H. D. VERTELLINGEN
FLITSEN
De Man met den Horrelvoet
de Centrale
FEUILLETON.
HAARLEM'S DAGBLAD
DINSDAG 22 JANUARI 1S29
(Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden.)
Samen
door
WILLY VAN DER TAK.
Sneeuw.
Een wijde, witte wereld, waarin de hoo
rnen stil stonden te wachten onder den
zwaren grijzen hemel.
In de verte klonk een geluid, het kraken
van wielen, wat dof gestap van voeten er
werd iemand begraven.
Iemand? Nee, het waren er twee, die af
scheid hadden genomen van het leven. De
paar verre bloedverwanten fluisterden wat
meewarig over het merkwaardige geval: „Ja,
bijna tegelijk de één een dag na de an
derAch ja, ze waren ook altijd samen
geweest geen kinderenEen achter
neef dankte voor de bewezen eer, holde toen
weg om zijn trein te halen hij moest dien
middag weer terug zijn, had er toch al moei
lijk tusschen uit gekund de drukke tijd,
weet je.
De menschen gingen weg, lieten de plat
getrapte sneeuw achter, een stukje onthei
liging in de witte stilte. Langzaam vielen een
paar vlokken, zetten zich zwijgend vast op
de zwarte opgeworpen aarde
En al spoedig was de plek, waar twee
menschen samen hun eindelijke rust hadden
gevonden, verborgen onder het wlte dek.
Toen ze klein waren, kinderen nog, waren
ze buurmeisje en buurjongen geweest, en ze
hadden samen gespeeld, de stille schuwe jon
gen van zes en het bij-de-hand, toch wel lief
meisje van bijna vijf. Ze hadden gekibbeld,
een enkelen keer maar, want in zijn hart
voelde hij z'n meerderheid van twee jaar
oudere en van jongen tegenover meisje.
Een jongen vechten met een meisje, dat deed
je toch niet al voelde je soms heel erg be
hoefte er aan.
Ze werden grooter, de vriendschap bleef,
maar de verhouding werd anders. Want
hem. ijverlgen stillen werker, lukte veel en zij
bij de hand maar niet overijverig, begon wel
een beetje minachting voor hem te gaan
voelen. „Was dat nou een jongen?" En zij
eindigde, ouder wordend, met tegen hem op
te zien.
Toen ze zich verloofden zeiden alweten
de ouders, wijs met hun hoofden knikkend,
dat ze dat altijd al hadden zien aankomen,
en niemand wist, welk een wonder zich voor
die twee voltrokken had. Want de oude
vriendschap vlotte niet meer, voldeed niet
meer en zij, die het eerst besefte wat er in
haar veranderd was, was er zich met een el
lendige zekerheid van bewust, dat hij veel te
ver boven haar stond om ooit om haar te
kunnen geven, en toen hij eindelijk begreep,
wat hem den laatsten .tijd zoo vaag onrustig
had gemaakt, schold hij zichzelf uit voor een
idioot om te denken, dat zij ooit van een
onhandigen kerel als hij zou kunnen houden.
En nog jaren later spraken ze alleen op
bijna eerbiedig fluisterenden toon over dat
groote wonder: dat hij van haar was gaan
houden en zij van hem. En dan peilde zij
heel voorzichtig, of hij het nu nooit als een
gemis had gevoeld, dat hij van zooveel meer
dingen op de hoogte was dan zij, en dan
vroeg hij haar vol zelfverwijt, of ze zich nu
nooit ergerde aan een onhandige, onbe
houwen kerel als hij. En misschien hebben ze
allebei wel eens een gemis of een beetje er
gernis gevoeld, maar ze hebben het elkaar
altijd kunnen verzwijgen.
Ze hadden geen kinderen en mogelijk
hebben velen hen beklaagd om hun leven,
dat zoo gladjes verliep als een rustig kabbe
lend beekje, zonder woeste golven en hooge
springvloeden. Zij waren er gelukkiger in
dan menig ander, die niet meer bestaan kan
zonder den prikkel van steeds nieuwe erva
ringen en emoties.
