H. D. VERTELLINGEN
FLITSEN
FWIÈTOFT"
Het Mysterie van Heath Hover
HANDELSBLAD
HAARLEM'S DAGBLAD VRIJDAG 16 NOV. 1928
{Nadruk Terbodenj auteursrecht voorbehouden.)
Zes Hoofdstukken
door FRANsOIS DELAM3RE.
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1344
ONDERZOEKINGSREIS
Baby voelt zich eenzaam, en be.
sluit tot een onderzcakinkstocht
kruipt door de deur van zijn slaap
kamer
y
misschien is het toch verstandiger I wacht, hier is de zolder, waar nij groote grutjes. wat een schrik,
als hij zich tot een verdieping be- I al eerder doozen en kisten gezien daar sloeg de deur plotseling met
heelt cm mee te spelen
een klap dicht door de tocht
erg prettig is dit toch niet, zee I onderzoekingsreizen zijn toch ook I hoera, daar is ze!
stil en zoo donker, in de andere I niet alles, waarom komt moedei
kamer is het altijd licht I nou niet
(Nadruk verboden.)
De eerste maal. dat Jacques haar
Bag, was toen ze uit een taxi stapte. Hij
stond voor het raam van zijn kamer en
begreep dat zy het meisje was. dat vol
gens het omstandige verhaal van de
pensionihoudster een kamer gehuurd
had, dicht bü de zl,jnc. Jacques consta
teerde met genoegen dat zijn nieuwe
medebewoonster slank, jong en knap
was. En hij liep vlug de trap af, om haar
te helpen met haar bagage uit een kof
fer, een hond en een schrijfmachine. Ze
schreef, net als hij, ook dat had men
hem al verteld. En hij verheugde zich
op de nieuwe aanwinst in het artlstiake
clubje, waarin hU leefde, bestaande uit
eenige schilders, sohrijvers, journalisten
en tooneelmenschen. Zij leek hem al da
delijk op het eerste gezicht heel anders
dan de meisjes en -vrouwen met wie hU
nu al sinds jaren omging. Haar kleeding
had niets artistieks. Maar ze was ook
te eenvoudig om in het minste te lijken
op een mondain typetje.
„Dank u', zei ze, kalm en zonder glim
lach, alsof hij oen portier was of zoo
iets. En ze liet hem staan, een beetje
onnoozel starend naar haai- gesloten
deur.
Eva Latour bleek geen aanwinst voor
BÜn clubje en ook niet voor hem per
soonlijk. Ze ging heel in haar eentje
haar gang, nam nooit een uitnoodlging
aan. wandelde alleen met haar hond.
een twijfelachtige bulldog, en werkte,
werkte, mUn hemel, wat werkte ze! Uren
en uren hoorde Jacques haar typewriter
gaan. Soms las hij verhalen onder haar
naam in kranten of tijdschriften. Hij
zelf was in het tijdstip van opkomend
succes. Twee romans waren van heiu
versohenen, waarvan de laatste beloofde
een succes te worden. En hij kon, behal
ve een zorgeloos leventje, met bijzonde"
genosgen een extra pcstwlaseltje sturen
aan tante Delphine.
Tante Delphine was de eenige van
rijn familieleden met wie hij zich be
moeide. Maar dan ook grondig. Tante
Delphine zou, zonder hem, waarschijn
lijk sinds jaren genadebrood eten bi'
haar meer gefortuneerde, maar vrij zure
familieleden, of armoe lijden. Want ze
was volkomen onbemiddeld achterge
bleven als ongetrouwde, oude vrouw,
toen de nicht, waarmee ze sinds jaren
samenleefde, stierf en het nocdig vond
voor haar zieleheil al haar geld aan eer
liefdadige inrichting na te laten, haa-
oude vriendin overgevende aan zorg er»
gebrek. Jacques, de deugniet van de fa
milie, de „artist", de voor galg-en-rad-
opgroeiende" volgens don voogd, die se
dert den dood van zijn ouders, voo"
Jacques had gezorgd, deze Jacques was
de eenige geweest, die zich druk maakte
over tante Delphine's lot. En de-
geen, die belette, dat ze in huis kwam
bij familieleden die voor hun fatsoen
(niet anders „konden" maar er stierlijk
het land over in hadden. Tante Delphi
ne aanbad Jacques sinds dien tijd. Zr-
had zijn struggle ais onbekend, Jong
schrijver gedeeld, ze was, toen het hem
beter ging, met zijn hulp een pension
begonnen ergens buiten, waar ze zomer
gasten had en 's winters een paar oude
mensöhen en waar Jacques soms, beu
van de stad en zijn kennissen, eenigo
dagen rust ging zoeken. Tante Delphine
kreeg dus een fllnken postwissel en
Jacques verboemelde de rest van zijn
extra-goede verdiensten. Daardoor ge
beurde het, dat hij eens thuiskwam op
het tijdstip, waarop de melkboer al ge
weest was en het dienstmeisje al oen
half fleschje melk voor Eva's deur had
gedeponeerd. Jacques droeg een Turksch
costuum en een tulband en was over-
strooid met confetti. Hij schoof het
fleschje melk op zij en ging heerlijk lig
gen slapen met zijn hoofd op het matje
voor Eva's deur.
