ZANDVOORTSCHE CAUSERIE. MEEUWEN FEUILLETON Anthony Marston Dolende Ridder LETTEREN EN KUNST MARKTNIEUWS. HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 18 DEC. 1928 De 103.000. De gevolgen van de goedkeuring van het raadsbesluit. De a.s. behandeling der begrooting. Krachtige maatregel van den Burgemeester. De werk loosheid en werkverschaffing. Jubileum O. S. S. Hoog bezoek. Nogmaals de V. V. V. (Van een bijzonderen medewerker). (Vervolg) Gedeputeerde Staten hebben het Raads besluit om het tekort van 103.000 op de belastingen te plaatsen op het dienst jaar 1928 en niet zooals de Provinciale Reken voorschriften voorschrijven op het dienstjaar waarop het tekort is ont staan, in dit geval 1927, goedgekeurd. Dat beteekent, dat deze som op de be grooting 1929 kon worden geschrapt, om automatisch te worden opgenomen op de begrooting 1930. Nu zullen er zijn. die meenen, dat daardoor de l'inancieele positie onzer gemeente zooveel beter zal zijn geworden. Laten we deze illusie on middellijk ontnemen, want al zou het waar zijn, dat daardoor Zandvoort in 1929 wat ruimer in haar geldmiddelen komt. en de belastingschroef dus wel licht niet meer behoeft te worden aan gedraaid. in 1930 moet dit tekort thans ineens gedekt worden en onze Raad zal reeds thans middelen tot dekking moe ten beramen. D.w.z., dat omgezien dient te worden naar nieuwe bronnen van in komsten of te onderzoeken of sterke be zuiniging kan worden doorgevoerd. Nu wordt het mogelijk geacht dat in dien aangenomen zou worden dat de reserven van het gas- en waterleidings bedrijf worden aangesproken en ook de winsten dier bedrijven in de kas der ge meente zullen worden gestort om voor- 1929 het percentage op de inkomsten belasting iets terug te brengen. Een an dere vraag is, of indien de straatbelas ting wordt verworpen of zelfs wanneer deze belasting zal worden teruggebracht van 95000 tot 50.000, het dan nog mogelijk zal zijn. zelfs by aanneming van bedoelde voorstellen, de belasting te verlagen, hetwelk toch de oorspronkelij ke bedoeling is geweest van de voorstel lers, de heeren Elffers en Forrer. De openbare behandeling voor de be grooting zal nu deze week beginnen en zal ook beëindigd moeten worden. Al thans dit schijnt de bedoeling van den Burgemeester te zijn. die den Raad tegen Woensdag en Donderdag heeft opgeroe pen en daarbij bepaald heeft, dat indien de heeren dan nog niet zouden zijn ge reed gekomen ook Vrijdag vergaderd moet worden, maar dan niet in den avond, maar reeds des morgens om 9 uur. Mogen we den wensch uitspreken, dat de Raad ln zijn geheel bü de behande ling der begrooting de belangen onzer badplaats zal weten te dienen! Nu eens geen vllegenafvangerij mijneheeren. maar gezamclijk gezocht naar die maatregelen die Zandvoort vooruit kunnen brengen. Hot staat nu vrijwel vast. dat dezen winter gebruik zal worden gemaakt van subsidie van Rijk en Provincie voor de werkloosheidsbestrijding. In de laatste raadszitting heeft wethouder Padt mede gedeeld. dat het de bedoeling is om on middellijk in 1929 daarmede een aanvang te maken. Welke werken er zullen wor den uitgevoerd, naast de verbetering van de Brederodestraat en het bouwen van woningen op plan Noord, is nog niet bekend. Natuurlijk zullen de Boulevards weer opgeknapt worden. Hoewel deze zaak ln handen van wethouder Padt volkomen veilig is, zou het toch wel aanbeveling verdienen indien aan den Raad een plan van uitvoering werd voor gelegd. Worden de posten van herbe strating van de Haltestraat en de Zand- voortschelaan goedgekeurd, dan zullen ook deze werkzaamheden wel in de plannen worden opgenomen. Maar waar thans subsidie van R'ik en Provincie is verkregen rijst toch de vraag of niet wat meer aan wegenaanleg en verbetering van bestaande wegen kon worden ge daan. Dat werkloozenprobleem is voor onze badplaats telken jare een zeer moeilijke kwestie en zal dat indien zich te Zand voort geen industrie vestigt, die kans heeft in den winter haar hoogconjunc tuur te bereiken ook wel altijd blijven. Tal van onze inwoners verdienen in (het seizoen hun brood op het strand, maar de inkomsten gedurende deze paar maanden zijn in vele gevallen niet toe reikend om het ook den geheelen winter uit te zingen. Dan kloppen deze nienschen -ij de gemeente om steun aan. hetwelk telken- jare weer beduidende offers vraagt. Reeds heeft de Raad een speciale com missie benoemd om dit vraagstuk te on derzoeken, maar zijn we wel ingelicht dan heeft deze commissie, die tusschen twee haakjes de laatste maanden nimmer voor een vergadering is opgeroepen, nog geen enkel positief resultaat bereikt. Wel zijn allerlei plannen besproken, maar telkens als een onderzoek naar een der geopperde denkbeelden werd in- (Een verhaal uit den tijd van den Spaanschen Successie-Oorlog.) Naar het Engclsch van MORICE GEKARD. 32) HOOFDSTUK XXVUI. In veilige haven! Gedurende hun terugtocht naar het Kasteel Hansau kwam er een nieuwe ge dachte lu Anthony op; de oorzaak was de groote bos sleutels, die aan zijn za delknop hing aan een stalen ketting. Hij had het fort verlaten nadat het leeg was, de hoofdpoort was gesloten. Een paar hutten van herders en arbeiders stonden buiten tegen den muur var. het hoofdgebouw; ln een er van huisde de Jongen, die hun den weg door de vesting gewezen had. Hy vroeg zich af aan wien de burcht toebehoorde. Zelfs gedurende diens le ven was het geen uitgemaakte zaai: geweest, dat hij het eigendom van Signor Salvlo was. Dat had men hem tenmin ste verteld. gesteld was het resultaat, dat het voor Zandvoort onbruikbaar was en in geen geval uitkomst voor de winter-werk- loosheid kon brengen. Dat werkloozenvraagstuk is een der ergste uitwassen van onze badplaats en het is een schrale troost, dat ook an dere seizoenplaatsen onder dit euvel lijden. De Gymnastiekvereeniging O. S. S. bestaat in Maart a.s. 25 jaar. Reeds heeft zich een commissie ge vormd. waarvan het dagelijksch bestuur bestaat uit de heeren W. Rauoh, van Raalte en Brokmeijer, teneinde een waardige feestelijke herdenking mogelijk te maken. O. S. S. en haar kranige di recteur, de heer Dreyer, heeft dat ten volle verdiend. Niet alleen, dat zij ge durende dit tijdperk het lichaam van tal van ingezetenen krachtig heeft doen ontwikkelen en daardoor mede de ge zondheid heeft bevorderd, maar ook om dat haar succesvol optreden, tot ver over onze grenzen, een uitstekende propa ganda is geweest voor onze mooie bad plaats. O. S. S. kan er van verzekerd zün, dat Zandvoort haar een waardig feest zal weten te bereiden. Zondag 8 December heeft Z. K. H. Prins Hendrik een bezoek gebracht aan onze plaats, om zich persoonlijk te doen inlichten omtrent de plaats gevonden scheepsrampen. Dat hy daarbij een be zoek gebracht heeft aan Hotel Zomer- Iust en den hotelhouder Stein zijn hulde en dank betuigd heeft voor de wijze waarop deze zich over de schipbreuke lingen ontfermd heeft, doet ons allen goed. Het spreekt wel vanzelf, dat Z.K.H. ook met groote waardeering gesproken heeft over de moedige redders. Tot ons genoegen zijn ook in den Raad woorden van dank gesproker aan het adres van de Z. R. B. Het was een goede gedachte van den heer Siegers het College van B. er W. uit te noodigen het initiatief te nemen om in overleg met alle andere kustplaatsen er by de Regeering aan te dringen, om indien noodig, tot verbetering te komen van de reddingsmiddelen. De heer Forrer sloot zich daarbij aan, maar meende, dat in afwachting van de resultaten van dit overleg het gemeentebestuur een flinke subsidie moest geven aan onze reddings brigade. Dit raadslid vestigde nog eens scherp de aandacht op den misstand, dat indien bij redding een der redders om het leven kwam. zijn nagelaten be trekkingen geheel onverzorgd achterblij ven. Ook daarvoor te zorgen en een re geling te treffen achtte hij een gemeen schapsplicht. In de Zandvoortsche kranten komt een der leden van de V V. V. mededee- len, dat hij onze causerie inzake de V.V.V. met groote belangstelling heelt gelezen, maar betuigt hij zijn spijt, dat we daarin niet alle narigheden, ter ver gadering tot uitdrukking gebracht, hebben besproken. Het