My.
tot Exploitatie van het Nederlandsche
Sportpark ontleent aan de met de ge
meente gesloten cverepnkomst. waarbï]
genoemde maatschappij de exploitatie
van het zooveel grootere en duurdere
nieuwe stadion ter hand genomen heeft.
Bedoelde maatschappij immers heeft
medewerking verleend onder voorwaar
de dat het oude stadion zou worden ge
sloopt en dat de gemeente aan die ter
reinen geen bestemming zou geven in
strijd met de belangen der maatschappij.
B. en W, hebben zich tot het bestuur
der maatschappij gewend. Het sportpèrk
dringt met klem op het nakomen der
gesloten Overeenkomst aan. daar het
voorziet dat het in gebruik geven van
het oude stadion aan de volkssport-
organisaties de exploitatie van het nieuwe
stadion zou verzwaren.
B. en W. geven volgens de Tel.. d?n
raad daarom in overweging, bovenge
noemd voorstel niet aan te nemen, mede
omdat de exploitatie van het terrein ais
bouwgrond voor onbepaalden tyd zou
worden verschoven.
DE EERSTE „TREIN" TE
BOSKOOP.
OP HET WATER.
Nie op rails, maar op schuiten ge
laden arriveerde, voor rekening van
een Boskoopschen kweeker een aantal
vyftons wagens van „The London Mid
land and Scottish Railway", die. na
met planten te zyn geladen, wederom
via Amsterdam of Rotterdam per bost
naar Engeland worden vervoerd en daar
verder op de aanwezige onderstellen per
rail naar de verschillende plaatsen van
bestemming gaan, meldt de Tel.
Het gebrek aan een spoorweg doet zich
met den dag ernstiger gevoelen, waar
door thans, in afwachting van een zoo
snel mogelijken afbouw van den ontwor
pen spoorweg, reeds een kweeker zijn
toevlucht heeft genomen tot het laten
overkomen van wagons van kleine af
meting uit Engeland
Het voorbeeld vindt reeds bij verschil
lende exporteurs navolging, zoodat deze
week wederom dergelijke Engelsche
wagons zullen arriveeren.
Bovenstaande noodmaatregel demon
streert opnieuw de dringende behoefte
die Boskoop aan een spoorweg heeft.
De portier bekeek den slapenden man
eens gccd. Maar dat was toch de schoon
vader van mevrouw Troilo! Ze moest
hem toch vast herkend hebben!
Hy klopte den ouden man op den
schouder.
Ten minste die paar meter naar zijn
huisje hadden ze hem toch wel kunnen
meenemen! O ja. nu herinnerde hy zich
de breuk tusschen de twee families, waar
over in Sonaierberg indertyd zooveel
was gepraat.
De oude Balthazar Troilo scheen vast
te slapen. Wat zou hy deen?
Zyn post in de portiersloge mocht hij
nu niet verlaten, want de gasten, die
naar den schouwburg geweest waren,
konden direct thuis komen.
Maar op kamer No. 84 logeerde de
kleinzoon van den ouden man. Die wil
de hy tenminste door de telefoon op de
hoogte stellen. De jonge Troilo droeg
nog steeds een verband om het hoofd,
maar hij mocht al weer uit, dat wil zeg
gen, hy wandelde weer in den tuin van
het sanatorium en het aangrenzende ge
deelte van het Kurpavk.
Het meisje op de bovenste verdieping
zei op dc vraag door de telefoon dat dr
meneer op 84 nog aar zyn schrijftafel
zat; zc zou den portier dus uiet zyn ka
mer verbinden.
EEN WREEDE DIEF.
TIEN SLACHTOFFERS.
Een maandje geleden had een juffrouw
uit de Vinkenstraat een dozyn prachtige
broedeieren gekocht, welke een zorgzame
hen op waardige wijze ging „bezitten",
om na den vastgestelden tijd een aantal
vriendelyke patrijs-krielkuikens te laten
uitkomen, schrijft de Msb.