Om half negen haalde het meisje de
flesch naar binnen, om tien over half
negen opende ze weer haar deur, greep
den slaper bij zijn kraag en sleepte
hom de kamer in. Jacques ontwaakte
en staarde haar aan door lodderige
oogen.
„Er is koffie", zei het meisje bedaard,
„En er is ook nog wat broed... haring
heb ik tot m'n spijt niét! Plaag den hond
inlet. Goeden dagbeterschap."
Jacques lag weer te staren naar een
gesloten deur. Dan richtte hU zich vloe
kend op. Wat een wezen! Wat een....
HfJ kon geen woorden vinden. Zooals ze
ham aan zijn kraag naar binnen had ge
sjord en hier gedeponeerd alseen
vod.... een
Jacques ergerde zich gruwelijk. Hij
strompelde naar zijn eigen kamer, sliep
zijn roes uit. ontwaakte in cxeerabel hu
meur en deed een eed, dat hij nool'
.(Een verhaal van duistere krachten)
uit het Engelsch van
BERTRAM MITFORD
25)
Maar natuurlijk, wat kan het an
ders geweest zijn, antwoordde hij met
het benauwde gevoel, dat. hij zich op dun
Ijs bevond. Tenminste als het niet
een gewone huismuis geweest is. die op
de een of andere manier is binnenge
komen. Maar nu moet je weer naar bed
gaan. kind en ik ga ock. Dan weet je
meteen, dat er iemand vlak by je is 1
en dat je maar op den muur hoeft te
kloppen, als je nog eens mocht schrik
ken. Maar dat- meest Je nu maar niet
doen, want er is niets om je anst'.g
over te maken. KUk zelf nu maar, Je
kunt in alle hoeken zien. Het is maar
een gewone kamer, wel oud. maar toch
zonder geheimzinnige paneelon en der
gelijk fraais en ik slaap vlak tegen den
muur. Ik wed dat Je nu verder zult
slapen als een roos.
Ik geloof het haast ook, antwoordde
zy. gerustgesteld door zijn overtuigen
der. toon. De port droeg ook het zijne
cr toe bij. Zeg me eens eerlijk ocm
meer een woord te-gen dat wezen zou
spreken.
Veel gelegenheid daartoe had hij trou
wens nooit gehad. Desniettemin kwam
hy een week later op zijn besluit terug
en stond op het matje voor Eva's deur.
met 'n bouquet rozen en een mengeling
van verlegenheid en nijd op zijn ge
zicht.
„Ik kom u bedanken", zei hij kort
af.
ZU keek op van adhter haar typewri
ter en antwoordde onverschillig: „Geen
dank
Die onverschilligheid maakte hem
heelemaal tureluursch. Hij legde de ro
zen neer en zei: „En eventueel graag
tot denzelfden dienst bereid." Waarna
hU woedend aftrok.
Weer een week later kwam hij tot de
conclusie, dat hij onhebbelijk was ge
weest en zijn excuses behoorde te gaan
aanbieden. Hij besloot dit maal bonbons
te koopen, maar voordat het zoover
kwam, deed hü de ontstellende ontdek
king, dat Eva net dien morgen vertrok
ken was.
„God zij dank!" zei Jacques en vierde
het feit luidruchtig en uitvoerig.
Drie wéken later werd tante Delphine
ven-ast met zijn komst. Hij zag er slecht
uit en was prikkelbaar.
