BEURSKRONIEK.
HAARLEM'S DAGBLAD
Miss Hongarije triomfeert.
Het Meisje uit de Stad
VRIJDAG 8 FEBRUARI 1929
DERDE BLAD
Over thee. Roemeensche leeningen. - Kunstzijde-
markt. Emissies. De beurs.
Amsterdam, 7 Februari.
Af en toe zien we op de Amsterdamsche
beurs een vrij geanimeerde beweging in de
thee-afdeeling ontstaan. Dit vindt zijn oor
zaak in de omstandigheid, dat de markt voor
deze waarden zeer beperkt is, zoodat al een
kleine vraag in staat is een beduidende
koersverheffing teweeg te brengen. Nog on
langs deed zich zulk een geval voor. Maar
bovendien is daarbij van invloed de stem
ming die voor het product bestaat. En uit de
diverse gegevens blijkt, dat het theeverbruik
toenemend is, wat natuurlijk op prijs en re
sultaten der betrokken ondernemingen van
invloed moet zijn. De Times vermeldde dezer
dagen nog, dat de statistische positie van
de thee aanmerkelijk verbeterd is. Terwijl in
Maart de voorraad thee in entrepot een stij
ging van 54 mill, pond (Eng.) toonde, verge
leken met 1927, daalde dat cijfer aan het
einde van 1928 tot slechts 1.750.000 pond. De
export van Britsch-Indische thee bedroeg
van 1 April 1928 tot 8 Jan. j.l. ca. 297 mill,
pond of 1.754.000 pond minder, maar de ex
port naarg Groot Brittannië daalde nog ster
ker. Het schijnt, dat de directe verschepin
gen naar diverse landen een aanzienlijke
stijging vertoonen, hetgeen dus wijst op een
toegenomen verbruik van thee. Want ook op
Ceylon doet zich hetzelfde verschijnsel voor.
Inderdaad dus omstandigheden, die een gun
stige factor voor de betrokken waarden vor
men en de goede stemming daarvoor gedeel
telijk verklaren kunnen.
Inzake de Roemeensche staatsleeningen,
waaromtrent op 31 Mei van het vorige jaar
een accoord tusschen de Roemeensche regee
ring en de vertegenwoordigers der houders
gesloten werd, wordt thans door de met de
rente-betaling belaste banken medegedeeld,
dat in afwachting van de vervanging van
de afgestempelde obligaties door nieuwe
stukkende intejest van den laatsten in 1928
verschenen eouponverval-datum af tot en
met 31 December 1928 van ieder der betrok
ken leeningen thans reeds betaalbaar is
op basis van 40 pet. goud.
De niet bijster opgewekte stemming voor
kunstzijde-waarden waarvan wij al eerder
melding maakten, wordt nog eens verklaard
door de gegevens, die de Enka aan het Hbld.
verstrekte naar aanleiding van eenige vra
gen. Daaruit immers blijkt, dat speoiaal op
de Europeesche markt de prijzen voor het
gewone product beduidend gedaald zijn. Be
moedigend voor Enka-houders was evenwel
de mededeeling, dat veel geringer invloed
van de prijsdaling werd ondervonden door
de specialiteitsgarens, terwijl het percentage
van de capaciteit der Enka, door deze spe
cialiteitsgarens ingenomen, een voortduren
de en snel stijgende lijn vertoont. De voorra
den waarmeede Enka 1929 inging, waren ge
ringer dan waarmee 1928 begonnen werd.
De omvang der onuitgevoerde orders is nor
maal en dekt de productie voor meerdere
maanden. De onverwerkte voorraden liggen
nu in hoofdzaak bij de producenten en de
verwerkende industrieën bezitten nagenoeg
geen voorraden. Het vorige jaar was de po
sitie door de grootere stabiliteit in de prijzen
en de lichte neiging tot hausse precies omge
keerd. Niet alle concerns zijn in staat groote
voorraden te financieren. Wanneer de we
verij, die in 1928 achterbleef bij 1927, weer op
leeft, bestaat de mogelijkheid, dat het beeld
van de markt spoedig zal veranderen.