spreekt wel van zelf, dat we dat opzettelijk hebben nagelaten. Het be lang onzer gemeente en ook van de V.V.V. wordt niet gediend met teveel naar buiten brengen van deze innerlijke ver deeldheid. Deze onderlinge verdeeldheid is reeds oorzaak geweest, dat Burge meester van Alphen zich uit het bestuur heeft teruggetrokken en thans de heer Klein als voorzitter meent heen te moe ten gaan. Het belang van de gemeente en van de V.V.V. kon o.i. slechts gediend worden, indien in hare leiding komen krachtige mannen, die den roep van den tijd verstaan en onder de snel wisse lende omstandigheden zich in het be lang onzer badplaats aan deze wisselen de omstandigheden weten aan te passen. Weet de V.V.V. zich deze leiding niet te kiezen, schrikken voor de consequentie voor het aanvaarden van een verant woordelijken post de. daartoe meest ge schikte personen terug, dan heeft de ge meente tot plicht de taak van de V.V.V. over te nemen en zich de hulp van goed willende personen te assumeeren. Aan het onderling gekrakeel dient echter ten spoedigste een einde te wor den gemaakt. Er wordt in onze badplaats zooveel gepraat. Laten alle personen van goeden wille zich samenvoegen, om eens wat te doen,! Krachtig aanpakken, eventueel door tasten om misstanden op te heffen, zij slechts het parool. Dat men dat in onze badplaats begrype! Zeg Karl, jy hebt hier al heel wat jaren gewoond, is 't niet? vroeg hij aan den gryzen boschwachter. Ja. meneer sedert ik een kleine jon gen was. Al een jaar of vijftig; ik ben gebouren op het landgoed van Baron Julius von Eyck, den vader van den ar men heer, die door de „Roode Vos" ge dood is. Marston knikte. Kun jy je den tijd herinneren voor dat Salvio deze streek onveilig maakte? Ja. meneer. Aan wien behoorde de burcht toen? Och meneer, die vraag is moeilijk te beantwoorden; ik heb daarover zoo veel verhalen gehoord. Zelfs mijn vader heeft zich niet kunnen herinneren dat er iemand gewoond heeft. Toen ik een jongen was, was het een ruïne. In de vorige eeuw moet het aan een Graaf. Hermann von Kleiner hebben behoord, die bij een berenjacht gedood is. Hii was de laatste van zyn geslacht, want, niemand eischte den burcht op, tot Sal vio het vond. Zoo kwam Anthony tot de conclusie dat. als de burcht geen eigenaar had. hij hem toebehoorde, omdat hy hem ver overd had. De Markgraaf van Baden kende hem persooniyk; deze zou zonder twijfel zyn aanspraken op 't grimmige ge bouw en het daarby behoorende kale en woeste terrein steunen. In groote spanning had men op het kasteel de terugkomst van de bevrijders tegemoet gezien. De ophaalbrug was MUZIEK. LIEFDADIGHEIDSCONCERT Hot mannenkoor „Proza en Poëzie" onder directie van Jan Booda, mejuf frouw Maria de Petit, sopraanzangeres en den heer Jan Hoeben, violist, hebben gisteravond hun krachten in dienst der philantropie. gesteld. De Verbands- commissie „Nazorg", die zich met de opleiding en verzorging van onvolwaar dige arbeidskrachten bemoeit, en wel ker voorzitter vóór de pauze het doel der vereeniging uiteenzette, mocht de vruch ten van de artistieke krachtsontplooiing plukken, en de omstandigheid, dat de zaal zoo goed als uitverkocht was, al waren dan niet alle plaatsblljethouders opgekomen, geeft ons reden te veronder, stellen dat de kas van „Nazorg" er wél by gevaren is. „Proza en Foëzie" zong twee koren van Roeske: „Bede" en „Gebed voor den Tempel", verder „Dilexi quoniam exau- diet" van van Nieuwenhoven, „Boeren feest" van Dresden en ,,'n Kermiscave lier" van Alph. Vrancken. In den aan vang lieten zuiverheid en klankgehalte iets te wenschen over; later werden blij ken van reeds goede technische ontwik keling gegeven (vooral in het veel- eischende „Boerenfeest", hoewel ook dit nog klaarder kan weergegeven worden; en in alle werken werd keurig „op toon" geëindigd. Booda zorgt door pittige directie voor rhythmische levendigheid en kleur en wanneer de klank nog wat fijner, beschaafder en soepeler zal ge worden zijn, zal „Proza en Poëzie" tot de zeer goede mannenkoren te rekenen zyn. De sopraanstem van