„Ik kom hier wat werken, tante", zei
hij. „Is er een kamer voor me over?"
„Maar natuuriyk jongen.... voor jou
altUd
„Wie zijn er zoo al?" informeerde
Jacques.
„Nu het renteniertje, dat al een jaar
by me is op de voorkamer. Dan zyn er
jonge menschen op de bovenverdieping,
Pas getrouwd, dwalen den heelen dag in
liet bosch. Een hei-stellende zieke hier
achter en een jong meisje heeft de bo
venkamer. Een schryfster is het, mis
schien ken je haar wel, ze heet Eva La-
tour.
Jacques viel op een stoel.
„Wel verduiveld", zei hij. .Dat treft
slecht. Ik kan haar niet uitstaan, dat
wezen."
„Wat Is dat nou jammer." Het oudo
vrouwtje was heelemaal ontdaan. „Ik
mag haar erg graag, ze gaat zoo kalm
haar gang en ls altyd erg vriendeiyiï
tegen me, maar natuuriyk als jy haar
niet kunt uitstaan.... ik zou niet graag
willen, dat je verbiyf hier er door bedor
ven werd
„Nou ja.... zoo erg is het ook weer
niet", bond Jacques haastig in. „Ik wil
natuurlijk niet dat u haar om my
hm.... is ze thuis?"
.Dat zal wel niet. Ze is byna den
heelen dag buiten. Zit meestal in het
bcsch en scliryft daar."
„Net iets voor haar.... inplaats van
behoorlyk aan een schrijftafel te gaan
zitten", gromde Jacques.
Dien middag liep hy het bosch in.
Hy dwaalde een uur rond en stond plot
seling tegenover haar. Ze zat op een af
gehouwen boomstam en staarde voor
zich uit. in gedachten verdiept. Maar ze
was heelemaal niet verbaasd hem te
zien.
„Dat treft nu wel slecht," zei Jacques
grimmig. „Na de omstandigheden waar
in u me het laatst gezien hebt, zult u
wel niet erg op mijn gezelschap gesteld
zyn en wat m{j betreft
Zy keek hem rustig aan.
„Ik moet eerlijk zeggen," zei ze, „dat
Ik verbazend veel goeds over u gehoord
heb den laatsten ty'd. Overigens hoe
ven we elkander niet in den weg te loo-
pen nietwaar?"
„Gelukkig niet," zei Jacques en stapte
boos weg.
In de dagen die volgden zag hU inder
daad weinig van Eva. zy was den heelen
dag buiten en hy sloot zich op in zyn
kamer en schreef Het vlotte buitenge
woon. Hy was nog nooit zoo geïnspi
reerd geweest. Maar toen de eerste zes
hoofdstukken af waren en hy ze eens
aandachtig overlas, kwam hij tot de
ontstellende ontdekking, dat hy Eva tot
heldin van zyn roman gemaakt had. zy 4
was het, van haar kastanjebruin haar,
haar blauwe oogen en haar koel, blank
gezichtje, tot aan haar kleine voeten! Zo
was het, stil, ernstig, beheerscht, mot
ironie in de mondhoeken, de ironie, die
hem zoo helsch kon maken en met haar
melodieuse stem! Ze was het, apart en
interessant en ongenaakbaar.
Hy vloekte. Er bleef geen twijfel meer
mogelijk helaas, hy kon zich zelf niet
langer wy'smaken, dat hij haar niet 1
kon uitstaan.
Beneden komend vond hy zijn tante
zenuwachtig en verdrietig.
„Juffrouw Latour gaat weg", zei ze.
Mervyn, vind u me erg flauw? Dat zou
ik vervelend vinden!
Natuurlijk niet. kindlief. Alle
vrouwen hebben wel eens last van hun
zenuwen nog afgezien van de plum
pudding en het gesprek, dat we had
den. En nu wel te rusten, lieve meid.
morgen ben Je weer zoo frisch als een
hcer.tje. En denk er vooral aan, er is
maar een dun muurtje tusschen ons!
Zcoals haar oom al had voorspeld,
legde het meisje haar hoofd volmaakt
rustig neer en weldra ademde ze kalm
cn diep in een gezonden slaap. Maar
zoo gelukkig was Mervyn niet. Het voor
gevallene had elke gedachte aan slaap
verbannen. Hy had de situatie gered,
en was er met groote tact in geslaagd
Melian te kalmeeren. en hy vroeg zich
af. hoe het in vredesnaam mogeiyk
was, dat het meisje zich zoo volkomen
had laten geruststellen. Maar wat moest
hy doen als dergelijke incidenten zich
herhaalden en de zenuwen van zyn
nichtje er onder zouden gaan ïyden?