Van de nieuwe emissies en introducties
noemen wij: 200.000 nieuwe aand. Etablisse-
ments Kühlmann van frs. 250 a frs. 725;
12.000 aand. A. der Soc. Comm. de l'Ouest
Africain a 322 pet.: R. M. 2.900.0C0 7 pet.
pandbr. Frankfurter Hyp. Bk. a 961/2 pet.;
20 j. 4 1/2 pet. conv.. deb. goldbonds Atch.
Top. Santa Fé a 1211/2 pet; eert. v. 10
aand. Int. Nickel Cy of Canada, a S 68 p.
aandeel. Zw. fr. 8 millioen 6 pet. hyp. obl.
Schluchseewerk A.G. a 93 1/8 pet. Een branch
van 3 millioen van de Roemeensche'
stabilisatieleening zal hier worden uitge
geven.
De handel ter beurze was aanvankelijk
stil, met belangstelling voor enkele speciale
fondsen, als Margarine Unies, Aniems enz.
Later kwam er meer levendigheid, doch de
stemming werd meer verdeeld. Over het ge
heel genomen kunnen we evenwel over de
afgeloopen overzichtsperiode tevreden zijn,
want niettegenstaande de stilte in verschil
lende afdeelingen wisten de koersen zich
aardig te handhaven. Zoo kwamen banken
per saldo ongeveer op vorig niveau soms
nog iets beter af.
In de industrieele afdeeling waren Mar
garine Unies bijzonder willig, op verschil
lende opwekkende berichten, zoodat men
hier voorbijgaand op belangrijke kooporders
een veertig punten boven vorig peil steeg.
Later brokkelde de koers weer wat af, toen
de animo wat bedaarde. Aniems, gevolgd
door Ned. Ind. Gas, werden ook op sommige
momenten sterk uit de markt genomen, wat
tot snel oploopende koersen leidde. Philips
zonder buitengewone belangstelling, zoodat
het slot hier een tiental beneden dat van vo
rige keer kwam, wat voor een fonds van dit
„gewicht" niets te beduiden heeft. Kunstzij
dewaarden flauw en iets lager. Overigens
was de industrieele afdeeling meerendeels
vast van toon.
Oliewaarden luier en aangeboden, trokken
later weer wat aan, wat evenwel niet kon
verhinderen, dat Koninklijke opnieuw een
punt of 8 moest inboeten, zoodat men onder
de 375 belandde.
Rubbers aanvankelijk stil en lusteloos,
trokken later wat meer belangstelling, al
bleef de handel beperkt. De stemming swas
evenwel verbeterd, zoodat men hier per slot
van rekening nog meestal een paar puntjes
boven vorig peil uitkwam. De voorraden te
Londen nemen niet beduidend toe, niette
genstaande de grootere uitvoeren uit Ma-
lakka, hetgeen aanleiding geeft tot de ver
onderstelling, dat de Amerikaansche fabri
kanten belangrijke voorraden moeten heb
ben gevormd. Doch men dient ook rekening
te houden met het toegenomen verbruik,
o.a. voor de automobielindustrie.
Houtaankap- en Indische houthandelmaat
schappijen lagen vast. Mijnwaarden kalm,
met vasten toan. Scheepvaarten kalm en
meestal een puntje lager per saldo, met uit
zondering van Kon. Paket, die weer een punt
of 5 kon monteeren, op geregelde waag.
Suikers stil en daardoor eerder iets af
brokkelend, zoodat men een punt of wat on
der vorig peil afkwam.
Tabakken aanvankelijk flauwer met ge
ringe omzetten, konden later, in overeen
stemming met de algemeene markttendenz
wat verbeteren, zoodat het slot hier meestal
een punt of wat boven vorig niveau kwam.
BEURSMAN.
LETTEREN EN KUNST
MUZIEK.
