HAARLEM'S DAGBLAD
H. D. VERTELLINGEN
mooien koker
Crescent
clixgi*,
STADSNIEUWS
CIGARETTES
FEUILLETON.
VRIJDAG 15 MAART 1929
(Nadrak verboden; auteursrecht voorhchouden.)
door WTLLY VAN DER TAK.
Desillusie
Ze waren nog heel jong en als ze
dat niet waren geweest zou deze geschiede
nis, geloof ik, niet gebeurd zijn. Want dan
zou hij nooit begonnen zijn of het einde
zou anders geweest zijn. Maar jonge men-
schen kijken nu eenmaal dikwijls niet verder
dan de oppervlakte.
Zij was een gewoon meisje, heel gewoon,
niet onknap. Zij had een vrcolijk, frlsch ge
zichtje met krulicnd donker haar en een
paar aardige bruine oogen.
Nu was zij in 't bezit van een hoed en
die hoed is eigenlijk de hoofdpersoon van
deze historie. Een glad, nauwsluitend hoedje
was hetZe had vele malen voor den
spiegel geprobeerd, hoe ze hem wel het beste
op kon zetten en op 't laatst had ze „de"'
manier ontdekt. Geen haai eruit alles
weg; en plotseling keek ze verbluft in haar
spiegel. Was zij dat? Een smal ovaal gezicht
je keek haar aan de oogen glansden
diep
Haastig rukte ze den hoed af wat, een
afschuwelijk ding ze zag er mee uit als
eeneen filmster. De oorhangers alleen
mankeerden nog. vond ze schamper, zich
schamend over eigen geboelJ-zijn door dat
vreemde gezicht in den spiegel.
Maar de hoed had een geheimzinnige be
koring; ze zette hem soms op met een ge
voel of ze er iemand anders mee werd. Ze
voelde hoe haar oogen een anderen glans
kregen, hoe haar lichaam zich anders-vreemd
bewoog.
Zoo ontmoette hij haar. 't Hoe, waar en
waarom van dc ontmoeting, doet er niet
toe.
Ik heb al verteld, dat ook hij nog jong
was met een sterke neiging voor het „in
teressante".
De rest volgde vanzelf. Hij was geen on
knappe en geen onaardige jongen, en zij
zij droeg den hoed, en zij bewoog zich met
een zekere, gemakkelijke elegantie, die haar
gewoonlijk vreemd was en zoo vond elk in
den ander zijn ideaal.
Zij schaamde zich eigenlijk een beetje over
zichzelf met dien hoed, die haar zoo ver
anderde, haar zoo iets ja, wat was het?
het was iets naars en toch aantrekkelijks
gaf. Waarom had ze dat ding nu ook net
vandaag opgezet? Waarom zag hij haar nu
niet met haar anderen hoed, waaronder haar
haar zoo vroolijk uit krulde, en ze zich altijd
zoo heerlijk „zichzelf" v.oelde? Daar zit voor
een vrouw meer xn een hoed dan men denken
zou hij is niet alleen hoofdbedekking, maar
ook belangrijk deel van haar uiterlijk
dat uiterlijk is van zeer groeten invloed op
haar innerlijk.
En dus .zette ze den volenden keer, dat ze
wist „hem" te zullen ontmoeten, haar ande
ren hoed op.
Dèsillusie! Hij bleef verbluft staan kijken
en wendde zich teleurgesteld af. Dit alle-
daagsche o ja, wel aardige, maar zoo on
interessante gezichtje het was niet te ge-
looven
De jonge man besefte, dat hij zich vergist
had, zocht verder naar de verwezenlijking
van zijn Ideaal, vele jaren lang, en vond
het tenslotte CO nee! het was heel iemand
anders dan de heldin van dit verhaal!) in
een heel gewoon meisje. Want zijn ideaal
had zich met zijn ouder en wijzer worden wel
een beetje gewijzigd.