Er waren redenen, die het verlaten van
Heath Hoover ongewenscht maakten;
zeer dringende redenen, die niet zoo
zeer samenhingen met zUn gehechtheid
aan het huls, als wel met de inzichten
van den heer Nashby.
Hy schoof het raam op en leunde
naar buiten. De nacht was stormachtig
en zware vochtige geuren stegen op uit
de rottende bladeren, die den bosch-
srend bedekten. Ver op den oever van
„Het arme kind zegt, dat ze maar niet
werken kan hier. Lastig is dat toch als
die inspiratie maar niet komen wil."
„Zoo, wil de inspiratie niet komen!"
peinsde Jacques. En even later verliet
hij liet huis om Eva te gaan zoeken in
het bosch. Het was een bedekte dag. er
dreigde regen. En hy was geen kwartier
op weg of de bui begon. Daarby stak de
wind op. Hij dacht bezorgd aan Eva's
dunne japonnetje en hoopte maar, dat
ze al thuis was. Na nog eenigen tijd
dwalen wilde hy den weg naar huis in
slaan toen hU plotseling een liohte ge
stalte ontdekte tusschen de boomen.
„Juffrouw Latour!" riep hij, trachtend
over het lawaai van den steeds aanzwel
lenden storm uit te komen.
Zij schrikte toen ze hem zag. En hij
begreep opeens waarom zo zoo heen cn
weer liep. Er fladderden in den storm al
lerlei papieren rond. Ze had zeker zitten
schrijver., was door de bui overvallen cn
toen waren de papieren weggefladderd.
Jacques kon begrijpen hoe onaan
genaam dat was. Hy begon ijverig pa
pieren op te rapen cn in zijn zak te
steken.
„Neen, laat u dat!" riep Eva hem
toe. „Neemt u den hond meeik kom
dadelyk.... biyf af van die papieren."
„Wel allemachtigbegon Jacques.
Maar zy zag er zoo zenuwachtig uit cn
drong er zoo heftig op aan dat hij haar
alleen zou laten zooken, dat hy schou
derophalend den hond onder een arm
r.am en wegstapte. Onmogelijk wezen.
Tóch!
Thuis trok hy andere kleeren aan.
hoorde Eva thuiskomen en haar haar
kamer gaan en herinnerde zich opeens
de papieren die hy by zich had gesto
ken. Hopelijk had ze alles weer bij el
kaar. Vervelend als je heele brokken
kwijt was
Hy bekeek de stukken doorweekt pa
pier. Hm, hier stond droevig weinig op,
maar dit zag er hoopvoller uit. HU be
keek het volgeschreven papier. Ja, dat
was zeker een stuk van een verhaal. Een
of andere liefdesgeschiedenis.
„.„.Wie zal ooit doorgronden, wat het
geheim is van die wonderlijke aantrek
kingskracht, die ons bindt aan een
mensch en juist aan die
mensch en geen ander? Ik heb er tegen
gevochten, wetend, dat ik niets te hopen
heb, maar ik kan hom niet vergeten,
ik kan niet zoo verder naast hem leven,
ik ga liever weg. ZUn onverschillig
heid, ja zijn duideiyke antipathie zhn me
een voortdurende marteling. Ik kan zoo
ook niet meer werken. Vandaag heb ik
mUn kamer opgezegd, ik vlucht....
Hier brak de zin af. Jacques stond
minutenlang op het vodje papier te sta
ren. Dan bekeek hy het derde stukje dat
hy nog bezat. Hij las: stuur geen brie
ven meer hierheen, ik vertrek. Je
vraagt me of het good gaat met mijn
werk? Neen, niets gaat goed.... en jou,
mUn oudste vriendin wil ik wel beken
nen wat ik niemand ooit zou willen
zeggen en het minst van alles dien
Ook deze zin brak af. Maar in het
hoofd van den jongeman werd het won-
dorlyk licht. En hy kreeg 'n merkwaar
dig verlangen om op zijn handen te
gaan loopen, of heel hard te schreeu
wen, of naar Eva te rennen en haar te
omhelzen.