KAMERMÜZIEKAYOND VAN „TOONKUNST"
De Sonatenavond van Zoltan Székely (viool)
en Géza Frid (piano) zal waarschijnlijk bij
de hoorders zeer verschillende indrukken
hebben achtergelaten. Wie van de twee Hon
garen stormachtige, de perken der conventie
te buitengaande voordracht der klassieke
meesterwerken aLs Brahms' op. 108 en Beet-
hovens Kreutzersonate mocht hebben ver
wacht zal met eenige verwondering hun
sober en strak spel hebben gehoord, dat wel
voor zeer vlugge tempi niet terugdeinst
(het „Poco" presto en de finale van Brahms'
sonate en het slotdeel der Kreutzersonate),
maar dat nergens tot excessen leidt. Des
violisten intonatie is rein, zijn techniek zeker,
zijn toonvorming beschaafd en welluidend,
doch niet warm cf verwarmend; het iets te
sterke vibrato ih het Adagio van Brahms
kon niet bij mij de suggestie wekken dat de
speler zijn ziel uitzong. Er was een zekere
objectiviteit in de voordracht, die ook in de
variaties van Beethovens werk koel liet. In
het spel van den pianist interesseerde mij
in de eerste plaats een buitengewone en be
wonderenswaardige soberheid in het pedaal-
gebruik, gepaard met een groote nauw
keurigheid in articulatie en phraseering; een
respecteering van het notenbeeld, zooals men
ze niet vaak hoort; de rhythmiek was door
gaans zeer zuiver; week alleen op le laatste
bladzijde van het Poco presto van Brahms
van het voorschrift af, doordat de speler
de 16den tot triolenfiguren maakte. Toch
klonk dit deel in zijn nagenoeg pedaallooze
uitvoering zeer fijn en vluchtig. Daarentegen
viel in de eerste variatie in de Kreutzer
sonate (de staccato-triolen) juist een teveel
aan pedaal te constateeren. Tn de finale dier
sonate was het samenspel der beide uitvoe
renden niet zoo goed als tot dusver: de
tempo-opdrijving leidde tot kleine schomme
lingen. Waarom de violist in de finale van
Bramhs beide malen de kleine doch thema-
tisch-belangrijke viool-phrase, die zich in de
lange solo-expositie van het zangthema door
de piano mengt, wegliet, is mij niet duide
lijk.
In deze beide bekende werken konden de
spelers natuurlijk wéinig nieuwe gezichts
punten openen, en was er dus van zelf aan
leiding om onze aandacht hoofdzakelijk tot
de wijze van uitvoering te bepalen. Doch
Szekely en Frid hebben ook den prijzens-
waardigen moed om als pleitbezorgers van
nieuwe werken op te treden.
De vioolsonate van Maurice Ravel, in 1927
verschenen, was, voor zoover we weten, hier
nog nooit uitgevoerd. Of het werk na de
auditie van gisteravond terstond een grooten
lering van bewonderaars verworven heeft,
moet ik betwijfelen: de gelaatsuitdrukking
van het meerendeel der hoorders wees, voor
al bij het tweede gedeelte, dp ,31ues", eer
op spotzin dan op bewondering Er werd ge
lachen, er werd, na dit gedeplte gemompeld,
gepraat. Het is waar, de klanken die de
geniale Franschman ons brer.gt zijn vreemd,
soms rauw, de rhythmen wild maar als we
de laatste smartelijke vioolphrase die de
„Blues" besluit, hooren, klinkt die dan niet
als de klacht van een gewonde ziel en zijn
we dan niet geneigd het voorafgaande als een
scherpe satire op te vatten? Ravel heeft ons
in vroegere werken zoo talloozë momenten
van zeer uitzonderlijke eigen schoonheid ge
schonken, dat we niet zonder meer zijn
bekeering tot de Jazz mogen aannemen. In
het eerste deel der Sonate, het Allegretto
wisselen oogenblikken van klassieke wellui
dendheid met zeei gedurfde samenklanken;
toch is het geheel van een zeer persoonlijke
frischheld; het slotdeel, het Terpetuum mo
bile, deed vooralsnog hoofdzakelijk de tech
niek van componist en uitvoerders bewonde
ren. Inderdaad, wat Ravel in dit werk weer
aan nieuwe instrumentale effecten doet
hooren, geeft evenzeer aanleiding tot ver
bazing en bewondering, als dc wijze waarop
Szekely en Frid over alle moeilijkheden
spelenderwijze zegevierden. Het algemeen
applaus na Ravels sonate zal dan ook wel
in de eerste plaats de uitvoerders gegolden
hebben.
