Weill Zoon
Groote Opruiming
BÜITENLANDSCH OVERZICHT
DE TOESTAND IN
PILSOEDSKY'S
AFGHANISTAN.
MOEILIJKHEDEN.
LETTEREN EN KUNST
Barteljorisstraat 26-28
1
mr
FEUILLETON
Het Meisje uit de Stad
HAARLEM'S DAGBLAD
DONDERDAG 17 JANUARI 1929
r
Inayat's kansen.
Al zal koning Inayat meer kans op succes
liebben bij de onderhandelingen met de op
standelingen dan zijn broer, er zijn toch
wel factoren die tegen hem pleiten. Het
voornaamste bezwaar zal wel zijn, dat hij
getrouwd is met een zuster van Aman Oellah's
gemalin en dus eveneens met een dochter van
den minister van Buitenlandsche Zaken iu
Afghanistan gedurende het bewind van Aman
Oellah. Een ander nadeel is dat de nieuwe
koning in het bezit komt van een geheel lee-
ge schatkist, aldus de Tel. Wat er in heeft
gezeten, heeft zijn voorganger er uit gehaald,
om de opstandige stammen door geld te be
wegen hun verzet op te geven en voor de
aanwerving van nieuwe troepen. Op de con
servatieven zal het in elk geval een goeden
indruk maken, dat de Afghaansche polite
opdracht heeft gekregen er op te letten, dat
de vrouwen weer den sluier dragen.
Het staat nog steeds nVfc r.iet zekerheid
vast, waarheen Aman Oellah zich met zijn
gemalin zal begeven, maar het is onmogelijk,
dat een afgezette Afghaansche koning in zijn
land blijft zonder groot gevaar voor zijn le
ven te loopen. Reeds geruimen tijd geleden
hebben de moellahs den ex-koning vogelvrij
verklaard, omdat hij een afvallige en een
„kafir" is.
Volgens sommige berichten moet Aman
Oellah nog steeds te Kanhadar vertoeven,
waarheen hij zich per vliegtuig heeft begeven
en kreeg hij tot nu toe geen machtiging het
land te verlaten. Een ander telegram meldt,
dat de ex-koning zich heeft verplicht, zich
niet meer in de politiek te mengen en in de
eerste vijf jaar niet naar Afghanistan terug
te keeren.
Waar is Aman Oellah?
Er heerscht ongerustheid over het lot van
den afgetreden koning Aman Oellah. In
Britsche diplomatieke kringen is niets om
trent hem bekend; men weet niet of hij nog
in Kaboel, of zelfs of hij nog in leven is. Het
is niet onmogelijk, dat de opstandelingen
hem hebben gedood.
Verder meldt het Hbld.:
De toestand in Afghanistan blijft onrustig,
doch in Londen koestert men geen vrees
voor de veiligheid van de Britsche of andere
legaties te Kaboel. In de buurt der Britsche
legatie, die twee mijlen van de stad af is
gelegen, is verwoed gevochten tusschen den
leider der opstandelingen Bas ja Sakao (de
naam beteekent: zoon van een waterdrager)
en de troepen van den koning. Deze water
drager is een boer uit de bergen, die er niet
voor zal terugdeinzen om te solliciteeren
naar het koningschap!
Halfslachtige dictatuur?
In de zitting der begrootingscommissie, zoo
meldt het W. B., welke zich met de legerbe-
grooting zou bezighouden, deelde de rappor
teur voor het begin der beraadslagingen La
opdracht van maarschalk Pilsoedski mede,
dat noch deze, roch een ander vertegenwoor
diger der regeering de zitting zou bijwonen,
aangezien er nl. incidenten zouden kunnen
ontstaan door het beleedigen van officieren,
die dan weder de door hun eer geboden re
vanche zouden moeten nemen.
Deze verklaring verwekte onder de oppo
sitie groote opwinding. Een der afgevaar
digden betoogde, dat een volkomen dicta
tuur beter zou zijn dan deze halfslachtige
dictatuur.