Het meisje was ook teleurgesteld, en een
beetje beleedigd. Ze heeft nooit begrepen,
waaraan ze de verandering in de gevoelens
van den jongeman moest wijten want dat
er „gevoelens" waren had ze direct gezien,
daar was ze vrouw, zij het dan vrouw-in-den-
dop voor). Maar daar ook zij jong was, zette
ze er zich vrij gemakkelijk over heen. En ze
zal ook wel een andere verwezenlijking van
haar ideaal gevonden hebben, want ze was
werkelijk een lief meisje met een aardig
gezichtje.
Maar ze behield altijd een onverklaarbare
antipathie tegen den hoed. Ik weet niet, of
de hoed een ideaal had, maar dan vrees ik
dat, hij 't nooit gevonden heeft,, want hij
eindigde zijn loopbaan in de aschbak, en dat
is toch niet de plaats waar men gewoonlijk
zijn idealen verwezenlijkt.
GROOTE HOUTSTRAAT-
VEREENIGING.
DE HEER A. VAN WEERDEN
VOORZITTER.
De Groote Hóutsfcraatvereëniging hield
Donderdagavond haar jaarlijksche algemeene
vergadering onder leiding van den heer C. F.
Henning, als waarnemend voorzitter, die iu
zijn openingswoord den overleden voorzitter,
wijlen den heer M. Scheer, herdacht.
Spr. prees de liefde die de heer Scheer
steeds voor de vereenigiug heeft getoond eu
zijn sympathiek optreden. De heer Scheer
zal door de Gr. Houtstraatvereeruging niet
vergeten worden.
Deze woorden werden staande door de ver
gadering aangehoord.
Het- verslag van den secretaris, den heer F.
H. Kehlenbrimt werd goedgekeurd. Uit hét
verslag bleek, dat het aantal leder, weinig
verandering heeft ondergaan. Hulde werd
gebracht aam de nagedachtenis van het
overleden lid, den heer B. Langeveld.
Ingekomen was een brief van mevrouw
Langeveld, voor de deelneming door de ver
eeniging betoond bij het overlijden van haar
echtgenoot.
De secretaris deelde nog mede dat negen
nieuwe leden zijn toegetreden.
De heer J. E. Voet bracht voor den bui
tenslands vertoevenden penningmeester, den
hoer W. J. van Bilderbeek het financieel ver
slag uit. Er is een batig saldo van f 1705,75.
Ruim f800 werd ontvangen door den ver
koop van nationale en internationale vlag
gen, die nog in het bezit waren van de ver
eeniging. Er valt dus een belangrijke toene
ming der geldmiddelen te constateeren.
Tot voorzitter werd met algemeene stem
men gekozen de heer A. van Weerden, die
door den heer Henning hartelijk werd ge-
lukgewenscht.
De heer van Weerden nam dadelijk de lei
ding der vergadering op zich en deed een be
roep op aller steun. Spr. wekte verder op bot
een druk vergaderingbezoek.
De heeren J. E. Voet en W. J. van Bilder
beek werden met algemeene stemmen her
kozen als bestuursleden.
De bespreking betreffende het houden van
een eventueelen feestavond leverde dit resul
taat op dat het bestuur eerst middelen zal
beramen om den band tusschen de leden te
versterken, bij voorbeeld door uitvoering
van het denkbeeld van den voorzitter: spre
kers uit te noodigen om belangrijke onder
werpen te komen behandelen, waardoor het
bezoek der vergaderingen grooter kan wor
den en de leden elkander onderling beter
kunnen leereu kennen. Wanneer dit bereikt
is, zal er meer aanleiding zijn voor een feest
avond dan op dit oogénblik.
Bij de rondvraag bracht de heer Kolderie
verschillende zaken ter sprake: den slechten
toestand van het asphalt tusschen de tram
rails in de Gr. Houtstraat; het bevolken
Va.n de portieken des avonds door troepen
jongens; het des middags tusschen 2 uur en
half 5 parkeeren van auto's van de Nieuw-
straat af tot In de buurt van het Verwulft en
het wenschelijke van een betere etalage-r of
straatverlichting.