De vertolking van het „Poême" van Lucien
Capet was een hulde aan de nagedachtenis
van den grooten violist en onovertroffen
kwartetleider, die in dezelfde zaal zoovele
malen met zijn medekunstenaars triomfen
gevierd en de heerlijkste herinneringen na
gelaten heeft. Zijn compositie heeft niet den
indruk kunnen wekken, dat in Capet de
schepper den herschepper evenaarde. Bij
den laatste hebben onze gedachten een oogen -
blik verwijld en ik had liever gezien dat de
hoorders, het voorbeeld van een bejaard en
in muziekkringen zeer geziene figuur vol
gend, na de auditie in stilte waren opgestaan
om den grooten ontslapene te herdenken, dan
nu een deel van hen door een beleefdheids-
applaus de herinnering verstoorde.
Requiescat in pace.
En met een „Requiem" eindig ik dus het
verslag van een avond vol levendige indruk
ken
KAREL DE JONG.
H. O. V. LEDENCONCERT.
Zondert men Beethovens vioolconcert uit,
dan was het programma geheel gewijd aan
Fransche meesters. Ver genoeg uiteen lig
gend (het waren Berlioz, Debussy, Bizet)
vormden zij toch zeer opvallend een groote
eenheid. Dit lag evenwel minder in den
volksaard dan wel in de knappe directie, die
den afstand tusschen reen Berlioz en een
Debussy overbrugde dermate, dat onmiddel
lijk na een „Carnaval"-ouverture een willig
luisteren was voor „Prélude a. l'aprcs-midi
d'un faune".
De prachtige twee-eenheid tusschen leider
en orkest, die bij Berlioz de verrukkelijke
pianissimo's bewerkte naast de heftige forte-
uitvallen, moest noodwendig lelden tot een
zeer gevoelig musiceeren, dat een „Prélude"
van Debussy mogelijk maakte. Maar meer
nog dan deze uiterlijke saamhoorigheid er
vaart men de innerlijke, zonder welke im
mers van een eigenlijk musiceeren geen
sprake kan zijn. Die innerlijkheid nam ook
ons gevangen in den schoonen weeken toon
der fluit, die zooals terecht de programma
redactie bemerkt, aan het geheel dat oor
spronkelijk karakter van mclodlek geeft,
dat zijns gelijke in de orkestmuziek niet
kent. Zeer treffend noemt zij ook „meester
lijk beheerscht de realisatie der fantasie".
Het is mij dan ook ten eenenmale vreemd,
hoe musici hier nog kunnen spreken van
vormloosheid. Men denkt eenvoudig niet aan
den vorm, men ondergaat het geheel als
„sublieme muzikale zelfstandigheid". In
thematische eenheid, als bij den klassieken
vorm. is evenwel die zelfstandigheid niet te
vinden. Van Beinum zoekt haar dan ook
niet daar, maar veeleer in het zuivere stem
mingsbeeld, geïnspireerd door Mallarmé's
poême, „tastbaar" gewerden in klankkleuren
van subtiele schoonheid. Men bracht terecht
den fluitist Spies een hulde; zij mocht gel
den voor heel het blazerskorps, dat hier werk
gaf van bijzondere kwaliteit. De hobo geden
kend, herinneren we nog aan de alt-hobo in
't eerst gespeelde werk. En op deze plaats
gaat onze wensch uit naar die andere ouver
ture van Berlioz, .3envenuto Cellini", die
om de verdeelde trompetpartij, de 3 pauken,
meer nog om de ophicléide tot heden niet
tot uitvoering mocht komen. Zou het altijd
een vrome wensch blijven, beide ouvertures
die zoo nauw bijeenhooren, nog eens naast
elkaar te hooren uitvoeren?
Verheugenis gaven ook de „Jeux d'enfants"
MEJ. KOOPMAN VIERDE.
