OPRUIMING HAARLEM'S DAGBLAD WEILL ZOON PUROL HET PROV WATERLEIDINGBEDRIJF HEEFT EEN NIEUW HUIS. HET FINANCIEELE BELEID TE NIEUWER-AKSTEL. ZATERDAG 12 JANUARI 1929 VIERDE BLAD Maximum van doelmatigheid met minimum kosten. DE OPENING DOOR DEN COMMISSARIS DER KONINGIN. In tegenwoordigheid van een groot aantal 1 éenoodigden heeft Vrijdagmiddag de officiee- le opening plaats gehad van het nieuwe ge bouw van het Provinciaal Waterleidingbe drijf in het Kinheimpark te Bloemendaal, Es- schenlaan 10. In een der administratiezalen waren saamgekomen de Commissaris der Ko ningin in deze provincie, jhr. mr. dr. A. Röell, leden van den Raad van Toezicht op de Pro vinciale Bedrijven van Noord-Holland, waar van voorzitter is de heer J. N. Hendrix, en secretaris mr. M. W. Scheltema, leden van het gemeentebestuur en den Raad van Bloe mendaal, directeur en ambtenaren van het P.E.N., van den Provincialen Waterstaat, de griffier der Provinciale Staten mr. S. H. Ve iling Meinesz en ambtenaren ter griffie, leden van Gedeputeerde en Provinciale Staten, vooraanstaande personen uit de gemeenten Bloemendaal en Haarlem en alle ambtenaren van het Provinciaal Waterleidingbedrijf met hun directeur, Ir. J. van Oldenborgh en echtgenoote. I De directeur spreekt. De directeur heette allen welkom en dank te hen voor hun belangstelling. In het ver volg van zijn rede sprak hij als zijn meening uit, dat al luidt een Hoilandsch gezegde, dac men naar den gevel van het huis niet mag beoordeelen wat er binnen woont er in dit geval toch wel parallelitiet bestaat tusschen het huis en de welvaart van zijn bewoner. Hij ging den ontwikkelingsgang na van 1 De cember 1919 af, toen spr. in een eenvoudige villa in het Kweekduinpark kwam, waar hij de voorbereidingen moest treffen voor de stichting van het provinciale bedrijf, op 1 Januari 1920. Precies op tijd kwam de nieuwe spruit. Het was een fiksche jongen, hij had ook al 35 jaar in een vorig leven doorge bracht maar het niet royaal gehad. Het was voor hem een geluk te kunnen komen bij een goed voorziene moeder als de Provincie Noord- Holland. Zijn voedsel bestond uit duingrond een bankbiljetten. Na een jaar was hij zijn hulsel al ontgroeid. Gastvrij heeft het Pro vinciaal Electriciteitsbedrijf hem toen opge nomen. De Bloemendaalsche jaren waren voo spoedig en na 8 jaar moest al uitgezien word- n naar een nieuw huis. Wij wilden zelfs onzen ouderen broeder het P.E.N. er uitdrij ven, maar onze bescheidenheid heeft ons ten slotte een eigen nestje doen bouwen, en nauwelijks in het tiende boekjaar zijn wij in een definitief verblijf. Omdat het bedrijf, hoewel het jong is, hoog aangeslagen kan worden, durft spr. het goed en verstandig noemen, dat dit gesticht is. Van hier uit worden 400.000 menschen voor zien van een eerste levensbehoefte, water, en behalve die, nog tienduizenden stuks vee Deze taak kan alleen goed worden vervuld, wanneer het personeel daarbij geplaatst is in goede omstandigheden. Licht, lucht, en ruim te zijn onmisbare factoren en voor labora torium-onderzoek broodnoodig. En dit bedrijf kan zich zelf immers bedruipen. Er was een tariefsverlaging in uitzicht gesteld, deze map- naar spn's meening echter niet worden in gevoerd, als het bedrijf technisch niet goed gefundeerd is. Spr. weet wel, dat hij een re putatie van groote zuinigheid heeft, maar deze voert hij niet door dik en dun. Hij hoopt, dat men op den duur zal erkennen, dat hij goed gedaan heeft met te streven naar een goede outillage. Voorts sprak ir. Van Oldenborgh zijn erken telijkheid uit aan het provinciaal bestuur, in de eerste plaats aan den commissaris der Koningin en dan vooral aan den heer J. N Hendrix, lid van Gedeputeerde Staten voor zijn steun en beleid in deze, aan den gehee- len Raad van Toezicht voor zijn gunstig ad vies. maar in het bijzonder aan dr. ir. Th. v. d. Waerden, gedelegeerd