Hij was echter zoo verstandig niets
van dit alles te doen. Inplaats daarvan
had hij een zeer zakelijk gesprek met
Nva Latour En deelde naderhand zijn
tante met een effen gezicht mede, dat
ook zyn werk niet erg opschoot en liy
daarom juffrouw Latour had voorge
steld, samen te werken, om te zien of
daaruit niet iets behoorlijks zou voort
vloeien.
„O, dat zal het zeker," zei de ver
rukte oude dame.
En den volgenden dag, toen het weer
stralend zomerweer was. zat Eva op
den afgehakten boomstam en trachtte
even strak en effen te kijken als an
ders. teiwUl Jacques, voorover in het
gras liggend, haar de eerste hoofdstuk
ken van zijn roman voorlas.
By het tweede hoofdstuk begon ze te
blozen, bij het derde werd ze zeer on
rustig, by het vierde begon hy te blo
zen. bij het vijfde begon zijn stam te ha
peren en by het zesde kwam de zaak in
orde
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
Geeft uwe advertenties op
ter plaatsing in het
HET algemeene GROOTE
dagblad der beschaafde
kringen. ALLE soorten
advertenties worden zonder
prijsverhooging aangenomen
22 bij het
Bijkantoor Handelsblad
(Wensing's Alp. Advert.-Bureau)
TEMPELiERSSTR. 32
Telefoon 10209
den vUver hoorde hij het geblaf van
een vos, verschelden malen achtereen.
Dat geluid deed hem prettig aan, hy
hield van de nachtelijke natuurgelui
den.
Een zwakke maan scheen door de
mis (sluiers, maar gaf toch nog zoowel
licht, dat hy de planken kon zien, die
de treden van de trap naar den dam
steunden. En tegen een daarvan teeken-
de zich r.og net zichtbaar de omtrek
van den ronden steen af.
In de stemming waarin hij verkeerde,
scheen die steen en wat hy bedekte
het eenige zichtbare voorwerp in de
wereld. Het ding scheen als het ware
uit de aarde op te rU'zen en een
phosphoriseerend licht te verspreiden in
de duisternis van den nacht.
Daar had het plaatje gelegen, weken
lang en weken lang had hy eiken nacht
er naar gestaard net als nu, was gedwon
gen geweest er naar te staren, met
ear. vreemde, verontrusfcer.de, maar on
ontkoombare dwang.
Waarom had hy dat ding daar al dien
tijd gelaten? Elk toeval zou dien steen
kunnen verplaatsen, zy'n nichtje was er
immers over uitgegleden, den eersten
dag na haar komst op Heath Hoover.
Het werd tUd om dat vervloekte ding te
begraven, zoo diep, dat de mogelijkheid
om het te voorschyn te halen uitgeslo
ten zou zijn, tenminste tijdens zijn leven
Daarna kwam het cr niet meer op
aan.
ARROND.-RECHTBANK.
Mishandeling door de politie?
Drie weken geleden heeft terecht ge
staan de politie-agent J. W. J„ die er
van verdacht werd een arrestant, W.
Th. M„ die zich tegen zyn overbren
ging naar het bureau verzette door op
den grond te gaan liggen, tegen het
hcofd te hebben geschopt, waardoor
deze gewond werd. Er werden toen ge
tuigen, politie-agenten en toeschouwers,
gehoord, waarvan de eersten konden
verklaren, dat J. niet getrapt, maar
enkel met zijn voet gedreigd had en
sommigen van de laatsten meenden, dat
wel getrapt was, maai' dat dit niet
noodig geweest was. De arrestant had
een wondje aan het hoofd, dat er al
geweest kan zUn. De eisch was vrU-
spraak. De Rechtbank overwoog echter
vorige week. dat het noodig was alsnog
het slachtoffer W. Th. M. zelf en den
dokter, dis hem behandeld had, dr.
A. D. Cheriex, te hooren.
Donderdagmiddag werden deze getui
gen gehoord.
President was voer het eerst in de
strafzitting mr Pasteur
M. vertelde, dat hij mishandeld was,
hij klemde zich aan een been van een
der agenten vast, maar werd er niet
gummistokken afgeslagen. Voor get.
staat het vast dat hU geschopt is.
Verd. gaf tee get. in bedwang te
hebben gehouden met zUn voet.