Een spreker van de nationale club zeide,
dat de commissie niet was bijeengekomen om
het Poolsche leger te beleedigen.
Er werd een motie aangenomen, inhou
dende, dat men van de verklaring namens
Pilsoedski geen kennis wilde nemen.
Morgan's benoeming.
NEW-YORK, 15 Jan. De correspondent
te Washington van het „Journal of Commer
ce" meldt, dat Kellogg nog niet in kennis is
gesteld van de benoeming van J. Pierpont
Morgan tot lid van de expertscommissie voor
het herstel, ofschoon hij te kennen gaf, dat
de regeering diens verkiezing zal goedkeu
ren, hetgeen ten opzichte van de aanwijzing
van Owen Young reeds is geschied. Noch
Kellogg noch Mei'.on zijn er van op de hoogte,
of de commissie van herstel en de betrokken
Europeesche regeeringen reeds uitnoodigin-
gen aan deze Amerikaansche experts hebben
gezonden, welke door den Britschen gezant
zullen worden overhandigd.
Na de conferenties tusschen Kellogg, Mel
lon en Parker Gilbert werd verklaard, dat
vooreerst slechts een klein deel der Duitsche
herstel-obligaties gecommercialiseerd zal
kunnen worden, omdat de toestand van de
Waar is Aman Oellah?
Amerikaansche geldmarkt op het oogenblik
niet gunstig is.
Parker Gilbert gelooft, dat de deskundigen
commissie waarschijnlijk zal aanbevelen
niet meer dan 100 millloen dollar aan herstel-
obligaties in omloop te brengen. Hij is ech
ter van meening, dat de emissie dit jaar niet
meer zal geschieden. (N.TA.)
HET NIEUWSTE.
Het ongewone en door middel van een ad
vertentie aan de dieve> bekend gemaakte
aanbod van de Hamburgsche juweliersfirma
Wempe, om de juweelen, ter waarde van
26.000 mark, welke uit haar étalage gestolen
waren, terug te koopen, is door de dieven aan
vaard. Nadat de inbrekers de firma tele
fonisch hun voorwaarden hadden medege
deeld, vond in het stadspark te Hamburg de
ontmoeting plaats tusschen twee der firman
ten en twee mannen, die de gestolen juwee
len in ruil voor het overeengekomen bedrag
afgaven, aldus het Hbld. Een paar ontbreken
de juweelen moeten door de dieven worden
geleverd. Voor deze stukken is de koopprijs
dan ook nog niet betaald.
HET TOONEEL TE AMSTERDAM
CéCILE SOREL.
Le Misanthrope.
Het is wel zeer jammer, dat omstandighe
den een optreden van Cécile Sorel te Haar
lem onmogelijk hebben gemaakt, want
hierdoor is den liefhebbers "van werkelijk
groot tooneelspel een zeer bijzondere avond
onthouden. Dat Cécile Sorel haar naam niet
enkel aan reclame te danken heeft, maar
dat zij ook wel degelijk een actrice van den
allereersten rang is, heeft zij gisteren in het
Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam in Le
Misanthrope wel overtuigend bewezen. Het
schijnt, dat haar eerste optreden in Sapho
voor velen een teleurstelling is geweest,
maar als Célimène aan welke rol zij in
Parijs haar bijnaam te danken heeft
heeft zij dan wel schitterend revanche ge
nomen.
Het was opmerkelijk, dat juist de menschen
van het „vak", de acteurs en actrices, die in
zeer grooten getale waren opgekomen om de
beroemde en veel besproken Fransche kunst
zuster te zien, het meest enthousiast waren.
Zij in de eerste plaats hebben van dit spel
in grooten stijl genoten en aan hun bewon
dering dan ook op overtuigende wijze uiting
gegeven.
Cécile Sorel heeft feitelijk niet meer den
leeftijd voor de twintigjarige Célimène,
maar het is een bewijs van haar geweldig
kunnen, dat zij ons dit in haar spel geheel
doet vergeten. Zij speelt de Célimène in den
volmaakten stijl van de grande coquette,
met een alles veroverende féline charme, een
adorabele gratie, een zeldzame élégance, vol
komen de Franqaise brengt mij onwille
keurig op Fransch terrein als comédienne
van groote allure.