Het was een zonnige, blijde dag voor
de juffrouw, toen tien piepjonge kuiken
tjes tusschen de pooten van de klokken
de en tokkende broedhen doorliepen. Ze
kregen het allerbeste opfokvoer werden
dik en nog donziger en genoten in het
rennetje van alles, waarvan pluimgedier
te dat nog geen pluimen of veeren heeft,
genieten kan. Al gauw werden de karbas-
jes zichtbaar, de haantjes toonden al hun
kam, het dons verdween, om plaats te
gaan maken voor een vederdos, die wel
dra een lust voor de oogen zou moeten
worden. Zoo werd het 13 October.
's Avonds had de eigenares ze op tijd
in het hok gelaten en nog gekeken of ze
wel water hadden.
Wie beschryft haar droefheid, verba
zing en woede, toen den volgenden mor
gen het hok leeg bleek, de ren verlaten
en het gaas kapot.
De juffrouw liep naar de politie: haar
prachtige patrys-krlelkuikens waren ge
stolen!
De politie schreef de aangifte op, een
rechercheur werd naar de ren gestuurd,
keek met scherpe oogen en ontdekte een
spoor van den dief. Een klein spoor,
klein maar waardevol.
Het waren voetindrukken van een bru
taler, handigen schurk. die gewapend,
slim, listig en bloedgierig geweest moest
zyn.
Het spoor volgendekwam de politie
man by een schutting, waarin een gat
was gemaakt, groot genoeg om den dief
met zyn buit door te laten.
Door dit gat. kon men in een aangren-
zenden tuin kijken, waar onder een bank
je iets afgrijselijks het gelaat van den
man der wet, verbleekcn deed.
Daar lagen de lyken der tien edele pa-
tryskrieltjes, verminkt en bebloed.
Een felle, roofzuchtige rat had in den
nacht van den dertienden het kippen
hok belegerd, de weerlooze bewonertjes
in zyn gemeenen bek genomen, wegge
sleept en vermoord, om zich aan het
bloed te goed te doen.
De moordenaar is voortvluchtig en dik.
MEER DANSEN IN
AMSTERDAM.
15 NIEUWE VERGUNNINGEN.
Naar de Tel. verneemt, zal overeen
komstig de destyds door den burge
meester van Amsterdam gedane toezeg
ging het aantal dans vergunningen, dat
tot dusver in de hoofdstad acht bedroeg,
uitgebreid worden en wel met vyftien
Er waren ongeveer vyftig verzoeken
ingekomen voor een dans vergunning in
buitenwyken en volksbuurten, waarvan
dus vyftien ingewilligd zyn, en de rest
is afgewezen.
..Me* Troilo".
„U spreekt met den portier, meneer
Troilo. Uw moeder rydt hier juist vcor-
by en maakt me attent op een ouden
heer. die op de bark voor de deur van
myn loge in slaap is gevallen. Ze is di
rect weer doorgereden en nu weet ik
niet wat ik doen meet. want de oude
heer L; haar schoonvader
„Wat zeg je?Werkelyk, myn groot
vader?.... de oude Balthazar?
„Ja zeker; ik ken hem toch wel. Och.
als hy wakker wordt zal hy het zelf
vervelend vinden. Als direct de gasten
uit ae Opera komen en hem daar zoo
zien...."
Het was een eigenaardig gevoel dat
zich van Viktor meester maakte. Eén
ondeelbaar cogenblik iets als een hate
lijk gevoel ran triomf. Maar dat ver
dween even snel weer. Hoe kwam de
man hier? Hoe kon iemand het van zich
verkrygen hem in zoo'n hulpeloozen toe
stand op straat achter te laten? Voelde
zyn stiefmoeder zich werkelyk verant
woord een man van by de negentig, de
vader van haar overleden man. onder
bescherming van eon wildvreemden por
tier rchter te later.?
Hier was geen plaats meer voor ge
voelens van vijandschap
Hy trok snel het zwarte mutsje over
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 cent# per regel.
Stofzuigerhuis MAERTENS
BARTELJOR1SSTRA AT 16
TELEFOON No. 10756
Apex Eleclrische Waschmachines f 275.-
HET GEBEURDE AAN
DEN OMVAL.