lid van dien Raad, voor zijn grooten steun en hulp. Dank bracht de directeur voorts aan den hoofdingenieur ir. B. F. van Nievelt, die het gebouw tot stand gebracht heeft, terwijl hij diens vrouw bloemen aanbood voor de veie opofferingen, die zij zich in den huise- lijken kring uit den aard der zaak moest ge troosten. In zijn dank betrok spr. verder de technische ambtenaren J. M. Kroon, D. O. van Damme, A. Gelein en P. Houtzager, ir. K. Bakker, die bij den betonbouw adviseerde den hoofd-aannemer J.Teitsma, de aannemers der fundeering, Venhoven en Evers die van den betonbouw, Jonker en Van Herwaarden, de onderaannemers Stuurman en Maas, Sieme'is Schuckert, Siemens en Halske, atelier „De Vonk" en alle andere Haarlemsche firma's. Met een woord van dank tot de adviseurs bij den bouw, den „aftredenden huisbaas", het P.E.N., vertegenwoordigd door den heer F. A. Smit Kleine, directeur, eindigde spr., waarna hij den heer RÖell verzocht de symbolische opening te verrichten. De openingsrede. Alvorens dit te doen hield jhr. Röell een openingsrede. Na den heer Van Oldenborgh gedankt te hebben voor het gesprokene noemde hij ook de heeren Hendrix en Van der Waerden om hun kracht en doorzettingsvermogen. Den directeur sprak hij zijn waardeering uit voor alles wat deze gedaan heeft, hij is de stuw kracht van dit bedrijf, aan zijn initiatief is de tot standkoming van het gebouw te danken. De provincie mag trotsch op hem zijn. Spv. herinnerde er aan, hoe in 1926 de Provinciale Staten f 30.000 voteerden voor den grond er. f 270.000 voor de stichting en inrichting van het gebouw, hij noemde cijfers, die den groei demonstreeren, zooals het aantal aansluitin gen, dat in tien jaar van 18.000 op 74.000 kwam. Nu zijn er 47 ambtenaren tegen 12 in den aanvang. Een verhuizing naar een eigen woning is dus gerechtvaardigd, en lag volko men voor de hand. Dit gebouw zal voor af- zienbaren tijd voldoende zijn voor een goede uitoefening van het bedrijf. Dit was ook de wensch der Provincie. Met den wensch dat al len hier hun veelomvattende, maar dankbare taak met voldoening mogen vervullen, in het bijsonder de directeur, en dat het provinciale bedrijf een zege moge zijn voor de provincie, en het nieuwe gebouw daartoe bijdragen, be sloot de Commissaris. Rede J. N. Hendrix. Vo1gende spreker was de heer J. N. Hendrix. die ook naméns dr. Van der Waerden dankte voor de vriendelijke woorden en namens den Raad van Toezicht den directeur hartelijk chmk zegde voor wat hij voor het bedrijf ge daan heeft. De bijzondere beteekenis van de verhuizing ligt in de groote uitbreiding, die het bedrijf gekregen heeft in een kox-te span ne tijds. Alle gemeenten, met uitzondering van het 497 inwoners tellende koppige War der hebben zich aangesloten. Die ontzagge lijke vooruitgang is te danken aan het orga nisatorisch optreden van den heer Van Ol denborgh, voor wiens aandrang om de distri butie in het klein zelf ter hand te nemen en niet meer aan de in het groot stroom betrek kende gemeenten over te laten, het provin ciaal bestuur gezwicht is, wat gelukkig bleen. Inneming van dit standpunt bracht mee door voeren van de verplichte aansluiting. Een tweede reden van vooruitgang was het propa gandistisch optreden van den directeur, die de raadsleden ging overtuigen van de voor- deelen van de aansluiting. Nu hoort men niet meer van bezwaren. En de derde reden van vooruitgang was de goede commercieels leiding. Het bedrijf heeft door de voorzichtige lei ding van den directeur kunnen ontkomen aan het doormaken van een „Verlieskuil". Voor diens soepel en tactvol optreden bracht spr. den heer Van Oldenborgh hulde, hij roemde de toewijding van de ambtenaren, die haar voorbeeld vindt in ir. N. F. van Nie velt, die met zijn groote kennis van de bouwkunst het gebouw ontwierp, zoodat geen architect noodig was. Er is hier geen