„Nu zien wij weer eens komediespelen!"
zei mij vol enthousiasme een zeer bekend
tooneeldirecteur in de pauze en ik kon dit
enthousiasme volkomen deelen. Cécile Sorel
is een actrice van de oude school van het
Théatre Francais. Modern is haar spel niet
in het minst; het steunt op de traditie van
het Fransche tooneelspel van eeuwen en is
alles louter „comedie". In opvatting, speel-
trant en zegging is het wel precies tegen
overgesteld aan wat twee dagen te voren
een Copeau in zijn voordracht van Bérénice
had gegeven. Maar in dezen stijl die toch
wel geheel bij Molière past is haar spel
volmaakt! Welk een exquis genot was het
naar het verrukkelijk geestig zeggen der
verzen te luisteren! Haar beschrijving van
de verschillende vrienden in II en vooral
haar antwoord aan Arsinoë in ni waren
meesterstukjes van dictie en spel, welke in
Parijs wij Hollanders zijn wat minder uit
bundig dan de Franschen zeker een af
zonderlijk en geestdriftig applaus zouden
hebben uitgelokt. En hoe prachtig werd het
woord steeds door het gebaar ondersteund!
Welk een genot was het alleen reeds dat rijk
gevarieerde handenspel te volgen.
Hoe volmaakt was heel dit spel ook in
standen en bewegingen. In haar voyante toi
letten van wel zeer geraffineerden smaak
haar verschijning alleen reeds met den ex-
centrischen hoed met de groote blauwe
struisveeren die aan een helm van een rid
der uit de middeleeuwen liet denken, deed
een bwonderend „hèèè" van de dames door
de zaal gaandeed zij ons telkens aan een
fijn poppetje van Sèvres-porselein denken.
Het was het meesterschap van techniek, dat
wij in Cécile Sorel heel den avond mochten
bewonderen.
En het was een vreugde naast deze groote
actrice een zoo voortreffelijken Alceste te
mogen zien. Was het spel van Cécile Sorel
voornamelijk raffinement en schittering van
uiterlijke pracht zooals het bij een koude
hartelooze Celimène volkomen paste bij
Ravet, die de titelrol in Le Misanthrope ver
vulde. was het daarentegen van een warme
innigheid. Een speler van sterk tempera
ment, met een magnifiek sonoor geluid, een
voortreffelijke dictie, sterk gemouvemen-
teerd spel van binnen uit en met dat onde
finieerbare hoogste in de kunst, dat wij
ziel noemen. Hij bracht vooral aan het
slot sterk den tragischen kant in Alceste
naar voren en maakte hierdoor een zeer
sterken indruk. Een Alceste, volkomen waar
dig naast zulk een Célimène te staan.
Dit laatste kunnen wij van de andere
acteurs en actrices moeilijk zeggen. Hun spel
miste over het algemeen vooral bij de twee
markiezen de fijne distinctie, en het
lichte, dat wij in Le Misanthrope mogen ver
wachten. Dank zij Cécile Sorel en Ravet heb
ik echter van deze Fransche voorstelling
een blijvende en mooie herinnering meege
nomen, waarvoor ik zeer dankbaar ben.
Het publiek bracht staande aan het slot
de twee artisten een zeer warme en enthou
siaste ovatie.
J. B. SCHUIL.
PROPAGANDA-KUNSTAVOND DER I.O.G.T.
Door de Hulp-Districtsloge „Vereend van
Zin" der Intern. Orde van Goede Tempelieren,
wordt Maandagavond een propaganda-kunst-
avond gehouden in de Gemeentelijke Concert
zaal, waar als spreker zal optreden Ds. E. van
Duyl uit Hilversum.