H. VRIJGESPROKEN.
De Vierde Kamer der Amsterdamsche
rechtbank heeft gisterenmiddag uit
spraak gedaan in de zaak van den 48-
jarigen koopman J. H. uit Diemen, die
terecht heeft gestaan wegens poging tot
moord, subsidiair poging tot doodslag.
H„ die in het Huis van Bewaring te Am
sterdam gedetineerd was, l.eeft volgens
de dagvaarding op 11 Mei LL, ongeveer
middernacht zekere Aaltje Maria S. van
het Jaagpad langs de Weespertrekvaart,
naby de spoorbrug over die vaart aan
den Omval, opzet tel yk en met voorbe
dachten rade in het water geduwd, ten
'einde de -vtovw door verdrinking van
het leven te berooven. Hoewel de vaart
onmiddeliyk bij den wal een diepte van
1.70 meter en één a twee meter verder
van 2.30 meter heeft, mislukte verdaeh-
t'"s opzet, aangezien het slachtoffer, dat
niet zwemmen kon, zich aan een duc-
dalf vastgreep en door op haar hulp
geroep toegeschoten personen uit het wa
ter gehaald werd.
Het O. M„ mr. Reilmgh, had poging
tot moord bewezen geacht er. H.'s ver
oordeeling tot twaalf jaren gevangenis
straf geèischt.
Overwegende dat niet wettig en over
tuigend is komen vast ts --taan dat ver
dachte het hem ten laste gelegde heeft
gepleegd, heeft volgens de Tel. de recht
bank H. vrijgesproken en zijn onmiddel
lijk ontslag uit de preventieve hechtenis
bevolen.
R.-K. SCHOOL AAN DEN KLEINEN
HOUTWEG.
Door het sterk toenemen van het aan
tal leerlingen in de laatste twee jaren
op de R.-K. school KI. Houtweg 22 was
het schoolbestuur verplicht tot splitsing
der 5e klas over te gaan, daar de loka
len niet groot zyn. Het vraagt nu de
medewerking van den raad voor een be
drag van 912, om in de uitbreiding van
leermiddelen en leerboeken te voorzien.
B. en W. schrijven aan den raad:
Het betreft hier aanschaffing van
nieuwe leermiddelen en leerboeken, welke
valt onder art. 84 der Lager-onderwys-
wet 1920.
Ingevolge dat artikel moet het school
bestuur zélf deze leermiddelen en boe
ken bekostigen, doch het kan daarvoor
eene jaarlyksche vergoeding bekomen,
welke berekend wordt naar den maat
staf, vervat in art. 79, 5e lid dier wet.
Die jaarlyksche vergoeding kan hoog
stens 40 bedragen.
zijn Tioofdverband en ging naar de lift.
Toen hy beneden voor het huis het
gezicht van den bewegingloozer man
goed bekeek, stokte de adem hem in de
keel.
„Hy slaapt niet", riep hy uit. „Hy is
dood!"
En heel zyn kinderiyke liefde voor
den ouden man ontwaakte in hem. Hy
knielde by hem neer en sloeg zijn ar
men om hem heen.
..Grootpap", riep hij uit, „hoort u my
niet?"
Een heel zacht kreunen werd hoor
baar.
„Neen. meneer Troilo. hij leeft, ik
denk dat het een beroerte is".
Balthazar Troilo had de oogen ge
opend. het eene oog wat meer dan het
andere en had zijn kleinzoon herkend.
Een moe, hulpeloos glimlachje gleed
vluchtig over zijn gezicht. Maar ook
maar de eene helft.
„Hoe is het met u, grootpapa?" vroeg
Viktor hartelijk en streelde de hand die
hem de vreeselyke stokslagen had toe
gebracht. en die nu slap omlaag hing.
„Hoe het met me gaat?het is
gedaan, jongen", stamelde de oude man.
„Goed van je kind. goed". Hy pro
beerde hem toe te knikken.
Viktor barstte in tranen uit. Het drong
BAZAR VAN WIJK I DER NED. HERV.
GEMEENTE.