luxe, het is zuiver een utiliteitsgebouw. De ambte naren hebben er zonder uitzondering een maximum van doelmatigheid met een mi nimum van kosten van willen maken. Spr. hoopte, dat het tot heil van de provincie zal zijn. Namens het gemeentebestuur van Bloe mendaal sprak bij ontstentenis van den bur gemeester, wethouder J. C. Laan, die de tot standkoming van het gebouw schetste, waar voor verschillende faciliteiten moesten wor den toegestaan. De provincie levert ons niet alleen, zei hij, heerlijk water, maar ook goed koop water. Nadat de eerewijn rondgediend was ver wijderde jhr Rösll in het hoofdportaal het oranjekoord van de groote trap, waarmee het gebouw geopend was. Er werd een rondgang gemaakt door liet gebouw. Geen luxe, maar sobere schoonheid. Ter weerszijden van de gangen in lederen vleugel van het gebouw zijn kamers voor on derscheidene hoofdambtenaren ,alle sober, maar uiterst practisch met modern mate riaal ingericht, houtgranieten vloeren, melk- glazen lampen, en telefoon in iedere kamer. Aan het eind van iedere gang bevindt zich een ruimer lokaal, waarvan er op den be- ganen grond een ingericht is voor de ad ministratie van den waterverkoop, het an dere voor de boekhouding. Er wordt gewerkt met de nieuwste kantoormachines. Een bree- de trap, aan het eind waarvan het gedenk raam bet portaal siert, voert naar de eerste verdieping, waar ter weer-szijden van de gangen de kamers ziln van directie, hoofd ingenieur en voor de Dagelijksche Commissie uit den Raad van Toezicht. Aan het eind van de gangen is te eener zijde de ruime, mo dern ingerichte teekenkamer, aan den an deren kant het geheel aan de hooge eischen beantwoordende laboratorium, met daar naast de lichtdrukinrichting, de fotografi sche afdeeling en die, waar de blauwdruk ken vervaardigd worden. De zolderverdieping is bestemd voor de typisten en als bergruimte. In het souster- rain zijn de stookkelder, de fietsenbewaar- plaats enz. ondergebracht. De concierge woont in een eigen huis aan de achterzijde. Het gebouw is opgetrokken van roode bak steen, afgezet met banden van Noorsch gra niet. De monumentale ingang met bordes vormt een mooie afsluiting van de Plant soenlaan. De heer Van Nievelt heeft alle eer van zijn ontwerp en <mze omgeving, spe ciaal het Kinheimpark heeft er zeer veel bij gewonnen. INGEZONDEN MEDEDEFLINGEN a 60 Csit per reirel. BARTELJORISSTRAAT 26-28 BONTMANTELS VOSSEN MANTELS AUTOMATISCHE KOPPELING. BIJ SPOOR EN TRAM. Door het personeel der Spoor- en Tram wegen wordt sinds zeer geruimen tijd ijverig gewerkt om invoering te verkrijgen van ae automatische koppeling. Het aan- en afkop pelen van spoor- en tramwagens vraagt lel- kenjare slachtoffers. En het werk dat de rangeerder heeft is allesbehalve gevaarloos. Reeds heeft de Internationale Federatie van Transportarbeiders dit vraagstuk doen bespreken bij de vergadering van het ar beidsbureau te Genève, terwijl op aandrang van het personeel b.v. verschillende Fran- sche maatschappijen de automatische kop peling hebben ingevoerd. Ook bij de N. Z. II. T. M. is voor een belangrijk deel deze kop peling sinds eenige jaren in gebruik. Teneinde meer bekendheid te geven aan dit streven beleggen de Ned. Vereenlging van Spoor- en Tramwegpersoneel en öe Bord van Ambtenaren der Ned. Spoorwegen op 1 Februari a.s. een bijeenkomst, waar de heer N. Nathans, secretaris van de I. T. F. zal spreken over de noodzakelijkheid ven in voering der automatische koppeling, waarbij het gesprokene zal worden verduidelij kt door de vertooning eener film. De bijeenkomst wordt gehouden ir ge bouw Caecllia, Jansstraat en is voor alle be langstellenden toegankelijk. MUZIEK. ZESDE GEMEENTELIJK ORGELCONCERT. Den Haag heeft eergisteren der Koningin- Moeder hulde gebracht, en in de Groote Kerk aldaar heeft een andere Vorstin, een die haar kroon uit de handen der Muzen