HAARLEM'S DAGBLAD
7ATERDAG 12 JANUARI 1929
VERGADERING VAN DEN HAARLEMSCHEN
GEMEENTERAAD.
Derde begrootingsdag. Voorstellen van 8. en W.
verlaging tarieven gas en electriciteit aangenomen.
Wethouder Slingenberg oordeelt geleidelijke verlaging
noodig. De heer Klein over de antithese. Hoe de
heer Joosten als vredesengel fungeert. Mej. Berdenis
van Berlekom overwint. Toch een vrouwelijke in
specteur van politie voor kinderzaken! Voorstel ver.
hooging salaris hoofdagenten naar B. en W. om prae-
advies.
Aan de orde is de verdere behandeling der
GEMEENTEBEGROOTING
VOOR 1929.
Voortgegaan wordt met de
Algemeene Beschouwingen
De heer Klein voortgaande zegt, dat
spr. en eenigen zijner vrienden gaarne me
dewerken aan een verlaging van de tarieven.
Zij wenschen voor te stellen nu mede te
gaan met 't geen B. en W. voorstellen, en dan
B. en W. uit te noodigen te komen met na
dere voorstellen tot een verlaging zoodra de
bedrijfsresultaten bekend zijn. Aan een da
tum wenschen zij B. en W. niet te binden,
maar de bedoeling is dat B. en W. komen
met een nader voorstel voor de volgende
Begrooting. Mede namens de leden Van
Liemt, Van Kessel en Bartels dient spr. een
dergelijk voorstel in.
Nogmaals legt spr. den nadruk op de nood
zakelijkheid om met de personeelsformatie
voortgang te maken. Kan niet een andere
weg worden opgegaan en een personeelscom
missie vorden benoemd? Laten B. en W. de
zaak nog eens ernstig onder de oogen gaan
zien. In den wethouder van de sociale aange
legenheden stellen spr. en zijn vrienden veel
vertrouwen. Na de rede van den wethouder
trokken spr. en zijn vrienden hun voorstel
inzake 't ambtenarenreglement in. Zij ver
trouwen dat de wethouder met die zaken
voortgang zal gaan maken.
Komende op de wethoudersverkiezing zegt
spr. dat de leden van den Vrijheidsbond
„leurden" om een wethouderszetel. Die dat
deden mogen anderen niet gaan kapittelen.
Als maar één zetel aan een Vrijheidsbonder
kwam. dan wilden de Vrijheidsbonders aan
een ieder er een geven die maar met hen
wilden samengaan of aan een R.K. of aan
een S.D.A.P.'er. Aan den heer Reinalda zegt
spr. dat zóólang de soc. dem. him huidig
standpunt blijven innemen, zij niet kunnen
komen tot een overeenstemming met de R.K.
Want sociaal-democratie en godsdienst zijn
en blijven onvereenigbaar. Het gaat niet aan
met de soc. dem. tot een overeenstemming
te komen. Metterdaad bewijzen de soc. dem.
dat er is een antithese tusschen geloof en
ongeloof, al beweren zij dan met den mond
dat die antithese er niet is. Dat komt iederen
keer weder uit. Er is inderdaad een tegen
stelling tusschen de levens- en de wereldbe
schouwing van de soc.-dem. en de R.K. De
R.K., al denkt men aar wel eens anders over
een zakelijk ding, hebben een hoogere een
heid in hun beginsel, eindigt spr.
De heer Keesen betoogt dat van R.K.
kant meermalen iets is gedaan om te komen
tot een verlaging van de tarieven ten bate
van de kleine inkomens. Het is nu noodig
dat de raad het voorstel van den heer Joos
ten aanneemt. Dat voorstel is 't meest reëele
en heeft de preferentie. Gaarne geeft spr.
aan dat voorstel zijn stem.
De heer Slingenberg zegt naar aan
leiding van een opmerking van den heer Vis
ser dat B. en W. de zaak van de oud-gepen-
sionneerden nog eens onder handen zullen
nemen en dat de Raad er dan nog wel van
hooren zal. Nader verdedigt spr. 't systeem
van de ieeningen dat in Haarlem wordt ge
volgd voor objecten van duurzamen aard.