De bazar van Wijle I in het Wyfcge-
bouw der Ned. Herv. Gemeente aan de
Ged. Oudegracht werd Dinsdagmiddag in
tegenwoordigheid van tal van belangstel
lenden geopend door Ds. Waardenburg.
Spr. toonde zich verheugd .".at veien
hard gewerkt hadden om in korten tijd
veel goeds tot stand te brengen. In en
buiten de wijk bleek veel belangstelling
te bestaan om het wykwerk te helpen
bevorderen. Deze wijk telt veel zaken-
menschen en dezen hebben veel royali
teit en activiteit en een zakelijke mede
werking getoond.
Spr. zette nog eens het reeds in ons
blad vermelde doel van den bazar uit
een en wekte op tot een druk bezoek.
In 't bijzonder dankte Ds. Waarden
burg den heer Boone, mej. Knottenbelt,
den heer en mevrouw Ten Klooster den.
heer en mevrouw Polderman en mej.
Malefijt voor alles wat zij voor de tot
standkoming van den bazar hadden ge
daan. Verder dankte spr. ook de vele in.
zenders voor hun medewerking en be
sloot met den wensch dat de bazar goed
zou slagen en zou leiden tot vermeerde
ring van geestelyke.activltei'.
Mevrouw A. B. van Tienhoven zong
vervolgens een lied van Beethoven, daar
bij op de piano begeleid door mevrouw
Van Kempen, waarna de aanwezigen zich
verspreidden langs de verschillende ia-
fels, waarop zooveel tot koopen lokte.
VOORDRACHTAVOND LEO STRAUS.
Leo Straus, wiens voordrachten blij
kens zijn veelvuldig optreden in steeds
wijder kringen gewaardeerd worden zal
Dinsdagavond 23 October in den Pro
testantenbond een interessant program
ma ten gehoorc brengen.
Het vermeldt Schillers Wilhelm Teil;
Hebbels' Judith, in de Nederl. vertaling
van v. Suchtelen; Armut van Wildgans;
Multatuli's Kruissprook en tenslotte A.
M. de Jong's Meryntje Gyzen waarvan
twee mooie tooneelen gegeven worden:
de Kruik bij den pastoor en de buren
over de Kruik, een van de mooiste too
neelen dat helaas in de hier gegeven
tooneelbewerking niet voorkomt.
Leden van Kunst aan het Volk, ver-
eeniging van huisvrouwen. A.N.G.O B.
en andere vereenigingen, alsmede leer
lingen der Lycea, Gymnasium, en mid
delbare scholen hebben er tegen esn
kleine entree toegang.
ORGELBESPELING
iri de Groeten of St. Bavokcrk alhier,
op Donderdag IS October 1928, des
namiddags "an 3—4 uur, door den
heer George Robert.
Programma:
1. Maestoso cn Allci"- «ut het Con#
cert c kl. t„ G. F. a 'cl.
2. Fuge asunoll. Joh. b.„.,ms.
3. Choral II, Cesar Franck.
4 Hymne: Ave Maris Stella (Trois
Versets). M. Duprc.
5. Toccata, Th. Dubois
niet tot hem door dat er vreemden om
heen stonden. „Ik.... heb u
nooit iers kwaads willen aandoenen
aan Katchen ookniet", snikte ny.
„Ja kind.... ik weet hefKatchen
heeft het me gezegd".
„Ik Z3l direct den dokter even halen",
zei de portier, die van het heele tooneel
niets begreep.
De angstige fantasieën kwamen weer
terug. „De roodebruisend golf",
kreunde hy. En de nacht daalde weer
over zyn geest.
XVI.
Zoodra het licht was. ging Viktor
naar het huis van Katarina. Hij wilde
haar even zeggen dat Grootvader in het
sanatorium was opgenomen en op een
kamer naast de zijne lag. Hy was den
heelen nacht niet uit de kleeren geweest.
De beide inwonende doktoren hadden
bezorgde gezichten gezet. Een beroerte
by iemand op dien leef tyddaar was
niet veel goeds meer van te verwachten.
(Slot volgt).