De schoonste: Miss Hongarije. Daarnaast van links naar rechts vo'gens de officieuse mede-
deelingen nummer 2 Miss Polen, 3. Miss Frankrijk, en op de vierde plaats mej.
Koopman.
PARIJS. 7 Februari (VD.) In den heden
gehouden schoonheidswedstrijd der Euro
peesche landen tot het afvaardigen van een
„Miss Europa" om zich te meten met haar
Amerikaansche rivalen te Galveston (Texas)
werd uitverkoren de vertegenwoordigster
van Hongarije. De schoonheidskoningin van
Holland werd vierde in dit tournooL
Het Hbld. teekent hierbij aan: Heel den
dag is het gebouw van het „Journal", waar
de verkiezing van de schoonste Europeesche
zou plaats hebben, het centrum van de alge
meene belangstelling geweest. Toen tegen 3
uur de Jury bijeenkwam en de internationale
schoonheden verwacht werden, was de me
nigte van, vooral mannelijke, belangstellen
den zóó groot, dat de politie een geduchte
afzetting moest handhaven en de gelukkige
Invité's zich slechts met moeite een weg naat
binnen konden banen. Een bijzonder strenge
controle zorgde er vervolgens nog eens voor,
dat geen onbevoegden binnendrongen.
Het onderzoek van de verschillende can-
didaten door de jury. waarvan 14 leden wa
ren opgekomen, duurde geruimen tijd. In
strijd met hetgeen oorspronkelijk verklaard
was, is het resultaat toch nog vóór het ban
ket geproclameerd. Om half acht kwam col
lega de Walleffe uit de zaal van de jury naar
buiten met de uitverkorene aan zijn arm.
Het was de Hongaarsche, die van de 13 stem
men er acht op zich vereenigd had. In te
genwoordigheid van eenige journalisten van
haar land, die haar omringden, zeide zij en
kele vriendelijke woorden tot de wachten
den. die haar een ovatie brachten, en besloot
met een „vive la France"!
„Miss Hungary", die hiermee den titel van
„la plus belle Européenne" verworven heeft,
is een slanke blondine van 19 jaar. Ze is de
dochter van een medicus en van goede,
aristocratische familie. Zij heeft een fijn-
gedistingeerd gelaat met regelmatige trek
ken. zonder een In het oog vallende schoon
heid te ziin. en is eenvoudig en zonder eeni
ge aanstellerij in haar houding en bewegin
gen. Haar naam is Elisabeth Simons.
Naar het schijnt is de keuze van de jury
het gevolg van een voorafgaande onderlinge
bespreking der Juryleden, waarbij men het er
spoedig over eens werd, dat men hot meisje
zou kiezen, dat men als het meest karakte
ristieke type beschouwde van de moderne
jonge vrouw Dit sloot uit den aard der zaak
de meer romantische schoonheden als de
Spaansche of de Poolsche. en het zuiver-
klassieke type, waarvan bijv. de Roemeen
sche met haar madonna-kapsel een goed
specimen vormde, uit. Overeenkomstig de
gemaakte afspraak werd na de aanwijzing
van de prijswinster geen verdere classifica
tie gepubliceerd.
Maandag worden de 17 candidate» in de
gelegenheid gesteld, een reis naar Nice te
maken, waar ze Zaterdag en Zondag de
gasten zullen zijn van het gemeentebestuur.
Maandag aanvaarden ze dan de terugreis
naar haar diverse landen.
door Blzet geïnstrumenteerd. Of heeft hij ze
instrumentaal gedacht en met bijvoeging
van 7 andere later voor klavier gezet? De
orkestpolyfonie is zóó opmerkelijk, en zóó
oneindig fijn geciseleerd, dat deze gedachte
bij me opkwam bij 't aanhooren van deze
zeer gelukkig uitgevoerde muziek. Merkt men
hoe technisch lastig de trompetpartij in 't
eerste stuk is? Dat is een opgaaf, waarvan
wel haast niemand zich feilloos zal kwijten,
wil hij althans het karakter van het stuk
geen geweld aandoen.