Door het Mannenkoor „Caecilia", directeur
Nico Hoogerwerf, wordt medewerking ver
leend. terwijl verder als solisten zullen optre
den de heeren Rikus Grin, viool en Jan Couvé,
piano. Het belooft aldus een mooie avond te
worden en daar de entrée zeer laag is ge
steld, zullen velen zeker Maandag opgaan
naar het Gemeentelijk Concertgebouw.
DE R.-K. LEESZAAL.
Opening van het nieuwe
gebouw.
DE VONDEL-TENTOONSTELLING.
De R.K. Leeszaal is verhuisd van de Jans
straat naar het perceel Nieuwe Gracht 70.
Dit is een verbetering waarmede het be
stuur, de Directeur en allen die van de R.K.
Leeszaal gebruik maken, gelukgewenscht mo
gen worden.
Had men in de Jansstraat eigenlijk maar
de beschikking over één zaal. die zoo goed
en zoo kwaad als het ging voor alle doel
einden gebruikt werd, thans aan de Nieuwe
Gracht is er beneden een flinke kranten-
en tijdschriftenzaal en daarnaast een afzon
derlijke uitleenbibliotheek, die door een trap
in onmiddellijke verbinding staat met het
„magazijn", boven. Verder zijn beneden nog
een zaal voor het houden van lezingen en
tentoonstellingen, het kantoor van den di
recteur en een bergplaats voor rijwielen enz..
en op de eerste verdieping bevinden zich de
studiezaal en het reeds genoemde maga
zijn.
In die studiezaal is het nu vol: nog niet
met studeerenden maar met boeken, platen,
prenten en documenten. Het bestuur van de
Leeszaal heeft n.l. de goede gedachte gehad,
in dit herdenkingsjaar van den 250en sterf
dag van Joost van den Vondel aan de
plechtige ingebruikneming van de R.K.
Leeszaal een Vondel-tentoonstelling te ver
binden.
Deze tentoonstelling wordt gehouden in de
studiezalen en is, dank zij de medewerking
van Dr. J. F. M Sterck. die heel wat uit
zijn rijke Vondelverzameling afstond, van
het Vondel Museum te Amsterdam en van
eenige praticulieren, uiterst belangwekkend.
Het gaat niet aan alles op te noemen
wat hier met zooveel zorg en kennis van
zaken is bijeengebracht.
Wij willen de aandacht vestigen op de
Planodrukken, waarbij vooral interessant
is de afbeelding van den ongeveer 1630 te
Haarlem gehouden optocht: „De intocht van
de Brabanders", ter eere van de ingebruikne -
ming van het Oude Mannenhuis, thans het
Frans Hals Museum. Aan dezen optocht nam
ook Vondel deel en zoo zien wij hier op ge
noemde afdeelding een portret van Vondel
op den jeugdigsten leeftijd waaropAhij ge-
gecon ter feit is.
Op een tafel liggen gerangschikt aller eerste
drukken van Vondel en zijn tijdgenooten
en volgelingen; ook de Bijbel van Deusaes.
waaruit hij zijn citaten placht te halen en
de Colloquia van Erasmus, dat Vondel met
een gedicht ter gedachtenis van Erasmus in
leidde. Hier ligt ook het Missie-treurspel:
„Zungchin of ondergang der Sineesche Heer
schappij e" en daarbij het portret van een
vriend van Vondel, die het later bracht tot
Chineesche Mandarijn en hem de stof
voor het Chineesche treurspel leverde.
Zeer interessant zijn ook de zes authen
tieke handschriften, waarvan twee, afge
staan door mevrouw Verheyen, te Boxmeer
(brieven van Vondel's broeder Willem) nog
nooit zijn geëxposeerd. Verder zijn hier ooic
authentieke handschriften van Vondel zelf-
gedichten (o.a. op Sinte Agnes Feest aan
Agnes Blok) en opdrachten. Hierbij sluiten
aan de handschriften van den predikant
Gomarus, Vondel's volgeling Antonides, Hugo
de Groot en het sierlijke schrift van Tes-
selschade Roemers.