mej. Maria de Pe tit blykt zich in de goede richting te ontwikkelen. In de vertolking der aria uit „Rigoletto" was een niet geringe technische bekwaamheid te constatee- ren; ook het lied van Zweers klonk goed: daarentegen vraagt Schubert meer zeggingskracht, Handel meer klankvo lume dan de zangeres vooralsnog gaf. Een indruk van degeiyke en beschaafde muzikaliteit maakte het spel van den jongen violist Jan Hoeben. Van tyd tot tijd klinkt zyn voordracht nog wat schoolsch en voelt men de wenschelyk- heid van een vrijere ontplooiing der eigen persoonlykheid, doch dit zal den- keiyk op den duur wel beter worden. Van de Sonate van VivaldiRespighl was de inleiding heel goed; het Allegro scheen my wat langzaam ingezet, het Adagia een beetje stijf, de gigue-achtige finale slaagde best. Zeer verdiensteiyk speelde Hoeben de overbekende Ro mance van Svendsen en het Praeludium en Allegro van Pugnani in Kreislers be werking, hoewel het Praeludium bij grooter toon productie nog meer indruk maken kan. Dat Jan Booda de solisten op uitstekende wijze aan den vleugel begeleidde behoeft nauwelijks opzette lijke vermelding. Alles bijeengenomen is dus op dit concert zeer veel goeds ge- praesteerd; waren de gekozen koor nummers alle van hoog muzikaal ger halte geweest, dan zou dit nog meer verblijd hebben. Maar onder de poëzie dier muziek school nog al wat concours- proza enfin „Proza en Poëzie" is het geheele leven, en het behoort zeker tot de momenten van poëzie in het bestaan van den muziekbeoefenaar, wanneer hy de resultaten van. zyn oefening ten dienste van behoeftige of misdeelde medemenschen productief kan maken. KAREL DE JONG. NEDERL. VEREEN. VAN HUISVROUWEN. HET SPROOKJES-MARIO NETTENTHEATER VAN MEJ. VAN DE VELDE. DE TOOVERFEE IN HET SPROOK JESLAND. Een zaal vol kinderen heeft altijd weer dezelfde charme voor iemand, die van kinderen houdt. Zelfs wanneer, wat er op het toonecl vertoond wordt, slechts onze halve belangstelling heeft, dan is er toch steeds om ie heen die vroolijke, bewegelijke jeugd, die wel voor de „actie" zorgt en je het hart verkwikt. Ook Zaterdagmiddag, toen dc Nc= derlandsche Vereeniging van Huisvrou* wen de kinderen in den Schouwburg aan den Jansweg had genoodigd om dc Toovcrfcc in het Sprookjesland te komen zien. was er in dc zaal die luidruchtige, prettige stemming van „Vol verwachting klopt mijn hart", die ja, ik kan het niet helpen, maar neergelaten, de poorten waren wijd open. in het midden stond Barones Auguste; achter haar de Gravin, die de hand van de jonge Barones von Eyck in de hare hield. Sir Anthony was met één sprong van zyn paard en deed een knieval voor de bevallige chètelaine. Anna von Eyck rende naar voren en wierp zich in de armen van haar broei', terwijl Barones Auguste de hand van Sir Anthony nam en hem uit zijn knie lende houding oprichtte. Een oogenblik stond het heele gezel schap te kyken naar de broer en zuster, die weer by elkaar terug waren. De vrouwen weenden, de mannen voelden een brok in hun keel. We kunnen ze het best alleen laten, zei Marston tegen de Barones; als u 'net goed vindt, zullen wy het kasteel binnengaan. Hy nam haar hand, die hij in de zijne voelde trillen terwijl zy naast hem liep, maar ze zei geen woord. In deze enkele oogenblikken had Auguste het wilde kloppen van haar hart begrepen; als een openbaring kwam het tot haar. dat al haar denken en voelen een antwoord was op de innigste ver langens en reinste ridder-idealen van den dapperen man. die haar geleidde naar den hoofdingang van haar kasteel. Sir Anthony was onbewust van wat op dat oogenblik in haar omging; maai er was toch een ondefinieerbaar „iets" dat hem zei: dat ze wel heel veel nader tot elkaar waxen gekomen. ik hel> nu eenmaal 'n heel jeugdig ge« moed dadelijk op ons, oudere kin» deren, overslaat. En jc gaat er voor zitten, heel anders dan bij een deftige avondvoorstelling. Alles» wat maar iets nog aan den officieelcn criticus herin* nert, valt zóó van je af! Jc bent op eens dc groote broer op dc kinder-- visite! Nu, mooi vonden wij het