Een schoone voortzetting vond het Intens
musiceeren van het orkest bij Beethovens
vioolconcert, ditmaal door Ferd. Helman
voorgedragen. Het spel van den
violist kenmerkte zich door een zeer zuiver
stijlgevoel, waarmee jammer genoeg het ge
halte der cadensen, vooral die van 't hoofd
deel, weinig strookte. Hier wordt b.v. Beet
hovens schoone zangthema tot caricatuur
gemaakt. Al had het spel ook hier violistisch
waarde, we zouden de vrijheid die de com
ponist ons laat, hier een toevoegsel ln te
lasschen, toch nooit willen misbruikt zien.
Beethovens muziek is hier bovendien zóó
veeleischenö. dat zij alleen reeds hoog res
pect afdwingt voor een voordracht zooals die
door Helman werd gegeven.
Gehuld in den verrukkelijken klank der
Stradivariusviool en bij het meesterlijk be
heerscht spel van den violist werd dit
schoonste der vioolconcerten den hoorder
van zóó bijzondere waarde, dat hij aan
Ferd. Helman warme hulde bracht, waarin
de violist zeer terecht dirigent en orkest op
gulle wijze liet deelen,
G. J. KALT.
CHR.
NATIONALE WERKMANS
BOND.
JAARFEEST
Voor de feestelijke samenkomst ter her
denking van het 31 tjarig bestaan van de
afdeeling Haarlem van den Chr. Nationalen
Werkmansbond Donderdagavond gehouden,
werd groote belangstelling betoond. Niet al
leen waren de leden der afdeeling met hun
hulsgenooten in grooten getale opgekomen,
maar ook waren vertegenwoordigd het
Hoofdbestuur van den Bond, het Provinciaal
Comité Noord-Holland van den Bond, als
mede de Bondsafdeellngen te Amsterdam,
Bloemendaal en Beverwijk, de afdeeling
Haarlem van Patrimonium en de Haarlem-
sche Chr. Besturenbond.
Al dezen verwelkomde de voorzitter der
afdeeling. de heer J. van Daaie in zijn ope
ningswoord. Spr. deed verder eenige mede-
deelingen aangaande het leven der afdeeling.
De afdeeling, zeide spr., heeft een goed jaar
gehad, ze is er aardig op vooruitgegaan. Al
leen het bezoek ter vergadering valt niet
mede. Viermaal per jaar Iaat de afdeeling
een spreker voor haar optreden. Van de 350
leden die de afdeeling telt. komen dan ge
middeld 70 a 80 leden op de vergadering, de
gewone ledenvergaderingen worden door ge
middeld 30 a 40 leden bijgewoond.
De afdeeling heeft de leden wel eens door
een commissie laten bezoeken, om te maken,
dat de leden getrouwer ter vergadering
kwamen, maar ook dat hielp niet. Voor het.
overige heeft de afdeeling geen reden tot
klagen, verzekerde spr. Het ledental der af
deeling is stijgende en de fondsen staan er
goed voor. Spr. memoreerde voorts het ju
bileum van de wonlngbouwveroenlglng „De
Voorzorg" en zeide dat het juist tien jaar ge
leden was, dat de vereenig'ng werd opgericht
Met den wonlngbouv heeft de afdeeling een
mooi stuk werk verricht, getuigde spr. Spr.
eindigde met een krachtige opwekking tot
de leden te richten om meer mede te leven
om als Christenwerkman kracht en steun bij
elkaar te gaan zoeken.
Na het openingswoord werd met dc afwer
king van het programma begonnen. Mei. Gu
van Vliet zong twee liederen .Xes Rameaux"
en ..Elegie", daarbij begeleid door mcj. Rlc
Bergisch op de piano en mej. Rle Möhrin-
ger op de viool. Heerlijk was de samenhang
tusschen zang en piano en vioolspel. Daarna
volgde nog pianospel en het optreden van
den heer J. de Bmijn, die met zijn vroolijkc
liedjes de goede stemming er in bracht.
Voorts bracht de Zangvereeniging „Zang-
lust" onder direcle van den heer A. C. Fort-
gens met veel succes eenige liederen ten ge-
hoore.