Uitgebreid is de collectie hekeldichten van
Vondel en de daarop door verschillenden ge
geven antwoorden. Een ander belangrijk
onderdeel vormen de Vondel-uitgaven uit
de 17e, 18e, 19e, en 20e eeuw, waarbij de
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 00 Ct«. per re<?eL
van alle voorradige Bonimantels, VossenMoffen, Mantels en
Costumes
Géén zichtzendingen
-
Piijzen netto conlant
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN i 60 Centi
per regcL
LOUIS DOBBELnANN-ROTTERDAn'
nieuwste en prachtig verzorgde Vondel-uit
gave van de Wereld-Bibliotheek, bezorgd door
Dr. Sterck en waarvan het le deel is ver
schenen en het 2e spoedig verschijnen zaL
Verder tal van portretten van Vondel op
allerlei leeftijd, afdeeldingen van Scheybeek,
den brand van den Amsterdamschen Stads
schouwburg. de Bank van Leening te A'dam
(waar Vondel „inplaats van panden, dichtjes
schreef in het boek"), platen betrekking heb
bend op de Vondelfeesten in October 1867
gehouden, bij de oprichting van het Vondel
monument; portretten van vrienden en tijd
genooten van den grooten dichter en van de
uitgevers van zijn werken.
Een tafel is geheel gewijd aan den Mulder
Kring.
Wij bevelen een bezoek aan deze prachtige
collectie gaarne en ten zeerste aan.
Tot 27 Januari blijft de tentoonstelling
geopend.
KANTONGERECHT.
UITSPRAKEN
F. W. v. d. P. het als bestuurder van een
motorrijtuig over een weg rijden zonder te
zijn voorzien van een rijbewijs voor het be
sturen van een motorrijtuig f 3 subs. 1 weck
tuchtschool. B. R. het als bestuurder van een
rijwiel over een weg of rijwielpad rijden, ter
wijl niet is voldaan aan at. 59 van het Motor-
of Rijwielrglement f 1 subs. 1 weck tucht
school. P. J. H. idem f 3 subs. 3 dagen hech
tenis. F. A. het te Haarlem als bestuurder van
een rijwiel, kennelijk Ingericht voor slechts
één persoon daarop een ander persoon mede
voeren f 1 subs. 1 dag hechtenis. J. W. K.
idm f 2 subs. 2 dagen hechtenis. J. G. v. N.
idem f 2 subs. 2 dagen hechtenis. H. T. als
bestuurder van een rij- of voertuig daarmede
rijden op een weg; terwijl niet is voldaan aan
art. 63 Motor- en Rijwielreglemcnt f 2 subs.
2 dagen hechtenis. A. K. het te Haarlem met
een voertuig een standplaats op of aan den
openbaren weg innemen f 2 subs. 2 dagen
hechtenïs. H. H. het te Haarlem als bestuur
der van een voertuig niet het rechtergedeelte
van een weg berijden f 0.50 subs. 1 dag hech
tenis. P. G. idem f 0.50 subs. 1 dag hechtenis.
H. J. B. het als bestuurder van een rijwiel
daarmede over een weg rijden, terwijl niet is
voldaan aan art. 58 van het Motor- en Rij
wielreglement f I subs. 1 dag hechtenis. H. J.
P. het 's avonds een motorrijtuig niet ver
licht hebben f 5 subs. 5 dagen hechtenis. P. v.
A. het te Haarlem na sluitingstijd in een win
kel zich doen bedienen f 2 subs. 2 dagen
hechtenis. W. K. het te Haarlem een voertuig
onbeheerd op den openbaren weg laten str i n
f 2 subs. 2 dagen hechtenis. J. J. W. overtre
ding der Motor- en Rijwielwet f 4 subs. 2 da
gen hechtenis. P. J. V. het door het bevoegd
gezag naar zijn naam gevraagd, een valschen
naam opgeven f 15 subs. 15 dagen hechtenis.
P. J. V. overtreding van de Motor- en Rijwiel-
wet f 4 subs, 4 dagen hechtenis.