ontving, de Landsmoeder toegezongen. En het was of een naglimp van het Haagsche feest op ons afstraalde, toen gisteravond de Koningin onzer zangeressen op het podium der gemeentelijke concertzaal verscheen, als gast op het zesde gemeentelijke orgelconcert, dat zij door haar tegenwoordigheid en me dewerking tot een buitengewoon concert ver hief. Te schrijven dat de zaal meer dan vol was, zoodat zelfs stoelen op het podium geplaatst moesten worden waartoe dingen te ver melden, die vanzelfsprekend zijn? „Mevrouw A. NoordewierReddinglus, zang": de ver melding was als een tooverformule, die de zaal had doen volstroomen: en daar zaten aPen, eerbiedig luisterend naar den konink lijken zang, die nog steeds in gouden luister straalt, maar die ook troosten en verheffen kan. Bach heeft zij ons vertolkt, zooals zij al leen het vermag, schatten van schoonheid schenkend; weemoed en hoopvolle verwach ting in de koraalbewerkingen ..So giebst du nun, mein Jesu" en „Jesu. Jesu, du bist mein", die nog meer indruk maakten dan de beide andere Bach-zangen. Later heeft zij haar kunst aan werken ran landgenooten gewijd. Niet aan de zangeres lag het dat de „Abendmahlshymne" van Diepenbrock mij spoorloos voorbij ging; het verband tusschen de muziek en den ook op zich zelf vrij zon derlingen tekst, die meer aan het Hoog lied dan aan het Avondmaal doet denken, bleef mij volkomen verborgen, en als absolute muziek is Diepenbrock's hymne ook weinig genietbaar. Een geheel andere sfeer kwam met de beide liederen van B. v. d. Sigtenhorst Meyer, op teksten van Jan Luyken. De simpele begeleiding van „Oneyn- dig goed" mocht wat leeg schijnen zij werkte weldadig na de voorafgegane schier eindelooze accoordtransformaties met hun zwoele chromatiek; en in het lied „De nare Schaduw" brengt de componist een zich schoon en logisch ontwikkelende climax die in schittering met de vertolking door me vrouw Noordewier wedijverde. Toen dit lied ten einde was stonden allen op om haar voor het geschonkene dank te brengen. George Robert, die als altijd de zangnum mers begeleidde, encadreerde deze door een viertal orgelwerken, die wij meerendeels reeds vroeger van hem hoorden. Vooreerst de Chaconne in d kl. t. van Joh. Pachelbel ("16531706L den beroemden voorlooper van Joh. Seb. Bach; het werk heeft veel ver wantschap met Bachs Passacaglia. Dan de „Toccata, Adagio en Fuga" in C gr. t. van den grooten cantor zeiven, waarin de sneler zoomin wat tempokeuze als registrering en technische uitvoering betreft, gelukkig was; voorts het welluidende en mooi gespeelde „Cantabile" en tot slot de „Passacaglia. Ko raal en Fuga" van onzen landgenoot C. de Wolf, een door en door degelijk en belangrijk orgelwerk, dat een in menig opzicht ver dienstelijke vertolking genoot. KAREL DE JONG. ROTH KWARTET. Het mocht in hooge mate bevreemding wekken, dat nog niet het vierde deel van 't ledental van den Haarlemschen Kunst kring gebruik maakte van de gelegenheid die het lidmaatschap bood, om een kwartet ensemble te hooren, dat aan allerhoogste eischen beantwoordt. Wij zullen de oorzaken niet nagaan die dit verzuim bewerkten, maar volstaan met te bemerken dat de wegblij vers een gemis leden dat zij zoo licht niet zullen herstellen. Het was de eerste maal dat deze jonge Hongaren naar Holland kwamen. Zij waren niet onkundig van de successen die de Capets, de Bohemers, de Budapesters Chaillot e.a. hier lange jaren oogstten. Evenwel: zij waren gewanend en als 't niet zoo soldatesk klonk zou ik er bijvoegen: tot de tanden! Laat- ik liefelijker beeld gebruiken: het eert gespeelde stuk roept dit in herinnering: Beethovens eerste strijkkwartet. Zóó opende de onvergetelijke Luclen Capet het grootsche werk de serie Beethovenkwartetten. waarvan hij ons altijd weer de jonge schoonheid gaf. Nu zaten daar de Jonge kunstenaars uit Hongarije. van wie Ferie Roth