Tweede getuige was dr. Cheriex. De
president wilde dezen getuige eenige
vragen stellen aangaande de verwon
ding. Get. wilde daar niet op antwoor
den, zich beroepende op zijn ambts
geheim. Nadat de Rechtbank in Raad
kamer was geweest vroeg de president
get dr. Cheriex nogmaals of hij by zyn
beioep bleef en get. M. of hy er prUs
op stelde dat de dokter sprak.
Getuige Cheriex antwoordde hierop
bevestigend.
Get. M. zeide „dat het hem koud
liet".
Het woord was daarna aan den Of
ficier van Justitie. Deze persisteerde by
zyn eisch, cmdat volgens hem het
verder getuigenverhoor geen nieuwe ge
zichtspunten geopend heeft. De ver
klaringen van get, M. zUn niet posi
tief.
De verdediger, mr. J. de Vrieze, rele
veerde nogmaals de vorige maal naar
voren gebrachte punten.
In het zwUgen van den dokter vindt
pl. een krachtig argument. Een dokter
heeft de taak menschen buiten de ge
vangenis te houden. Als er afdrukken
van voetzolen geweest waren op M.'s
hoofd, had de doktert dat wel zoo erg
gevonden, dat hy gesproken zou heb
ben.
Aan den anderen kant, als er geen
wonden waren, had de verklaring van
den dokter M. tot meineedige gestem
peld. Daarom waarschynlijk bleef een
verklaring achterwege. En indien M.
zware wonden had gehad, zou hij er
dan niet op gestaan hebben, dat de
dokter sprak, in plaats van te zeggen
„Het laat mU koud?"
Een stevige zak met een paar steenen
eraan zou het op de diepste plek van
de Plane-vyver een veilige rustplaats
bezorgen. En tochen toch.... hU
had er niet toe kunnen komen, het weer
aan te raken. Kwam dat, misschien
doordat zyn instinct hem zei, dat de
beste bergplaats altUd de meest voor
de har.d liggende plek is? Als dat zoo
was, dan was dat plekje midden op
die trap eenvoudig ideaal! Verder was
het politie-toezicht-, waarover hU min
achtend tegen zijn nicht gesproken had,
een andere factor die zUn houding ten
opzichte van het geheimzinnige voor
werpje bepaalde. Hoe ingesloten het huis
ook lag, Mervyn wist maar al te goed.
dat hy zich geen enkel oogenblik veilig
kon achten vcof spiedende blikken.
Overdag tenminste niet. AltUd stond de
mogelijkheid dat hij gezien werd, zon
der te kunnen zien .juist door de ver
borgen ligging van zijn huis. Maar des
nachts, hoe was het dan?
Dan zcu hy absoluut ongezien te
werk kunnen gaan, tenminste zoo scheen
het. Maar dat ellendige ding had een
bijzondere eigenschap dat de uitvoe
ring van zijn plan in het duister
gevaarlijk maakte.
Tenslotte, dacht hij een oogenblik,
waarom zou hy de dingen dan niet
kalm op hun beloop laten?
Ondertysschen. de geheele geschiede
nis lag Mervyn zwaar cp het hart. Het
was om zco tc zeggen aüema&l te dicht -
PI. wees voorts nog eens op de om
standigheden en vroeg ontslag van
rechtsvervolging of vryspraak.
Uitspraak Donderdag.
Onecriyke concurrentie?
Onze lezers zullen zich herinneren,
dat S. N. koopman te Amsterdam te
recht gestaan heeft, cmdat hy op de
markt in' Zaandam op 11 Augustus si
garen verkocht, waarom, het bandje
zat met „Justus van Maurik" er op.
terwijl de sigaren eigen handwerk
waren. De directeur van de sigaren
fabriek Justus van Maurik had toen
een partytje van die sigaren in beslag
laten nemen, en N. aangeklaagd wegens
oneerlijke concurrentie. N. zei voor de
Rechtbank niet geweten te hebben, dat
de sigarenfabriek Justus van Maurik
r.og bestand, en de bandjes te hebben
ontvangen van een fabriek in Amster
dam. die er geen bezwaar tegen maakte
ze te leveren.
Hy zei er trouwens op de markt by,
dat de sigaren eigen handwerk waren.
De zaak werd teen uitgesteld om
den drukker van de bandjes te hooren.