INTERNATIONALE OPLICHTERS
VEROORDEELD
Voor de schepenrechtbank In München
hebben twee Italianen, Miani en Marchesini
terecht gestaan die als leiders van een ben
de in verschillende landen (ook in Neder
land) oplichterijen hebben gepleegd.
De rechtbank veroordeelde Milan! tot drie
jaar tuchthuisstraf wegens valschhetd in ge
schrifte en Marchesini tot zeven maanden
gevangenisstraf, beiden met aftrek van vijf
maanden voorloopige hechtenis.
TUNNEL ONDER DE SCHELDE.
De Belgische ministerraad aldus het
Hbld. heeft zijn goedkeuring gehecht aan
de indiening van het wetsontwerp inzake den
tunnel onder de ScheWe.
Uit de door den minister van Openbare
Werken, Baeis, gedane mededeelingen blijkt
dao er een maatschappij zal worden opge
richt voor den bouw en de exploitatie van
den tunnel met een kapitaal van 500 millioen
francs, waarin de Staat, de provincies Ant
werpen en Oost-Vlaanderen, de stad Antwerl
pen en de betrokken gemeenten zullen deelne
men. De maatschappij zal niet slechts worden
belast met alles wat den tunnel betreft, doch
ook met het in exploitatie brengen der ter
reinen op den linker Scheldeoever. Om het
noodige kapitaal te verkrijgen, zal er een bin-
nenlandsche leening worden uitgegeven.
Naar het Engelsch van
H. A. VACHELL.
13)
Nu, zei George, ga ik alles aan land
brengen, wat ik niet noodig heb. Hij nam
zijn jas en stopte haar schoenen en kousen
in zijn zak.
Doe uw mantel uit! commandeerde
hij.
Rol uw mouwen op en bind uw rok
op met dit koord. Dan gaan we aan het
werk. Hij waadde aan land en kwam weer
terug. Hazel's zonnehoed verborg een warm
verbloosd gezicht.
U ziet erkostelijk uit! prees
George.
Ze begonnen te visschen, George deed
Hazel voor, hoe ze het aas in het water
moest gooien Plotseling voelde zij een ruk.
Ik heb beetik heb beet!
Ze schreeuwde van opwinding.
Houw uw hegel op, laat hem schieten!
Goed zoo! Haal hem nu zachtjes binnen!
Gelukkig zat de visch goed aan de haak.
En de lijn hield het uit. Toch was George
zoo bang, dat hij hem zou verliezen, dat hij
tot bijna aan zijn middel in de branding
sprong. Hij kwam er druipend uit te voor
schijn met een glinsterende tweeponder. Als
hij haar op dat moment ten huwelijk had
gevraagd, zou Hazel hem genomen hebben.
Dra werd het spelletje nog opwindender.
Hazel moest haar eigen visch naar binnen
halen, daar George de handen vol had aan
een monster aan het eind van zijn eigen
lijn. De lijnen raakten verward en de beide
visschen ontkwamen. George vloekte.
Meneer Spragge! klonk het verwijtend
Genade! riep George. Ik vergiste me
en niet zoo'n beetje ook. Ik dacht een oogen
blik, dat u Samantha was!
Vloekt u zoo. waar Samantha bij is?
zei Hazel streng.
Moeder en zij zijn er aan gewend!
Ik zou er nooit aan kunnen wennen!
Daar hebt u gelijk in. Als u in de buurt
bent. zal ik in mijzelf vloeken, al moest ik er
ook bij uit elkaar springen!
Hij boog zich voorover, om de lijnen uit
elkaar te halen.
Hazel's hart verteederde zich. Het was zon
der twijfel de knapste man, dien ze ooit
gezien had. Zij murmelde zachtjes:
Mijnheer Spragge?
U kon best George zeggen!
Nu dan George. Wil je het vloeken niet
laten, als ik het je vraag?
George schudde het hoofd.