Ze werden ouder, en hij verloor zijn ge
zicht bijna geheel en zij werd doof. Niemand
heeft er ooit van hen 'n klacht over gehoord
en zij zei eens, met een tevreden knikje:
„Ja, nu zijn we toch eigenlijk pas één, want
samen zijn we nog een mensch met goede
oogen en scherpe ooren. En wat had het niet
licht anders kunnen zijn. Stel je voor, alle
bei blind!"
Toen zij voelde, dat ze sterven ging, was
hun eenige groote smart, dat ze gescheiden
zouden worden en dat heeft haar laatste da
gen bijna de moeilijkste van haar heele le
ven gemaakt, want ze durfde hem niets te
zeggen van het gevoel van eenzaamheid, dat
haar hart binnensloop; maar vlak voor ze
stierf, fluisterde hij haar in: „Ik kom gauw",
en ze sloot haar oogen met een gelukkigen
glimlach. Hij kwam den volgenden dag al.
Samen liggen ze nu daar buiten waar het
stil is en de witte sneeuw ligt, en bijna geen
mensch herinnert zich meer de twee, die aan
elkaar genoeg hadden gehad....
INT. ORDE VAN GOEDE TEMPELIEREN.
De Hulp-District-Loge „Vereend van Zin",
No. 2 van de I. O. G. T. gaf Maandagavond
een propaganda-kunstavond in de Groote
Gemeentelijke Concertzaal,
De zaal was flink bezet toen de voorzitter
den avond met een kort woord opende en er
het doel van uiteenzette: meer bekendheid te
geven aan doel en streven der Goede Tem
pelieren. .Spr, bracht dank aan de uitvoe
renden, die zich bereid verklaard hadden
om hun medewerking te verleenen: het Man
nenkoor „Caecilia" en dé heeren Riküs Grin
(viool) en Jan Couvé (piano), beiden hoofd
leeraren aan het Haarlemschc Muziek-Insti-
tuut en deelde verder mede, dat Ds. E. van
Duyl, uit Hilversum, verhinderd was een
propagandaj-ede uit te spreken en zou worden
vervangen door den heer Vermeulen, alge
meen secretaris der I. O. G. T. te Uitgeest.
Deze sprak onmiddellijk na de pauze een
kort woord van propagandistische strekking
Spr. vestigde er de aandacht op, dat her
streven der Goede Tempelieren is een alge
meen verbod van alcoholhoudende dranken te
krijgen. Een der resultaten van het jarenlang
werken is nu, dat er door de Regeering ee
wetsontwerp Is ingediend, waardoor, als hel.
wet wordt, Plaatselijke Keuze mogelijk zal
worden. De alcohol, aldus spr., moet verban
nen worden. Vijf en zeventig procent der
auto-ongevallen en een groot percentage de:
criminaliteit komt voor rekening van alcohol
misbruik, dat nog altijd de zeden en het be
wustzijn van zooveel volken omlaag haa't.
Spr. wekte tenslotte de aanwezigen op, strij
ders te worden aan de zijde der geheel-ont
houding.
Met aandacht werden verder de muzikale
prestaties aangehoord van het mannenkoor
„Caecilia", onder de bekende en beproefde
leiding van Nico Hoogerwerf. Evenals de hee
ren Grin en Couvé na hun solo-nummers,
werd het Mannenkoor na elk nummer met
een luid applaus beloond.
DR. KREIKEN NAAR ATJEH.
In Mei zal er een zonsverduistering plaats
vinden, welke op Atjeh door Nederlandsche
astronomen geobserveerd zal worden. Bij de
expeditie, welke hiertoe uitgerust wordt, is
ook onze medewerker Dr. Kreiken. thans ver
bonden aan de sterrenwacht te Lembang,
meldt de Preangerbode.
DE BRUG OVER DE RINGVAART BIJ
SLOOTEN.
Gedeputeerde Staten antwoorden op vra
gen van den heer Klaas de Vries aangaan
de de brug over de Ringvaart bij Sloten en
het verkeer met autobussen naar Schiphol,
dat zij zich op het standpunt plaatsen, dat
bij het verleenen van vergunningen op
grond van de Wet Openbare'Vervoermiddelen
alleen het belang eener economische ver-
keersvoorziening den doorslag moet geven,
terwijl de vrijheid en de veiligheid van het
verkeer, voorzooveel het motorverkeer aan
gaat, verzorgd en gewaarborgd moeten
worden door de middelen, welke de Motor
en Rijwielwet aangeeft. Gedeputeerde Staten
hebben daarom de concessionarissen, de K.