Het bestuur zal in dezen diligent zijn en
klachten richten tot de bevoegde autori
teiten.
De heer Voet vroeg de aandacht van den
Commissaris van Politie te vestigen op de al
te royale distributie van strooibiljetten
waardoor de Groote Houtstraat vooral op
Zaterdagavond een zeer onoogelijk aanzien
krijgt. Ook hieraan zal het bestuur aandacht
wijden.
Op voorstel van den heer van Weerden
zal het bestuur te bevoegdcr plaatse verzoe
ken: spoed t,e betrachten met. de vernieu-
winw van de Groote Houtbrug en de verbe
tering van den verkeerstoestand hoek Gr.
Houtsfcraat en Gierstraat royaler op te vat
ten door het geheoJe vroegere pand van wij
len den heer Langeveld weg te breken en
niet alleen hei op den hoek uitstekende ge
deelte.
De heer Kloppers vestigde er nog de aan
dacht op dat de vernieuwing zóó zal moeten
geschieden dat bet automobielverseer door
de Houtstraat kan. blijven gaan, anders
vreest hij groote schade voor de winkeliers.
In verband met een vraag van den heer
Spiekerman dat de vereeniging iets zal doen
ter gelegenheid van het eeuwfeest van
„Zang en Vriendschap" in 1930, bepleitte
de heer Kolderie een inniger meeleven van
de vereeniging met voor buurtgenooten ge
wichtige gebeurtenissen, waarna de heer
Henning betoogde dat oij voorkomende gele
genheden steeds door het bestuur van dit
medeleven is blijk gegeven.
CUE. TEXTIELARBEIDERS.
Het bestuur var den Haarlemschen Chr.
Besturenbond vergaderde Woensdagavond
met eenige textielarbeiders werkzaam bij de
Firma Hin te Haarlem om te komen tot de
oprichting van een afdeeling van den Chr.
Textielarbeidersbond „Unitas".
De heer Ekkel, hoofdbestuurder van
„Unitas" besprak de noodzakelijkheid van
Christelijke organisatie. Verdere stappen zul
len nog worden gedaan.
DE BLOEMENDAALSCHE
RAADHUISQUAESTIE.
WAT DE RAAD BESLOOT.
Met de behandeling van de bekende voor
stellen die verband hielden met de quaestie
van den Raadhuisbouw is het Donderdag in
den Raad van Bloemendaal niet vlot geloo-
pen zooals uit ons raadsverslajg blijkt.
Eerst kwam de heer Dorhout Mees met be
zwaren tegen de volgorde der agenda. Vol
gens hem, diende de Raad niet te beginnen
met de behandeling van het eerste punt: de
servituutquaestie, maar eerst te behandelen
punt 2: de zaak van het gaan in beroep bij
de Kroon van de beslissing van Ged. Staten
om dan te wachten met de servituutquaestie
totdat aangaande het besluit van Ged. Sta
ten de beslissing der Kroon is gevallen.
Een voorstel, dat.de heer Dorhout Mees in
dien geest deed, werd echter verworpen met
7 stemmen voor en 8 tegen.
Daarna, bij de behandeling van punt 1
der agenda, kwam de heer de Waal Malefijt
met de mededeeling dat de heer Gérard van
der Vliet geneigd is de noodige medewerking
te verleenen tot verbreeding van den Korte
Zijlweg. Maar dat, als de Raad nu punt 1
aannam, daarmede is uitgesloten dat verder
kan onderhandeld worden met den heer
Van der Vliet.
De heer Laan, daarin gesteund door den
heer van Nederhasselt, greep die mededee
ling' aan om te pleiten den heer van der
Vliet te vragen of hij inderdaad medewerking
verleenen wil tot verbreeding van den Korte
Zijlweg en inmiddels punt 1 der agenda aan
te houden.