de primarius is. En het mag als maatstaf gelden voor het artistiek vermogen van dit viertal, dat het ons van de Caoets van htt beste In her innering riep. Wel'swaar zon men kunnen zeggen dat Lucien Capet c.s. hen hier. vooral in 't heerlijk adagio, „tüchtig vorgearbeitet" hebben, om zóó naar den geest de sfeer der muziek te geven, die door Ludwig Nohl zoo treffend wordt gekarakteriseerd als „die Todesklage der Liebe gleich der Grabscene in Romeo und Julie". Maar dan is het voor dit jonge ensemble een maatstaf voor hun geestelijk kunnen, dat zij deze herinnering wakker roepen. Maar ook hun technisch vermogen grenst aan het wonderbaarlijke. Zoo gaven zij het slotrondo niet alleen in eer. verbluffend tempo, maar bleven tot in alle onderdeelen geven een klankschoonheid die In één woord ideaal mocht heeten. Die klankschoonheid men zou geneigd zijn haar te zoeken in kost bare instrumenten. Maar als ik u zeg. dat Ferie Roth een instrument bespeelt, dat eerst kortgeleden uit de hand van den vioolbouwer overging in die van den bespeler, en zoo ge de wonderlijke overeenkomst in uiterlijk be merkt met een schoone Stradivariusviool (het roodlak-type)veel meer nog: zoo ge hoort hoe schoon Roth dit Instrument doet klinken, dan gelooft ge uzelf niet, en mij evenmin. Kostbaar in pecuniair opzicht is alzoo deze viool niet. Zij Is het allermeest naar het wonderbare werk dat zij verricht in het ensemble der vier instrumenten. Het is billijk dat ik de namen noem der be spelers. Jenö Antal is de zeer volgzame se- dundo, Ference Molnar de altviolist, terwijl de violoncelpartij in handen is van een musicus die stamt uit ons land, Albert van Doorn. Een enkele maal besloop ons bij het hooren der altviool het heimwee naar het wonderland dat bij de Capets de heerlijke Stradivarius-altviool ons tooverde onder de handen van Henri Benoit. Maar 't is al licht beter, de herinnering aan dit Orplid te onderdrukken: het was te schoon en mocht niet altijd duren. Maar erkentelijk mogen wij zijn, die na- herinnering te zien gerealiseerd in het werk van deze jonge, viriele kunstenaars, die al reeds enorm moeten hebben gearbeid om werk te geven dat op zóó hoog artistiek peil st«at. H"n vertolk'ng var» Ravel's kwartet was er getuige van. In deze muziek die naar het notenbeeld zoo eenvoudig schijnt, maar in waarheid allerhoogste eischen stelt aan het ensemblespel, gaven zij in één woord supe rieur spel. Klankschoon. met prachtige stuwingen van het Groot rythme, e* alzoo ineesleepend altijd door, en alles in een sa- Eer overzichtsfoto van de 19de tentoonstelling der R. A. De kwestie tusschen secretaris en wethouder Medio December Lebben wij op gezag van de Telegraaf een en ander medegedeeld over hét financieele beleid te Nieuwer-Amstel, waar een mandaat vervalscht zou zijr, ten einde Gedeputeerde Staten en de Provinciale Griffie onkundig te laten van sommige uit gaven. Men weet, dat intusschen twee amb tenaren der provinciale griffie een onder zoek hebben ingesteld. Thans publiceert het Volk een uitvoerig relaas over deze kwestie. Hieruit blijkt, dat door den sterk rechtschen gemeenteraad een linksch raadslid, de heer Houtman (SJD.AP.) tot wethouder werd gekozen. Deze heer werd bij de verkiezingen in 1927 weer als wethou der aangewezen. Reeds lang was de heer Houtman name lijk ontevreden over het werk van secreta ris en secretariepersoneel. In deze gemeente bestond vroeger, volgens t blad, de gewoonte, bij de aanstelling van ambtenaren minder te letten op capacitei ten dan wel rekening te houden met de sa menstelling van de bevolking naar kleur en richting Vooral de a.