nlle-- maal, wij. groote en kleine kinderen, dc geschiedenis van Jaapje en zijn zus» jc Hannie of misschien heetten zc ook anders, dat herinner ik mij niet meer die. dank zij den kabouter Durfal in het Sprookjesbosch kwamen en daar toen op hoog bevel van dc tooverfee moesten blijven net zoolang tot zc weer braaf en niet meer onge» hoorzaam waren. Het was wel een echt sprookjesland! Jaapje cn Hannie reis: den er heen op den rug van een kva» kende eend en de koning van dc ka» bouters kwam er in een koets, getrok» ken door een hert, op bezoek bij An» nekc Tanneke Tooverheks. Eerst wa» ren wij wel wat benauwd, toen we naar de hut van Anneke Tanneke Toover» heks toe moesten, maar zoodra wij Anneke Tanneke zagen, was alle angst op eens weg. Dat was geen heks als die van Hans en Grietje, die kinderen zoo maar in een oven wil stoppen, maar 'n heel lief oud vrouwtje, dat van Jaapje en Hannie hield. En wc hadden allemaal te doen met dien klei» nen kabouter Durfal, die door de too» verfee in een blatende geit werd ver* anderd en heel blij, toen de geit weer Durfal werd. Het was een lief en heel eenvoudig sprookje, waarin de kinderen geheel meeleefden. Het werd ook aardig cn levendig verteld meer dan vertoond, want de marionetten waren wel wat erg primitief en ook cn dat bleek voor deze zaal zelfs een bezwaar - wat te klein. Toch waren cr niet on aardige vondsten, zooals die door „va der cn moeder" voortgeduwde hand» kar, de door het hert getrokken koets van den Kabouterkoning cn al de bees« ten, die vrienden van de menschen bleken te zijn. En mej. Van de Velde wist de verschillende stemmen zoo te intoneeren en de beesten»geluiden zoodanig te imiteeren, dat de kinderen er in gingen gelooven en dat is toch hoofdzaak. Toen ik een ukkepuk van 8 jaar na afloop vroeg, hoe hij het ge= vonden had. antwoordde hij met schit» terende oogen: „Prachtig, meneer!" en bij die kinderkritiek houd ik mij. want bet was immers een matinee voor kin» deren. J. B. SCHUIL. VEREENTGING VAN JONGE LIBERALEN. De Vereeniging van Jonge Liberalen hield Zaterdag in .De Kroon" haar jaarlykschen festavond Het aantal deel nemers bedroeg ongeveer 50. De avond werd geopend door den voorzitter, den heer A. J. Tom, die o.a. de vertegenwoordigers der afdeelingen Amsterdam, Utrecht en Alkmaar wel kom heette. Vervolgens werd door alle aanwezigen het clublied gezongen. Mej. E. de Haan zong daarna voortref felijk een aantal liedere-i en mej. J. Zondervan declameerde op gevoelvolle wijze eenige gedichten. De voorzitter overhandigde aan beide dames een klein geschenk, onder in stemming der aanwezigen. De voorzitter hield hierna een toe spraak over het onderwerp: „Zijn wij conservatief?" Spr. schetste den geestelyken inhoud van het liberalisme. Dit heeft in Neder land de politieke democratie tot stand gebracht en den stoot gegeven tot het ter hand nemen der sociale wetgeving. Volgens spr. wordt de economische politiek der liberalen gericht op eer- lyke samenwerking der volksgroepen op rechtvaardige basis in onderling vertrou wen en waardeeren. Op ethische gronden verwerpen de liberalen den klassenstrijd. Zij stellen het beginsel der economisch* vryheid voorop. Ook op internationaal gebied voeren de liberalen den stryd om het recht. De buitenlandsche politiek der liberalen staat in dienst van het pacifisme en versterking van den invloed van den Volkenbond. Daar Nederland lid is van den Volkenbond is eenzijdige ontwape ning ongeoorloofd. Een ontwapend Ne derland zou den vrede geen dienst be wijzen. Spr. concludeerde dac de liberalen krachtens hun grondbeginselen de by uitstek vooruitstrevenden zyn. Na deze toespraak bleef men nog lang in opgewekte stemming byeen. Er werd gedanst en een geanimeerd souper besloot den feestavond. De White-Star-Band, onder uitste kende leiding van den heer Rodrigues Pereira verleende zyn medewerking. HOOFDSTUK XQIX. Op de Tinne. De maaltyd verliep kalm; deze werd met die statige waardigheid opgediend, die geheel by de eigenares van het kas teel en by.de hooge eetzaal paste. Nadat de Barones