Voor uitgaven die aan slijtage onderhevig
zijn moet voor leeningen een zekere termijn
echler gelden, een termijn van 40 jaar als
regel. Voor grondaankoop kan gelden een
termijn van 100 jaar. In den termijn van dien
leeningsc'.uur zit reeds een reserve en een ze
kere besparing. Die reserve wenschen B. en
W. niet aan te tasten. Maar spr. kan er
niet medegaan om nu reeds speciale reserves
te gaan maken voor groote uitgaven die in
de toekomst noodig zijn. Dat zou economisch
onjuist zijn. Op die manier zou men 't tegen
woordige geslacht gaan belasten met die
lasten die pas in de toekomst een nuttig
effect gaan afwerpen en dat mag niet. Te
Amsterdam en in andere gemeenten volgt
men ten aanzien van de reserven een zelfde
politiek als te Haarlem. Toch is noodig een
beperking in de buitengewone uitgaven en
een soberheid in de uitgaven, opdat de last
van de leeningen niet te veel gaat toenemen.
In dat opzicht doet spr. een beroep op de
medewerking van den heer Joosten en de
zijnen.
Spr. deelt mede dat nu te Amsterdam aan
rente van geldleeningen moet betaald wor
den 15.190.000 of 20.50 per inwoner en
te Haarlem 1.471.000 of 10 per inwoner.
De aflossing is te Amsterdam 9.738,000 of
13.20 por inwoner en te Haarlem 1.184,150
of 10.30 per inwoner. Hij concludeert daar
uit dat Haarlem een goede leeningpolitiek
volgt. Nog enkele woorden wijdt spr. aan
de belasting die te Haarlem moet betaald
worden. Het is goed dat te Haarlem aan
dacht wordt gewijd aan de samenstelling
van 't gezin. Te Haarlem wordt een belas-
tingpolitiek gevolgd die zoo rechtvaardig en
zoo billijk is dat ze niet in eenige gemeente
is te overtreffen.
Komen op de zaak van de winsten op de
bedrijven en de tarieven, staaft spr. dat
niet is tegengesproken wat door hem in eer
sten termijn is gezegd. Haarlem dient reke
ning te houden met gemeenten van een
zelfde Constructie en met andere steden te
kunnen concurreeren. Het publiek vraagt
niet. er naar wat is de prijs van gas elec
triciteit? Maar: hoe staat 't met de belas
tingen? Het gaat dus niet aan de winsten
uit de bedrijven af te schaffen en dan meer
belasting te laten betalen.
De heer Joosten dat willen wij ook
niet!
De heer Slingenberg: maar wat wil
len de heeren dan. Ik zeide al meermalen,
dat de soc.-dem. hier anders handelen dan
overal elders. Overal, waar de soc.-dem. aan
't laadje zitten, halen ze winsten uit de be
drijven. Te Amsterdam deden ze dat mede.
Maar zóódra de soc.-dem. te Amsterdam
kwamen in de oppositie, kwamen ze met
voorstellen tot een verlaging der tarieven.
Verder zet spr. uiteen dat de afneming
van electrischen stroom in de speruren aan
de industrie een groot voordeel is voor 't
electricitettsbedrijf. De industrie werkt mede
om den prijs voor 't lichtgebruik laag te
houden en de lichtverbruikcrs helpen mede
om den prijs voor de industrie laag te hou
den.
In dat opzicht is er een wissel- en een
samenwerking die aan 't algemeen belang
ten goede komt. Of dat de raad nu aan
neemt het voorstel-Joosten of het voorstel-
Castricum in beide gevallen moet iets op de
belasting gelegd worden. B. en W. meenen.
dat men in de toekomst met de tarieven
naar beneden moet gaan maar dat men met
die gedachte voorzichtig in de uitvoering
moet zijn. Men kan nu niet in eens zulk
een sprong nemen als de heeren willen.
Langs lijnen van geleidelijkheid dient er een
verlaging te komen.
B. en W. raadden daarom aan de voor
stellen Castricum en Joosten te gaan ver
werpen en aan te nemen 't geen B. en W.
voorstellen. Het voorstel van de heeren Klein
c.s. kan echter aanvaard worden.
De heer G e r r i t s z betoogt dat het voor
stel-Joosten inzake de tarieven aan de ge
meente 75000 zal gaan kosten. Zonder een
belastingverhooging zijn die wel te vinden.
Spr. kan dus medegaan met dat voorstel.
De Algemeene Beschouwingen worden ge
sloten.