Een voorstel van den heer Laan in dien
geest werd verworpen met 8 stemmen tegen
7 voor.
Punt 1 der agenda kwam tenslotte in
stemming. Het werd aangenomen met 8 stem
men voor en 7 tegen.
Nu was aan de orde de quaestie van het
gaan in beroep bij de Kroon van de beslis
sing van Ged. Staten. Het bleek al spoedig
dat., daar de heer Luden zich daarbij buiten
stemming houden zou, te vrezen was, dat de
stemmen staken zouden.
En verder was het de vraag of de Raad,
aannemende het voorstel van den heer Born-
water daarbij zich zou verklaren vóór den
Raadhuisbouw op het terrein aan den Zee
weg. Na een verklax-ing van een der leden
mede namens eenige andere leden, dat ze
er niet op staan, dat het Raadhuis moet ko
men aan den Zeeweg, maar dat nog kan
gepraat worden over de plaats waar het
raadhuis komen moet, indien de Kroon het
besluit van Ged. Staten mocht vernietigen,
kwam het voorstel van om te gaan in hoo-
ger beroep bij de Kroon in ^mming, nadat
de raad vooraf nog eenige oogenblikken in
besloten zitting was bijeen geweest.
Het voorstel werd aangenomen met 7
stemmen voor en 6 tegen. Wethouder Laan
was tijdens de stemming niet in de Raads
zaal, de heer Luden hield zich buiten stem
ming.
Eindresultaat alzoo: dat het bestaande ser
vituut op de gronden aan den Bloemendaal-
schen weg zal verdwijnen en dat van de be
slissing van Ged..Staten waarbij goedkeuring
is onthouden aan het raadsbesluit, tot aan
koop van de gronden aan den Zeeweg voor
Raadhuisbouw bij de Kroon in hooger be
roep zal gegaan worden.
Het is nu de vraag wat de Kroon zal doen
Daar nu aan de beslissing van Ged. Staten
de feit.eii.ike grondslag is komen te ontval
len," zooals de heer Bornv/ater zich in zijn
voorstel uitdrukte, is te verwachten dat de
Kroon wel de beslissing van Ged. Staten zal
vernietigen.
ARROND.-RECHTBANK.
Een principieele kwestie.
Een chauffeur uit Zaandam kwam Don
derdagmiddag in hooger beroep voor de
Rechtbank, van een veroordeeling van den
kantonrechter tot vijf gulden boeten of drie
dagen, omdat hij een zijweg zou zijn inge
slagen met, zijn auto, zonder de richting aan
te geven. De president vroeg, waarom hij in
hooger beroepgekomen was. „Ja meneer,"
zei -de verdachte, „dat ls een principieele
kwestie". Hij legde het- uit. De weg bil Zaan
dam, waar hij reed, had twee vertakkingen.
De eene was afgesloten voor bestuurder, die
geen speciale vergunning hadden, deze ver
takking lag wel is waar het meeste in de
richting van den hoofdweg, maar daar ver
dachte en zoovele anderen geen vergunning
hadden mochten zij er niet rilden. Daaruit
concludeerde hij, dat de andere vertakking
niet als een zijweg mocht beschouwd wor
den, maar als de hoofdweg. En als je den
hoofdweg blijft volgen hoef je toch niet bij
iedere bocht of wending een teeken te geven!
De Officier van Justitie voelde niet voor
deze redeering. Hij vroeg bevestiging van
het vonnis van den kantonrechter.
De uitspraak in deze „principieele kwestie"
is Donderdag.
Voor Haarlem met zijn vele afgesloten we
gen is zij van belang.
Nog- een: Moet een richting
aanwijzer verlicht zijn?
Er was nog een principieele kwestie voor
de Rechtbank, ook geboren uit Zaandamsche
omstandigheden. Op 11 December, 5 uur des
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel.
kunt ge met trots aan
Uwe vrienden laten
zien. Indien ge hen te
vens een van die fijne
laat opsteken, zullen
zij, evenals U, ingeno
men zijn met de buitenge
wone kwaliteit. Welk een
verrassing als ze hooren, dat
ze dezen koker kunnen krij
gen voor slechts 50 Cresent-
zegels.