Vóór de pauze was daarna gelegenheid
voor afgevaardigden hun gelukwenschen
over te brengen. Daarvan maakten gebruik;
de heer J. Visser, namens het Hoofdbestuur
van den Bond. die er nadruk op le_vie. dat
de afdeeling Haarlem een der beste afdee
lingen van den Bond is. waarin hel goed
gaat; de heer J. C. Heerbant, die sprak na
mens het Provinciaal Comité en namens de
aanwezige afdeelingen van den Bond. die over
't werk van den Bond uitweidde en den leden
opwekte het bestuur alle medewerking te
verleenen; de heer W. F. Beeremans, die na
mens Patrimonium sprak en die uiteenzette
hoe én de Werkmansbond èn Patrimonium
éénzelfde doel najagen en de heer C. Over-
beek, die de gelukwenschen van den Haarl.
Chr. Besturenbond overbrrcht.
Na de pauze nogmaals zang. muziek en
voordracht. De goed geslaavde samenkomst
werd op de gebruikelijke wijze gesloten.
BAL-MASQUé HAARL. TOONF.EL-
ENSEMBLE.
De tooneelvereenlglng „Haarlem's Toonee!
Ensemble" houdt een groot bal-masque Za
terdag 9 Februari ln Bloemhof. Er werken
twee orkesten mee.
FEUILLETON
Naar het Engelsch van
H. A. VACHELL.
S3)
Hazel zag dat George versteend stond van
verbazing en dat hij zeer onder den indruk
was. Misschien ging haar een licht op om
trent den band. di/ er tusschen deze menshen
bestond, toen ze ln het onthutste gezicht
van haar minnaar keek. Vnor het oogen-
blik had hij haar vergeten. Zijn oogen ver
slonden zijn moeder, zijn uitgestrekte handen
drukten duidelijk het protest uit, dat hij
klaarblijkelijk niet onder woorden kon bren
gen.
Uit elkaar gaan? riep hij uit. Dat is
niet mogelijk moeder! En tochmoet
het!
Hij viel in een stoel neer en verborg het
gezicht in de handen. Hazel ging opnieuw
naar het open raam en tuurde naar buiten.
Vcor het oogenblii; scheen de toekomst, tege
lijk met het verleden, uitgewischt. Alleen
het tegenwoordige bleef over, donker en ge
heimzinnig.
Juffrouw Soragge veraweer. in de keuken
en liet het meisje en den man aileen.
m.
Ze raakte schuchter zijn arm aan en hij
hief het hoofd op
Zij zag zijn oogen vol tranen en zijn ge
laatstrekken verwrongen door aandoening.
Zeg nu maar liever niets!, fluisterde
zij. Ik begrijp best, wat je moet voe
len!
Haar stem was zacht en vleiend, over
vloeiend van meeleven.
George stond gegeneerd op, en wreef zich
met den achterkant van zijn hand de tranen
uit de oogen.
Ik kon er niets aan doen!
Wel, ik heb je er des te liever om!
Laten we naar buiten gaan! zei hij.
Ze aarzelde, want ze was bang voor de
duisternis, maar ze begreep ook, dat in
de kamer hun gesprek door juffrouw Spragga
zou kunnen worden gestoord Het eetgerei
moest nog worden opgeruimd en alles aan
kant gemaakt.
Ze volgde hem over de waranda, het trapje
af naar het bankje waar ze met Wilbur had
gezeten. De sterren schenen met een wazigen
gloed; de hemel gezien door een aardschen
sluier.
Toen ze bij de bank kwamen, keerde hij
zich snel om en nam haar opeens in zijn
armen. Onstuimig kuste hij haar haren, haar
oogen en haar lippen. Ze beantwoordde zijn
kussen nog niet, maar ze gaf er zich zonder
verzet aan over. Een betooverend gevoel van
voldoening vervulde haar, een üemelsche
matheid, een zalig zich-laten-gaan van moe
de, overspannen zenuwen en spieren. Zij sloot
de oogen.
O, jou schat! mompelde hij.
Hij ging zitten en drukte haar tegen zich
aan.