Stemmingen.
Het voorstel van den heer Castricum in
zake de tarieven wordt verworpen met 2215
stemmen dat van den heer Joosten met
21—15; het voorstel van B. en W. wordt met
algemeene stemmen aangenomen.
De heer Slingenberg deelt mede dat
B. en W. het voorstel van de heeren Klein
c.s. overnemen.
Het voorstel van B. en W. inzake het vloek -
verbod wordt aangenomen met alléén de
stem van den heer Castricum tegen.
Een motie van den heer Peper aangaande
de invoering van een 45-urige werkweek voor
het gemeentepe-soneel wordt met 35—2
stemmen verworpen.
Begonnen wordt met de artikelsgew^ze be
handeling der Begrooting.
Hoofdstuk II.
Algemeen beheer.
De heer Peper keurt 't af, dat eens tegen
iemand die niet gehuwd was, gezegd is u
mag niet van uw vrouw spreken, want dat
is uw vrouw niet. Spr. dient de volgende motie
in:
De Raad der Gemeente Haarlem,
van meening dat ieder die de medewerking
van het gemeentebestuur noodig heeft, ge
vrijwaard moet zijn van niet terzake dienende
inmenging in zijn particuliere aangelegen
heden van de zijde van de gemeente-admini
stratie, gaat over tot de orde van den dag.
De Voorzitter deelt mede dat eens
iemand die niet gehuwd was. zich'aanmeld
de bij den geneeskundigen dienst om hulp
voor een vrouw. Toen is gezegd het is uw.
vrouw niet met 't oog op den burgerlijken
staat van een te verwachten kind. De motie
van den heer Peper nemen B en W. over.
Bij den post 316 druk- en bindwerk, zegt
de heer Groenendaal dat de gemeente
nu zoo langzamerhand in 't bezit van een
kleine drukkerij is gekomen. Maar waar uit
is dat dan betaald?
De heer Slingenberg zegt dat er geen
sprake van is dat er op de secretarie een
drukkerij is of kemen zal. Toen een oude
machine op was is er een nieuwe aange
schaft, die aan de gemeente f 3000 heeft
gekost en die noodig is voor een afwerking
van spoedeischende stukken. De kosten wor
den verdeeld over de onderscheidene bedrij
ven.
Bij den post 333 bezoldiging ambtenaren
van den Burgerlijken Stand verdedigt de heer
Boes een voorstel om de jaarwedde van den
ambtenaar den heer van de Kamp te be
palen op f 1500. Het wordt geclaan naar aan
leiding van een vermeerdering der werk
zaamheden.
Verschillende leden voeren het woord over
het voorstel, dat naar den heer Slingen
berg doet opmerken, onjuist is gesteld, daar
niet de raad vaststelt maar Ged. Staten dit
salaris zelfstandig vaststellen. De raad kan
alleen iets gaan verzoeken. Het is echter niet
verstandig om een tweede maal iets te gaan
verzoeken daar Ged. Staten het een vorig
maal afwezen.
Voor het overige meent spr., dat een jaar
wedde van f 1200 genoeg is, daar de ambte
naar gemiddeld slechts 6 uur per week op het
raadhuis is.
De heer Baas vindt de opmerkingen van
den wethouder formalistisch en zet uiteen,
dat de ambtenaar in de ochtenduren nimmer
over die uren vrij kan beschikken.
Het voorstel van den heer Baas wordt met
22 tegen 15 stemmen verworpen.
Bij
Hoofdstuk III. Openbare veiligheid.
is het woord aan mej. BerdenisvanBer-
1 e k o m die handelt over de zaak van den
vrouwelijken inspecteur. De raad besloot tot
de aanstelling van een vrouwelijken inspec
teur 2e kl. maar B. en W. komen nu met een
voorstel om niet zulk een inspecteur, maar
een ambtenares aan te stellen. Dit deed aan
spr. leed, waarom moet hier van de salarissen
van een inspecteur worden afgeweken? B
en W. willen alleen behandeling van kinder
zaken door die ambtenares en niet van ze
denzaken. Daarmede kan spr. zich ver-
eenigen.Maar niet kan spr. medegaan met aan
de vrouw, die aangesteld zal worden in zeke
ren zin een minderwaardig positie te gaan
geven. Het gaat niet aan dat B. en W. gaan
zeggen het werk van die ambtenaresse staat
qualitatïef onder een inspecteur 2e kl. gezien
den arbeid van een vrouwelijk inspecteur van
andere plaatsen.