L. M. en den heer M. van Poelgeest, gewezen
op den minder gunstigen, niet den onvoldoen
den staat, waarin de bewuste brug verkeer
de en zullen, indien het overleg, dat door
hen werd aanbevolen, niet zoodanige resul
taten zal opleveren, als voor de veiligheid van
het verkeer noodig zou zijn, toepassing dier
in de Motor- en Rijwielwet aangegeven mid
delen in overweging kunnen nemen. Naar hun
meening is zulks voorhands nog niet noodig
geweest,
FEESTAVOND
De Haarlemsche lompenventers vereeni-
ging „Door eendracht samengebracht" houdt
een feestavond ter gelegenheid van haar 2-
jarig bestaan, op Zaterdag 26 Januari in het
gebouw van den heer G. Scheffer in de Kleine
Houtstraat alhier.
Er is voor verschillende attracties gezorgd.
NEUTRALE BESTUURDERSBOND.
De Neutrale Bestuurdersbond te Haarlem
heeft een openbare vergadering belegd in de
bovenzaal van de Kroon op Dinsdag 29 Ja
nuari. Als spreker zal optreden de heer B.
Holtrop uit den Haag, oud-voorzitter van
het A. N. V. en het Nationaal verbond van
gemeente-ambtenaren, die behand'elen zal.
„de vloek der Nederlandsche vakbeweging".
Er is zoo meldt men ons ontstemming
dat het Neutrale A. N. V. geweken is voor den
drang van het Moderne N. V. V. en zich terug
getrokken heeft uit het overleg met de
werkgevers en werknemers. Dit is, naar de
spreker van dien avond zal toelichten, een
fout.
VOOR DEN POLITIE
RECHTER.
Hij vond het reusachtig.
Het woord reusachtig heeft langzamerhand
de algemeen geldende en overal begrepen
bijbeteekenis gekregen van prachtig, heerlijK,
buitengewoon mooi enz.
Maar of de 28-jarige Weesperkaspelaar,
die in de plaats zijner inwoning een slagerij
beheert, wel deze beteekenis aan het ge
noemde woord hechtte, toen hij, nadat er drie
weken gevangenisstraf tegen hem geëischt
was, deze straf commentarieerde door te zeg
gen: „Ik vind het reusachtig!" wagen wij te
betwijfelen.
Hij had verkeering gehad met een Haar
lemsche dienstbode. De liefde was evenwel
niet bestendig van duur geweest en het en
gagement was afgeraakt. Nu schenen er ech
ter tusschen beiden nog finaneieele zaken te
regelen te zijn, want op den 28en October van
het vorige jaar vervoegde de slager zich aan
de woning van de ouders der dienstbode en
vroeg haar te spreken. Het meisje was thuis
en ging naar de voordeur, waarop de jonge
man haar kort en krachtig aansprak met.
„Krijg ik m'n geld?" Toen het antwoord op
deze categorische vraag hem niet voldeed,
sloeg hij het meisje een blauw oog („dit rech
teroog", zei haar moeder, als getuige ge
hoord, en wees daarbij op haar linker) en
onder het uitspreken van de woorden: „Nou
m'n geld of je gaat er aan!" bedreigde hij
haar bovendien met een slagersmes.
Den klap bekende verdachte maar de be
dreiging met een mes ontkende hij.
Het OJM. eischte 3 weken gevangenisstraf,
waarop verdachte, die al meer straf onder
gaan had, o.m. voor huisvredebreuk, als zijn
meening te kennen gaf dat hij het „reus
achtig" (nl.: erg veel) vond.
De Politierechter maakte er f 50 boete of 25
dagen hechtenis van.
De slager gaat het hooger-op zoeken.
Het geliefde koperdraad.
Koperdraad is nog altijd al zijn de oor
logsdagen, waarin koper goud waard was, ge
lukkig voorbij een geliefd artikel bij men
schen die op oneerlijke wijze aan geld willen
komen, omdat er helaas steeds lieden gevon
den worden die gestolen goed koopen.