opgestaan was, dankte de kapelaan, Marston liep naar voren en wilde haar zijn arm aanbieden om haar naar de hal beneden te gelei den, zooals hy steeds deed als de Baro nes haar middagmaal niet op haar eigen kamers gebruikte. Doch Baron von Eyk, die ditmaal de eereplaats naast de gast vrouw had gehad en in stand haar ge- lyke was, bood ook zyn arm om haar deze beleefdheid te bewyzen. Zij aarzel de een oogenblik. keek Sir Anthony aan en bloosde. Een moment daarna had zy von Eyck's aangeboden arm genomen en met een bevallige buiging naar het gezelschap ging zy de zaal uit. Sir Anthony deed een paar schreden achteruit, tex-wijl hy zich op zyn lip beet; hij beheerschte zich echter en leidde Gravin von Ardleim naar de hal Doch het eerste paar was al verdwenen in de richting van de apartementen van de Barones vóór Sir Anthony en de Gra vin de hal bereikt hadden, zy zei hem goeden nacht en nam den arm van een van haar kamermeisjes. Marston bracht de volgende uren al leen door; hy was plotseling begonnen te twijfelen en Baron von Eyck was de En nu. geachte lezer, wenscht ge iets te vernemen omtrent de meeuwen in den natuurstaat. Ti Zal u thans (begin Juni) by hen brengen, mits ge beschikt over een paar goede „onderdanen" en liefst ook over een dito kijker. En dan maar op marsch! MiddelerwUl deel ik u nog een „kwa jongensstreek" van Kwakkie mede. Die zou ik u eigenlijk beter nog kunnen vertellen, dan dat ik er over schrijf in de krant. Ons stadsmeeuwtje ging zich. geloof ik, na zyn bezoek aan den photograaf, een beetje voelen. U oordeels. Een paar dagen na deze voor hem zoo 'oelangryke gebeurtenis bezocht een boerin, die reeds eenige uren van huis was. een winkel in Alkmaar. Na haar inkoopen te hebben gedaan, gevoelde ze behoefte een kort bezoek te brengen aan het kleinste appartement hetwelk by de woning behoorde en zich buiten, aan het einde van het plaatsje bevond. Nauwelijks had Kwakkie, die op het dak op den uitkyk zat, haar op gemerkt. of hy posteerde zich vóór de deur. waarachter de boerenvrouw zich bevond. Niet zoodra ging de deur open of hy spreidde zyn vleugels wyd uit opende zyn bek zoo ver als hem maar mogelijk was en liet dreigend zyn „p-r-r-r-è!" hooren. De boerin werd ban? en trok zich haastig terug. Daar zat zc nu opgesloten, omdat Kwakkie op zyn post bleef en toen ze na een kwartier nog niet terug was. werd men in huis ongerust en ging eens kyken. Er werd zeer hartelijk gelachen om het geval, behalve door één. Nu op onzen tocht! Wy volgen den Munnikenweg. die van den Schoori- schen straatweg af de duinen in leidt en het verlengde er van tot het Water- boschje. Hoe schilderachtig is hier het duinlandschap! De bekoring, die er van uitgaat, is wel groot en we krygen lust hier eenigen tyd te verwijlen. Deson danks vervolgen we onzen weg: het doel van den tocht is nog geenszins bereikt. Hoor! „Kók-kók-kók!" We slaan den blik omhoog en ont waren boven ons een paar zilvermeeuwen Hoe schoon teekenen zy zich af tegen het heldere blauw van den hemel. Weer klinkt het: „Kók-kók-kók!" Een vriendelijke begroeting? Aller minst! De meeuwen zyn allesbehalve ingenomen met ons bezoek. We naderen toch hun broedplaats, die zich aan de zeezijde van het Klein Ganzenveld be vindt. Daar voegen meer meeuwen zich by de eerste. Het gezelschap groeit steeds aan en dreigend en luide klink t rondom en boven ons hun „kók-kók kók-kók!" afgewisseld met een herhaald „kliAnl" Wat wil die daar? Terwyl hy, ever als de anderen, aanvankelijk een 25 30 M. hoog boven ons Tondvloog. komt hij in een prachtige glijvlucht op ons toeschieten. Het voorbeeld vindt navol ging, en vrees bekruipt u. Ge wilt terug. Doe dat niet, want tot een werkelijken aanval komt het niet; hoogsteu-, krijgt ge een tik met den vleugel op het hoofd Het zou ook zonde sljr thans temg te gaan. aangezien we de kolonie gen3derc zijn. Weldra zyn we er midden in en het spectakel in de lucht is thans op zijn hevigst. Let daar evenwel maar niet te vee meer op en kyk voor u, rondom u. op den grond. Daar, op dat ruggetje, tamelijk