Het is de vraag of hetgeen B. en W. nu
schreven niet drukken zal om een goede
vrouw bij de politie te krijgen. Spr. dient een
amendement in op het voorstel van B. en W.
om weder te maken dat aangesteld wordt een
Inspectrice 2e kl. maar dan alléén voor de
behandeling van kinderzaken.
De heer G e r r i t s z kan ook niet mede
gaan met hetgeen de meerderheid van B. en
W. voorstelt.
Daarna wordt de vergadering tot de„
avonds verdaagd.
AVONDZITTING.
werden breede debatten gehouden over de
Inspectrice van politie,
de salarleering der hoofdagenten en de voor
ziening van rijwielen aan de agenten.
De heer G e r r i t s z, die des middags nog
niet 'n^d uitgesproken, zet uiteen, dat de aan
te stellen inspectrice niet minder werk dan
een inspecteur behoeft te hebben. Ze moet
ten allen tijde beschikbaar wezen. Haar
dient te worden opgedragen de volle omvang
der werkzaamheden die de Raad haar
wenscht op te dragen. Naar de meening
van spr. dient haar de behandeling van alle
kinder- en zedenzaken te worden opgedra
gen. Om die reden vindt spr. het vreemd dat
mej. Berdenis van Berlekom, die nu een
amendement op het voorstel van B. en W.
indiende, daarmede een schrede terug deed.
De Raad dient vast te houden aan het een
maal genomen Raadsbesluit en mede aan
het salaris dat de Raad aan een inspectrice
had toegedacht. Wordt het voorstel van B.
en W. aangenomen, dan krijgt de Commissa
ris van Poiitie zijn zin, dan overwint deze
en is datgene waar in den Raad lang over
is gevochten en dat eindelijk is be
reikt, feitelijk weder te niet gedaan.
De heer Keesen bespreekt de zaak van
de voorziening van rijwielen aan agenten
B. en W. wiiien nu een andere manier van
voorziening gaan toepassen maar de doorvoe
ring van het nieuwe stelsel verdeelen over
twee jaar. Spr. wenscht echter de nieuwe
regeling nu reeds in haar geheel te gaan
doorvoeren. Verder handelt spr. over de sa-
larieering van de hoofdagenten die hier
lager is dan in andere gemeenten en waar
aan hier niet een periodieke verhooging is
verbonden. Spr. en eenige andere leden dien
den een voorstel in om aan de grootste on
billijkheid een einde te maken en te zor
gen, dat het salaris van de hoofdagenten
kan komen op 46 per week.
De heer D e V o s uit tëleurstelling over de
werking van het georganiseerd overleg bij
de politiek. Naar de meening van spr. moet
het voorstel van den heer Keesen aangaan
de het salaris der hoofdagenten nu niet be
handeld worden, maar moet de Raad beslui
ten het te stellen in handen van B. en W.
om praeadvies. Wat aangaat de inspectrice
van politie komt nu een voorstel van B. en
W. om een besluit genomen bij de behande
ling der vorige begrooting weder op te gaan
heffen. Dat is geen goede gang zaken. De
Raad nam eenmaal het besluit tot aanstel
ling van een inspectrice. De inspecteurs
hebben daar bezwaar tegen. De Raad echter
dient aan zijn besluit vast te houden.
De heer Visser had gedacht dat de Bur
gemeester een einde had gemaakt aan de
bevoorrechting die het cabaret Modern ter
zake van de sluiting geniet boven andere in
richtingen, na al hetgeen daarover in den
Raad is gesproken. Met een ambtenares in-
stede van een inspectrice van politie kan spr.
medegaan, mits dan die ambtenares een zelf
standige taak en positie heeft.
De heer Peper klaagt er over dat nu nog
niet is aangebracht een betere verlichting
aan de Amsterdamsche Vaart. Verder vraagt
spr. om, al is het dan maar tijdelijk, gedu
rende den bruggenbouw, een verkeersagent
op den Kruisweg. Wat aangaat het voorstel
van den heer Keesen is spr. van meening dat
men moet gaan beginnen met het verhoo-
gen van de salarissen van hen die het laag
ste salaris hebben. Nu salarisverhoogingen
thans ter sprake komen, dient spr. de vol
gende motie in:
De Raad der Gemeente Haarlem, van
oordeel dat een salarisverhooging van ge
middeld 10 pCt. voof het geheele gemeente-
personeel, voorzoover het minder dan 3000
per jaar verdient, gewenscht is, noodigt B
en W. uit de noodige stappen te doen om tot
bovengenoemde salarisverhooging te komen.