-r. burgemeester Colijn had de gewoonte, gereformeerde volontairs aan te stellen, die dan na eenigen tijd in vasten dienst kwamen. De bom barstte, toen de heer Houtman de lnsturctie van den gemeentesecretaris gewij zigd wilde hebben. Aan de den secretaris ge geven opdracht een nieuwe instructie te ont werpen, voldeed deze niet. een ander ambte naar werd toen voor dit werk aangewezen, maar tenslotte werden de belangrijkste wij zigingen die de heer Houtman aangebracht wilde hebben toch weer geschrapt Toen dit ontwerp in den raad *.verd gebracht sprong wethouder Houtman op, om daartegen be zwaar te maken, waarbij hij ook met zijn overige grieven te voorschijn kwam. Nie mand trachtte hem tc weerhouden: daar voor was de aanval te onverwacht. Het was echter onmogelijk, op dat oogenbllk na te gaan. of de verschillende beschuldigingen i35 in getal» juist waren en daarom werd een commissie benoemd, bestaande uit ver tegenwoordigers van alle in den raad verte genwoordigde politieke partije Vervolgens geeft het Volk enkele bijzon derheden over den administrateur van de begraafplaats over deze kwestie hebben wij indertijd reeds een en ander medegedeeld. Het bleek tenslotte dat bij deze administra tie een tekort was van 3000. De commissie was voorts van meening. dat het voorgelegde ontwerp-instructie voor den gemeentesecretaris niet op normale wijze in den Raad was gebracht. In haar rapport schreef zij. dat de secretaris niet het recht had, die instructie aan den Raad te zenden. De secretaris (die deze conclusie aanvaard de), diende zijn huidige opvattingen omtrent zijn ambt in 't algemeen en ten aanzien van het financieel beheer der gemeente in het bijzonder, grondig te herzien, wilde hij zijn functie kunnen blijven waarnemen; ook diende hij te erkennen, dat zijn weerlegging van de beschuldigingen een onjuist beeld gaf en dat hij in zijn poging, om zich te rechtvaardigen, te ver was gegaan. Overigens meende de commissie, dat er, ondanks alle fouten van den secretaris, geen dringende reden was. hem te ontslaan, medo omdat dit door Gedeputeerde Staten wel licht niet zou worden goedgekeurd. Tot slot geeft het blad nog mededeelingen over de kwestie van het vervalschte mandaat van f 6000 waarover wij reeds uitvoerig schreven. menspel dat men niet moe wordt te bewon deren. Hoe Haydn een tweede jeugd beleefde door onze beroemde Kwarte+gezelsehannen, weet ieder die de gelegenheid niet voorbij liet gaan ze te hooren. Het Roth-kwartet te hooren is: de groote waarde van Haydn andermaal te ontwaren enhaar innig en diep te genieten. Aan de Haarlemsche Kunstkring oprechten dank! G. J. KALT. MALOITZ AAN 'T WERK. TELEPATHISCH EXPERIMENT IN DEN SCHOUWBURG JANSWEG. In de holle tooneelruimte waar décors al" groote lappen in de donkere hoogte hingen en tal van reo.uisieten kleurloos en wanorde lijk dooreen stonden, in de zaal van der schouwburg aan den Jansweg die kil en leeg was. heeft de telepaath Maloitz, hier ter- stede wél bekend, een experiment volbracht voor een heterogeen publiek van tooneel- knechts, werkvrortwen, persmenschen en en kele anderen. De opdracht die Maloitz zou uitvoeren was vrij ingewikkeld; een jongmensch trommel de een Tango del rose uit de piano en Ma loitz begon te zingen, terwijl wij hem bij den pols pakten en onze gedachten concen treerden. Even werd achter in de zaal heen en weer geloopen, dan schoot Kaloitz tus schen de achterste rijen stoelen door, éér keer. twee keer, even weifelend, dan resoluut nog twee maal. Een hoed die op den rand van een loge lag werd naar de andere zijde van de zaai gebracht en weggelegd en steeds zong Ma loitz met krachtige stem de Tango del rose. We werden meegetrokken het tooneel op. achter de schermen, waar tusschen den rommel een opgeschoten kabeltouw hing. We dachten, zeiden ln ons zelf: oppakken, op pakken, oppakken en een onzichtbaar fluïde stroomde door den greep van hand en pols naar den immer zingenden telepaath die dc gedachte opving en uitvoerde. Het werd moeilijk, het touw kwam op het tooneel te liggen, werd weggeslingerd, opgenomen, een knoop werd