Volkomen meegesleept door zijn verrukking,
bijna bewusteloos van emotie, kuste Hazel
hem terug. George hoorde haar hijgen, hij
voelde haar zachte armen om zijn hals, hij
geloofde de verliefde dwaas dat zij
zich onvoorwaardelijk aan hem overgegeven
had.
Dit is pas, wat ik diep ademhalen noem!
riep hij triomfantelijk uit.
Zij antwoordde niet, haar lippen hadden
maar één wensch: de zijne te ontmoeten,
maar Gp het moment dat hem de hare
reiken wilde, deed het dichtslaan van een
raam boven de waranda, het raam van Sa-
mantha's kamer. Hazel een tuimeling maken
van den hemel naar de aarde terug. Sa
mantha had voor het raam gezeten, toen de
beide jongelui het huis waren uitgegaan
Sommige van George's hartstochtelijke
woorden waren tot haar doorgedrongen. Toen
in een aanstormend gevoel van schaamte, had
ze geprobeerd, het raam te sluiten. Ze had
bedoeld, dat geruischloos te deen. maar het
oude. scheeve raam had geweigerd, en met
een kraehtigen ruk had ze zichzelf verra
den.
Dat was Samantha's raam! zei George.
Hazel hoorde aan de klank van zijn stem,
dat hij er ellendig zeker van was, dat Sa-
mantha hen gehoord had en ook, dat hij
begreep, hoe Samantha het te kwaad moest
hebben.
Hazel slipte uit George's armen. Hij deed
geen poging, om haar vast te houden. Zij
ging naast hem zitten. Haar vrouwelijk in
stinct vertelde haar. dat zij George in haar
macht had, dat hij haar zou toegeven, wat
zij hem ook mocht vragen. Zij bracht haar
lippen dichtbij zijn oor:
Samantha hcudt van je, George!
Zijn gesteun gaf duidelijker antwoord, dan
welk gesproken antwoord ook had kunnen
doen.
Dat maakt alles anders! zei Hazel
vast.
Alles anders? hoezoo?
Zij nam zijn hand en hield die teeder
vast.
Het spijt me zoo, dat ik je verdriet moet
doen!
Mij verdriet doen? Jij?
Ik moet je verdriet doen. Je moeder
heeft je zoo pas ook verdriet moeten doen.
Zij zal altijd de baas willen zijn in haar
eigen huis. En jij zult toch ook willen, dat
ik dat in het mijne net zoo goed was.
Dat weet ik niet, hoor. Daar heb ik me
tot vanavond nooit rekenschap van gege
ven.
Maar nu moet je je er rekenschap van
geven
Dat kan wel zijn. Ja zijn toon werd
hoopvoller. Wij kunnen lagerop een niéuw
huis bouwen. Het zal niet noodig zijn om
het land en het vee te verdeelen. De boel zal
heel goed terecht komen.
Dat zou kunnen, zei Hazel, als het
niet om Samantha was.
Het zou wreed zijn, om haar te vragen
bij je moeder vandaan te gaan! Maar zeg
nu eens zelf, is er in de vallei plaats voor
haar en mij?
Je zult mij toch niet willen voorstellen,
er van door te gaan?
Is dat eigenlijk niet je plicht, beste
jongen?
Zeker niet!
Wacht eens even. Ik zai je eens wat
vertellen. Wilbur Stocker, die hier vandaag
was, wil met me trouwen.
Zooiets had ik wel gedacht! Ik kan het
hem niet kwalijk nemen.
Zou Je het prettig vinden, als hij een
halve mijl bij ons vandaan woonde, op goe
den voet met ons was, in en uit liep als
jij van huis was cn me verwende, als 11: me
eens wat vervelend voelde? Zou je dat leuk
vinden?
Ik zou hem zijn nek omdraaien!
Dat denk ik ook! Nu, op die manier
zou ik me tegenover Samantha voelen cn
zij, de arme ziel zou net zoo tegenover mij
staan!
Ik ga nooit van Spragge's Hoeve weg,
nooit!
Maar als het nu eens echt in je voor
deel was
Dat is het nlett
CWordt TCrvolgd j