CRESCENT, Steeds 'n kwaliteit beter!
Bovendien puntenbons van dubbele waarde (3 ounten).
avonds, toen het dus al donker was. heeft een
chauffeur met zijn auto de Havenstraat in
de stad aan de Zaan ingereden. Hij zeide wel
zijn richtingaanwijzer te hebben gebruikt,
maar die was niet verlicht. Een wacntmees-
ter der marechaussée had de heele richting
aanwijzer niet gezien, en daarom proces ver
baal opgemaakt, maar een kapper in die
straat zag het ding daarentegen wel.
De Officier van Justitie vroeg daarom we
gens gebrek aan bewijs vrijspraak. Vast.
stond, dat de richtingaanwijzer niet verlicht
was, en dus moeilijk zichtbaar, maar daartoe
verplicht de wet ook niet én ten overvloede
beeft een arrest van den Hoogen Raad uit
gemaakt, dat het ding niet behoeft verlicht
te zijn, omdat, het zelfs niet eens een richting
aanwijzer behoeft te zijn, die men uitsteekt.
Het O. M. heeft, echter wel tusschen de re
gels van het arrest door gelezen, dat de
Hooge Ra.a,d de wet op dit punt graag gewij
zigd wil zien.
Uitspraak Donderdag.
HERIJK MATEN EN GEWICHTEN.
De herijk van maten en gewichten voor
het gedeelte der gemeente vóór 1 Mei 1927
deel uitmakende van de gemeente Bloemen
daal, zal niet zooals bekend gemaakt is
plaats 'hebben in het perceel Tuindorplaan
1, maar in een lokaal van de voormalige
R.-K. Meisjesschool, Korte Zijlweg 7, Over-
veen.
ÏSRAëL.
Men schrijft ons;
Belangrijke deeien van het Joodsche volk in
Oost-Europa verkeeren nog in middeleeuw -
sche ellende en hebben onophoudelijk de
ondersteuning noodig van hun stamgenooten
elders. Er is nu, sinds betrekkelijk korten
tijd, een groote internationale vereeniging
gevormd om dit werk van grooten omvang
te centraliseeren. Overal zijn landelijke en
plaatselijke commissies ontstaan of in wor
ding. Met dit doei zal hier op Donderdag 21
Maart a.s. een openbare vergadering gehou
den worden, waar dr. A. van Raalte het ge
wicht der zaak zal behandelen Het zal een
propaganda-bijeenkomst zijn, die grootsch
van opzet is. De bekende oppervoorzange?
der Ned. Israël Hoofdsynagoge te Amsterdam
Maroko zal êr gewijde en Jiddische liederen
ten gehoore brengen. Mevrouw S. Roze-»
laarFranken, viool, begeleid door mej. M.
Weinberg, piano, neemt het muzikale gedeelte
voor haar rekening, terwijl de heer Leo
Straus zich als declamator zal doen hooren.
Het voorloopig Comité hier ter stede be
staat uit de heeren tandarts B. L. Paërl,
voorzitter; dr. S. L. Anholt, J. H, Davids, A.
de Lieine Bzn., tandarts J. Rodrigues Pereira*
Rabb. S. Ph. de Vries Mzn., mevrouw J,
MeyersSlager, mevr. S. RozelaarFranken*
secretaresse.
De vergadering zal plaats hebben in lietj
Gemeentelijk Concertgebouw.
BOOGLAMPEN GEVRAAGD.
Door het bestuur van de Botermarkt-Bar -
revoetestraat- en Kelzerstraat-Vereenigittg
Ls tot den Directeur van het Ge-m. Electr. Be-i
drijf het verzoek gericht bovengenoemde
winkelstraten op betere wijze, zoo mogelijk
door booglampen, te doen verlichten!