De motie wordt niet voldoende onder
steund en kan dus niet in behandeling ko
men.
De heer Boes klaagt over den toestand
van de trottoirs van het Kenaupark naar het
viaduct. Ter wille van de veiligheid van het
verkeer dient er daar een verandering te
komen. Onder de viaduct staat een verkeers
bord niet op een goede plaats. Verder stelt
spr. voor onder post 371 nog op te nemen
een bedrag van 100 voor de bioscoopcom
missie als een vergoeding voor kleine uit
gaven.
De heer Van Kessel zegt dat in den
laatsten tijd herhaaldelijk proces-verbaal is
opgemaakt tegen winkeliers, die in de por
tieken van hun pgrceelen, dus op eigen ter
rein, etaleerden, nadat ze, na een aanma
ning, hadden geweigerd het na te laten. Kan
de voorzitter mededeelen .op welke veror
dening dat steunt? Verder vraagt spr. de
„stoof" van de verkeersagenten gedurende de
wintermaanden te laten verwarmen.
De heer Klein deelt mede dat hij en an
dere leden bij de stemming over het voor
stel in zake de ambtenares bij de politie de
zaal zullen verlaten. Het voorstel van den
heer Keesen vindt bij spr. verdediging.
De heer Joosten wil de rol van vredes
engel gaan spelen. Aangaande de vrouw bij
de politie dreigt een meeningsverschil te
gaan ontstaan. Het is noodig, dat er een
inspectrice komt. Of dat nu er een is alleen
voor kinder- of voor kinder- en zedenzaken
is vrijwel onverschillig, indien er maar een
inspectrice komt. De Commissaris van politie
krijgt niet zijn zin dan. Want die wilde in
het geheel geen vrouw bij de politie. Hij oor
deelde die niet noodig. Er is aanleiding om
de bij de politie aan te stellen vrouw behoor
lijk te betalen indien ze maar een leidende
en een zelfstandige positie heeft. De Raad
bepaalde eenmaal een inspectrice van politie
en de zaak beziende in dat licht is een amb
tenares een verlaging. Om die reden is spr.
tegen een ambtenares. Indien het is een
zedenzaak waarbij kinderen zijn betrokken,
dan is dat werk voor de aan te stellen vrouw.
Laat de raad eerst gaan stemmen over het
salaris en daarna over den titel.
Wat aangaat de salarissen van de hoofd
agenten, de organisaties spraken wel over sa-
larieering in andere plaatsen maar de Raad
dient eerst nog de salarieering in andere
plaatsen na te gaan. Het is gewenscht dat
de Raad besluit het voorstel van den heer
Keesen naar B. en W. om praeadvies te zen
den.
De heer Klein Schiphorst oordeelt
het niet goed, dat B. en W. nu met het voor
stel inzake een ambtenares bij de politie
kwamen, daar de Raad verleden jaar een an
der besluit nam. Daar de Raad eenmaal be
sloot tot een inspectrice bij de politic, zal spr.
nu stemmen voor het voorstel van mej. Ber
denis van Berlekom.
De heer Oversteegen vraagt of hij
antwoord kan krijgen van den Burgemeester
op een brief, dien hij dezen schreef omtrent
de bewaking door de politie van onbewoonde
villa's. De Burgemeester, aldus spr., zeide,
dat de politie daarvoor niet betaald wordt,
maar later bleek dat toch het geval te zijn.
Verder zegt spr. dat een Rus aan het politie
personeel enkele handgrepen leerde. Uit wel
ken post wordt dat onderricht betaald. De
Commissaris van politie schreef over dat on
derricht een brochure. Wie moet de uitga
ve van die brochure betalen?