goed verborgen door wat helmplanten, is een nest. Er liggen drie eieren in: twee er van zyn donkergrys. het derde blauw- gry's, alle met koffiebruine vlekken. Wat zyn ze lekker warm! Zie, een er van is reeds aangepikt. Voor de ope ning zien we de kleine eitand van de bovenkaak, die straks weer als een mi- niatuur-bamer dienst zal doen, totdat de opening zoo groot is, dat het jonge kuikentje er uit kan kruipen. Morgen zitten er drie jonge meeuwtjes in dit nest, een eenvoudig kuiltje in het zand Lang zullen ze er echter niet in ver wijten, hoogstens een paar dagen, om daarna verstoppertje te spelen in de omgeving er van. trouw bewaakt en verzorgd odor vader en moeder. We gaan verder en vinden tal van andere nesten; (in deze kolonie zyn er eenige honderden soms 2 a 3 op een oppervlakte als van een kamer).. Vele er van zyn gelegen op steile zuid hellingen, meest in helmbosjes met flink uitzicht, terwyl op eenigen afstand een uitkykpost is. waar, terwyl de eene meeuw op het nest zit, de andere de wacht houdt. Zoo komt het, dat onraad of wat de meeuwen er voor houden, zoo gauw door hen wordt bemerkt. Kyk by dezen uitkykpost, die pl.m. 10 M. van het nest verwyderd is, eens rond. De grond ziet hier blauw van de kalk, fyne stukjes mosselschelp, en ver der ziet ge een groot aantal ballen, zoo groot als krielkipeieren en blauw van kleur. Ge meent.... nu, vooruit maar (castis omnia casta!), ge meent, dat oorzaak van dien twyfeL Deze verschil de zoo weinig in leeftyd met de Baro nes, de families hadden al zoo lang vriendschappelijk met elkaax- omgegaan, hun bezittingen gTensden aan elkaar. Wat zou natuuriyker zyn dan dat deze twee jonge menschen den band tusschen de twee huizen nog nauwer toehaalden? Deze gedachte kwelde hem zoo, dat hy niet besluiten kon naar bed te gaan. Eindelijk ging hy toch maar naar zij:, kamer en toen hy zich op zyn bed ge worpen had, werd hy door naargeestige droomen gekweld, zoodat hy den volgen, den morgen onverkwikt wakker werd. Maar hij had een besluit genomen en zond Mark met een boodschap naar de Barones, dat hij haar wenschte te spre ken. Zy had ook een onrustigen nacht doorgebracht en vroeg in den morgen was zy opgestaan en had de kleine to rentrap beklommen die van haar ka mers naar een plat dak van een der kasteeltorens leidde. Toen zy in een bonten mantel gehuld langs de kanteelen liep. ontving zij de boodschap van Sir Anthony. Zy' zond den boodschapper terug met cie mededeeling dat zij hem terstond hier wilde ontvangen. Sir Anthony stapte uit de smalle deur opening; hij moest zich bukken om het hoofd niet te stooten. In zijn hand hield hij zyn bepluimden hced; hy ha.', een costuum van donker fluweel aan met oude kant aan de hals, die ook zyn mou wen versierde; kousenbanden en groo te zilveren gespen op zyn schoenen vol- het de uitwerpselen van de meeuweR zyn. Mis. die zijn lichtgekleurd en al lerminst vast. De zaak is heel anders, tegelijk zeer belangwekkend. Echter vertel ik u thans niet. hoe de vork in den steel zit. ge moet geduld hebben tot het slotartikel: ge hebt voor 't mo ment wel wat anders te doen. Viy u hier neer. praat niet en houd den kyker gereed. Niet lang duurt het of de rust en de stilte, die wy zoo raee- doogenloos verstoord hebben, keert weder: de meeuwen zoeken hun nesten weer op en verscheidene uitkykposten worden weder bezet. Enkele meeuwen zyn ons zelfs tot op zeer korten af stand genaderd. Nu is de gelegenheid guntsig om ze goed waar te nemen. Wat prachtige vogels zyn het! En flink groot: lengte ongeveer 58 cM. Hoe wel bewust en fier is die houding, hoe rein- wit zyn de veeren. Op de vleugels een zacht-blauwgetinte zilverglans. Snavel en pooten zyn geel. Bekyk de oogen goed! Ziet ge dien brutalen. nydigen blik? Intusschen wordt het tijd om weer verder te gaan. Opnieuw hevige opschud ding in de vogelenwereld en met alle denkbare en ondenkbare verwenschin- gen wordt ons door het escorte in de lucht uitgeleide gedaan. Langs een grooten omweg door het Groot Ganzen veld, waar we een aantal meeuwen nesten in