Tevens werd Donderdagmiddag ge
hoord de heer Menke. directeur van
„Justus van Maurik". Hij herkende in i
de sigaren geen Justus van Maurik, het
model was anders. De bandjes werden
in Duitschland gedrukt, en door de
fabriek rechtstreeks uit dat land be
trokken. Andere bandjes werden bij de
firma S. besteld, die er in handelt. Get.
bleef er bij dat zyn bedrijfsdebiet door
den verkoop geschaad was.
De heer S., daarna gehoord, gaf een
verklaring van de aflevering der band
jes aan verd. Er zyn veel fabrikanten
ook van andere artikelen, b.v. choco
lade, die deze bandjes koopen omdat
het publiek er naar vraagt. Kinderen
leggen er verzamelingen van aan. Get.
had de onderhavige ringen uit Duitsch-
land ontvangen. BU die Duitsche fa
briek had get. in het algemeen ringen
besteld, en daarby J. v. M.-ringen ge
kregen. De schuld is dus by de Duit
sche fabriek. De bandjes waren minder
waardig. zei get.
Get. Menke bevestigde dit.
Ook de compagnon van den heer S.
verklaarde dat aan allerhande perso
nen uit andere bedrUven bandjes ver
kocht werden, zonder te vragen wie zy
waren. Zoo was het ook met N. ge
gaan.
Verd. toonde nooit een voorkeur voor
bepaalde ringen.
De officier van Justitie herinnerde er
aan, dat voor een veroordeeling noodig
is het plegen van een bedriegelije
handeling, het misleiden van het pu
bliek. de bedoeling om zijn handels-
debiet uit te breiden en het doen ont
staan van nadeel voor anderen. Voor
deze punten vroeg spr. vrijspraak, om- i
dat hij ze niet bewijzen kan. hy wees
er echter verd. op. dat hy den naam
Justus van Maurik van de bandjes had
moeten weglaten.
De verdediger, mr. M. A. van Eek.
bracht onder de aandacht, dat er niets
bedriegelijks in verdachte's handelen
bfj, hy zou het graag van een grooteren
afstand bekeken hebben. Er zaten no3
zooveel verborgen mogelijkheden aan
dat fatale ding vast, mogelijkheden
die niets met de inzichten van dsn heer
Nashby en consorten te maken hadden.
En na de komst van zyn nichtje mst
haar zonnige jeugd en stralende vroolijk-
heid en bovenal met haar genegenheid
voor hem die hU dagelijks had zien
groeien was de noodzakelijkheid om eens
en vooral van die verschrikking af te
komen steeds dringender geworden.
HU luisterde. Geen geluid drong door
den scheidingsmuur. Het meisje was dus
in slaap gevallen: kalm en rustig, zoo
als hy voorspeld had. Een impuls dreef
hem om nu toch maar te gaan uitvoeren
wat hy al zoo lang vaag van plan
was geweest, het ding te gaan opber
gen op een plaats, waar het nooit door
menschelijke blikken gezien zou kunnen
worden. Alles was In zUn voordeel. Het
was nacht en zoowel licht als donker
genoeg. Zijn instinct zei hem, dat het
nu een kwestie was van nu of nooit,
ondanks de gevaren die aan de onder
neming verbonden waren. Geluidloos
zocht hy in een la. daarna in een andere
Ja, daar had hy wat hij zocht, een
paar dikke handschoenen, maar het
waren oude. en er waren gaten in som
mige vingertoppen. Hy bekeek ze aar
zelend. Het feit. dat er gaten in waren,
was van groote beteekenis. naar het
scheen. Toen trek hij ze aan.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regeL
Stofzuigerhuis MAERTEN5
BARTELJOR1SSTRAAT 16
TELEFOON No. 10756
Verkoop, Verhaar, Inruilen, Reparaties
was, omdat het publiek niet zoo naïeï
is te denken, dat het op de markt voor
4 cent Justus van Maurik-sigaren denkt
te koopen. Misleidend vond pk het op
treden van verd. niet. Pl. gelooft, dat
de firma S. niet zoo onschuldig is als zy
voorstelt. Hy vroeg dus vrUspraak, hoe
wel op andere gronden dan het O. M.
Uitspraak volgende week.
GEVONDEN DIEREN EN
VOORKERPEN.