De Voorzitter, de gedane opmerkin
gen beantwoordende, zegt, dat B. en W. het
raadsbesluit inzake de vrouw bij de politie
eerlijk willen uitvoeren. Het is de bedoeling
dat de aan te stellen ambtenares zelfstandig
onder den Commissaris van Politie werken
zal en een eigen bureau hebben zal. Hoe
echter staat het met de zaak van de vrouw
bij de politie? De inspecteurs van politie
moeten dag en nacht werken. Tot algemeene
tevredenheid behandelden de inspecteurs
ook de Voogdijzaken. Thans wil men een
klein deel van de taak van de inspecteurs
aan een vrouw gaan opdragen. Maar moet
men haar dan een salaris gaan geven gelijk
aan dat van een inspecteur? Is dat nu noo
dig? In Amsterdam is gebleken, dat men de
behandeling van kinder- en zedenzaken niet
aan één persoon kan opdragen. Kan men
dan hier niet nog eens toezien en nu alléén
een vrouw voor kinderzaken gaan aanstellen
om te beginnen? Verleden jaar behandelden
de inspecteurs slechts 47 voogdijzaken. Zoo
veel werk is hier niet te doen. Indien het
instituut van de vrouw bij de politie mocht
gaan groeien dan kan later altijd nog wor
den besloten naast de ambtenares voor de
kinderzaken ook nog een ambtenares voor
de zedenzaken aan te stellen. Spr. wil gaar
ne meuewerken om de aan te stellen ambte
nares te geven een volledige taak.
Aan den heer Keesen antwoordt spr. dat
het niet gaat thans de nieuwe regeling van
de verstrekking van de rijwielen bij de po
litie in haar geheel door te voeren, daar B.
en V/. aan het budget zijn gebonden. Spr.
heeft den indruk dat het georganiseerd
Overleg bij de politie goed werkt. Een mede
zeggenschap voor de politie kan spr. niet
aanvaarden. Nog merkt spr. ter zake van
de ambtenares bij de politie op, dat de Raad
verleden jaar niet het salaris vast stelde,
maar een voorstel ter zake van salarieering
van een inspectrice in handen van B. en W.
om prae-advies stelde. Aan den heer Over
steegen zegt spr., dat de brief, dien deze
hem schreef in zulk een onbehoorlijken toon
was, dat spr. hem daar niet op antwoorden
wil, zoolang de heer Oversteegen geen excu
ses voor dien toon aanbiedt. Over de bedoel
de zaak wil spr. elk ander Raadslid ant
woorden, maar den heer Oversteegen niet
Het onderricht dat de Rus aan de politie
gaf deed deze ook in andere groote gemeen
ten. De kosten worden betaald uit den post
opleiding van de politie. De brochure geeft
de Commissaris geheel voor eigen rekening
uit.
Het voorstel van den heer Boes ter zake
van vergoeding aan de bioscoopcommissie
wil spr. gaarne overwegen. De zaak kan dan
later suppletoir geregeld worden. Hetgeen
de heer Van Kessel zeide omtrent de zaak
van het etaleeren in portieken zal spr. on
derzoeken. Het geven van een stoof, die ver
warmd is aan de verkeersagenten zal wor
den overwogen. Over het plaatsen van een
verkeersagent op den Kruisweg moet spr.
eerst nog met den Commissaris van Politie
praten.
Den heer Visser zegt spr., dat hij diens op
merking niet begrijpt daar toch het voor
stel van den heer Visser (twee keer staakten
de stemmen er over) geen beslissend besluit
gaf. Eindelijk maakt spr. nog eenige opmer
kingen over de salarieering van de hoofd
agenten. Dat is inderdaad een moeilijke
quaestie. Indertijd is besloten het salaris
van de hoofdagenten ongeveer gelijk te doen
zijn met het salaris van de voormannen bij
de gemeentewerklieden. Het is het beste
dat het voorstel van den heer Keesen naar
B. en W. om praeadvies gaat.
De heer G e r r i t s z zegt den heer Peper
dat van de verlichtingsquaestie van de Am
sterdamsche Vaart wel dadelijk werk is
gemaakt, maar dat het daarmede niet zoo
vlug gaan kan omdat nog vele andere daar
mede gemoeid zijn dan de gemeente Haar
lem.
Den heer Boes antwoordt spr., dat de voet
paden nu bij Openbare Werken zijn
gebracht. Aan de aangelegenheid die de heer
Boes aanroerde zal aandacht geschonken
worden. Er is opdracht gegeven den ver-
keerspaal onder de viaduct bij het Kenau
park op een andere wijze te gaan plaatsen.