de hei vinden, gaan we thans naar de Nielsblink. Dat hadt ge stellig niet verwacht. Hier bevinden de meeuwennesten zich op den gTond tus schen 10 a 15-jarige dennen. Nog een week of drie en hier zyn reeds ver scheidene vrij groote jongen, die. ter wyl ze daar voortwaggelen tusschen de jonge dennen, een onvergetelijken in druk by den toeschouwer achterlaten. Voldaan over onze heerlijke excursie keeren we thans via Mos- en Klimweg terug, om by het afdalen achter de boschwachterswoning ten volle te ge nieten van het heerlijk panorama. Daar zyn we al weer op den straat weg. Tal van auto's snorren ons voorby en het geklingel der fietsbelletjes is niet van de lucht. Maar welk gering percen tage der talloos velen, die hier vandaag passeeren, geniet inderdaad van de mooie plantsoenen en vlakten in de duinen? Voor de meeuwen en andere vogels is dit evenwel uitstekend: die kunnen nu des te rustiger broeden. Wy gaan intusschen. om ons wat te verfrisschen. naar het schoolhuis of zoo ge de rollen liever wilt omkeeren even goede vrienden! naar het te goeder naam en faam bekend staande Bonds- hotel „De Roode Leeuw". Onzen meeuwen wacht thans een zeer drukke tyd. Ze hebben maar druk werk met- af- en aanvliegen naar het strand, vanwaar ze telkens terugkeeren met zeesterren en jonge mosselen, die ze in de krop meedragen en in de nabyheid van het nest weer uitbraken, "k Heb nesten gevonden, met wel een twintig tal hoopjes kleine mosselen er rond om. De jongen hebben het meer dan goed. Ze groeien dan ook, de kleine schrokken, zeer snel en na verloop van een week of 6 a 7 zyn het al vogels, wien het bruine pakje, dat ze dragen, niet on aardig staat. Tot dien ty'd laten we ze met rust. om ze dan weer te ontmoeten op den „IJsbeer", een prachtigen blinker in de boschwachterij van. den heer Greup. S. BOON. AUTO TE WATER. Door de gladheid van den weg is de vrachtauto van den heer van Haastert by het uitwyken voor kinderen op de Beeklaan, van den weg in de Beek gegleden. De chauffeur moest de cabine stuk slaan, om zich te redden. De wagen was met zand geladen. BEVERWIJK. Marktbericht van 17 December Andijvie 100 str. f 56. Ko"'.rapen, per H.L. f 1.1C1.30. W j-telen, 100 bos f 20—25, Bieten per zak f 1,25. Aardappelen, klei, per H. L. f 3-» f 3.50. Idem. zand, per H.L. f 4.506.— Spruitjes per K.G. f 0.14—0.30. Boerenkool per struik f 0.02—f 0.05. Roode kool per 100 f 712. Witte kool per 100 f 10—12. Savoye kool per 100 f 812. Bloemkool per 100 f 2535. Uien per K.G. f 0.07. Pieterselie, per bos f 0.040.07. Sla per 100 krop f 1820. Prei per bos f 0.080.18. Selderie per bos f 0.040.10. Appelen per K.G. f 0.200.30. Peren per K.G. f 0.19—0.28. Druiven per K.G f 1.251.40. Brusselsch lof per K.G. f 0.22—0.32. tooiden zy'n toilet. De Barones keek met bewondering naar zyn heroïsche gestalte. En al deed zij, ook nog zooveel moeite, zy kon haar bewondering niet geheel verbergen. Marston was van plan een heeleboel te zeggen: hy had het vanmorgen woord voor woord bedacht. Hy had zich voor gesteld hoe en wat zy antwoorden zou; hy had zichzelf al als een trieste fi guur van het kasteel zien weg ryden! Maar de woorden, die hy wilde zeggen, bleven, ongesproken, zy'n vragen kwa men niet over zyn lippen, want toen hy voor haar knielde en haar smalle han den in de zyne nam, had hij geen woor den meer noodig. Haar oogen gaven voldoende antwoord op zijn on-gezegde vraag. Hy nam de Barones in zyn armen en kuste haar jongen, frisschen mond. Zy stonden, zyn arm om haar heen. uit te kyken van de tinnen af; het was een witte wereld; de sneeuw lag dik over de landen, op bosch en heuvelen. De zon liet het landschap glinsteren alsof het met diamanten bezaaid was. Auguste wuifde met haar hand. Zie wat de zon doet. zei zy. wat maakt zy' de aarde mooi! Zoo maakt de liefde het leven mooi; wat is het prachtig! Ja en hoe prachtig ben jyi riep Marston, terwyl zyn oogen diep in de hare keken om in de uiterste uithoeken van haar ziel te lezen. EINDE.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1928 | | pagina 10