Twee personen, die in dienst waren bij de
Posterijen en Telegrafie, hadden zich bos
sen koperdraad, toëbehoorende aan het Rijk
der Nederlanden, toegeëigend en kregen
daarvoor van den Politierechter 3 maanden
voorwaardelijke gevangenisstraf met een
proeftijd van drie jaar. Zij zullen zich verder
moeten stellen onder toezicht van de R. K.
Reclasseering en mogen in die drie jaar geen
herbergen of café's bezoeken.
Ontrouwe loopjongen.
Een achttienjarige loopjongen had zich op
16 October f 40 wisselgeld, hem door zijn pa
troon, een Bloemendaalsch winkelier, mee
gegeven toegeëigend en bovendien f 58.87 1'2
niet afgedragen die hij van klanten voor zijn
patroon had ontvangen. Voor het geld had
hij allerlei dingen gekocht en hij was er voor
naar Limburg gereisd.
Hij was een Pro Juventuteklantje. Een
vroegere zaak tegen hem was al eens aange
houden om hem gelegenheid te geven bij de
Marine te komen. Maar nu hij het vertrou
wen weer beschaamd had eischte het O.M.
twee maandengevangenisstraf tegen hem
met aftrek van de preventieve hechtenis.
De vei'dediger^Mr. Vis, vroeg, zijn 'cliënt
nog een kans te geven om buiten de gevange
nis te blijven, door hem een voorwaardelijke
straf op te leggen.'
De Politierechter maakte er een maand
gevangenis met aftrek van.
Het stoute hondje.
Wie wel eens zittingen van de Rechtbank of
van den Politierechter heeft bijgewoond,
weet welk een wereld van minachting som
mige verdachten of getuigen kunnen leggen
in het woord „persoon" (enkelen zeggen:
perzoon).
Zoo'n grenzelooze minachting sprak er ook
weer uit de wijze waarop Maandag een 33-
jarige struische juffrouw tot den Politie
rechter, doelende op een getuige, zei: „Eer
waarde, die persoon staat te liegen, gewoon
te liegen".
Maar de persoon hield vol. Hij kwam om
de waarheid te vertellen zeide hij en hij had
wel degelijk gezien, dat de juffrouw een ge
vecht geopend had met J. V. De juffrouw
gaf wel toe, dat zij V. een klap met haar
klomp had gegeven maar V. had haar eerst
een slag gegeven met een mand. Bovendien
had hij vroeger haar ouden vader al eens be
wusteloos geslagenT Hier bleek dus sprake te
zijn van een oude veete, die in al haar kracht
was opgelaaid, toenhet hondje van V. iets
zeer beleedigends gedaan had tegen de woon -
schuit van de struische juffrouw.
Er bleken nog meer „personen" te hebben
deelgenomen aan het gevecht, waaraan ten
slotte door de politie een einde was gemaakt,
maar de juffrouw stond alleen terecht voor
den flink aakomenden slag met haar klomp,
dien zij V. had toegediend.
De juffrouw „nam" tenslotte haar straf van
f 10 of 2 dagen, zonder mopperen, waaruit
misschien kan blijken dat de door haar met
zooveel kracht geaésavoueerde getuige toch
niet zoo erg gelogen had!
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1386
GERECHTE TROTS
De man, die een brief schreef en begon,
met er zonder aarzelen 1929 boven te
zetten in plaats van 1928.
(Nadruk verboden).
DE BLOEMBOLLENTEELT.
STERKE VOORUITGANG.
In het Weekblad voor Bloembollencultuur
vinden wij een statistiek van de met bloem
velden beplante oppervlakte van 1850 tot he
den; met de statistiekwaarde van de export:
1860: 300 H.A. f 1.000.000
1870: 400 H.A. f 1.500.000
1880: 600 H.A. f 2.250.000
1890: 1000 H.A. f 3.500.000
1900: 2500 KA. f 7.500.000
1910: 4000 H.A. f 13.000.000
1920: 5000 H.A. f 20.000.000
1928: 6000 H.A. f 40.000.000
DE BURGERWACHT
De rekening van dé Haarlemsche Burger
wacht over 1928 sluit met een tekort van
f 70, welk tekort ontstaan is doordat aan de
gemeente Haarlem meer huur betaald moest
worden voor de Doelen, daar meer recruten-.
oefeningen zijn gehouden. De Haarlemsche
Burgerwacht telt ongeveer 700 man. Om
voort te kunnen gaan met het werk is aan
de deelnemers van het garantiefonds ge
vraagd 34 pet. van het door hen als maxi
mum gestelde bedrag beschikbaar te stellen.