Spr. komt terug op ie zaak van de in
spectrice. Het lag indertijd in de bedoeling
van den Raad, dat tot de taak van de in
spectrice mede behooren zou de behandeling
van zedenzaken, waarbij kinderen zijn be
trokken. Daarnaast dient aan de inspectrice
mede de behandeling an voogdij zaken te
worden opgedragen. Diegene die wordt aan
gesteld, dient iemand te zijn van eenige ont
wikkeling, van beleid en die met menschen
kan omgaan. Een dergelijke vrouw moet een
salaris gegeven worden gelijk aan dat van
een leerares.
Mej. Berdenis van Eerlekom sluit
zich geheel aan bij het door den heer Joos
ten gesprokene. Er is noodig een vrouw bij
de politie met een geheel zelfstandige taak
en werkkring. In het Raadsstuk is een nei
ging tot druk en daar tegen komt spr. op.
Spr. wenscht anderen niet achteruit te zet
ten. De taak van de inspectrice is een ge
heel andere dan die van de inspecteurs. De
inspecteurs kunnen zich dus nimmer ach-
teruitgesteld gevoelen bij de aanstelling van
een inspectrice.
De heer Van Liemt zal stemmen tegen
een inspectrice en tegen een ambtenares bij
de politie in aanmerking nemende het ge
ringen aantal kinderzaken, dat te Haarlem
te behandelen is en dat spr. hoopt, dat te
Haarlem niet zal toenemen. Het komt nu
in hoofdzaak neer op het behandelen van
kinderzaken. Maar is daarvoor dan een
ambtenares noodig? Moet daar dan een af
zonderlijken dienst voor worden ingericht?
Het is de bedoeling dat er voor de ambte
nares zal komen een eigen bureau, maar
groot is het gevaar, dat er daarna komt een
geheele dienst. Haarlem is gelukkig niet te
vergelijken met andere groote steden wat
aangaat het zedenbederf. Wat elders noo
dig kan zijn, is dat hier niet.
De heer Oversteegen zegt tot den
Voorzitter naar aanleiding van de opmer
king over zijn brief: Dan moet u me voort
aan maar de waarheid zeggen. Dan had u
zich veel onaangenaams kunnen voorko
men.
De heer D e V o s dient een voorstel in om
te besluiten het voorstel ter zake van de
rijwielvergoeding bij de politie te stellen in
handen van de Centrale t Commissie voor
Georganiseerd Overleg.
De heer Keesen kan zich gehoord het
geen de voorzitter zeide, er bij neerleggen
dat de nieuwe regeling ter zake van de rij
wielen in twee jaar zal worden i~ gevoerd.
Maar spr. vindt geen reden in te trekken het
voorstel ter zake van dc salarieering van de
hoofdagenten.
De Voorzitter zou willen voorstellen
het voorstel van de salarieering van de
hoofdagenten te stellen in handen van B. en
W. om praeadvies B. en W. kunnen dan te
vens bezien de consequenties die daaraan
verbonden zijn.
Naar aanleiding van een vraag van den
Voorzitter verklaart de heer De Vos zich
bereid het door hem ingediende voorstel in
te trekken.
'NGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cent»
per re^el.
-é-
Voor Uw gezondheid is U
het beste juist goed genoeg.
Daarom zult U ook steeds bij
Hoofdpijn,
Schele hoofdpijn,
Zenuwpijnen
COFFIEASP1R1N nemen, want
dit werkt met alleen buitenge
woon piinstillend. doch ook
tegelijkertijd verkwikkend en
opwekkend.
Men lette op de origineele ver
pakking „«oyefc", kenbaar aan den
oranje band en bet BAYER»knii&.
Men weigere losse tabletten.
Stemmingen.
Gestemd wordt over het eerste gedeelte
van het amendement dat mej. Berdenis van
Berlekom met de leden Adrian, Joosten en
Van de Kamp had ingediend op het voorstel
van B. en W. nl. om te lezen in de verorde
ning regelende den rang enz. van het politie
personeel onder c. „inspecteurs 2e klasse
waaronder eene vrouwelijke inspecteur voor
kinderzaken".
Het wordt aangenomen met 21 tegen 16
stemmen. Tegen stemden de leden Baas,
Wolzak, Van Liemt, Wolff, Mizerus, Heer-
kens Thijssen. Klein, Roodenburg, Keesen,
Slingenberg, Bartels, Visser, de Braai, Bij
voet, Castricum en Van Kessel.