Ik zou niets liever willen, dan u dat
plezier te doen, maar ik zou het heel een
voudig niet kunnen. Vloeken vergemakkelijkt
het boerenleven. Samantha kan toch ook zoo
vloeken tegen onze roodbonte! Bij tijden
houdt die de melk vast, als er niet tegen
haar gevloekt wordt!
Hazel schaterde het uit.
Zij vingen een heele massa visch in de
branding, en Hazel had verbazend veel ple
zier. Ze werd tot op de huid nat, maar ze
gaf er niets om. want de levensvreugde
maakte haar wild.
De visch lag in een grooten emmer, George
deed er wat zeewier over. Toen de emmer
bijna vol was, zei hij:
Tijd om op te houden.
Hazel keek naar het land en uitte een
scherpen kreet.
Daar kan ik nooit doorheen waden!
Ze wees naar het water tusschen den rots
en het strand.
O ja, zei George, u zult wel wat nat
worden, maar dan gaat Samantha altijd
de duinen in en droogt Jiaar goed in de
zon.
De golven zullen mij omver gooien!
Ik zal u dragen! zei George gretig.
Nadat ze een poosje tegengestribbeld had.
gaf Hazel zich aan zijn armen over. Hij
lichtte haar op, alsof ze een kind was, hield
haar hoog tegen zijn borst, en begaf zich
in het water, dat natuurlijk rondom den rots
het diepst was. Zij hield zich heel stil, de
oogen toe, genietend van deze nieuwe ge
waarwording.
Hij zette haar zachtjes neer en lachte.
Waarom zette je me niet neer, toen het
water ondiep werd?
Daar heb ik heelemaai niet aan ge
dacht.
Hij keerde naar de rots terug om de visch
en het tuig te halen. Hazel verdween in de
duinen. Toen ze terug kwam had ze haar
kousen en schoenen en haar mantel weer
aangetrokken. En haar zelfbeheersching had
zij weer terug.
Er was afgesproken, dat juffrouw Spragge
en Samantha tegen twaalf uur naar het
strand zouden komen.
Juffrouw Spragge maakte een verrukke
lijke „clam"-ragc ut en een paar groote
..clams" werden in zeewier gewikkeld ge
bakken. Samantha zette koffie.
George lag op zijn rug zich in de zon
te koesteren en «lak geen vinger uit.
Jou luilak! zei Hazel.
Juffrouw Spragge zei verontwaardigd:
Mijn George heeft geen lui botje In
zijn heele lichaam.
Ik maakte maar gekheid, Juffrouw
Spragge!
Hazel pakte de boter, het brood en de
biscuits uit; iets anders was er niet voor haar
te doen. Er waren vier kommetjes, daar werd
de ragout in geschept.
Toen aten ze zwijgend. En dat was het eind
van een gedenkwaardigen morgen,
IV.
's Middags had George het druk en liet
Hazel aan de vrouwen over. Zij gingen met
haar naaiwerk op de voor-waranda zitten.
Hazel hoorde George in zijn „hol" rond
scharrelen en weldra kwam hij te voorschijn
met een ouden zak en een gevorkten stok.
Waar ga je heen? vroea Hazel.
Het kreupelhout in, zei hij kortaf.
Wat doen?
Hij lachte, maar gaf geen antwoord. Ha*el
keek boos, toen hij wegstapte zonder te
antwoorden of om te kijken. Juffrouw Sprag
ge zei langzaam.
Hij spoort de wilde, bijen op en weet
waar de herten zijn. George heeft veel liefde
voor alle dieren en vogels en voor de heele
natuur.
Haar diepe, langzame stem. de stem van
Iemand, die vrede heeft met de gehecle
wereld, had een vreemde uitwerking op Hazel.
Ten tweede male vroeg zij zich af, of zij
zou worden als deze twee vrouwen, of de
wildernis haar tot slavin zou maken, even
als zij het deze beide gemaakt had. of zij
evenzeer de ketenen zou gaan liefhebben,
die haar zouden Linden aan een leven, zoo
rustig, zoo ontdaan van zorgen, opwinding
en Verdriet,
{Wordt vervolgd)