gelegd; verkeer, verkeerd, fout. ging het sein der gedachten. En eindelijk, toen een ander het leiden even overnam, kwam het touw goed te liggen op een bundel, de uiteinden met drie knoopen saamgebon den. Snel ging het nu naar een donkeren hoek waar een cigaret verborgen lag. welke den heer Kaart werd gepresenteerd. Uit een vestjeszakje werd een sigarenaansteker een „peut-étre" opgevischt ende ci garet niet aangestoken, zooals in de op dracht bepaald was. In vlot tempo werden uit enkele stapels kommen er twee uitge zocht. naar ee anderen hoek gebracht, op een tafel gezet en op bijzondere wijze, juist zooals van te voren bepaald was, opge stapeld. Dan weer dat soms even weifelende zoeken, even loopen in verkeerde richting, rennen, omdraaien, voortgaan, zeker van zich zelf. Het trapje af. 't middenpad door. de zaal uit. Nee, nee, fout, dachten we. Terug liep Ma loitz, de deuren werden gesloten, dan greep de hand naar een 'antaren van de noodver lichting, die werd open gemaakt, er lag een papiertje ln. Even dacht Maloitz na, dar. werd het open gevouwen, er stond op: einde van het experiment. „Griezelig" bromde een werkvrouw- tegen een vakgenoote. ..Knap" constateerden de persmenschen. „Doe 't Zondag en de andere dagen oók zoo", zei de heer Kaart, die glun derde bij de gedachte aan volle zalen. INGEZONDEN MEDEDEFLINGEN n 60 Cl». j Ruwe Huid bchrale Lippen Doos J0-Ó0 cd 90 c». Tube 50 cl B.j Apoth. co DrOflUi BEWAAKTE OVERWEGEN. DE BOOMEN ROOD-WIT? Sedert eenigen tijd overweegt de Union In ternationale des Chemis der fer het vraag stuk van de beschildering van de overweg- boomen uit een Dogpunt van beveiliging van het verkeer. De cedoeling ls een internatio nale regeling te '.rtffen en evenals dit reeds in Duitschland het geval is. de overweg- boomen enz. langs de spoorwegen rood-wit te schilderen. In verband hiermede verneemt het Hbld. dat de directie oer Nederlandsche Spoorwe gen ernstig overweegt, om dien maatregel voor de overwegen in ons land toe te pas sen, ook al zou de Union Internationale niet tot een beslissing in deze kemen. JACOP VAN LENNEP De Kon. Erk. Tooneelverceniging Jacob van Lennep zal het tweede half Jaar van het sei zoen openen met een cabaretavond op Dins dag 15 Januari a.s. in het gebouw „Modern", hetwelk uitsluitend voor dien avond voor le den van Jacob van Lennep is beschikbaar gesteld. Dien avond zullen voor de vereenlging op treden de artisten de heer Albert Klein, gentleman humorist. Miss Daisy, fantasie- danseres, Alberti, de beroemde zanger en Rc- nati". conferencier en stemmingszanger (lied jes bij de luit) en nog een tweetal extra num. mers door artisten die des avonds zullen wor den bekend gemaakt. Het orkest staat onder de bekende leidng vlan Tom van der Spek. Na afloop van het cabaret is op twee dansvloeren gelegenheid tot dansen. Daar de eerste caba retavond een groot succes was zullen onge twijfeld ook voor dezen tweeden cabaret avond de leden ln grooten getale opkomen GEEN VT.O^KVFRBOD T~ HA*R*EM. Het voorstel van B en W. om n'et tot het invoeren van een vloekverbodsbenaling te Haarlem over te gaan is door den Raad aan genomen met algeneene stemmen op één na, die van den heer Castricum. DE HOOFDAGENTEN VAN POMTïE. De Raad besloot in de zitting van Vrijdag avond het voorstel van den heer Keesen tot verhooging van het salaris van de Hoofd agenten van politie te stellen in handen van B. en W. om praeadvies. DE WERKLOOSHEID. Door de vorst. Tn verhand met de vorst de w°n-if»os- heid t>-ans van buitengewone grno'en om vang. Too poed als a'le bouwwerken lV^n stil en wordt er met de h-nrat^'n" werk zaamheden gewacht tot de dooi zijn Intrede zal doen. Bij vorst wordt er niet zooals bij rceen- verzuim eenige vergoeding aan de werkne mers uitgekeerd, zoodat de verdienste in zijn geheel stop staan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 11