De contribuanten van het garantiefonds
zijn opgeroepen tot een vergadering op
Woensdag 6 Februari om 4 uur 's middags in
het gebouw Kruisweg 70. Daar zal de reke
ning en verantwoording worden overgelegd
en de bestuursverkiezing plaats hebben.
NEDERLANDSCH TOERISTENVERBOND.
Dezer dagen is voor de afdeeling Haarlem
van het Ned. Toeristenverbond in het Blauwe
Kruis een lezing met lichtbeelden gehouden
over Zwitserland, door den heer P. G. v. En
gelen. Nadat de voorzitter, de heer Ch. Hen-
sen, een kort openingswoord had gesproken
en zijn voldoening had betuigd over de groote
opkomst bij deze eerste lezing, kreeg de heer
v. Engelen het woord. Hij beschikte over een
prachtige serie platen en lichtbeelden en
toonde zich een beschaafd en onderhoudend
spreker.
Met groote aandacht volgden de aanwezigen
het gesprokene en velen zullen de 'lust bij
zich voelen opkomen pm in Zwitserland eens
een kijkje te gaan nemen.
WAARSCHUWING.
De Commissaris van Politie te 's-Hertogen-
bosch geeft in overweging aan een ieder, al
vorens handelsrelaties aan te gaan met de
zich noemende firma Gevers en Co., hove
niers, groothandel in aardappelen, groenten
en fruit Het Westland, den Bosch, Windmo
lenbergstraat no. 22, inlichtingen in te win
nen aan het commissariaat van politie, af
deeling recherche aldaar.
WERKLOOZENUITKEERING AAN BOUW
VAKARBEIDERS.
Door den minister van Arbeid is gunstig be
schikt op het verzoek van den Algem. Ned.
Bouwarbeidersbond om de uitkeeringsduur bij
werkloosheid te brengen op 50 dagen. In 1922
was de schuld der Werkloozenkas van deze
organisatie meer dan 300.0.00 gulden. Toen
werden er maar 32 dagen uitgekeerd maar nu
is het reserve-kapitaal bijna een half mil-
loen. Een mooie vooruitgang dus!
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN 60 Cent.
per regel.
Stofzuigerhuis MAERTENS
BARTELJORISSTRAAT 16
TELEFOON NO. 10756
APEX STOFZUIGERS F 90.-
De ongeschreven,
wet!
Geen enkele geschreven wet
eischt van U een levensver-,
zekering, maar zijt Ge niet
tnoreel verplicht Uw gezin
veilig te stellen 7 De tarieven
van De Centrale maken he«
ook bij een klein Inkomen
mogelijk, dezen moreelen
plicht te vervullen*
„fclJNSIRAAX. DEN HAAG
DE MÜNCHNER MARIONETTEN OP HET
KENNEMER LYCEUM.
De rector van het Kennemer Lyceum is ei?
in geslaagd Paul Brann's Marionettenthea
ter Münehner Künstler, die voorstellingen
geven te Amsterdam, maar niet te Haarlem
zuilen komen, bereid te vinden voor de leer
lingen van het Kennemer Lyceum een twee
tal middagvoorstellingen te geven. Deze
zullen plaats vinden op Donderdag 31
Januari. rJDe ouders van de leerlingen wor
den in de gelegenheid gesteld de voorstellin
gen bij te wonen, terwijl ook eenige klassen
van het Kopje te Bloemendaal en waar
schijnlijk ook nog enkele andere groepen van
leerlingen toegang zal worden verleend. De
voorstellingen zullen, daar het tooneel in
de aula van het Kennemer Lyceum voor het
Marionettentheater bezwaren oplevert, in
in den schouwburg aan den Jansweg plaats
vinden.
GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN
Terug te bekomen bij: Bureau v. politie
Smedestraat, boek; Doris, Smedestraat 4,
beursje; v. Baaren, Balistraat 6, handschoen;
Daamen, Korte Houtstraat 9, handschoenen;
Hellemink, Zoetestraat 26, zwartbruin hondje;
Riemsdijk, Zonnesteeg 10, hond (haaskleur);
Visser, de Witstraat 14, halsband; Kennel
Fauna, gebracht door: Politie Smedestraat,
hond (zwart); Pauw, Lucas v. Leijderslaan 7,
hond (herder, geel)hond, Prins, Oudeweg 69,
Mevr. Stuut, Valkenburgerstr. 4, Heemstede,
kat (wit-zwart); Hofland, Princessekade 53,
kam (zwart); Vos, Kleverparkweg 47, muts;
Goudschaal, Gen. de la Reijstraat 52, honden
penning; Eek, Ripperaapark 25, rozenkrans;
Lucas, Lange Annastraat 30, rij wiel belas-
tfngmerk in étui; Kraakman, Dusartstraat 4,
vulpotlood.
EEN GESCHIEDENIS VAN DEN GEHELMEN
DIENST.
Uit het Engelsch van
DOUGLAS VALENTINE.
20) x
Het eerste waarop lk onthaald werd toen
ik de hall binnenkwam was een scène tus
schen den generaal en den dienstdoenden
ordonnans, die vergeten scheen te hebben
om een belangrijke boodschap over te bren
gen en deswegen voor „Kameel", „ezel" en
nog veel meer fraais werd uitgemaakt door
den ziedenden von Boden Sr.
De zoon bracht mij ondertusschen, na
dat hij pet. jas en sabel had afgedaan naar
een soort studeerkamer. Die ordonnansen
zijn zulke ezels, zei hij onverschillig.
Rudi! Rudi! riep een schrille stem uit
de hall. De luitenant vloog naar buiten.
je moet dien kerel vanavond naar Ber
lijn brengen. De boodschap is hier al dien
tijd geweest maar die stommerik van een
Heinrich heeft het vergeten te zeggen. En
tot zoolang moeten we hem hier houden. Hij
lijkt wel gek om ons huis te gebruiken als
een kazerne voor zoo'n vlegel van een de
tective!
Daar de deur was blijven openstaan kon
ik deze vriendelijke ontboezeming woord
voor woord hooren. Toen ging de deur dicht
en ik verstond verder niets.
Door wat ik van dit gesprek had opgevan
gen. was er een groote mate van ironie in
de uitnoodiging om te blijven eten. die mij
even later door den jongen von Boden werd
overgebracht. Er zat niets anders op dan
haar aan te nemen. Ik kon niets anders
doen dan mij gedragen naar de Pruisische
discipline; iedereen had zijn orders en ge
hoorzaamde deze blindelings, tot de groot
machtige „excellenz" wiens gast ik was, toe.
En ik was niet meer dan een heel onaan
zienlijk onderdeeltje in het groote rader
werk.
Zijn Excellenz liet mij overigens niet in
twijfel op dit punt. Toen ik in zijn privé-
eigendom werd binnengelaten nadat ik mij
gewasschen en geschoren had, ontving hij
mij staande en zei op den man af
Uw orders zijn om hier te blijven tot
vanavond tien uur; dan zult u naar Berlijn
gebracht worden door luitenant Graaf von
Boden. Ik ken u niet ik weet niets van uw
aangelegenheden, maar ik heb bepaalde or
ders omtrent u ontvangen en die heb ik
eenvoudig op te volgen. Om die reden zult u
met ons dieneeren. Nadat u dcugeen ontmoet
hebt naar wien u vanavond zult worden
gebracht, zal Luitenant Graaf von Boden u
naar het station in Spandau brengen, waar
een extra-trein gereed staat waarmee hij u
naar de grens zal terugbegeleiden. Ik wensch
dat u er goed van doordrongen zult zijn dat
de luitenant verantwoordelijk er voor is dat
deze bevelen stipt zullen worden uitgevoerd
en alle middelen zal gebruiken om te zorgen
dat dit ook geschiedt. Bén ik duidelijk ge
noeg geweest?
Er was iets onuitsprekelijk-dreigends in
de manier van doen en spreken van den
ouden man en al mijn antipathie tegen het
Pruisische militarisme kwam in mij boven.
Maar ik antwoordde volmaakt kalm:
Volkomen, Excellenz!
Laten we dan aan tafel gaan, zei de
Generaal.