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN i
per regel.
60 Ct*.
Stofzuigerhuis MAERTENS
mum RTELJORISSTRAAT g—
SB52 TELEFOON No. 1075Ó 6393
Verkoop, Verhuur, Inruilen, Reparaties
geeft geur en smaak j>
aan uw dagcltiksch
glaasje.
r CATZ ZOON VAN PEKEL A, 1
G RONBNG C=W. 9
HET MEDAILLON VAN
LORD STAIR
7)
Zelfs de kleine Zonnestraal, die haar tot
troost had moeten zijn, werd een bron van
verdriet.. Lady Perth had haar broer ge
smeekt te gelooven dat alles wat ze deed in
het belang was van zijn jonge vrouw en
noodzakelijk voor het kind.
Marguérite was nog zoo jong en juffrouw
Mewin. die voor het kind zorgde, had haar
verteld, dat als ze Marguérite haar gang lie
ten gaan, het. kind. niettegenstaande al haar
goede bedoelingen, ziek zou worden. En Lord
Stair die groot vertrouwen in net doorzicht
van zijn zuster had. vond het tenslotte dan
maar beter moeder en'kind niet geregeld
bij elkaar te laten.
Hij sprak er met zijn vrouw over en ver
zocht haar de heele zorg voor het kind over
te laten'aan juffrouw Mewin en zelf twee
of drie keer per dag naar de kleine te gaan
kijken. Hij merkte niet hoeveel pijn dit ver
zoek Marguérite deed.
Als eenmaal een schaduw gevallen'is tus
schen twee inenschcn die elkaar liefhebben,
Naar het Engelsch van
CHARLOTTE M. BRAME.
gebeurt, het maar al te vaak. dat deze scha
duw dieper en donkerdei- wordt en dat er
koelheid en onverschilligheid tusschen hen
ontstaat.
En dat gebeurde'.ook hier.
Om twee redenen besloot. Lord Stair da.t
jaar op zijn landgoed te blijven. Ten eerste
omdat hij graag wilde blijven studeeren, de
tweede reden was. dat lady Stair volgens de
huisdokter nog niet sterk genoeg was voor
het. leven van veel uitgaan, zooda.t toen het
weer Juni werd, het in Oakcliff stil en
doodsch was. Bijna al de vaste bewoners wa
ren op reLs gegaan.
Toen lady Stair op een mooien vroeg-zo-
mermorgen naar buiten ging, was ze ver
vuld van ce.n vreemd gevoel van beklemming
Ze had gedroomd van den ouden tuin in
Inisfail en haar hart was vol heimwee. Lady
Perth was zeer onaangenaam tegen haar ge
weest en den vorigen avond had ze ae kleine
Ethel hooren schreien; ze was naar de kin
derkamer gegaan om te kijken en de kin
derjuffrouw had haar gevraagd de kleine
te laten liggen, klaarblijkelijk op bet-el van
haar schoonzuster.
Ik word hier behandeld als een klein
kind, had ze gedacht en ze had zich diep
ongelukkig gevoeld.
Er was weinig wtnd, de geur van versch
gemaaid gras kwam uit de weide, de vogels
zongen In het dichte groene eikenloof, het
gras was bezaaid met madeliefjes en boter
bloemen.
Marguérite was den tuin ingeloopen cn in
het gras gaan zitten; ze staarde droomerig
voor zich uit. Plotseling stond iemand voor
haar zonder dat ze zijn kornet bemerkt had,
een jonge man met een aantrekkelijk knap
gezicht. Het was Lord Stair's neef, kapitein
Darby Este.
HOOFDSTUK IX.
Lord Stair had diwijls met haar over zijn
neef gesproken. Maar zij had er nooit veel
notitie van genomen. Eens had lady Perth,
louter om iets onaangenaams te zeggen,
opgemerkt:
Als mijn broer komt te sterven, zonder
zoon. zal de heele bezitting aan zijn naasten
mannelijken erfgenaam, kapitein Darcy Este
overgaan, maar zelfs dit had weinig indruk
op Marguérite gemaakt. Marguérite was er
zich absoluut niet van bewust, hoe lief ze er
uit zag met de zon op haar blonde haren en
in haar licht-zijden zomerjapon.