Het tweede gedeelte van het amendement
strekkende de inspectrice te geven een sala
ris gelijk aan de inspecteurs 2e klasse wordt
met dezelfde stemmenverhouding aangeno
men.
Daarna wordt gestemd over het voorstel
om het voorstel van den heer Keesen ter
zake van de salarieering der hoofdagenten
te stellen in handen van B. en W. om prae
advies. Het wordt aangenomen met 28 tegen
9 stemmen. Tegen stemden de leden Van
Liemt, Klein, Keesen, Peper, Bartels, Bij
voet, Castricum, Klein, Schiphorst en Van
Kessel.
Bij den post 377 onderhoud van brand-
bluschmiddelen en reddingswezen vraagt de
heer M e ij e r s het woord. Daar het echter
11 uur is wordt de zitting verdaagd tot
Woensdag 16 Januari des namiddags te half
twee uur.
GEREFORMEERDE KERK.
Na verschijning van het voorstel van B.
en W. d.d. 30 Mei 1927 met betrekking tot
overdracht van voor straat bestemden grond
aan den Kloppersingel, groot 85 cA., door den
Raad der Gereformeerde Kerk te Haarlem
aan de gemeente, hebben nadere onderhan
delingen plaats gehad tusschen dien eige
naar en het college van B. en W.
Blijkens de voor de leden ter inzage ge
legde stukken is de Kerkeraad thans bereid
om kosteloos en cm niet aan de gemeente
in eigendom over te dragen den bedoelden
op de overgelegde teekening aangeduiden
grond met de zich op die gronden bevin
dende tegelbestrating, welke grond bestemd
is voor openbaren weg.
De kerkeraad behoeft geen vergoeding te
geven voor openbare werken in die gron
den uitgevoerd.
BURGERLIJKE STAND
BLOEMENDAAL.
Ondertrouwd: F. Spoor en C. M. Stam; J.
K. R. ten Broeke en J. G. van Hout.
Getrouwd: Jhr. J. M. van Vierssen Trip en
J. E. Ch. Wensma; H. Mienis en P. F. van
Alphen.
Bevallen: W. C. BakkerTroost z. T. Cas-
seeSchotvanger d. A. C. M. PootersRoze-
boom d.
Overleden: C. J. Dletz, 25 j., overleden te
Haarlem; J. A. van den Enden, 64 j., overle
den te Haarlem.
BEVERWIJK.
Ondertrouwd: J. H. Langendijk en G.
Groen.
Getrouwd: J. M. van Buggenum en H. de
Vries.
Bevallen: A. M. SchillemansSlenters z.
J. StrikerKanis a. M. SchillemansConijn
d. R. van NimwegenKuipers z.
Overleden: J. P Heeren, 2 mnd. wonende
te Velsen. A. Slikker 84 j. wei. van G. Rezel-
man, wonende tt Velsen. D. Strooman 84
j. wed. van T. Mooij. C. van Veldhuijsen, 35
jaar, gehuwd met G. Bakker. J. J. C. van
Reijn, 62 j. ongehuwd.
BENNEBROEK.
Overleden: P. S. van Waveren, m., 60 jaar.
HEEMSTEDE.
Ondertrouwd: J. M. Jongbloed en I. A. J.
Hoogeboom: A. van Tol en P. J. Teileman.
Getrouwd: W. de Wildt en A. J. Mai; Ch. L.
M. Hamelynck en M. S. J. v. Huystee.
Bevallen: J. Dekkers—Wittekoek, z. Ch. E. de
Vriese—Rambonnet z. W. Schoor! Kinkel
man d.
Overleden: G. v. d. Eem, 56 jaren.
VELSEN.
Bevallen: W. v. d. Matenvan Leeuwen z.
L. J. van Es—Daleboudt z. A. de Ruiter- Bu-
ma, d. N. van Vlietvan Dam z. C. P. Nop
pen—'Vledder z. C. H. van Schooten—Lode-
wijks z.
Overleden: Anne v. Ebbenhorst Tenrrbergon.
35 jaar: Albertus v. d. Kleut, 45 j„ ectV.gen. v.
J. Uiterwaal; Adriaan Visser, 57 jaren. Ever-
hardus Jac. v. Eerden, 7 d.