Dat middagmaal was eenvoudig een nacht
merrie. Een verwelkt en verschrompeld
vrouwspersoon, aan wie ik niet werd voor
gesteld een of ander bloedverwant die
de huishouding van den Generaal bestuur
de, veronderstelde ik was de eenige die
met ons drieën mee aan tafel zat. Ze deed
geen mond open behalve met oogen vol
angst en op fluisterenden toon tegen den or
donnans met betrekking tot het eten en
den wijn van den heer des huizes. Het was
een somber vertrek waarin wij dineerden.
De generaal en zijn zoon aten stevig maar
ik zelf kon van louter emotie geen brok door
den keel krijgen. Iedere zenuw in mijn li
chaam trilde als ik dacht aan den avond
die vóór mij lag.
Als ik dat onderhoud al niet kon vermij
den, ,ik was vastbesloten om mij op een of
andere manier van dien meneer von Boden
te ontslaan. Ik had geen zin om met leege
handen aan de grens terug te komen, ik had
al deze gevaren niet getrotseerd oi* als een
kwajongen naar huis te worden gestuurd,
zonder tenminste een poging te hebben ge
daan om Francis te vinden. Bovendien, als
het eenigszins mogelijk was. wilde ik pro-
beeren ook de andere helft van het docu
ment in handen te krijgen.
Er was een voortreffelijke Rijnwijn aan
tafel eu ik dronk er rijkelijk van. De Ge
neraal deed dat eveneens, met het gevolg
dat hij zoover ontdooide dat hij mij de
slechtste sigaar presenteerde die ik ooit in
mijn leven gerookt had.
De „vrouwspersoon" had de kamer verla
ten en terwijl ik zwijgend rookte, onderhiel
den vader en zoon zich over de oorlogsge
beurtenissen van de laatste dagen. Ik hoor
de beschouwingen die in die dagen voor een
Engelschman buitengewoon belangwekkend
waren en hem een kijk-uit-de-eerste-hand
op de mentaliteit der Duitsche mlitaire krin
gen gaven, maar die nu hun actualiteit ver
loren hebben en dus gevoegelijk achterwege
kunnen blijven.
Het gezoem van een motor voor het huis
maakte aan het gesprek een einde. Beden
kend dat ik maar een nietswaardige dienst
knecht was, vergeleken bij dit stralende mi
litaire licht, dankte ik den Generaal met ge
paste nederigheid voor zijn gastvrije ont
vangst. Daarop gingen de jonge graaf en ik
naar buiten, stapten in den auto en even
later suisden wij weg in de duisternis.
We kwamen Berlijn binnen uit Westelijke
richting, leek het mij toe, maar sloegen
Zuidwaarts af en bevonden ons al spoedig
in het centrum van de stad waar het. stil
was om dezen tijd. Toen kreeg ik een glimp
van lantaarns cfce in het water weerkaatst
werden en een oogenblik later stopte de
auto op een brug. Mijn metgezel sprong uit
den wagen ik volgde en hij voerde mij naar
een kleine poort in een hoog ijzeren hek,
dat om een uitgestrekt, donker tegen den
nachthemel afstekend gebouw heenliep, ter
wijl de wagen in de duisternis verdween.
De poort was open. Een paar meter er
van af was een kleine slanke toren die met
een puntdak uitstak aan de zijde van het
groote gebouw. In den toren was een deur,
die gemakkelijk openging, toen mijn bege
leider er tegen duwde en ergens in het ge
bouw sloeg een klok: half elf.
De deur leidde naar een helder-verlichte,
kleine vestibule. Daar stond een man, een
krachtige, kaarsrechte figuur met een baard
en een soort groen houtvesterscostuum.
Zoo Payer, zei de jonge von Boden,
hier is de man. Ik kom straks aan de Weste
lijke entrée. Breng je hem zelf weer naar
den auto?
Jawohl Herr Graf, was het antwoord en
de luitenant verdween door de deur naar
buiten.
Een verbijsterend, een ongelooflijk ver
moeden dat mij bekropen had zoodra wij uit
den auto waren gestapt, kwam nu opnieuw
en thans met ontstellende helderheid in mij
op. Dat uitgestrekte donkere gebouw, die
slanke hoektoren.kende ik die?
Werktuigelijk volgde ik den man in 't
groen. Mijn angstige argwaan nam toe bij
iederen stap. En het duurde niet lang of
mijn vermoeden werd zekerheid in mij.
(Wordt vervolgd)