Schoonheid, wie zal u weerstaan? dacht
de jonge officier. Zou dit de vrouw van mijn
neef zijn? Toen knikte hij h\ar vriendelijk
toe en zei: Neemt u me niet kwalijk als
ik onbescheiden ben, maar mag ik vragen
of ik het genoegen heb met lady Stair te
spreken?
Ja, ik ben lady Stair, antwoordde ze
blozend.
Ik ben Darcy Este, ^een neef van Lord
Stair en dus ook uw neef. een feit, dat me
heel gelukkig maakt..
Welkom kapitein Este, zei zo. Natuurlijk
heeft mijn man me dikwijls over u gespro
ken. U is zeker op weg naar ons huis?
Ja. Lord Stair Ls altlid buitengewoon
vriendelijk voor me geweest.. En ook Oakcliff
was altijd mijn tehuis het eenige wat ik
bezit.
Dat wist ik niet.
Heeft mijn neef het u nooit verteld?
Ze schudde het hoofd.
Ik kan me niet vleien met de gedachte da.t
er veel over me gesproken is, zei hij, en er
was zooveel bitterheid in zijn stem, dat zij
zich voornam om heel vriendelijk tegen hem
te zijn.
Ik ben blij dat u onze gast zult zijn, zei
ze hartelijk. Hij ging naast haar zitten
en keek om zich heen.
Is Lady Perth nog steeds op Oakcliff?
vroeg hij met groote belangstelling.
Hij zag hoe het mooie gezicht van Lady
Stair veranderde bij deze vraag en merkte op
hoe haar stem alle opgewektheid verloor toen
ze antwoordde:
Ja, en ik geloof dat zij er altijd blijven
zal.
Ik had vast gedacht dat ze zou weggaan,
toen lord Stair huwde, zei kapitein Este.
Als u mij niet brutaal vindt, mag ik dan
vragen of u het goed met elkaar kunt vin
den?
Wij zijn geon vriendinnen, "was"het ant
woord.
Geen wonder, zei hij. Mijn nicht
Pharaer is de eenige in de heele wereld aan
wie ik een hartgrondige hekel heb. Ik vind
het heerlijk om hier te logeeren, maar zij
heeft altijd mijn dagen hier bedorven.
Hij zweeg even en vervolgde:
Waarom ging ze niét weg, toe u hier
kwam?
U bedoelt toch niet te zeggen dat zij
meesteres is in uw huls?.
Zij is de meesteres in alle opzichten,
zei Marguerite met een gedwongen lachje.
Ik moet bekénnen, dat ik bitter teleur
gesteld ben. Ik had gehoopt op Oakcliff zon
der lady Phamer, zei hij en met ëen lachje
voegde hij er aan toe: En hoe verdedigt u
uw rechten.
Ik vërdedig ze niet. Maar laten we lie
ver niet meer over Lady Perth praten. Vertel
me liever iets over u zelf. Waar ligt uw re
giment en tot hoe lang hebt u verlof?
We zijn drie. jaar lang in Gibraltar ge
weest en nu heb ik een half jaar verlof.
Een half jaar, herhaalde ze droomerig.
Ze dacht er aan hoe prettig het zou zijn
iemand ongeveer van haar eigen leeftijd te
hebben met wien ze ken praten zooveel als
ze wilde, kon zingen, dansen, wandelen en
vooral hoe heerlijk het was om iemand te
lm bh en, die laïy r.-rth n'ot orfrUbsr.- vond.
zooals Lord Stair deed, iemand die m: :en
haar partij zou kiezen en zou gelooven dat
zij „Zonnestraaltje" niet bederven zou.
(Wordt vervolgd.)