Terug te bekomen bij:
Donkelaar, Bilderaykstraat 4 ceintuur
van regenjas. Bur. v. Politie. Smedestr.
hondenhalsband met penning; Tönnis-
sen, Lange Pcellaan 31, Iersche Setter;
Keijzer, Brandtstraat 3, dameshand
schoen; Nicolai, Vrouwenhekstraat 23,
R.K. kerkboekje; Boersma, Olivierstr.
12, mand waschgoed; Bur. v. Politie,
Smedestraat, portemonnaie met gas-
penning; v. d. Knoop, Leidsche-zystraat
16 r„ portemonnaie met inhoud; Rosen-
hart, Smedestraat 16. portemonnaie;
Van Zaeuen, Saenredamstraat 70 zw.
paraplu; Tammer, Rijksstraatweg 39,
riem van motorrijwiel; Bergman, Gr.
Willemstraat 26, rywielbeiastingmerk
Pielage, Zaanenlaan 21, idem in étui,
Bur. v. Politie Smedestraat, rozen
krans en een damesrywiel; Van Loenen,
Barendsestra-at 16, bruine tasch met
sleutel; Zethof, Scheepersstraat 49,
kind-er armband je; Polderman, Ged.
Oude Gracht 79 rijwielbinnenband; Van
Dam. Barbarossastraat 39 gryzs cein
tuur; HeUnsbergen Floresstraat 113
etui met geld; De Wolf Riviervischmarkt
18 rood. etui met kam en spiegel; Boer,
Oranjestraat S3, handschoen; v. Delden
Heerenweg 261, gryze kinderhandschoen,
Kennel Fauna. Parklaan: geel-witte
hond. gebracht door Buys, Bronsteeweg
106, Heemstede; grijze kat. gebracht door
Huyboom. Byzanthiumstraat 18 zw.;
v. Veenendaal, Sophiastraat 29, bruin-
witte kat; Bur. v. Politie, Smedestraat
blauw mutsje; Slink, de la Reystraat
10, zilveren oorknopje; Machlelsen,
K. v. Manderstraat 46. pakje met
kousen; Opie de Clercqstraat 120, bruine
kinder-portemonnaie; v. d. Vange, Bre-
derodestraat 45. Santpoort, zwarte
heeren-portemonnaie; Nicolaï, Vrouwen
hekstraat 23, damesportemonnaie met
inh.; Bur. v. Politie Smedestraat, rij-
wieibelastingmerk in étui; Dingshoff.
- Mentawistraat 20, rywielbeiastingmerk;
Zweitscher, Soendastraat 14, bos sleutels;
v. Lunenburg, Gen. Bothastraat 74,
spaarkaart v. Voolen; v. Bergen, Gen.
de Wetstraat 19, auto-vetspuit; v. d.
Kroeg Zomerstraat 25 acte-tasch; v. d.
Bergh, Langelaan 9 A, Bentveld, vulpen;
Blok, Beukenstraat 17, vulpotlood.
Weer luistex-de hy aandachtig. Geen
geluid in den stillen nacht. Hij ver
beeldde zich dat hy de rustige adem
haling van het slapende meisje kon
hooren. Zco was het goed. Hij had haar
beloofd, dat hy by de hand zou zyn,
als ze hem soms noodig zou hebben,
maar wat hU nu ging ondernemen, zou
zeker een afwezigheid van een half uur
eischen. Wat zou er gebeuren als ze
weer in doodsangst wakker schrok en
om hem riep, en hy was ver in het
donkere bosch? Enfin, dat moest hU
maar riskeeren.
Hij luisterde nog eens, deed toen de
deur geruicshloos open en ging toen naar
beneden, terwyl hij zyn best deed. om
op de oude trap zco weinig mogelijk
gekraak te veroorzaken. Zoo voorzichtig
mogelijk deed hy de buitendeur open
en stond toen stil om nog eens weer
ingespannen te luisteren.
HU kon de klok in de woonkamer
hooren tikken, maar dat was dan ook
het eenige geluid. HU ging naar buiten
en de nachtlucht woei hem koel in
het gezicht. Alles was stil. zelfs het ge
roep van een uil verbrak de stilte niet.
Mervyn kwam tot de ontdekking, dat
liy wel een beetje zenuwachtig was,
toen hy' de eerste stap op de trap
naar de dam deed. Maar waarom op
zyn leef ty'd en met zijn ondervinding?
Belachelijk eenvoudig!
(Wordt vervolgd.)'